Geachte huurder,
Geachte huurder,
U heeft de keuze gemaakt een woning te huren van Woonpartners Midden-Holland. Het huren van een woning is een belangrijke beslissing. Wij vertrouwen erop dat u van uw woning jarenlang plezier zult hebben.
In uw huurovereenkomst zijn de belangrijkste individuele voorwaarden voor de huur en verhuur van uw woning vastgelegd. Daarnaast zijn voor u de Algemene Huurvoorwaarden van belang. Dat zijn de rechten en plichten, die gelden voor alle huurders van woningen van Woonpartners Midden-Holland.
De Algemene Huurvoorwaarden maken deel uit van de huurovereenkomst en zijn op onderdelen ook van toepassing op garages en bergruimten. De Algemene Huurvoorwaarden gelden voor de huurders van Woonpartners Midden-Holland in de gemeenten Gouda, Waddinxveen, Zuidplas en Alphen aan de Rijn.
Deze voorwaarden zijn op 11 april 2018 besproken met de huurdersorganisatie Stichting Huurdersbelangen Regio Hollands-Midden (HRHM). De huurdersorganisatie heeft een positief advies gegeven over de nieuwe Algemene Huurvoorwaarden. Aansluitend zijn de nieuwe Algemene Huurvoorwaarden op 30 april 2018 door mij vastgesteld. De nieuwe Algemene Huurvoorwaarden worden op de website geplaatst en worden bij het aangaan van een nieuwe huurovereenkomst aan de huurder uitgereikt.
De Algemene Huurvoorwaarden vormen een integraal onderdeel van de huurovereenkomst die u met Woonpartners Midden-Holland bent aangegaan. Beide partijen hebben op basis van deze overeenkomst rechten en plichten. Het is ook in uw eigen belang hiervan goed op de hoogte te zijn.
Wij raden u daarom aan de Algemene Huurvoorwaarden in elk geval door te lezen, zodat u weet wat u hierin kunt vinden. Mocht u nog vragen hebben over hetgeen in deze brochure is opgenomen, dan kunt u contact opnemen met de medewerkers van de afdeling verhuur. Zij helpen u graag verder.
Met vriendelijke groet, Xxxxxxxxxxxx Midden-Holland,
R.J. Mascini directeur-bestuurder
Het toepassingsbereik van deze voorwaarden
Artikel 1
1.1.
Deze Algemene Huurvoorwaarden maken deel uit van de huurovereenkomst, waarin zij van toepassing zijn verklaard. Indien de bepalingen van de huurovereenkomst afwijken van die van de Algemene Huurvoorwaarden, gaan de bepalingen van de huurovereenkomst voor.
1.2.
Verhuurder is gerechtigd wijzigingen aan te brengen in deze Algemene Huurvoorwaarden voor zover het gaat om redelijke wijzigingen. Huurder is aan deze wijzigingen gebonden.
Meer dan één huurder
Artikel 2
2.1.
De in de aanhef van de huurovereenkomst genoemde huurders hebben elk een zelfstandig en volledig recht van huur, dat zij gelijktijdig en met eerbiediging van elkaars rechten uitoefenen.
2.2
Een medehuurder wordt gelijkgesteld met huurder vanaf het moment van dat het medehuurderschap ingaat en zolang de medehuurder het hoofdverblijf in de woning heeft. De medehuurder verkrijgt als zodanig dezelfde rechten en plichten als huurder, mits:
a) de medehuurder echtgenoot of geregistreerd partner van de huurder is (als bedoeld in artikel 7:266 van het Burgerlijk Wetboek).
b) de medehuurder met huurder een duurzame gemeenschappelijke huishouding voert (als bedoeld in artikel 7:267 van het Burgerlijk Wetboek) en bij verhuurder bekend en geregistreerd is als medehuurder.
De medehuurder benoemd in lid 2.2.a en 2.2.b is van rechtswege medehuurder zolang de woonruimte de echtgenoot of geregistreerde partner tot hoofdverblijf strekt, ongeacht of de huurovereenkomst voor dan wel na het aangaan van het huwelijk of van het geregistreerde partnerschap is gesloten.
2.3.
Elk van de huurders is hoofdelijk aansprakelijk voor het gehele bedrag van de huurprijs en voor alle overige verplichtingen die voor hem en voor de andere huurder(s) uit deze overeenkomst en de wet voortvloeien.
2.4.
De huurprijs, de kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter en de servicekosten zijn slechts enkelvoudig verschuldigd voor de hierboven bedoelde huurrechten gezamenlijk. Indien de overeenkomst ten aanzien van één of een aantal huurders eindigt, blijft (blijven) de andere huurder(s) het volledige bedrag van de huurprijs, de kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter en servicekosten verschuldigd.
2.5.
Om de huurovereenkomst te doen eindigen, moet de opzegging aan of door (alle) in de aanhef genoemde huurder(s) geschieden. De in de aanhef genoemde huurders kunnen daarom slechts gezamenlijk de huur opzeggen, tenzij verhuurder uitdrukkelijk instemt met een enkelvoudige beëindiging door één van de in de aanhef genoemde huurders.
