Contract
VOORWAARDEN Woonschepen | Delta Lloyd Schadeverzekering NV Amsterdam | |
MODEL TE 03.2.20 B | ||
INHOUD | ||
ALGEMEEN | ARTIKEL 1 | ALGEMENE INFORMATIE |
ARTIKEL 2 | BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN | |
ARTIKEL 3 | OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING | |
ARTIKEL 4 | ALGEMENE UITSLUITINGEN EN BEPERKINGEN | |
ARTIKEL 5 | VERZEKERDE BEDRAGEN | |
ARTIKEL 6 | SCHADE | |
ARTIKEL 7 | PREMIE | |
ARTIKEL 8 | LOOPTIJD VAN DE VERZEKERING | |
ARTIKEL 9 | EIGENDOMSOVERGANG EN ABANDONNEMENT | |
WOONSCHIP | ARTIKEL 10 | VERZEKERDEN |
ARTIKEL 11 | OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING | |
ARTIKEL 12 | UITSLUITINGEN EN BEPERKINGEN | |
ARTIKEL 13 | SCHADEREGELING | |
INBOEDEL | ARTIKEL 14 | VERZEKERDEN / NADERE BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN |
ARTIKEL 15 | OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING | |
ARTIKEL 16 | UITSLUITINGEN EN BEPERKINGEN | |
ARTIKEL 17 | SCHADEREGELING |
TE 03.2.20-0206
ALGEMEEN
ARTIKEL 1
ALGEMENE INFORMATIE
ARTIKEL 1.1
Totstandkoming verzekering / Recht van annulering
De verzekering komt (definitief) tot stand nadat een ter- mijn van 14 dagen na ontvangst van de polis en de bij- behorende voorwaarden is verstreken, zonder dat de ver- zekeringnemer gebruik heeft gemaakt van het recht op annulering.
Recht op annulering betekent dat de verzekeringnemer zonder dat premie is verschuldigd de verzekering kan annuleren door de maatschappij schriftelijk (of, indien de verzekering langs elektronische weg tot stand is gekomen en een email-adres is verstrekt: per email), onder vermelding van polisnummer te berichten dat
op de verzekering geen prijs wordt gesteld.
De verzekering wordt vervolgens geannuleerd per ingangsdatum, zodat deze geen dekking biedt voor in die tussentijd gevallen schaden.
ARTIKEL 1.2
Verzekeringsmaatschappij die optreedt als risicodrager
De verzekering is afgesloten voor rekening en risico van Delta Lloyd Schadeverzekering NV, gevestigd te
Xxxxxxxxx xxx xx Xxxxxxxxxx 0, Xxxxxxx 0000, 0000 XX Xxxxxxxxx (Handelsregister KvK Amsterdam 33052073). Delta Lloyd Schadeverzekering NV staat als aanbieder van (schade)verzekeringen geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en heeft een vergunning van De Nederlandsche Bank NV (DNB) om het schadeverzeke- ringsbedrijf uit te oefenen.
ARTIKEL 1.3
Adres
Kennisgevingen van de maatschappij aan de verzekering- nemer kunnen worden gedaan aan zijn laatste bij de maatschappij bekende adres, of aan het adres van de tus- senpersoon via wiens bemiddeling deze verzekering loopt.
ARTIKEL 1.4
Persoonsgegevens
U kunt de Gedragscode ook opvragen bij het Verbond van Verzekeraars (Postbus 93450, 2509 AL Den Haag, telefoon (000) 000 00 00).
ARTIKEL 1.5
Toepasselijk recht en klachteninstanties
Op deze verzekering is Nederlands recht van toepassing. Voor klachten naar aanleiding van de verzekeringsover- eenkomst kan men zich, behalve tot de directie van Delta Lloyd Schadeverzekering NV, Xxxxxxx 0000,
0000 XX Xxxxxxxxx, wenden tot het Klachteninstituut verzekeringen, Xxxxxxx 00000, 0000 XX ’x-Xxxxxxxxxx.
ARTIKEL 2
ALGEMENE BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
ARTIKEL 2.1
Woonschip
Het in de polis vermelde woonschip en al hetgeen daar- aan nagelvast is verbonden en redelijkerwijs een functie heeft bij het gebruik als woonschip.
Uitsluitend voor zover in de polis als (mee)verzekerde zaken aangegeven, behoren ook tot het verzekerde woonschip: meerpalen, steigers, afhouders, drijvende ter- rassen, zich op de wal bevindende terreinafscheidingen, schuurtjes of garages, en andere dergelijke zaken.
Niet tot het woonschip worden gerekend:
– het eventuele bij het woonschip behorende erf en zich daarop bevindende terreinafscheidingen van rietmatten, bomen of planten;
– (schotel)antennes en zonwering.
ARTIKEL 2.2
Glas / Bijzonder glas
Onder ‘glas’ vallen alle ruiten die dienen tot het doorlaten van daglicht en zijn geplaatst in ramen, dakramen, deuren en lichtkoepels van het woonschip.
Onder ‘bijzonder glas’ vallen alle als ‘glas’ te beschouwen gebrandschilderde, geëtste, gezandstraalde of gebogen ruiten.
ARTIKEL 2.3
Verzekeringnemer
Degene die als zodanig in de polis is vermeld.
ARTIKEL 2.4
Verzekerde
Degene die bij de onderdelen ‘Woonschip’ en ‘Inboedel’ van deze voorwaarden als zodanig is omschreven.
ARTIKEL 2.5
Maatschappij
De verzekeringsmaatschappij die blijkens ondertekening van het polisblad als risicodrager voor deze verzekering geldt, dan wel de gevolmachtigde die namens de verze- keringsmaatschappij heeft ondertekend.
ARTIKEL 2.6
Bepaalde schadegebeurtenissen
Bij de omschrijving van de dekking en de uitsluitingen/ beperkingen kunnen de gebeurtenissen voorkomen die hierna worden omschreven.
1 Aardbeving
Er is sprake van schade door aardbeving, als de schade ontstaan is gedurende de tijd, waarin de gevolgen van aardbeving zich hebben voorgedaan, of binnen 24 uur daarna in of nabij de plaats waar het woonschip en/of de inboedel, zich bevindt/bevinden.
2 Atoomkernreactie
Iedere kernreactie waarbij energie vrijkomt, zoals kernfusie, kernsplijting, kunstmatige en natuurlijke radioactiviteit.
3 Beroving en afpersing
Het met geweld of bedreiging van geweld dwingen tot afgifte van geld en/of zaken.
4 Brand
Onder brand wordt verstaan een door verbranding veroorzaakt en met vlammen gepaard gaand vuur bui- ten een haard, dat in staat is zich uit eigen kracht voort te planten.
Als brand wordt in elk geval niet beschouwd:
– zengen, schroeien, smelten, verkolen en broeien;
– doorbranden van elektrische apparaten en moto- ren;
– oververhitten, doorbranden, doorbreken van ovens en ketels.
5 Directe neerslag
Regen, sneeuw, hagel en smeltwater.
6 Explosie
Gehele of gedeeltelijke vernieling onmiddellijk ver- oorzaakt door een eensklaps verlopende hevige krachtsuiting van gassen of dampen, waarbij aan de volgende voorwaarden is voldaan:
– Als de explosie is ontstaan binnen een vat, ont- staat er in de wand van het vat onder druk van de zich daarin bevindende gassen of dampen een opening. Door de hieruit stromende gassen, dam- pen of vloeistoffen wordt plotseling het drukver- schil binnen en buiten het vat opgeheven. Het doet daarbij niet ter zake hoe deze gassen binnen het vat ontstaan zijn en of ze al voor de explosie aanwezig waren of tijdens deze ontwikkeld wer- den.
– Als het gestelde hierboven niet het geval is, of als de explosie buiten een vat is ontstaan, moet de explosie het onmiddellijke gevolg zijn geweest van gassen of dampen die door een scheikundige reac- tie van vaste, vloeibare, gas of dampvormige stof- fen, of van een mengsel daarvan, zijn ontwikkeld of tot uitzetting zijn gebracht.
7 Inbraak
Het zich met geweld, dat wil zeggen door het verbre- ken van deugdelijke afsluitingen (waardoor deze zon- der vervanging of reparatie ongeschikt zijn geworden voor het gebruik waartoe ze dienden), wederrechtelijk toegang verschaffen.
8 Indirecte neerslag
Water dat uitsluitend als gevolg van hevige plaatselij- ke regenval buiten zijn normale loop is getreden.
