Wegwijzer in de polis Hoofdstuk I Algemene Voorwaarden Garageverzekering
Wegwijzer in de polis
Hoofdstuk I Algemene Voorwaarden Garageverzekering
Art. 1 Begripsomschrijvingen
Art. 2 Onderhoudsformulier
Art. 3 No-claimkorting
Art. 4 Schaderegeling
Art. 5 Algemene uitsluiting
Art. 6 Risicowijziging van de verzekering
Hoofdstuk II Aansprakelijkheidsverzekering voor het bedrijf (AVB)
Art. 7 Begripsomschrijvingen
Art. 8 Omschrijving van de dekking
Art. 9 Schadevaststelling en regeling van schade
Rubriek I: Algemene aansprakelijkheid
Art. 10 Omschrijving van de dekking
Art. 11 Aanvullende uitsluitingen en bijzondere insluitingen
Xxxxxxx XX: Werkgeversaansprakelijkheid
Deze rubriek is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 12 Begripsomschrijvingen
Art. 13 Omschrijving van de dekking
Rubriek III: Productenaansprakelijkheid
Deze rubriek is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 14 Omschrijving van de dekking
Art. 15 Aanvullende uitsluitingen
Xxxxxxx XX: Arbeidsongevallen zonder aansprakelijkheid
Deze rubriek is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 16 Begripsomschrijving
Art. 17 Omschrijving van de dekking
Art. 18 Schade
Art. 19 Uitsluitingen
Hoofdstuk III Verzekering tegen schade aan cliëntenvoertuigen
Dit hoofdstuk is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 20 Cliëntenvoertuigen
Art. 21 Dekking
Art. 22 Uitsluitingen
Art. 23 Bijzondere regeling betreffende diefstal en joyriding voor cliëntenvoertuigen.
Art. 24 Vaststelling van de schadevergoeding Art. 25 Diefstal van het gehele cliëntenvoertuig Art. 26 Brand
Hoofdstuk IV Aansprakelijkheidsverzekering voor motorrijtuigen
Dit hoofdstuk is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 27 De verzekerden
Art. 28 Dekking
Art. 29 Aan- of afmelden kentekens
Art. 30 Vervoer van gewonden
Art. 31 Schade aan zaken van de verzekeringnemer
Art. 32 Vervangend motorrijtuig
Art. 33 Schade met of door een cliëntenmotorrijtuig na (op)levering aan een cliënt
Art. 34 Zekerheidstelling
Art. 35 Uitsluitingen
Art. 36 Verzekeringsgebied
Art. 37 Verhaalsrecht
Hoofdstuk V Extra dekkingen Garageverzekering | ||
Art. 38 | Schadeverzekering voor inzittenden | |
Art. 00 | Xxxxxxxxxxxxx Xxx Xxxxxxxxxx | |
Xxxxxxxxxxxx Xxx Xxxxxxxxxx XXXXXXX / XX | ||
Art. 1 | Algemeen | |
Art. 2 | Hulpverlening in Nederland | |
Art. 3 | Hulpverlening in landen buiten Nederland | |
SPECIALE VOORWAARDEN GARAGE AANSPRAKELIJKHEID | MAGA2013 |
Onderstaande voorwaarden zijn uitsluitend van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat dit onderdeel is meeverzekerd. Indien bepalingen van deze speciale voorwaarden afwijken van de bepalingen in de van toepassing zijnde algemene voorwaarden MAV dan geldt hetgeen is bepaald in deze speciale voorwaarden.
Hoofdstuk I Algemene Voorwaarden Garageverzekering Art. 1 Begripsomschrijvingen
1.1 Schade
Xxxxxx aan personen en schade aan zaken.
a. Onder schade aan personen wordt verstaan:
letsel of aantasting van de gezondheid van personen, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
b. Onder schade aan zaken wordt verstaan:
beschadiging, vernietiging of verloren gaan van zaken van anderen dan de verzekeringnemer met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
1.2 Verzekering:
Art. 2 Onderhoudsformulier
2.1 Jaarlijks wordt door de maatschappij een onderhoudsformulier verstrekt dat binnen de daarin gestelde termijn volledig ingevuld en ondertekend moet worden teruggezonden.
2.2 Heeft de maatschappij binnen de termijn van 3 maanden de gegevens niet ontvangen, dan heeft zij het recht de definitieve premie vast te stellen door de betaalde voorschotpremie te verhogen met 25% en ook de voorschotpremie voor het nieuwe verzekeringsjaar met hetzelfde percentage te wijzigen.
2.3 De voorschotpremie is vastgesteld op basis van opgave door verzekeringnemer. Verzekeringnemer verplicht zich aan het eind van ieder verzekeringsjaar opgave te verstrekken van de daadwerkelijke gegevens. Op basis hiervan wordt de definitieve premie vastgesteld. Indien deze meer dan 50% afwijkt van de voorschotpremie, dan zal verrekening over het afgelopen verzekeringsjaar plaatsvinden.
Art. 3 No-claimkorting
3.1 Als een verzekeringsjaar schadevrij is verlopen, verleent de maatschappij over de premie voor het daarop volgende jaar een korting volgens de hieronder vermelde tabel. Een verzekeringsjaar geldt als schadevrij als in dat jaar geen gebeurtenis heeft plaatsgevonden waarvoor de maatschappij een verplichting tot schadevergoeding heeft erkend of zal moeten erkennen.
3.2 Een aangemelde schade heeft geen invloed op het verlenen van de korting, als de maatschappij:
a. uitsluitend schadevergoeding of kosten is verschuldigd in verband met een tussen verzekeraars geldende schaderegelingovereenkomst;
b. de schade uitsluitend als gevolg van een tussen verzekeraars geldende schaderegelingovereenkomst niet of slechts gedeeltelijk heeft kunnen verhalen;
c. de schadevergoeding niet helemaal heeft kunnen verhalen, uitsluitend omdat volgens een bepaling in de voorwaarden de vergoeding hoger was dan de werkelijke geleden schade;
d. de schade op grond van de wet (dus niet op grond van een tussen verzekeraars geldende schaderegelingovereenkomst) geheel heeft kunnen verhalen;
e. wettelijk schadevergoeding is verschuldigd, of de uitgekeerde schadevergoeding niet helemaal heeft kunnen verhalen, terwijl de verzekerde geen (mede)schuld heeft aan het ontstaan van de schade;
f. uitsluitend schade of kosten heeft vergoed zoals bedoeld in art. 30 van hoofdstuk IV en de artikelen 38 en 39 van hoofdstuk V.
g. Indien het verzekeringsjaar, ongeacht het aantal schades, niet schadevrij is verlopen en verzekerde neemt de ten laste van de polis komende schade(s) niet voor eigen rekening, dan zal de korting worden verminderd overeenkomstig de hieronder vermelde tabel:
Trede | Korting in % | Na 1 jaar schadevrij | Na 1 jaar met schade |
1 | 0 | 2 | 1 |
2 | 5 | 3 | 1 |
3 | 10 | 4 | 1 |
4 | 15 | 5 | 2 |
5 | 20 | 6 | 3 |
6 | 25 | 7 | 4 |
7 | 30 | 7 | 5 |
Art. 4 Schaderegeling
4.1 De maatschappij belast zich met het vaststellen en regelen van de schade.
4.2 In geval van ontvreemding van een cliëntenvoertuig is de verzekeringnemer verplicht de sleutels en
– voor zover aanwezig – de kentekenbewijzen en het overschrijvingsbewijs ter beschikking te stellen aan de maatschappij. De maatschappij zal tot uitkering van de schadevergoeding overgaan wanneer na aanmelding van de ontvreemding bij de maatschappij 30 dagen zijn verstreken en de betrokken cliënt zijn rechten met betrekking tot het voertuig aan de maatschappij heeft overgedragen.
Wanneer het voertuig binnen deze termijn wordt teruggevonden, maar het bezit daarvan niet anders dan langs gerechtelijke weg verkregen kan worden, zal de maatschappij de kosten daarvan voor haar rekening nemen.
4.3 Elk recht op schadevergoeding vervalt, als een verzekerde een van deze verplichtingen niet is nagekomen en daardoor de belangen van de maatschappij heeft geschaad.
Art. 5 Algemene uitsluiting
Uitgesloten is schade veroorzaakt door of ontstaan gedurende de tijd dat het motorrijtuig in beslag is genomen of wordt gebruikt krachtens een besluit van een burgerlijke of militaire overheid of door verbeurdverklaring.
Art. 6 Risicowijziging van de verzekering
6.1 Bedrijfsuitbreiding binnen hoedanigheid
Bedrijfsuitbreiding of verzwaring van het risico is alleen gedekt als:
a. geen uitsluiting of beperking zoals vermeld in de voorwaarden van toepassing is;
b. binnen de grenzen van de verzekerde hoedanigheid valt;
c. de risicowijziging uiterlijk 3 maanden na het einde van het lopende verzekeringsjaar wordt gemeld;
d. het geen (neven)vestiging in het buitenland betreft.
