Polismantel P.Z.9
Perfect zakenverzekering
Algemene polisvoorwaarden
Artikel 30-20.1504
Datum 1 april 2015
pagina | ||
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
Artikel 1 Begrippen
1.1 Maatschappij
Nationale-Nederlanden Schadeverzekering Maatschappij N.V.
1.2 Verzekeringnemer
Degene met wie de verzekering is aangegaan en die als zodanig op het polisblad is vermeld.
1.3 Verzekerde
De verzekerden zijn:
• verzekeringnemer;
• elke persoon met wie verzekeringnemer in duurzaam gezinsverband samenwoont;
• elke andere persoon, voor zover dit uit het polisblad blijkt;
• elke andere persoon die een financieel belang heeft bij het in de polis omschreven bedrijf, beroep of de activiteit, zoals door aandeelhouderschap, mede- eigendom of investering (niet financieringsinstellingen of leveranciers).
1.4 Inventaris
Al hetgeen dient tot uitoefening van het bedrijf, het beroep of de activiteit, zoals in de polis omschreven, met inbegrip van bromfietsen, antennes, zonweringen, lichtreclames en standaardprogrammatuur.
Niet als inventaris worden beschouwd:
a. gebouwen, inboedel, goederen en huurdersbelang;
b. geld en geldswaardig papier;
c. andere motorrijtuigen dan bromfietsen;
d. caravans, aanhangwagens en vaartuigen;
e. losse onderdelen en accessoires bij het onder c. en d. genoemde.
1.5 Goederen
Goederen van het bedrijf, het beroep of de activiteit, zoals in de polis omschreven, zijn:
• grond- en hulpstoffen;
• halffabrikaten;
• eindprodukten die voor verkoop zijn bestemd;
• goederen in bewerking;
• emballage.
1.6 Standaardprogrammatuur
Uit voorraad geleverde programmatuur inclusief de dragers waarop deze programmatuur is vastgelegd.
1.7 Geld en geldswaardig papier
Onder geld wordt verstaan gemunt geld en bankbiljetten, zowel in Nederlandse als buitenlandse valuta, dienende tot wettig betaalmiddel.
Onder geldswaardig papier te verstaan alle papier waaraan in het maatschappelijk verkeer een zekere geldswaarde wordt toegekend, met inbegrip van (kas)cheques, betaalkaarten en creditcards.
1.8 Huurdersbelang
Het belang dat verzekerde als huurder heeft bij dat gedeelte van het gebouw waarin de verzekerde zaken zich bevinden, ter zake van de voor zijn rekening aangebrachte veranderingen, verbeteringen en uitbreidingen, zoals centrale verwarming-, keuken- en sanitaire installaties, betimmeringen, parketvloeren, schuurtjes en schuttingen.
1.9 Bereddingskosten
Kosten die verzekerde heeft gemaakt bij of na een gedekte gebeurtenis om schade aan de verzekerde zaken door die gebeurtenis te voorkomen of te verminderen.
1.10 Noodvoorziening
De redelijkerwijs noodzakelijke voorlopige voorziening bij of na een gedekte gebeurtenis aangebracht ten behoeve van de verzekerde zaken in afwachting van definitief herstel van de door die gebeurtenis ontstane schade aan de verzekerde zaken.
1.11 Opruimingskosten
Uitsluitend de niet reeds in de schadetaxatie begrepen kosten van wegruimen en/of afbraak van bovengronds aanwezige verzekerde zaken op de lokatie van verzekerde en op de direkte belendingen van die lokatie voor zover deze wegruiming en/of afbraak het noodzakelijke gevolg is van een door de polis gedekte schade.
1.12 Nieuwwaarde
Het bedrag dat nodig is om nieuwe zaken van dezelfde soort en kwaliteit te verkrijgen.
1.13 Dagwaarde
De nieuwwaarde onder aftrek van een bedrag wegens waardevermindering door veroudering of slijtage.
Het bedrag dat nodig is voor de aankoop van naar soort en kwaliteit gelijkwaardige zaken, vermeerderd met de gemaakte kosten.
1.15 Braak
Het zich wederrechtelijk toegang verschaffen door verbreking, met zichtbare beschadiging van afsluitingen.
Hoofdstuk 2 Omschrijving van de dekking
Artikel 2 Verzekerd belang
Het belang dat de in artikel 1.3 genoemde verzekerden hebben bij de in de polis omschreven zaken en kosten. Huurdersbelang valt ook onder deze verzekering en de verzekerde som voor de inventaris, tenzij dit belang afzonderlijk is verzekerd.
Artikel 3 Omvang van de dekking
Deze verzekering dekt materiële schade aan de in de polis omschreven zaken:
a. in het gebouw door een onder artikel 4 vermelde gedekte gebeurtenis;
b. op andere plaatsen zoals vermeld onder artikel 5.