Onder hevige plaatselijke regenval wordt verstaan neerslag van tenminste 40 mm in 24 uur, 53 mm in 48 uur of 67 mm in 72 uur, op en/of nabij de locatie waar de schade is ontstaan.
9 Molest
Onder molest wordt het volgende verstaan.
– Gewapend conflict: elk geval waarin staten of andere georganiseerde partijen elkaar, of althans de een de ander, gebruikmakend van militaire machtsmiddelen, bestrijden.; hieronder wordt mede verstaan het gewapend optreden van een Vredesmacht van de Verenigde Naties;
– Burgeroorlog: een min of meer georganiseerde gewelddadige strijd tussen inwoners van een zelf- de staat.
– Opstand: georganiseerd gewelddadig verzet bin- nen een staat gericht tegen het openbaar gezag.
– Binnenlandse onlusten: min of meer georganiseer- de gewelddadige handelingen, op verschillende plaatsen zich voordoend binnen een staat.
– Oproer: een min of meer georganiseerde plaatse- lijke beweging, gericht tegen het openbaar gezag.
– Muiterij: een min of meer georganiseerde geweld- dadige beweging van leden van enig gewapende macht, gericht tegen het gezag waaronder zij gesteld zijn.
10 Overstroming
Het bezwijken of overlopen van dijken, kaden, slui- zen of andere waterkeringen, ongeacht of de over- stroming oorzaak of gevolg is van een verzekerde gebeurtenis.
11 Storm
Een windsnelheid van tenminste 14 meter per seconde (windkracht 7).
12 Terrorisme / Preventieve maatregelen Onder terrorisme wordt verstaan:
– gewelddadige handelingen en/of gedragingen, in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd
en oogmerk met elkaar samenhangende aansla- gen, alsmede
– het (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen
als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, bij mensen of dieren en/of schade aan zaken ontstaat, dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk is dat deze aanslag of reeks, respectievelijk het verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen -al dan niet in enig organisatorisch ver- band- is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideolo- gische doelen te verwezenlijken.
Onder preventieve maatregelen worden verstaan: van overheidswege en/of door verzekerde(n) en/of derde(n) getroffen maatregelen om het onmiddellijk dreigend gevaar van terrorisme af te wenden of - indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt- de gevol- gen daarvan te beperken.
13 Van buiten komend onheil
Een rechtstreeks, onverwacht en plotseling van buiten het woonschip komend inwerkend geweld, anders dan een gebeurtenis waar het woonschip gezien de aard en/of gebruik normaal tegen bestand dient te zijn.
14 Vulkanische uitbarsting
Er is sprake van schade door vulkanische uitbarsting, als de schade ontstaan is gedurende de tijd waarin de gevolgen van vulkanische uitbarsting zich hebben voorgedaan, of binnen 24 uur daarna in of nabij de plaats waar het woonschip en/of de inboedel, zich bevindt/bevinden.
ARTIKEL 3
OMVANG VAN DE DEKKING
De verzekering heeft betrekking op schadegebeurtenissen die binnen de looptijd van de verzekering plaatshebben en verband houden met het bezit en het gebruik van het woonschip. Bovendien moet het ten tijde van het sluiten van de overeenkomst voor de verzekerde onzeker zijn geweest dat deze gebeurtenis zich zou voordoen.
Als bij een latere wijziging de dekking wordt uitgebreid, geldt voor de uitgebreide dekking de wijzigingsdatum als het moment waarop de overeenkomst is gesloten.
Die gebeurtenissen zijn nader omschreven in de voor- waarden die behoren bij de onderdelen Woonschip en Inboedel. In die voorwaarden wordt tevens omschreven in hoeverre de verzekerde recht heeft op vergoeding van schade en kosten.
ARTIKEL 4
ALGEMENE UITSLUITINGEN EN BEPERKINGEN
ARTIKEL 4.1
Opzet
De verzekering biedt geen dekking voor de gevolgen van gebeurtenissen die voor de verzekerde het beoogde of zekere gevolg zijn van zijn handelen of nalaten.
ARTIKEL 4.2
Verhuur / Ander gebruik
De verzekering biedt geen dekking voor de gevolgen van gebeurtenissen die zich hebben voorgedaan gedurende de tijd dat het woonschip wordt verhuurd of gebruikt voor een ander doel dan aan de maatschappij opgegeven en/of een ander doel dan wettelijk toegestaan of waarvoor het woonschip is bestemd.
ARTIKEL 4.3
Andere ligplaats / Verhalen
De verzekering biedt geen dekking voor de gevolgen van gebeurtenissen die zich hebben voorgedaan gedurende de tijd dat het woonschip zich bevindt op een andere locatie dan:
– de op de polis vermelde ligplaats;
– de tussentijds aan de maatschappij opgegeven -en door de maatschappij geaccepteerde- locatie waar het woonschip zich tijdelijk bevindt in afwijking van de op de polis vermelde ligplaats.
Schadegebeurtenissen tijdens het verhalen van het woon- schip en tijdens de werkzaamheden in verband waarmee het woonschip wordt verhaald, vallen ook onder deze uitsluiting, tenzij:
– het verhalen heeft plaatsgehad over een afstand van maximaal 15 kilometer, en
– voor het slepen, voor zover het woonschip niet behulp van een eigen voortstuwingsinstallatie wordt verplaatst, een professioneel (sleep)bedrijf is inge- schakeld dat het slepen overeenkomstig de geldende voorschriften van de vaarwegbeheerder (zoals het gebruik van meer dan één sleepboot) uitvoert.
Onder ‘verhalen’ wordt verstaan: het over het water verplaatsen van het woonschip ter uitvoering van werk- zaamheden aan het woonschip, zoals periodiek onder- houd of periodieke controle van het casco.
ARTIKEL 4.4
Molest / Atoomkernreactie / Natuurrampen
De verzekering biedt geen dekking voor de gevolgen van:
1 molest molest;
2 atoomkernreacties
atoomkernreacties, onverschillig hoe deze zijn ont- staan en waar ze zich hebben voorgedaan;
3 natuurrampen
aardbeving, vulkanische uitbarsting en overstroming; bij brand of explosie als gevolg van overstroming zal de maatschappij geen beroep doen op deze uitslui- ting.
ARTIKEL 4.5
Beperkte dekking bij aanbouw en/of verbouw
Tijdens aanbouw of verbouw van het woonschip bestaat alleen dekking voor schade door brand, explosie, directe blikseminslag, aanrijding, aanvaring lucht- en ruimtevaar- tuigen en meteoorstenen voor zover deze schadeoorzaken al onder de normale, overeengekomen dekking voor het woonschip en de inboedel vallen. De maatschappij zal op deze beperking geen beroep doen als wordt aangetoond dat de gebeurtenis geen enkel oorzakelijk verband heeft met de aanbouw of verbouw. Van aanbouw of verbouw
is in ieder geval sprake zolang het woonschip niet volledig glas-, wind-, en waterdicht is en niet is voorzien van slo- ten/ afsluitingen, verwarming, watervoorziening en gebruiksklare sanitaire- en keukenfaciliteiten.
ARTIKEL 4.6
Beperkte dekking bij leegstand en bewoning door onbe- voegden
Wanneer het woonschip langer dan 30 dagen niet wordt bewoond, waaronder ook te verstaan de situatie dat het woonschip wordt bewoond door onbevoegden, bestaat voor de periode van 30 dagen na het verstrijken van die eerste 30 dagen alleen dekking voor schade door brand, explosie, directe blikseminslag, aanrijding, aanvaring, lucht- en ruimtevaartuigen en meteoorstenen, voor zover deze schadeoorzaken al onder de normale, overeenge- komen dekking voor het woonschip en de inboedel vallen. Voor een schadegebeurtenis na het verstrijken van 60
dagen onbewoond zijn, bestaat geen recht op vergoe- ding, tenzij
– in die periode van 60 dagen contact met de maat- schappij is opgenomen en is overeengekomen of en op welke voorwaarden en premie de verzekering wordt voortgezet, en
– de schadegebeurtenis onder de overeengekomen dekking valt.