6.2 Bedrijfsuitbreiding buiten hoedanigheid
Verzekeringnemer is verplicht een bedrijfsuitbreiding of verzwaring van het risicobuiten de verzekerde hoedanigheid gelijk aan de maatschappij te melden.
De dekking blijft van kracht voor alle schade, die zonder de uitbreiding of verzwaring ook zou zijn ontstaan.
De verzekeringnemer heeft het recht de verzekering binnen een maand te beëindigen als:
a. de maatschappij het gewijzigde risico niet accepteert;
b. geen overeenstemming kan worden bereikt over de premie en de voorwaarden voor het gewijzigd risico.
Hoofdstuk II Aansprakelijkheidsverzekering voor het bedrijf (AVB) Art. 7 Begripsomschrijvingen
7.1 Aanspraak
Een vordering tot vergoeding van schade voortvloeiend uit een handelen of nalaten ingesteld tegen verzekerde(n).
Aanspraken, al dan niet tegen meer verzekerden ingesteld, die verband houden met of voortvloeien uit hetzelfde handelen of nalaten, uit een voortdurend handelen of nalaten, of uit een opeenvolgend handelen of nalaten met dezelfde oorzaak, worden als één aanspraak beschouwd en worden geacht bij de maatschappij te zijn aangemeld op het moment waarop de eerste aanspraak is aangemeld.
7.2 Bereddingskosten
Kosten, verbonden aan maatregelen, die tijdens de geldigheidsduur van de verzekering door of vanwege een verzekerde worden getroffen en redelijkerwijs geboden zijn om het onmiddellijk dreigende gevaar van schade af te wenden of te beperken, voor welke schade -als gevallen- een verzekerde aansprakelijk zou zijnen deze verzekering dekking biedt.
7.3 Derden
Iedereen met uitzondering van de aansprakelijk gestelde verzekerde.
7.4 Geldigheidsduur
De periode vanaf de ingangsdatum van de verzekering tot het einde van de verzekering.
7.5 Handelen of nalaten
Een gedraging van een verzekerde waaruit een aanspraak voortvloeit.
Met een handelen of nalaten van verzekerde wordt gelijkgesteld een schadevoorval dat uitsluitend vanwege een aan verzekerde(n) toebehorende hoedanigheid door de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor rekening van verzekerde(n) komt.
7.6 Milieuaantasting
De uitstoot, lozing, loslating, ontsnapping of het doorsijpelen van enige vloeibare, vaste of gasvormige stof voor zover die een prikkelende of een besmetting of bederf veroorzakende of een verontreinigende werking heeft in of op de bodem, de lucht, het oppervlaktewater of enig(e) al dan niet ondergronds(e) water(gang).
7.7 Omstandigheid
Een of meer feiten die voortvloeien uit of verband houden met een bepaald aan verzekerde(n) toerekenbaar handelen of nalaten, waarvan in redelijkheid kan worden aangenomen dat deze zullen leiden tot een aanspraak.
7.8 Schade
Xxxxxx aan personen en schade aan zaken.
a. Onder schade aan personen wordt verstaan:
letsel of aantasting van de gezondheid van personen, al dan niet met de dood als gevolg, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
b. Onder schade aan zaken wordt verstaan:
beschadiging, vernietiging of verloren gaan van zaken van anderen dan de verzekeringnemer met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
Onder schade aan personen en/of zaken wordt niet verstaan de door potentiële benadeelden gemaakte kosten en maatregelen die strekken tot voorkoming van schade als bedoeld in artikel 6:96 BW en vergelijkbare wettelijke bepalingen, daaronder begrepen de daaruit voortvloeiende schade.
7.9 Verzekerden
a. De verzekeringnemer in de op het polisblad omschreven hoedanigheid;
b. Zijn firmanten, vennoten, bestuurders en commissarissen als zodanig handelend;
c. Zijn ondergeschikten, familieleden en huisgenoten ten aanzien van werkzaamheden die voor de verzekeringnemer in zijn verzekerde hoedanigheid worden verricht;
d. Zijn personeelsvereniging en pensioenfonds.
7.10 Verzekeringsjaar
Een periode van 12 maanden vanaf de premievervaldag en elke aansluitende periode van gelijke duur.
Als de periode vanaf de ingangsdatum van de verzekering tot de premievervaldag of vanaf de premievervaldag tot de beëindigingdatum korter is dan 12 maanden wordt een dergelijke periode ook als een verzekeringsjaar beschouwd. Bij een geldigheidsduur korter dan 12 maanden is het verzekeringsjaar gelijk aan de geldigheidsduur.
Art. 8 Omschrijving van de dekking
8.1 Algemeen
Verzekerd is de aansprakelijkheid van de verzekerden in de verzekerde hoedanigheid volgens de algemene en bijzondere bepalingen die behoren bij de op het polisblad van toepassing verklaarde rubrieken.
8.2 Verzekerd bedrag
a. De maatschappij vergoedt per aanspraak en per verzekeringsjaar voor alle verzekerden samen en alles in totaal tot maximaal de voor de bedoelde aanspraak van toepassing zijnde limiet(en):
1. de schade;
2. de kosten van verweer tegen ingestelde aanspraken, met inbegrip van de proceskosten tot betaling waarvan verzekerden mochten worden veroordeeld, mits deze kosten met instemming van de maatschappij worden gemaakt;
3. de kosten van rechtsbijstand mits deze kosten met instemming van de maatschappij worden gemaakt in een tegen een verzekerde aanhangig gemaakte tucht- of strafrechtelijke procedure;
4. de kosten ter voorkoming van of vermindering van schade volgens artikel 7.2 Een eigen risico is op de kosten onder sub 2 en 3 niet van toepassing.
b. Met betrekking tot het maximum verzekerd bedrag per verzekeringsjaar, zoals op het polisblad is vermeld, geldt dat de datum van de eerste schriftelijke melding bij de maatschappij van de aanspraak respectievelijk van een omstandigheid bepalend is voor het verzekeringsjaar waaraan de bedoelde aanspraak of omstandigheid wordt toegerekend.
Als de aansprakelijkheid van verzekerden onder meer dan één van de in de polis van toepassing verklaarde rubrieken is verzekerd, zullen de verzekerde bedragen van de verschillende rubrieken niet cumuleren, maar geldt het hoogste bedrag.
8.3 Wettelijke rente
De maatschappij vergoedt - bij een gedekte aanspraak – zonodig ook boven het verzekerd bedrag de wettelijke rente over het door de verzekering gedekte deel van de hoofdsom. De wettelijke rente wordt slechts vergoed tot maximaal een bedrag gelijk aan het verzekerd bedrag voor de bedoelde aanspraak.
8.4 Dekking van een aanspraak en voorrisico
a. Binnen de grenzen van deze verzekering en tot de overeengekomen limieten is een aanspraak gedekt, mits:
1. de aanspraak of omstandigheid daarop voor de eerste keer tegen verzekerde is ingesteld tijdens de geldigheidsduur van de verzekering en ook tijdens deze geldigheidsduur de schriftelijke melding hiervan door de maatschappij is ontvangen;
en
2. de aanspraak respectievelijk de omstandigheid bij het aangaan van de verzekering bij de verzekeringnemer of de aansprakelijk gestelde verzekerde niet bekend was.
Als een omstandigheid tijdens de geldigheidsduur van de verzekering voor de eerste keer schriftelijk bij de maatschappij is aangemeld, zal de aanspraak, die daaruit voortvloeit -ongeacht op welk tijdstip - geacht worden te zijn ingesteld op de datum van melding van deze omstandigheid.
b. Aanspraken of omstandigheden die voortvloeien uit een handelen of nalaten dat heeft plaatsgevonden tijdens de geldigheidsduur van de verzekering maar vóór de datum van wijziging in de dekking, zijn verzekerd volgens de voorwaarden, verzekerd(e) bedrag(en) en eigen risico(´s) per aanspraak die tot de wijzigingsdatum van kracht zijn en voor de verzekerde(n) voor wie de verzekering ten tijde van het handelen of nalaten geldt.
Als sprake is van schade verband houdend met of voortvloeiend uit hetzelfde handelen of nalaten, uit een voortdurend handelen of nalaten, of uit een opeenvolgend handelen of nalaten met dezelfde oorzaak, is voor de toepasselijkheid van artikel 8.4 bepalend de datum van de aanvang van deze reekshandelingen of nalatingen.
c. In aanvulling op het bepaalde in artikel 8.4.a geldt dat aanspraken of omstandigheden die voortvloeien uit een handelen of nalaten dat heeft plaatsgevonden vóór de ingangsdatum van de verzekering niet zijn verzekerd, tenzij:
1. deze aanspraken of omstandigheden voortvloeien uit een handelen of nalaten dat heeft plaatsgevonden binnen 1 jaar direct voorafgaande aan de ingangsdatum;
2. de aanspraak respectievelijk de omstandigheid bij het aangaan van de verzekering bij de verzekeringnemer of de aansprakelijke gestelde verzekerde niet bekend was.
