voor bouwplaats- en UTA-werknemers
voor bouwplaats- en UTA-werknemers
CAO-partijen Bouwnijverheid
2004 - 2007
De belangrijkste CAO-regels voor bouwplaats- en UTA-werknemers 2004 - 2007
CAO-partijen voor de Bouwnijverheid
De volgende organisaties van werkgevers en werknemers zijn partij bij de CAO voor de Bouwnijverheid:
Werkgeversorganisaties
Bouwend Nederland
Nederlandse Vereniging van Bouwondernemers (NVB)
Vereniging van Waterbouwers in Bagger-, Kust- & Oeverwerken (VBKO) Ondernemersbond Bestratingsbedrijven (OBN)
Aannemers Vereniging Metselwerken (AVM) Vereniging Nederlandse Voegbedrijven (VNV)
Bond van Aannemers van Tegelwerken in Nederland (Bovatin) Het Hellende Dak (HHD)
Nederlandse Vereniging van Kitverwerkende Bedrijven (NVK) Verbond Ondernemers Gespecialiseerde Aanneming (VOGA) Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonbekistingbedrijven (VSB)
Werknemersorganisaties
FNV Bouw
Hout- en Bouwbond CNV Vakvereniging Het Zwarte Corps
De Unie, vakbond voor Industrie en Dienstverlening
De adresgegevens van CAO-partijen vindt u achterin dit boekje.
Colofon
Uitgave
CAO-partijen Bouwnijverheid
p/a Technisch Bureau Bouwnijverheid Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxxxx
Redactie
Tekst & Beleid bv, Bleiswijk (Xxxx Xxxx)
Vormgeving en druk
Drukkerij Zuidam & Zonen B.V. , Woerden
November 2005
De belangrijkste CAO-regels voor bouwplaats- en UTA-werknemers
CAO voor de Bouwnijverheid
1 april 2004 tot en met 31 maart 2007
CAO-partijen Bouwnijverheid
Inhoud
Over dit boekje 5
Xxx xxxxxxxxxxxxxxx tot ontslag 7 Een arbeidsovereenkomst sluiten 7 Tijdens de arbeidsovereenkomst y
Beëindiging dienstverband (ontslag) 10
Buitenlandse werknemers 13
Uitzendkrachten 14
Werktijd, vrije tijd en verzuim 15
Werktijden 1j
Vrije dagen 1y
Kort verzuim, bijzonder verlof en onwerkbaar weer 23
Inkomen 27
Basis voor de loon-/salarisberekening 27
Loontabellen bouwplaatswerknemers 31 (zie blauwe balk) Salarisschalen UTA-werknemers 44 (zie blauwe balk) Uitbetaling loon bouwplaatswerknemers 4y Vakbondscontributie 4y
Inkomen bij ziekte 4y
Tijdspaarfonds j1
Persoonlijke levenslooprekening j2
Pensioen j3
Inkomensaanvullingen bij arbeidsongeschiktheid j4
Inkomensaanvulling bij werkloosheid jj
Uitkering bij ongevallen jj
Inhoud 3
Toeslagen en kostenvergoedingen 57
Algemeen j7 Bouwplaatswerknemers jy UTA-werknemers G7
Opleiding en scholing ß9
Opleidingsplan Gy
Beroepsopleiding bouwplaatswerknemers Gy
Scholing bouwplaatswerknemers 71
Scholing UTA-werknemers 72
Loopbaanbeleid 73
Erkenning van verworven competenties (EVC) 73
Veiligheid, gezondheid en reïntegratie 75 Arbeidsomstandigheden- en verzuimbeleid 7j Bijzondere veiligheids- en arbobepalingen 7G Reïntegratie bij ziekte en arbeidsongeschiktheid 77
Verschil van mening? Dispensatie? Advies bij functie-indeling? 79
Commissie CAO-zaken 7y
Klokkenluidersregeling 81
Adressen 82
CAO-partijen voor de Bouwnijverheid 82
Andere organisaties 8G
Trefwoordenregister 89
4 Inhoud
Over dit boekje
Vereenvoudigd en verkort
Dit is een vereenvoudigde versie van de belangrijkste bepalingen uit de Collectieve arbeidsovereenkomst voor de Bouwnijverheid die geldt voor de periode van 1 april 2004 tot en met 31 maart 2007 (verder te noemen: de CAO).
De volledige, officiële versie van een CAO is moeilijk leesbaar door het juridische karakter van de formuleringen. Een CAO is ook een nogal dik boekwerk. Dit komt omdat niet alleen de regels erin zijn beschreven, maar ook alle uitzonderingen daarop. Bovendien komen er ook bepalin- gen in voor, waar de gemiddelde werkgever of werknemer weinig mee te maken heeft.
Arbeidsvoorwaarden op hoofdlijnen
CAO-partijen vinden het belangrijk dat werkgevers en werknemers snel en op hoofdlijnen informatie kunnen vinden over de arbeidsvoorwaar- den. Vandaar dit boekje. De belangrijkste CAO-afspraken zijn er in begrijpelijke taal in opgeschreven, met weglating van allerlei details.
Maar let op: aan de tekst van dit boekje kunnen geen rechten worden
ontleend. Dit betekent dat bij een meningsverschil tussen een werk- gever en een werknemer niet de inhoud van dit boekje, maar die van de officiële CAO bepalend is.
Grote veranderingen
Het in 2005 gesloten CAO-akkoord leidt voor werkgevers en werk- nemers tot grote veranderingen in de arbeidsvoorwaarden. Zo is de pen- sioenregeling aangepast en gelden andere regels voor loondoorbetaling bij ziekte. De ‘vakantiebon’ is vervangen door een ‘Tijdspaarfonds’ en er zijn nieuwe afspraken gemaakt over overwerk, flexibiliteit en werkzeker- heid.
De meeste van deze veranderingen gaan in per 1 januari 2006. Vandaar dat CAO-partijen juist nu met dit boekje komen. Van de arbeidsvoor-
Over dit boekje 5
waarden die op deze datum veranderen, is alleen de nieuwe situatie be- schreven. Hoe het vóór die tijd zat, staat in de officiële CAO 2004-2007.
Bouwplaats- en UTA-werknemers
Niet alleen de inhoud, maar ook de vorm van de CAO is veranderd. Tot april 2004 waren er twee CAO’s in de bouwnijverheid: de ‘CAO voor het Bouwbedrijf’ (voor werknemers op de bouwplaats) en de ‘UTA-CAO’ (voor UTA-werknemers). Die twee CAO’s zijn nu samengevoegd tot één nieuwe: de ‘CAO voor de Bouwnijverheid’.
Waar nodig is in dit boekje aangegeven of een CAO-bepaling alleen geldt voor bouwplaatswerknemers (u ziet dan dit symbool: ), of alleen voor UTA-werknemers (het UTA-symbool is: ). Bij CAO-bepalingen die voor alle werknemers gelden, staan geen symbolen.
Let op: Uitvoerders doen hun werk wel op de bouwplaats, maar behoren volgens de CAO tot het UTA-personeel.
Meer informatie?
Als u na lezing van dit boekje twijfelt over de precieze betekenis van een CAO-afspraak, kunt u de officiële CAO-tekst erbij nemen. Die is ver- krijgbaar bij CAO-partijen. Daar kunt u ook terecht met uw vragen over de inhoud van de CAO. De adresgegevens van CAO-partijen (en andere belangrijke organisaties) vindt u achterin dit boekje.
6 Over dit boekje
Xxx xxxxxxxxxxxxxxx tot ontslag
Een arbeidsovereenkomst sluiten
In tijdelijke of vaste dienst
• Bepaalde en onbepaalde tijd: De werkgever en de werknemer sluiten een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd (een tijdelijk contract) of een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd (de werknemer komt dan in vaste dienst).
Afspraken op papier
• Verplicht: Een schriftelijke arbeidsovereenkomst is verplicht.
De belangrijkste afspraken moeten er in staan. Bijvoorbeeld wanneer de overeenkomst ingaat, welke functie de werknemer heeft, op welke tijden hij werkt en hoeveel hij verdient.
• Meer weten? In de officiële CAO staat om welke onderwerpen het precies gaat. Daarin zit ook een voorbeeld van een arbeidsovereenkomst.
XXX als basis en ondergrens
• Afwijken mag, mits...: De afspraken in een arbeidsovereenkomst mogen niet in strijd zijn met de CAO. Afwijken van de CAO mag alleen als dit gunstig is voor de werknemer. De CAO geldt dus als basis en onder- grens.
Intredekeuring
• Geschikt voor het werk? Voor bepaalde bouwplaatsfuncties geldt, dat de werkgever alleen een arbeidsovereenkomst met een werknemer mag sluiten, nadat is gebleken dat die werknemer geschikt is voor het werk dat hij gaat doen.
• Welke functies? Om welke functies het gaat, staat in de functielijst van de officiële CAO.
• Herkeuring: Als de werknemer het niet eens is met de uitslag van een in- tredekeuring die daarvoor is uitgevoerd, kan hij een herkeuring aanvragen.
Xxx xxxxxxxxxxxxxxx tot ontslag 7
Proeftijd
• Alleen als...: Een proeftijd geldt alleen als die in de schriftelijke arbeids- overeenkomst is vastgelegd.
• Hoeveel maanden? De duur van de proeftijd hangt af van de looptijd van de arbeidsovereenkomst, maar mag nooit langer zijn dan twee maan- den. Zie de tabel.
Proeftijd (maxima)
looptijd arbeidsovereenkomst | proeftijd bouwplaatswerknemer | proeftijd UTA-werknemer |
onbepaalde tijd (vaste dienst) | 2 maanden | 2 maanden |
bepaalde tijd (tijdelijk): - korter dan 1 jaar | 2 weken | 1 maand |
- 1 tot 2 jaar | 1 maand | 1 maand |
- 2 jaar of langer | 2 maanden | 2 maanden |
- UTA-projectcontract (zonder einddatum) | - | 1 maand |
Meerdere tijdelijke contracten na elkaar
• Dit mag...: De werkgever mag met dezelfde werknemer meerdere arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd na elkaar sluiten.
