Voorwaarden
Voorwaarden
00 00 00-00
Polismantel WP 0410 / september 2004
Inhoudsopgave Woonpakket (WP0410)
Bladzijde
Algemene voorwaarden 4
Bijzondere voorwaarden opstaldekking 7
Bijzondere voorwaarden inboedeldekking 12
Bijzondere voorwaarden kostbaarhedendekking 17
Bijzondere voorwaarden aansprakelijkheidsdekking voor particulieren 19
Bijzondere voorwaarden verhaalsservice voor particulieren 22
Bijzondere voorwaarden rechtsbijstanddekking voor particulieren 25
Bijzondere voorwaarden pluspakket rechtsbijstanddekking voor particulieren 30
Bijzondere voorwaarden ongevallendekking 32
Nadere Omschrijvingen 36
Clausuleblad Terrorismedekking bij de Nederlandse 37
00 00 00-00
Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V. (NHT)
Artikel (Alg.)
Grondslag 1
Begrippen 2
Wijziging van premie en/of voorwaarden 3
Einde van de dekkingen 4
Verlenging 5
Premiebetaling 6
Nederlands recht, klachten, geschillen en vervaltermijn (verlies van rechten) 7
Adres 8
Bescherming persoonsgegevens 9
Verplichtingen 10
Uitsluitingen 11
Beperking terrorismerisico (zie tevens het Clausuleblad Terrorismedekking) 12
Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing voorzover in de bijzondere voorwaarden en eventuele clausules als vermeld op het polisblad voor de betreffende dekking niet anders is bepaald. Zij vormen met het polisblad de inhoud van de overeenkomst.
Alg. 1 Grondslag Aan deze verzekeringsovereenkomst liggen ten grondslag de door verzekeringnemer tot het aangaan van de verzekering verstrekte inlichtingen en verklaringen - in welke vorm dan ook - en worden geacht daarmee één geheel te vormen.
Alg. 2 Begrippen
2.1 Verzekeringnemer De verzekeringnemer is degene met wie deze verzekeringsover- eenkomst is aangegaan en die recht op uitkering kan doen gelden.
2.2 Verzekeraar De verzekeraar die blijkens de polis het risico draagt.
2.3 Verzekerden Een ieder wiens belang onder deze polis is verzekerd.
2.4 Contractsduur De periode, waarvoor partijen de overeenkomst zijn aangegaan.
2.5 Dekking en overeenkomst De overeenkomst kan betrekking hebben op één of meer dekkingen. Indien het pakket uit meerdere dekkingen is samengesteld, zal het pakket als één overeenkomst worden beschouwd, ook wanneer de van kracht zijnde dekkingen niet tegelijkertijd zijn gesloten.
2.6 Gebeurtenis Elk feit of elke opeenvolging van feiten met dezelfde oorzaak, waardoor schade ontstaat.
Alg. 3 Wijziging van premie en/of voorwaarden
3.1
De verzekeraar heeft het recht de premie en/of voorwaarden van dekkingen, zoals in dit pakket begrepen, en bloc te wijzigen. Behoort een dekking tot dit pakket, dan is de verzekeraar gerechtigd de premie en/of de voorwaarden van deze dekking overeenkomstig die wijziging aan te passen en wel op een door haar te bepalen datum. De verzekeringnemer wordt van de wijziging schriftelijk in kennis gesteld en wordt geacht hiermee te hebben ingestemd, tenzij hij binnen 30 dagen schriftelijk het tegendeel heeft bericht. In dit laatste geval eindigt de desbetreffende dekking op de datum die door de verzekeraar in de mededeling wordt genoemd.
3.2
Deze mogelijkheid van opzegging door de verzekeringnemer geldt niet indien:
3.2.1
de wijziging van de premie en/of voorwaarden voortvloeit uit wettelijke regelingen of bepalingen;
3.2.2
de wijziging een verlaging van de premie en/of een uitbreiding
zorg te dragen dat schriftelijke melding van dit ongeval aan de verzekeraar zo spoedig mogelijk plaats vindt, doch uiterlijk binnen 3 maanden na het ongeval.