8.5 Namelding
a. Als de maatschappij, volgens het bepaalde onder artikel 3.2 van de Algemene Voorwaarden MAV van haar recht gebruik maakt de verzekering te beëindigen, heeft de verzekeringnemer het recht, tegen nader overeen te komen premie en voorwaarden, de dekking met 1 jaar te verlengen voor het melden van aanspraken en omstandigheden, die voortvloeien uit een handelen of nalaten, dat heeft plaatsgevonden tijdens de geldigheidsduur van de verzekering en tijdens de duur van het voorrisico (als dit was meeverzekerd).
b. Als de verzekering eindigt wegens beëindiging van de activiteiten van verzekeringnemer in de verzekerde hoedanigheid, heeft de verzekeringnemer het recht, tegen nader overeen te komen premie en voorwaarden, de dekking met maximaal 5 jaar te verlengen voor het melden van aanspraken en omstandigheden, die voortvloeien uit een handelen of nalaten dat heeft plaatsgevonden tijdens de geldigheidsduur van de verzekering en tijdens de duur van het voorrisico, als dit was meeverzekerd.
c. Als de verzekeringnemer gebruik wenst te maken van het in artikel 8.5.a en 8.5.b omschreven recht van verlenging voor respectievelijk 1 en maximaal 5 jaar, moet hij dat vóór de beëindigingdatum van de verzekering schriftelijk aan de maatschappijbekend maken.
d. Voor aanspraken of omstandigheden aangemeld binnen de overeengekomen periode als bedoeld onder artikel 8.5.a en 8.5.b, geldt dat deze worden toegerekend aan het verzekeringsjaar waarin de beëindigingdatum is gelegen.
e. In afwijking van het bepaalde in artikel 8.6 geldt deze nameldingsdekking niet als blijkt dat de door deze verzekering gedekte aansprakelijkheid eveneens op (een)andere polis(sen) is gedekt of daarop gedekt zou zijn als deze verzekering niet zou hebben bestaan.
Het bepaalde in artikel 8.6 blijft onverminderd van kracht.
8.6 Samenloop van verzekeringen
Als blijkt dat de door deze verzekering gedekte aanspraak eveneens op (een)andere polis(sen) gedekt is of daarop zou zijn gedekt als deze verzekering niet zou hebben bestaan, dekt deze verzekering uitsluitend het verschil in voorwaarden en verzekerde bedragen met die andere polis(sen). Uitgesloten blijft het eigen risico dat op deze andere verzekering(en) van toepassing is.
8.7 Verhaal door brandverzekeraars
De verzekering geeft tevens dekking voor een gedekte schade met een maximaal verzekerd bedrag zoals op uw polisblad staat, indien verzekerde aansprakelijk is voor schade aan zaken die verzekerde anders dan in huur, pacht, bruikleen of bewaarneming onder zich had, indien en voor zover ter zake daarvan door een brandverzekeraar schade is vergoed.
8.8 Uitsluitingen en bijzondere insluitingen
a. Opzet, vermogensdelict, geweldsdelict en seksuele gedraging
1. Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade ontstaan door en/of voortvloeiende uit opzettelijk en tegen een persoon of zaak gericht wederrechtelijk handelen of nalaten van een verzekerde. Aan het opzettelijk karakter van dit wederrechtelijk handelen of nalaten doet niet af dat de verzekerde zodanig onder invloed van alcohol of andere stoffen verkeert, dat hij/zij niet in staat is zijn/haar wil te bepalen.
2. Niet gedekt is de aansprakelijkheid van een tot een groep behorende verzekerde voor schade ontstaan door en/of voortvloeiende uit opzettelijk en tegen een persoon of zaak gericht wederrechtelijk handelen of nalaten van een of meer tot de groep behorende personen, ongeacht of de verzekerde zelf zodanig heeft gehandeld of nagelaten. Aan het opzettelijk karakter van dit wederrechtelijk handelen of nalaten doet niet af dat een of meer tot de groep behorende personen zodanig onder invloed van alcohol of andere stoffen verkeert/verkeren, dat deze/die niet in staat is/zijn de wil te bepalen.
3. Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade ontstaan door en/of voortvloeiende uit een door een verzekerde begaan vermogensdelict of geweldsdelict (ongeacht of ter zake een vervolging van die verzekerde heeft plaatsgehad) of een seksuele of seksueel getinte gedraging van een verzekerde van welke aard dan ook.
4. Niet gedekt is de aansprakelijkheid van een tot een groep behorende verzekerde voor schade ontstaan door en/of voortvloeiende uit een vermogensdelict of geweldsdelict (ongeacht of daarvoor een vervolging heeft plaatsgehad) of een seksuele of seksueel getinte gedraging van welke aard dan ook van een of meer tot de groep behorende personen, ongeacht of de verzekerde zelf zodanig heeft gehandeld of nagelaten.
b. Overtreding voorschriften
Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade als gevolg van een handelen of nalaten waarmee bewust enig van overheidswege gegeven voorschrift wordt overtreden, als dit is gebeurd in opdracht van of met goedvinden van verzekeringnemer of enig functionaris in dienst van verzekeringnemer die is belast met verantwoordelijkheid voor de naleving van eerder bedoelde voorschriften.
Als de bedoelde verzekerde een rechtspersoon is, wordt voor de toepassing van deze uitsluiting
onder verzekerde verstaan een lid van de directie of bedrijfsleiding of enige functionaris in dienst van verzekerde, die door een lid van de directie is belast met verantwoordelijkheid voor de naleving van eerder bedoelde voorschriften.
c. Motorrijtuigen, (lucht)vaartuigen, aanhangwagens)
Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade ontstaan met of door een motorrijtuig, (lucht) vaartuig of aanhangwagen, die een verzekerde in eigendom heeft, bezit, houdt, bestuurt, gebruikt of doet gebruiken.
Als uitzondering op het bovenstaande is wel gedekt:
1. passagier
de aansprakelijkheid voor schade toegebracht als passagier van een motorrijtuig, (lucht)vaartuig, met inbegrip van schade aan dat vervoermiddel;
2. gebruik van motorrijtuigen door ondergeschikten
de aansprakelijkheid van de verzekeringnemer voor schade toegebracht met of door niet aan hem toebehorende, niet door hem gehuurde of niet bij hem in gebruik zijnde motorrijtuigen, die door zijn ondergeschikten worden gebruikt, echter met uitzondering van schade van de bestuurder;
3. laden en lossen
de aansprakelijkheid voor schade toegebracht met of door zaken, die zich bevinden op, vallen of gevallen zijn van, geladen worden op of gelost worden van een motorrijtuig, aanhangwagen of vaartuig, anders dan aan het vervoermiddel zelf;
4. aanhangwagens
de aansprakelijkheid voor schade toegebracht met of door aanhangwagens, mits deze niet gekoppeld zijn aan een motorrijtuig en de schade is ontstaan nadat de aanhangwagens zijn losgemaakt of losgeraakt en veilig buiten het verkeer tot stilstand zijn gekomen;
5. vaartuigen
de aansprakelijkheid voor schade aan personen toegebracht met of door vaartuigen, anders dan door aanvaring, en voor schade aan zaken toegebracht met of door niet-gemotoriseerde vaartuigen;
6. regiefout
de aansprakelijkheid van de verzekeringnemer, voor schade toegebracht met of door gehuurd/ingeleend motorisch voortbewogen werkmaterieel dat hij bij de uitvoering van werkzaamheden voor zijn bedrijf/beroep gebruikt of laat gebruiken, en de schade uitsluitend het gevolg is van het geven vaneen verkeerde aanwijzing/ opdracht (regiefout) door verzekeringnemer aan de bestuurder/gebruiker van het werkmaterieel bij de uitvoering van die werkzaamheden. Schade aan werkmaterieel/ motorrijtuigen blijft uitgesloten.
7. werkmaterieel/-tuig
de aansprakelijkheid voor schade door al lopend en met de hand voortbewogen én begeleid materieel, ondersteund door een elektromotor(maximum snelheid 5 km per uur).
Het bepaalde in artikel 8.6 blijft onverminderd van kracht.
d. Geleverde zaken/verrichte werkzaamheden
Niet gedekt is de aansprakelijkheid:
1. voor schade aan geleverde zaken en voor schade en kosten verband houdende met het terugroepen, vervangen, verbeteren of herstellen van geleverde zaken;
2. voor het opnieuw verrichten van uitgevoerde werkzaamheden.
Xxxxx door werkzaamheden die door of onder verantwoordelijkheid van verzekerde zijn uitgevoerd schade toegebracht aan andere zaken die eerder door of onder verantwoordelijkheid van verzekerde zijn geleverd, of die eerder onderwerp zijn geweest van door of onder verantwoordelijkheid van verzekerde uitgevoerde werkzaamheden, dan gelden de onder sub 1 en 2 bedoelde uitsluitingen niet voor die andere zaken.