• Maar let op: Een bouwplaatswerknemer komt ‘automatisch’ in vaste dienst bij:
- twee arbeidsovereenkomsten met dezelfde werkgever, waar niet meer dan drie maanden tussen zitten en die samen meer dan twaalf maan- den duren;
- meer dan twee arbeidsovereenkomsten met dezelfde werkgever, waar steeds niet meer dan drie maanden tussen zitten.
Dit geldt niet als het gaat om arbeidsovereenkomsten die alleen worden gesloten voor gladheidsbestrijding.
Tijdens de arbeidsovereenkomst
Introductie van de werknemer
• Verplicht: De werkgever zorgt voor een goede introductie van de nieuwe werknemer. Daarbij besteedt hij onder meer aandacht aan de inhoud van het werk, de arbeidsvoorwaarden, veiligheid, opleidingen en mede- zeggenschap.
Werken in het eigen bedrijf
• Zeggenschap werkgever: De werkgever bepaalt welke werkzaamheden de werknemer uitvoert en waar dit gebeurt. Het werk moet bij de functie van de werknemer passen. In bijzondere omstandigheden kan de werk- gever de werknemer ook ander werk binnen het bedrijf laten doen.
• Als de werknemer zich niet aan de regels houdt...: Als de werknemer bij- voorbeeld steeds te laat komt of zomaar weg blijft, mag de werkgever hem maximaal een week zonder loon naar huis sturen.
Werken in een ander bedrijf
• Soms verplicht: De werkgever kan de werknemer verplichten in een ander bedrijf te werken, als het gaat om:
- een bedrijf dat verwant is aan het bedrijf waar de werknemer norma- liter werkt, of
- een combinatie van bedrijven waar het (verwante) bedrijf onderdeel van uitmaakt, of
- bijzondere gevallen, bijvoorbeeld tijdelijke hulpverlening (uitlening) aan een ander bedrijf.
• Arbeidsvoorwaarden: De werknemer mag er hierdoor qua arbeidsvoor- waarden niet op achteruit gaan. Zijn oorspronkelijke arbeidsovereen- komst blijft in principe bestaan.
Opzegtermijnen bouwplaatspersoneel: aantal weken voor werkgever
leeftijd aantal volle dienstjaren | ||||||||||||||
< 1 | 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 | |||||||||||||
16 t/m 19 | 1 | 1 | ||||||||||||
20 | 1 | 1 | 2 | |||||||||||
21 | 1 | 1 | 2 | 3 | ||||||||||
22 t/m 25 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | |||||||||
26 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | ||||||||
27 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | |||||||
28 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | ||||||
29 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | |||||
30 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | ||||
31 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | |||
32 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | ||
33 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | |
34 t/m 45 | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 |
46 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 |
47 | 1 | 2 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 |
48 | 1 | 2 | 4 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | 16 |
49 | 1 | 2 | 4 | 6 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | 16 | 17 |
50 | 1 | 3 | 4 | 6 | 8 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | 16 | 17 | 18 |
51 | 1 | 3 | 4 | 6 | 8 | 10 | 12 | 13 | 14 | 15 | 16 | 17 | 18 | 19 |
52 | 1 | 3 | 4 | 6 | 8 | 10 | 12 | 14 | 15 | 16 | 17 | 18 | 19 | 20 |
53 | 1 | 3 | 4 | 6 | 8 | 10 | 12 | 14 | 16 | 17 | 18 | 19 | 20 | 21 |
54 | 1 | 3 | 4 | 6 | 8 | 10 | 12 | 14 | 16 | 18 | 19 | 20 | 21 | 22 |
55 | 1 | 3 | 4 | 6 | 8 | 10 | 12 | 14 | 16 | 18 | 20 | 21 | 22 | 23 |
56 | 1 | 3 | 4 | 6 | 8 | 10 | 12 | 14 | 16 | 18 | 20 | 22 | 23 | 24 |
57 | 1 | 3 | 4 | 6 | 8 | 10 | 12 | 14 | 16 | 18 | 20 | 22 | 24 | 25 |
58 t/m 64 | 1 | 3 | 4 | 6 | 8 | 10 | 12 | 14 | 16 | 18 | 20 | 22 | 24 | 26 |
65 e.o. | 1 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 |
Beëindiging dienstverband (ontslag)
Wetgeving en CAO
• XXX is aanvullend: In het Burgerlijk Wetboek staat waar de werkgever en de werknemer zich minimaal aan moeten houden bij de beëindiging van een dienstverband. De CAO geeft hiervoor aanvullende regels.
Ontslag: hoe en wanneer?
• Basisregels: Opzeggen moet schriftelijk gebeuren. Voor zowel de werk- gever als de werknemer geldt een opzegtermijn (zie verder). Het ontslag gaat in aan het eind van de loonperiode waarin de opzegtermijn afloopt.
Vakantie- en roostervrije dagen bij ontslag
• Vakantiedagen: Overblijvende vakantiedagen kunnen worden ver- rekend of voor het ontslag alsnog worden opgenomen. De werkgever mag teveel opgenomen wettelijke vakantiedagen verrekenen.
• Roostervrije dagen: Overblijvende roostervrije dagen waarover de werk- gever loon moet betalen, kunnen in beginsel niet worden verrekend. Ze worden voor het ontslag opgenomen. Roostervrije dagen waarvan de geldswaarde al in het Tijdspaarfonds is gestort, worden bij ontslag niet verrekend.
Opzegtermijnen bouwplaatswerknemers
• Afhankelijk van de situatie: Hoeveel weken de opzegtermijn bedraagt, hangt af van de leeftijd van de werknemer en het aantal jaren dat hij bij de werkgever heeft gewerkt. Zie de twee volgende tabellen met opzegter- mijnen voor de werkgever en de bouwplaatswerknemer.
• Ontslagvergunning: Als de werkgever een ontslagvergunning heeft, mag hij de opzegtermijn uit de tabel met een maand verkorten (of vier weken bij vierwekelijkse loonbetalingen). Als de werkgever van deze mogelijk- heid gebruik maakt, is de resterende opzegtermijn volgens de wet mini- maal een maand (respectievelijk vier weken). Doet de werkgever dit niet, dan zijn de opzegtermijnen uit de eerstvolgende tabel onverkort van toepassing.
• Chauffeurs: Voor werknemers in een chauffeursfunctie gelden niet de opzegtermijnen uit de tabel, maar alleen de wettelijke termijnen.
• Bijzondere gevallen: In bijzondere gevallen, zoals een faillissement of een aaneengesloten zomervakantie, kunnen afwijkende opzegtermijnen gelden.
Opzegtermijnen bouwplaatspersoneel: aantal weken voor de werknemer
leeftijd aantal volle dienstjaren | |||||||||||||
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | ||
15 t/m 21 | 1 | ||||||||||||
22 t/m 26 | 1 | 1 | 1 | 2 | |||||||||
27/28 | 1 | 1 | 1 | 2 | 2 | 3 | |||||||
29/30 | 1 | 1 | 1 | 2 | 2 | 3 | 3 | 4 | |||||
31/32 | 1 | 1 | 1 | 2 | 2 | 3 | 3 | 4 | 4 | 5 | |||
33 e.o. | 1 | 1 | 1 | 2 | 2 | 3 | 3 | 4 | 4 | 5 | 5 | 6 |
Opzegtermijnen UTA-werknemers
Het aantal maanden opzegtermijn voor de werkgever hangt af van het aantal jaren dat de werknemer bij de werkgever heeft gewerkt. Voor de UTA-werknemer die opzegt, geldt een termijn van een maand. Zie onder- staande tabel.
Opzegtermijnen UTA-werknemers
duur dienstverband | opzegtermijn werkgever | opzegtermijn UTA-werknemer |
korter dan 5 jaar | 1 maand | 1 maand |
5 tot 10 jaar | 2 maanden * | 1 maand |
10 tot 15 jaar | 3 maanden * | 1 maand |
15 jaar of langer | 4 maanden * | 1 maand |
* Als de werkgever een ontslagvergunning heeft, is dit een maand minder.
Werkgeversverklaring WW
• Verplicht bij ontslag: De werkgever geeft de bouwplaatswerknemer bij ontslag een Werkgeversverklaring Werkloosheidswet.
Ontslagverbod bouwplaatswerknemers
• Wanneer? Een ontslagverbod geldt onder meer in de volgende situaties:
- bij arbeidsongeschiktheid (‘ziekte’);
- in een periode dat er door vorst niet kan worden gewerkt;
- zolang de werknemer nog een tegoed heeft aan ‘verplichte overuren’ (zie Overwerk bouwplaatswerknemers);
- in de industriële steigerbouw, namelijk van 1 november t/m 1 april.
• Uitzonderingen: Op deze verboden bestaan uitzonderingen. Zie hier- voor de officiële CAO.
Buitenlandse werknemers
Van buiten de EU
• CAO van toepassing: De CAO geldt in zijn geheel voor de werknemer die tijdelijk in Nederland werkt en van wie de arbeidsovereenkomst is gebaseerd op het recht van een land dat geen lidstaat is van de Europese Unie (EU).
Uit een andere EU-lidstaat
• Deel CAO van toepassing: De CAO is gedeeltelijk van toepassing op de werknemer die tijdelijk in Nederland werkt en van wie de arbeids- overeenkomst is gebaseerd op het recht van een andere EU-lidstaat. Voor deze werknemer gelden onder meer de algemeen verbindend ver- klaarde CAO-bepalingen over werk- en rusttijden, vakantiedagen, loon en onkostenvergoedingen, overwerkvergoedingen, arbeidsomstandig- heden en uitzendarbeid.
Uitzendkrachten
CAO deels van toepassing
• Nieuwe regels: Bepaalde onderdelen van de CAO gelden ook voor uit- zendkrachten die worden ingezet bij een werkgever die onder de CAO valt. De regels die hiervoor gelden, worden in 2005 aangepast.
• Folder: Zodra de nieuwe regels vaststaan, publiceren CAO-partijen een herziene versie van de folder Uitzendkrachten in de Bouw.
