Contract
VOORWAARDEN Delta Lloyd Xclusief: Autoverzekering | Delta Lloyd Schadeverzekering NV Amsterdam | ||
MODEL | |||
M 03.5.05 A | |||
INHOUD | |||
ALGEMEEN | Artikel 1 | Algemeen | 2 |
Artikel 2 | Begripsomschrijvingen | 2 | |
Artikel 3 | Waar en wanneer bent u verzekerd | 4 | |
Artikel 4 | Premie | 4 | |
Artikel 5 | Gewijzigde omstandigheden | 4 | |
Artikel 6 | Einde van de verzekering | 5 | |
Artikel 7 | Aanpassing premie en/of voorwaarden | 5 | |
Artikel 8 | Verjaring en verval van rechten | 5 | |
UITSLUITINGEN | Artikel 9 | Algemene uitsluitingen | 6 |
EIGEN RISICO | Artikel 10 | Eigen risico | 6 |
NO-CLAIMKORTING | Artikel 11 | No-claimkorting | 7 |
SCHADEVERGOEDING | Artikel 12 | Verplichtingen bij schade | 8 |
Artikel 13 | Schaderegeling | 8 | |
Artikel 14 | Nieuwwaarderegeling | 9 | |
HULPVERLENING | Artikel 15 | Hulpverlening | 9 |
INHOUD DEKKING | Artikel 16 | Module Wettelijke Aansprakelijkheid | 10 |
MINI-CASCO | BESTAANDE UIT: | ||
Artikel 17 | Module Brand, Storm en Natuur | 11 | |
Artikel 18 | Module Diefstal | 12 | |
Artikel 19 | Module Ruit | 12 | |
CASCO | BESTAANDE UIT MINI-CASCO EN: | ||
Artikel 20 | Module Aanrijding | 12 | |
Artikel 21 | Module Accessoires (indien meeverzekerd) | 13 | |
BIJZONDERE VOORWAARDEN | MODULE | ONGEVALLEN INZITTENDEN | |
Artikel 22 | Begripsomschrijvingen | 13 | |
Artikel 23 | Waarvoor bent u verzekerd | 13 | |
Artikel 24 | Uitsluitingen | 14 | |
Artikel 25 | Schaderegeling | 14 | |
MODULE | SCHADE INZITTENDEN | ||
Artikel 26 | Begripsomschrijvingen | 16 | |
Artikel 27 | Waarvoor bent u verzekerd | 16 | |
Artikel 28 | Schaderegeling | 16 |
M 03.5.05-0407
ALGEMEEN
ARTIKEL 1
ALGEMEEN
ARTIKEL 1.1
SAMENHANG
Deze algemene voorwaarden maken deel uit van en vormen een onverbrekelijk geheel met de specifieke voorwaarden van de door u bij de maatschappij af- gesloten module(s).
ARTIKEL 1.2
VASTLEGGING GEGEVENS
1 De gegevens, die op het polisblad vermeld staan, worden geacht van u afkomstig te zijn.
2 Mededelingen en toezeggingen door de maat- schappij aan u of de verzekerde zijn alleen bindend, als zij schriftelijk door de maatschappij aan u of uw tussenpersoon zijn bevestigd.
ARTIKEL 1.3
PERSOONSGEGEVENS
Bij de aanvraag van een verzekering worden per- soonsgegevens gevraagd. Deze worden door de maatschappij verwerkt ten behoeve van het aangaan en uitvoeren van overeenkomsten, voor het uitvoeren van marketingactiviteiten, ter voorkoming en bestrij- ding van fraude jegens financiΓ«le instellingen, voor statistische analyses en om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen. Op de verwerking van persoonsgegevens is de Gedragscode βVerwerking Persoonsgegevens FinanciΓ«le Instellingenβ van toe- passing.
Een consumentenbrochure van deze gedragscode kunt u raadplegen via de website van het Verbond van Verzekeraars xxx.xxxxxxxxxxxx.xx.
U kunt de Gedragscode ook opvragen bij het Verbond van Verzekeraars (Postbus 93450, 2509 AL Den Haag, telefoon 070 - 333 85 00).
ARTIKEL 1.4
ADRESSERING
Alle schriftelijke mededelingen van de maatschappij, gericht aan het adres dat u als laatste heeft door- gegeven of aan het adres van de tussenpersoon in wiens bemiddeling deze verzekering loopt, hebben tegenover u, de verzekerde en wettelijke erfgenamen bindende kracht.
ARTIKEL 1.5
TOEPASSELIJK RECHT
Op de verzekeringsovereenkomst is Nederlands recht van toepassing.
ARTIKEL 1.6
UITKERING
De maatschappij betaalt de schade-uitkering aan de verzekeringnemer, tenzij deze een ander aanwijst of de polisvoorwaarden anders bepalen.
ARTIKEL 1.7
WAT TE DOEN BIJ KLACHTEN
Bij klachten kunnen u en de verzekerde in eerste in- stantie terecht bij de maatschappij zelf. Als geen over- eenstemming wordt bereikt kunnen u en de verze- kerde zich wenden tot het Klachteninstituut FinanciΓ«le Dienstverlening (KiFid), Xxxxxxx 00000. 0000 XX Xxx Xxxx. Telefoon 070 β 333 89 60 (xxx.xxxxx.xx).
ARTIKEL 1.8
BEDENKPERIODE
U kunt de verzekering kosteloos en zonder dat premie verschuldigd is, binnen 14 dagen na ontvangst van het eerste polisblad schriftelijk beΓ«indigen. Als u van deze mogelijkheid gebruik maakt, is de verzekering vanaf het begin niet van kracht geweest.
ARTIKEL 1.9
GEGEVENS VERZEKERAAR DIE OPTREEDT ALS RISICODRAGER
De verzekering loopt bij Delta Lloyd Schadeverzeke- ring NV, in de voorwaarden aangeduid als 'de maat- schappij'. Delta Lloyd Schadeverzekering NV is ge- vestigd te Amsterdam aan de Xxxxxxxxxx 0, Xxxx- xxx 0000, 0000 XX Xxxxxxxxx (Handelsregister
KvK Amsterdam 33052073).
Delta Lloyd Schadeverzekering NV staat als aanbie- der van (schade)verzekeringen geregistreerd bij de Autoriteit FinanciΓ«le Markten (AFM) en heeft een vergunning van De Nederlandsche Bank NV (DNB) om het schadeverzekeringsbedrijf uit te oefenen.
ARTIKEL 1.10
ONZEKERE GEBEURTENIS
Deze verzekering biedt alleen dekking als de schade het gevolg is van een gebeurtenis die zich tijdens de looptijd van de verzekering heeft voorgedaan en waarvan het voor de verzekerde ten tijde van het sluiten van de overeenkomst onzeker was dat deze gebeurtenis zich zou voordoen. Als bij een latere wijzi- ging de dekking wordt uitgebreid, geldt voor de uitge- breidere dekking de wijzigingsdatum als het moment waarop de overeenkomst is gesloten.
ARTIKEL 2
BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
Voor de modules βOngevallen inzittendenβ, en βSchade- verzekering inzittendenβ worden de begripsomschrij- vingen in het specifieke artikel over deze modules uitgelegd.
Accessoires
De niet in de cataloguswaarde begrepen onderdelen en voorwerpen, die in een of andere vorm aan, in of op het motorrijtuig bevestigd zijn, en die na afle- vering fabriek door uzelf zijn aangebracht of u heeft laten aanbrengen. Hieronder worden dus niet ver- staan af-fabriek bijgeleverde opties, onderdelen en voorwerpen. Voorts zijn niet verzekerd onderdelen en voorwerpen die wettelijk niet zijn toegestaan.
Zo nodig boven het verzekerde bedrag vergoedt de maatschappij naar aanleiding van een gedekte gebeurtenis schade aan het beveiligingssysteem.
Brand
Een door verbranding veroorzaakt en met vlammen gepaard gaand vuur buiten een haard, dat in staat is zich uit eigen kracht voort te planten.
Als brand wordt in elk geval niet beschouwd zengen, schroeien, smelten, verkolen en broeien.
Cataloguswaarde
De in Nederland geadviseerde verkoopprijs van het motorrijtuig naar merk, model, type en uitvoering inclusief af-fabriek bijgeleverde opties, zoals vermeld in de prijscourant van de fabrikant of importeur, op het moment van afgifte van kentekenbewijs deel 1 of, indien de auto bij afgifte van kentekenbewijs deel 1 niet nieuw was, op het moment dat het motorrijtuig voor het eerst nieuw werd afgeleverd. Indien van toepassing, wordt de verkoopprijs vervolgens nog vermeerderd met de Belasting Personenautoβs en Motorrijtuigen (BPM) en de verwijderingsbijdrage.
Dagwaarde
De nieuwwaarde op het moment van de schadege- beurtenis onder aftrek van een bedrag wegens waar- devermindering door ouderdom en/of slijtage volgens Nederlandse maatstaven.
Gebeurtenis
Een voorval of een reeks met elkaar verband houden- de voorvallen, die één oorzaak hebben en die schade aan personen en/of schade aan zaken tot gevolg heeft.
Maatschappij
De verzekeringsmaatschappij die blijkens onderteke- ning van het polisblad als risicodrager voor deze ver- zekering geldt, dan wel de gevolmachtigde die namens de verzekeringsmaatschappij heeft ondertekend.
Mechanische storing
Een plotselinge, onvoorzienbare, van binnen het motorrijtuig komende storing, waardoor niet meer met het motorrijtuig kan worden gereden.
Motorrijtuig
1 Het op het polisblad vermelde motorrijtuig met toebehoren.
Onder toebehoren worden verstaan:
β de tot de standaarduitrusting behorende onder- delen en autogereedschappen;
β de af-fabriek bijgeleverde opties, voorzover de waarde hiervan is begrepen in de cataloguswaar- de van het motorrijtuig zoals vermeld op het polisblad.