De onder sub 1 en 2 bedoelde uitsluitingen gelden onverkort als de zaken of de verrichte werkzaamheden onderwerp zijn van één en dezelfde overeenkomst;
3. voor schade die zijn oorsprong vindt in fabricage, bewerking, onderhoud of levering van producten voor of aan: waterbouw, vliegtuigbouw, scheepsbouw, kernreactoren, bio-industrie, (petro)-chemische industrie, treinenbouw, motorrijtuigenindustrie, telers/kwekers, veevoederindustrie en ziekenhuizen.
e. Opzicht
Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade aan zaken die het gevolg is van enig handelen of nalaten gedurende de tijd, dat de verzekerde of iemand namens hem die zaken vervoert, huurt, gebruikt, bewerkt, behandelt, repareert of om enige andere reden onder zich heeft of heeft gehad. Deze uitsluiting geldt:
1. buiten bedrijfsruimten
tijdens de uitvoering van werkzaamheden buiten de bedrijfsruimten en terreinen van de verzekeringnemer uitsluitend voor zaken, die ter uitvoering van werkzaamheden worden gebruikt of die feitelijk in bewerking of behandeling zijn;
2. toegevoegde zaken
niet voor schade aan zaken, waaraan de verzekerde of iemand namens hem een zaak heeft toegevoegd voor zover de schade het gevolg is van een gebrek in de toegevoegde zaak;
3. zaken van ondergeschikten
niet voor schade aan zaken van ondergeschikten, met uitzondering van motorrijtuigen, (lucht)vaartuigen en aanhangwagens, voor welke schade de verzekeringnemer als werkgever aansprakelijk is;
4. zaken van xxxxxxxx
niet voor schade aan zaken van cliënten anders dan motorrijtuigen of (lucht)vaartuigen, die een verzekerde of iemand namens hem ter bewerking en/of behandeling onder zich heeft of heeft gehad, mits en voor zover uit het polisblad blijkt dat dit (opzicht)risico is meeverzekerd;
5. niet voor schade aan zaken als bedoeld in artikel 8.7.
f. Risicoverzwarende bedingen
Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade voortvloeiende uit een boete-, garantie-, vrijwarings- of ander soortgelijk beding, behalve voor zover ook zondereen dergelijk beding aansprakelijkheid zou hebben bestaan.
g. Buitenlandse vestigingen
Niet gedekt is de aansprakelijkheid van niet in Nederland gedomicilieerde vertegenwoordigers en van een buitenlands(e) vestiging, filiaal, dochteronderneming of dergelijke van de verzekeringnemer.
h. Milieuaantasting
Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade als gevolg van een milieuaantasting.
i. Genetische schade in verband met milieuaantasting
Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor genetische schade in verband met milieuaantasting.
j. Asbest
Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade ontstaan door of verband houdende met asbest.
8.9 Verzekeringsgebied
a. Algemeen
De verzekering is van kracht waar ook ter wereld. De verzekering geeft geen dekking voor:
1. aanspraken voor schade door zaken die geëxporteerd zijn naar de Verenigde Staten van Noord-Amerika en Canada;
2. aanspraken die voortvloeien uit een handelen of nalaten dat heeft plaatsgevonden in de Verenigde Staten van Noord-Amerika en Canada en/of aanspraken gebaseerd op het recht van de voornoemde landen.
b. Dienstreizen
Tijdens dienstreizen is de aansprakelijkheid van de verzekerden, als natuurlijk persoon in louter particuliere hoedanigheid, waar ook ter wereld gedekt.
Het bepaalde in artikel 8.6 blijft onverminderd van kracht.
Art. 9 Schadevaststelling en regeling van schade
9.1 De maatschappij belast zich met de vaststelling en de regeling van schade. Zij heeft het recht uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichtingen na te komen door de benadeelde rechtstreeks schadeloos te stellen en met hem schikkingen te treffen.
De maatschappij zal daarbij de belangen van de verzekerde in het oog houden.
9.2 Bestaat de vergoeding van de vastgestelde schade uit periodieke uitkeringen en is de waarde daarvan met inachtneming van andere uitkeringen hoger dan het verzekerde bedrag, dan wordt de duur of de hoogte van die uitkeringen, naar keuze van de verzekerde, naar evenredigheid verlaagd.
Rubriek I: Algemene aansprakelijkheid Art. 10 Omschrijving van de dekking
Met inachtneming van de algemene bepalingen is verzekerd de aansprakelijkheid van verzekerden voor schade van derden toegebracht in de verzekerde hoedanigheid als op het polisblad vermeld.
Art. 11 Aanvullende uitsluitingen en bijzondere insluitingen
11.1 Werkgeversaansprakelijkheid
Niet gedekt is de aansprakelijkheid van verzekerden voor schade tegenover ondergeschikten, zoals omschreven in rubriek II.
11.2 Productenaansprakelijkheid
Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade door zaken, zoals omschreven in xxxxxxx XXX.
11.3 Kantinerisico
Gedekt is de aansprakelijkheid van verzekeringnemer voor schade door aan bezoekers en ondergeschikten verstrekte dranken en spijzen.
Xxxxxxx XX: Werkgeversaansprakelijkheid
Deze rubriek is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 12 Begripsomschrijvingen
In deze rubriek wordt onder schade aan personen, in afwijking van het bepaalde in artikel 7.8.a, uitsluitend verstaan schade aan personen ten gevolge van:
12.1 Arbeidsongeval
Onder arbeidsongeval wordt verstaan:
een plotseling van buiten af en ongewild op het lichaam van een ondergeschikte inwerkend geweld, overkomen tijdens werkzaamheden voor verzekeringnemer, waardoor in één ogenblik lichamelijk letsel wordt toegebracht;
12.2 Beroepsziekte
Onder beroepsziekte wordt verstaan:
een aantasting van de gezondheid van een ondergeschikte niet zijnde het gevolg van een arbeidsongeval zoals omschreven onder artikel 12.1 overkomen tijdens werkzaamheden voor verzekeringnemer.
Art. 13 Omschrijving van de dekking
13.1 Met inachtneming van de algemene bepalingen is verzekerd de aansprakelijkheid van een verzekerde, in de verzekerde hoedanigheid als op het polisblad vermeld, tegenover zijn ondergeschikten voor schade aan personen en schade aan zaken.
13.2 Als een omstandigheid tijdens de geldigheidsduur van de verzekering voor de eerste keer schriftelijk bij de maatschappij is aangemeld, zal de aanspraak, die daaruit voortvloeit - ongeacht op welk tijdstip
– geacht worden te zijn ingesteld op de datum van melding van deze omstandigheid.
Rubriek III: Productenaansprakelijkheid
Deze rubriek is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 14 Omschrijving van de dekking
14.1 Met inachtneming van de algemene bepalingen is verzekerd de aansprakelijkheid van verzekerden, in de verzekerde hoedanigheid als op het polisblad vermeld, voor schade van derden door zaken, met uitsluiting van gebruikte / tweedehands zaken, die door of onder verantwoordelijkheid van een verzekerde in het verkeer zijn gebracht, zijn geleverd, verhuurd/geleased, dan wel na constructie, bewerking of behandeling zijn opgeleverd.
14.2 In afwijking van artikel 8.8.h en met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 14.1 en 14.3 is verzekerd de aansprakelijkheid voor schade in verband met een plotselinge onzekere milieuaantasting, die niet het rechtstreeks gevolg is van een langzaam(in)werkend proces.
14.3 Als de schade is gedekt op een milieuschadeverzekering, of daarop zou zijn gedekt als deze verzekering niet zou hebben bestaan, kan deze verzekering uitsluitend worden aangemerkt als excedent boven het verzekerde bedrag van die milieuschadeverzekering.
Uitgesloten blijft het eigen risico dat op deze andere verzekering van toepassing is.
Art. 15 Aanvullende uitsluitingen
15.1 Werkgeversaansprakelijkheid
Niet gedekt is de aansprakelijkheid van verzekerden voor schade tegenover ondergeschikten, zoals omschreven in Rubriek II.
Xxxxxxx XX: Arbeidsongevallen zonder aansprakelijkheid
Deze rubriek is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 16 Begripsomschrijving
In deze rubriek wordt onder schade aan personen, in afwijking van het bepaalde in artikel 7.8.a, uitsluitend verstaan schade aan personen door arbeidsongeval.
Onder arbeidsongeval wordt verstaan:
een plotseling van buiten af en ongewild op het lichaam van een verzekerde natuurlijk persoon inwerkend geweld, overkomen tijdens werkzaamheden voorverzekeringnemer, waardoor in één ogenblik lichamelijk letsel wordt toegebracht.
Art. 17 Omschrijving van de dekking
Met inachtneming van de algemene bepalingen is verzekerd de schade aan personen als gevolg van een arbeidsongeval in de verzekerde hoedanigheid als op het polisblad vermeld ongeacht de vraag of verzekerde daarvoor aansprakelijk is. Deze rubriek is alleen van toepassing als het nadrukkelijk op het polisblad vermeld staat.