Artikel 4 Gedekte gebeurtenissen
4.1 Brand
Brand, zoals vermeld in de ’Nadere omschrijvingen’.
4.2 Brandblussing
4.3 Blikseminslag
Blikseminslag, zoals vermeld in de ’Nadere omschrijvingen’.
4.4 Ontploffing
Ontploffing, zoals vermeld in de ’Nadere omschrijvingen’.
4.5 Luchtverkeer
Luchtverkeer, zoals vermeld in de ’Nadere omschrijvingen’.
4.6 Storm
Hieronder te verstaan de windkracht bij een windsnelheid van ten minste veertien meter per seconde.
4.7 Neerslag
Neerslag (waaronder te verstaan regen, sneeuw, hagel of smeltwater):
• onvoorzien het gebouw binnengedrongen als gevolg van lekkage (of overlopen) van daken, balkons en dergelijke, dakgoten of afvoerpijpen daarvan en/of
• onvoorzien gestroomd uit binnenshuis aanwezige afvoerpijpen van daken, balkons en dergelijke of dakgoten.
Niet gedekt is schade:
• door neerslag op andere wijze binnengedrongen, zoals via de begane grond, via de openbare weg of ondergronds;
• door riool- of grondwater;
• als gevolg van slecht onderhoud van het gebouw.
4.8 Water/stoom
Water of stoom, onvoorzien gestroomd uit een water- leiding-, centrale verwarming-, airconditioning- of sprinklerinstallatie of uit op deze installaties aangesloten leidingen en/of toestellen, alsmede water overgelopen uit deze installaties en/of toestellen.
Niet gedekt is schade door water afkomstig uit de openbare riolering, ook indien dit via afvoerpijpen, sanitaire en/of andere toestellen het gebouw is binnen- gedrongen.
4.9 Aquarium
Water, onvoorzien gestroomd uit een aquarium.
Ook gedekt is schade:
• aan de inhoud van het aquarium;
• aan het aquarium zelf door breuk.
4.10 Olie
Olie, onvoorzien gestroomd uit een op een schoorsteen aangesloten verwarminginstallatie met bijbehorende leidingen en tanks.
4.11 Rook/roet
Rook of roet, plotseling uitgestoten door een op een schoorsteen van het gebouw aangesloten verwarming- installatie.
Diefstal of poging daartoe en vandalisme, in alle gevallen mits gepleegd door iemand die het gebouw is binnengedrongen door middel van braak.
4.13 Gewelddadige beroving/afpersing
4.14 Aanrijding/aanvaring
Aanrijding of aanvaring van een gebouw.
4.15 Afgevallen/uitgestroomde lading Afgevallen of uitgestroomde lading van voer- of vaartuigen na aanrijding of aanvaring.
4.16 Breuk ruiten/glas
Breuk van:
• ruiten;
• glas van toonbanken, vitrines, legplaten of spiegels.
Niet gedekt is schade:
• aan het glas zelf;
• aan op het glas aangebrachte belettering, reclame en dergelijke.
4.17 Kranen/heistellingen
Omvallen van kranen of heistellingen.
4.18 Rellen/relletjes/opstootjes
Hieronder te verstaan incidentele geweldmanifestaties.
4.19 Nutslevering
Storing in de levering van elektriciteit, water of aardgas als gevolg van het getroffen worden van elektriciteitscentrale, waterleiding- of gasdistributiebedrijf (inclusief tussenstations,
transformatorhuizen en dergelijke) door een onder artikel 4.1 t/m 4.18 gedekte gebeurtenis, mits die storing langer dan zes uur achtereen duurt.
Deze dekking geldt ook voor zich tussen de stations en de bij verzekerde in gebruik zijnde gebouwen bevindende leidingen, afsluiters en/of reduceerkasten voor gaslevering (niet voor pijpen, leidingen, hoogspanningsmasten en kabels voor elektriciteits- of waterlevering).
Het in artikel 4 vermelde geldt ook als de gedekte gebeurtenissen het gevolg zijn van eigen gebrek van de verzekerde zaken.
Artikel 5 Dekking op andere plaatsen
5.1 Bijgebouwen/gemeenschappelijke ruimten In bij het gebouw behorende bijgebouwen en binnenshuis aanwezige gemeenschappelijke (berg)
ruimten tegen alle gedekte gebeurtenissen, maar voor wat betreft diefstal of poging daartoe en vandalisme alleen indien men de desbetreffende ruimte door braak is binnengedrongen.
5.2 Automaten/terrein
In automaten, vitrines en eilandetalages aan of nabij het gebouw, alsmede op het terrein, onder afdaken en aan de buitenkant van het gebouw tegen alle gedekte gebeurtenissen.
