Hoogte van de uitkering a. De hoogte van de uitkering moet verband houden met de duur van de dienstbetrekking van de betrokken werknemers in het boekjaar, waarover de uitkering zal worden gedaan.
b. De uitkering wordt uitsluitend verstrekt aan die werknemers die tijdens het volledige betreffende boekjaar in dienst waren. Als een werknemer niet tijdens het volledige boekjaar in dienst is geweest om andere redenen dan wegens ontslag om dringende redenen (artikel 678 BW) of tijdens de proeftijd, dan heeft de werknemer recht op een uitkering naar rato van de tijd die hij in dienst is geweest.
c. Op de uitkering worden alle extra uitkeringen in mindering gebracht die in het betreffende jaar al zijn gegeven of nog worden gegeven, hoe die ook heten, met uitzondering van de vakantietoeslag.
Hoogte van de uitkering. De uitkering bedraagt 3,0% van het salaris wanneer de resultaten overeenkomen met de gestelde doelen. De werkelijke uitkering kan hoger of lager zijn, afhankelijk van de mate waarin de doelen gerealiseerd zijn. De uitkering wordt berekend over de som van de in het betreffende jaar verdiende (bruto) salaris. Xxx je ná 1 januari van dat jaar in dienst gekomen, dan wordt de uitkering over de daadwerkelijke dienstperiode berekend. Je hebt recht op de vastgestelde uitkering wanneer je op 31 december van het betreffende jaar in dienst was bij het bedrijf. De uitbetaling gebeurt in principe in de maand april van het volgend jaar. In overleg met de Ondernemingsraad kan over het moment van uitbetaling een andere afspraak gemaakt worden.
Hoogte van de uitkering. De hoogte van de uitkering is het bedrag waarvoor je verzekerd bent, zoals is omschreven in 8.c ‘Voor welk bedrag ben je verzekerd?’. Bij gedeeltelijke werkloosheid heb je recht op een gedeeltelijke uitkering. Dit gedeelte is hetzelfde percentage als het percentage dat je aan WW-uitkering of wachtgeldregeling ontvangt. Als je gebruikmaakt van de startersregeling van UWV, houdt je recht op een gedeeltelijke uitkering zolang je een WW-uitkering ontvangt van UWV.
Hoogte van de uitkering. 1 a. Komt een deelnemer in aanmerking voor een volledige Vuvlegro-uitkering dan bedraagt de uitkering per dag 80 % bruto van het dagloon, dat gemiddeld verdiend is in de onmiddellijk voor het beëindigen van de arbeid liggende 52 weken, zulks met een maximum van 90 % netto, voor die deelnemers welke na 1 juli 1984 vervroegd zijn uitgetreden.
Hoogte van de uitkering. 1. De hoogte van de RVU-uitkering is afgeleid van de AOW-uitkering. Het is niet exact gelijk aan het AOW-bedrag, maar afgeleid van de netto AOW-uitkering.
2. Het bedrag voor 2022 is € 1.874,- bruto per maand. of zoveel hoger als vastgesteld in verband met de wettelijke indexatie op grond van de door de overheid vast te stellen RVU-drempelvrijstelling.
3. Er wordt geen vakantiebijslag over deze uitkering betaald.
4. Voor parttimers zal de uitkering een fulltime uitkering zijn, maar de duur van de uitkering wordt ingekort naar rato van het deeltijdpercentage. (Voorbeeld: de parttimer met een deeltijdpercentage van 50% kan niet x maar 0,5 * x maanden voor de AOW-leeftijd gebruik maken van de regeling en krijgt dan de volledige (fulltime) uitkering.
5. De werknemer die direct voorafgaand aan de uittredingsdatum gedeeltelijk arbeidsgeschikt was en dientengevolge op het moment van gebruikmaking van de RVU recht heeft op een uitkering krachtens de sociale verzekeringswetgeving, heeft recht op een RVU uitkering ter hoogte van de RVU-drempelvrijstelling minus zijn uitkering krachtens de sociale verzekeringswetgeving.
Hoogte van de uitkering. De hoogte van de uitkering is een percentage van uw verzekerd jaar- inkomen volgens onderstaand overzicht: 0 – 25% 0% 25 – 35% 21% 35 – 45% 28% 45 – 55% 35% 55 – 65% 42% 65 – 80% 50,75% 80 – 100% 70% Is uw beroepsarbeidsongeschiktheid afgenomen en is dit door onze medisch adviseur vastgesteld? Dan wordt de uitkering verlaagd of beëindigd. Bij toegenomen beroepsarbeidsongeschiktheid wordt de uitkering verhoogd. Wettelijke en overige uitkeringen worden van de verzekeringsuitkering afgetrokken. Dit geldt niet voor Ouderdomspensioen of Keuzepensioen.
Hoogte van de uitkering. Wij vergoeden - vanaf de eerste dag dat het recht op een WGA-uitkering is toegekend - de volgende WGA-uitkeringslasten die voor uw rekening komen: • de loongerelateerde uitkering volgens de WIA, en • de loonaanvullingsuitkering volgens de WIA tot maximaal het bedrag van de vervolguitkering, als minstens 50% van de restverdiencapaciteit wordt benut, of • de vervolguitkering volgens de WIA als minder dan 50% van de restverdiencapaciteit wordt benut, en • de premies die u moet betalen voor de sociale verzekeringen. Met de restverdiencapaciteit bedoelen wij het inkomen dat uw gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemer nog kan verdienen. Het UWV stelt de restverdiencapaciteit vast. Bij het vaststellen van de hoogte van de uitkering houden wij rekening met eventuele sancties die u aan uw werknemer heeft opgelegd. Wij bedoelen de sancties zoals die zijn omschreven in hoofdstuk 10 ‘Handhaving’ van de WIA. In de periode dat wij uitkeren kan de uitkering niet hoger worden door een wijziging in de sociale verzekeringswetgeving.
Hoogte van de uitkering. De verzekering keert uit volgens de afspraken in de verzekeringsovereenkomst
Hoogte van de uitkering. We berekenen het WIA-onderbouwpensioen op jaarbasis met deze formule:
A: Uitkeringspercentage B: Pensioenpercentage C: Verzekerde jaarsalaris In deze tabel ziet u welk uitkeringspercentage bij de mate van arbeidsongeschiktheid hoort. De mate van arbeidsongeschiktheid bepaalt de hoogte van het uitkeringspercentage. Minder dan 35% 0% 35 tot 45% 40% 45 tot 55% 50% 55 tot 65% 60% 65 tot 80% 72,5% 80 tot en met 100% 100%