Art. 18 Schade
De vaststelling van de hoogte van de schade vindt plaats als ware verzekerde aansprakelijk volgens Nederlands recht.
Art. 19 Uitsluitingen
19.1 De uitsluitingen als omschreven onder artikel 8.8.a t/m 8.8.j van de algemene bepalingen en het bepaalde in de clausules blijven onverminderd van krachtongeacht de aansprakelijkheidsvraag.
19.2 Niet gedekt is schade van een verzekerde natuurlijk persoon als gevolg van opzet van deze persoon, ongeacht de geestesgesteldheid van deze ondergeschikte.
19.3 De maatschappij vergoedt geen schade krachtens deze module waarop aanspraak wordt gemaakt door een ander dan de rechtstreeks bij de gebeurtenis betrokken benadeelde verzekerde en diens nagelaten betrekkingen.
De Staat der Nederlanden wordt nooit uit als uitkeringsgerechtigde beschouwd.
Hoofdstuk III Verzekering tegen schade aan cliëntenvoertuigen
Dit hoofdstuk is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Art. 20 Cliëntenvoertuigen
Onder cliëntenvoertuigen wordt verstaan:
20.1 motorrijtuigen, caravans, vouwwagens, fietsen, aanhangwagens, opleggers en voertuigen uit de categorie landbouw- , tuinbouw- en werkmaterieel, die in eigendom toebehoren aan cliënten van de verzekeringnemer, gedurende de tijd dat deze voertuigen binnen de verzekerde hoedanigheid aan hem zijn toevertrouwd; en
20.2 verkochte, maar nog niet door de verzekeringnemer afgeleverde voertuigen als de verkoop daarvan kan worden aangetoond.
Art. 21 Dekking
Verzekerd is de aansprakelijkheid van de verzekeringnemer voor schade aan cliëntenvoertuigen en de zich daarin of daarop bevindende zaken doorbeschadiging en verlies, ontstaan gedurende de tijd, dat deze voertuigen aan verzekeringnemer zijn toevertrouwd.
Schade aan cliëntenvoertuigen en de zich daarin of daarop bevindende zaken is ook verzekerd als de verzekeringnemer niet aansprakelijk is.
De maatschappij verleent de uitkering eerst nadat de betrokken cliënt alle rechten die hij ter zake van de schade op anderen mocht hebben, aan de maatschappij heeft overgedragen.
Schade die voortvloeit uit schade aan cliëntenvoertuigen is uitsluitend gedekt als de verzekeringnemer aansprakelijk is. Uiteraard kan alleen de verzekeringnemer rechten aan de verzekering tegen schade aan cliëntenvoertuigen ontlenen.
Art. 22 Uitsluitingen
Naast wat op grond van de in de algemene voorwaarden genoemde uitsluitingen niet is gedekt geeft de verzekering op grond van dit hoofdstuk geen dekking voor:
22.1 schade en kosten met betrekking tot het geheel of gedeeltelijk opnieuw verrichten van de overeengekomen werkzaamheden, die niet of niet naar behoren waren verricht;
22.2 schade en kosten met betrekking tot vervanging, verbetering of reparatie van de door of namens de verzekeringnemer gemonteerde zaken;
22.3 schade door verlies of beschadiging van cliëntenvoertuigen, die:
a. eigendom zijn van fabrikanten, importeurs, (sub)dealers, garagebedrijven of autohandelaren, die de verzekeringnemer ter verkoop onder zich heeft;
b. verkocht maar niet afgeleverd zijn aan (sub)dealers, garagebedrijven of autohandelaren;
c. uitgeleend of verhuurd zijn;
d. schade welke is ontstaan terwijl de gemachtigde bestuurder van het cliëntenvoertuig op het moment van de schadeveroorzakende gebeurtenis onder zodanige invloed van alcoholhoudende drank of enig bedwelmend of opwekkend middel verkeerde, dat hij niet in staat moest worden geacht het voertuig naar behoren te besturen. Als de gemachtigde bestuurder op grond van artikel 8, 1e of 2e lid Wegenverkeerswet strafrechtelijk is veroordeeld of een strafrechtelijk schikkingsvoorstel heeft aanvaard, wordt dat gelijkgesteld aan de situatie dat de bestuurder niet in staat was het motorrijtuig naar behoren te besturen;
e. schade welke is ontstaan door geleidelijk werkende invloeden of normale slijtage;
f. schade aan cliëntenvoertuigen die voor een proefrit ter beschikking worden gesteld, tenzij:
1. het een voertuig betreft, dat aan de verzekeringnemer ter verkoop is toevertrouwd (onverminderd het bepaalde in artikel 22.3.a); en
2. de verzekeringnemer een kopie van een geldig rijbewijs of paspoort van de kandidaat-koper kan overleggen;
x. xxxxxx aan zomer- of winterbanden inclusief velgen die ten behoeve van cliënten en/of derden zijn opgeslagen, met terzijdestelling van het in Hoofdstuk II artikel 8.8.e.4 gestelde.
Art. 23 Bijzondere regeling betreffende diefstal en joyriding voor cliëntenvoertuigen
Voor cliëntenvoertuigen geldt de volgende bijzondere regeling en wordt het hieronder genoemde eigen risico gerekend.
23.1 Eigen risico
Voor de in artikel 23.2 t/m 23.4 genoemde gevallen wordt;
a. bij de 1e schade een eigen risico van 25% van het schadebedrag toegepast en;
b. bij de 2e schade een eigen risico van 50% van het schadebedrag toegepast en;
c. bij de 3e schade een eigen risico van 75% van het schadebedrag toegepast en;
d. voor de daarop volgende schade(s) geen dekking verleend.
Bovenstaande geldt voor een periode van telkens 3 jaar, te rekenen vanaf de datum van de 1e schade, mits aan de preventie-eisen van de maatschappij is voldaan.
23.2 Schade door beschadiging of verlies van het motorrijtuig door diefstal of joyriding tijdens de openingstijd van het bedrijf voor zover die schade het gevolg is van aan de verzekerde toe te rekenen onvoldoende zorg voor het motorrijtuig. Van onvoldoende zorg is in ieder geval sprake als de (contact)sleutels of één of meer bij het cliëntenvoertuig behorende bescheiden (met name kentekenbewijs deel 1a en deel 1b en het overschrijvingsbewijs) daarin zijn achtergelaten of niet op een veilige plaats zijn opgeborgen.
23.3 Schade door beschadiging of verlies van cliëntenvoertuigen en de zich daarin of daarop bevindende zaken door diefstal of joyriding na sluitingstijd van het bedrijf als:
a. het voertuig zich buiten het pand van de verzekeringnemer bevindt, tenzij ten behoeve van de maatschappij kan worden aangetoond dat:
1. het voertuig voldoende was afgesloten;
2. de (contact)sleutels en alle bij het voertuig behorende bescheiden (met name kentekenbewijs deel 1a en deel 1b, evenals het overschrijvingsbewijs) op een veilige plaats zijn opgeborgen; en
3. op het voertuig sporen van braak aanwezig zijn;
b. het cliëntenvoertuig zich in het pand van de verzekeringnemer bevindt en de schade een gevolg is van aan de verzekeringnemer toe te rekenen onvoldoende zorg. Van onvoldoende zorg is in ieder geval sprake als:
1. de (contact)sleutels in het cliëntenvoertuig zijn achtergelaten, of;
2. één of meer bij het cliëntenvoertuig behorende bescheiden (met name kentekenbewijs deel 1a en deel 1b, evenals het overschrijvingsbewijs) daarin zijn achtergelaten of niet op een veilige plaats zijn opgeborgen.
c. als de (contact)sleutels of de bescheiden (met name kentekenbewijs deel 1a en deel 1b, evenals het overschrijvingsbewijs) na de gebeurtenis niet kunnen worden overgelegd wordt voor de werking van het in artikel 23.2 en 23.3 gestelde aangenomen dat de (contact)sleutels en de genoemde bescheiden in het motorrijtuig zijn achtergelaten of niet op een veilige plaats zijn opgeborgen.
23.4 Schade door verlies of beschadiging van cliëntenvoertuigen en de zich daarin of daarop bevindende zaken door verduistering of oplichting als de schade een gevolg is van aan de verzekeringnemer toe te rekenen onvoldoende zorg.
Art. 24 Vaststelling van de schadevergoeding
24.1 In geval van beschadiging van een cliëntenvoertuig worden de reparatiekosten vergoed tot ten hoogste het verschil tussen de waarde van het voertuigonmiddellijk voor het ontstaan van de schade en de waarde van de restanten. Xxxxxxx van verlies van het voertuig wordt vergoed de waarde onmiddellijk voor het ontstaan van de schade.
24.2 Betreft het cliëntenvoertuig een door de verzekeringnemer verkocht maar nog niet afgeleverd nieuw voertuig, dan zal de maatschappij niet meer vergoeden dan deinkoopprijs van het voertuig, onmiddellijk voor het ontstaan van de schade, vermeerderd met de al gemaakte afleveringskosten.