Niet gedekt is schade door storm, neerslag, diefstal of poging daartoe en vandalisme. Dit is ook van
toepassing voor schade aan zonweringen, antennes en lichtreclames.
5.3 Huurdersbelang
Huurdersbelang is op de in artikel 5.2 genoemde plaatsen gedekt tegen alle gedekte gebeurtenissen. Op elke verschuldigde vergoeding van schade hieraan door storm is een eigen risico van € 227,– van toepassing, tenzij uit het polisblad anders blijkt.
5.4 Elders in Nederland
Elders in Nederland, gedurende een periode van drie achtereenvolgende maanden, indien het zaken betreft die binnen genoemde periode na overbrenging vanaf het op het polisblad genoemde adres, respectievelijk na aanschaf, naar dit adres zullen worden (terug)gebracht:
a. in gebouwen (geen strandpaviljoens) tegen alle gedekte gebeurtenissen, maar voor wat betreft diefstal of poging daartoe en vandalisme alleen indien men het gebouw door braak is binnengedrongen;
b. op andere plaatsen, zoals in de open lucht, in tenten, strandpaviljoens, voer- en vaartuigen, caravans en aanhangwagens alleen tegen brand, brandblussing, blikseminslag, ontploffing, luchtverkeer, gewelddadige beroving en afpersing, zoals vermeld in artikel 4.
Artikel 6 Dekking boven de verzekerde som
Zonder maximum:
6.1 Bereddingskosten;
6.2 Expertisekosten voor vaststelling van schade en kosten.
Tot ten hoogste 10% van de verzekerde som voor elk onderdeel 6.3 t/m 6.9.c afzonderlijk:
6.3 Kosten van tuinaanleg en beplanting behorende bij het gebouw tegen alle gedekte gebeurtenissen, met uitzondering van storm, neerslag, diefstal of poging daartoe en vandalisme;
6.4 Kosten van vervoer en opslag van de verzekerde zaken als gevolg van een onder artikel 4 gedekte gebeurtenis;
6.5 Opruimingskosten;
6.6 Kosten van noodvoorzieningen;
6.7 Zaken van derden (van dezelfde soort als de op het polisblad vermelde zaken) in het gebouw tegen alle gedekte gebeurtenissen, maar alleen indien en voor
zover verzekerde een schade daaraan voor zijn rekening heeft genomen;
6.8 Kosten, voor zover deze voor rekening van verzekerde zijn, van herstel of vervanging van apparaten en/of installaties van openbare (nuts)bedrijven in het gebouw op dezelfde voorwaarden als de verzekerde zaken;
6.9 Kosten, voor zover deze voor rekening van verzekerde als huurder van het gebouw zijn van:
a. herstel of vervanging van behang, witwerk, schilderwerk en betimmeringen van het gebouw als gevolg van schade door een onder artikel 4 gedekte gebeurtenis;
b. herstel van schade aan het gebouw als gevolg van braak of een poging daartoe;
c. opsporing en herstel van een defect aan een waterleiding-, centrale verwarming-, airconditioning- of sprinklerinstallatie of aan op deze installaties aangesloten leidingen en/of toestellen, inclusief het daarmee verband houdende breek- en herstelwerk aan het gebouw indien dat defect is ontstaan door het springen door vorst.
Tot een maximum van € 908,– voor elk onderdeel 6.10 en 6.11 afzonderlijk:
6.10 Geld en geldswaardig papier van verzekerde en van derden onder berusting, op dezelfde voorwaarden als de inventaris en goederen, voor zover door de daar- door ontstane schade geen aanspraak kan worden gemaakt op vergoeding krachtens een vergoedings- regeling van uitgevende instanties of uit anderen hoofde. Indien voor gebruik van geldswaardig papier voorschriften zijn uitgevaardigd door de uitgevende instanties, bestaat uitsluitend recht op schade- vergoeding indien deze voorschriften zijn nageleefd.
6.11 Acceptatie van vals geld en geldswaardig papier (niet acceptatie van ongedekte cheques) in het bedrijf, het beroep of de activiteit van verzekerde.