ARTIKEL 4.7
Beperking bij terrorismeschade
Bij schade als gevolg van gebeurtenissen die (direct of indirect) verband houden met:
– terrorisme of preventieve maatregelen, en
– handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme of preventieve maatregelen,
geldt dat de schadevergoeding door de maatschappij kan worden beperkt tot het bedrag van de uitkering die de maatschappij, overeenkomstig de toepassing van het Uitkeringsprotocol, ontvangt van de NHT (Nederlandse Herverzekeringmaatschappij voor Terrorismeschaden NV). De NHT beslist of er sprake is van een terrorismeschade. Op vergoeding kan niet eerder aanspraak worden gemaakt dan na deze beslissing en de bekendmaking van het bedrag van de vergoeding. In aanvulling op de rege- ling van artikel 5.3 vervalt elk recht op schadevergoeding als de melding van de claim niet is gedaan binnen twee jaar nadat de NHT heeft beslist of er sprake is van een terrorismeschade.
ARTIKEL 5
VERPLICHTINGEN/VERLIES VAN RECHTEN
ARTIKEL 5.1
Verplichtingen bij schade
1 Schademeldingsplicht
Zodra verzekeringnemer of de tot uitkering gerechtig- de op de hoogte is of behoort te zijn van een gebeur- tenis die voor de maatschappij tot een uitkeringsplicht kan leiden, is hij verplicht die gebeurtenis zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is te melden.
2 Schade-informatieplicht
Verzekeringnemer en de tot uitkering gerechtigde zijn verplicht binnen een redelijke termijn aan de maat- schappij alle inlichtingen en bescheiden te verschaffen die voor de maatschappij van belang zijn om haar uit- keringsplicht te beoordelen.
3 Medewerkingsplicht / Plicht om schade te voorkomen en te verminderen
Verzekeringnemer en de tot uitkering gerechtigde zijn verplicht hun volle medewerking te verlenen en alles na te laten wat de belangen van de maatschappij zou kunnen benadelen.
Dit betekent voorts de plicht om bij de verwezenlijking van een gebeurtenis waarvoor de verzekering dekking biedt, of het ophanden zijn daarvan, binnen redelijke grenzen alle maatregelen te nemen die tot voorko- ming of vermindering van schade kunnen leiden.
ARTIKEL 5.2
Eigendomsovergang / totaal verlies
Bij eigendomsovergang (zoals verkoop) en totaal verlies van het woonschip eindigt de dekking met onmiddellijke ingang. Verzekeringnemer blijft evenwel verplicht om een dergelijke situatie binnen 8 dagen na het intreden daarvan aan de maatschappij te melden.
ARTIKEL 5.3
Verlies van rechten en verjaring
1 Sanctie bij niet nakomen verplichtingen
Aan deze verzekering kunnen geen rechten worden
ontleend indien verzekeringnemer of de tot uitkering gerechtigde een of meer van de hierboven genoemde verplichtingen niet is nagekomen en daardoor de belangen van de maatschappij heeft benadeeld.
2 Sanctie bij opzet tot misleiding
Elk recht op uitkering komt te vervallen, indien de ver- zekeringnemer of de tot uitkering gerechtigde de schademeldings- en/of de schade-informatieverplich- ting niet is nagekomen met het opzet de verzekeraar te misleiden, tenzij de misleiding deze sanctie niet rechtvaardigt.
3 Verjaring
Een rechtsvordering tegen de maatschappij tot het doen van een uitkering verjaart door verloop van drie jaren na het moment waarop de verzekeringnemer of de tot uitkering gerechtigde kennis kreeg of had kunnen krijgen van een gebeurtenis waaruit voor de
maatschappij een verplichting tot uitkering kan voort- vloeien.
ARTIKEL 6
PREMIE
ARTIKEL 6.1
Premiebetaling
1 Premie verschuldigd per premievervaldatum
De premie, waarin begrepen de kosten en de assuran- tiebelasting, is bij vooruitbetaling op de premieverval- datum verschuldigd. Deze datum wordt altijd op het betalingsverzoek vermeld.
2 Gevolg van wanbetaling bij aanvangspremie
Indien verzekeringnemer de aanvangspremie, dat is de eerste premie die na het sluiten van de verzekering verschuldigd wordt, niet uiterlijk op de dertigste dag na ontvangst van het betalingsverzoek betaalt of wei- gert te betalen, wordt zonder dat een aanmaning door de maatschappij is vereist geen dekking verleend
ten aanzien van alle gebeurtenissen die hebben plaats- gevonden nadat 30 dagen sinds de ingangsdatum zijn verstreken.
Onder aanvangspremie wordt mede verstaan de pre- mie die de verzekeringnemer in verband met een tus- sentijdse wijziging van de verzekering verschuldigd wordt.
3 Gevolg van wanbetaling bij vervolgpremie en volgen- de premietermijnen
Indien verzekeringnemer de tweede en/of volgende premietermijnen, dan wel de vervolgpremie weigert te betalen, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die na de voor die premie geldende vervaldag hebben plaatsgevonden. Indien verzekering- nemer de tweede en/of volgende premietermijnen, dan wel de vervolgpremie niet tijdig betaalt, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden vanaf de vijftiende dag nadat de maatschappij de verzekeringnemer na
de vervaldag schriftelijk heeft aangemaand en betaling is uitgebleven.
Onder vervolgpremie wordt mede verstaan de premie die de verzekeringnemer bij stilzwijgende verlenging van de verzekering verschuldigd wordt.
4 Verschuldigdheid premie blijft /Xxxxxxx dekking bij betaling achteraf
Ook al wordt de dekking wegens wanbetaling opge- schort of beëindigd, de verzekeringnemer blijft ver- plicht de premie te voldoen.
De dekking wordt weer van kracht voor gebeurtenis- sen die hebben plaatsgevonden na de dag waarop hetgeen de verzekeringnemer verschuldigd is, voor het geheel, dus inclusief alle tot dan toe onbetaald gebleven opeisbare premietermijnen, door de maat- schappij is ontvangen.
ARTIKEL 9.2
Premierestitutie
Behalve bij opzegging wegens opzet de verzekeraar te misleiden, wordt bij tussentijdse beëindiging de lopende premie naar billijkheid verminderd.
ARTIKEL 6.3
Indexering
1 Indexering premie woonschip
Indien uit de polis blijkt dat indexering van toepassing is, bijvoorbeeld doordat een indexcijfer is aangegeven en een ‘einddatum indexering’, heeft de maatschappij het recht de premie en het verzekerde bedrag voor het woonschip, waaronder ook de bedragen die op de polis zijn vermeld voor de meeverzekerde zaken, aan te passen overeenkomstig het laatst bekende indexcij- fer voor bouwkosten zoals vastgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Indexering zal voor het laatste gebeuren per de contractsvervaldatum die overeenkomt met de op de polis aangegeven ‘eind- datum indexering’.
2 Indexering premie inboedel
De maatschappij heeft het recht om premie voor het onderdeel Inboedel jaarlijks aan te passen overeen- komstig het indexcijfer voor inboedels zoals vastge- steld door het Centraal Bureau voor de Statistiek.
ARTIKEL 7
HERZIENING VAN PREMIE EN VOORWAARDEN
De maatschappij heeft het recht om de premie en/of voor- waarden voor verzekeringen van dezelfde soort als deze verzekering te herzien en deze verzekering tussentijds aan te passen aan de nieuwe premie en/of voorwaarden. De maatschappij zal verzekeringnemer van tevoren schrif- telijk in kennis stellen van de aanpassing.
Tot 30 dagen na de datum waarop de aanpassing is gaan gelden, heeft verzekeringnemer het recht deze schriftelijk te weigeren, indien de aanpassing leidt tot hogere premie of voorwaarden die voor hem nadeliger zijn. Indien verze- keringnemer van dit recht gebruik maakt eindigt de verze- kering op de datum waarop de aanpassing is gaan gelden. Als de verzekering bestaat uit verschillende in de polis ver- melde en in de premieopstelling gespecificeerde onderde- len, dan geldt de regeling in dit artikel per onderdeel en is beëindiging alleen mogelijk voor de onderdelen waarop de aanpassing betrekking heeft.
ARTIKEL 8
GELDIGHEIDSDUUR EN OPZEGMOGELIJKHEDEN
ARTIKEL 8.1
Contractsduur van de verzekering
De verzekering heeft een op het polisblad vermelde con- tractduur en wordt telkens stilzwijgend met een zelfde termijn verlengd.
ARTIKEL 8.2
Opzegmogelijkheden voor de maatschappij
De verzekering eindigt door een schriftelijke opzegging door de maatschappij:
1 Tegen het einde van de op het polisblad vermelde contractsduur, met inachtneming van een opzeggings- termijn van twee maanden.