14 Xxx xxxxxxxxxxxxxxx tot ontslag
Werktijd, vrije tijd en verzuim
Werktijden
Normale arbeidsduur en werkdagen
• Veertig uur, maandag t/m vrijdag: De normale arbeidsduur is veertig uur per week en acht uur per dag. Een normale werkweek loopt van maandag tot en met vrijdag. De werknemer is niet verplicht te werken op zaterdag, zondag of een erkende feestdag.
Dagelijkse werk- en rusttijden
• Werkgever bepaalt: De werkgever stelt - in overleg - vast op welke tijden de werknemer dagelijks werkt en rust. Als de werknemer om privé- redenen op andere tijden wil werken, houdt de werkgever daar serieus rekening mee.
Extra regels voor werktijden bouwplaatswerknemers
• Dagelijkse werktijd: Deze valt tussen 07.00 en 18.00 uur. In de sector Kust- en Oeverwerken mag de werkdag een uur vroeger beginnen.
• Maximaal 11,j uur: De werktijd, verplichte pauze en de reistijd mogen samen niet meer dan 11,5 uur per dag duren. Zo nodig wordt de werk- tijd ingekort. De reisuren die daardoor in werktijd vallen, worden als gewerkte uren betaald.
Ploegendienst
• Grenzen: Bij ploegendienst ligt de normale arbeidsduur tussen maan- dagochtend 0.00 uur en vrijdagavond 24.00 uur. Bovendien geldt een maximum arbeidsduur van tachtig uur per twee weken.
Verschoven uren Infra
• Voor bouwplaatswerknemers: Op infrastructurele werken mag de bouw- plaatswerknemer in verschoven uren werken. Dat wil zeggen: ook vóór
07.00 en na 18.00 uur en ook op zaterdag en zondag. De normale
Werktijd, vrije tijd en verzuim 15
arbeidsduur blijft veertig uur per kalenderweek.
• Voorwaarden: De CAO stelt een aantal voorwaarden aan werken op ver- schoven uren. De belangrijkste zijn:
- het mag alleen als de opdrachtgever dit heeft voorgeschreven en voor- zover het noodzakelijk is;
- de werkgever vertelt de werknemer minstens twee weken tevoren wan- neer hij op verschoven uren moet werken;
- de werknemer is er niet toe verplicht;
- voor 55-plussers geldt een beperking tot dertig weken per jaar;
- de normale arbeidsduur van veertig uur per week mag over vier dien- sten worden verdeeld als alle diensten in die week na 20.00 uur begin- nen;
- een keer per week moet de werknemer een rusttijd hebben van 48 uur aan één stuk; eens per twee weken valt die rusttijd tussen zaterdag
06.00 uur en zondag 21.00 uur;
- voorzover nodig, gelden de verschoven uren ook voor werknemers in asfaltcentrales;
- de werknemer die op verschoven uren werkt, ontvangt een toeslag op zijn loon; als hij bovendien overwerkt, geldt ook de overwerkregeling. Zie hoofdstuk Toeslagen en vergoedingen.
Overwerk bouwplaatswerknemers
• Wat is overwerk? Langer werken dan acht uur per dag of veertig uur per week, werken vóór 07.00 en na 18.00 uur en werken op zaterdag of zon- dag. Overwerk kan alleen in hele uren. In de officiële CAO staan alle regels die gelden bij overwerk. De belangrijkste zijn:
• Overwerktoeslag: Voor overwerk gelden toeslagen in tijd of geld. Zie het hoofdstuk Toeslagen en vergoedingen.
• Verplicht overwerk: De werknemer met een contract voor veertig uur per week is verplicht overwerk te doen als dit volgens de werkgever nodig is om pieken en dalen in het werk op te vangen (discontinuïteit). Deze ver- plichting geldt tot een maximum van drie uur per week en 26 weken per kalenderjaar.
• Opnemen verplichte overuren: De werknemer moet zijn verplichte over- uren plus de overwerktoeslag over die uren opnemen op dagen dat er te weinig werk is. Deze verplichting geldt uiterlijk tot en met het volgende kwartaal en tot een maximum van 39 uur. Overuren boven die laatste grens worden direct uitbetaald.
• Ontslagverbod: De werknemer die nog verplichte overuren tegoed heeft, mag in beginsel niet worden ontslagen.
• Registratie: De werkgever legt de overuren en de overwerktoeslag schrif- telijk vast. Hij geeft de werknemer minstens een keer per maand een kwartaaloverzicht van het saldo van gewerkte en opgenomen overuren, inclusief toeslag.
• Een ander systeem? Een ander systeem van overwerk is alleen toegestaan na instemming van de werknemersorganisaties die partij zijn bij deze CAO.
• Xxxxxx: Jongeren tot 18 jaar mogen niet overwerken.
Overwerk UTA-werknemers
• Niet verplicht: De UTA-werknemer is niet verplicht overwerk te doen.
Bereikbaarheidsdienst bouwplaatswerknemers
• Waar gaat het om? Een werknemer heeft bereikbaarheidsdienst als hij buiten de normale arbeidsduur beschikbaar moet zijn om werk te doen dat niet tot de volgende werkdag kan wachten.
• Vergoeding: De werknemer die bereikbaarheidsdienst heeft, krijgt daar- voor een vergoeding, óók als hij tijdens die dienst niet is opgeroepen voor werk (zie hoofdstuk Inkomen).
• Overwerkvergoeding: De overwerkvergoeding geldt alleen voorzover de werknemer tijdens zijn bereikbaarheidsdienst wordt opgeroepen om te werken.
Deeltijdwerk
• Ja, tenzij.. .: De werknemer mag in deeltijd werken, tenzij de werkge- ver aannemelijk kan maken dat de situatie in het bedrijf dit niet toelaat.
Vierdaagse werkweek 55 jaar en ouder
• Op verzoek: De werknemer van 55 jaar en ouder kan de werkgever vra- gen zijn werkweek terug te brengen tot vier dagen en 32 uur per week, zonder dat dit leidt tot een lager loon of salaris.
• Inzet vrije dagen: Om dit mogelijk te maken, gebruikt de werknemer zijn vakantiedagen, roostervrije dagen (inclusief scholingsdagen), senio- rendagen en feestdagen. Hij moet echter vijftien vakantiedagen over- houden voor zijn zomervakantie. Degene die door een collectieve bedrijfssluiting dagen tekort komt voor een vierdaagse werkweek, heeft recht op maximaal vijf roostervrije dagen extra.
• Ontbrekende dagen ‘inkopen’: De inzet van vrije dagen levert niet altijd voldoende op om het hele jaar door vier dagen te kunnen werken. De werknemer koopt de ontbrekende dagen in tegen een prijs die is afge- stemd op zijn loon. De werkgever houdt het benodigde bedrag in.
• Uitzondering UTA-functieladder 1: Xxxxxxxxx deze werknemer dagen tekort komt door een collectieve bedrijfssluiting, compenseert hij dit tekort door een aantal weken vijf dagen te werken. Voorzover hij door een andere oorzaak dagen tekort komt, hoeft hij deze niet in te kopen.
• Uitzondering UTA-functieladder 2, 3, 4 of j: Deze werknemer heeft de keuze tussen inkoop van ontbrekende dagen of compensatie door een aantal werkweken van vijf dagen.
• Relatie met Tijdspaarfonds: De verplichting voor de bouwplaatswerk- nemer om de geldswaarde van een aantal vakantie- en roostervrije dagen te laten storten in het Tijdspaarfonds, geldt niet voor degene met een vierdaagse werkweek voor 55-plussers. Hij heeft deze dagen namelijk nodig voor het realiseren van zijn vierdaagse werkweek.
Vrije dagen
Vakantiedagen bouwplaatswerknemers
• Aantal dagen: Het aantal vakantiedagen per gewerkt kalenderjaar hangt af van de leeftijd van de werknemer. Zie de tabel Vakantiedagen bouw- plaatswerknemers. De in de tabel genoemde aantallen gelden voor de werknemer met een arbeidsovereenkomst voor veertig uur per week, die het hele jaar bij de werkgever in dienst is.
Vakantiedagen bouwplaatswerknemers
leeftijd aantal vakantiedagen per jaar * | ||||
wettelijk | bovenwettelijk | 55-plus | totaal | |
tot 18 jaar | 20 | 9 | 29 | |
18 t/m 54 jaar | 20 | 5 | 25 | |
55 t/m 59 jaar | 20 | 5 | 10 | 35 |
60 jaar of ouder | 20 | 5 | 13 | 38 |
* De genoemde aantallen gelden alleen voor de werknemer die vóór het begin van het jaar ten minste de daarbij genoemde minimumleeftijd heeft bereikt. De werknemer die deze leeftijd pas tijdens het jaar bereikt, heeft recht op een aantal dagen naar rato.
• Werken in deeltijd of in een deel van het jaar: Voor de deeltijdwerker geldt het aantal vakantiedagen naar verhouding van zijn arbeidsduur per week. De werknemer die slechts een deel van het jaar bij de werkgever in dienst is, bouwt alleen over dat deel van het jaar vakantiedagen op.
• Soms een dag extra: In een jaar dat tussen Xxxxxxxx en Nieuwjaar vijf werkdagen vallen, krijgt de werknemer er één vakantiedag bij.
• Zomervakantie: De werknemer mag in de zomer drie weken aaneen- gesloten vakantie opnemen als hij daarvoor voldoende dagen heeft. De werkgever volgt bij het vaststellen van de vakantiedata de wensen van de werknemer, tenzij het werk dit niet toelaat. De data worden zo mogelijk minimaal een maand voor het begin van het kalenderjaar vastgesteld.
• Vakantiedagen die de werknemer niet kan benutten: Als de werknemer tij- dens zijn vakantie ziek is en daardoor zijn vakantiedagen niet echt als vrije tijd kan benutten, meldt hij dit onmiddellijk bij de werkgever.
De werkgever bepaalt wanneer de werknemer die dagen alsnog kan op- nemen.