Artikel 7 Uitsluitingen
De verzekering biedt geen dekking voor schade:
a. door atoomkernreacties, molest, aardbeving, vulkanische uitbarsting en overstroming, zoals vermeld in de ’Nadere omschrijvingen’; schade door brand en ontploffing als gevolg van overstroming is echter wel gedekt;
b. door water, gestroomd uit de sprinklerinstallatie, als gevolg van:
• reparatie of wijziging van het gebouw of van de installatie;
• gebrek in constructie of aanleg van de installatie;
• uitvoering van een last van de overheid;
• omstandigheden die geacht kunnen worden aan verzekerde bekend te zijn;
c. aan enig belang ten behoeve waarvan een speciale verzekering, zoals een glas- of elektronicaverzekering, is gesloten, ongeacht op welk tijdstip;
d. aan enig belang van een ander dan verzekerde waarvoor door de betrokken bezitter zelf een verzekering is gesloten;
e. als gevolg van misbruik van een pasje met pincode;
f. als gevolg van het geheel of gedeeltelijk wissen of verloren gaan van computerbestanden, tenzij afzonderlijk verzekerd;
g. als gevolg van door de lucht getransporteerde verontreinigende en/of bederf veroorzakende stoffen van elders;
h. hoe ook ontstaan, indien verzekerde met betrekking tot de melding en/of behandeling van deze schade opzettelijk een verkeerde voorstelling van zaken geeft of een onware opgave doet.
Artikel 8 Verplichtingen van verzekerde
Verzekerde is op straffe van verlies van zijn rechten uit de polis verplicht:
a. de maatschappij zo spoedig mogelijk kennis te geven van iedere gebeurtenis, waaruit voor de maatschappij een verplichting tot schadevergoeding kan ontstaan;
b. de maatschappij zo spoedig mogelijk alle van belang zijnde gegevens en bescheiden te verstrekken;
c. in geval van diefstal of poging daartoe, vandalisme, gewelddadige beroving, afpersing of acceptatie van vals geld en geldswaardig papier onmiddellijk aangifte bij de politie te doen;
d. desverlangd een schriftelijke en door hemzelf onder- tekende verklaring omtrent de oorzaak, toedracht en omvang van de schade aan de maatschappij te overleggen;
e. de aanwijzingen van de maatschappij stipt op te volgen;
f. zijn volle medewerking aan de schaderegeling te geven en zich te onthouden van alles wat de belangen van de maatschappij zou kunnen schaden.
Artikel 9 Vaststelling door expert
De door een gedekte gebeurtenis veroorzaakte schade en kosten worden in overleg met verzekeringnemer door een door de maatschappij benoemde expert vastgesteld.
Indien door de maatschappij of verzekeringnemer vaststelling van de schadeomvang door twee experts wordt gewenst, benoemen zij elk een expert. Voor het geval van verschil benoemen de twee experts samen een derde expert, die binnen de grenzen van de door hen vastgestelde cijfers de bindende vaststelling zal verrichten.
Artikel 10 Vaststelling omvang
10.1 De omvang van de schade wordt, behoudens het in artikel 10.5 bepaalde, vastgesteld op het verschil tussen de waarde onmiddellijk vóór en onmiddellijk ná de gebeurtenis, met inachtneming van het in artikel 10.2 t/m 10.4 vermelde.
10.2 Inventaris
Voor inventaris wordt uitgegaan van:
a. de nieuwwaarde indien:
• verzekering naar nieuwwaarde uit het polisblad blijkt èn
• verzekerde niet reeds vóór de schade het voornemen had het bedrijf te beëindigen èn
• tot voortzetting van het bedrijf en ook tot heraan- schaffing dan wel herstel wordt overgegaan èn
• verzekerde van voortzetting en heraanschaffing dan wel herstel binnen één jaar na de schadedatum schriftelijk mededeling heeft gedaan en uitvoering daarvan binnen drie jaar na bedoelde datum wordt gerealiseerd;
b. de dagwaarde indien:
• het hiervoor genoemde niet geldt;
• het zaken betreft waarvan de dagwaarde minder bedraagt dan 40% van de nieuwwaarde;
• het zaken betreft die onttrokken zijn aan het gebruik waarvoor zij waren bestemd;
• het gaat om bromfietsen en voor zover meegedekt overige motorrijtuigen, caravans, aanhangwagens en vaartuigen, alsmede losse onderdelen en accessoires.
10.3 Goederen
Voor goederen wordt uitgegaan van de marktwaarde, waarbij rekening zal worden gehouden met een eventuele
waardevermindering door bijvoorbeeld beschadiging of incourantheid.
10.4 Antiek
Voor zaken met een antiquarische of zeldzaamheids- waarde wordt uitgegaan van deze waarde.
10.5 Herstel
Indien beschadigde zaken voor herstel vatbaar zijn, wordt de schade vastgesteld op het bedrag van de herstelkosten, verhoogd met een door de schade veroorzaakte en door de reparatie niet opgeheven waardevermindering, maar niet hoger dan het overeen- komstig artikel 10.1, 10.2, 10.3 of 10.4 vastgestelde bedrag.
Artikel 11 Onderverzekering
Indien de verzekerde som lager is dan de waarde waarvan wordt uitgegaan bij de schaderegeling, vindt vergoeding van de vastgestelde schade en kosten plaats in de verhouding van de verzekerde som tot die waarde
onmiddellijk vóór de gebeurtenis en tot de toepasselijke maxima.
