Common use of Borgstelling Clause in Contracts

Borgstelling. 1. De borg verbindt zich ook voor de tijd waarvoor de lening eventueel zal worden verlengd en de voorwaarden waarop dit zal gebeuren, ongeacht of dit leidt tot een grotere aansprakelijkheid van de schuldenaar dan op het moment van het aangaan van de borgstelling. 2. De borgstelling blijft in stand indien de schuldenaar een (juridische) fusie aangaat. 3. De bank is bevoegd zonder toestemming van de borg: – de voorwaarden van de lening te wijzigen; – uitstel van betaling of ontslag uit de hoofdelijke verbondenheid aan de schuldenaar te verlenen; – afstand om niet (kwijtschelding) of afstand om baat (schuldvernieuwing) te doen; – een aanbod tot afstand om niet of tot afstand om baat tot de schuldenaar te richten; – met een akkoord in welke vorm ook in te stemmen. De borg blijft voor zover dwingendrechtelijke bepalingen zich daar niet tegen verzetten volledig gebonden indien de bank van genoemde bevoegdheid gebruik maakt. 4. De borg doet tegenover de bank afstand van het recht: a. te verlangen dat de bank eerst het vermogen van de schuldenaar zal uitwinnen alvorens de borg aan te spreken; b. bevrijding van zijn aansprakelijkheid in te roepen indien de bank een bevoegdheid tot verrekening met een schuld aan de schuldenaar verloren heeft laten gaan. 5. De borg verleent aan de bank uitdrukkelijk de bevoegdheid om, al dan niet tegen aflossing op het verschuldigde, enige aan de bank verleende zekerheid prijs te geven, op te zeggen of daarvan afstand te doen. De borg blijft volledig als borg gebonden indien de bank van genoemde bevoegdheid gebruik zal maken. 6. De borg zal op eerste verlangen van de bank het verschuldigde betalen zodra de schuldenaar in verzuim is. De bank zal ten opzichte van de borg niet tot meer of andere bewijs terzake van het bestaan, de inhoud of het tijdstip van de betaling van het verschuldigde verplicht zijn dan zij is ten opzichte van de schuldenaar. 7. Tot meerdere zekerheid voor de nakoming van het verschuldigde verpandt de borg, die het verschuldigde gedeeltelijk heeft betaald, door ondertekening van de akte bij voorbaat enige vordering die hij op grond van die betaling op de schuldenaar heeft. De borg zal die vordering(en) en de daarbij behorende rechten niet zelf uitoefenen zolang de bank het aan haar verschuldigde niet volledig heeft ontvangen.

Borgstelling. 1. 1 De borg verbindt zich ook voor de tijd waarvoor de lening geldlening of het krediet eventueel zal worden verlengd en de voorwaarden waarop dit zal gebeuren, ongeacht of dit leidt tot een grotere aansprakelijkheid van de schuldenaar dan op het moment van het aangaan van de borgstelling. 2. 2 De borgstelling blijft in stand indien de schuldenaar een (juridische) fusie aangaat. 3. 3 De bank schuldeiseres is bevoegd zonder toestemming van de borg: – • de voorwaarden van de lening geldlening of het krediet te wijzigen; – uitstel van betaling • xxxxxxx xxx xxxxxxxx of ontslag uit de hoofdelijke verbondenheid aan de schuldenaar te verlenen; – • afstand om niet (kwijtschelding) of afstand om baat (schuldvernieuwing) te doen; – • een aanbod tot afstand om niet of tot afstand om baat tot de schuldenaar te richten; – • met een akkoord in welke vorm ook in te stemmen. De borg blijft voor zover dwingendrechtelijke bepalingen zich daar niet tegen verzetten volledig gebonden indien de bank schuldeiseres van een genoemde bevoegdheid gebruik maakt. 4. 