2 Een vervangend, gelijkwaardig motorrijtuig, dat de verzekerde gebruikt tijdens de periode van repa- ratie, revisie of onderhoud van het op het polisblad vermelde motorrijtuig. Als de schade is gedekt door een andere verzekering, al dan niet van oudere datum, of onder een andere verzekering gedekt zou zijn als deze verzekering niet bestond, kan geen recht op schadevergoeding aan deze verzekering worden ontleend.
NHT
De risicodrager heeft zich voor het terrorismerisico herverzekerd bij de Nederlandse Herverzekerings- maatschappij voor Terrorismeschaden NV (NHT).
Nieuwwaarde
De laatstgeldende cataloguswaarde.
Opzet
Door u of een andere verzekerde opzettelijk en tegen een persoon of zaak gericht wederrechtelijk handelen of nalaten. Bij een tot een groep behorende verze- kerde is sprake van opzet in geval van opzettelijk en tegen een persoon of zaak gericht wederrechtelijk handelen of nalaten van één of meer tot de groep behorende personen, ook in het geval niet de ver- zekerde zelf zodanig heeft gehandeld of nagelaten.
Aan het opzettelijke karakter van dit wederrechtelijke handelen of nalaten doet niet af dat u of een andere verzekerde of, ingeval deze tot een groep behoort, één of meer tot de groep behorende personen zodanig onder invloed van alcohol of andere stoffen verkeert/ verkeren, dat deze/die niet in staat is/zijn zijn/hun wil te bepalen.
Premie
De premie, indien van toepassing vermeerderd met kosten en assurantiebelasting.
Proceskosten
De kosten van de op verzoek of met toestemming van de maatschappij verleende rechtsbijstand in een tegen een verzekerde aanhangig gemaakt strafproces en/of de kosten van verweer in een door een benadeelde tegen een verzekerde of de maatschappij aanhangig gemaakte civiele procedure (voor zover de maat- schappij instemt met de procedure).
Risicoverzwaring
Het risico wordt door veranderde omstandigheden hoger of groter (zwaarder) dan het door de maat- schappij gedekte risico.
Schade aan personen
Schade door letsel of aantasting van de gezondheid van personen, al dan niet met een overlijden als gevolg, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
Schade aan zaken
Schade door beschadiging en/of vernietiging en/of verloren gaan van zaken van anderen dan de verze- kerde, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
Storm
Een windsnelheid van tenminste 14 meter per seconde (windkracht 7).
Terrorisme/Preventieve maatregelen Gewelddadige handelingen en/of gedragingen, in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aanslagen, alsmede het (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen als gevolg waarvan letsel en/of aantas- ting van de gezondheid, al dan niet de dood tenge- volge hebbend, bij mensen of dieren en/of schade aan zaken ontstaat, dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk is dat deze aanslag of reeks, respectievelijk het ver- spreiden van ziektekiemen en/of stoffen - al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke
en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwe- zenlijken. Van overheidswege en/of door verzeker- de(n) en/of derde(n) getroffen maatregelen om het onmiddellijk dreigend gevaar van terrorisme af te wenden of - indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt
- de gevolgen daarvan te beperken.
Uitkeringsprotocol
Op de regeling van terrorismeschade is het Protocol afwikkeling claims voor terrorismeschaden van toepassing. De volledige tekst van het uitkerings- protocol staat op de site xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx.
Verzekerde(n)
1 u, de verzekeringnemer;
2 de eigenaar, houder, gemachtigde bestuurder en passagiers van het motorrijtuig;
3 de werkgever van een verzekerde, als hij volgens artikel 6:170 Burgerlijk Wetboek aansprakelijk is voor de schade, die de verzekerde heeft veroor- zaakt.
Verzekeringnemer, u, uw
Waar in de voorwaarden gesproken wordt over verze- keringnemer, u of uw wordt bedoeld degene, die met de maatschappij de verzekeringsovereenkomst heeft gesloten.
ARTIKEL 3
WAAR EN WANNEER XXXX U VERZEKERD
ARTIKEL 3.1
VERZEKERINGSGEBIED
De verzekering geldt voor gebeurtenissen binnen Europa, met uitzondering van tot Europa behorende landen die zijn doorgehaald op de geldige βGroene Kaartβ (Internationaal Motorrijtuigverzekeringsbewijs). Er is eveneens dekking binnen de op de βGroene Kaartβ vermelde andere landen die niet zijn doorgehaald.
ARTIKEL 3.2
CONTRACTPERIODE
De verzekering is van kracht gedurende de contract- periode zoals op het polisblad is vermeld. De contract- duur wordt daarna telkens stilzwijgend verlengd voor de op het polisblad aangegeven periode.
ARTIKEL 4
PREMIE
ARTIKEL 4.1
ALGEMEEN
De premie, waarin begrepen de kosten en de assuran- tiebelasting, is bij vooruitbetaling op de premieverval- datum verschuldigd. Deze datum wordt altijd op het betalingsverzoek vermeld.
ARTIKEL 4.2
AANVANGSPREMIE
Indien u de aanvangspremie, dat is de eerste premie die na het sluiten van de verzekering verschuldigd wordt, niet uiterlijk op de dertigste dag na ontvangst van het betalingsverzoek betaalt of weigert te beta-
len, wordt zonder dat een aanmaning door de maat- schappij is vereist geen dekking verleend ten aanzien van alle gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden nadat 30 dagen sinds de ingangsdatum zijn verstre- ken. Onder aanvangspremie wordt mede verstaan de premie die u in verband met een tussentijdse wijzi- ging van de verzekering verschuldigd wordt.
ARTIKEL 4.3
VERVOLGPREMIE
Indien u de tweede en/of volgende premietermijnen, dan wel de vervolgpremie weigert te betalen, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurte- nissen die na de voor die premie geldende vervaldag hebben plaatsgevonden. Indien u de tweede en/of volgende premietermijnen, dan wel de vervolgpremie niet tijdig betaalt, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die hebben plaatsgevon- den vanaf de vijftiende dag nadat de maatschappij u na de vervaldag schriftelijk heeft aangemaand en betaling is uitgebleven. Onder vervolgpremie wordt mede verstaan de premie die u bij stilzwijgende verlenging van de verzekering verschuldigd wordt.
ARTIKEL 4.4
BETALINGSVERPLICHTING
Ook al wordt de dekking wegens wanbetaling opge- schort of beΓ«indigd, u blijft verplicht de premie te voldoen.
ARTIKEL 4.5
HERSTEL DEKKING
De dekking wordt weer van kracht voor gebeurte- nissen die hebben plaatsgevonden na de dag waarop hetgeen u verschuldigd bent, voor het geheel, dus inclusief alle tot dan toe onbetaald gebleven opeisbare premietermijnen, door de maatschappij is ontvangen.
ARTIKEL 4.6
PREMIERESTITUTIE
Bij tussentijdse beΓ«indiging heeft u het recht van restitutie over de termijn dat de verzekering niet meer van kracht is.
ARTIKEL 5
GEWIJZIGDE OMSTANDIGHEDEN
De volgende wijzigingen dient u onmiddellijk door te geven:
1 U of uw nabestaande heeft geen belang meer bij het motorrijtuig, bijvoorbeeld door eigendoms- overdracht of totaal verlies;
2 het motorrijtuig zal langer dan drie maanden aan- eengesloten in het buitenland worden gebruikt.
De volgende wijzigingen dient u binnen 30 dagen door te geven:
3 het adres van u of de regelmatige bestuurder;
4 de regelmatige bestuurder.
De maatschappij heeft dan het recht de voorwaar- den en premie direct aan te passen aan de nieuwe situatie.
De door u gekozen dekking kunt u tijdens het verze- keringsjaar niet wijzigen, tenzij het gaat om uitbrei- ding van de dekking of om gelijktijdige wijziging van het voertuig. Beperking van de dekking is alleen mogelijk per premievervaldatum door middel van een verzoek, ingediend uiterlijk een maand voor de vervaldatum.
ARTIKEL 6
EINDE VAN DE VERZEKERING
ARTIKEL 6.1
OPZEGGING DOOR DE VERZEKERINGNEMER
U heeft het recht de verzekering schriftelijk te beΓ«in- digen:
1 per de einddatum van de contractperiode, met een opzegtermijn van 2 maanden;
2 als u opzegt volgens artikel 7 van deze voorwaar- den (aanpassing van premie en/of voorwaarden);
3 binnen 2 maanden nadat de maatschappij tegen- over u een beroep op niet-nakoming van de mede- delingsplicht bij het aangaan van de verzekering heeft gedaan. De verzekering eindigt op de datum die in de opzeggingsbrief is vermeld of bij gebreke daarvan op de datum van dagtekening van de opzeggingsbrief;
4 vanaf de dag dat u uw woonadres niet langer in Nederland heeft;
5 na een schademelding, mits de opzegging uiterlijk binnen 1 maand na de afwikkeling van de schade plaatsvindt, met een opzegtermijn van 2 maanden;
6 als het motorrijtuig langer dan drie maanden aan- eengesloten in het buitenland zal worden gebruikt;
7 vanaf de dag dat u of uw nabestaanden geen belang meer hebben bij het motorrijtuig en de feitelijke macht hierover verliezen;
ARTIKEL 6.2
OPZEGGING DOOR DE MAATSCHAPPIJ
De maatschappij heeft het recht de verzekering schriftelijk te beΓ«indigen:
1 per de einddatum van de contractperiode, met een opzegtermijn van 2 maanden;
2 als de premie niet binnen de gestelde termijn is betaald. De verzekering eindigt op de in de op- zeggingsbrief genoemde datum;
3 binnen 2 maanden na de ontdekking dat u de mededelingsplicht bij het aangaan van de verze- kering niet bent nagekomen en u daarbij heeft gehandeld met de opzet de maatschappij te misleiden dan wel de maatschappij de verzekering bij kennis van de ware stand van zaken niet zou hebben gesloten. De verzekering eindigt op de in de opzeggingsbrief genoemde datum.
