Pensioenregeling Voorbeeldclausules

Pensioenregeling. De Xxxxx Xxxxxxxxxxxxxxxx is van toepassing met de volgende kenmerken: - De totale bijdrage aan de Aviko (CDC) pensioenregeling bedraagt 23% van het pensioengevend jaarsalaris (inclusief werknemersbijdrage) per jaar. Uit deze premie worden naast de reguliere pensioenaanspraken, ook de overgangsregeling bijzonder tijdelijk partnerpensioen, de overgangsregeling garantie partnerpensioen, de VPL¹-pensioeninkoop, de voorwaardelijke indexatie voor de actieve werknemers en de risicopremies over deze periode gefinancierd. - Werknemersbijdrage in de kosten van de pensioenregeling bedraagt 6,9% van de pensioengrondslag (pensioengevend jaarsalaris – franchise). - Jaarlijkse opbouw voor het ouderdomspensioen bedraagt 1,875% van de pensioengrondslag. De jaarlijkse opbouw van het Partnerpensioen bedraagt 35% hiervan. - Pensioenrichtleeftijd is 68 jaar. - Franchise bedraagt € 17.069 (niveau 2019) en wordt jaarlijks geïndexeerd met de Aviko loonindex. - De pensioenopbouw wordt toegepast tot maximaal € 107.593 pensioengevend salaris (niveau 2019). - Er is geen onvoorwaardelijke indexatie. Indexatie kan worden toegekend voor zover sprake is van een positieve premiemarge bij een vaste premie van 23% (2019 en 2020). De hoogte van de eventueel toe te kennen indexatie in enig jaar is afhankelijk van de beschikbare premiemarge ná financiering van de volledige jaarinkoop (inclusief overgangsregelingen en VPL) risicopremies en de opslagen. De voorwaardelijke indexatie wordt gemaximeerd op 2% per jaar. - CAO partijen hebben afgesproken positieve premiemarge (en de beschikbare middelen in het depot) nog niet aan te wenden voor indexatie, zodat de huidige pensioenregeling ingekocht kan (blijven) worden en ook de VPL-afspraken nagekomen en gefinancierd worden. Eventueel resterende positieve premiemarge in 2019 en 2020 kan wordt gereserveerd voor het toekennen van indexatie in toekomstige jaren. Met CAO partijen en PGB is hierover een procesafspraak gemaakt: Uiterlijk op 1 mei van het opvolgende kalenderjaar bepalen partijen op welke wijze het vastgestelde premiedepot wordt aangewend, op basis van een voorstel daartoe van PGB. In 2019 en 2020 wordt de Aviko pensioenregeling, behoudens actualiseringen specifiek voor 2019 en 2020, ongewijzigd voortgezet. In 2020 maken CAO partijen afspraken over verdere deelname aan de Aviko pensioenregeling vanaf 2021 in verband met de afloop van de overeenkomst van aansluiting bij de pensioenuitvoerder (2016-2020), die dan afloopt en o.a. de vrijval va...
Pensioenregeling. In de onderneming van werkgever geldt een pensioenregeling, waaraan deelname verplicht is met inachtneming van het gestelde in de pensioenregeling. Wijzigingen in de pensioenregeling, onder andere betrekking hebbende op de werknemersbijdrage in de premie of de hoogte van de uitkeringen, zullen door de werkgever pas worden goedgekeurd, nadat hij hierover overleg heeft gepleegd met de vakverenigingen.
Pensioenregeling. 47.1. Naleving, regelingen Bedrijfstakpensioenfonds en Prepensioenfonds Er is in de sector een verplicht bedrijfspensioen en prepensioen die worden uitgevoerd door de Stichting Bedrijfspensioen voor de Vlees- en Vleeswa- renindustrie en de Gemaksvoedingindustrie. Werkgever en werknemer leven de statuten en reglementen van dit pensioenfonds na, voor zover de bepa- lingen hierin van toepassing zijn.
Pensioenregeling. Afbakening
Pensioenregeling. De werkgever wordt aanbevolen om binnen de onderneming een collectieve pensioenregeling te treffen voor werknemers.