4 De borg doet tegenover de bank schuldeiseres afstand van het recht: a. a te verlangen dat de bank schuldeiseres eerst het vermogen van de schuldenaar zal uitwinnen alvorens de borg aan te spreken; b. b bevrijding van zijn aansprakelijkheid in te roepen indien de bank schuldeiseres een bevoegdheid tot verrekening met een schuld aan de schuldenaar verloren heeft laten gaan. 5. 5 De borg verleent aan de bank schuldeiseres uitdrukkelijk de bevoegdheid om, al dan niet tegen aflossing op het verschuldigde, enige aan de bank schuldeiseres verleende zekerheid prijs te geven, op te zeggen of daarvan afstand te doen. De borg blijft volledig als borg gebonden indien de bank schuldeiseres van een genoemde bevoegdheid gebruik zal makenmaakt. 6. 6 De borg xxxx zal op eerste verlangen van de bank schuldeiseres het verschuldigde betalen zodra xxxxx de schuldenaar in verzuim is. De bank schuldeiseres zal ten opzichte van de borg niet tot meer of andere ander bewijs terzake ter zake van het bestaan, de inhoud of het tijdstip van de betaling van het verschuldigde verplicht zijn dan zij is ten opzichte van de schuldenaar. 7. Tot meerdere zekerheid voor de nakoming van het verschuldigde verpandt de borg, die het verschuldigde gedeeltelijk heeft betaald, door ondertekening van de akte bij voorbaat enige vordering die hij op grond van die betaling op de schuldenaar heeft. De borg zal die vordering(en) en de daarbij behorende rechten niet zelf uitoefenen zolang de bank schuldeiseres het aan haar verschuldigde niet volledig heeft ontvangen.

Borgstelling. 1. De borg verbindt zich ook voor de tijd waarvoor de lening geldlening of het krediet eventueel zal worden verlengd en de voorwaarden waarop dit zal gebeuren, ongeacht of dit leidt tot een grotere aansprakelijkheid van de schuldenaar dan op het moment van het aangaan van de borgstelling. 2. De borgstelling blijft in stand indien de schuldenaar een (juridische) fusie aangaat. 3. De bank is bevoegd zonder toestemming van de borg: – de voorwaarden van de lening geldlening of het krediet te wijzigen; – uitstel van betaling of ontslag uit de hoofdelijke verbondenheid aan de schuldenaar te verlenen; – afstand om niet (kwijtschelding) of afstand om baat (schuldvernieuwing) te doen; – een aanbod tot afstand om niet of tot afstand om baat tot de schuldenaar te richten; – met een akkoord in welke vorm ook in te stemmen. De borg blijft voor zover dwingendrechtelijke bepalingen zich daar niet tegen verzetten volledig gebonden indien de bank van genoemde bevoegdheid gebruik maakt. 4. De borg doet tegenover de bank afstand van het recht: a. te verlangen dat de bank eerst het vermogen van de schuldenaar zal uitwinnen alvorens de borg aan te spreken; b. bevrijding van zijn aansprakelijkheid in te roepen indien de bank een bevoegdheid tot verrekening met een schuld aan de schuldenaar verloren heeft laten gaan. 5. De borg verleent aan de bank uitdrukkelijk de bevoegdheid om, al dan niet tegen aflossing op het verschuldigde, enige aan de bank verleende zekerheid prijs te geven, op te zeggen of daarvan afstand te doen. De borg blijft volledig als borg gebonden indien de bank van genoemde bevoegdheid gebruik zal maken. 6. De borg zal op eerste verlangen van de bank het verschuldigde betalen zodra de schuldenaar in verzuim is. De bank zal ten opzichte van de borg niet tot meer of andere bewijs terzake van het bestaan, de inhoud of het tijdstip van de betaling van het verschuldigde verplicht zijn dan zij is ten opzichte van de 3. kennisgeving een latere datum van overneming is bepaald, geldt deze latere datum als moment van overneming. De overnemende groepsmaatschappij heeft het recht 7. schuldenaar. 