De expertisekosten voor vaststelling van schade en kosten worden ook in het geval van onderverzekering volledig vergoed.
Indien sommige zaken te laag en andere te hoog verzekerd zijn, zullen de overschotten ten goede komen aan de te laag verzekerde zaken waarvoor een zelfde of lagere premienotering geldt en wel naar verhouding van de tekorten.
Artikel 12 Uitkering
De maatschappij heeft het recht na vaststelling van de schade aan inventaris naar nieuwwaarde eerst een uitkering te doen van 50% van de naar nieuwwaarde
berekende schadevergoeding, dan wel van 100% van de naar dagwaarde berekende schadevergoeding indien dit minder is; de uitkering van het eventuele restant
zal plaatsvinden nadat door verzekerde voldoende is aangetoond dat tot voortzetting van het bedrijf wordt of is overgegaan en heraanschaffing dan wel herstel heeft plaatsgevonden, met dien verstande dat de totale
schadeuitkering niet meer zal bedragen dan de daarvoor werkelijk bestede kosten.
Indien verzekerde recht heeft op schadevergoeding berekend naar dagwaarde, wordt de aldus berekende schadevergoeding in één termijn uitgekeerd.
Artikel 13 Betaling
a. De verschuldigde schadevergoeding zal worden voldaan binnen vier weken na ontvangst door de maatschappij van alle noodzakelijke gegevens.
De maatschappij is niet eerder dan na verloop van genoemde termijn tot nakoming van haar verplichting tot betaling van de schadevergoeding gehouden.
b. Bij schade aan zaken van derden kan de maatschappij rechtstreeks aan deze derden betalen.
Artikel 14 Andere verzekeringen
De schadevergoeding die krachtens deze polis ten laste van de maatschappij komt, wordt door haar voldaan, ook al zou zij zich kunnen beroepen op wettelijke bepalingen die leiden tot vermindering van haar aan- sprakelijkheid wegens elders lopende verzekeringen.
Verzekerde is dan echter verplicht zijn rechten jegens de andere verzekeraars tot het beloop van die vermindering desgevraagd aan de maatschappij over te dragen.
Artikel 15 Verjaring
Indien aanmelding van een gebeurtenis, waaruit voor de maatschappij een verplichting tot schadevergoeding kan ontstaan, niet plaatsvindt binnen drie jaar na
het moment waarop verzekerde kennis kreeg of had kunnen krijgen van die gebeurtenis, vervalt elk recht op schadevergoeding hiervoor.
Artikel 16 Vervaltermijn
Heeft de maatschappij een (aanbod van) betaling gedaan bij wijze van finale afdoening of een schade definitief afgewezen, dan kan verzekerde dit standpunt aanvechten binnen een jaar nadat hij hiervan op
de hoogte is gesteld. Na dit jaar vervalt ieder recht ten opzichte van de maatschappij ter zake van die gebeurtenis.
Hoofdstuk 4 Betaling en terugbetaling van premie
Artikel 17 Betaling
Verzekeringnemer dient de premie, kosten en assurantiebelasting vooruit te betalen binnen 30 dagen nadat zij verschuldigd worden.
De verzekering is niet van kracht voor gebeurtenissen, die plaatsvinden:
• nadat de hierboven vermelde termijn van 30 dagen is verstreken zonder dat de premie, kosten en assurantiebelasting zijn betaald;
• indien verzekeringnemer weigert de premie, kosten en assurantiebelasting te voldoen.
Nadere ingebrekestelling door de maatschappij is daarbij niet nodig. Verzekeringnemer blijft verplicht de premie, kosten en assurantiebelasting te voldoen.
De verzekering wordt weer van kracht voor gebeur- tenissen die plaatsvinden na de dag, waarop de premie, kosten en assurantiebelasting door de maatschappij zijn ontvangen.
Artikel 18 Terugbetaling
Bij het eindigen van de verzekering heeft verzekering- nemer recht op terugbetaling van de premie over de periode waarvoor de verzekering niet meer van kracht is, onder aftrek van administratiekosten.
Hoofdstuk 5 Herziening van tarieven en/of voorwaarden
Artikel 19 Herziening
Indien de maatschappij haar tarieven en/of voor- waarden voor verzekeringen van dezelfde soort als deze herziet, heeft zij het recht deze verzekering aan die nieuwe tarieven en/of voorwaarden aan te passen.
De maatschappij zal, indien zij van dit recht gebruik wenst te maken, de aanpassing vooraf aankondigen.