24.3 Voor overige zaken van cliënten vindt vaststelling van de schadevergoeding plaats op basis van de waarde onmiddellijk voor het ontstaan van de schade onder aftrek van de waarde van de restanten.
24.4 Nieuwwaarde en vaste afschrijving.
De volgende bepalingen gelden alleen als het motorrijtuig een personenauto is die:
a. nieuw was op de datum van afgifte van deel 1a van het Nederlandse kentekenbewijs;
b. op die datum een nieuwwaarde vertegenwoordigde van maximaal € 100.000,- inclusief btw en bpm of, als in het verzekerde bedrag de btw niet is inbegrepen, exclusief btw en bpm;
c. niet door of ten behoeve van de cliënt wordt gebruikt voor verhuur, leasing, het geven van rijlessen, personenvervoer tegen betaling;
d. door de cliënt als eerste eigenaar is verkregen.
24.5 Bij (totaal)verlies van het motorrijtuig binnen 36 maanden na de hiervoor bedoelde datum vergoedt de maatschappij de poliswaarde onder aftrek van de waarde van de restanten en het eigen risico. Van totaal verlies is sprake:
a. als de herstelkosten meer bedragen dan 2/3 van de waarde van het motorrijtuig direct voor het ontstaan van de beschadiging;
b. bij diefstal of verduistering van het motorrijtuig.
24.6 De poliswaarde op het moment van de gebeurtenis wordt als volgt vastgesteld:
a. binnen 12 maanden na de datum van afgifte van deel 1a van het Nederlandse kentekenbewijs: de nieuwwaarde van een motorrijtuig van gelijk merk, type en uitvoering;
b. in de volgende 24 maanden een percentage van deze nieuwwaarde:
Als de schade-uitkering volgens artikel 24.3 hoger is, vergoedt de maatschappij het hoogste bedrag.
13e | 98,5% | 25e | 80% | |
14e | 97,0% | 26e | 78% | |
15e | 95,5% | 27e | 76% | |
16e | 94,0% | 28e | 74% | |
17e | 92,5% | 29e | 72% | |
18e | 91,0% | 30e | 70% | |
19e | 89,5% | 31e | 68% | |
20e | 88,0% | 32e | 66% | |
21e | 86,5% | 33e | 64% | |
22e | 85,0% | 34e | 62% | |
23e | 83,5% | 35e | 60% | |
24e | 82,0% | 36e | 58% |
Onder nieuwwaarde wordt verstaan de op het moment voor het ontstaan van de schade geldende consumentenprijs van een motorrijtuig van gelijk merk, type en uitvoering.
Voor nog niet geleverde motorrijtuigen wordt onder nieuwwaarde, de inkoopwaarde verstaan.
Art. 25 Diefstal van het gehele cliëntenvoertuig
Als diefstal van het gehele cliëntenvoertuig gedekt is, moeten alle bij het cliëntenvoertuig behorende sleutels, deel 1a en deel 1b van het kentekenbewijs en het overschrijvingsbewijs worden overhandigd aan de maatschappij.
De maatschappij zal tot uitkering van de schadevergoeding overgaan wanneer na melding van de ontvreemding bij de maatschappij 30 dagen zijn verstreken zonder dat het voertuig binnen deze termijn wordt teruggevonden en de betrokken cliënt zijn rechten met betrekking tot het voertuig aan de maatschappij heeft overgedragen.
Wanneer het voertuig binnen deze termijn wordt teruggevonden, maar het bezit daarvan niet anders dan langs gerechtelijke weg kan worden verkregen, zal de maatschappij de kosten daarvan voor haar rekening nemen.
Art. 26 Brand
Bij schade aan cliëntenvoertuigen en de zich daarin of daarop bevindende zaken door brand, brandblussing en ontploffing wordt tot ten hoogste het op het polisblad daarvoor vermelde bedrag per gebeurtenis vergoed.
Hoofdstuk IV Aansprakelijkheidsverzekering voor motorrijtuigen
Dit hoofdstuk is alleen van toepassing indien uit het polisblad blijkt dat deze is meeverzekerd.
Met voorbijgaan aan hetgeen anders in deze voorwaarden mocht zijn bepaald, wordt de aansprakelijkheidsverzekering voor motorrijtuigen geacht aan de door of volgens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) gestelde eisen te voldoen.
Art. 27 De verzekerden
De verzekerden zijn:
27.1 de verzekeringnemer en zijn ondergeschikten;
27.2 de eigenaar, de houder, de gemachtigde bestuurder van het motorrijtuig en de personen die daarmee worden vervoerd.
Art. 28 Dekking
28.1 Deze verzekering dekt tijdens haar duur de aansprakelijkheid van de verzekerde voor schade, toegebracht met of door:
a. motorrijtuigen, waarvan de verzekeringnemer of zijn echtgenote eigenaar is, met uitzondering van die motorrijtuigen die verzekeringnemer in huurkoop heeft verkocht;
b. motorrijtuigen van bestuurders of vennoten of hun echtgenoten, als verzekeringnemer een rechtspersoon is;
c. motorrijtuigen, waarvan verzekeringnemer geen eigenaar is, maar die hij ter verkoop onder zich heeft of die hij in huur, huurkoop, bruikleen of door middel van lease heeft verkregen of die hij uit hoofde van pandrecht aan derden heeft overgedragen;
d. cliëntenvoertuigen, zoals omschreven in artikel 20.1 van hoofdstuk III.
Onder de dekking is tevens begrepen de aansprakelijkheid voor schade, toegebracht met of door een aanhangwagen of oplegger of land-/tuinbouwwerktuig welke aan een motorrijtuig als onder artikel 28.1.a t/m 28.1.d genoemd is gekoppeld of na koppeling daarvan is losgemaakt of losgeraakt, maar nog niet veilig buiten het verkeer tot stilstand is gekomen.
28.2 De aansprakelijkheid van de verzekerde voor schade, toegebracht met of door een motorrijtuig zoals genoemd onder 28.1.a t/m 28.1.d dat is voorzien van een bij de maatschappij aangemeld handelaarskenteken, is alleen gedekt als het handelaarskenteken wordt gebruikt in overeenstemming met de geldende wettelijke voorschriften.
28.3 Verder dekt de verzekering tijdens haar duur de aansprakelijkheid van de verzekerden voor personenschade toegebracht aan de bestuurder van het motorrijtuig, voor zover de schade niet wordt gedekt door een andere verzekering of voorziening, al dan niet van oudere datum. Geen schadevergoeding zal worden verleend, als de vorderende partij een ander is dan de rechtstreeks bij de gebeurtenis betrokken natuurlijke persoon of diens nagelaten betrekkingen.
Art. 29 Aan- of afmelden kentekens
De verzekeringnemer is verplicht de kentekens van de bij zijn bedrijf in gebruik zijnde motorrijtuigen en handelaarskentekens bij de maatschappij aan- en af te melden.
Als de verzekeringnemer verzuimt om een motorrijtuig of een handelaarskenteken aan te melden, verleent de maatschappij alleen dekking als dit niet op een andere polis is gedekt. In dat geval, dekt deze verzekering uitsluitend het verschil in voorwaarden en verzekerde bedragen met die andere polis(sen).
Uitgesloten blijft het eigen risico dat op deze andere verzekering(en) van toepassing is.
Als de verzekeringnemer nalaat om een motorrijtuig of handelaarskenteken af te melden en de maatschappij op grond daarvan een benadeelde partij schadeloos moet stellen, heeft de maatschappij het recht om de schade op de verzekeringnemer te verhalen.
Art. 30 Vervoer van gewonden
Deze verzekering dekt de schade aan het interieur van een verzekerd motorrijtuig, als deze is verontreinigd door het kosteloos vervoeren van gewonde personen.
Art. 31 Schade aan zaken van de verzekeringnemer
31.1 Als door ondergeschikten of andere personen voor wie de verzekeringnemer aansprakelijk is met een motorrijtuig schade wordt toegebracht aan:
a. eigendommen van de verzekeringnemer;
b. niet in eigendom aan de verzekeringnemer toebehorende zaken die ten behoeve van zijn bedrijfs- uitoefening worden gebruikt, wordt eveneens dekking verleend voor zover het risico van schade aan die eigendommen niet op enig andere wijze is verzekerd. Er is geen dekking voor schade aan geld, geldswaardige papieren en kostbaarheden, voor een eigen risico op de andere verzekering en voor uit de gebeurtenis voortvloeiende bedrijfsschade.
31.2 Deze dekking geldt niet ten aanzien van het motorrijtuig waarmee de schade is toegebracht.
Art. 32 Vervangend motorrijtuig
Verzekerd is de aansprakelijkheid voor schade, toegebracht met of door een aan de verzekeringnemer toebehorend motorrijtuig, dat is verhuurd of ter beschikking is gesteld aan een cliënt:
32.1 van wie het eigen motorrijtuig gedurende dezelfde tijd ter behandeling aan verzekeringnemer is toevertrouwd, of;
32.2 aan wie een bij verzekeringnemer gekocht motorrijtuig nog niet kan worden afgeleverd.