7.1.3
Te late melding blijvende invaliditeit Wordt de aanmelding niet gedaan binnen de termijn zoals aangegeven in artikel Ong. 7.1.2, doch geschiedt deze voordat er 5 jaar na de ongevalsdatum zijn verstreken, dan kan niettemin een recht op uitkering ontstaan, op voorwaarde dat ten genoege van de verzekeraar wordt aangetoond dat:
- de blijvende invaliditeit rechtstreeks en uitsluitend het gevolg is van het ongeval;
- de verzekerde zich na het ontstaan van het ongeval tijdig onder behandeling heeft gesteld van een arts, in alle opzichten de voorschriften van de behandelend arts heeft opgevolgd en al het mogelijke heeft gedaan om zijn herstel te bevorderen;
- het ongeval niet is ontstaan door één of meerdere van de oorzaken of omstandigheden genoemd in artikel Ong.6.
7.2 Sectie De verzekeraar kan in geval van gerede twijfel aan de oorzaak van overlijden van verzekerde eisen, dat door middel van een medisch onderzoek (autopsie of sectie) de doodsoorzaak xxxxx wordt onderzocht. Indien tengevolge van de weigering van de nabestaanden van de overleden verzekerde om de noodzakelijke toestemming tot een dergelijk onderzoek te verlenen, de verzekeraar niet in staat is het onderzoek te laten verrichten, vervalt het recht op uitkering.
7.3 Verplichtingen verzekerde en de verzekeringnemer De verzekerde die het ongeval is overkomen is verplicht: 7.3.1
zich direct onder geneeskundige behandeling te stellen en daaronder te blijven, indien dit redelijkerwijze geboden is;
7.3.2
al het mogelijke te doen om zijn herstel te bevorderen en de voorschriften van de behandelend arts op te volgen;
7.3.3
zich desgevraagd op kosten van de verzekeraar te laten onderzoeken door een door de verzekeraar aan te wijzen arts of zich voor onderzoek te laten opnemen in een door de verzekeraar aan te wijzen ziekenhuis of andere instelling;
7.3.4
alle door de verzekeraar nodig geoordeelde gegevens te verstrekken of te doen verstrekken aan de verzekeraar of aan de door de verzekeraar aangewezen deskundigen;
7.3.5 de verzekeraar of de door de verzekeraar aangewezen deskundigen door middel van het verstrekken van de noodzakelijke machtigingen in staat te stellen medische en andere informatie bij derden op te vragen;
7.3.6
geen feiten of omstandigheden te verzwijgen die voor de bepaling van het recht op uitkering of de omvang daarvan van belang kunnen zijn, of met betrekking tot deze feiten en omstandigheden onjuiste of onvolledige informatie te verstrekken;
7.3.7
De verzekeraar vooraf mededeling te doen van zijn vertrek naar het buitenland, indien zijn verblijf aldaar meer dan 6 maanden zal duren. 7.4
De verzekeringsnemer is verplicht zijn volle medewerking te verlenen aan het nakomen door de verzekerde van deze verplichtingen.
Ong.8 Vaststelling van de mate van blijvende invaliditeit
8.1 Wijze van vaststelling De mate van de blijvende invaliditeit wordt vastgesteld door middel van een in Nederland te verrichten medisch onderzoek en - zonodig - onderzoek door andere deskundigen. De bepaling van het percentage (functie-)verlies geschiedt met inachtneming van maatstaven, vastgelegd in de laatste uitgave van de ‘Guides to the Evaluation of Permanent Impairment’ van de ‘American Medical Association’ (A.M.A.).