7. Tot meerdere zekerheid voor de nakoming van het van de contractsoverneming op haar kosten aantekening te laten maken in de registers waarin zekerheidsrechten geregistreerd zijn. verschuldigde verpandt de borg, die het verschuldigde gedeeltelijk heeft betaald, door ondertekening van de akte bij voorbaat enige vordering die hij op grond van die betaling op de schuldenaar heeft. De borg zal die vordering(en) en de daarbij behorende rechten niet Art. 28 Meeneemregeling Ingeval van onderhandse verkoop van een onderpand Art. 26 1. zelf uitoefenen zolang de bank het aan haar verschuldigde niet volledig heeft ontvangen. Derde-onderzetting De bank is bevoegd zonder toestemming van de als bedoeld in artikel 6 lid 5 sub b onder 2 door een in artikel 6 lid 4 bedoelde schuldenaar, is deze bevoegd de lening voort te zetten onder dezelfde condities, zonder dat hiervoor enige vergoeding aan de bank verschuldigd zal zijn, echter onder de voorwaarde dat naar het oordeel van de bank voldoende vervangende zekerheid wordt verstrekt. derde-onderzetter: – de voorwaarden van geldlening of het krediet te wijzigen; – uitstel van betaling of ontslag uit de hoofdelijke verbondenheid aan de schuldenaar te verlenen; – afstand om niet (kwijtschelding) of om baat Art. 29 1. Persoonsregistratie en kredietregistratie De schuldenaar en de (derde-)onderzetter en de borg (schuldvernieuwing) aan de schuldenaar te doen; – een aanbod tot afstand om niet of afstand om baat tot de schuldenaar te richten. De derde-onderzetter blijft volledig gebonden indien de bank van genoemde bevoegdheid gebruik maakt. verklaren ermede bekend te zijn dat na het totstandkomen van de lening de gegevens welke omtrent hen in het kader van de lening aan de bank zijn verstrekt door de bank in een persoonsregistratie kunnen worden opgenomen. 2. De derde-onderzetter doet tegenover de bank afstand 2. De bank is gerechtigd aangesloten te zijn bij de Stichting Bureau Kredietregistratie (BKR) in Tiel of een van het recht: a. op vergoeding van de kosten die hij ten behoeve van het onderpand heeft gemaakt; b. wanneer de bank tot executoriale verkoop overgaat, te verlangen dat de goederen van de schuldenaar mede in de verkoop worden begrepen en het eerst worden verkocht; c. bevrijding van zijn aansprakelijkheid in te roepen indien de bank een bevoegdheid tot verrekening Art. 30 1. soortgelijke instelling die zich bezighoudt met de registratie van kredieten. Zij is verplicht de reglementen die uit aansluiting voortvloeien na te leven.

Borgstelling. 1. De borg verbindt zich ook dekking omvat de borgstelling voor de tijd waarvoor de lening eventueel zal worden verlengd schuldvorderingen van klanten en de voorwaarden waarop dit zal gebeurenderden tegenover u, ongeacht met betrekking tot fondsen, effecten of dit leidt tot een grotere aansprakelijkheid waarden die in het kader van de schuldenaar dan op het moment verzekerde activiteiten, aan u zijn toevertrouwd en waarvan u niet de uiteindelijke ontvanger bent. De borgstelling dekt eveneens uw malafide praktijken, d.w.z. elke strafbare of oneerlijke daad die de verduistering van het aangaan van de borgstellingfondsen of goederen die aan een derde toebehoren tot gevolg heeft. 