4 als u of de verzekerde bij schade opzettelijk een onjuiste voorstelling van zaken heeft gegeven. De verzekering eindigt dan met onmiddellijke ingang;
5 als het motorrijtuig langer dan drie maanden aan- eengesloten in het buitenland zal worden gebruikt, met een opzegtermijn van 2 maanden;
6 na een schademelding, mits de opzegging uiterlijk binnen 1 maand na de afwikkeling van de schade plaatsvindt, met een opzegtermijn van 2 maanden;
7 vanaf de dag dat u uw woon- of vestigingsadres niet langer in Nederland heeft;
8 als u of uw nabestaanden geen belang meer hebben bij het motorrijtuig en de feitelijk macht hierover verliezen, tenzij de verzekering wordt geschorst of voor een ander motorrijtuig wordt voortgezet;
ARTIKEL 6.3
SCHORSING VAN DE VERZEKERING
De verzekering kan op uw verzoek worden geschorst gedurende maximaal 12 maanden aaneengesloten, na eigendomsoverdracht of totaal verlies van het motorrijtuig, waarbij niet direct een ander motorrij- tuig bij de maatschappij wordt verzekerd.
Als binnen deze periode van 12 maanden de schor- sing niet wordt opgeheven wordt de verzekering door de maatschappij beΓ«indigd.
De schorsing wordt opgeheven en de polisdekking wordt weer van kracht nadat hierover overeenstem- ming is bereikt met de maatschappij.
ARTIKEL 7
AANPASSING VAN PREMIE EN/OF VOORWAARDEN
1 voor verzekeringen van dezelfde soort
de maatschappij kan haar premie en/of voor- waarden voor verzekeringen van dezelfde soort tussentijds herzien. De maatschappij heeft het recht de afgesloten verzekeringen hieraan aan te passen;
2 bij schadeverloop of risicoverzwaring
de maatschappij kan tussentijds één of meer beperkende bepalingen of een premieverhoging toepassen, als het schadeverloop of een risico- verzwaring daartoe aanleiding geeft.
De maatschappij zal u in beide gevallen tijdig vΓ³Γ³r de ingangsdatum van de wijziging schriftelijk op de hoogte stellen. U heeft het recht de verzekering schriftelijk tot 30 dagen na ingang van de wijziging per wijzigingsdatum op te zeggen. Dit recht heeft u alleen wanneer de wijziging een premieverhoging of beperking c.q. verslechtering van de betreffende verzekering inhoudt , tenzij die wijziging voortvloeit uit een wettelijke regeling of bepaling.
ARTIKEL 8
VERJARING EN VERVAL VAN RECHTEN
1 Het recht op uitkering verjaart 3 jaar na het moment waarop u of de verzekerde kennis kreeg of had kunnen krijgen van een gebeurtenis, waaruit voor de maatschappij een verplichting tot uitkering kan voortvloeien. Binnen deze termijn dient u of de verzekerde schriftelijk aanspraak te maken op rechten uit de polis.
2 Indien u of de verzekerde de opzet heeft gehad bij schade de maatschappij te misleiden, vervalt on- middellijk elk recht op uitkering, tenzij de mislei- ding het verval van rechten niet rechtvaardigt.
3 Indien u of de verzekerde bij schade de verplich- tingen uit de verzekering niet nakomt en daar- door de redelijke belangen van de maatschappij schaadt, vervalt onmiddellijk elk recht op uitke- ring.
UITSLUITINGEN
ARTIKEL 9
ALGEMENE UITSLUITINGEN
Uitgesloten is vergoeding van schade veroorzaakt of ontstaan:
ARTIKEL 9.1
ANDER GEBRUIK
Bij ander gebruik van het motorrijtuig dan aan de maatschappij opgegeven of bij gebruik voor een ander doel dan wettelijk toegestaan.
ARTIKEL 9.2
ATOOMKERNREACTIES
Door atoomkernreacties, ongeacht hoe deze zijn ontstaan en waar zij zich hebben voorgedaan.
ARTIKEL 9.3
INBESLAGNAME
Zolang het motorrijtuig in beslag genomen of gevor- derd is door enige overheid.
ARTIKEL 9.4
MOLEST
Door gewapend conflict, burgeroorlog, opstand, binnenlandse onlusten, oproer en muiterij.
Onder gewapend conflict wordt verstaan elk geval waarin staten of andere georganiseerde partijen elkaar, of althans de één de ander, gebruik makend van militaire machtsmiddelen bestrijden.
Onder gewapend conflict wordt mede verstaan het gewapend optreden van een Vredesmacht van de Verenigde Naties.
Onder burgeroorlog wordt verstaan een min of meer georganiseerde gewelddadige strijd tussen inwoners van éénzelfde staat waarbij een belangrijk deel van de inwoners van die staat betrokken is.
Onder opstand wordt verstaan georganiseerd geweld- dadig verzet binnen een staat, gericht tegen het open- baar gezag.
Onder binnenlandse onlusten wordt verstaan min of meer georganiseerde gewelddadige handelingen, op verschillende plaatsen zich voordoend binnen een staat.
Onder oproer wordt verstaan een min of meer ge- organiseerde plaatselijk gewelddadige beweging, gericht tegen het openbaar gezag.
Onder muiterij wordt verstaan een min of meer georganiseerde gewelddadige beweging van leden van enig gewapende macht, gericht tegen het gezag waaronder zij gesteld zijn.
ARTIKEL 9.5
OPZET
Door opzet of goedvinden van u, de verzekerde of belanghebbende.
ARTIKEL 9.6
ONGELDIG RIJBEWIJS
Als de feitelijke bestuurder van het motorrijtuig geen
houder is van een rijbewijs dat in Nederland voor dat motorrijtuig geldig is. Of als hem de rijbevoegdheid is ontzegd, een rijverbod is opgelegd of als hij niet heeft voldaan aan de bijzondere bepalingen, die op zijn rij- bewijs vermeld staan. Op deze uitsluiting zal door de maatschappij geen beroep worden gedaan, indien de ongeldigheid uitsluitend wordt veroorzaakt doordat de op het rijbewijs vermelde geldigheidstermijn is verstre ken en de bestuurder op de schadedatum de leeftijd van 71 nog niet had bereikt.
ARTIKEL 9.7
RIJDEN ONDER INVLOED
Als de feitelijke bestuurder onder zodanige invloed van alcoholhoudende drank of enig ander middel verkeert, dat hij niet tot behoorlijk rijden in staat moet worden geacht, dan wel dat het rijden hem bij wet of door de overheid zou zijn verboden.
Deze uitsluiting geldt niet voor de dekking van de module Wettelijke Aansprakelijkheid.
ARTIKEL 9.8
VERHUUR
Bij verhuur van het motorrijtuig of gebruik voor het vervoer van personen tegen betaling. Hieronder valt niet het meerijden van collegaβs tijdens het woon/ werkverkeer, die bijdragen in de kosten van het vervoer (carpooling).
ARTIKEL 9.9
WEDSTRIJDEN
Door deelname aan ritten of wedstrijden, waarbij het om snelheid, regelmatigheid of behendigheid gaat. De maatschappij verzekert u wel tegen de financiΓ«le gevolgen van schade tijdens betrouwbaarheids-, oriΓ«ntatie- en puzzelritten, die in Nederland plaats- vinden, niet langer duren dan 24 uur en waarbij de snelheid voor de uitslag niet beslissend is.
Billijkheidsclausule
Bij de hierboven genoemde uitsluitingen βander gebruikβ, βongeldig rijbewijsβ en βverhuurβ, en voor de dekking onder de modules Aanrijding en Accessoires ook bij de uitsluiting βrijden onder invloedβ, verzekert de maatschappij u wel tegen de financiΓ«le gevolgen van schade als u aantoont dat:
1 de daarin bedoelde omstandigheden zich buiten uw voorkennis en/of tegen uw wil hebben voor- gedaan, Γ©n
2 u in redelijkheid geen verwijt treft aan die om- standigheden.
EIGEN RISICO
ARTIKEL 10
EIGEN RISICO
ARTIKEL 10.1
ALGEMEEN
Bij elke schadevergoeding, die onder de dekking valt van de modules Brand, Storm en Natuur, Diefstal, Ruit, Aanrijding en Accessoires, brengt de maat- schappij het eigen risico in mindering dat vermeld staat op het polisblad.
ARTIKEL 10.2 RUITSCHADE Voor de module Ruit kan een afwijkende regeling gelden: | NO-CLAIMSCHAAL: EN WORDT DE TREDE IN HET EERSTVOLGENDE VER- ZEKERINGSJAAR: | ||||
1 u heeft geen eigen risico als de ruit βonder garan- | ALS U NU | HEEFT U EEN | ZONDER | BIJ ΓΓN | BIJ TWEE |
tieβ volgens een door de maatschappij goedge- keurde reparatiemethode wordt gerepareerd; 2 bij ruitvervanging via de inschakeling van de Ruit- schadeservice komt slechts een gedeelte van het | STAAT OP TREDE 13 | KORTING VAN 80% | SCHADE 14 | SCHADE 8 | SCHADES 5 |
eigen risico voor uw rekening; op het Groene | 12 | 79% | 13 | 7 | 4 |
Kaart document vindt u alle informatie over de | 11 | 78% | 12 | 6 | 3 |
Ruitschadeservice en ook het bij ruitvervanging | 10 | 77% | 11 | 5 | 3 |
geldende eigen risico bedrag. | 9 | 76% | 10 | 4 | 3 |
8 | 75% | 9 | 4 | 3 | |
ARTIKEL 10.3 | 7 | 72,5% | 8 | 3 | 2 |
SCHADEGARANT | 6 | 70% | 7 | 3 | 2 |
5 | 65% | 6 | 3 | 2 | |
Indien sprake is van schade die daadwerkelijk vol- | 4 | 60% | 5 | 2 | 1 |
gens de Schadegarantprocedure is gerepareerd, | 3 | 50% | 4 | 2 | 1 |
wordt het van toepassing zijnde eigen risico met | 2 | 30% | 3 | 1 | 1 |
135 euro verminderd. | 1 | 0% | 2 | 1 | 1 |
NO-CLAIMKORTING
ARTIKEL 11
NO-CLAIMKORTING
Alleen geldend voor de modules Wettelijke Aansprakelijkheid en Aanrijding.