Artikel 20 Recht van weigering
a. Verzekeringnemer heeft het recht de aanpassing aan de nieuwe tarieven en/of voorwaarden te weigeren indien de aanpassing leidt tot premieverhoging en/of beperking van de dekking, tenzij deze wijzigingen voortvloeien uit een wettelijke regeling of bepaling.
b. Indien verzekeringnemer van dit recht gebruik wenst te maken, dient hij de maatschappij daarvan, vóór het einde van een termijn van één maand na de aangekondigde datum van aanpassing, schriftelijk kennis te geven.
De verzekering eindigt dan op de aangekondigde datum van aanpassing, of op het tijdstip van weigering indien de weigering na die datum plaatsvindt.
Artikel 21 Voortzetting van de verzekering
Heeft verzekeringnemer geen gebruik gemaakt van zijn in artikel 20 bedoelde recht, dan wordt hij geacht met de aanpassing in te stemmen. In dat geval wordt de verzekering voortgezet met toepassing van de nieuwe tarieven en/of voorwaarden.
Hoofdstuk 6 Wijziging van het risico
Artikel 22 Risicowijziging
Verzekeringnemer is verplicht zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen twee maanden, schriftelijk aan de maatschappij kennis te geven van:
a. verhuizing/overbrenging van de verzekerde zaken naar een ander adres;
b. wijziging van gebruik, bouwaard of dekking van het gebouw waarin de verzekerde zaken zich bevinden, zoals op het polisblad omschreven;
c. het feit dat het gebouw
• geheel of grotendeels leeg komt te staan en/of
• buiten gebruik is gedurende een aaneengesloten periode die (naar verwachting) langer dan twee maanden zal duren en/of
• geheel of gedeeltelijk wordt gekraakt, tenzij verzekeringnemer aannemelijk maakt dat hij van het optreden van een van de genoemde wijzigingen niet op de hoogte was en dat redelijkerwijs ook niet kon zijn.
Artikel 23 Voortzetting na risicowijziging
a. De verzekering wordt op dezelfde voorwaarden en tegen dezelfde premie voortgezet, tenzij de maatschappij binnen twee maanden na ontvangst
van de kennisgeving als bedoeld in artikel 22 verzeke- ringnemer bericht gebruik te maken van haar recht de verzekering niet op dezelfde voorwaarden en tegen dezelfde premie voort te zetten.
b. De verzekering eindigt dan één maand na de mededeling hiervan door de maatschappij, tenzij partijen voortzetting van de verzekering op nieuwe voorwaarden en/of tegen gewijzigde
premie overeenkomen.Zolang de verzekering niet is geëindigd, alsmede zolang voortzetting niet is overeengekomen, blijft de oorspronkelijke dekking ongewijzigd van kracht.
c. In geval van verhuizing/overbrenging van de verzekerde zaken naar een ander adres is gedurende genoemde periode van twee maanden schade door diefstal of poging daartoe en vandalisme echter uitsluitend gedekt indien men het gebouw van buitenaf door braak is binnengedrongen.
Artikel 24 Opschorting na risicowijziging
a. Verzuimt verzekeringnemer tijdig aan de maatschappij kennis te geven volgens het in artikel 22 bepaalde, dan wordt onmiddellijk na het verstrijken van de daarin genoemde termijn van twee maanden de dekking opgeschort, tenzij de verzekering ook
na kennisgeving op dezelfde voorwaarden en tegen dezelfde of lagere premie zou zijn voortgezet.
Verzekeringnemer blijft ook in het geval van opschorting verplicht de premie, kosten en assurantie- belasting te voldoen.
Indien de maatschappij de verzekering zou hebben voortgezet op andere voorwaarden en/of tegen een hogere premie, dan wordt de dekking hiervoor van kracht onmiddellijk nadat partijen voortzetting op nieuwe voorwaarden en/of tegen gewijzigde premie zijn overeengekomen.
b. Indien schade ontstaat terwijl de dekking is opgeschort, zal, op voorwaarde dat voortzetting alsnog is overeengekomen, worden gehandeld alsof de dekking volgens de nieuwe voorwaarden reeds ten tijde van de schade van kracht was; de eventuele schade-uitkering zal dan echter worden berekend
in dezelfde verhouding als de vóór de opschorting geldende premie staat tot de ná de aanpassing geldende premie als die hoger is.
Het in dit hoofdstuk bepaalde kan niet tot verlenging van de overeenkomst of tot beperking van de mogelijkheid tot beëindiging uit anderen hoofde leiden.
Hoofdstuk 7 Begin en einde van de verzekering
Artikel 25 Tijdstip
Het tijdstip van begin en einde van de verzekering is op de ingangsdatum respectievelijk op de afloopdatum des middags twaalf uur.