00 00 00-00
8.2 Invloed kunst- en hulpmiddelen Bij de bepaling van de mate van het (functie-)verlies wordt geen rekening gehouden met na het ongeval uitwendig geplaatste kunst-
of hulpmiddelen. Indien na het ongeval inwendig kunst- of hulpmiddelen zijn geplaatst, wordt met de daardoor verkregen geringere mate van (functie-)verlies wel rekening gehouden.
8.3 Bestaand (functie-)verlies Indien reeds voor een ongeval een (functie-)verlies van het betrokken lichaamsdeel of orgaan bestond, wordt de uitkering voor blijvende invaliditeit naar evenredigheid verlaagd.
8.4 Vaststelling binnen 2 jaar De mate van blijvende invaliditeit wordt bepaald zodra er sprake is van een eindtoestand, doch in ieder geval binnen 2 jaar na de ongevalsdatum, tenzij tussen verzekeringsnemer en de verzekeraar anders wordt overeengekomen.
8.5 Overlijden vóór vaststelling uitkering Het recht op uitkering wegens blijvende invaliditeit blijft bestaan, indien de verzekerde vóór de vaststelling van de mate van blijvende invaliditeit overlijdt anders dan ten gevolge van het ongeval dat de invaliditeit veroorzaakte. De hoogte van de in deze situatie te verlenen uitkering wordt bepaald aan de hand van de op grond van beschikbare medische rapporten naar het oordeel van medische en - zonodig andere - deskundigen verwachte graad van blijvende invaliditeit, waarvan sprake zou zijn geweest in geval de verzekerde niet zou zijn overleden.
8.6 Rentevergoeding Indien 1 jaar nadat het ongeval heeft plaatsgevonden de uitkering voor blijvende invaliditeit nog niet is vastgesteld, anders dan ten gevolge van vertraging in de afhandeling welke de verzekeraar redelijkerwijze niet is aan te rekenen, vergoedt de verzekeraar over het uit te keren bedrag, verminderd met eventueel verstrekte voorschotuitkeringen, de wettelijke rente vanaf de 366e dag na het ongeval. De rente zal gelijktijdig met de uitkering worden voldaan. Indien de in artikel Ong. 7.1.2 vermelde meldingstermijn van 3 maanden is overschreden en daardoor het uitkeringspercentage voor blijvende invaliditeit later kan worden vastgesteld dan het geval zou zijn geweest bij tijdige melding, wordt over de periode waaruit de vertraging bestaat geen rente uitgekeerd.
Ong. 9 Invloed bestaande afwijkingen Indien de gevolgen van het ongeval worden vergroot door ziekte, gebrekkigheid of een afwijkende lichaams- of geestesgesteldheid van de verzekerde, wordt voor de vaststelling van de uitkering uitgegaan van de gevolgen welke het ongeval zou hebben gehad indien verzekerde geheel valide en gezond zou zijn geweest. Deze bepaling is niet van toepassing indien de bestaande ziekte, gebrekkigheid of afwijkende lichaams- of geestesgesteldheid van de verzekerde een rechtstreeks gevolg is van een eerder ongeval, waarvoor de verzekeraar krachtens deze verzekering reeds een uitkering heeft verstrekt of nog zal moeten verstrekken.
Ong. 10 Verlies van het recht op uitkering
Elk recht op uitkering vervalt indien:
10.1
enige in deze voorwaarden of in de algemene voorwaarden genoemde verplichtingen niet is nagekomen en daardoor de belangen van de verzekeraar zijn geschaad;
10.2
enige verkeerde voorstelling van zaken of een onware opgave aan de verzekeraar wordt gegeven zoals bedoeld in artikel Ong. 10.1, dan wel indien feiten of omstandigheden worden verzwegen, onjuist of onvolledig worden voorgesteld zoals bedoeld in artikel Ong. 7.3.6; 10.3
indien melding van een ongeval na verloop van 5 jaar vanaf de ongevalsdatum plaatsheeft;
10.4
in geval van een weigering van de nabestaanden om de verzekeraar een nader medisch onderzoek te laten verrichten, zoals bedoeld in artikel Ong. 7.2.