2 Indien de verzekeringnemer de verschuldigde premie weigert te betalen of niet tijdig betaalt. In geval van niet tijdige betaling van de vervolgpremie echter uit- sluitend indien de maatschappij de verzekeringnemer na de premievervaldag vruchteloos tot betaling heeft aangemaand.
De verzekering eindigt op de in de opzeggingsbrief genoemde datum; die datum zal bij niet tijdige betaling van de vervolgpremie niet eerder zijn dan een datum die twee maanden na de dagtekening van de opzeggingsbrief ligt.
3 Binnen twee maanden na de ontdekking dat de ver- zekeringnemer de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering niet is nagekomen en verzekering- nemer daarbij heeft gehandeld met het opzet de maatschappij te misleiden dan wel de maatschappij
de verzekering bij kennis van de ware stand van zaken niet zou hebben gesloten. De verzekering eindigt op de in de opzeggingsbrief genoemde datum.
ARTIKEL 8.3
Opzegmogelijkheden voor de verzekeringnemer
De verzekering eindigt door een schriftelijke opzegging door verzekeringnemer:
1 Tegen het einde van de op het polisblad vermelde gel- digheidsduur met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste twee maanden.
2 Binnen één maand na ontvangst van de mededeling van de maatschappij houdende een wijziging van premie en/of voorwaarden ten nadele van verzekering- nemer en/of verzekerde. De verzekering eindigt
op de dag waarop de wijziging volgens de mededeling van de verzekeraar ingaat, maar niet eerder dan een maand na de datum van dagtekening van bedoelde mededeling.
3 Binnen twee maanden nadat de maatschappij tegen- over verzekeringnemer een beroep op de niet-nako- ming van de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering heeft gedaan. De verzekering eindigt op de datum die in de opzeggingsbrief is vermeld of bij gebreke daarvan op de datum van dagtekening van de opzeggingsbrief.
ARTIKEL 9
EIGENDOMSOVERGANG EN ABANDONNEMENT
ARTIKEL 9.1
Eigendomsovergang
Zonder nadere overeenkomst gaan de rechten uit deze verzekeringsovereenkomst niet over op de nieuwe ver- krijger van het woonschip, behoudens wanneer de eigen- domsovergang het gevolg is van overlijden van de verze- keringnemer. In dat geval blijft de verzekering tot
30 dagen na het overlijden bestaan ten behoeve van de erfgenaam/erfgenamen van kracht.
ARTIKEL 9.2
Abandonnement
Het woonschip en de daarin aanwezige inboedel kunnen niet aan de maatschappij worden geabandonneerd.
WOONSCHIP
ARTIKEL 10
VERZEKERDEN
Als verzekerde geldt de verzekeringnemer.
ARTIKEL 11
OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
ARTIKEL 11.1
Schade aan woonschip en/of toebehoren / Gedekte gebeurtenis
De verzekering geeft recht op een vergoeding voor verlies of beschadiging (tezamen hierna ook aangeduid als
‘schade’) van het woonschip en/of de zaken die als toe- behoren gelden dan wel op de polis uitdrukkelijk zijn meeverzekerd, indien veroorzaakt door een gedekte gebeurtenis.
De gedekte gebeurtenissen zijn:
– brand, explosie en blikseminslag;
– storm, voorzover sprake is van schade veroorzaakt doordat de storm het woonschip en/of de ander ver- zekerde zaken in beweging heeft gebracht, dan wel veroorzaakt doordat voorwerpen door de storm op of tegen het woonschip en/of de andere verzekerde zaken zijn terechtgekomen.
– diefstal van aan het woonschip, toebehoren en/of aan de eventuele andere verzekerde zaken nagelvast aan- gebrachte materialen;
– enig ander van buitenkomend onheil, ook als dit het directe en plotselinge gevolg is van een tot op dat moment onbekend eigen gebrek van het woonschip; er bestaat overigens geen recht op vergoeding van de schade bestaande uit het (manifest geworden) eigen gebrek zelf en/of van de kosten verbonden aan het opheffen daarvan.
Bovendien bestaat recht op vergoeding van schade bestaande uit plotselinge en onvoorziene breuk van het in de woonboot aanwezige glas.
ARTIKEL 11.2
Wettelijke aansprakelijkheid
De verzekering biedt tevens dekking voor de wettelijke aansprakelijkheid van de verzekerde als bezitter van het woonschip, met uitzondering van de aansprakelijkheid voor beschadiging of verlies van schade aan zich aan boord bevindende zaken van anderen dan de verzekerde. Deze dekking geldt alleen indien en voorzover geen dek- king bestaat -of zou hebben bestaan indien deze woon- schipverzekering niet zou zijn afgesloten- op een andere verzekering.
Per gebeurtenis wordt maximaal € 1.000.000,- vergoed, maar zo nodig vergoedt de maatschappij daarboven de kosten van verweer in een tegen de verzekerde aanhan- gig gemaakt burgerlijk en/of strafproces, mits de verzeker- de zich in dat proces laat bijstaan door een door de maat- schappij aangewezen raadsman.
ARTIKEL 11.3
Extra vergoedingen
De verzekering geeft recht op vergoeding van de hierna omschreven kosten. Tenzij een maximale vergoeding wordt vermeld, worden de kosten vergoed tot maximaal het voor het woonschip verzekerde bedrag. Dit geldt teven als maximum kostenvergoeding wanneer naar aan- leiding van dezelfde gebeurtenis sprake is van verschillen- de soorten kosten als hierna omschreven.
1 Hulp- en bergloon
De maatschappij vergoedt het hulp- en bergloon dat na voorafgaand overleg met de maatschappij door de verzekeringnemer -of andere door de maatschappij erkende belanghebbende bij het woonschip- is ver- schuldigd ter voorkoming of vermindering van een gedekte schade. Indien voorafgaand overleg redelij- kerwijs niet mogelijk was, zal de maatschappij achter- af vaststellen in hoeverre de betaalde kosten in rede- lijkheid zijn gemaakt ter voorkoming of vermindering van schade aan het woonschip en de aldus vastgestel- de, redelijk kosten vergoeden.
2 Lichtings- en opruimingskosten
Indien het woonschip als gevolg van een gedekte gebeurtenis zodanige schade heeft opgelopen dat de verzekeringnemer -of andere door de maatschappij erkende belanghebbende bij het woonschip- op grond van een wettelijke bepaling/verordening tot lichting of opruiming is besloten, vergoedt de maatschappij
de daaraan verbonden kosten.
3 Expertisekosten
De maatschappij vergoedt het salaris en de kosten van alle experts die met de schadevaststelling zijn belast. Expertisekosten verbonden aan de inschakeling van de door de verzekerde ingeschakelde expert komen voor rekening van de verzekerde.
4 Kosten ter voorkoming en vermindering van schade De maatschappij vergoedt de kosten van maatregelen die tijdens de geldigheidsduur van de verzekering door of vanwege verzekeringnemer of een verzekerde worden getroffen en redelijkerwijs geboden zijn om het onmiddellijk dreigend gevaar van schade af te wenden waarvoor, als de schade zich zou hebben voorgedaan, de verzekering dekking biedt.
Hetzelfde geldt voor kosten die zijn gemaakt om een zodanige schade te beperken.
Als kosten ter voorkoming en vermindering van schade worden ook beschouwd de door de stichting Salvage bij de maatschappij in rekening gebrachte kosten voor de door haar verrichte werkzaamheden in opdracht van de brandweer of de maatschappij.
5 Vervangend verblijf
De maatschappij vergoedt tot maximaal € 12.500,- per gebeurtenis de in redelijkheid benodigde extra uit- gaven voor noodzakelijk verblijf in hotel, pension of ander vervangend verblijf, voor zover deze kosten niet vergoed worden uit hoofde van een elders lopende verzekering of uit hoofde van het onderdeel Inboedel van deze verzekering.
6 Tuinaanleg
Kosten van aanleg, bestrating en beplanting van de tuin die bij het woonschip hoort, als deze kosten het gevolg zijn van schade aan het woonschip veroorzaakt door brand, explosie, directe blikseminslag, aanrijding, aanvaring of lucht- en ruimtevaartuigen en meteoor- stenen. Deze kosten worden vergoed tot maximaal
€ 12.500,- per gebeurtenis.
7 Vervoer en opslag van de inboedel
De maatschappij vergoedt tot maximaal € 12.500,- per gebeurtenis de kosten van vervoer van en naar een opslagplaats en de opslag zelf, voor zover opslag noodzakelijk is en deze kosten niet vergoed worden uit hoofde van een elders lopende verzekering of uit hoofde van het onderdeel Inboedel van deze verze- kering.