ARTIKEL 11.1
OPBOUW NO-CLAIMKORTING
Nadat bij het afsluiten van de verzekering de korting op de premie is bepaald, wordt na elk verzekerings- jaar het nieuwe kortingspercentage vastgesteld.
Hierbij geldt dat als in het afgelopen verzekeringsjaar geen schade is gemeld waaruit een verplichting tot schadevergoeding voortvloeit, een korting volgens de tabel wordt toegekend.
ARTIKEL 11.2
TERUGVAL NO-CLAIMKORTING
Als in een verzekeringsjaar één of meerdere schades gemeld wordt/worden, die betrekking hebben op de modules Wettelijke Aansprakelijkheid en/of Aanrijding, wordt de verleende no-claimkorting over het totaal van de premie van de beide modules volgens onder- staande no-claimschaal verlaagd:
NO-CLAIMSCHAAL: EN WORDT DE TREDE IN HET EERSTVOLGENDE VER- ZEKERINGSJAAR: | ||||
ALS U NU | HEEFT U EEN | ZONDER | BIJ ΓΓN | BIJ TWEE |
STAAT OP | KORTING VAN | SCHADE | SCHADE | SCHADES |
TREDE | ||||
18 | 80% | 18 | 13 | 9 |
17 | 80% | 18 | 12 | 8 |
16 | 80% | 17 | 11 | 7 |
15 | 80% | 16 | 10 | 6 |
14 | 80% | 15 | 9 | 5 |
Bij 3 of meer schades in één verzekeringsjaar valt u altijd terug naar trede 1.
ARTIKEL 11.3
GEEN TERUGVAL NO-CLAIMKORTING
U valt niet terug in no-claimkorting als:
1 geen schadevergoeding verschuldigd is;
2 een betaalde schade geheel is verhaald;
3 er sprake is van een aanrijding met een fietser of voetganger, waarbij ter zake van het ontstaan van die aanrijding aan de zijde van de verzekerde geen enkel verwijt kan worden gemaakt;
4 een betaalde schade binnen 12 maanden, nadat hem van het uitgekeerde bedrag bericht is gedaan, door de verzekeringnemer voor eigen rekening is genomen. Op voorwaarde dat er geen verdere betalingen met betrekking tot die gebeurtenissen zullen plaatsvinden.
5 uitsluitend schade door vervoer van gewonden is vergoed.
ARTIKEL 11.4
TEN ONRECHTE VERLEENDE NO-CLAIMKORTING
Als de maatschappij u te weinig premie in rekening heeft gebracht door een ten onrechte verleende no- claimkorting, heeft zij het recht aanvullende premie te berekenen, als:
1 uit de ingezonden originele no-claimverklaring blijkt, dat u aanspraak heeft op een lagere no- claimkorting dan de maatschappij u heeft toe- gekend;
2 u in gebreke blijft de betreffende originele no- claimverklaring toe te zenden. De maatschappij neemt in dat geval aan, dat er geen enkele aanspraak op no-claimkorting bestaat.
ARTIKEL 11.5
MALUS/ROYEMENTSVERKLARING
1 Wanneer u bij beΓ«indiging of schorsing van de verzekering op een lagere no-claimkorting staat dan waarop u recht zou hebben indien u op dat moment bij de maatschappij een nieuwe verzeke-
ring zou afsluiten, verkeert u in de zogenaamde βmaluspositieβ.
De maatschappij is verplicht dit te melden aan de gezamenlijke database van alle verzekeraars.
2 Eventueel door de maatschappij toegekende (commerciΓ«le) schadevrije jaren, die los staan van het aantal daadwerkelijk schadevrije jaren, worden niet vermeld op de royementsverklaring.
SCHADEVERGOEDING
ARTIKEL 12
VERPLICHTINGEN BIJ SCHADE
Bij schade hebben u en de verzekerde de verplichting:
1 zo spoedig als redelijkerwijze mogelijk is aangifte te doen bij de maatschappij, met het daarvoor bestemde Europees Schadeformulier;
2 onmiddellijk alle maatregelen te nemen om de schade te beperken;
3 onmiddellijk aangifte te doen bij de politie van diefstal, vandalisme en andere strafbare feiten, die schade veroorzaken;
4 na melding van de schadegebeurtenis de maat- schappij in de gelegenheid te stellen de schade te onderzoeken. Voor het vaststellen van de schade- vergoeding kan de maatschappij 1 of meer deskundigen (experts) inschakelen;
5 volledige medewerking te verlenen aan:
a het behandelen van een door derden geΓ«iste schadevergoeding;
b het verhalen van schade door de maatschappij en het overdragen aan de maatschappij van alle rechten, die u of de verzekerde met betrekking tot die schade op een derde mocht hebben, zonodig door het ondertekenen van een akte;
6 op verzoek van de maatschappij binnen een rede- lijke termijn een schriftelijke en ondertekende verklaring over de oorzaak, toedracht en omvang van de schade aan de maatschappij over te leggen en alle gevraagde bescheiden te verschaffen;
7 de aanwijzingen van of namens de maatschappij stipt te volgen en niets te ondernemen wat de belangen van de maatschappij zou kunnen be- nadelen;
8 geen enkele toezegging, verklaring of handeling te doen, waaruit erkenning van aansprakelijkheid kan worden afgeleid;
9 direct na het eerste verzoek van de maatschappij de rechten met betrekking tot een gestolen of verduisterd verzekerd voorwerp aan de maat- schappij over te
dragen.
De maatschappij beslist over het recht op en de omvang van de uitkering op basis van de door u of de verzekerde verstrekte opgaven. Het is belangrijk dat u en de verzekerde deze of andere verplichtingen uit de verzekering nakomen. Komt u of de verzekerde de verplichtingen niet na, dan zijn aan de verzekering geen rechten te ontlenen, indien de maatschappij daardoor in een redelijk belang is geschaad.
ARTIKEL 13
SCHADEREGELING
ARTIKEL 13.1
ALGEMEEN
1 De bij een schade verstrekte gegevens kunnen worden verwerkt in het Stichting Centraal Infor- matie Systeem van in Nederland werkzame verze- keringsmaatschappijen. Het privacyreglement van de Stichting CIS is op deze registratie van toepas- sing.
2 Als de schade kan worden hersteld, vergoedt de maatschappij alleen de reparatiekosten.
3 Bij verlies van het motorrijtuig of onderdelen daarvan vergoedt de maatschappij de dagwaarde onmiddellijk voor het schadevoorval.
4 Als de reparatiekosten meer bedragen dan het verschil in dagwaarde onmiddellijk voor het scha- devoorval en de dagwaarde ( zijnde de restant- waarde) onmiddellijk na het schadevoorval, is de maatschappij slechts verplicht tot vergoeding van dit verschil tussen deze dagwaarden.
5 Als de verzekeringnemer de BTW kan verrekenen, dan zal de maatschappij deze op de schadever- goeding in mindering brengen.
6 De vergoeding zal niet meer bedragen dan de cataloguswaarde zoals vermeld op het polisblad, tenzij er sprake is van toepassing van de nieuw- waarderegeling zoals vermeld in artikel 14.
ARTIKEL 13.2
TOTAL-LOSS
Als er sprake is van total-loss (technisch of econo- misch) of verlies van het motorrijtuig, zal de maat- schappij niet eerder tot schadevergoeding overgaan dan nadat (de eigendom van) het verzekerde motor- rijtuig of het restant daarvan, inclusief de eventueel door de maatschappij te vergoeden extra voorzie- ningen en accessoires, aan de maatschappij of een door haar aan te wijzen derde partij is overgedragen.
De verzekerde is verplicht alle delen van het bij het verzekerde motorrijtuig behorende kentekenbewijs, kentekenplaten (indien op de auto nieuwe kenteken- platen volgens GAIK-regeling aanwezig zijn), sleutels, codekaarten en boekjes etc. aan de maatschappij of aan een door de maatschappij aan te wijzen derde partij te overhandigen.
ARTIKEL 13.3
VERLIES MOTORRIJTUIG
Bij een gedekte schade door verlies van het gehele motorrijtuig door diefstal, verduistering, oplichting en joy-riding heeft u recht op schadevergoeding:
1 30 dagen na melding van dit schadevoorval bij de maatschappij en als het aan u en de maat- schappij niet bekend is of had kunnen zijn dat het motorrijtuig is teruggevonden, Γ©n;
2 nadat de maatschappij alle gegevens ontvangen heeft, die nodig zijn voor de vaststelling van de schade en van het recht op schadevergoeding.
ARTIKEL 13.4
SCHADE DOOR TERRORISME
Ten aanzien van de dekking voor gebeurtenissen die (direct of indirect) verband houden met:
β terrorisme of preventieve maatregelen;
β handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme of preventieve maatregelen,
geldt dat de schadevergoeding door de maatschappij kan worden beperkt tot het bedrag van de uitkering die de maatschappij ontvangt van de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden (NHT).
Het Protocol afwikkeling claims bij terrorismeschaden is van toepassing. De NHT beslist of er sprake is van een terrorismeschade. Op vergoeding kan niet eerder aanspraak worden gemaakt dan na deze beslissing en de bekendmaking van het bedrag van de vergoeding. In afwijking van hetgeen elders in de polisvoorwaar- den is bepaald, vervalt elk recht op schadevergoeding of uitkering als de melding van de claim niet is gedaan binnen twee jaar nadat de NHT heeft beslist of er sprake is van een terrorismeschade.