Ong. 11 Mededelingen van de verzekeraar inzake uitkeringsrechten Na ontvangst van alle door haar voor de beoordeling van het recht op uitkering benodigde gegevens maakt de verzekeraar aan de
verzekeringsnemer of bij diens overlijden, de begunstigde, zo spoedig mogelijk haar standpunt met betrekking tot het recht op uitkering schriftelijk bekend. Indien binnen 30 dagen na ontvangst van een dergelijke mededeling door of namens de verzekeringsnemer dan wel de begunstigde niet schriftelijk aan de verzekeraar anders kenbaar is gemaakt, wordt de verzekeringsnemer geacht met het standpunt van de verzekeraar in te stemmen.
Ong. 12 Beroep of werkzaamheden
12.1 Melding gaan uitoefenen beroep of beroepswijziging Indien een verzekerde een beroep gaat uitoefenen of, in geval reeds een beroep werd uitgeoefend bij de aanvang van de verzekering, een ander beroep gaat uitoefenen, dient dit binnen 30 dagen schriftelijk aan de verzekeraar te worden gemeld. Mocht de (nieuwe) beroepsuitoefening naar het oordeel van de verzekeraar geen risicoverzwaring inhouden, dan wordt de verzekering ongewijzigd voortgezet.
12.2 Aanvaardbare risicoverzwaring Mocht de (nieuwe) beroepsuitoefening door betrokkene naar het oordeel van de verzekeraar een aanvaardbare risicoverzwaring inhouden, dan heeft de verzekeraar het recht ten aanzien van betrokken verzekerde een andere premie in rekening te brengen en/of voor betrokken verzekerde andere voorwaarden te stellen. De verzekeringsnemer heeft het recht binnen 30 dagen schriftelijk bezwaar te maken tegen deze aanpassing, in welk geval de verzekering voor betrokken verzekerde wordt beëindigd aan het einde van deze termijn. Zolang een aanvaardbare risicowijziging niet aan de verzekeraar is gemeld of de verzekering nog niet is aangepast, vindt voor beroepsongevallen uitkering plaats in verhouding van de oude tot de nieuwe premie welke voor betrokken verzekerde is verschuldigd.
12.3 Onaanvaardbare risicoverzwaring Mocht de (nieuwe) beroepsuitoefening door betrokkene naar het oordeel van de verzekeraar een onaanvaardbare risicoverzwaring met zich meebrengen, dan heeft de verzekeraar het recht de verzekering ten aanzien van betrokken verzekerde te beindigen, met inachtneming van een opzegtermijn van 30 dagen.
Ong. 13 Xxxxxxxxx uitkering bij gelijktijdig overlijden In geval van overlijden van zowel de verzekeringsnemer en diens meeverzekerde echtgenote of meeverzekerde partner ten gevolge van één en hetzelfde ongeval, dan wel ten gevolge van 2 ongevallen met een maximale tussenpoos van ten hoogste 24 uur zal, indien er sprake is van tenminste 1 meeverzekerd achterblijvend kind dat de leefijd van 21 jaar nog niet heeft bereikt, de uitkering voor beide overleden verzekerden met 100% worden verhoogd.
Ong. 14 Premievrijstelling
14.1 Premievrijstelling bij overlijden verzekeringnemer In geval van een uitkering wegens overlijden van de verzekeringsnemer ten gevolge van een krachtens deze verzekering gedekt ongeval geldt dat, voorzover ten tijde van het ongeval deze verzekering ten aanzien van meerdere personen van kracht is, de verzekering voor alle verzekerden premievrij wordt met ingang van de eerstvolgende premievervaldatum na het overlijden van verzekeringsnemer. Deze premievrijstelling blijft van kracht gedurende de daarop volgende 5 jaar.