2.6.
Indien verhuurder op grond van een wettelijke dan wel contractuele regeling verplicht is tot het verrichten van een prestatie jegens huurder, bevrijdt nakoming aan één van de in de aanhef van de huurovereenkomst genoemde huurders, verhuurder van haar verplichting.
De terbeschikkingstelling en aanvaarding van het gehuurde
Artikel 3
3.1.
Verhuurder zal het gehuurde op de ingangsdatum van de huur ter beschikking stellen, tenzij dit geen werkdag is.
3.2.
Vóór of bij aanvang van de huurovereenkomst is tussen huurder en verhuurder een beschrijving van het gehuurde opgemaakt. Huurder en verhuurder ontvangen een door beiden ondertekend exemplaar van deze beschrijving.
Kosten voor nutsvoorzieningen en servicekosten
Artikel 4
4.1.
Huurder betaalt maandelijks een voorschotbedrag met betrekking tot de kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter en de servicekosten. Jaarlijks verstrekt verhuurder aan huurder een overzicht van de in dat kalenderjaar in rekening gebrachte kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter en de servicekosten.
Verschillen tussen de gemaakte kosten en de door de huurder als voorschot betaalde kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter en servicekosten zullen daarbij door de verhuurder met de huurder worden verrekend, tenzij het een vergoeding betreft voor een door verhuurder ingesteld fonds. Met betrekking tot deze fondsen geldt dat het door de huurder betaalde voorschot gelijk wordt gesteld met de eindafrekening; er vindt derhalve geen verrekening plaats.
Indien aan de verhuurder kosten in rekening worden gebracht, die niet een kalenderjaar betreffen, maar een andere periode van 12 maanden die een boekjaar vormt en welk boekjaar in het verstreken kalenderjaar eindigt, neemt de verhuurder de kosten In het lopende jaar op.
4.2.
Het tussen verhuurder en huurder geldende maandelijkse voorschotbedrag kan, behoudens een tussen partijen aan- gegane nadere overeenkomst, slechts worden verhoogd met ingang van de eerste maand, volgende op de maand waarin het in het eerste lid van dit artikel bedoelde overzicht is verstrekt.
4.3.
Huurder is gebonden aan een wijziging van de levering van zaken of diensten, dan wel een wijziging van de berekeningsmethodiek van de geleverde zaken of diensten, en het daarbij behorende gewijzigde voorschotbedrag, indien die wijziging betrekking heeft op zaken en diensten die slechts aan een aantal huurders gezamenlijk geleverd kunnen worden en tenminste 70% van die huurders daarmee heeft ingestemd.
Een huurder die niet met de wijziging heeft ingestemd, kan binnen acht weken na de schriftelijke kennisgeving van de verhuurder dat overeenstemming is bereikt met tenminste 70% van de huurders, een beslissing van de rechter vorderen over de redelijkheid van het voorstel.
4.4.
Indien niet tenminste 70% is bereikt, is huurder voorts gebonden aan een wijziging van de levering van zaken of diensten, dan wel een wijziging van de berekeningsmethodiek van de geleverde zaken of diensten, en het daarbij behorende gewijzigde voorschotbedrag, indien:
a) het belang van verhuurder bij de wijziging zodanig is dat huurder - in redelijkheid de belangen van beide partijen in aanmerking genomen- zijn toestemming daaraan niet mag onthouden.
en
b) verhuurder huurder over de wijziging tijdig heeft geïnformeerd en met huurder, de eventueel aanwezige bewonerscommissie, en indien nodig de huurdersorganisatie, overleg heeft gevoerd.
Contractkosten
Artikel 5
5.1.
Bij de aanvang van de huurovereenkomst is huurder eenmalig contractkosten verschuldigd.
De algemene verplichtingen van verhuurder
Artikel 6
6.1.
Verhuurder is verplicht op verlangen van de huurder gebreken aan het gehuurde te verhelpen, tenzij dit onmogelijk is of uitgaven vereist die in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs niet van de verhuurder zijn te vergen, dan wel voor zover deze ingevolge de wet, deze huurovereenkomst of het gebruik, voor rekening van huurder komen
De verplichtingen van huurder
Artikel 7
7.1.
Huurder voldoet de te betalen prijs voor het gehuurde in zijn geheel, bij vooruitbetaling, vóór de eerste van de maand door betaling van het verschuldigde bedrag op de door verhuurder aangegeven wijze.
Vanaf de eerste dag van de maand is huurder voor de termijn voor die maand in verzuim en is hij wettelijke rente verschuldigd.
7.2.
Huurder zal zich bij de huurbetaling niet beroepen op enige verrekening, behoudens in het geval dat verhuurder in verzuim blijft zoals bedoeld in artikel 7: 206 lid 3 Burgerlijk Wetboek.
7.3.
Huurder zal het gehuurde gebruiken en onderhouden zoals het een goed huurder betaamt.
7.4.
Huurder zal het gehuurde, waaronder begrepen alle aanhorigheden en de eventuele gemeenschappelijke ruimten, over- eenkomstig de bestemming gebruiken en deze bestemming niet wijzigen. Het is huurder niet toegestaan bedrijfsmatige activiteiten in het gehuurde, delen van het gehuurde of in de gemeenschappelijke ruimten te ontplooien.