ARTIKEL 13.5
EXPERTISEREGELING
Als u het niet eens bent met de schadevaststelling door de maatschappij mag u zelf een expert benoe- men. Als deze expert en de expert van de maat- schappij niet tot overeenstemming komen, dan benoemen zij in goed overleg een derde expert.
Deze zal het schadebedrag binnen de grenzen van de beide taxaties bindend vaststellen. Elk van de partijen draagt de kosten van de eigen expert. De kosten van de derde expert worden elk voor de helft gedragen door beide partijen. Als u geheel in het gelijk gesteld wordt, neemt de maatschappij alle expertisekosten voor haar rekening.
ARTIKEL 13.6
AFSTAND VERHAALSRECHT
De maatschappij zal geen gebruik maken van de (eventuele) mogelijkheid om de betaalde vergoeding te verhalen op de door de verzekerde gemachtigde bestuurder en passagiers, of de werkgever van deze personen, tenzij sprake is van een uitsluiting die niet tegen de verzekeringnemer kan worden ingeroepen.
ARTIKEL 14
NIEUWWAARDEREGELING
(niet geldend voor accessoires)
Bij schade aan het motorrijtuig geldt in aansluiting op en voor zover nodig in afwijking van artikel 13 een speciale nieuwwaarderegeling.
ARTIKEL 14.1
PERSONENAUTO
Indien het motorrijtuig volgens het polisblad een per- sonenauto betreft, die bij afgifte van het Nederlands kentekenbewijs deel 1 nieuw was, heeft u recht op deze speciale schaderegeling, als er sprake is
van één van de volgende drie gebeurtenissen:
1 bij een schade binnen 24 maanden na de datum van afgifte van het kentekenbewijs deel 1 de reparatiekosten meer bedragen dan 2/3 van de oorspronkelijke nieuwwaarde (inclusief acces- soires) op het moment van het schadevoorval;
2 bij een schade na 24 maanden, maar binnen 60 maanden na de datum van afgifte van het kente- kenbewijs deel 1 de reparatiekosten meer bedra- gen dan 2/3 van de oorspronkelijke nieuwwaarde (inclusief accessoires) verminderd met een vaste afschrijving, gerekend vanaf de 25e maand, van 1,25% per maand of gedeelte daarvan;
3 het gehele motorrijtuig is gestolen.
ARTIKEL 14.2
SPECIALE SCHADEREGELING
De speciale schaderegeling ziet er als volgt uit:
1 bij een gebeurtenis binnen 24 maanden na de datum van afgifte van het kentekenbewijs deel 1, heeft u recht op de oorspronkelijke nieuwwaarde (inclusief accessoires) van het motorrijtuig;
2 bij een gebeurtenis na 24 maanden, maar binnen 60 maanden na de datum van afgifte van het kentekenbewijs deel 1, heeft u recht op de oorspronkelijke nieuwwaarde (inclusief acces- soires) verminderd met de hiervoor berekende vaste afschrijving volgens artikel 14.1.2.
Als de zo vastgestelde waarde lager is dan de dag- waarde van het motorrijtuig, vergoedt de maat- schappij u deze hogere dagwaarde.
HULPVERLENING
ARTIKEL 15
HULPVERLENING
ARTIKEL 15.1
ALGEMEEN
De verzekering geeft recht op hulpverlening en kos- tenvergoeding wanneer als gevolg van een ongeval niet meer met het motorrijtuig en/of aangekoppelde aanhanger kan worden gereden, dan wel door dat ongeval niemand van de inzittenden in staat is om het motorrijtuig te besturen. Als ongeval geldt ieder, het motorrijtuig en/of aangekoppelde aanhanger treffend van buiten komend onheil, waaronder ook te verstaan brand en diefstal.
Een mechanisch storing als oorzaak van stranding wordt niet als ongeval beschouwd.
Het recht op de hulpverlening en kostenvergoeding geldt op voorwaarde dat:
1 de verzekering betrekking heeft op een personen- auto, anders dan in gebruik als taxi of bestemd voor verhuurdoeleinden;
2 de hulpverlening en/of de (voor vergoeding in aanmerking komende) kosten tot stand komen in overleg met en na verkregen instemming van de Helpdesk Delta Lloyd, zoals vermeld op de βGroene Kaartβ;
3 de hulpverlening in redelijkheid uitvoerbaar is en niet onmogelijk wordt gemaakt door bijvoorbeeld oorlogsomstandigheden, onlusten, oproer of vanwege een natuur- of kernramp.
ARTIKEL 15.2
HULPVERLENING IN NEDERLAND
De hulpverlening omvat bij een ongeval binnen Nederland:
1 het vergoeden van het vervoer van het bescha- digde motorrijtuig en/of aanhanger naar een door of namens u bepaald adres in Nederland;
2 het vergoeden van het vervoer van de bestuurder en passagiers met hun bagage per taxi naar een door de bestuurder te bepalen adres in Nederland.
ARTIKEL 15.3
HULPVERLENING BUITEN NEDERLAND
De hulpverlening omvat bij een ongeval buiten Nederland, maar nog wel binnen het verzekerings- gebied:
1 het vergoeden van de noodzakelijke kosten van berging en slepen van het motorrijtuig naar de dichtstbijzijnde garage waar de schade kan wor- den beoordeeld en/of hersteld;
2 het vergoeden van het vervoer van het bescha- digde motorrijtuig en/of aanhanger naar een door of namens verzekeringnemer bepaald adres in Nederland indien vaststaat dat het niet mogelijk is om binnen 4 werkdagen een zodanige reparatie - of noodreparatie - te laten uitvoeren dat op tech- nisch verantwoorde wijze (terug)gereisd kan worden; blijken de kosten van vervoer echter hoger dan de waarde van het gestrande object dan wordt volstaan met vergoeding van de
kosten verbonden aan invoering of vernietiging ervan in het betreffende land;
3 het vergoeden van de terugreiskosten van bestuurder en passagiers, met reisbagage, indien overeenkomstig het voorgaande niet met het motorrijtuig wordt teruggereisd; vergoed worden de kosten van vervoer per taxi naar het dichtstbij gelegen spoorwegstation, van vervoer per trein (2e klasse) naar het spoorwegstation in Nederland dat het dichtstbij de plaats van bestemming ligt, en tenslotte vervoer per taxi van dat station naar de plaats van bestemming.
ARTIKEL 15.4
HULPVERLENING NA PECH IN HET BUITENLAND
Indien tevens de module βAanrijdingβ is verzekerd geldt de volgende uitbreiding:
1 van een ongeval is tevens sprake wanneer het motorrijtuig buiten Nederland, maar nog wel binnen het verzekeringsgebied, tot stilstand komt - of niet meer verder kan rijden - als gevolg van een mechanisch storing.
2 De hulpverlening omvat tevens:
a het vergoeden van de noodzakelijke kosten ver- bonden aan hulp langs de weg (waaronder niet begrepen reparatie bij een garage) tot een maxi- mum van 125 euro per gebeurtenis;
de kosten van onderdelen komen niet voor ver- goeding in aanmerking;
b het namens verzekerde bestellen en toezenden van onderdelen die noodzakelijk zijn om het motorrijtuig rijklaar te maken, indien deze onder- delen ter plaatse niet of niet op korte termijn verkrijgbaar zijn; de kosten van de onderdelen
zelf komen voor rekening van verzekerde, maar worden zonodig door of namens de maatschappij voorgeschoten.
INHOUD DEKKING
ARTIKEL 16
MODULE WETTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID
ARTIKEL 16.1
ALGEMEEN
1 Deze verzekering voldoet aan de voorwaarden, zoals vastgelegd in de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen.
2 De maatschappij verzekert u en de andere verze- kerden tegen de financiΓ«le gevolgen van aan anderen toegebrachte schade aan personen en/of schade aan zaken door of met het gebruik van het motorrijtuig inclusief de eventueel daaraan gekop- pelde aanhangwagen en waarvoor een verzekerde wettelijk aansprakelijk is. Het maximaal verze- kerde bedrag per gebeurtenis is vermeld op het polisblad. Als in een land, dat behoort tot het geldigheidsgebied (zie artikel 3), een hoger be- drag per gebeurtenis is voorgeschreven, geldt dit hogere bedrag.
3 De maatschappij regelt de schade binnen de grenzen van haar verplichtingen en heeft steeds het recht om benadeelden rechtstreeks schadeloos te stellen en met hen schikkingen te treffen.
4 U en de verzekerde, die door een benadeelde in rechte worden aangesproken tot vergoeding van schade, hebben de verplichting de feitelijke leiding van het proces over te laten aan de maatschappij en alle benodigde volmachten te verlenen aan de raadsman die de maatschappij aanwijst. U en de verzekerde zorgen ervoor, dat alle stukken, zoals aansprakelijkstellingen, straf- en civiele dagvaar- dingen, onmiddellijk en onbeantwoord naar de maatschappij gestuurd worden.
5 De maatschappij heeft het recht u of een verze- kerde, tegen wie een strafvervolging wordt xxxx- xxxxx, te verplichten om u of hem door een raadsman te laten bijstaan.
6 Als u of de verzekerde strafrechtelijk wordt ver- oordeeld, kan de maatschappij u of hem niet verplichten om tegen het gewezen vonnis hoger beroep aan te tekenen.
ARTIKEL 16.2
LADINGRISICO
De maatschappij verzekert u en de andere verze- kerden ook tegen de financiΓ«le gevolgen van ladingri- sico. Dat is de schade aan personen en/of zaken, die wordt veroorzaakt door zaken, die zich op het motor- rijtuig bevinden, daarvan afvallen of afgevallen zijn. Hieronder is niet begrepen de schade veroorzaakt bij het laden en lossen van zaken.