14.2 Premievrijstelling bij volledige blijvende invaliditeit verzekeringnemer
In geval van een uitkering wegens volledige blijvende invaliditeit van verzekeringsnemer ten gevolge van een krachtens deze verzekering gedekt ongeval geldt dat, voorzover ten tijde van het ongeval de verzekering ten aanzien van meerdere personen van kracht is, de verzekering voor alle verzekerden premievrij wordt met ingang van de eerstvolgende premievervaldatum na erkenning door de verzekeraar van de volledige blijvende invaliditeit van verzekeringsnemer. Deze premievrijstelling blijft van kracht gedurende de daarop volgende 5 jaar.
00 00 00-00
14.3 Geen premievrijstelling Artikel Ong. 14 is niet van toepassing, indien artikel Alg. 6.4 van toepassing is.
Ong. 15 Beëindiging
15.1
De verzekering voor meeverzekerde kinderen eindigt aan het einde van het verzekeringsjaar waarin het betrokken kind de 21-jarige leeftijd heeft bereikt of - indien dit eerder geschiedt - huwt of duurzaam met een partner gaat samenwonen dan wel niet langer bij verzekeringsnemer woont anders dan in verband met het volgen van dagonderwijs elders.
15.2
Deze verzekering eindigt automatisch op de laatste dag van het verzekeringsjaar waarin de verzekerde de 70-jarige leeftijd bereikt. 15.3
Behoudens de hiervoor genoemde gevallen is het beëindigen van de verzekering van de zijde van de verzekeraar niet mogelijk.
Ong. 16 Voortzetting verzekering kinderen boven 21 jaar Xxxxxxx van beëindiging van de verzekering ten aanzien van een meeverzekerd kind, zoals aangegeven in artikel Ong. 15.1 , heeft de betrokken verzekerde het recht de beëindigde verzekering voort te zetten voor dezelfde verzekerde sommen tegen de voorwaarden en tegen de premie, die op het moment van voortzetting gelden voor de individuele ongevallenverzekering van de verzekeraar. Bij een dergelijke voortzetting zal de verzekeraar geen (nieuwe) beperkende condities ten aanzien van de dekking mogen stellen in verband met de gezondheidstoestand van verzekerde, op voorwaarde dat de voortzetting van de verzekering door verzekerde of verzekeringsnemer schriftelijk wordt aangevraagd binnen 2 maanden na afloop van de dekking voor betrokkene krachtens onderhavige verzekering.
Nadere Omschrijvingen
AARDBEVING EN VULKANISCHE UITBARSTING
Onder deze polis is niet gedekt schade ontstaan, hetzij gedurende de tijd waarin, hetzij gedurende 24 uur nadat in of nabij de plaats waar het verzekerde zich bevindt, de gevolgen van een aardbeving of een vulkanische uitbarsting zich hebben geopenbaard, tenzij de verzekeringsnemer bewijst dat de schade niet aan één der genoemde verschijnselen kan worden toegeschreven.
ATOOMKERNREACTIES
1. Deze verzekering geeft geen dekking indien de schade is veroorzaakt door, opgetreden bij of voortgevloeid uit atoomkernreacties, onverschillig hoe deze zijn ontstaan.
2. De uitsluiting onder lid 1 geldt niet met betrekking tot schade veroorzaakt door radioactieve nucliden, die zich buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden of bestemd zijn om gebruikt te worden voor industriële, commerciële, landbouwkundige, medische, wetenschappelijke, onderwijskundige, of (niet militaire) beveiligingsdoeleinden, vergunning (voorzover vereist) van kracht is voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen. Onder ‘kerninstallatie’ wordt verstaan een kerninstallatie in de zin van de Wet Aansprakelijkheid Kernongevallen (Staatsblad 1979-225), alsmede een kerninstallatie aan boord van een schip. Voorzover krachtens enige wet of enig verdrag een derde voor de geleden schade aansprakelijk is, vindt lid 2 geen toepassing.