Onder gemeenschappelijke ruimten wordt onder meer verstaan ruimten zoals trappenhuizen, liften, kelders, zolders, garages, bergingen, galerijen, tuinen, binnenplaatsen, voor zover huurder het gebruik van deze ruimten met andere huurders of gebruikers deelt.
7.5.
Indien door verhuurder, na overleg met de huurders of huurdersvertegenwoordiging, huisregels zijn vastgesteld en deze huisregels ter beschikking zijn gesteld aan huurder, zal huurder zich hieraan houden;
7.6.
Huurder zal zonder schriftelijke toestemming van de verhuurder het dak of de daken van het gehuurde niet betreden of laten betreden.
7.7.
Het is de huurder niet toegestaan om meer dan incidenteel gebruik te maken van de stroomvoorziening in de bij de woning behorende berging en gemeenschappelijke ruimten in het geval dat de kosten van deze stroomlevering met de algemene servicekosten worden verrekend. De stroomvoorziening is met name bedoeld voor de algemene verlichting en schoonmaak van de algemene ruimtes.
7.8.
Het plaatsen van een schotelantenne is verboden, tenzij de verhuurder voorafgaand aan de plaatsing schriftelijke toestemming heeft verleend. De verhuurder kan bij een toestemming voorwaarden verlenen. De van toepassing zijnde voorschriften zijn in de brochure ”Een schotelantenne plaatsen ”vermeld.
7.9.
Huurder zal het gehuurde gedurende de huurtijd, feitelijk bewonen en de woonruimte daadwerkelijk voor hemzelf en de leden van zijn huishouden gebruiken. Huurder zal in het gehuurde zijn exclusieve hoofdverblijf houden.
7.10.
Teneinde aannemelijk te zijn dat het gehuurde in gebruik is als woonruimte en hoofdverblijf van huurder, moet huurder:
a) minimaal en aantoonbaar 6 maanden per kalenderjaar in het gehuurde verblijven;
b) zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 3 maanden na het aangaan van de huurovereenkomst, zich op het adres van het gehuurde in de Gemeentelijke Basis Administratie laten registreren.
7.11.
Het is huurder slechts met voorafgaande schriftelijke toestemming van verhuurder toegestaan het gehuurde geheel of gedeeltelijk onder te verhuren of aan derden in gebruik te geven, dan wel het gehuurde op internet of anderszins aan derden te huur of gebruik aan te bieden, bijvoorbeeld via websites als xxx.xxxxxx.xx of xxx.xxxxxxxxxxx.xx. Een verzoek tot toestemming dient schriftelijk te worden gedaan, onder vermelding van de naam van de onderhuurder, de onderhuurprijs en de ingangsdatum van de onderhuurovereenkomst. Verhuurder is bevoegd aan zijn toestemming voorwaarden te verbinden.
Voor ongeoorloofde onderhuur geldt dat huurder alle door onderhuur verkregen inkomsten aan verhuurder dient af te dragen. Het handelen in strijd met dit verbod is zo ernstig dat dit ontbinding van de huurovereenkomst op de kortst mogelijke termijn rechtvaardigt. Daarnaast is huurder een onmiddellijk opeisbare boete verschuldigd van € 2.500,- te vermeerderen met € 50,- per dag voor iedere dag dat de overtreding voortduurt mat een maximum van € 15.000,-.
7.12.
Indien huurder het gehuurde niet feitelijk bewoont, dan wel het gehuurde zonder toestemming van verhuurder geheel of gedeeltelijk heeft onderverhuurd, in huur heeft afgestaan of aan derden in gebruik heeft gegeven, rust de bewijslast dat huurder onafgebroken het hoofdverblijf in het gehuurde heeft behouden op huurder.
7.13.
Huurder dient ervoor zorg te dragen dat aan omwonenden geen overlast of hinder wordt veroorzaakt door huurder, huisgenoten, huisdieren of door derden die zich vanwege huurder in, rondom of in de directe nabijheid van het gehuurde of in de gemeenschappelijke ruimten bevinden.
Tevens dient huurder zich als goed huurder te gedragen richting medewerkers van verhuurder en/of door verhuurder ingehuurde derden. Fysiek of verbaal geweld, agressiviteit, dan wel ander wangedrag leidt tot passende (juridische) maatregelen jegens huurder, die kunnen leiden tot beëindiging van de huurovereenkomst.
7.14.
Het is huurder niet toegestaan in het gehuurde hennep te (doen) kweken, drogen of knippen, dan wel andere activiteiten te (doen) verrichten die op grond van de Opiumwet strafbaar zijn gesteld. Huurder is bij overtreding van dit verbod een onmiddellijk opeisbare boete verschuldigd van € 2.500,- te vermeerderen met € 50,- per dag voor iedere dag dat de overtreding voortduurt, met een maximum van € 15.000,-. Het handelen in strijd met dit verbod is zo ernstig dat dit ontbinding van de huurovereenkomst op de kortst mogelijke termijn rechtvaardigt. Alle kosten die met een dergelijke procedure samenhangen worden op de huurder verhaald.