8 Vervanging van sloten na diefstal sleutels
De maatschappij vergoedt de kosten voor het vervan- gen van sloten van het woonschip na diefstal van de sleutel(s) uit het woonschip. Deze vergoeding bedraagt maximaal € 250,-.
9 Hak- en breekwerk bij vorst-/waterschade
De maatschappij vergoed bij een gedekte schade door vorst of door water/stoom ook de kosten verbonden aan:
– het opsporen van het opgetreden defect in aan- en afvoerleidingen en het daarmee gepaard gaan- de hak-, breek- en herstelwerk aan muren vloeren, bodems en andere onderdelen van het woonschip;
– herstel van de binnen het woonschip gelegen lei- dingen, installaties en toestellen.
10 Omgevallen bomen/afgebroken takken
Bij schade door een omgevallen boom of afgebroken takken vergoedt de maatschappij ook de kosten ver- bonden aan het verwijderen en afvoeren van de boom en/of takken.
ARTIKEL 12
UITSLUITINGEN EN BEPERKINGEN
ARTIKEL 12.1
Uitsluitingen
De verzekering biedt geen dekking voor schade aan het woonschip en de andere daarbij behorende verzekerde zaken bestaande uit en/of het directe gevolg van:
1 vorst
vorst, tenzij sprake is van schade als gevolg van bevrie- zing van
– binnen en buiten het woonschip gelegen water- leidingen, daarop aangesloten leidingen en toe- stellen, of
– een centrale verwarmingsinstallatie
en de bevriezing niet te wijten is aan nalatigheid of onzorgvuldigheid in het treffen van voorzorgsmaat- regelen;
2 directe neerslag
directe neerslag die het woonschip is binnengedron- gen via deuren, ramen of luiken;
3 vocht- en waterdoorlating / ongedierte / schimmels
– de (geleidelijke) inwerking van vocht-en water- doorlating van muren, wanden, vloeren en bodems, en
– de aanwezigheid van schimmels en ongedierte.
4 verontreinigende stoffen, graffiti, verf/kleurstoffen
– verontreinigende stoffen, tenzij het gevolg van een naburige brand, explosie of blikseminslag, en
– graffiti, verf en andere kleurstoffen;
5 huisdieren
de aanwezigheid van huisdieren;
6 breuk van wandspiegels
breuk van vaste wandspiegels; deze uitsluiting heeft geen betekenis voor schade aan het woonschip onstaat door scherven va die spiegels;
7 slecht onderhoud / slijtage
slecht onderhoud van het woonschip en slijtage;
8 eigen gebrek bij stalen casco
een eigen gebrek van het casco, ongeacht de aard en de oorzaak van het eigen gebrek; deze uitsluiting geldt alleen bij woonboten met een stalen casco.
ARTIKEL 12.2
Beperkingen
1 Overspanning of inductie als gevolg van bliksem
Bij schade door overspanning of inductie als gevolg van bliksem wordt maximaal € 1.000,- vergoed voor schade aan elektrische en elektronische apparatuur/installaties.
2 Reparatiekosten van daken, dakgoten en afvoerpijpen Bij schade door directe neerslag bestaat geen recht op vergoeding van de eventuele kosten voor reparatie van daken, dakgoten en afvoerpijpen.
3 Eigen risico algemeen
Van iedere schade blijft € 100,- als eigen risico voor rekening van de verzekerde.
Dit eigen risico wordt niet toegepast bij:
– schade veroorzaakt door brand en/of explosie en schade,
– schade bestaande uit plotselinge en onvoorziene breuk van het in de woonboot aanwezige glas,
– schade waarvoor een bijzonder eigen risico geldt, zoals stormschade en schade tijdens verplaatsen.
4 Eigen risico bij schade door storm
Bij schade door storm geldt een eigen risico van
€ 200,- per gebeurtenis.
5 Eigen risico bij schade tijdens verplaatsen
Als dekking bestaat voor schade tijdens het verplaat- sen van het woonschip, zoals bijvoorbeeld in het kader van verhalen (zie artikel 4.3), geldt bij uitkering van die schade een eigen risico van € 1.000,-.
Voor de toepassing van dit eigen risico worden méér gebeurtenissen tijdens het verplaatsen als één gebeurtenis beschouwd.
ARTIKEL 13
SCHADEREGELING
ARTIKEL 13.1
Vaststelling schade aan het woonschip
Het schadebedrag wordt in onderling overleg of door een door de maatschappij ingeschakelde expert vastgesteld. Deze schadevaststelling zal gelden als uitsluitend bewijs van de grootte van de schade. De verzekerde heeft het recht een contra-expert aan te wijzen. In dat geval zullen beide experts de schade vaststellen. De beide experts moe- ten vooraf een derde expert benoemen. Als er verschil bestaat tussen de beide taxaties, zal deze derde expert het schadebedrag binnen de grenzen van de beide taxa- ties bindend vaststellen.
De omstandigheid dat de maatschappij medewerking ver- leent aan de schadevaststelling, betekent niet dat daar- mee ook het recht van de verzekerde op schadevergoe- ding vaststaat.
ARTIKEL 13.2
Omvang schade woonschip
De maatschappij stelt de omvang van de schade vast op het verschil tussen de waarde van het woonschip onmid- dellijk vóór en ná de gebeurtenis. Vaststelling van de waarde onmiddellijk vóór de gebeurtenis kan gebeuren op basis van herbouwwaarde en op basis van verkoop- waarde van het woonschip.
Hierbij wordt verstaan onder
– herbouwwaarde: het bedrag dat nodig is voor her- bouw van het verzekerde woonschip of -indien dit mogelijk is voor een lager bedrag- voor aanschaf van een ander woonschip in dezelfde soort en kwaliteit als het verzekerde woonschip,
– verkoopwaarde: de prijs die het woonschip bij ver- koop zou opleveren.
Bij deze waardevaststelling blijft (de waarde) van de lig- plaats en/of de ligplaatsrechten buiten beschouwing.
Bij het vaststellen van de schadeomvang gelden voorts de volgende bepalingen.
1 Vergoeding op basis van herbouwwaarde
Bij een schade waarbij sprake is van herbouw van het woonschip, vergoedt de maatschappij op basis van herbouwwaarde. Voorwaarde is dat binnen 12 maan- den na de gebeurtenis aan de maatschappij is gemeld dat tot herbouw wordt overgegaan.
De maatschappij keert dan onmiddellijk 50% van de schadevergoeding op basis van herbouwwaarde uit. Het overige keert de maatschappij uit na verstrekking van de originele nota’s. De totale uitkering bedraagt nooit meer dan de werkelijk bestede kosten.
2 Vergoeding op basis van verkoopwaarde
De maatschappij vergoedt de schade op basis van ver- koopwaarde indien:
– niet voor herbouw wordt gekozen;
– de termijn van 12 maanden voor melding van herbouw is verstreken;
– de gemeente het woonschip onbewoonbaar of onbruikbaar had verklaard;
– het woonschip onbewoond was danwel bewoond door onbevoegden;
– sprake is van schade aan de voortstuwingsinstalla- tie of meeverzekerde drijvende terrassen, meerpa- len, steigers of zich aan wal bevindende schuurtjes, garages.
3 Vergoeding op basis van herstelkosten
Bij een gedeeltelijke schade aan het woonschip ver- goedt de maatschappij de herstelkosten, op voorwaar- de dat ook tot herstel overgegaan wordt. Gebeurt dat niet, dan vergoedt de maatschappij de schade op basis van de verkoopwaarde. Als de vergoeding op basis van verkoopwaarde meer bedraagt dan de begrote
herstelkosten, vergoedt de maatschappij altijd de herstelkosten.
4 Eigen risico / Betekenis verzekerde bedrag
De overeenkomstig de voorgaande bepalingen vastge- stelde schadevergoeding, verminderd met een eventu- eel eigen risico, wordt uitgekeerd tot maximaal het voor het woonschip geldende verzekerde bedrag of het bedrag dat op de polis is vermeld voor (een) speci- fiek meeverzekerd(e) zaak of zaken, verhoogd of ver- laagd overeenkomstig de toepassing van indexering. De invloed van indexering blijkt uit hetgeen hierom- trent is vermeld op de premienota per de laatste con- tractvervaldatum vóór de schadegebeurtenis.
5 Aftrek nieuw voor oud
De maatschappij heeft het recht om op de berekende schadevergoeding een redelijke aftrek toe te passen voor veronderstelde verbetering ten opzichte van de situatie direct vóór de schadegebeurtenis.