BRAND
Onder brand is te verstaan een door verbranding veroorzaakt en met vlammen gepaard gaand vuur buiten een haard, dat in staat is zich uit eigen kracht voort te planten. Dus is o.a. geen brand:
- zengen, schroeien, smelten, verkolen, broeien;
- doorbranden van elektrische apparatuur en motoren;
- oververhitten, doorbranden en doorbreken van ovens en ketels.
LUCHTVAARTUIGEN
Xxxxxx als gevolg van het getroffen worden door of het ontploffen van:
- hetzij een vertrekkend, vliegend, landend of vallend lucht- of ruimtevaartuig;
- hetzij een hieraan verbonden, hiervan losgeraakt, hieruit geworpen of hieruit gevallen voorwerp;
- hetzij enig ander voorwerp dat getroffen is door enig hierboven genoemd voorwerp.
MOLEST
Schade veroorzaakt door of ontstaan uit gewapend conflict, burgeroorlog, opstand, binnenlandse onlusten, oproer en muiterij. (De 6 genoemde vormen van molest, alsmede de definities van deze vormen van molest, vormen een onderdeel van de tekst, die door het Verbond van Verzekeraars op 2 november 1981 ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te ‘s-Gravenhage is gedeponeerd).
NOODVOORZIENING
De redelijkerwijs noodzakelijke voorziening bij of na een gedekte gebeurtenis aangebracht, ten behoeve van de verzekerde zaken in afwachting van definitief herstel van de door die gebeurtenis ontstane schade aan de verzekerde zaken.
ONTPLOFFING
00 00 00-00
Onder schade door ontploffing wordt verstaan gehele of gedeeltelijke vernieling onmiddellijk veroorzaakt door een eensklaps verlopende hevige krachtsuiting van gassen of dampen, zulks met inachtneming van het hierna bepaalde.
Is de ontploffing ontstaan binnen een - al dan niet gesloten - vat, dan is aan het vereiste van een eensklaps verlopende krachtsuiting voldaan, indien de wand van het vat onder de druk van de zich daarin bevindende gassen en dampen (onverschillig hoe deze gassen of dampen zijn ontstaan en onverschillig of zij reeds vóór de ontploffing aanwezig waren, danwel eerst tijdens deze ontwikkeld werden) een zodanige scheiding heeft ondergaan, dat door het uitstromen van gas, damp of vloeistof uit de door de scheiding gevormde opening, de drukken binnen en buiten het vat eensklaps aan elkaar gelijk zijn geworden. Is dit niet het geval of is de ontploffing buiten een vat ontstaan, dan moet de eensklaps verlopende hevige krachtsuiting de onmiddellijke werking zijn geweest van gassen of dampen, welke door een scheikundige reactie van vaste, vloeibare gas- of dampvormige stoffen, of een mengsel daarvan, zijn ontwikkeld of tot uitzetting gebracht. In het geval van gehele of gedeeltelijke vernieling van verzekerde zaken door ontploffing is tevens gedekt de schade aan de verzekerde voorwerpen, welke als een gevolg van die vernieling moet worden aangemerkt. In het geval van gehele of gedeeltelijke vernieling van andere zaken door ontploffing is mede gedekt de schade aan de verzekerde voorwerpen, welke als gevolg van de naburigheid van die vernieling moet worden aangemerkt.
OVERSTROMING
Onder overstroming is te verstaan het bezwijken of overlopen van dijken, kaden, sluizen of andere waterkeringen, onverschillig of de overstroming oorzaak, dan wel gevolg is van een door deze verzekering gedekt evenement. Deze uitsluiting geldt niet voor brand of ontploffing veroorzaakt door overstroming.