7.15.
Huurder is verplicht zijn voor- en achtertuin als sier- of moestuin te gebruiken en deze zodanig te onderhouden dat deze - naar het oordeel van verhuurder- een verzorgde indruk maakt en zal geen bomen, struiken of andere beplanting aanbrengen die overlast voor derden kunnen veroorzaken.
Verhuurder heeft het recht te vorderen dat huurder bij het einde van de huur op kosten van huurder door hem geplante bomen en/of hoogopschietende beplanting (laat) verwijderen. Het is niet toegestaan zelfhechtende klimplanten tegen het metselwerk van het gehuurde aan te brengen
7.16.
Het is huurder niet toegestaan de tuin, dan wel andere gehuurde buitenruimte(n)te gebruiken voor opslag en/of stalling van voer- of vaartuigen, caravans, aanhangwagens, handelswaren, afval, dan wel gevaarlijke of milieubelastende zaken en andere zaken van welke aard dan ook.
Het is huurder voorts niet toegestaan de gemeenschappelijke ruimten te gebruiken voor opslag en/of stalling van tweewielers, kinderwagens, handelswaren, afval, gevaarlijke of milieubelastende zaken en andere zaken van welke aard dan ook. Doet huurder dat toch, dan is verhuurder gerechtigd deze zaken te verwijderen op kosten van huurder.
7.17.
Huurder zal het gehuurde voorzien van behoorlijke meubilering en stoffering. In gestapelde bouw dient een zodanige vloerbedekking te worden aangebracht, dat er voldoende geluiddemping is.
De voorwaarden waaronder zogenaamde harde vloeren in gestapelde of hoogbouwcomplexen mogen worden aangebracht, maken deel uit van de huurovereenkomst en zijn als bijlage bij deze overeenkomst opgenomen.
7.18.
Huurder is verplicht de nodige maatregelen te nemen ter voorkoming van schade aan het gehuurde, in het bijzonder in geval van brand, storm, water en vorst. Huurder dient door welke oorzaak dan ook ontstane dan wel dreigende schade, alsmede gebreken aan het gehuurde onverwijld aan verhuurder te melden.
Bij nalatigheid van huurder in dezen zal de daardoor ontstane schade zowel aan het gehuurde als aan de eigendommen van derden, voor rekening van huurder komen.
7.19.
In verband met controle door verhuurder van de naleving van de verplichtingen van huurder op grond van deze Algemene Huurvoorwaarden, dan wel in verband met mogelijk door verhuurder uit te voeren werkzaamheden of controle van meterstanden en dergelijke, zal huurder verhuurder, in het gehuurde toelaten. Onder verhuurder wordt mede ver- staan: de door of namens verhuurder aangewezen personen in het bezit zijnde van een legitimatiebewijs.
7.20.
Indien het huurrecht van huurder is geëindigd als gevolg van echtscheiding, scheiding van tafel of bed of beëindiging van geregistreerd partnerschap, is huurder verplicht hiervan schriftelijk melding te doen aan verhuurder, onmiddellijk nadat de rechtelijke beschikking waarbij dit is bepaald, onherroepelijk is geworden. Zolang huurder deze mededeling niet heeft gedaan, blijft hij tegenover verhuurder aansprakelijk voor de nakoming van alle verplichtingen uit deze huurovereenkomst. Het vorenstaande is eveneens van toepassing op de beëindiging van geregistreerd partnerschap. Indien de medehuurder de huurovereenkomst voortzet als huurder is hij verplicht verhuurder hiervan terstond schriftelijk mededeling te doen.
De herstellingen door huurder
Artikel 8
8.1.
Voor rekening van huurder komen de kleine herstellingen (zie bijlage).
Tenzij anders is overeengekomen, is huurder in ieder geval verantwoordelijk voor het schoonhouden van gemeenschappelijke ruimten, waaronder begrepen trappenhuizen, liften, kelders, zolders, garages, bergingen, galerijen, tuinen en binnenplaatsen.
8.2.
Alle door huurder te verrichten werkzaamheden zullen vakkundig moeten worden uitgevoerd. Huurder zal daarbij de door overheid of verhuurder gegeven voorschriften in acht nemen.
8.3.
Huurder kan het verrichten van kleine herstellingen deels aan verhuurder overdragen door het aangaan van een serviceplusabonnement. In de brochure Onderhouds-ABC, waarvan een exemplaar bij ondertekening van de huurovereenkomst aan huurder is verstrekt, is aangegeven welke onderhoudswerkzaamheden tegen vergoeding aan verhuurder kunnen worden overgedragen.
Het uitvoeren van dringende werkzaamheden en renovatie door verhuurder
Artikel 9
9.1.
Verhuurder zal het gehuurde in goede staat houden en alle daartoe noodzakelijke reparatie- en onderhoudswerkzaamheden uitvoeren, voor zover deze niet op grond van de wet, deze Algemene Huurvoorwaarden of het gebruik door huurder worden uitgezonderd. Verhuurder is verplicht op verzoek van huurder gebreken zo spoedig mogelijk te verhelpen, tenzij dit onmogelijk is of uitgaven vereist die, gelet op de omstandigheden, redelijkerwijs niet van verhuurder te verlangen zijn.