Deze dekking geldt niet als blijkt dat de hier gedekte aansprakelijkheid ook op (een) andere verzekering(en) is gedekt is of daarop zou zijn gedekt als artikel 32 niet zou hebben bestaan.
Art. 33 Schade met of door een cliëntenmotorrijtuig na (op)levering aan een cliënt
De aansprakelijkheid voor schade door motorrijtuigen van cliënten toegebracht tijdens het besturen van deze motorrijtuigen door de cliënt of de door deze gemachtigde bestuurder is slechts verzekerd als de schade een onmiddellijk gevolg is van het niet juist of niet voldoende uitvoeren van een reparatie aan of behandeling van dat motorrijtuig door verzekeringnemer of personen voor wie hij aansprakelijk is.
Art. 34 Zekerheidstelling
34.1 Als door een overheid als waarborg voor de rechten van een benadeelde het stellen van zekerheid wordt verlangd om de invrijheidstelling van een verzekerde of de opheffing van een op het motorrijtuig gelegd beslag te verkrijgen, zal de maatschappij deze zekerheid stellen tot ten hoogste € 50.000,-voor alle verzekerden samen.
34.2 De verzekerde voor wie de zekerheid wordt gesteld, moet voor de gebeurtenis welaanspraak aan deze verzekering kunnen ontlenen.
34.3 Zodra de zekerheidstelling wordt vrijgegeven, is alleen de maatschappij gerechtigd hierover te beschikken.
34.4 De verzekerde is verplicht tot alle medewerking om terugbetaling van de zekerheidstelling te verkrijgen.
34.5 Als de zekerheidstelling wordt verbeurd, doordat een verzekerde enige hem opgelegde verplichting niet nakomt of doordat een aan een verzekerde opgelegde boete op de gestelde zekerheid wordt verhaald, is de verzekerde gehouden het bedrag, waarvan dientengevolge geen terugbetaling meer te verkrijgen is, aan de maatschappij te vergoeden.
Art. 35 Uitsluitingen
Naast wat niet is gedekt op grond van de in de Algemene Voorwaarden genoemde uitsluitingen geeft de verzekering op grond van dit hoofdstuk geen dekking voor:
35.1 schade ontstaan met of door een motorrijtuig, terwijl dat wordt gebruikt voor:
a. het tegen betaling vervoeren van personen;
b. het beroepsmatig vervoeren van gevaarlijke of milieuverontreinigende stoffen, waarvoor een wettelijke vergunning is vereist.
Deze uitsluiting geldt niet voor incidenteel vervoer van gevaarlijke of milieuverontreinigende Stoffen wanneer er sprake is van gelimiteerde hoeveelheden (LQ) die als zodanig door het Reglement betreffende het vervoer over land van gevaarlijke stoffen (VLG/ADR) zijn aangewezen en wel per gebeurtenis voor alle personen samen tot ten hoogste het in art. 2a van het “Besluit bedragenaansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen” vastgestelde verzekerde bedrag;
c. het geven van rijlessen;
x. xxxxxxx (waaronder begrepen leasing), onverminderd het bepaalde in artikel 32.; Als de maatschappij op grond van de WAM dergelijke schade toch moet vergoeden, is zijgerechtigd de schadevergoeding van de verzekeringnemer terug te vorderen;
35.2 schade ontstaan terwijl de feitelijke bestuurder niet wettelijk bevoegd is tot het besturen van het motorrijtuig, tenzij het motorrijtuig wordt gebruikt in de gebouwen of op de terreinen, behorende tot het bedrijf van de verzekeringnemer;
35.3 schade die is ontstaan terwijl de gemachtigde bestuurder van het motorrijtuig op het moment van de schadeveroorzakende gebeurtenis onder zodanige invloed van alcoholhoudende drank of enig bedwelmend of opwekkend middel verkeerde, dat hij niet in staat moest worden geacht het voertuig naar behoren te besturen.
Als de gemachtigde bestuurder op grond van artikel 8 1e of 2e lid Wegenverkeerswet strafrechtelijk is veroordeeld of een strafrechtelijk schikkingsvoorstel heeft aanvaard, wordt dat gelijkgesteld aan de situatie dat de bestuurder niet in staat was om het motorrijtuig naar behoren te besturen;
35.4 schade ontstaan tijdens het deelnemen aan:
a. snelheidswedstrijden of -ritten;
b. regelmatigheids- of behendigheidswedstrijden of -ritten, die niet geheel binnen Nederland plaatsvinden;
35.5 de aansprakelijkheid van hen die zich door diefstal of geweldpleging de macht over een motorrijtuig hebben verschaft en van hen, die dit wetende, het motorrijtuig zonder geldige reden gebruiken;
35.6 schade ontstaan met of door een motorrijtuig, dat gewoonlijk in het buitenland wordt gestald;
35.7 schade aan de met of door het motorrijtuig of een aangekoppeld object vervoerde zaken.
Art. 36 Verzekeringsgebied
Het verzekeringsgebied omvat uitsluitend de landen waarvoor het door de maatschappij afgegeven Internationaal Motorrijtuig Verzekeringsbewijs (de groene kaart) geldig is.
Art. 37 Verhaalsrecht
37.1 In alle gevallen, waarin de maatschappij op grond van wettelijke bepalingenschadevergoeding is verschuldigd, terwijl de verzekerde geen rechten aan de verzekering kan ontlenen, heeft de maatschappij het recht de schadevergoeding en de kosten te verhalen op de verzekeringnemer of de aansprakelijke verzekerde.
37.2 Als de verzekerde geen rechten kan ontlenen aan de verzekering op grond van omstandigheden die zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en hem daarvan redelijkerwijs geen verwijt treft, maakt de maatschappij tegenover hem geen gebruik van haar verhaalsrecht.
Hoofdstuk V Extra dekkingen Garageverzekering Art. 38 Schadeverzekering voor inzittenden
38.1 Dekkingsomschrijving
de maatschappij vergoedt schade die door een verzekerde wordt geleden ten gevolge van een verkeersongeval, tenzij een in de algemene voorwaarden, speciale voorwaarden, of in deze dekking vermelde uitsluiting van toepassing is.
38.2 Verzekerde voorvallen en hoedanigheid
a. Bij een verkeersongeval met het verzekerde motorrijtuig komen voor een schadevergoeding conform deze module in aanmerking: de inzittende die met toestemming van de verzekeringnemer of een daartoe bevoegd persoon gebruik maakt van het motorrijtuig.
38.3 Verzekerde schade
a. Schade aan zaken
1. Voor vergoeding komt in aanmerking schade aan zaken die op of aan het lichaam worden gedragen. Voor schade aan horloges en sieraden wordt nimmer meer uitgekeerd dan € 500,-per gebeurtenis. De maatschappij vergoedt de ontstane schade op basis van dagwaarde.
2. Bij schade aan zaken die met het motorrijtuig worden vervoerd, vergoedt de maatschappij tot ten hoogste € 500,- per gebeurtenis deze schade, als:
a. het motorrijtuig waarin of waarop de zaken zich bevonden:
- in brand is geraakt, of;
- in botsing of aanraking is gekomen met enig ander voorwerp en daardoor zelf is beschadigd;
b. deze zaken tijdens de aanwezigheid in of op het motorrijtuig:
- in brand zijn geraakt, of;
- zijn gevallen uit of van het motorrijtuig, of;
- zijn ontvreemd uit het verzekerde motorrijtuig, terwijl de bestuurder in het motorrijtuig aanwezig was.
c. de maatschappij vergoedt geen schade aan het motorrijtuig.
b. Schade aan personen
1. Bij schade aan personen vergoedt de maatschappij zowel de materiële als de Immateriële personenschade in overeenstemming met de normen van het burgerlijk recht, steeds als ware een derde volledig voor het ongeval aansprakelijk. De maatschappij schakelt zonodig deskundigen in.
Als het ongeval ziekenhuisopname tot gevolg heeft gehad, zal er onder meer een vergoeding worden gedaan voor elke dag ziekenhuisopname, conform de aanbevelingen van het Nationaal Platform Personenschade.
2. Als de schade (ook) betrekking heeft op in de toekomst te lijden schade wegens verlies van arbeidsvermogen, heeft de maatschappij het recht deze schade periodiek uitte keren in de vorm van een direct ingaande lijfrente en wel gedurende de gehele periode dat sprake is van verlies van arbeidsvermogen, echter tot uiterlijk de maand waarin de inzittende de 65- jarige leeftijd bereikt, dan wel tot de datum van diens eerdere overlijden. De maatschappij heeft het recht deze direct ingaande lijfrente uitte doen keren door een aan de maatschappij gelieerd bedrijfsonderdeel.