ARTIKEL 16.3
ANDER MOTORRIJTUIG VAN VERZEKERDE
Als u of een andere verzekerde met het verzekerd motorrijtuig schade toebrengt aan een ander u toe- behorend motorrijtuig, verzekert de maatschappij
ook de schade aan het laatstgenoemde motorrijtuig. Uitgesloten blijft de bij de schadegebeurtenis ontstane gevolg- en/of bedrijfsschade.
ARTIKEL 16.4
PROCESKOSTEN/WETTELIJKE RENTE
Boven het verzekerde bedrag vergoedt de maatschap- pij bij een verzekerde schade ook nog de proces- kosten en wettelijke rente over het door de verzeke- ring gedekte gedeelte van de hoofdsom. Boetes en afkoopsommen vergoedt de maatschappij niet.
ARTIKEL 16.5
ZEKERHEIDSSTELLING
De maatschappij vergoedt de kosten van de door een overheid verlangde financiΓ«le zekerheid om de
rechten van de benadeelde(n) bij een gedekte schade te waarborgen.
De maatschappij zal deze zekerheid verstrekken tot ten hoogste 75.000 euro per gebeurtenis voor alle verzekerden tezamen. De maatschappij verstrekt deze zekerheid alleen om een beslag op het motor- rijtuig op te heffen of de invrijheidstelling van u of een verzekerde te verkrijgen.
De verzekerde is verplicht de maatschappij te mach- tigen om over de verstrekte zekerheid te beschikken, zodra deze wordt vrijgegeven en verder alle mede- werking te verlenen om terugbetaling te verkrijgen.
ARTIKEL 16.6
UITSLUITINGEN
Naast de in artikel 9 genoemde algemene uitsluitingen geldt dat tevens is uitgesloten vergoeding van schade, veroorzaakt of ontstaan:
1 aan zaken, die met het motorrijtuig worden ver- voerd. Tenzij het gaat om normale handbagage en kleding van de passagiers, waarvoor geen andere aanspraak op schadevergoeding bestaat;
2 aan zaken, die toebehoren aan de eigenaar of bestuurder van het motorrijtuig of die zij onder zich hebben. Tenzij de schade aan een ander motorrijtuig van een verzekerde toegebracht is. Dan geldt het hierboven in lid 3 vermelde ter zake βAnder motorrijtuig van verzekerdeβ;
3 door degene die zich door diefstal of geweldple- ging de macht over het motorrijtuig heeft ver- schaft, alsmede door degene die, dit wetende, het motorrijtuig zonder geldige reden gebruikt;
4 aan de niet gemachtigde bestuurder en/of passa- gier van het motorrijtuig;
5 aan het gesleepte of gekoppelde voertuig.
ARTIKEL 16.7
VERHAAL
Als de maatschappij volgens de Wet Aansprakelijk- heidsverzekering Motorrijtuigen of een soortgelijke buitenlandse wet een schade vergoedt, die zij door een uitsluiting of anderszins volgens een andere wet of de polisvoorwaarden niet hoeft te vergoeden, heeft zij het recht op verhaal. Xxxxxxx wordt verhaal van de schadevergoeding, vermeerderd met de gemaakte kosten, op die verzekerde op wie de uitsluiting of het anderszins ontbreken van dekking van toepassing is.
Dit verhaalsrecht wordt niet ontkracht door schadere- gelingsovereenkomsten tussen verzekeringsmaat- schappijen, waarbij die wederzijds afstand doen van het verhaal van schade, of door beΓ«indiging van de verzekering. In dit laatste geval ziet de maatschappij van haar verhaalsrecht af op de verzekerde of zijn erfgenaam, als de schade is veroorzaakt door een ander dan de verzekerde en als uzelf aan uw ver- plichtingen heeft voldaan.
MINI-CASCO BESTAANDE UIT DE MODULE BRAND, STORM EN NATUUR, DE MODULE DIEFSTAL EN DE MODULE RUIT
ARTIKEL 17
MODULE BRAND, STORM EN NATUUR
De maatschappij verzekert verlies van en schade aan het motorrijtuig veroorzaakt door:
ARTIKEL 17.1
BRAND
Brand, explosie, blikseminslag, zelfontbranding en kortsluiting, waarbij geen andere schade aan het motorrijtuig is ontstaan. Daarnaast verzekert de maatschappij u, als deze gebeurtenissen het gevolg zijn van slijtage, reparatie-, constructie- of materiaal- fouten of eigen gebrek.
De herstelkosten van slijtage, reparatie-, constructie- of materiaalfouten of het eigen gebrek zelf worden echter niet vergoed;
ARTIKEL 17.2
DIEREN
Aanrijding met wild, vogels of loslopende dieren en de aangetoonde vervolgschade hiervan;
ARTIKEL 17.3
HAGEL
Inslag van hagelstenen op de carrosserie;
ARTIKEL 17.4
LUCHTVAARTUIG
Het neerstorten van een luchtvaartuig of onderdelen daarvan alsmede het vallen van voorwerpen uit een luchtvaartuig;
ARTIKEL 17.5
NATUURRAMPEN
Natuurrampen, zoals overstroming, aardbeving, vulkanische uitbarsting en lawine;
ARTIKEL 17.6
STORM
Xxxxx, waardoor het motorrijtuig - in stilstand - omver waait, of voorwerpen op en/of tegen het motorrijtuig terechtkomen, dan wel het portier tegen een ander voorwerp of tegen het motorrijtuig zelf openwaait;
ARTIKEL 17.7
VERVOER
Een plotseling van buiten het motorrijtuig komend onzeker onheil gedurende de tijd dat het verzekerde motorrijtuig tijdens transport aan de zorg van een vervoersonderneming is toevertrouwd. Lakschade en schade als krassen en schrammen zijn van dekking uitgesloten.
ARTIKEL 17.8
AVERIJ GROSSE
Ook verzekert de maatschappij u van een bijdrage in de kosten, waarvoor u of een verzekerde belast wordt om een vaartuig, waarop het motorrijtuig wordt vervoerd, uit een noodsituatie te redden.
ARTIKEL 18
MODULE DIEFSTAL
ARTIKEL 18.1
DIEFSTAL
De maatschappij verzekert verlies van en schade aan het motorrijtuig veroorzaakt door diefstal en inbraak (of poging daartoe), joyriding, verduistering van het gehele motorrijtuig en oplichting door anderen dan een verzekerde.
ARTIKEL 18.2
DAGVERGOEDING
Bij bovengenoemde schadeoorzaken, behalve bij inbraak of poging daartoe, betaalt de maatschappij u ook een bedrag van 50 euro per dag gedurende maxi- maal 30 dagen, gerekend vanaf de datum van aan- gifte bij de politie en zolang het motorrijtuig aan het bezit van de verzekerde is onttrokken.
ARTIKEL 18.3
VERGOEDING SLEUTELS
Zonder dat sprake is van een gedekte gebeurtenis worden ter voorkoming van diefstal van het verze- kerde motorrijtuig noodzakelijke kosten tot maximaal 500 euro per gebeurtenis vergoed van wijziging, of - als zulks niet mogelijk is - vervanging van de sloten van het verzekerde motorrijtuig indien de motorrij- tuigsleutels na diefstal met braak of na beroving met geweld in het bezit van onbevoegden zijn geraakt.
In afwijking van artikel 10.1 is geen eigen risico van toepassing.
Onder motorrijtuigsleutels worden in dit verband verstaan alle mechanische en/of elektronische middelen met behulp waarvan de portieren van het motorrijtuig kunnen worden geopend en/of de motor van het motorrijtuig kan worden gestart. De hiervoor bedoelde diefstal of beroving dient te blijken uit een procesverbaal van aangifte, waarin de motorrijtuig- sleutels afzonderlijk vermeld staan.
ARTIKEL 18.4
STICHTING VERZEKERINGSBUREAU VOERTUIG- CRIMINALITEIT
Bij constatering van vermissing van een tegen diefstal verzekerd motorrijtuig bent u of is de verzekerde
verplicht de maatschappij en de politie direct van dit feit op de hoogte te stellen. U verklaart zich akkoord met de aanmelding door de maatschappij van de motorrijtuiggegevens aan de Stichting Verzekerings- bureau Voertuigcriminalteit (VbV). Hierdoor kan de maatschappij door de overheid erkende particuliere organisaties inschakelen voor het terugvinden en terugbezorgen van het motorrijtuig. U of de verze- kerde kan ook zelf rechtstreeks de vermissing van het motorrijtuig doorgeven aan de Stichting VbV.
ARTIKEL 18.5
UITSLUITING
1 Uitgesloten is vergoeding van schade veroorzaakt of ontstaan door diefstal of vermissing van het motorrijtuig indien u of de verzekerde, nadat bekend was geworden dat de motorrijtuigsleutels waren gestolen of vermist, geen adequate maat- regelen heeft getroffen om diefstal van het motor- rijtuig door gebruikmaking van de gestolen of vermiste sleutels te voorkomen. Onder motorrij- tuigsleutels dienen in dit verband te worden verstaan alle mechanische en/of elektronische middelen met behulp waarvan de portieren van het motorrijtuig kunnen worden geopend en/of de motor kan worden gestart.
2 Uitgesloten is vergoeding van schade veroorzaakt of ontstaan door diefstal, inbraak (of poging daartoe) en joyriding, indien de verzekerde onvol- doende zorg verweten kan worden. Van verwijt- baar onvoldoende zorg is in ieder geval sprake indien de verzekerde het motorrijtuig onbeheerd heeft achtergelaten terwijl:
β is nagelaten dit voldoende af te sluiten, en/of;
β de sleutels in het motorrijtuig zijn achterge- laten. Onder sleutels worden verstaan mecha- nische en/of elektronische middelen om de portieren te openen en/of de motor te starten.
ARTIKEL 19
MODULE RUIT
De maatschappij verzekert:
1 breken of barsten van de voor-, achter- en/of zijruit en glas van zonnedaken van het motorrij- tuig, mits door dezelfde gebeurtenis geen andere schade is ontstaan;
2 schade aan het motorrijtuig door scherven van de gebroken ruit.