Artikel 26 Einde van de verzekering
De verzekering eindigt:
a. door opzegging door verzekeringnemer tegen het einde van de op het polisblad genoemde
verzekeringstermijn, mits de opzegging schriftelijk aan de maatschappij geschiedt, een termijn van ten
minste twee maanden in acht wordt genomen en de opzegging niet vóór genoemde einddatum wordt herroepen;
b. zodra het verzekerd belang door verkoop of op andere wijze is overgegaan. Zolang echter de nieuwe belanghebbende zelf nog geen verzekering voor
dit belang heeft gesloten, wordt de verzekering ongewijzigd voortgezet ten behoeve van de nieuwe belanghebbende, maar uiterlijk tot de eerstvolgende premievervaldag, tenzij de maatschappij met de nieuwe belanghebbende overeenkomt de verzekering, eventueel in gewijzigde vorm, ook daarna voort te zetten;
c. zodra verzekerde het bedrijf, het beroep of de activiteit, zoals in de polis omschreven, buiten Nederland gaat uitoefenen;
d. indien verzekeringnemer de aanpassing van de verzekering aan nieuwe tarieven en/of voorwaarden overeenkomstig de regeling genoemd onder hoofdstuk 5 weigert of indien zich een geval van beëindiging als geregeld onder hoofdstuk 6 voordoet;
e. zodra verzekerde met betrekking tot de melding en/of behandeling van een schade opzettelijk een verkeerde voorstelling van zaken geeft of een onware opgave doet en de maatschappij op grond hiervan de verzekering opzegt.
Hoofdstuk 8 Bekendheid
Artikel 27 Bekendheid
De maatschappij acht zich voldoende bekend met ligging,
bouwaard, dekking, inrichting, omschreven gebruik en belendingen van het gebouw waarin de inventaris en goederen zich bevinden, zoals die waren
• ten tijde van het aangaan van de verzekering of
• bij voortzetting van de verzekering na risicowijziging.
Hoofdstuk 9 Nadere omschrijvingen
Artikel 28 Brand
Hieronder te verstaan een door verbranding veroorzaakt en met vlammen gepaard gaand vuur buiten een haard, dat in staat is zich uit eigen kracht voort te planten.
Zo is onder andere geen brand:
• zengen, schroeien, smelten, verkolen, broeien;
• doorbranden van elektrische apparaten en motoren;
• oververhitten, doorbranden, doorbreken van ovens en ketels.
Artikel 29 Blikseminslag
Hieronder te verstaan het inslaan van bliksem op de lokatie waar de verzekerde zaken hiertegen zijn gedekt.
Zo is geen blikseminslag schade door overspanning of inductie zonder waarneembare sporen van inslag op die lokatie.
Artikel 30 Ontploffing
Onder schade door ontploffing te verstaan gehele of gedeeltelijke vernieling, onmiddellijk veroorzaakt door een eensklaps verlopende, hevige krachtsuiting van gassen of dampen, zulks met inachtneming van het hierna bepaalde.
Is de ontploffing ontstaan binnen een – al dan niet gesloten – vat, dan is aan het vereiste van een eensklaps verlopende krachtsuiting voldaan, indien de wand van het vat onder de druk van de zich daarin bevindende gassen of dampen (onverschillig hoe deze gassen of dampen zijn ontstaan en onverschillig of zij reeds vóór de ontploffing aanwezig waren dan wel eerst tijdens deze ontwikkeld werden) een zodanige scheiding heeft ondergaan, dat door het uitstromen van gas, damp of vloeistof uit de door de scheiding
gevormde opening, de drukken binnen en buiten het vat eensklaps aan elkaar gelijk zijn geworden. Is dit niet het geval of is de ontploffing buiten een vat ontstaan, dan moet de eensklaps verlopende, hevige krachtsuiting
de onmiddellijke werking zijn geweest van gassen of dampen die door een scheikundige reactie van vaste, vloeibare, gas- of dampvormige stoffen, of van een
mengsel daarvan, zijn ontwikkeld of tot uitzetting gebracht.
In het geval van gehele of gedeeltelijke vernieling van verzekerde zaken door ontploffing is tevens gedekt de schade aan de verzekerde zaken welke als een gevolg van die vernieling moet worden aangemerkt.
In geval van gehele of gedeeltelijke vernieling van andere zaken door ontploffing is mede gedekt de schade aan de verzekerde zaken welke als gevolg van de nabijheid van die vernieling moet worden aangemerkt.
Noot: De tekst van deze clausule en van de daarbij behorende toelichting is door de Vereniging van Brand- assuradeuren in Nederland op 5 april 1982 onder nummer 275/82 ter griffie van de Arrondissements- rechtbank te Utrecht gedeponeerd.