ARTIKEL 13.3
Vaststelling glasschade
1 Algemene regeling
Bij een gedekte schade bestaande uit plotselinge en onvoorziene breuk van het in het woonschip aanwe- zige glas, vergoedt de maatschappij:
– de prijs van de xxxxxxxx xxxx(en)
– de inzetkosten
– de extra kosten van zonwerend materiaal dat zich tussen dubbelwandige ruiten bevindt;
– de kosten van eventueel getroffen noodvoor- zieningen.
2 Bijzonder glas en hard- en volglazen deuren
Bij breuk van bijzonder glas wordt maximaal € 500,- vergoedt en bij breuk van hard- en volglazen deuren maximaal € 1.000,-; beide bedragen gelden per gebeurtenis.
3 Versieringen/beschilderingen
Voor het eventueel opnieuw aanbrengen van versie- ringen, beschilderingen, opschriften en folie op de nieuwe ruiten wordt maximaal € 250,- per gebeurtenis vergoed.
ARTIKEL 13.4
Afwikkeling aansprakelijkheidsschade
De maatschappij heeft het recht om een schade die is gedekt onder de aansprakelijkheidsdekking, rechtstreeks met de benadeelde(n) af te wikkelen; daarbij zullen de belangen van de verzekerde(n) in aanmerking worden genomen.
INBOEDEL
ARTIKEL 14
VERZEKERDE / NADERE BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
ARTIKEL 14.1
Verzekerden
Als verzekerde gelden:
– de verzekeringnemer;
– de inwonende gezinsleden van de verzekeringnemer en de persoon met wie deze in gezinsverband samen- woont.
ARTIKEL 14.2
Inboedel
Als inboedel gelden alle roerende zaken die behoren tot de particuliere huishouding van de verzekerde(n), met uitzondering van:
– motorrijtuigen (behalve snor- en bromfietsen), aanhangwagens, caravans en vaartuigen (behalve
opblaasbare vaartuigen en surfplanken), inclusief de bijbehorende onderdelen, accessoires en documenten;
– geld en geldswaardig papier;
– ongemunt edelmetaal en ongezette edelstenen;
– zaken bestemd voor handels- en beroepsdoeleinden;
– dieren.
ARTIKEL 14.3
Audiovisuele- en computerapparatuur
Alle soorten tot de inboedel behorende beeld-, geluids-, zend-/ontvangapparatuur en computerapparatuur. Alles met inbegrip van de daarbij gebruikelijke randapparatuur en overige hulpmiddelen zoals platen, banden, cassettes, disks, boxen, monitoren, schrijf- en afdrukeenheden. Met uitzondering van de software, tenzij deze als standaard- pakket zonder aanpassing(en) verkrijgbaar is.
ARTIKEL 14.4
Bijzondere verzamelingen
Hieronder wordt onder andere verstaan: de tot de inboe- del behorende munten-, postzegel-, kristal-, zilverwerk- en speelgoedverzamelingen.
ARTIKEL 14.5
Geld en geldswaardig papier
Betaalcheques, betaalpassen en chipknip, reischeques en erkende cadeauwaardebonnen.
ARTIKEL 14.6
Bijgebouw(en)
De bij het woonschip behorende (losstaande) bijgebou- wen zoals schuren en garages.
ARTIKEL 14.7
Kunst/Antiek
Onder kunst wordt verstaan: de tot de inboedel behoren- de schilderijen, etsen, zeefdrukken, litho’s e.d., alsmede andere kunstvoorwerpen zoals sculpturen, voor zover deze een zeldzaamheidswaarde hebben.
Onder antiek wordt verstaan: voorwerpen met een anti- quarische waarde met uitzondering van antiek meubilair (kasten, stoelen, banken, tafels, bureaus en kisten).
ARTIKEL 14.8
Lijfsieraden
Tot de inboedel behorende sieraden, inclusief horloges, die zijn vervaardigd om op of aan het lichaam te worden gedragen en die geheel of ten dele bestaan uit (edel)- metaal, gesteente, mineraal, ivoor, parels en (bloed)- koraal of andere dergelijke stoffen.
ARTIKEL 14.9
Instrumenten
Tot de inboedel behorende muziekinstrumenten en/of foto-, film- en videocamera’s, inclusief bijbehorende apparatuur en toebehoren.
ARTIKEL 15
OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
De verzekering geeft recht op een vergoeding voor ver- lies of beschadiging (tezamen hierna ook aangeduid als (‘schade’) van de verzekerde inboedel, indien veroorzaakt door een gedekte gebeurtenis.
Hierbij gelden de volgende bepalingen.
ARTIKEL 15.1
Inboedel in het woonschip
In het woonschip is de inboedel verzekerd voor schade veroorzaakt of ontstaan door een hierna omschreven gebeurtenis, ook als deze het directe en plotselinge gevolg is van een eigen gebrek van de inboedel.
1 Brand, schroeien, explosie, blikseminslag
– Brand, waaronder ook te verstaan schade als gevolg van een naburige brand.
– Zengen, schroeien, smelten, verkolen en broeien als gevolg van aanraking met of hitte-uitstraling door een brandend, gloeiend of heet voorwerp.
– Explosie
– Directe blikseminslag.
2 Overspanning / inductie
Overspanning of inductie als gevolg van bliksem, voorzover sprake is van schade aan elektrische en elek- tronische apparatuur/installaties, ongeacht of zich een blikseminslag in de nabijheid van het woonschip heeft voorgedaan.
3 Rook en roet
Rook en roet, uitgestoten door een verwarmingsinstal- latie, die permanent op de schoorsteen van het woon- schip is aangesloten.
4 Neerslag / Storm
Directe en indirecte neerslag, mits in het woonschip binnengedrongen, en storm.
5 Water en stoom
Water en stoom, gestroomd of overgelopen uit binnen en buiten het woonschip gelegen aan- en afvoerleidin- gen (geen tuin- of vulslangen), de op die aan- en afvoerleidingen aangesloten installaties en toestellen, of uit een centrale verwarmingsinstallatie, als gevolg van een verstopping of een plotseling opgetreden defect. De maatschappij vergoedt ook schade door water dat binnengedrongen is door verstopping van rioolputten of -buizen.
6 Vorst
Onder schade door vorst wordt verstaan: schade als gevolg van bevriezing van waterleidingen, daarop aangesloten installaties en toestellen, of de centrale verwarmingsinstallatie.
7 Breuk van aquarium / Terrarium
Breuk van een aquarium of terrarium voorzover de schade is ontstaan door uitstromend water na een plotseling opgetreden defect; voorts wordt de schade vergoed aan het aquarium/terrarium zelf en de inhoud hiervan.
8 Water uit een waterbed
Water uit een waterbed, uitgestroomd door een plotseling opgetreden defect, op voorwaarde dat het waterbed is voorzien van een deugdelijke veiligheids- voorziening.
9 Olie
Olie gestroomd uit vaste, metalen leidingen of meta- len tanks, die deel uitmaken van een centrale verwar- mingsinstallatie of behoren bij haarden of kachels, mits deze haarden of kachels permanent aangesloten zijn op een schoorsteen.
10 Diefstal/Inbraak/Beroving/Afpersing Diefstal. Onder deze dekking valt ook:
– beschadiging door inbraak/diefstal;
– beroving en afpersing door personen die weder- rechtelijk het woonschip zijn binnengedrongen.
11 Vandalisme
Beschadiging aangericht uit vernielzucht door per- sonen die wederrechtelijk de woning zijn binnen- gedrongen.
12 Plunderingen en relletjes
Plunderingen en relletjes waaronder te verstaan: inci- dentele geweldsmanifestaties.
13 Aanrijding / Aanvaring
Aanrijding en aanvaring, met inbegrip van schade als gevolg van afgevallen of uitgevloeide lading.
14 Bomen en takken
Het omvallen van bomen en het afbreken van takken.
15 Heistellingen/Kranen
Het omvallen van heistellingen en kranen en het los- raken van onderdelen daarvan.
16 Lucht- en ruimtevaartuigen en meteoorstenen
Bij lucht- en ruimtevaartuigen wordt bedoeld schade aan de inboedel door:
– een lucht- of ruimtevaartuig, dat vertrekt, vliegt, landt of valt en daarbij de inboedel treft;
– een voorwerp, dat verbonden is aan, losgeraakt van, geworpen of gevallen is uit een lucht- of ruimtevaartuig;
– een object, dat zelf getroffen is door enig hier- voor genoemd voorwerp.