• Loon over vakantiedagen: Over de wettelijke vakantiedagen die de werknemer opneemt, betaalt de werkgever het vast overeengeko- men loon. De werkgever maakt de geldswaarde van de bovenwette- lijke dagen over naar de individuele rekening van de werknemer in het Tijdspaarfonds.
• Vakantieopbouw tijdens ziekte: De werknemer die door ziekte langer dan 26 weken niet kan werken, bouwt maximaal over 26 weken vakantie- dagen op.
• Beëindiging dienstverband: Het eventuele restant of tekort aan verlof- en vakantiedagen wordt in tijd of geld verrekend.
Vakantiedagen UTA-werknemers
• Aantal dagen: Het aantal vakantiedagen per gewerkt kalenderjaar hangt af van de leeftijd van de werknemer. Zie de tabel Vakantiedagen UTA- werknemers. De in de tabel genoemde aantallen gelden voor de werk- nemer met een arbeidsovereenkomst voor veertig uur per week, die het hele jaar bij de werkgever in dienst is.
Vakantiedagen UTA-werknemers
leeftijd aantal vakantiedagen per jaar * | ||||
wettelijk | bovenwettelijk | 55-plus | totaal | |
tot 18 jaar | 20 | 7 | 27 | |
18 t/m 54 jaar | 20 | 5 | 25 | |
55 t/m 59 jaar | 20 | 5 | 9 | 34 |
60 jaar of ouder | 20 | 5 | 11 | 36 |
* De genoemde aantallen gelden alleen voor de werknemer die vóór het begin van het jaar ten minste de daarbij genoemde minimumleeftijd heeft bereikt. De werknemer die deze leeftijd pas tijdens het jaar bereikt, heeft recht op een aantal dagen naar rato.
• Werken in deeltijd of in een deel van het jaar: Voor de deeltijdwerker geldt het aantal vakantiedagen naar verhouding van zijn arbeidsduur per week. De werknemer die slechts een deel van het jaar bij de werkgever
in dienst is, bouwt alleen over dat deel van het jaar vakantiedagen op.
• Vakantie opnemen: De werkgever volgt bij het vaststellen van vakantie- data de wensen van de werknemer, tenzij het werk dit niet toelaat. Als dit in het belang van het bedrijf nodig is, neemt de werknemer minstens drie weken aaneengesloten vakantie op. De werknemer bepaalt zelf wan- neer hij zijn resterende vakantiedagen opneemt.
• Xxxxxxx over vakantiedagen: De werkgever betaalt over deze dagen het normale salaris.
• Vakantieopbouw tijdens ziekte: De werknemer die door ziekte langer dan 26 weken niet kan werken, bouwt maximaal over 26 weken vakantie- dagen op.
• Beëindiging dienstverband: Het eventuele restant of tekort aan verlof- en vakantiedagen wordt in tijd of geld verrekend.
Roostervrije dagen bouwplaatswerknemers
• Aantal dagen: De werknemer met een arbeidsovereenkomst voor veer- tig uur per week, die het hele jaar bij de werkgever in dienst is, heeft per jaar twintig roostervrije dagen. Daarnaast heeft hij recht op twee rooster- vrije dagen, speciaal voor scholing.
• Werken in deeltijd of in een deel van het jaar: Voor de deeltijdwerker en degene die slechts een deel van het jaar bij de werkgever in dienst is, gel- den de twintig roostervrije dagen naar rato (net als bij vakantiedagen).
• Soorten roostervrije dagen: Er zijn drie soorten roostervrije dagen:
- dagen voor individueel scholingsrecht;
- niet vrij opneembare dagen: deze dagen worden per onderneming vast- gesteld in overleg tussen de werkgever en zijn werknemers. De werk- gever moet vooraf - in principe voor het hele jaar - aan de werknemer melden wanneer deze verplicht roostervrij is.
- vrij opneembare dagen: de werknemer kan deze dagen vrij opnemen.
• Loon over roostervrije dagen: De volgende tabel geeft aan hoe het zit met de betaling over de verschillende soorten roostervrije dagen. De werkne- mer kan zijn inkomen over de vrij opneembare dagen halen van zijn in- dividuele rekening in het Tijdspaarfonds.
Roostervrije dagen bouwplaatswerknemers: aantal dagen en wijze van betaling
doel | aantal | wijze van betaling |
individueel scholingsrecht | 2 | vast overeengekomen loon |
niet vrij opneembaar | 10 | vast overeengekomen loon |
vrij opneembaar | 10 | werkgever stort geldswaarde in Tijdspaarfonds |
totaal | 22 |
Roostervrije dagen UTA-werknemers
• Aantal: De werknemer met een arbeidsovereenkomst voor veertig uur per week, die het hele jaar bij de werkgever in dienst is, bouwt per jaar 15 roostervrije dagen op.
• Werken in deeltijd of in een deel van het jaar: Voor de deeltijdwerker en degene die slechts een deel van het jaar bij de werkgever in dienst is, geldt het aantal roostervrije dagen naar rato (net als bij vakantiedagen).
• Vrij opneembaar: Alle roostervrije dagen zijn vrij opneembaar. Als de werknemer minimaal twee weken tevoren aangeeft wanneer hij zo’n dag wil opnemen, gaat de werkgever met die datum akkoord.
• Salaris over roostervrije dagen: De werkgever betaalt over roostervrije dagen het normale salaris. De werknemer mag de werkgever vragen de geldswaarde van maximaal vijf roostervrije dagen per jaar over te maken naar zijn individuele rekening in het Tijdspaarfonds. Die overmaking gebeurt dan gespreid over het jaar.
Feestdagen
• Erkende algemene en christelijke feestdagen: De werknemer heeft recht op betaald verlof op de beide Kerstdagen, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en Koninginnedag.
• Andere religieuze feestdagen: De werknemer mag onbetaald verlof op- nemen voor het vieren van niet-Christelijke religieuze feestdagen.
Kort verzuim, bijzonder verlof en onwerkbaar weer
Kort verzuim
• CAO-rechten: De CAO geeft de werknemer met ingang van 1 januari 2006 het recht in de volgende situaties onbetaald vrijaf te nemen (‘kort verzuim’):
- feestelijke familiegebeurtenissen, zoals huwelijk, bevalling van de part- ner en jubilea;
- bijzondere familie-omstandigheden, zoals ziekte of overlijden van een huisgenoot of (ander) familielid;
- verhuizing;
- (militaire) keuring of herkeuring;
- bezoek aan een tandarts, huisarts of specialist;
- poliklinische dagbehandeling;
- ziekenhuisopname en ontslag uit het ziekenhuis van een huisgenoot;
- voorbereidingscursus voor pensionering;
- verkiezingen;
- examens;
- inschrijving bij het CWI in verband met aangekondigd ontslag;
- vergaderingen of studiebijeenkomsten van zijn werknemersorganisa- tie, waarvoor de werknemer persoonlijk is uitgenodigd.
• Gevolgen voor deelnemer Tijdspaarfonds: De werknemer die aan het Tijdspaarfonds deelneemt, ontvangt bij kort verzuim geen loon of salaris. In plaats daarvan maakt de werkgever jaarlijks de geldswaarde van drie werkdagen over naar de individuele rekening van de werknemer in het Tijdspaarfonds. De werknemer kan zijn inkomen over kort verzuim- dagen van deze rekening halen.
• Geen deelname aan Tijdspaarfonds: Voor de UTA-werknemer die niet aan het Tijdspaarfonds deelneemt, geldt dat de werkgever het salaris over de eerste drie dagen kort verzuim per jaar doorbetaalt. Als de werk- nemer voor dit doel méér dan drie dagen opneemt, komen die meerdere dagen voor zijn eigen rekening. Heeft de werknemer aan het eind van het jaar minder dan drie dagen kort verzuim gebruikt, dan betaalt de werkgever de resterende dagen uit.
• (Andere) calamiteiten: Voor calamiteiten die niet onder het hierboven bedoelde kort verzuim vallen, zoals een gesprongen waterleiding of brand thuis, heeft de werknemer recht op wettelijk calamiteitenverlof. Over dit verlof betaalt de werkgever het vast overeengekomen loon / het salaris.
Verlof voor stervensbegeleiding en rouwverlof
• Tien dagen voor stervensbegeleiding: De werknemer mag tien dagen be- taald verlof opnemen voor stervensbegeleiding in de terminale fase van een ziek familielid in de 1e of 2e graad. Als de werknemer hiervoor meer tijd nodig heeft, mag hij vervolgens onbetaald verlof opnemen.
• Tien dagen rouwverlof: Daarnaast mag de werknemer tien dagen betaald verlof opnemen voor het verwerken van het overlijden van een familie- lid.
• Loonbetaling: In beide gevallen betaalt de werkgever het vast overeenge- komen loon of het salaris van de werknemer door. De werkgever kan de loonkosten declareren bij het O&O-fonds. De werknemer moet aan dit laatste meewerken.
• Relatie met wettelijk, kortdurend zorgverlof: De werknemer die in een be- paald jaar gebruik moet maken van de hierboven genoemde vormen van betaald verlof, heeft in dat zelfde jaar geen recht op wettelijk, kortdurend zorgverlof.
Niet werken bij slecht weer: bouwplaatswerknemers
• Werkgever beslist: De werkgever beslist of het te slecht weer is of te don- ker om te kunnen werken (onwerkbaar weer).
• Tenzij...: De werknemer die in de buitenlucht werkt, mag zelf ophou- den met werken bij een gevoelstemperatuur van -6 graden Celsius of la- ger. De opgave van het regionale KNMI-weerstation is hierbij bepalend. Voor steigerbouwers geldt een aparte regeling (zie hieronder).
• Loonbetaling: De werkgever betaalt de werknemer over de onwerkbare uren het vast overeengekomen loon. Als het onwerkbare weer wordt ver- oorzaakt door de waterstand, geldt de verplichte loondoorbetaling niet voor alle uren. Zie hiervoor de officiële CAO.
• Steigerbouw: Bij een gevoelstemperatuur van -6 graden Celsius of lager mag een steigerbouwer per dag maximaal vier periodes van anderhalf uur buitenwerk doen. Tussen deze periodes heeft hij een opwarmpauze van minimaal een kwartier. De werkgever betaalt het vast overeen- gekomen loon over de normale arbeidstijd. Hij mag deze werknemer ook inzetten voor binnenwerk in de industriële steigerbouw.