2. De borgstelling blijft kan alleen worden toegekend als aan de volgende drie voorwaarden is voldaan: a) de schuldvordering is ontstaan na de datum van het in stand indien voege treden van de schuldenaar financiële waarborg en voor het stopzetten ervan, en b) de schuldvordering is onweerlegbaar en opeisbaar op het ogenblik dat onze tussenkomst wordt gevraagd, en c) u bent onvermogend. Onder onvermogend wordt verstaan: ▪ failliet zijn verklaard, of ▪ onder gerechtelijke reorganisatie zijn geplaatst, of ▪ geen gevolg hebben gegeven aan het verzoek tot betaling van een (juridische) fusie aangaatgerechtelijk uitvoerbare titel. 3. De bank In aanvulling op artikel « Dekkingsperiode » van deze titel, is bevoegd zonder toestemming de dekking van de borg: – overeenkomst van toepassing op eisen die tijdens de voorwaarden geldigheidsduur van de lening te wijzigen; – uitstel overeenkomst worden ingediend voor schuldvorderingen die tijdens deze periode zijn ontstaan. De dekking is ook verworven voor schuldvorderingen die tot maximaal 5 jaar voor de invoegetreding van betaling of ontslag uit de hoofdelijke verbondenheid borgstelling zijn ontstaan, op voorwaarde dat de derde het schadegeval niet aan de schuldenaar te verlenen; – afstand om vorige verzekeraar heeft kunnen aangeven omdat de in punt B.2.c) van deze titel bedoelde voorwaarde niet (kwijtschelding) of afstand om baat (schuldvernieuwing) te doen; – een aanbod tot afstand om was vervuld, ondanks het feit dat hij daartoe effectief stappen ondernomen heeft. Deze voorwaarde is echter niet of tot afstand om baat tot van toepassing voor schuldvorderingen die zijn ontstaan in de schuldenaar te richten; – met een akkoord in welke vorm ook in te stemmen. De borg blijft voor zover dwingendrechtelijke bepalingen zich daar niet tegen verzetten volledig gebonden indien periode van zes maanden voorafgaand aan de bank einddatum van genoemde bevoegdheid gebruik maaktde vorige polis. 4. De borg doet tegenover de bank afstand Bij afwijking van het recht: a. te verlangen dat de bank eerst het vermogen artikel « Uitsluitingen » van de schuldenaar zal uitwinnen alvorens de borg aan te spreken; b. bevrijding deze titel, zijn uitsluitend uitgesloten: schade ten gevolge van zijn aansprakelijkheid in te roepen indien de bank een bevoegdheid tot verrekening met een schuld aan de schuldenaar verloren heeft laten gaan. 5. De borg verleent aan de bank uitdrukkelijk de bevoegdheid omoorlog, arbeidsconflict, oproer, daad van terrorisme of sabotage, nucleaire wapens of nucleaire tuigen of van alle collectieve gewelddaden, al dan niet gepaard gaand met opstand tegen aflossing op het verschuldigde, enige aan de bank verleende zekerheid prijs te geven, op te zeggen of daarvan afstand te doen. De borg blijft volledig als borg gebonden indien de bank van genoemde bevoegdheid gebruik zal makengezag. 6. De borg zal op eerste verlangen van de bank het verschuldigde betalen zodra de schuldenaar in verzuim is. De bank zal ten opzichte van de borg niet tot meer of andere bewijs terzake van het bestaan, de inhoud of het tijdstip van de betaling van het verschuldigde verplicht zijn dan zij is ten opzichte van de schuldenaar. 7. Tot meerdere zekerheid voor de nakoming van het verschuldigde verpandt de borg, die het verschuldigde gedeeltelijk heeft betaald, door ondertekening van de akte bij voorbaat enige vordering die hij op grond van die betaling op de schuldenaar heeft. De borg zal die vordering(en) en de daarbij behorende rechten niet zelf uitoefenen zolang de bank het aan haar verschuldigde niet volledig heeft ontvangen.