17 Diepvriezers en koelkasten
Schade bestaande uit bederf (anders dan door uitscha- keling) van de zich in een diepvriezer of koelkast bevindende levensmiddelen door een defect aan het apparaat of door stroomuitval van langer dan zes uur.
18 Scherven van ruiten en wandspiegels Vallende scherven van:
– brekende ruiten die dienen tot daglichtdoorlating;
– vaste wandspiegels.
Breuk van de ruiten en vaste wandspiegels zelf is niet verzekerd onder de inboedeldekking.
19 Overige, het woonschip treffende gebeurtenis
Een gebeurtenis, anders dan hiervoor omschreven, die een gedekte schade aan het woonschip tot gevolg heeft en tegelijkertijd ook schade aan de inboedel veroorzaakt.
ARTIKEL 15.2
Inboedel buiten het woonschip, binnen Nederland
Buiten het woonschip, maar wel binnen Nederland, is de inboedel verzekerd overeenkomstig de volgende bepalingen.
1 Inboedel aanwezig in een bijgebouw
De inboedel die zich bevindt in een volgens de polis meeverzekerd bijgebouw is verzekerd voor schade door een in het vorige artikelonderdeel omschreven gebeurtenis, maar de schadevergoeding is beperkt tot maximaal € 5.000,- per gebeurtenis. Bovendien geldt dat diefstal alleen is gedekt is als deze mogelijk is geworden na inbraak in het bijgebouw.
2 Inboedel aanwezig in een auto, aanhangwagen of caravan
Bij schade aan inboedel die zich bevindt in een auto, aanhangwagen of caravan is de schadevergoeding beperkt tot maximaal € 5.000,- per gebeurtenis.
Bij diefstal geldt de dekking op voorwaarde dat spra- ke is geweest van inbraak; bovendien is de schadever- goeding beperkt tot € 250,- per gebeurtenis.
3 Tuinmeubelen, wasgoed e.d. aanwezig onder een afdak, op een balkon/veranda of in de tuin
Dekking voor zaken die zich bevinden onder een af- dak, op een balkon/veranda of in de tuin van het woonschip geldt uitsluitend voor tot de inboedel be- horende tuinmeubelen (tafels, stoelen, banken, para- sols), vlaggenstok en vlag, wasgoed en droogrekken. Deze inboedel is dan verzekerd voor schade door:
– brand, explosie, directe blikseminslag, aanrijding, aanvaring, lucht- en ruimtevaartuigen en meteoor- stenen;
– diefstal, maar tot maximaal € 1.000,- per gebeur- tenis.
4 Dekking tijdens vervoer/verhuizing
Bij vervoer van de inboedel in verband met verhuizing of transport naar of van een herstel- of bewaarplaats bestaat dekking voor schade door:
– diefstal uit het vervoermiddel na inbraak tijdens het overbrengen;
– een het vervoermiddel overkomen ongeval;
– het uit de strop schieten of onklaar raken van het hijsgerei of ander hulpmiddel bij het laden en los- sen.
5 Dekking bij verblijf elders, voor maximaal 6 maanden Bij tijdelijk verblijf elders voor een periode van maxi- maal 6 maanden achtereen, is de inboedel verzekerd voor schade als gevolg van een in onderdeel 1 van dit artikel omschreven gebeurtenis, mits sprake is van:
– opslag bij een erkend verhuisbedrijf;
– verblijf in een andere, permanent bewoonde woning, of ander, permenent bewoond woon- schip;
– verblijf in andere gebouwen (niet zijnde strand- huisjes).
In deze gevallen is diefstal uitsluitend verzekerd na inbraak aan de opslagruimte, de woning, het woon- schip of het gebouw waarin de inboedel zich tijdelijk bevindt.
6 Dekking op overige plaatsen
Op andere plaatsen dan hiervoor omschreven is de inboedel alleen verzekerd tegen schade als gevolg van brand, explosie, directe blikseminslag, beroving en afpersing, lucht- en ruimtevaartuigen en meteoor- stenen.
ARTIKEL 15.3
Dekking buiten Nederland
De zich buiten Nederland, maar wel binnen Europa, bevin- dende inboedel is gedurende een maximale periode van 3 maanden na de dag waarop het verblijf buiten Nederland begon, verzekerd voor schade door brand, explosie, direc- te blikseminslag, beroving en afpersing, lucht- en ruimte- vaartuigen en meteoorstenen.
Schade door diefstal van meegenomen inboedel uit een goed afgesloten auto is tot maximaal € 250,- verzekerd mits:
– de gebeurtenis plaatsvond tijdens een dagtrips van maximaal 24 uur vanuit Nederland naar België, Luxemburg of Duitsland;
– de diefstal mogelijk is geworden door inbraak.
ARTIKEL 15.4
Schade aan andere zaken
De verzekering geeft overeenkomstig de volgende bepa- lingen recht op vergoeding van schade aan andere zaken dan de verzekerde inboedel. Tenzij anders aangegeven, heeft de dekking betrekking op schade veroorzaakt door een in onderdeel 1 van dit artikel omschreven gebeurte- nis.
1 Geld en geldswaardig papier
De maatschappij vergoedt tot maximaal € 1.000,- per gebeurtenis schade aan geld en geldswaardig papier dat in de woning aanwezig is en behoort tot de parti- culiere huishouding.
Bij betaalcheques (al dan niet ingevuld) vergoedt de maatschappij uitsluitend het eigen risico dat de ver- strekker daarvan in rekening brengt, tot maximaal
€ 150,- per gebeurtenis. Dit op voorwaarde dat deze verstrekker al tot uitkering is overgegaan.
Misbruik of fraude met een pincode valt niet onder deze dekking.
2 Zonweringen, (schotel)antennes, buitenlampen en uithangborden
Ten aanzien van zonweringen, (schotel)antennes, bui- tenlampen en uithangborden die aan de buitenkant van het woonschip en bijgebouwen zijn bevestigd, is schade door brand en storm verzekerd. De schade wordt vergoed op basis van dagwaarde en tot maxi- maal € 1.000,- per gebeurtenis.
3 Onderdelen en accessoires van motorrijtuigen, caravans en vaartuigen
Onderdelen en accessoires van motorrijtuigen, cara- vans en vaartuigen die in het woonschip en/of de bijgebouwen aanwezig zijn en behoren tot de parti- culiere huishouding.
De schade wordt vergoed op basis van dagwaarde tot maximaal € 1.000,- per gebeurtenis
4 Inboedel van anderen
Inboedel van anderen, niet zijnde de hierna bedoelde, door de verzekerde gehuurde inboedel, die voor een periode van maximaal 3 maanden achtereen aanwezig is in het woonschip en/of de bijgebouwen, is tot maxi- maal € 2.500,- per gebeurtenis meeverzekerd.
5 Gehuurde inboedel
Door de verzekerde gehuurde inboedel die in het woonschip en/of bijgebouwen aanwezig is en behoort tot de particuliere huishouding, is meeverzekerd.
Schade aan deze gehuurde inboedel wordt vergoed op basis van dagwaarde en tot maximaal € 2.500,- per gebeurtenis en voorts uitsluitend voor zover deze voor rekening van de verzekerde komt.
De maatschappij heeft het recht de schade eventueel rechtstreeks met de verhuurder af te wikkelen.
6 Beroepsuitrusting
De in het woonschip en/of bijgebouwen aanwezig beroepsuitrusting is meeverzekerd. Schade aan deze beroepsuitrusting wordt vergoed op basis van dag- waarde en tot maximaal € 1.000,- per gebeurtenis en voorts uitsluitend voor zover deze voor rekening van de verzekerde komt. Onder beroepsuitrusting wordt verstaan de voor de uitoefening van het beroep van verzekerde(n) bestemde materialen, gereedschappen en bedrijfskleding.
ARTIKEL 15.5
Extra vergoedingen
De verzekering geeft recht op vergoeding van de hierna omschreven kosten, gemaakt naar aanleiding van een de inboedel treffende, gedekte gebeurtenis.
1 Expertisekosten
De maatschappij vergoedt het salaris en de kosten van alle experts die met de schadevaststelling zijn belast. Expertisekosten verbonden aan de inschakeling van de door de verzekerde ingeschakelde expert komen voor rekening van de verzekerde.
2 Opruimingskosten
De maatschappij vergoedt de werkelijk bestede kosten verbonden aan het opruimen van de beschadigde inboedel, tot maximaal € 1.000,- per gebeurtenis.