Pensioenregeling. 1. De pensioenregeling van de ANWB geldt van 2016 tot en met 2020 en loopt eind 2020 af. Cao-partijen hebben onder andere met het oog op het Pensioenakkoord een regeling voor 1 jaar afgesproken. Door macro-economische omstandigheden (zoals een sterk gedaalde rente) is de kostprijs van pensioen zeer sterk gestegen. Dit betekent dat voor dezelfde euro veel minder pensioen kan worden opgebouwd. Partijen zijn overeengekomen dat de pensioenregeling voor het jaar 2021 op de volgende kenmerken wijzigt: Bovenop de bestaande vaste werkgeverspremie en vaste werknemerspremie, stort de ANWB in 2021 een eenmalige extra bijdrage van bijna 10% van de pensioenpremie, circa 3,4 miljoen euro, om te komen tot een opbouwpercentage van 1,5% in 2021 en om de risicoverzekering voor het partnerpensioen in 2021 te repareren naar het niveau van 2020. 2. ANWB heeft de pensioenovereenkomst aan haar medewerkers met zowel een vast als tijdelijk dienstverband geregeld in de Pensioenregeling ANWB. 3. ANWB en vakorganisaties zijn het erover eens dat de Pensioenregeling nimmer fiscaal bovenmatig mag zijn dan wel worden. Indien dat toch het geval blijkt te zijn, treden partijen opnieuw in overleg over hoe de Pensioenregeling daarop aan te passen. Dit geldt ook als de Pensioenregeling niet (meer) in lijn is of strijdig is met de strekking van de (veranderende) wetgeving. 4. De hoofdlijnen van Pensioenregeling ANWB: a. De pensioenregeling is een middelloonregeling met voorwaardelijke indexatie op basis van de consumentenprijsindex. (Afgeleide CPI voor alle huishoudens, reeks juli – juli.) In de premie is geen opslag opgenomen voor de toeslagverlening (indexatie). Evenmin is er binnen het Pensioenfonds een reserve voor de toeslagverlening (indexatie) gevormd. Het bestuur van het Pensioenfonds beslist jaarlijks in overeenstemming met de beleidsstukken van het fonds of er toeslagen kunnen worden verleend. b. De pensioentoezegging omvat een ouderdomspensioen, een nabestaandenpensioen en een wezenpensioen. c. Het opbouwpercentage bedraagt tot en met 31 december 2020 1,875% en 1,5% in 2021. d. De franchise is dat deel van het pensioengevend salaris waarover geen pensioen wordt opgebouwd. De franchise is gelijk aan de wettelijk minimale franchise en wordt jaarlijks aangepast. De franchise bedraagt in 2021 €14.544.. De actuele hoogte van de franchise is te lezen op de HR- site. e. Pensioenopbouw is niet mogelijk boven het maximum pensioengevend salaris. Dit is gelijk aan het wettelijk maximum en word...
Pensioenregeling. Artikel 19 Artikel 20 EVC Artikel 20
Pensioenregeling. De werkgever dient ervoor zorg te dragen, dat de werknemer bij indiensttreding als deelnemer wordt aangemeld bij de pensioenregeling van Pensioenfonds PGB, Xxxx. X.X. Xxxxxxxxxxx 0, 0000 XX Xxxxxxxxxx, xxx.xxxxxxxxxxxxxxxx.xx. Deze verplichting geldt tot de datum waarop het besluit van de Minister van Sociale Zekerheid en Werkgelegenheid dat de verplichtstelling van bedrijfstakpensioenfonds PGB is ingetrokken, in werking treedt. Op de website van Pensioenfonds PGB staan de meest recente gegevens van de pensioenregeling (Pensioen 1-2-3).
Pensioenregeling. Voor werknemers die op of na 1 juni 1999 in dienst treden van de werkgever geldt de pensioenregeling van de Stichting Spoorwegpensioenfonds (SPF).
Pensioenregeling. De basis pensioenregeling geldend vanaf 1 januari 2018 zoals omschreven in I tot en met VII van het Pensioenreglement.