Clausuleblad terrorismedekking bij de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V. (NHT)
1 Begripsomschrijvingen In dit clausuleblad en de daarop berustende bepalingen wordt - voor zover niet anders blijkt - verstaan onder:
1.1 Terrorisme Gewelddadige handelingen en/of gedragingen - begaan buiten het kader van een van de zes in artikel 64 lid 2 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 genoemde vormen van molest - in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar
samenhangende aanslagen als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, en/of schade aan zaken ontstaat dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk is dat deze aanslag of reeks
- al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
1.2 Kwaadwillige besmetting
Het - buiten het kader van een van de zes in artikel 64 lid 2 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 genoemde vormen van molest - (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen die als gevolg van hun (in)directe fysische, biologische, radioactieve of chemische inwerking letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, bij mensen of dieren kunnen veroorzaken en/of schade aan zaken kunnen toebrengen dan wel anderszins economische belangen kunnen aantasten,waarbij aannemelijk is dat het (doen) verspreiden - al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
1.3 Preventieve maatregelen Van overheidswege en/of door verzekerden en/of derden getroffen maatregelen om het onmiddellijk dreigend gevaar van terrorisme en/ of kwaadwillige besmetting af te wenden of - indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt - de gevolgen daarvan te beperken.
1.4 Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V. (NHT)
Een door het Verbond van Verzekeraars in Nederland opgerichte herverzekeringsmaatschappij, waarbij uitkeringsverplichtingen uit hoofde van verzekeringsovereenkomsten, die voor in Nederland toegelaten verzekeraars direct of indirect kunnen voortvloeien uit de verwezenlijking van de in artikel 1.1, 1.2 en 1.3 omschreven risico’s, in herverzekering kunnen worden ondergebracht.
1.5 Verzekeringsovereenkomsten
a Overeenkomsten van schadeverzekering voor zover zij overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 lid 1 sub o van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 betrekking hebben op in Nederland gelegen risico’s.
b Overeenkomsten van levensverzekering voor zover gesloten met een verzekeringnemer met gewone verblijfplaats in Nederland, of, indien verzekeringnemer een rechtspersoon is, met de in Nederland gevestigde vestiging van de rechtspersoon waarop de verzekering betrekking heeft.
c Overeenkomsten van natura-uitvaartverzekering voor zover gesloten met een verzekeringnemer met een gewone verblijfplaats in Nederland, of, indien verzekeringnemer een rechtspersoon is, met de in Nederland gevestigde vestiging van de rechtspersoon waarop de verzekering betrekking heeft.
1.6 In Nederland toegelaten verzekeraars
• Schade-, levens- en zorgverzekeraars zoals bedoeld in artikel 12 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, en
• natura-uitvaartverzekeraars zoals bedoeld in artikel 7 van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf, die bevoegd zijn om in Nederland het verzekeringsbedrijf uit te oefenen.
2 Begrenzing van de dekking voor het terrorismerisico
00 00 00-00
2.1
Indien en voor zover, met inachtneming van de in artikel 1.1, 1.2 en 1.3
gegeven omschrijvingen, en binnen de grenzen van de geldende polisvoorwaarden, dekking bestaat voor gevolgen van een gebeurtenis die (direct of indirect) verband houdt met:
• terrorisme, kwaadwillige besmetting of preventieve maatregelen,
• handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme, kwaadwillige besmetting of preventieve maatregelen, hierna gezamenlijk aan te duiden als ‘het terrorismerisico’, geldt dat de uitkeringsplicht van de verzekeraar terzake van iedere bij haar ingediende aanspraak op schadevergoeding en/of uitkering, is beperkt tot het bedrag van de uitkering die de verzekeraar terzake van die aanspraak ontvangt onder de herverzekering voor het terrorismerisico bij de NHT, in het geval van een verzekering met vermogensopbouw vermeerderd met het bedrag van de uit hoofde van de betrokken verzekering reeds gerealiseerde vermogens- opbouw. Bij levensverzekeringen wordt het bedrag van de gerealiseerde vermogensopbouw gesteld op de krachtens de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 aan te houden premiereserve ten aanzien van de betrokken verzekering.
2.2
De NHT biedt herverzekeringsdekking voor de hiervoor genoemde aanspraken tot maximaal 1 miljard euro per kalenderjaar.