Artikel 31 Luchtverkeer
Onder schade door luchtverkeer te verstaan schade door het getroffen worden door of het ontploffen van:
a. hetzij een vertrekkend, vliegend, landend of vallend lucht- of ruimtevaartuig;
b. hetzij een hieraan verbonden, hiervan losgeraakt, hieruit geworpen of hieruit gevallen projectiel, ontploffingsmiddel of ander voorwerp;
c. hetzij enig ander voorwerp dat getroffen is door enig voorwerp als onder a. en b. genoemd.
Artikel 32 Atoomkernreacties
a. Hieronder te verstaan atoomkernreacties, onverschillig hoe deze zijn ontstaan.
b. De uitsluiting ter zake van atoomkernreacties geldt niet met betrekking tot radioactieve nucliden, die zich buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden of bestemd zijn om gebruikt te worden voor industriële, commerciële, landbouwkundige, medische, wetenschappelijke, onderwijskundige
doeleinden of (niet militaire) beveiligingsdoeleinden, mits er een door enige rijksoverheid afgegeven vergunning (voor zover vereist) van kracht is voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen.
Onder ’kerninstallatie’ wordt verstaan een kerninstallatie in de zin van de Wet Aansprakelijkheid Kernongevallen (Staatsblad 1979-225), alsmede een kerninstallatie aan boord van een schip.
c. Voor zover krachtens enige wet of enig verdrag een derde voor de geleden schade aansprakelijk is, is het onder b. vermelde niet van toepassing.
Artikel 33 Molest
Onder schade door molest te verstaan schade veroorzaakt door of ontstaan uit gewapend conflict, burgeroorlog, opstand, binnenlandse onlusten, oproer en muiterij. De maatschappij dient te bewijzen, dat de schade direct veroorzaakt is door of ontstaan is uit een van de in de vorige alinea genoemde oorzaken.
Noot: De zes genoemde vormen van molest, alsmede de definities van deze vormen van molest, vormen een onderdeel van de tekst, die door het Verbond van Verzekeraars op 2 november 1981 ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te ’s-Gravenhage is gedeponeerd.
Artikel 34 Aardbeving en vulkanische uitbarsting
Onder schade door aardbeving en vulkanische uitbarsting te verstaan schade ontstaan, hetzij gedurende de tijd waarin, hetzij gedurende 24 uur nadat in of nabij de plaats waar het verzekerde zich bevindt, de gevolgen van aardbeving of vulkanische uitbarsting zich hebben geopenbaard, tenzij verzekerde bewijst, dat de schade niet aan een van de genoemde verschijnselen kan worden toegeschreven.
Artikel 35 Overstroming
Onder schade door overstroming te verstaan schade door overstroming tengevolge van het bezwijken
of overlopen van dijken, kaden, sluizen of andere waterkeringen, onverschillig of de overstroming oorzaak dan wel gevolg is van een door deze polis gedekte gebeurtenis.
De in het kader van deze verzekering verstrekte persoonsgegevens en de eventueel nader over te leggen persoonsgegevens kunnen worden opgenomen in een door de maatschappij gevoerde persoonsregistratie. Op deze registratie is een privacyreglement van toepassing.
Klachten naar aanleiding van deze verzekering kunnen schriftelijk worden ingediend bij de maatschappij en/of bij de Stichting Klachteninstituut Verzekeringen Postbus 93560, 2509 AN Den Haag
N.B. Op deze verzekering is Nederlands recht van toepassing.
Opschortende voorwaarde
Het kan verboden zijn dat wij een verzekerings- overeenkomst met u sluiten. Er bestaan nationale en internationale (sanctie)regels waaruit dit volgt.
De overeenkomst komt niet tot stand als u of een andere belanghebbende voorkomt op een nationale of internationale sanctielijst. Wij toetsen dit achteraf. Daarom is een ‘opschortende voorwaarde’ van kracht.
De toetsing voeren wij zo snel mogelijk uit. Als u of een andere belanghebbende niet voorkomt op een
sanctielijst, dan is de overeenkomst geldig vanaf de op de polis vermelde ingangsdatum.
En als een persoon wel voorkomt op een sanctielijst? Dan informeren wij de aanvrager daarover schriftelijk. Wij doen dit in ieder geval binnen 10 dagen nadat wij de polis hebben verzonden.
De opschortende voorwaarde luidt:
De overeenkomst komt alleen tot stand als uit toetsing niet blijkt dat het verboden is om op grond van sanctiewet- of regelgeving financiële diensten te verlenen voor of ten behoeve van:
• verzekeringnemer;
• verzekerden, medeverzekerden en andere (rechts) personen die voordeel zouden kunnen hebben bij het bestaan van de overeenkomst;
• vertegenwoordigers en gemachtigden van het bedrijf van verzekeringnemer;
• uiteindelijk financieel belanghebbenden bij het bedrijf van verzekeringnemer.