9.2.
Huurder zal alle dringende werkzaamheden aan het gehuurde of aangrenzende woningen, als ook aan de centrale voor- zieningen daarvan toestaan. Daarbij horen ook eventuele controles op technische of andere gebreken.
9.3.
Huurder heeft geen recht op vermindering van de huurprijs of schadevergoeding als gevolg van het uitvoeren van de dringende werkzaamheden of renovatie.
9.4.
Indien verhuurder een bouwkundige eenheid waarvan de woning deel uitmaakt, ,geheel of gedeeltelijk wil renoveren, zal hij huurder daartoe een schriftelijk voorstel doen. Dit voorstel wordt vermoed redelijk te zijn wanneer 70% of meer van de huurders van het complex daarmee heeft ingestemd. Indien huurder met het voorstel niet heeft ingestemd en ook niet binnen acht (8) weken na de schriftelijke kennisgeving van de verhuurder, dat 70% of meer van de huurders met het voorstel heeft ingestemd, bij de rechter een beslissing heeft gevorderd omtrent de redelijkheid van het voorstel, is hij hieraan gebonden. Huurder is dan verplicht alle medewerking te verlenen bij de uitvoering van de werkzaamheden.
Indien van overheidswege aan verhuurder dwingende voorschriften worden gegeven tot verandering van de woning of de bouwkundige eenheid waarvan de woning deel uitmaakt, dan zal de huurder deze te allen tijde toestaan.
9.5.
Indien verhuurder volgens het hiervoor gestelde gerechtigd of verplicht is bepaalde wijzigingen of vernieuwingen in of aan het gehuurde aan te brengen, is het verhuurder toegestaan de huurprijs te vermeerderen met een bedrag dat in redelijke verhouding staat tot de door verhuurder gemaakte kosten van de veranderingen en toevoegingen. De huurverhoging gaat in op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de verandering is gerealiseerd.
9.6.
Xxxxxxxx werkzaamheden vinden, na voorafgaande aankondiging van het tijdstip, plaats op werkdagen tussen 7.30 en 18 uur, dringende gevallen evenwel uitgezonderd.
Het aanbrengen van veranderingen en toevoegingen door huurder
Artikel 10
10.1.
Het is huurder toegestaan veranderingen en toevoegingen die zonder noemenswaardige kosten weer ongedaan kunnen worden gemaakt aan de binnenzijde van het gehuurde aan te brengen, behalve indien het gaat om veranderingen die
gevaar, overlast of hinder voor verhuurder of derden opleveren. Voor overige veranderingen en toevoegingen heeft huurder vooraf schriftelijke toestemming van de verhuurder nodig.
10.2.
Verhuurder zal de in lid 1 bedoelde toestemming weigeren indien de voorgenomen verandering of toevoeging:
a) de verhuurbaarheid van het gehuurde schaadt;
b) leidt tot een waardedaling van het gehuurde;
c) zwaarwichtige bezwaren van verhuurder zich tegen het aanbrengen daarvan verzetten.
Er is in ieder geval sprake van zwaarwichtige bezwaren van verhuurder (lid 10.2.c), indien de veranderingen of toevoegingen:
a) niet voldoen aan de ter zake geldende overheidsvoorschriften en/of voorschriften van nutsbedrijven of wanneer de eventueel daarvoor benodigde vergunningen niet zijn verkregen;
b) van onvoldoende technische kwaliteit zijn;
c) de verhuurbaarheid van het gehuurde en/of naastliggende woningen aantasten;
d) een goed woningbeheer bemoeilijken;
e) overlast en hinder aan derden (kunnen) veroorzaken;
f) leiden tot het niet meer kunnen toewijzen van de woning aan woningzoekenden uit de primaire doelgroep van verhuurder;
g) redelijkerwijze schadelijk (kunnen) zijn voor het gehuurde of het gebouw waarvan het gehuurde deel uitmaakt;
h) de aard van het gehuurde wijzigen.
10.3.
De verhuurder kan aan zijn toestemming voorwaarden verbinden, die onder meer betrekking hebben op:
- aard en kwaliteit van te gebruiken materialen;
- het voorkomen van schade aan de constructie van het gehuurde of het gebouw;
- (bouwtechnische) voorschriften van de overheid;
- het onderhoud van de verandering;
- aanvullende voorzieningen om overlast voor derden te voorkomen;
- verzekering, belasting en aansprakelijkheid.
Verhuurder zal bij het verlenen van toestemming aangeven of de verandering of toevoeging aan het einde van de huur door huurder ongedaan moet worden gemaakt.
10.4.
Alle veranderingen die zonder de vereiste toestemming of in strijd met de voorwaarden van verhuurder zijn aangebracht zullen op eerste aanzegging van verhuurder ongedaan worden gemaakt door huurder.
10.5.
