Voortzetten hypotheekrecht. Doorhalen hypothecaire inschrijving Voorbeeldclausules

Voortzetten hypotheekrecht. Doorhalen hypothecaire inschrijving. 22.1. Indien en zodra het hypotheekrecht te niet gaat of indien en zodra het de schuldenaar en of de geldgever bekend is dat het hypotheekrecht te niet zal gaan, is de schuldenaar verplicht om op zijn kosten het hypotheekrecht onverkort en ononderbroken voort te doen zetten en daartoe zo nodig op zijn kosten tot zekerheid voor de oorspronkelijke hoofdsom van de lening te behoeve van de geldgever een nieuw recht van hypotheek vestigen op het onderpand, met gelijke rang als de te niet gegane hypotheek.
Voortzetten hypotheekrecht. Doorhalen hypothecaire inschrijving. 22 Zekerheid uit hoofde van levensverzekering, beleggingsrekening, cessie en pand 22 Verpanding 24 Beheer onderpand 25 Verhuur onderpand 26 Uitwinning 27

Related to Voortzetten hypotheekrecht. Doorhalen hypothecaire inschrijving

  • Voorbereiding De leidinggevende nodigt de werknemer twee weken tevoren uit voor het beoordelingsgesprek en stelt een agenda op. De agenda bevat de punten die de leidinggevende tijdens het gesprek wil bespreken. De agenda vermeldt ook het hoofddoel van het gesprek, de duur, het tijdstip en de locatie. De werknemer krijgt de agenda voor het gesprek ter inzage. Hij kan dan ook gespreksonderwerpen aandragen. De leidinggevende zorgt dat de werknemer ter voorbereiding op het gesprek in het bezit is van de functie beschrijving De leidinggevende neemt de tijd, denkt na, betrekt het functioneringsgesprek en de voorgaande beoordeling bij zijn oordeel en vult het beoordelingsformulier in. De beoordeling dient zo objectief en eerlijk mogelijk plaats te vinden op basis van de functiebeschrijving en bijbehorende competenties. De beoordeling wordt opgemaakt ten aanzien van de aan de werknemer feitelijk opgedragen functie en de aan die functie verbonden eisen. De beoordeling betreft hele periode sinds de vorige beoordeling, in principe het afgelopen jaar. Het tijdvak waarover de beoordeling zich uitstrekt is niet korter dan zes maanden en niet langer dan drie jaar. Het gesprek De leidinggevende begint het gesprek met het toelichten van het doel van de beoordeling en legt uit hoe een oordeel tot stad komt: op welke criteria een oordeel is gebaseerd. Vervolgens kan de werknemer nog een onderwerp toevoegen en wordt de agenda vastgesteld. De leidinggevende vertelt vervolgens op helder geformuleerde wijze het oordeel over de werknemer. Het gaat hierbij vooral om het uitspreken van een oordeel over het hetgeen de werknemer laat zien en doet in plaats van wie de werknemer is. Na het geven van het oordeel is het aan de werknemer hierop te reageren. De leidinggevende luistert goed en vat de woorden van de werknemer af en toe samen. De agenda wordt afgesloten met het maken van concrete afspraken; welke actie wordt er ondernomen, door wie en op welke termijn. Indien nodig wordt er een vervolggesprek afgesproken. Vastlegging gesprek Na het gesprek maakt de leidinggevende binnen één week de beoordeling op en gebruikt daarvoor het beoordelingsformulier uit de CAO of het formulier dat binnen de onderneming gangbaar is. De leidinggevende neemt de zienswijze c.q. reactie van de werknemer tijdens het gesprek op. Ook de wederzijdse gesprekpunten, afspraken en salarisgevolgen worden opgenomen. Het ingevulde formulier wordt door beide gesprekspartners ondertekend. De werknemer krijgt een kopie. De ondertekening door de werknemer is ter kennisname. Het beoordelingsformulier wordt bewaard in het personeelsdossier van de werknemer.

  • Diefstal van het verzekerde motorrijtuig De schade die voortvloeit uit de betrokkenheid van het verzekerde motorrijtuig nadat personen door diefstal, geweldpleging of heling de macht erover hebben verkregen, is uitgesloten.

  • Geschillen, toepasselijk recht 1. De rechter in de vestigingsplaats van gebruiker is bij uitsluiting bevoegd van geschillen kennis te nemen, tenzij de kantonrechter bevoegd is. Niettemin heeft gebruiker het recht het geschil voor te leggen aan de volgens de wet bevoegde rechter.

  • In Nederland toegelaten verzekeraars Levens-, natura-uitvaart- en schadeverzekeraars die op grond van de Wet op het financieel toezicht bevoegd zijn om in Nederland het verzekeringsbedrijf uit te oefenen.

  • Licentievoorwaarden bij ontwikkeling B.4.1 Opdrachtnemer verleent aan Opdrachtgever het recht om ontwikkelde Materialen te verveelvoudigen en te verspreiden voor de doeleinden die Opdrachtgever bij het aangaan van de Overeenkomst heeft beoogd.

  • Geschillen en toepasselijk recht 12.1 Indien onduidelijkheid bestaat omtrent de uitleg van één of meerdere bepalingen van deze algemene voorwaarden dan dient de uitleg van die bepaling(en) plaats te vinden ‘naar de geest’ van deze algemene voorwaarden.

  • Rijbevoegdheid 5.12 Wij vergoeden geen schade en verlenen geen hulp of rechtsbijstand als de schade ontstaat als de bestuurder van uw oldtimer op het moment van de gebeurtenis: Oldtimer is in beslag genomen

  • Verzekerde hoedanigheid U heeft dekking in de hoedanigheid van: - verkeersdeelnemer, dat wil zeggen wanneer u deelneemt aan het verkeer, met of zonder vervoermiddel, op de openbare weg, op het spoor, op het water of in de lucht; - eigenaar van een vervoermiddel; als een auto op naam van een BV staat en die BV eigendom is van verzekeringnemer en de auto wordt grotendeels privé gebruikt, is er eveneens dekking; - inzittende of gemachtigd bestuurder van een vervoermiddel van verzekerde.

  • Toepasselijke bepalingen Op de verhouding tussen de werkgever en de werknemer is van toepassing de geldende Xxx Xxxxxxxxxx- zorg, verder te noemen ‘cao’, en de van toepassing zijnde wettelijke bepalingen, voor zover daarvan niet in de arbeidsovereenkomst of de van toepassing zijnde cao rechtsgeldig is afgeweken.

  • Onzekerheidsvereiste Deze verzekering beantwoordt – tenzij partijen uitdrukkelijk anders zijn overeengekomen – aan het vereiste van onzekerheid zoals bedoeld in artikel 7:925 BW, indien en voor zover de door verzekerde of een derde geleden schade op vergoeding waarvan jegens verzekeraars respectievelijk een verzekerde aanspraak wordt gemaakt, het gevolg is van een gebeurtenis waarvan voor partijen ten tijde van het sluiten van de verzekering onzeker was dat daaruit schade voor de verzekerde respectievelijk de derde was ontstaan dan wel naar de normale loop van omstandigheden nog zou ontstaan.