Borgstelling. 1. 1 Wanneer de verplichtingen uit borgtocht op twee of meer rechtsopvolgers overgaan, zullen deze hoofdelijk verbonden zijn. 2 De borg verbindt zich blijft volledig gebonden ook voor de tijd waarvoor de lening eventueel zal worden verlengd en de voorwaarden waarop dit zal gebeuren, ongeacht of dit leidt tot een grotere aansprakelijkheid van de schuldenaar dan op het moment van het aangaan van de borgstelling. 2. De borgstelling blijft in stand indien de schuldenaar een (juridische) fusie aangaat. 3. De bank is bevoegd zonder toestemming van de borg: – looptijd wordt verlengd, de voorwaarden van de lening te wijzigen; – worden gewijzigd, uitstel van betaling of ontslag uit de hoofdelijke verbondenheid aan de schuldenaar te verlenen; – wordt verleend, afstand om baat of afstand om niet (kwijtschelding) wordt gedaan, of afstand om baat (schuldvernieuwing) te doen; – een aanbod tot afstand om niet of tot afstand om baat tot de schuldenaar te richten; – met een akkoord in welke vorm ook in wordt ingestemd, tot welk een ander schuldeiser uitdrukkelijk bevoegd is, zonder daartoe de medewerking of toestemming van de borg te stemmen. De borg blijft voor zover dwingendrechtelijke bepalingen zich daar niet tegen verzetten volledig gebonden indien de bank van genoemde bevoegdheid gebruik maaktbehoeven. 4. De 3 Bij borgtocht ten behoeve van schuldeiser houdt de ondertekening van de kredietovereenkomst/ offerte en de akte mede in: a afstand door de borg doet tegenover de bank afstand van het recht: a. te verlangen dat recht om de bank eerst het vermogen van de schuldenaar zal uitwinnen alvorens de borg aan te spreken; b. bevrijding van zijn aansprakelijkheid in te roepen indien de bank schuldeiser een bevoegdheid tot verrekening met een schuld aan de schuldenaar verloren heeft laten doen gaan; b het verlenen door de borg aan en het aanvaarden door schuldeiser van pandrecht op alle rechten die de borg ingevolge het bepaalde in artikel 7:866 juncto de artikelen 6:10 en 6:12 van het Burgerlijk Wetboek jegens andere onder schuldenaar begrepen personen en derden kan geldend maken; c het doen van mededeling van de onder b. bedoelde verpanding aan de bij de kredietovereenkomst/offerte en de akte betrokken andere onder schuldenaar begrepen personen en derden. 5. De 4 Indien zich voor de schuld een borg verleent verbindt doet hij afstand van alle rechten op verrekening en van alle rechten, verweren en voorrechten bij de wet aan borgen toegekend bij onder andere de bank uitdrukkelijk artikelen 139 en 154 Boek 6 en de bevoegdheid omartikelen 852 en volgende, al dan niet tegen aflossing op Boek 7 van het verschuldigde, enige aan de bank verleende zekerheid prijs Burgerlijk Wetboek of te geven, op eniger tijd nog toe te zeggen of daarvan afstand te doen. De borg blijft volledig als borg gebonden indien de bank van genoemde bevoegdheid gebruik zal makenkennen. 6. De borg zal 5 Het bepaalde in dit artikel is van overeenkomstige toepassing bij garantie en op eerste verlangen van de bank overeenkomsten, waarbij iemand zich jegens schuldeiser verbindt tot een financiële prestatie voor het verschuldigde betalen zodra de schuldenaar in verzuim is. De bank zal ten opzichte van de borg geval (hoofd)schuldenaar zijn verbintenis jegens schuldeiser niet tot meer of andere bewijs terzake van het bestaan, de inhoud of het tijdstip van de betaling van het verschuldigde verplicht zijn dan zij is ten opzichte van de schuldenaarnakomt. 7. Tot meerdere zekerheid voor de nakoming van het verschuldigde verpandt de borg, die het verschuldigde gedeeltelijk heeft betaald, door ondertekening van de akte bij voorbaat enige vordering die hij op grond van die betaling op de schuldenaar heeft. De borg zal die vordering(en) en de daarbij behorende rechten niet zelf uitoefenen zolang de bank het aan haar verschuldigde niet volledig heeft ontvangen.