Niet werken bij slecht weer: UTA-werknemers
• Xxxxxxx: De werkgever betaalt de werknemer zijn normale salaris over de uren die hij wegens slecht weer niet kan werken. Dit geldt tot een maximum van 176 uur per winterseizoen.
• Aanvulling WW-uitkering: Als dit maximum van 176 uur wordt over- schreden, vraagt de werkgever voor dit doel namens de werknemer een WW-uitkering aan. De werkgever vult die uitkering aan tot 100 procent van het salaris.
• Geen reden voor ontslag: Xxxxxxxxxx weer is geen reden voor ontslag.
Inkomen
Basis voor de loon-/salarisberekening
Algemeen
De hoogte van het loon/salaris hangt onder meer af van de volgende factoren:
• Arbeidsduur: Voor de werknemer die op grond van zijn arbeidsovereen- komst een volle werkweek werkt, gelden de in dit hoofdstuk genoemde (garantie)weeklonen en maandsalarissen. De deeltijdwerker heeft recht op een loon/salaris naar verhouding van het aantal in zijn arbeidsover- eenkomst genoemde uren. Dit laatste geldt ook voor de in onderstaande tabel genoemde eenmalige uitkeringen.
• Toeslagen en vergoedingen: Bijvoorbeeld de voorliedentoeslag of de over- werkvergoeding. De diverse toeslagen en vergoedingen komen in het volgende hoofdstuk aan bod.
• CAO-periode: De lonen en salarissen worden tijdens de looptijd van een CAO meestal één of meerdere keren aangepast. De aanpassingen voor de periode 1 april 2004 t/m 31 maart 2007 zijn in de eerstvolgende twee tabellen weergegeven (de procentuele verhogingen zijn reeds in de loon- en salaristabellen van dit hoofdstuk verwerkt).
Loon-/salarisverhogingen en eenmalige uitkeringen 2004-2007
ingangsdatum | structureel incl. prijscompensatie (bouwplaats- en UTA-werknemers) | eenmalige uitkeringen bouwplaats UTA- 22 jr./ouder werknemers |
1 juli 2005 | 1,25% | € 200 0,5% |
1 januari 2006 | 1,00% | € 200 0,5% |
1 juli 2006 | 0,75% | € 150 |
1 januari 2007 | 0,75% | € 250 |
26 Werktijd, vrije tijd en verzuim Inkomen 27
• Bijzonderheden over de eenmalige uitkeringen 2004-2007:
- Berekening UTA-uitkering: De eenmalige uitkering in procenten voor de UTA-werknemer wordt berekend over zijn salaris inclusief de structu- rele verhoging die op die zelfde datum ingaat, maar exclusief vakantie- toeslag, andere toeslagen en eventuele eindejaarsuitkeringen.
- Bij ontslag: De bouwplaatswerknemer die onvrijwillig werkloos wordt in de periode 1 juli - 31 december 2005 of 2006, krijgt van zijn werkge- ver bij ontslag een deel van de eenmalige uitkering van 1 januari 2006 of 2007. Voor elke maand die hij vanaf 1 juli bij de werkgever heeft ge- werkt, ontvangt hij 1/6 deel van de uitkering.
- Bij arbeidsongeschiktheid: De eenmalige uitkering geldt ook voor de ar- beidsongeschikte werknemer in het eerste en tweede ziektejaar.
- Jongeren: De bouwplaatswerknemer t/m 21 jaar krijgt een gedeeltelijke eenmalige uitkering. De hoogte daarvan staat in verhouding tot het garantieloon voor deze werknemer. Zie onderstaande tabel.
Eenmalige uitkeringen bouwplaatswerknemers t/m 21 jaar
xxxxxxxx uitkering | ||||
1 juli 2005 | 1 januari 2006 | 1 juli 2006 | 1 januari 2007 | |
16 jaar | € 80,- | € 80,- | € 60,- | € 100,- |
17 jaar | € 90,- | € 90,- | € 67,50 | € 112,50 |
18 jaar | € 110,- | € 110,- | € 82,50 | € 137,50 |
19 jaar | € 130,- | € 130,- | € 97,50 | € 162,50 |
20 jaar | € 150,- | € 150,- | € 112,50 | € 187,50 |
21 jaar | € 175,- | € 175,- | € 131,25 | € 218, 75 |
Bouwplaatswerknemers
De loonhoogte van de bouwplaatswerknemer hangt verder af van:
• Functie: De XXX xxxx 117 verschillende bouwplaatsfuncties. Ze zijn in- gedeeld in vijf functiegroepen, A t/m E. De loonhoogte hangt af van de functiegroep. Iedere werknemer wordt ingedeeld in een functie. De werkgever bepaalt de functie op grond van de inhoud van het taken-
pakket van de werknemer. In de officiële CAO zijn alle functiebenamin- gen en functie-omschrijvingen opgenomen.
• Leeftijd: Voor werknemers van 16 t/m 21 jaar bestaan aparte loonscha- len. Die zijn gebaseerd op de leeftijd, functie en opleiding van de werk- nemer. Voor leerlingwerknemers van 16 t/m 20 jaar in dienst van een samenwerkingsverband, geldt de eerste drie maanden een aangepaste loonschaal (zie ook hoofdstuk Opleiding en scholing).
• Werkervaring (inloopschaal): Een werknemer die nog nooit in de bouw heeft gewerkt, wordt voor een periode van maximaal een jaar betaald volgens de inloopschaal voor bouwplaatswerknemers. De inloopschaal geldt niet voor een werknemer in opleiding of met een diploma BBL 2, BBL 3 of SOMA. De inloopschaal is gebaseerd op het wettelijke mini- mumloon (WML). De loonberekening gaat als volgt. De eerste 26 weken geldt het WML + 25 procent van het verschil tussen het WML en het ga- rantieloon voor functiegroep A. Voor de tweede periode van 26 weken is het verhogingspercentage 50 procent. Op het moment dat dit boekje werd gemaakt, was het WML vanaf 2006 nog niet bekend. Daarom is ta- bel IV van de Loontabellen bouwplaatswerknemers alleen opgenomen voor de periode van 1 juli tot en met 31 december 2005.
UTA-werknemers
De salarishoogte van de UTA-werknemer hangt - naast de onder het kopje ‘Algemeen’ genoemde factoren - af van:
• Functie(niveau): De CAO kent 23 functies en 6 functieniveaus voor UTA-werknemers. De werknemer wordt op grond van zijn takenpakket ingedeeld in een bepaalde functie, op een bepaald functieniveau. Ieder functieniveau kent een salarisschaal met een minimum- en een maxi- mumsalaris. De officiële CAO bevat een overzicht van alle functies en functieniveaus.
• Inschaling: De werkgever maakt de werknemer bekend op basis van welke factoren hij het beloningsniveau vaststelt tussen het minimum en het maximum van de geldende salarisschaal. De werkgever kan hierbij ook factoren betrekken zoals het functioneren van de werknemer, de werkervaring, het bedrijfsresultaat e.d.
• Leeftijd: De werknemer t/m 21 jaar wordt op basis van zijn leeftijd en functie ingedeeld in één van de eerste vier functieniveaus. Voor de werk- nemer in deze leeftijdsgroep bestaan aparte salarisschalen. De werkge- ver mag deze werknemer tijdens het eerste jaar dat deze in de bedrijfs- tak werkt, een salaris betalen volgens de inloopschaal voor UTA-werkne- mers tot en met 21 jaar (zie tabel 2).
Lonen per 1 juli 2005
Tabel I: Garantielonen bouwplaatswerknemers 22 jaar of ouder (1 juli 2005)
Xxxxx XX: Loon voorlieden, meesterknechts, putbazen, leermeesters of instructeurs,
inclusief voorliedentoeslag (1 juli 2005)
Loontabellen bouwplaatswerknemers 2005
• Werkervaring: Hoe langer de werknemer op een bepaald functieniveau werkzaam is, des te hoger is zijn salaris. Een werknemer die langer dan acht maanden werkloos is geweest, wordt voor een periode van maxi- maal een jaar betaald volgens de inloopschaal voor UTA-werknemers van 22 jaar of ouder (zie tabel 3). Het salaris volgens deze inloopschaal ligt tussen het wettelijke minimumloon (WML) en het salaris op functie- niveau 1 voor werknemers van 22 jaar of ouder. Op het moment dat dit boekje werd gemaakt, was het WML vanaf 2006 nog niet bekend. Daarom is tabel 3 van de Salaristabellen UTA-werknemers alleen opge- nomen voor de periode van 1 juli tot en met 31 december 2005.
Loontabellen bouwplaatswerknemers
Garantieloon, vast overeengekomen loon en salaris
• Garantieloon: Dit is het loon waarop de bouwplaatswerknemer recht heeft op grond van de voor hem geldende tabellen in de paragraaf Loon- tabellen bouwplaatswerknemers.
• Vast overeengekomen loon: Dit is het garantieloon plus de eventuele pres- tatietoeslag van de bouwplaatswerknemer.