CASCO BESTAANDE UIT DE MINI-CASCO- MODULES, DE MODULE AANRIJDING EN DE
MODULE ACCESSOIRES (indien meeverzekerd)
ARTIKEL 20
MODULE AANRIJDING
De maatschappij verzekert verlies van en schade aan het motorrijtuig veroorzaakt door:
1 botsen, stoten, omslaan, van de weg of te water geraken;
2 ieder ander van buiten het motorrijtuig komend onheil, met uitzondering van de gebeurtenissen die in artikel 17 (Brand, Storm en Natuur), artikel 18 (Diefstal) en artikel 19 (Ruit) genoemd zijn.
Daarnaast verzekert de maatschappij u als de hier-
voor genoemde gebeurtenissen het gevolg zijn van slijtage, reparatie-, constructie- of materiaalfouten of eigen gebrek. De herstelkosten van slijtage, repa- ratie-, constructie- of materiaalfouten of het eigen gebrek zelf worden echter niet vergoed.
ARTIKEL 21
MODULE ACCESSOIRES
(indien meeverzekerd)
De maatschappij verzekert verlies van en schade aan accessoires tegen dezelfde risicoβs als waarvoor het motorrijtuig is verzekerd tot maximaal het verzekerde bedrag voor accessoires, zoals vermeld staat op het polisblad.
BIJZONDERE VOORWAARDEN MODULE ONGEVALLEN INZITTENDEN
(indien meeverzekerd)
ARTIKEL 22
BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
Blijvende invaliditeit
Objectiveerbaar blijvend geheel of gedeeltelijk (func- tie)verlies van enig direct door lichamelijk letsel getroffen deel of orgaan van het lichaam van de verzekerde. Bij het vaststellen van de blijvende func- tionele invaliditeit wordt geen rekening gehouden met het beroep van verzekerde.
Letsel
Direct door een ongeval veroorzaakte anatomische beschadiging.
Motorrijtuig
1 Het op het polisblad vermelde motorrijtuig.
2 Een vervangend, gelijkwaardig motorrijtuig, dat de verzekerde gebruikt tijdens de periode van reparatie, revisie of onderhoud van het op het polisblad vermelde motorrijtuig.
Nabestaande
Degene die na het overlijden van verzekerde gerech- tigd is toestemming te verlenen voor medisch onder- zoek op het stoffelijk overschot van verzekerde.
Ongeval
Een in verband met de verkeersdeelneming met het motorrijtuig ontstane gebeurtenis, waaruit een me- disch vast te stellen lichamelijk letsel ontstaat als rechtstreeks en uitsluitend gevolg van een onver- wachts van buiten inwerkend uitwendig geweld op het lichaam van verzekerde.
Onder ongeval wordt tevens verstaan:
1 acute vergiftiging ten gevolge van het plotseling en ongewild binnenkrijgen van gassen, dampen, vloeibare of vaste stoffen, anders dan vergiftiging door gebruik van genees-, genot- of narcosemid- delen;
2 besmetting door ziektekiemen of een allergische reactie, indien deze besmetting of reactie een rechtstreeks gevolg is van een onvrijwillige val in het water of in enige andere stof, dan wel het gevolg is van het zich daarin begeven bij een poging tot redding van mens, dier of goederen;
3 het ongewild en plotseling binnenkrijgen van stoffen of voorwerpen in het spijsverteringskanaal, de luchtwegen, de ogen of de gehoororganen, waardoor inwendig letsel ontstaat, met uitzonde- ring van het binnendringen van ziektekiemen;
4 ontwrichting of scheuring van spier- en bandweefsel, mits deze letsels plotseling zijn ontstaan en hun aard en plaats geneeskundig worden vastgesteld;
5 verstikking, verdrinking, bevriezing, zonnesteek, hitteberoerte;
6 uitputting, verhongering, verdorsting en zonne- brand als gevolg van onvoorziene omstandig- heden;
7 wondinfectie of bloedvergiftiging door het binnen- dringen van ziektekiemen in een door een gedekt ongeval ontstaan letsel;
8 complicaties of verergering van het ongevalletsel als rechtstreeks gevolg van eerste hulpverlening of van de door het ongeval noodzakelijk geworden geneeskundige behandeling;
9 lichamelijk functionele beperkingen van de cervi- cale wervelkolom als gevolg van een cervicaal acceleratie trauma (whiplash).
Verzekerde(n)
1 U, de verzekeringnemer.
2 De bestuurder en de passagiers, die met uw toestemming een wettelijk toegestane zitplaats in het motorrijtuig hebben ingenomen.
ARTIKEL 23
WAARVOOR BENT U VERZEKERD
De maatschappij verzekert u en de verzekerde(n) van een uitkering door een ongeval, dat overlijden of blijvende invaliditeit tot gevolg heeft:
1 tijdens verblijf in het motorrijtuig en bij het in- en uitstappen;
2 tijdens het onderweg verlenen van hulp aan mede- weggebruikers;
3 tijdens het verrichten van een noodreparatie aan het motorrijtuig of het daarbij behulpzaam zijn;
4 tijdens het tanken of het schoonmaken van auto- ruiten;
voor maximaal de verzekerde bedragen die op het polisblad vermeld zijn. Deze bedragen gelden per verzekerde inzittende.
Als op het moment van het ongeval het aantal inzit- tenden groter is dan wettelijk toegestaan, wordt de berekende uitkering naar evenredigheid verminderd.
ARTIKEL 24
UITSLUITINGEN
Naast wat u daarover in artikel 9 kunt lezen, is de maatschappij niet tot enige uitkering verplicht bij:
1 ongevallen in verband met het door de verzeker- de plegen van of deelnemen aan een misdrijf of poging daartoe;
2 pijn en/of de daaruit voortvloeiende gevolgen;
3 psychische aandoeningen van welke oorzaak ook en/of daaruit voortvloeiende gevolgen, tenzij deze medisch aantoonbaar het rechtstreekse gevolg zijn van een door het ongeval veroorzaakte blijvende hersenweefselbeschadiging.
ARTIKEL 25
SCHADEREGELING
ARTIKEL 25.1
XXXXXXX BIJ OVERLIJDEN
Xxxxxxx van overlijden is de verzekeringnemer of de begunstigde verplicht de maatschappij hiervan ten- minste 48 uur vΓ³Γ³r de begrafenis of de crematie in kennis te stellen.
ARTIKEL 25.2
SCHADEMELDING BIJ INVALIDITEIT
Ingeval van blijvende invaliditeit is de verzekering- nemer verplicht de maatschappij zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen 3 maanden, kennis te geven van een ongeval, waaruit een recht op uitkering wegens blijvende invaliditeit zou kunnen ontstaan.
Wordt de melding later gedaan, doch voordat 3 jaar na de ongevalsdatum is verstreken, dan kan niettemin een recht op uitkering ontstaan, mits ten genoegen van de maatschappij wordt aangetoond, dat:
1 de blijvende invaliditeit het uitsluitend gevolg is van een ongeval;
2 de gevolgen van het ongeval niet door ziekte, gebrekkigheid of een abnormale lichaams- of geestesgesteldheid zijn vergroot;
3 de verzekerde in alle opzichten de voorschriften van de behandelend arts heeft opgevolgd.
ARTIKEL 25.3
UITKERING
De maatschappij betaalt de uitkering bij blijvende invaliditeit aan de verzekeringnemer, tenzij deze een ander aanwijst. Xxxxxxx van overlijden van de verze- kerde als gevolg van een ongeval zal de uitkering geschieden aan de begunstigde of diens erven.
Ook ingeval van een uitkering bij blijvende invaliditeit na het overlijden van de verzekerde geschiedt de uitkering aan de begunstigde of diens erven.
De Staat der Nederlanden kan nimmer als beguns- tigde optreden.
ARTIKEL 25.4
SECTIE
De maatschappij kan ingeval van overlijden eisen, dat door middel van een medisch onderzoek (sectie) het ontstaan van het ongeval en/of de doodsoorzaak nader worden onderzocht. Ieder recht op uitkering vervalt, als de maatschappij niet in staat is een der- gelijk onderzoek te laten verrichten, omdat de verze- keringnemer medewerking weigert bij het verkrijgen van toestemming van de nabestaande(n) dan wel omdat een betrokken nabestaande weigert toestem- ming te verlenen.
ARTIKEL 25.5
VERPLICHTINGEN VERZEKERDE
De verzekerde is verplicht:
1 zich direct onder geneeskundige behandeling te stellen en daaronder te blijven, indien dit redelij- kerwijs is geboden;
2 zich herstelbevorderend te gedragen door tenminste de voorschriften van de behandelend arts op te volgen;
3 zich desgevraagd op kosten van de maatschappij te laten onderzoeken door een door de maat- schappij aan te wijzen arts of zich voor onderzoek te laten opnemen in een door de maatschappij aan te wijzen ziekenhuis of andere medische inrichting;
4 alle door de maatschappij nodig geoordeelde gege- vens te verstrekken of te doen verstrekken aan de maatschappij of aan de door de maatschappij aangewezen deskundigen en geen feiten of omstandigheden te verzwijgen, die voor de vast- stelling van de mate van blijvende invaliditeit van belang kunnen zijn;
5 tijdig de maatschappij in kennis te stellen bij vesti- ging in het buitenland langer dan 3 maanden.
ARTIKEL 25.6
VERPLICHTINGEN VERZEKERINGNEMER
De verzekeringnemer is verplicht zijn volle medewer- king te verlenen aan het nakomen van de in dit artikel onder lid 5 genoemde βverplichtingen verzekerdeβ.
ARTIKEL 25.7
VASTSTELLING BLIJVENDE INVALIDITEIT
De mate van blijvende invaliditeit zal uitsluitend worden vastgesteld door middel van een in Neder-land te verrichten medisch onderzoek.