Vorengenoemd bedrag kan van jaar tot jaar worden aangepast en geldt voor alle bij de NHT aangesloten verzekeraars tezamen. Van een eventuele aanpassing zal mededeling worden gedaan in drie landelijk verschijnende dagbladen.
2.3
In afwijking van het in de voorgaande leden van dit artikel bepaalde, geldt voor verzekeringen die betrekking hebben op:
• xxxxxx aan onroerende zaken en/of de inhoud daarvan;
• gevolgschade van schade aan onroerende zaken en/of de inhoud daarvan, dat per verzekeringnemer per verzekerde locatie per jaar maximaal 75 miljoen euro onder deze overeenkomst zal worden uitgekeerd, voor alle deelnemende verzekeraars zoals bedoeld in artikel 1 tezamen, ongeacht het aantal afgegeven polissen. Voor de toepassing van dit artikellid wordt onder verzekerde locatie verstaan: alle op het risicoadres aanwezige door verzekeringnemer verzekerde objecten, alsmede alle buiten het risicoadres gelegen door verzekeringnemer verzekerde objecten waarvan het gebruik en/of de bestemming in relatie staat tot de bedrijfsactiviteiten op het risicoadres. Als zodanig zullen in ieder geval worden aangemerkt alle door verzekeringnemer verzekerde objecten die op minder dan 50 meter afstand van elkaar gelegen zijn en waarvan er tenminste een op het risicoadres is gelegen.
Voor de toepassing van dit artikellid geldt voor rechtspersonen en vennootschappen die zijn verbonden in een groep, zoals bedoeld in artikel 2:24b van het Burgerlijk Wetboek, dat alle groeps- maatschappijen tezamen worden aangemerkt als een verzekeringnemer, ongeacht door welke tot de groep behorende groepsmaatschappij(en) de polis(sen) is (zijn) afgesloten.
3 Uitkeringsprotocol NHT
3.1
Op de herverzekering van de verzekeraar bij de NHT is van toepassing het Protocol afwikkeling claims (hierna te noemen het Protocol).
Op grond van de in dit protocol vastgestelde bepalingen is de NHT onder meer gerechtigd de uitkering van de schadevergoeding of het verzekerde bedrag uit te stellen tot het moment waarop zij kan bepalen of en in hoeverre zij over voldoende financiële middelen beschikt om alle vorderingen waarvoor zij als herverzekeraar dekking biedt, voor het geheel te voldoen. Voor zover de NHT niet over voldoende financiële middelen blijkt te beschikken, is zij gerechtigd overeenkomstig bedoelde bepalingen een gedeeltelijke uitkering aan de verzekeraar te doen.
3.2
De NHT is, met in achtneming van het gestelde in bepaling 7 van het
Protocol afwikkeling claims, bevoegd om te beslissen of een gebeurtenis in verband waarmee aanspraak op uitkering wordt gedaan, als een gevolg van de verwezenlijking van het terrorismerisico moet worden aangemerkt. Een daartoe strekkend en overeenkomstig voornoemde bepaling genomen besluit van de NHT, is bindend jegens verzekeraar, verzekeringnemer, verzekerden en tot uitkering gerechtigden.
3.3
Eerst nadat de NHT aan de verzekeraar heeft medegedeeld welk bedrag, al dan niet bij wijze van voorschot, terzake van een vordering tot uitkering aan haar zal worden uitgekeerd, kan de verzekerde of de tot uitkering gerechtigde op de in artikel 3.1 bedoelde uitkering terzake tegenover de verzekeraar aanspraak maken.
3.4
00 00 00-00
De herverzekeringsdekking bij de NHT is ingevolge bepaling 17 van het Protocol slechts van kracht voor aanspraken op schadevergoeding en/of uitkering die worden gemeld binnen twee jaar nadat de NHT van een bepaalde gebeurtenis of omstandigheid heeft vastgesteld dat deze als een verwezenlijking van het terrorismerisico in de zin van dit Clausuleblad wordt beschouwd.