Huurder is verplicht tot het onderhouden, het verhelpen van gebreken en het uitvoeren van herstellingen aan de verande- ringen of toevoegingen die door huurder zijn aangebracht.
10.6.
Huurder is verplicht, voor eigen rekening, door hem aangebrachte veranderingen of toevoegingen op eerste aanzegging van verhuurder te verwijderen, indien dit noodzakelijk is voor de uitvoering door verhuurder van dringende of renovatiewerkzaamheden.
10.7.
Huurder is aansprakelijk voor de schade die wordt veroorzaakt door een verandering of toevoeging die door huurder is aangebracht. Huurder vrijwaart verhuurder voor aanspraken van derden voor schade veroorzaakt door huurder zelf aangebrachte veranderingen aan het gehuurde.
10.8.
Voornoemde leden hebben eveneens betrekking op door huurder, in overleg met verhuurder, overgenomen veranderingen of toevoegingen van de vorige huurder.
10.9.
Huurder brengt veranderingen en toevoegingen aan het gehuurde geheel voor eigen rekening en risico aan. Verhuurder is ter zake geen andere vergoeding of bijdrage verschuldigd dan waartoe verhuurder zich bij of na het verlenen van de toestemming uitdrukkelijk heeft verbonden. Huurder kan aan het einde van de huurovereenkomst geen overnamevergoeding van de nieuwe huurder eisen, maar behoudt het recht om de eigen voorzieningen mee te nemen. In dat geval plaatst huurder een standaardvoorziening terug, e.e.a. conform de voorschriften van verhuurder.
De beëindiging van de huur
Artikel 11
11.1.
Opzegging van de huurovereenkomst geschiedt schriftelijk bij aangetekende brief of deurwaardersexploot.
11.2.
Opzegging door huurder kan geschieden op welke grond dan ook, tegen elke dag van een kalendermaand mits deze niet valt op een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag, in welk geval opgezegd wordt tegen de eerstvolgende werkdag erna. Huurder dient een opzeggingstermijn van één maand in acht te nemen.
11.3.
Opzegging van de huurovereenkomst door verhuurder geschiedt met inachtneming van een termijn van tenminste drie maanden. Deze termijn wordt verlengd met één maand voor elk jaar, dat huurder onafgebroken in het genot van het gehuurde is geweest tot ten hoogste zes maanden.
11.4.
De opzegging door verhuurder kan slechts geschieden op grond van één of meer van de in het Burgerlijk Wetboek genoemde gronden.
11.5.
Huurder is verplicht, als verhuurder na het einde van de huur, tot verhuur of verkoop wenst over te gaan, aan belangstellenden gelegenheid te geven tot bezichtiging.
De oplevering van het gehuurde bij het einde van de huur
Artikel 12
12.1.
Bij het einde van de huurovereenkomst is huurder verplicht het gehuurde onder afgifte van alle sleutels geheel ontruimd en schoon aan verhuurder op te leveren in de staat, waarin hij het gehuurde conform de beschrijving bij aanvang van de huurovereenkomst heeft ontvangen, behoudens voor zover er sprake is van normale slijtage, die voor rekening en risico van verhuurder komt. Voor door huurder in het gehuurde aangebrachte veranderingen en toevoegingen geldt het bepaalde in het derde lid van dit artikel.
12.2.
Vóór het einde van de huurovereenkomst zullen huurder en verhuurder gezamenlijk het gehuurde inspecteren. Huurder zal verhuurder daartoe in de gelegenheid stellen. Bij die gelegenheid respectievelijk die gelegenheden zal een op- namerapport worden gemaakt, waarin zal worden vastgelegd, welke herstellingen voor het einde van de huur- overeenkomst door en ten laste van huurder verricht moeten worden, alsmede de geschatte kosten van herstel. Beide partijen ontvangen een exemplaar van het opnamerapport.
12.3.
Ten aanzien van door de huurder tijdens de huurtijd met of zonder toestemming aangebrachte veranderingen en toevoegingen zullen bij het einde van de huur de volgende regels gelden:
a) veranderingen die zonder noemenswaardige kosten ongedaan kunnen worden gemaakt, dienen bij het einde van de huur door huurder te worden verwijderd. Hieronder worden onder meer begrepen spiegels, lamellen, jaloezieën en dergelijke;
b) verhuurder kan vorderen dat aangebrachte veranderingen en toevoegingen die zonder toestemming zijn aangebracht, of niet voldoen aan de voorwaarden in artikel 9.2, door huurder ongedaan worden gemaakt;
c) huurder is verplicht om veranderingen en toevoegingen bij het einde van de huur weg te nemen indien verhuurder dit bij het verlenen van toestemming schriftelijk heeft bedongen;
d) huurder is gerechtigd door hem aangebrachte veranderingen en toevoegingen ongedaan te maken mits hij het gehuurde terugbrengt in de staat waarin het zich overeenkomstig artikel 3.2 bij de aanvang van de huur bevond, tenzij verhuurder bij het verlenen van toestemming schriftelijk anders heeft bedongen.
12.4.