De bepaling van het percentage (functie)verlies bij letsel aan één of meerdere van de in dit artikel onder lid 10 genoemde lichaamsdelen of organen geschiedt volgens maatstaven, vastgelegd in de laatste uitgave van de βGuides to the Evaluation of Permanent Impairmentβ van de American Medical Association (A.M.A.) en/of aangevuld met de richtlijnen van de Nederlandse specialistenverenigingen.
Bij de vaststelling van het invaliditeitspercentage wordt geen rekening gehouden met het beroep van verzekerde.
ARTIKEL 25.8
INVLOED KUNST- EN HULPMIDDELEN
De mate van blijvende invaliditeit zal worden vastge- steld op basis van het (functie)verlies zonder rekening te houden met na het ongeval uitwendig geplaatste kunst- of hulpmiddelen. Indien inwendig kunst- of hulpmiddelen zijn geplaatst, wordt met het daardoor verkregen geringere (functie)verlies wel rekening gehouden. Overigens is het bepaalde in lid 13 tot en met 15 van dit artikel onverkort van toepassing.
ARTIKEL 25.9
VASTSTELLINGSTERMIJN
1 De mate van blijvende invaliditeit wordt bij een onveranderlijke toestand vastgesteld.
2 Indien binnen 3 jaar geen onveranderlijke eindtoe- stand is bereikt, zal de blijvende invaliditeit door middel van verdiscontering van goede en kwade kansen worden vastgesteld, tenzij met verzeker- de anders overeengekomen.
ARTIKEL 25.10
VASTSTELLING UITKERINGSPERCENTAGE
UITKERINGS- BIJ VOLLEDIG (FUNCTIE)VERLIES VAN:
PERCENTAGE:
100
30
70
60
30
75
65
25
15
12
10
10
70
10
5
5
15
25
5
50
20
5
5
gezichtsvermogen van beide ogen gezichtsvermogen van één oog gezichtsvermogen van één oog, als de maatschappij reeds uitkering krachtens deze verzekering heeft verleend wegens het verlies van het gezichtsvermogen van het andere oog
gehoor van beide oren gehoor van één oor arm
alle vingers aan de dezelfde hand duim
wijsvinger middelvinger ringvinger pink
been grote teen
andere teen milt
nier long
smaak en/of reuk spraakvermogen
alle gebitselementen zonder prothetische mogelijkheid, uitgesloten melkgebit en en prothesen
alle gebitselementen met prothetische mogelijkheid, uitgesloten melkgebit en en prothesen
de cervicale wervelkolom als gevolg van
βWhiplash syndroomβ
Aan de hand van het door de medicus bepaalde percentage (functie)verlies wordt het uitkeringsper- centage van het voor blijvende invaliditeit verzekerde bedrag als volgt vastgesteld.
Wanneer er sprake is van gedeeltelijk (functie)verlies van één of meer van de hiervoor genoemde lichaams- delen of organen, wordt een evenredig deel uitge- keerd, een en ander met inachtneming van het bepaalde in lid 7 van dit artikel.
In alle niet hierboven genoemde gevallen wordt het uitkeringspercentage afgestemd op de mate van blij- vende invaliditeit, die het letsel voor het lichaam als geheel oplevert, een en ander met inachtneming van het bepaalde in lid 7 van dit artikel.
ARTIKEL 25.11
UITKERINGEN TOT MAXIMAAL HET VERZEKERD BEDRAG
Ter zake van één of meer ongevallen, tijdens de duur van deze verzekering de verzekerde overkomen, zal de som van alle uitkeringen het voor blijvende inva- liditeit verzekerd bedrag niet te boven gaan.
ARTIKEL 25.12
RENTEVERGOEDING
Als 6 maanden nadat het ongeval heeft plaatsge- vonden de mate van blijvende invaliditeit nog niet is vastgesteld, vergoedt de maatschappij over het uit te keren bedrag de wettelijke rente vanaf de 6e maand na het ongeval. De rente zal gelijktijdig met de uit- kering worden voldaan.
ARTIKEL 25.13
INVLOED VAN NIET-ONGEVALSGEVOLGEN
Mochten de gevolgen van het ongeval vergroot zijn door ziekte, gebrekkigheid of een afwijkende lichaams- of geestesgesteldheid van de verzekerde, dan wordt voor de vaststelling van de uitkeringen uitgegaan van de gevolgen, die het ongeval gehad zou hebben, indien de verzekerde geheel valide en gezond zou zijn geweest.
Deze beperking is niet van toepassing, indien de bestaande ziekte, gebrekkigheid of afwijkende lichaams- of geestesgesteldheid van de verzekerde het gevolg is van een vroeger ongeval, waarvoor de maatschappij reeds krachtens deze verzekering een uitkering heeft verstrekt of nog zal moeten ver- strekken.
ARTIKEL 25.14
VERERGERING ZIEKTETOESTAND
Voor zover een bestaande ziekelijke toestand door een ongeval is verergerd, wordt hiervoor door de maat- schappij geen uitkering verleend.
ARTIKEL 25.15
BESTAAND (FUNCTIE)VERLIES
Als al vΓ³Γ³r een ongeval een (functie)verlies van het betrokken lichaamsdeel of orgaan bestond, wordt de uitkering voor blijvende invaliditeit naar evenredig- heid verlaagd.
BIJZONDERE VOORWAARDEN MODULE SCHADE INZITTENDEN
ARTIKEL 26
BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
ARTIKEL 26.1
VERKEERSONGEVAL
Verkeersongeval is een botsing, aan- of overrijding waarbij het motorrijtuig is betrokken.
ARTIKEL 26.2
SCHADE
1 Schade ten gevolge van letsel of benadeling van de gezondheid, met al dan niet overlijden tot gevolg;
2 Schade door beschadiging of verloren gaan van zaken die zich in het motorrijtuig zelf bevinden en behoren tot de particuliere huishouding van u of een andere verzekerde.
ARTIKEL 26.3
VERZEKERDE(N)
De verzekerde(n) zijn de personen die zich met directe of indirecte toestemming van u in het motorrij- tuig bevinden als bestuurder of passagier. Zij gelden dan als βinzittendeβ. U bent dus zelf ook een verze- kerde wanneer u als
bestuurder of passagier in het motorrijtuig zit.
U en de andere verzekerde, en bij overlijden de nabe- staanden, gelden als rechthebbende op schadevergoe- ding wanneer u of zij een natuurlijke persoon (dus geen rechtspersoonlijkheid bezittende onderneming) bent of zijn.
ARTIKEL 27
WAARVOOR BENT U VERZEKERD
Als deze module is verzekerd hebben u en de andere verzekerden recht op vergoeding van de schade als gevolg van een ongeval of verkeersongeval met het motorrijtuig.
Het (verkeers)ongeval moet u en de andere verze- kerden zijn overkomen als inzittende (bestuurder of passagier) van het motorrijtuig of;
1 bij het in- of uitstappen,
2 bij het tanken,
3 bij het onderweg verrichten van een noodreparatie en andere handelingen die op dat moment nodig waren om weer veilig verder te kunnen rijden,
4 bij hulpverlening onderweg aan andere wegge- bruikers die in moeilijkheden zijn geraakt.
Wanneer u of de andere getroffen verzekerde naar aanleiding van het (verkeers)ongeval ook recht hebben op schadevergoeding volgens de dekking van de module Aansprakelijkheid, zal de maatschappij volgens die module afwikkelen.
ARTIKEL 28
WAT WORDT UITGEKEERD
1 Schadevergoeding bij overlijden en bij verwonding Bij schade door overlijden of verwonding, wordt de schadevergoeding vastgesteld overeenkomstig dezelfde normen die gelden wanneer u of een an- dere getroffen verzekerde naar Nederlands recht aanspraak heeft op schadevergoeding van dege-
ne(n) die voor het (verkeers)ongeval aansprake- lijk is.
2 Eigen schuld bij het niet-gebruiken van veilig- heidsgordels
De eventuele eigen schuld van u of de andere
ver-zekerden aan het ontstaan van het (verkeers)- ongeval speelt bij deze dekking geen rol, behalve wanneer sprake is van opzet. Volgens artikel 9 (opzetuitsluiting) bestaat dan geen recht op uit- kering.
Een tweede uitzondering is de situatie dat het niet- gebruiken van de veiligheidsriemen aantoonbaar heeft bijgedragen aan het ontstaan van de schade. In dat geval wordt bij de vaststelling van de scha- devergoeding rekening gehouden met eigen schuld.
De uit te keren schadevergoeding wordt dan over- eenkomstig de toegerekende mate van eigen schuld verminderd.
3 Schadevergoeding bij schade aan zaken
Bij schade aan zaken hebben u en de andere ver- zekerden recht op vergoeding van de kosten ver- bonden aan reparatie. Wanneer reparatie rede- lijkerwijs niet mogelijk is of wanneer de repara- tiekosten meer bedragen dan de waarde die de beschadigde zaken hadden op het moment van het (verkeers)ongeval - dit is de βdagwaardeβ - ver- minderd met de eventuele restantwaarde, wordt het verschil tussen die dagwaarde en de restant- waarde uitgekeerd.
4 Betekenis verzekerde bedrag
Het op het polisblad vermelde verzekerde bedrag voor deze module geldt als de maximale schade- vergoeding die naar aanleiding van een ongevals- gebeurtenis wordt uitgekeerd, ongeacht of alleen uzelf, dan wel ook andere verzekerden schade hebben geleden.
Als de vastgestelde schadevergoeding meer bedraagt dan het verzekerde bedrag en tevens sprake is van meer dan één rechthebbende, wordt de vergoeding per rechthebbende naar evenredig- heid verminderd.
De vastgestelde vergoeding per rechthebbende wordt dan vermenigvuldigd met een factor die gelijk is aan het verzekerde bedrag, gedeeld door het totaal van alle vastgestelde schadevergoe- dingen tezamen.