38.4 Limitering uitkering
De maatschappij vergoedt tot ten hoogste het voor deze dekking verzekerde bedrag per gebeurtenis voor alle verzekerden samen de schade die in hun verzekerde hoedanigheid wordt geleden als gevolg van een verkeersongeval. Als meer verzekerden aanspraak op uitkering hebben en het totaal van alle aanspraken hoger is dan het verzekerd bedrag, zal aan iedere getroffen verzekerde een uitkering geschieden in verhouding van het verzekerde bedrag tot de som van alle vastgestelde uitkeringen.
38.5 Aansprakelijke verzekerde
Als een verzekerde volgens deze verzekering aansprakelijk is voor de gedekte schade, zal de betaling, voor zover vorderbaar volgens de voorwaardenaansprakelijkheid in hoofdstuk II, plaatsvinden volgens die dekking. Samenloop van aanspraken volgens de voorwaarden aansprakelijkheid met deze dekking is uitgesloten, zodat nimmer meer wordt uitgekeerd dan het verzekerde bedrag hetzij voor de voorwaarden aansprakelijkheid, hetzij voor deze dekking.
38.6 Bijzondere uitsluitingen
De maatschappij vergoedt geen schade volgens deze dekking:
a. waarop aanspraak wordt gemaakt door een ander dan de rechtstreeks bij de gebeurtenis betrokken benadeelde verzekerde en diens nagelaten betrekkingen. De Staat der Nederlanden wordt nimmer als uitkeringsgerechtigde beschouwd;
b. voor zover de verzekerde geheel of gedeeltelijk recht heeft op vergoeding van de geleden schade volgens enige andere verzekering of voorziening. Uitkeringen volgens een specifieke ongevallenverzekering worden niet op de schadevergoeding in mindering gebracht;
c. voor zover ontstaan of verergerd door het niet dragen van de wettelijk voorgeschreven veiligheidsgordel;
d. ontstaan terwijl de bestuurder van het motorrijtuig op het moment van het verkeersongeval onder zodanige invloed van alcoholhoudende drank of enig ander bedwelmend of opwekkend middel verkeerde, dat hij niet in staat moest worden geacht het motorrijtuig naar behoren te kunnen besturen.
Als de bestuurder op grond van artikel 8, 1e of 2e lid Wegenverkeerswet of artikel163, 2e lid Wegenverkeerswet strafrechtelijk is veroordeeld of een strafrechtelijk schikkingsvoorstel heeft aanvaard, wordt dat gelijkgesteld aan de situatie dat de bestuurder niet in staat was het motorrijtuig naar behoren te besturen. Deze uitsluiting geldt niet voor de inzittende, die aantoont dat die omstandigheid zich buiten zijn weten en tegen zijn wil heeft voorgedaan en dat hem voor die omstandigheid geen verwijt treft.
Art. 39 Hulpverlening Aon Hulpdienst
Recht op hulpverlening door Aon Hulpdienst conform de bepalingen zoals vermeld in het hieronder bijgevoegde clausuleblad.
Clausuleblad Aon Hulpdienst MONDIAL / AU Art. 1 Algemeen
Indien voor het motorrijtuig dekking wordt verleend voor hulpverlening, hetgeen blijkt uit de inhoud van het Internationaal verzekeringsbewijs (groene kaart), omvat deze verzekering mede de kosten van hulpverlening zoals hierna omschreven, mits de hulpverlening plaatsvindt in opdracht van c.q. met goedvinden van Xxx Xxxxxxxxxx.
De verzekerde heeft recht op hulp en/of vergoeding van kosten zoals hierna onder artikel 2 en 3 is omschreven indien:
a. de verzekering betrekking heeft op een personenauto, een kampeerauto, een bestelauto (of lichte vrachtauto). Onder een personenauto of kampeerauto wordt verstaan elk motorrijtuig, dat volgens het kentekenbewijs als zodanig wordt beschouwd, of waarvoor deze hulpverlening volgens het polisblad van toepassing is. Onder een bestelauto (of lichte vrachtauto) wordt verstaan elk motorrijtuig waarvoor het rijbewijs B voldoende is en waarvan het treingewicht ten hoogste
3.500 kg bedraagt;
b. het motorrijtuig is verzekerd voor aansprakelijkheid;
c. het motorrijtuig niet wordt gebruikt voor verhuur met of zonder chauffeur;
d. het motorrijtuig en/of gekoppelde aanhanger door een ongeval, brand of ander van buiten komend onheil (waaronder niet is begrepen het enkel tot stilstand komen als gevolg van een mechanisch gebrek) niet meer kan rijden en/of de bestuurder of de inzittenden door dit ongeval niet in staat zijn het motorrijtuig verder te besturen.
e. voor kampeerauto’s met een totaal gewicht van meer dan 5.000 kg (laadvermogen + leeg gewicht) zijn de transportkosten in het kader van de dekking hulpverlening gemaximeerd tot € 2.500,=
per gebeurtenis.
Deze hulpverlening heeft geen invloed op de bonus/malusschaal en er geldt geen eigen risico.
Art. 2 Hulpverlening in Nederland
De hulpverlening in Nederland omvat:
a. het vervoer van het beschadigde motorrijtuig en/of aanhanger naar een door de verzekerde te bepalen adres in Nederland;
b. het vervoer van de bestuurder en de inzittenden met hun bagage per taxi of ander vervoer naar een door de bestuurder te bepalen adres in Nederland, mits het vervoer direct na het ongeval plaatsvindt.
Voor hulpverlening moet contact worden opgenomen met Aon Hulpdienst.
Art. 3 Hulpverlening in landen buiten Nederland
3.1 WA-verzekering
De hulpverlening in landen buiten Nederland maar nog wel binnen het verzekeringsgebied omvat:
a. het vergoeden van de noodzakelijke kosten van berging en slepen van het motorrijtuig en/of aanhanger naar de dichtstbijzijnde garage waar de schade kan worden beoordeeld en/of hersteld;
b. het vervoer van het beschadigde motorrijtuig en/of aanhanger naar een door verzekerde te bepalen adres in Nederland, mits
1. dit object niet binnen 4 werkdagen - eventueel d.m.v. een noodreparatie - zodanig kan worden gerepareerd, dat de (terug)reis op technisch verantwoorde wijze kan plaatsvinden;
2. de kosten van dit vervoer lager zijn dan de waarde van het beschadigde object. Zijn de vervoerskosten hoger, dan worden de kosten vergoed voor invoering of vernietiging van het beschadigde object in het desbetreffende land. In dat geval heeft de verzekerde ook recht op vervoer van bagage naar Nederland;
c. de terugreiskosten van de bestuurder en de inzittenden, indien overeenkomstig het voorgaande niet met het motorrijtuig wordt teruggereisd. Vergoed worden de kosten van vervoer per:
1. taxi naar het dichtst bij gelegen spoorwegstation;
2. trein (2e klasse) naar het spoorwegstation in Nederland, dat het dichtst ligt bij de plaats van bestemming;
3. taxi van dat station naar de plaats van bestemming.
3.2 Cascoverzekering
Het recht op hulp ontstaat indien voor het motorrijtuig en/of gekoppelde aanhanger een volledige cascoverzekering is afgesloten en door een ongeval, brand of ander van buiten komend onheil, waaronder mede begrepen het tot stilstand komen ten gevolge van een mechanisch gebrek, het motorrijtuig en/of aanhanger niet meer kan rijden en/of de bestuurder of inzittenden door dit ongeval niet in staat zijn het motorrijtuig verder te besturen.
De hulpverlening omvat:
a. de onder artikel 3.1 omschreven hulpverlening;
b. de vergoeding van de noodzakelijke kosten van hulp langs de weg na het tot stilstand komen als gevolg van een mechanisch gebrek, tot een maximum van € 125,= per gebeurtenis. De kosten van onderdelen komen niet voor vergoeding in aanmerking. Evenmin worden de kosten vergoed indien
de reparatie plaatsvindt bij een garage.
c. het namens verzekerde bestellen en toezenden van onderdelen die noodzakelijk zijn om het voertuig rijklaar te maken, indien deze onderdelen ter plaatse niet of niet op korte termijn verkrijgbaar zijn. De kosten van onderdelen zelf komen voor rekening van de verzekerde.
1. Alle in verband met de hulpverlening door de maatschappij voorgeschoten kosten die niet onder de dekking van de hiervoor omschreven voorwaarden vallen, blijven voor rekening van verzekerde. De maatschappij heeft het recht de reeds betaalde kosten terug te vorderen en/of te verrekenen met nog te verlenen vergoedingen.
Bij bedragen boven de € 750,= kan een betaling vooraf worden verlangd.
2. Bij samenloop van hulpverleningsrechten zal Aon Hulpdienst niet verwijzen naar andere hulpinstanties. Aon Hulpdienst behoudt zich het recht voor de kosten eventueel te verhalen bij andere verzekeraars.
Aon Hulpdienst is de door verzekeraar ingeschakelde Alarmcentrale die belast is met de organisatie van hulpverlening waar volgens de hiervoor vermelde voorwaarden recht op bestaat.