Indien huurder bij het einde van de huurovereenkomst aan zijn verplichtingen tot herstel, volledige ontruiming en eventu- eel ongedaanmaking van aangebrachte veranderingen of toevoegingen niet heeft voldaan, is verhuurder zonder nadere ingebrekestelling gerechtigd de in het inspectierapport genoemde herstelwerkzaamheden uit te voeren en de daarmee gemoeide kosten, inclusief huurderving en overige schade als gevolg van het niet tijdig kunnen verhuren, aan huurder in rekening te brengen.
12.5.
In het geval huurder bij het einde van de huurovereenkomst in het gehuurde zaken heeft achtergelaten is verhuurder bevoegd die zaken te verwijderen, zonder dat op verhuurder een bewaarplicht komt te rusten. Alle kosten van verwijdering van de zaken zijn voor rekening van de huurder.
Het in dit lid bepaalde is niet van toepassing op roerende zaken die huurder heeft overgedragen aan de opvolgende huurder, mits van deze overdracht schriftelijk aan verhuurder is kennis gegeven.
De aansprakelijkheid van huurder en verhuurder
Artikel 13
13.1.
Huurder is aansprakelijk voor de schade die tijdens de huurtijd aan het gehuurde, waartoe ook de buitenzijde wordt gerekend, is ontstaan door een hem toe te rekenen tekortschieten in de nakoming van een verplichting uit de huurover- eenkomst. Alle schade, behalve brandschade en schade aan de buitenzijde van het gehuurde, wordt vermoed daardoor te zijn ontstaan.
Huurder is jegens verhuurder op gelijke wijze als voor eigen gedragingen aansprakelijk voor de gedragingen van hen die vanwege huurder het gehuurde gebruiken of zich vanwege huurder daarop bevinden.
13.2.
Xxxxxxxxxxx is niet aansprakelijk voor de schade aan de persoon of aan zaken van de huurder en/of diens huisgenoten, veroorzaakt door xxxxx, vorst, blikseminslag, ernstige sneeuwval, overstromingen, stijging of daling van het grondwaterpeil, atoomreacties, gewapende conflicten, burgeroorlogen, opstanden, onlusten, molest en andere calamiteiten. Een beroep van huurder op artikel 6:174 BW is uitgesloten.
Het in verzuim zijn van huurder en verhuurder
Artikel 14
14.1.
Indien één der partijen in verzuim is met de nakoming van enige verplichting, welke ingevolge de wet en/of de huurovereenkomst op hem rust en daardoor door de andere partij gerechtelijke en/of buitengerechtelijke maatregelen moeten worden genomen, zijn alle daaruit voortvloeiende kosten voor rekening van die ene partij.
14.2.
Indien één van de partijen een uit hoofde van de overeenkomst of uit andere hoofde overeengekomen verschuldigd bedrag niet volledig en stipt op de vervaldag voldoet, dan verkeert deze partij direct vanaf de vervaldag in verzuim en is deze partij vanaf die dag de wettelijke rente verschuldigd.
14.3.
Daarnaast is de partij die in verzuim verkeert en die een natuurlijk persoon is, niet handelend in de uitvoering van beroep of bedrijf, een vergoeding verschuldigd voor de redelijke incassokosten, zulks met in acht neming van artikel 6:96, leden 2 tot en met 6 van het Burgerlijk Wetboek. De hoogte van de verschuldigde incassokosten wordt berekend conform artikel 2 van het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten, waarbij tenminste het aldaar opgenomen minimumbedrag van € 40,-- verschuldigd zal zijn. Is de partij die in verzuim verkeert geen natuurlijk persoon, dan is deze partij direct vanaf het intreden van verzuim een vergoeding verschuldigd voor de buitengerechtelijke incassokosten, welke 15% van de verschuldigde hoofdsom bedraagt met een minimum van € 75,--.
Waarborgsom
Artikel 15
15.1.
De door huurder gestorte waarborgsom dient ter meerdere zekerheid van de nakoming door huurder van zijn verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst.
15.2.
Verhuurder zal over de waarborgsom een jaarlijkse rente vergoeden. Het rentepercentage wordt jaarlijks aan het begin van het boekjaar vastgesteld en is gebaseerd op een gemiddelde van de rentepercentages van een dagelijks opvraagbare en één jaar vaste spaarrekening.
15.3.
Verhuurder zal de waarborgsom vermeerderd met de daarop gekweekte rente en verminderd met hetgeen de verhuurder nog van huurder heeft te vorderen uiterlijk drie maanden na het einde van de huurovereenkomst terugbetalen.
Belastingen en andere heffingen
Artikel 16
16.1.
Tenzij dit op grond van de wet of daaruit voortvloeiende regelgeving niet is toegestaan, zijn voor rekening van huurder, ook als verhuurder daarvoor wordt aangeslagen:
- de afvalstoffenheffing en waterschapslasten, voor zover deze lasten betrekking hebben op het feitelijk gebruik van het gehuurde en het feitelijk medegebruik van gemeenschappelijke ruimten;
- overige bestaande of toekomstige belastingen, precariorechten, lasten, heffingen, retributies ter zake van het gehuurde en/of ten aanzien van zaken van huurder;
- milieuheffingen, waaronder de verontreinigingsheffing oppervlaktewateren en de bijdrage zuiveringskosten afvalwater en aanslagen of heffingen op grond van enige andere milieuwet, alsmede de rioolheffing.