• Xxxxxxx: Het vast overeengekomen brutobedrag per periode, dat de UTA-werknemer ontvangt op basis van de voor hem geldende tabellen in de paragraaf Salarisschalen UTA-werknemers. Dit bedrag is exclusief vakantietoeslag en andere toeslagen, vaste en variabele gratificaties, eindejaarsuitkeringen en uitkeringen ineens.
uurloon | 10,80 | 11,43 | 12,13 | 12,97 | 13,62 |
weekloon | 432,00 | 457,20 | 485,20 | 518,80 | 544,80 |
functiegroep | A | B | C | D | E |
uurloon | 12,10 | 12,73 | 13,43 | 14,27 |
weekloon | 484,00 | 509,20 | 537,20 | 570,80 |
functiegroep | A | B | C | D |
Loontabellen bouwplaatswerknemers 2005
32
Inkomen
Tabel III: Garantielonen bouwplaatswerknemers t/m 21 jaar (1 juli 2005)
zond | er | BBL 2 | BBL3 | |||||||
beroepsopleiding | tijdens opleiding | met diploma | tijdens opleiding | met diploma | ||||||
leeftijd * | week | uur | week | uur | week | uur | week | uur | week | uur |
16 | 138,24** | 4,32 | 182,80 | 4,57 | ||||||
17 | 155,52** | 4,86 | 205,60 | 5,14 | 251,60 | 6,29 | 276,00 | 6,90 | ||
18 | 237,60 | 5,94 | 251,60 | 6,29 | 297,20 | 7,43 | 326,40 | 8,16 | 376,40 | 9,41 |
19 | 280,80 | 7,02 | 297,20 | 7,43 | 342,80 | 8,57 | 376,40 | 9,41 | 439,20 | 10,98 |
20 | 324,00 | 8,10 | 342,80 | 8,57 | 400,00 | 10,00 | 439,20 | 10,98 | ||
21 | 378,00 | 9,45 | 400,00 | 10,00 |
* De werknemer t/m 21 jaar die getrouwd is of een geregistreerd partnerschap heeft, heeft recht op het loon van een drie jaar oudere werknemer.
** Dit is het weekloon bij 32 uur werken voor een partieel leerplichtige. De 17-jarige die niet partieel leerplichtig is en 40 uur werkt, heeft een weekloon van € 194,40 (40 x het genoemde uurloon). Voor de 16-jarige partieel leerplichtige met een driedaagse werkweek is het weekloon € 103,68.
Tabel IV: Inloopschaal bouwplaatswerknemers (1 juli 2005)
eerste 26 weken tweede 26 weken | |||||
leeftijd | weekloon | uurloon | weekloon | uurloon | |
16 | 95,04* | 2,97 | 109,44* | 3,42 | |
17 | 108,16* | 3,38 | 123,84* | 3,87 | |
18 | 159,20 | 3,98 | 185,20 | 4,63 | |
19 | 185,20 | 4,63 | 217,20 | 5,43 | |
20 | 215,60 | 5,39 | 252,00 | 6,30 | |
21 | 253,20 | 6,33 | 294,80 | 7,37 | |
22 | 294,00 | 7,35 | 340,00 | 8,50 | |
23 of ouder | 327,20 | 8,18 | 362,00 | 9,05 |
Inkomen 33
* Dit is het weekloon bij 32 uur werken voor een partieel leerplichtige. De 17-jarige die niet partieel leerplichtig is en 40 uur werkt, heeft gedurende de eerste 26 weken een weekloon van € 135,20. Gedurende de tweede periode van 26 we- ken geldt een weekloon van € 154,80. In beide gevallen is dit het genoemde uurloon maal 40. Voor de 16-jarige parti- eel leerplichtige met een driedaagse werkweek bedraagt het weekloon € 71,28 in de eerste 26 weken en € 82,08 in de tweede 26 weken.
Loontabellen bouwplaatswerknemers 2005
34
Tabel V: Bouwplaatswerknemers bij samenwerkingsverbanden: beloning eerste dertien weken
Inkomen
(1 juli 2005)
leeftijd | weekloon * | uurloon | |
16 jaar | 114,25 | 4,57 | |
17 jaar | 128,50 | 5,14 | |
18 jaar | 157,25 | 6,29 | |
19 jaar | 185,75 | 7,43 | |
20 jaar | 214,25 | 8,57 |
* De werknemer werkt 40 uur per week, terwijl zijn weekloon de eerste 13 weken is gebaseerd op 25 uur.
Lonen per 1 januari 2006
Tabel I: Garantielonen bouwplaatswerknemers 22 jaar of ouder (1 januari 2006)
functiegroep | weekloon | uurloon | |
A | 436,40 | 10,91 | |
B | 461,60 | 11,54 | |
C | 490,00 | 12,25 | |
D | 524,00 | 13,10 | |
E | 550,40 | 13,76 |
Xxxxx XX: Loon voorlieden, meesterknechts, putbazen, leermeesters of instructeurs, inclusief
Inkomen 35
voorliedentoeslag (1 januari 2006)
functiegroep | weekloon | uurloon | |
A | 488,80 | 12,22 | |
B | 514,00 | 12,85 | |
C | 542,40 | 13,56 | |
D | 576,40 | 14,41 |
Loontabellen bouwplaatswerknemers 2006
36
Inkomen
Tabel III: Garantielonen bouwplaatswerknemers t/m 21 jaar (1 januari 2006)
zonde | r | BBL 2 | BBL3 | |||||||
beroepsopleiding | tijdens opleiding | met diploma | tijdens opleiding | met diploma | ||||||
leeftijd * | week | uur | week | uur | week | uur | week | uur | week | uur |
16 | 139,52** | 4,36 | 184,80 | 4,62 | ||||||
17 | 157,12** | 4,91 | 207,60 | 5,19 | 254,00 | 6,35 | 278,80 | 6,97 | ||
18 | 240,00 | 6,00 | 254,00 | 6,35 | 300,00 | 7,50 | 329,60 | 8,24 | 380,40 | 9,51 |
19 | 283,60 | 7,09 | 300,00 | 7,50 | 346,40 | 8,66 | 380,40 | 9,51 | 443,60 | 11,09 |
20 | 327,20 | 8,18 | 346,40 | 8,66 | 404,00 | 10,10 | 443,60 | 11,09 | ||
21 | 382,00 | 9,55 | 404,00 | 10,10 |
* De werknemer t/m 21 jaar die getrouwd is of een geregistreerd partnerschap heeft, heeft recht op het loon van een drie jaar oudere werknemer.
** Dit is het weekloon bij 32 uur werken voor een partieel leerplichtige. De 17-jarige die niet partieel leerplichtig is en 40 uur werkt, heeft een weekloon van € 196,40 (40 x het genoemde uurloon). Voor de 16-jarige partieel leerplichtige met een driedaagse werkweek is het weekloon € 104,64.
Tabel V: Bouwplaatswerknemers bij samenwerkingsverbanden: beloning eerste dertien weken
(1 januari 2006)
leeftijd | weekloon * | uurloon | |
16 jaar | 115,50 | 4,62 | |
17 jaar | 129,75 | 5,19 | |
18 jaar | 158,75 | 6,35 | |
19 jaar | 187,50 | 7,50 | |
20 jaar | 216,50 | 8,66 |
Inkomen 37
* De werknemer werkt 40 uur per week, terwijl zijn weekloon de eerste 13 weken is gebaseerd op 25 uur.
Loontabellen bouwplaatswerknemers 2006
,
Lonen per 1 juli 2006
38
Inkomen
Tabel I: Garantielonen bouwplaatswerknemers 22 jaar of ouder (1 juli 2006)
functiegroep | weekloon | uurloon | |
A | 439,60 | 10,99 | |
B | 465,20 | 11,63 | |
C | 493,60 | 12,34 | |
D | 528,00 | 13,20 | |
E | 554,40 | 13,86 |
Xxxxx XX: Loon voorlieden, meesterknechts, putbazen, leermeesters of instructeurs, inclusief voorliedentoeslag (1 juli 2006)
functiegroep | weekloon | uurloon | |
A | 492,40 | 12,31 | |
B | 518,00 | 12,95 | |
C | 546,40 | 13,66 | |
D | 580,80 | 14,52 |
Tabel III: Garantielonen bouwplaatswerknemers t/m 21 jaar (1 juli 2006)
zonde | r | BBL 2 | BBL3 | |||||||
beroepsopleiding | tijdens opleiding | met diploma | tijdens opleiding | met diploma | ||||||
leeftijd * | week | uur | week | uur | week | uur | week | uur | week | uur |
16 | 140,80** | 4,40 | 186,00 | 4,65 | ||||||
17 | 158,40** | 4,95 | 209,20 | 5,23 | 256,00 | 6,40 | 280,80 | 7,02 | ||
18 | 241,60 | 6,04 | 256,00 | 6,40 | 302,40 | 7,56 | 332,00 | 8,30 | 383,20 | 9,58 |
19 | 285,60 | 7,14 | 302,40 | 7,56 | 348,80 | 8,72 | 383,20 | 9,58 | 446,80 | 11,17 |
20 | 329,60 | 8,24 | 348,80 | 8,72 | 407,20 | 10,18 | 446,80 | 11,17 | ||
21 | 384,80 | 9,62 | 407,20 | 10,18 |
* De werknemer t/m 21 jaar die getrouwd is of een geregistreerd partnerschap heeft, heeft recht op het loon van een drie jaar oudere werknemer.
Inkomen 39
** Dit is het weekloon bij 32 uur werken voor een partieel leerplichtige. De 17-jarige die niet partieel leerplichtig is en 40 uur werkt, heeft een weekloon van € 198,00 (40 x het genoemde uurloon). Voor de 16-jarige partieel leerplichtige met een driedaagse werkweek is het weekloon € 105,60.
Loontabellen bouwplaatswerknemers 2006
40
Tabel V: Bouwplaatswerknemers bij samenwerkingsverbanden: beloning eerste dertien weken
Inkomen
(1 juli 2006)
leeftijd | weekloon * | uurloon | |
16 jaar | 116,25 | 4,65 | |
17 jaar | 130,75 | 5,23 | |
18 jaar | 160,00 | 6,40 | |
19 jaar | 189,00 | 7,56 | |
20 jaar | 218,00 | 8,72 |
* De werknemer werkt 40 uur per week, terwijl zijn weekloon de eerste 13 weken is gebaseerd op 25 uur.