3 Kosten ter voorkoming en vermindering van schade De maatschappij vergoedt de kosten van maatregelen die tijdens de geldigheidsduur van de verzekering door of vanwege verzekeringnemer of een verzeker- de worden getroffen en redelijkerwijs geboden zijn om het onmiddellijk dreigend gevaar van schade af te wenden waarvoor, als de schade zich zou hebben voorgedaan, de verzekering dekking biedt.
Hetzelfde geldt voor kosten die zijn gemaakt om een zodanige schade te beperken.
Als kosten ter voorkoming en vermindering van scha- de worden ook beschouwd de door de stichting Salvage bij de maatschappij in rekening gebrachte kosten voor de door haar verrichte werkzaamheden in opdracht van de brandweer of de maatschappij.
4 Vervangend verblijf
De maatschappij vergoedt tot maximaal € 5.000,- per gebeurtenis de in redelijkheid benodigde extra uitgaven voor noodzakelijk verblijf in hotel, pension of ander vervangend verblijf.
5 Tuinaanleg
Kosten van aanleg, bestrating en beplanting van de tuin, die bij het woonschip hoort, als deze kosten het
gevolg zijn van schade aan de inboedel veroorzaakt door brand, explosie, directe blikseminslag, aanrijding, aanvaring of lucht- en ruimtevaartuigen en meteoor- stenen. Deze kosten worden vergoed tot maximaal
€ 5.000,- per gebeurtenis.
6 Vervoer en opslag van de inboedel
De maatschappij vergoedt tot maximaal € 12.500,- per gebeurtenis de kosten van vervoer van en naar een opslagplaats en de opslag zelf, voor zover opslag noodzakelijk is.
ARTIKEL 16
UITSLUITINGEN EN BEPERKINGEN
ARTIKEL 16.1
Uitgesloten oorzaken
De verzekering biedt geen dekking voor schade aan de inboedel bestaande uit en/of het directe gevolg van:
1 onvoldoende voorzorg bij vorst
vorst, wanneer de bevriezing is te wijten is aan nala- tigheid of onzorgvuldigheid in het treffen van voor- zorgsmaatregelen;
2 directe neerslag
directe neerslag die het woonschip is binnengedron- gen via deuren, ramen of luiken;
3 vocht- en waterdoorlating / ongedierte / schimmels
– de (geleidelijke) inwerking van vocht-en water- doorlating van muren, wanden, vloeren en bodems, en
– de aanwezigheid van schimmels en ongedierte;
4 constructie- en/of bouwfouten
constructie- en/of bouwfouten, tenzij wordt aange- toond dat de schade niet daardoor is veroorzaakt, ontstaan of vergroot; deze uitsluiting heeft geen betekenis bij schade door brand en explosie;
5 slecht onderhoud / slijtage
slecht onderhoud van het woonschip en slijtage.
ARTIKEL 16.2
Beroep op andere verzekering
Voor zover de schade ook op een andere, speciale verze- kering (zoals een kostbaarheden- of fietsverzekering) is verzekerd, bestaat er geen dekking onder deze Inboedel- verzekering.
ARTIKEL 17
SCHADEREGELING
ARTIKEL 17.1
Vaststelling inboedelschade
Het schadebedrag wordt in onderling overleg of door een door de maatschappij ingeschakelde expert vastgesteld. Deze schadevaststelling zal gelden als uitsluitend bewijs van de grootte van de schade. De verzekerde heeft het recht een contra-expert aan te wijzen. In dat geval zullen beide experts de schade vaststellen.
De beide experts moeten vooraf een derde expert benoe- men. Als er verschil bestaat tussen de beide taxaties, zal deze derde expert het schadebedrag binnen de grenzen van de beide taxaties bindend vaststellen.
De omstandigheid dat de maatschappij medewerking ver- leent aan de schadevaststelling, betekent niet dat daar- mee ook het recht van de verzekerde op schadevergoe- ding vaststaat.
ARTIKEL 17.2
Omvang inboedelschade
De maatschappij stelt de omvang van de schade vast op het verschil tussen de waarde van de inboedel onmiddel- lijk vóór en ná de gebeurtenis. Als waarde onmiddellijk vóór de gebeurtenis geldt de nieuwwaarde van de betref-
fende inboedelzaken, tenzij sprake is van een hier-na omschreven situatie.
1 Vergoeding op basis van dagwaarde
Als waarde onmiddellijk vóór de gebeurtenis geldt de dagwaarde indien:
– de dagwaarde op het moment van de gebeurtenis minder bedraagt dan 40% van de nieuwwaarde;
– het gaat om inboedel die onttrokken was aan het gebruik waarvoor zij was bestemd, dan wel om kantoor- en/of praktijkinventaris of zaken omschreven in onderdeel 4 van artikel 15 waarbij reeds is vermeld dat schadevergoeding op basis van dagwaarde gebeurt.
2 Vergoeding op basis van zeldzaamheidswaarde
Bij schade aan antiek, kunstvoorwerpen en/of verza- melingen gaat de maatschappij uit van de zeldzaam- heidswaarde van die zaken.
3 Bijzonder regeling voor postzegelverzamelingen Bij schade aan een postzegelverzameling gaat de maatschappij bij buitenlandse postzegels uit van
maximaal 40% van de waarde, uitgedrukt in de laat- ste catalogus vanYvert en Tellier. Bij vergoeding van schade aan postzegels van Nederland en/of overzeese gebiedsdelen gaat de maatschappij uit van maximaal 60% van de waarde zoals vermeld in de laatste cata- logus van de Vereniging van Postzegelhandelaren in Nederland. Schade aan losse postzegels wordt niet vergoed.
4 Bijzondere regeling voor muntenverzamelingen
Bij schade aan een muntenverzameling gaat de maat- schappij voor Nederlandse munten uit van de middel- ste waarde zoals vermeld in de laatste muntencata- logus van Xxxxxx.
Bij andere munten gaat de maatschappij uit van de middelste waarde zoals vermeld in de laatste wereld- catalogus van Xxxxxxx X. Xxxxxx en Xxxxxxxx Xxxxxxx, waarbij de Amerikaanse dollar wordt berekend naar de koers op de dag van de schadegebeurtenis.
Schade aan losse munten wordt niet vergoed.
5 Vergoeding herstelkosten / Regeling in natura
Is herstel mogelijk en zijn de herstelkosten lager dan het verschil tussen de waarde onmiddellijk vóór en ná de gebeurtenis, dan vergoedt de maatschappij de
herstelkosten. Als daartoe aanleiding is, wordt de ver- goeding vermeerderd met een bedrag voor een bij
de schade veroorzaakte, en niet door het herstel opgeheven, waardevermindering. De maatschappij heeft voorts het recht om het herstel zelf te regelen (levering in natura).
ARTIKEL 17.3
Waardegarantie / Betekenis verzekerde bedrag
Op deze verzekering is ‘waardegarantie’ van toepassing. Dat betekent dat, behoudens toepassing van de in het volgende artikelonderdeel vermelde uitkeringsmaxima, de vastgestelde schadevergoeding wordt uitgekeerd zon- der rekening te houden met het verzekerde bedrag dat in de polis staat vermeld. Dit bedrag is uitsluitend van belang voor de premieberekening.
Het voorgaande betekent voorts dat de maatschappij geen beroep op eventuele onderverzekering zal doen.
ARTIKEL 17.4
Maximale vergoeding bij sommige categorieën inboedel
De op grond van de voorgaande bepalingen vastgestelde schadevergoeding wordt voor een aantal categorieën ver- goed tot maximaal € 5.000,- .Uit de polis kan overigens blijken dat voor één of meer van die categorieën sprake is van een hoger vergoedingsmaximum.
Het maximum geldt per categorie en per gebeurtenis. De betreffende categorieën zijn:
– audiovisuele en computerapparatuur;
– lijfsieraden;
– bijzondere verzamelingen;
– instrumenten;
– kunst/antiek.
De zaken die onder deze categorieën vallen zijn omschreven in artikel 14.
ARTIKEL 17.5
Eigen risico bij schade tijdens verplaatsing van het woonschip
Als er dekking bestaat voor schade tijdens het verplaatsen van het woonschip, zoals bijvoorbeeld in het kader van verhalen (zie artikel 4.3), geldt bij uitkering van die schade een eigen risico van € 450,-.
Voor de toepassing van dit eigen risico worden méér gebeurtenissen tijdens het verplaatsen als één gebeurtenis beschouwd.