Indien de voor rekening van de huurder komende heffingen, belastingen, retributies of andere lasten bij verhuurder worden geïnd, moeten deze door huurder op eerste verzoek aan verhuurder worden voldaan.
Boete
Artikel 17
17.1.
Indien één van de partijen enige bepaling uit deze Algemene Huurvoorwaarden overtreedt, is die partij verplicht ten behoeve van de andere partij een onmiddellijk opeisbare boete te betalen van € 25,-- (prijspeil november 2013 geïndexeerd volgens de CBS Consumentenprijsindex, Alle Huishoudens) per kalenderdag met een maximum van € 15.000,-- verschuldigd, onverminderd de verplichting van die partij om alsnog overeenkomstig deze Algemene Huurvoorwaarden te handelen en onverminderd de overige rechten van de andere partij op schadevergoeding.
Deze boete zal, zonder rechterlijke tussenkomst voor elke dag waarin de overtreding voortduurt, verschuldigd zijn.
Naleving, interpretatie en geschillen
Artikel 18
18.1.
Indien er een geschil tussen huurder en verhuurder ontstaat op het gebied van dienstverlening door verhuurder, kan huurder, overeenkomstig het Reglement Geschillencommissie Huursector, een klacht indienen bij de klachtencommissie van de verhuurder.
18.2.
Geschillen met betrekking tot huurprijzen, servicekosten en/of huurverhoging kunnen worden voorgelegd aan de Huurcommissie.
18.3.
Ook is het mogelijk dat klachten c.q. geschillen door de verhuurder en/of huurder aan de bevoegde rechter worden voorgelegd.
Overige bepalingen
Artikel 19
19.1.
Indien een deel van de huurovereenkomst of van deze Algemene Huurvoorwaarden vernietigbaar is, dan laat dit de geldigheid van de overige artikelen onverlet. In plaats van het vernietigde of nietige deel geldt alsdan als overeengekomen hetgeen op wettelijk toelaatbare wijze het dichtst komt bij hetgeen partijen overeengekomen zouden zijn indien zij de nietigheid of vernietigbaarheid gekend zouden hebben.
19.2.
Indien het gebouw of complex waarvan het gehuurde deel uitmaakt, is of wordt gesplitst in appartementsrechten, is huurder verplicht de uit de splitsingsakte, het splitsingsreglement en huishoudelijke reglementen voortvloeiende voorschriften omtrent het gebruik in acht te nemen. Tevens is huurder verplicht besluiten van de Vereniging van Eigenaars na te leven. Verhuurder verplicht zich deze besluiten zo spoedig mogelijk ter kennis van huurder te brengen.
19.3.
Huurder is vanaf de aanvang van de huurovereenkomst de enige afnemer van energie xxxxxxx van het gehuurde en is verplicht een overeenkomst tot levering van energie ter zake van het gehuurde aan te gaan met één of meer energieleveranciers en de verplichtingen uit die overeenkomst na te komen. Voorts dient de huurder zijn verplichtingen uit
hoofde van de aansluit- en transport overeenkomst terzake van het gehuurde met de netbeheerder na te komen. Huurder zal verhuurder te allen tijde vrijwaren voor aanspraken van netbeheerder en/of energieleveranciers ter zake.
19.4.
Indien het gehuurde wordt verwarmd door middel van een collectieve verwarmingsinstallatie en/of voorzien is van collectieve warmtapwater dan is op het gehuurde ook de Aanvullende voorwaarden warmtelevering Woonpartners Midden-Holland van toepassing.
19.5.
Vanaf de ingangsdatum van de huurovereenkomst worden alle mededelingen van verhuurder aan huurder in verband met de uitvoering van deze huurovereenkomst, gericht aan het adres van het gehuurde, zijnde het werkelijke woonadres van huurder.
19.6.
Huurder verplicht zich in geval hij daadwerkelijk niet meer in het gehuurde woonachtig is, verhuurder daarvan terstond schriftelijk in kennis te stellen onder opgave van zijn nieuwe adres en woonplaats.
19.7.
Verhuurder verplicht zich binnen 10 werkdagen na kennisgeving door huurder, schriftelijk ontvangst van de nieuwe adresgegevens te bevestigen, dit onder vermelding van de termijn waarop en voorwaarden waaronder deze adreswijziging van kracht wordt met betrekking tot verplichtingen voortkomende uit de huurovereenkomst.
19.8.
Voor het geval huurder het gehuurde verlaat zonder opgave van zijn nieuwe adres aan verhuurder, blijft het adres van het gehuurde als woonplaats van huurder aangemerkt.
19.9.
Wijziging(en) van de huurovereenkomst en/of de algemene huurvoorwaarden worden uitsluitend schriftelijk overeengekomen.
19.10.
Huurder is gebonden aan wijzigingen in het door verhuurder gevoerde beleid, mits deze beleidswijziging past binnen de geldende wet- en regelgeving en binnen deze algemene huurvoorwaarden.