Lonen per 1 januari 2007
Tabel I: Garantielonen bouwplaatswerknemers 22 jaar of ouder (1 januari 2007)
functiegroep | weekloon | uurloon | |
A | 442,80 | 11,07 | |
B | 468,80 | 11,72 | |
C | 497,20 | 12,43 | |
D | 532,00 | 13,30 | |
E | 558,40 | 13,96 |
Inkomen 41
Xxxxx XX: Loon voorlieden, meesterknechts, putbazen, leermeesters of instructeurs, inclusief voorliedentoeslag (1 januari 2007)
functiegroep | weekloon | uurloon | |
A | 496,00 | 12,40 | |
B | 522,00 | 13,05 | |
C | 550,40 | 13,76 | |
D | 585,20 | 14,63 |
Loontabellen bouwplaatswerknemers 2007
42
Inkomen
Tabel III: Garantielonen bouwplaatswerknemers t/m 21 jaar (1 januari 2007)
zonde | r | BBL 2 | BBL3 | |||||||
beroepsopleiding | tijdens opleiding | met diploma | tijdens opleiding | met diploma | ||||||
leeftijd * | week | uur | week | uur | week | uur | week | uur | week | uur |
16 | 141,76** | 4,43 | 187,60 | 4,69 | ||||||
17 | 159,36** | 4,98 | 210,80 | 5,27 | 258,00 | 6,45 | 283,20 | 7,08 | ||
18 | 243,60 | 6,09 | 258,00 | 6,45 | 304,80 | 7,62 | 334,40 | 8,36 | 386,00 | 9,65 |
19 | 288,00 | 7,20 | 304,80 | 7,62 | 351,60 | 8,79 | 386,00 | 9,65 | 450,40 | 11,26 |
20 | 332,00 | 8,30 | 351,60 | 8,79 | 410,40 | 10,26 | 450,40 | 11,26 | ||
21 | 387,60 | 9,69 | 410,40 | 10,26 |
* De werknemer t/m 21 jaar die getrouwd is of een geregistreerd partnerschap heeft, heeft recht op het loon van een drie jaar oudere werknemer.
** Dit is het weekloon bij 32 uur werken voor een partieel leerplichtige. De 17-jarige die niet partieel leerplichtig is en 40 uur werkt, heeft een weekloon van € 199,20 (40 x het genoemde uurloon). Voor de 16-jarige partieel leerplichtige met een driedaagse werkweek is het weekloon € 106,32.
Tabel V: Bouwplaatswerknemers bij samenwerkingsverbanden: beloning eerste dertien weken (1 januari 2007)
leeftijd | weekloon * | uurloon | |
16 jaar | 117,25 | 4,69 | |
17 jaar | 131,75 | 5,27 | |
18 jaar | 161,25 | 6,45 | |
19 jaar | 190,50 | 7,62 | |
20 jaar | 219,75 | 8,79 |
Inkomen 43
* De werknemer werkt 40 uur per week, terwijl zijn weekloon de eerste 13 weken is gebaseerd op 25 uur.
Salarisschalen UTA-werknemers 2005
44
Salarisschalen UTA-werknemers
Inkomen
Toelichting
Omrekening naar vierwekensalaris: De in de onderstaande tabellen vermelde maandsalarissen worden als volgt omgerekend naar vierwekensalarissen: het maandsalaris vermenigvuldigen met twaalf en de uitkomst delen door dertien.
Salarissen per 1 juli 2005
Tabel 1: Maandsalaris UTA-werknemers 22 jaar of ouder (1 juli 2005)
functieniveau | minimum | maximum | |
1 | 1.549,33 | 2.038,64 | |
2 | 1.703,04 | 2.272,72 | |
3 | 1.899,97 | 2.566,61 | |
4 | 2.157,18 | 2.955,47 | |
5 | 2.492,28 | 3.460,84 | |
6 | 2.927,83 | 4.115,43 |
Tabel 2: Maandsalaris UTA-werknemers t/m 21 jaar (1 juli 2005)
leeftijd | inloopschaal | functieniveau 1 | functieniveau 2 | functieniveau 3 | functieniveau 4 | ||||
min. | max. | min. | max. | min. | max. | min. | max. | ||
16 | 488,04 | 542,27 | 713,52 | 596,06 | 795,45 | ||||
17 | 557,76 | 619,73 | 815,46 | 681,22 | 909,09 | ||||
18 | 697,20 | 774,67 | 1.019,32 | 851,52 | 1.136,36 | ||||
19 | 871,50 | 968,33 | 1.274,15 | 1.064,40 | 1.420,45 | 1.187,48 | 1.604,13 | ||
20 | 1.045,80 | 1.162,00 | 1.528,98 | 1.277,28 | 1.704,54 | 1.424,99 | 1.924,97 | ||
21 | 1.220,09 | 1.355,66 | 1.783,81 | 1.490,16 | 1.988,63 | 1.662,48 | 2.245,79 | 1.887,53 | 2.586,04 |
Inkomen 45
Tabel 3: Inloopschaal UTA-werknemers 22 jaar of ouder (maandsalaris per 1 juli 2005)
periode | 22 jaar | 23 jaar of ouder | |
1e halfjaar | 1.193,66 | 1.335,93 | |
2e halfjaar | 1.312,22 | 1.407,07 |
Salarisschalen UTA-werknemers 2006
Inkomen
Salarissen per 1 januari 2006
46
Tabel 1: Maandsalaris UTA-werknemers 22 jaar of ouder (1 januari 2006)
functieniveau | minimum | maximum | |
1 | 1.564,82 | 2.059,03 | |
2 | 1.720,07 | 2.295,45 | |
3 | 1.918,98 | 2.592,29 | |
4 | 2.178,75 | 2.985,02 | |
5 | 2.517,20 | 3.495,45 | |
6 | 2.957,11 | 4.156,58 |
Tabel 2: Maandsalaris UTA-werknemers t/m 21 jaar (1 januari 2006)
leeftijd | inloopschaal | functieniveau 1 | functieniveau 2 | functieniveau 3 | functieniveau 4 | ||||
min. | max. | min. | max. | min. | max. | min. | max. | ||
16 | 492,92 | 547,69 | 720,66 | 602,02 | 803,41 | ||||
17 | 563,34 | 625,93 | 823,61 | 688,03 | 918,18 | ||||
18 | 704,17 | 782,41 | 1.029,52 | 860,04 | 1.147,73 | ||||
19 | 880,21 | 978,01 | 1.286,89 | 1.075,04 | 1.434,66 | 1.199,36 | 1.620,18 | ||
20 | 1.056,25 | 1.173,62 | 1.544,27 | 1.290,05 | 1.721,59 | 1.439,24 | 1.944,22 | ||
21 | 1.232,30 | 1.369,22 | 1.801,65 | 1.505,06 | 2.008,52 | 1.679,11 | 2.268,25 | 1.906,41 | 2.611,89 |
Salarissen per 1 juli 2006
Tabel 1: Maandsalaris UTA-werknemers 22 jaar of ouder (1 juli 2006)
functieniveau | minimum | maximum | |
1. | 1.576,56 | 2.074,47 | |
2 | 1.732,97 | 2.312,67 | |
3 | 1.933,37 | 2.611,73 | |
4 | 2.195,09 | 3.007,41 | |
5 | 2.536,08 | 3.521,67 | |
6 | 2.979,29 | 4.187,75 |
Inkomen 47
Tabel 2: Maandsalaris UTA-werknemers t/m 21 jaar (1 juli 2006)
leeftijd | inloopschaal | functieniveau 1 | functieniveau 2 | functieniveau 3 | functieniveau 4 | ||||
min. | max. | min. | max. | min. | max. | min. | max. | ||
16 | 496,62 | 551,80 | 726,06 | 606,54 | 809,43 | ||||
17 | 567,56 | 630,62 | 829,79 | 693,19 | 925,07 | ||||
18 | 709,45 | 788,28 | 1.037,24 | 866,49 | 1.156,34 | ||||
19 | 886,82 | 985,35 1.296,54 | 1.083,11 | 1.445,42 | 1.208,36 | 1.632,33 | |||
20 | 1.064,18 | 1.182,42 | 1.555,85 | 1.299,73 | 1.734,50 | 1.450,03 | 1.958,80 | ||
21 | 1.241,54 | 1.379,49 | 1.815,16 | 1.516,35 | 2.023,59 | 1.691,70 | 2.285,26 | 1.920,70 | 2.631,48 |
Uitbetaling loon bouwplaatswerknemers
• Wanneer? De werkgever betaalt het loon uiterlijk twee werkdagen na afloop van de loonperiode.
• Loonstrookje: Bij iedere loonbetaling geeft de werkgever een specificatie van:
- het brutoloon, onderverdeeld in garantieloon, prestatiebeloning, over- uren, reisurenvergoeding en eventuele andere vergoedingen en toesla- gen;
- xxxxxxxxxx xxxxxxxxxxx en werknemerspremies;
Salarisschalen UTA-werknemers 2007
Tabel 1: Maandsalaris UTA-werknemers 22 jaar of ouder (1 januari 2007)
- stortingen in het Tijdspaarfonds;
Tabel 2: Maandsalaris UTA-werknemers t/m 21 jaar (1 januari 2007)
- voor de werknemer betaalde pensioenpremie.
Vakbondscontributie
• Aftrekbaar maken voor de belasting: De werknemer die lid is van een bij de CAO betrokken werknemersorganisatie kan zijn vakbondscontributie fiscaal aftrekbaar maken.
Salarissen per 1 januari 2007
• Hoe werkt het? De werknemersorganisatie stuurt alle leden een over- zicht van de door hen betaalde contributie. De werknemer geeft zijn overzicht aan de werkgever. De werkgever verrekent de contributie met het brutoloon en betaalt dit bedrag netto aan de werknemer uit. Op deze manier hoeven over de contributie geen belastingen en premies te wor- den betaald.
Inkomen bij ziekte
Het eerste ziektejaar
• 100 procent: Het eerste ziektejaar heeft de werknemer recht op volledige doorbetaling van het vast overeengekomen loon/het salaris.
• Wachtdagen: Als de werknemer zich voor de tweede keer binnen een ka- lenderjaar ziek meldt, hoeft de werkgever hem over de eerste dag van dat
functieniveau 4 | min. max. | 1.935,11 2.651,22 | |||||
functieniveau 3 | min. max. | 1.217,42 1.644,58 | 1.460,90 1.973,49 | 1.704,39 2.302,41 | |||
functieniveau 2 | min. max. | 611,09 815,51 | 698,39 932,01 | 872,99 1.165,01 | 1.091,23 1.456,26 | 1.309,48 1.747,52 | 1.527,72 2.038,77 |
functieniveau 1 | min. max. | 555,93 731,51 | 635,35 836,01 | 794,19 1.045,02 | 992,74 1.306,27 | 1.191,29 1.567,52 | 1.389,83 1.828,78 |
inloopschaal | 500,34 | 571,82 | 714,77 | 893,47 | 1.072,16 | 1.250,85 | |
leeftijd | 16 | 17 | 18 | 19 | 20 | 21 |
maximum | 2.090,03 | 2.330,02 | 2.631,32 | 3.029,97 | 3.548,08 | 4.219,16 |
minimum | 1.588,38 | 1.745,97 | 1.947,87 | 2.211,55 | 2.555,10 | 3.001,63 |
functieniveau | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 |
ziekteverzuim geen loon of salaris te betalen. Dit geldt ook voor de derde ziekmelding binnen dat jaar. De werknemer die deelneemt aan het Tijdspaarfonds, kan zijn inkomen over deze wachtdagen eventueel op peil houden met behulp van zijn tegoed in dit fonds.
Het tweede ziektejaar
• 70 procent: Het tweede ziektejaar ontvangt de werknemer 70 procent van het vast overeengekomen loon/het salaris.
• Reïntegratiebonus werknemer: De werknemer die in het tweede ziekte- jaar weer is gaan werken, ontvangt een reïntegratiebonus. Hiervoor gel- den twee voorwaarden:
- hij moet minstens twee maanden onafgebroken hebben gewerkt in zijn oude of in een nieuwe functie, binnen of buiten het bedrijf en
- hij moet daarmee minstens 50 procent van zijn oude loon/salaris heb- ben verdiend.
Als de werknemer aan de voorwaarden voldoet, betaalt de (‘oude’) werk- gever hem een aanvulling tot 100 procent van zijn oorspronkelijke vast overeengekomen loon of salaris. Deze aanvulling geldt voor de periode tussen de eerste dag van het tweede ziektejaar en de laatste dag van de tweede gewerkte maand. De periode waarover de werknemer deze aan- vulling ontvangt, is echter nooit langer dan twaalf maanden en kan niet eerder beginnen dan per 1 januari 2005. Wanneer een werknemer een nieuwe baan vindt in een andere onderneming, hoeft de ‘oude’ werkge- ver de aanvulling alleen te betalen over de periode tot aan de dag waarop de werknemer aan zijn nieuwe baan is begonnen.
• Reïntegratiebonus werkgever: Ook de (oorspronkelijke) werkgever ontvangt een reïntegratiebonus. Die bestaat uit een bedrag ineens van
€ 2.500. Hij kan deze bonus via Cordares aanvragen bij het Aanvullings- fonds.
Tijdspaarfonds
De werking in het kort
• Doel: Het Tijdspaarfonds vergroot de keuzemogelijkheden van de werknemer. Via zijn individuele rekening bij dit fonds kan hij vrije tijd inruilen voor geld. Op een later moment kan hij daar eventueel vrije tijd voor terugkopen.
• Deelnemers: De bouwplaatswerknemer is verplicht tot deelname aan het Tijdspaarfonds. De UTA-werknemer kan op vrijwillige basis deelnemen. Als deze werknemer wil deelnemen, moet de werkgever daaraan mee- werken.
• Opbouw tegoed: De deelnemer bouwt in de loop van ieder kalenderjaar een persoonlijk tegoed op. Dit tegoed ontstaat door stortingen van de werkgever op zijn individuele rekening.
• Opname: De werknemer kan tijdens het opbouwjaar geld opnemen van zijn individuele rekening. De bouwplaatswerknemer doet dit via de vak- bond(sconsulent). De vakantietoeslag mag echter niet tussentijds wor- den opgenomen.
• Uitkering: De rest van het opgebouwde tegoed - waaronder de vakantie- toeslag - wordt in de maand mei van het volgende jaar uitbetaald. Als de werknemer (een deel van) dit tegoed op zijn rekening wil laten staan, moet hij dit tijdig melden.
• Uitvoering: Cordares beheert het Tijdspaarfonds namens CAO-partijen.
Stortingen in het Tijdspaarfonds
• Vaste onderdelen: Bij elke loonbetaling (elke vier weken of elke maand) stort de werkgever een evenredig deel van de volgende bedragen op de individuele rekening van de werknemer:
- 8 procent vakantietoeslag;
- de geldswaarde van alle bovenwettelijke vakantiedagen;
- de geldswaarde van een aantal vrij opneembare roostervrije dagen: 10 voor een bouwplaatswerknemer en 5 voor een deelnemende UTA- werknemer (bij een fulltime dienstverband);
- de geldswaarde van drie dagen voor kort verzuim.
Voor de bouwplaatswerknemer van 55 jaar of ouder met een vierdaagse werkweek verlopen alleen de vakantietoeslag en de kort verzuimdagen verplicht via het Tijdspaarfonds.
• Variabele onderdelen: De werknemer kan de werkgever vragen ook de geldswaarde van andere arbeidsvoorwaarden op zijn individuele reke- ning te storten. Bijvoorbeeld vakantie- en/of roostervrije dagen die hij aan het eind van het jaar over heeft, overuren, reisuren en/of de chauf- feurstoeslag.
• Geldswaarde per dag: De waarde van een dag in geld komt overeen met het vast overeengekomen loon of het salaris per dag, plus 8% vakantie- toeslag, plus eventuele toeslagen voor voorlieden, leermeesters, ploegen- dienst, verschoven uren Infra en tijwerk.
Persoonlijke levenslooprekening
Voor wie vroeger wil stoppen met werken
• Doel: De Persoonlijke levenslooprekening maakt het mogelijk belas- tingvriendelijk te sparen om vóór de pensioenleeftijd te kunnen stoppen met werken. CAO-partijen stellen zo’n rekening voor alle werknemers beschikbaar en adviseren daar ook gebruik van te maken. Met ingang van 2006 is de Vroegpensioenregeling namelijk afgeschaft. Door mid- del van de Persoonlijke levenslooprekening kan de werknemer zijn uit- tredingsleeftijd vervroegen.
• Storting door de werkgever: De werkgever stort aan het begin van ieder jaar een bedrag op de Persoonlijke levenslooprekening van de werkne- mer. Dit bedrag komt overeen met 1 procent van het vast overeengeko- men brutoloon / het salaris over het voorgaande jaar.
• Werknemer kan bijsparen: De werknemer kan zelf bijsparen door de werkgever een deel van zijn brutoloon/-salaris te laten overmaken naar zijn levenslooprekening. Daarnaast kan de werknemer die aan het eind van het jaar vakantie- en/of roostervrije dagen over heeft, zijn werkgever vragen de geldswaarde daarvan op zijn levenslooprekening te storten.
• Maximaal 12%: De werknemer mag op jaarbasis maximaal 12 procent van zijn bruto jaarloon/-salaris gebruiken om belastingvriendelijk te sparen via zijn Persoonlijke levenslooprekening. Dit is inclusief de 1 pro- cent werkgeversbijdrage.
• Opname tegoed: De werknemer die vóór de pensioenleeftijd stopt met werken, haalt zijn inkomen uit het spaartegoed op zijn Persoonlijke levenslooprekening.
• Beheer: De Persoonlijke levenslooprekeningen worden beheerd door Cordares.
Pensioen
Nieuwe regeling
• 1 januari 200G: Met ingang van deze datum geldt een nieuwe regeling voor het ouderdomspensioen in de bouwnijverheid. Het vroegpensioen is afgeschaft.
• Doel: De pensioenregeling heeft tot doel het mogelijk te maken dat de werknemer na veertig jaar werken kan uittreden met een uitkering van 70 procent van het middelloon op de leeftijd van 61 jaar en 2 maanden (voor de bouwplaatswerknemer), respectievelijk 62 jaar (voor de UTA- werknemer). Wat de regeling precies inhoudt, staat in het pensioen- reglement.
• Persoonlijke levenslooprekening: De werknemer kan deze regeling gebrui- ken om vóór de pensioenleeftijd te stoppen met werken of zijn pensioen- uitkering aan te vullen (zie Persoonlijke levenslooprekening).
• Excedentregeling: Voor de UTA-werknemer die méér verdient dan het maximum pensioenloon (in 2005: € 42.767,54 exclusief vakantietoe- slag) geldt een excedentregeling. Zo’n regeling maakt het mogelijk pen- sioen op te bouwen over een salaris tot maximaal € 67.031,72. Voor de UTA-werknemer die op 1 januari 2006 58 jaar of ouder is, is een collec- tieve excedentregeling getroffen. Voor de jongere UTA-werknemer moet de werkgever zelf een excedentregeling treffen. In beide gevallen betalen de werkgever en de werknemer ieder de helft van de premiekosten.
Inkomensaanvullingen bij arbeidsongeschiktheid
Eindejaarsuitkering WAO
• Bij volledige arbeidsongeschiktheid: De werknemer die volledig arbeids- ongeschikt is verklaard, heeft recht op de eindejaarsuitkering WAO. Deze uitkering bedraagt € 567,23. De werkgever die de arbeidsonge- schiktheidsuitkering van de werknemer aanvult tot 100% van het laatst- verdiende loon/ het salaris mag die aanvulling verminderen met het bedrag van € 567,23.
• Arbeidsongeschikten van vóór 200G: De werknemer die vóór 1 januari 2006 arbeidsongeschikt is verklaard en dit na die datum blijft, houdt recht op de ‘oude’ eindejaarsuitkering. Als hij gedeeltelijk arbeids- geschikt is of na 1 januari 2006 bij een herkeuring alsnog gedeeltelijk arbeidsgeschikt wordt verklaard, ontvangt hij een eindejaarsuitkering waarvan de hoogte is afgestemd op de mate van zijn arbeidsongeschikt- heid.
• Na beëindiging van de arbeidsongeschiktheid: In dit geval heeft de werk- nemer recht op de voor hem geldende eindejaarsuitkering naar verhou- ding van het deel van het jaar dat hij arbeidsongeschikt is geweest.
• Zelf aanvragen: De werknemer moet de eindejaarsuitkering zelf aan- vragen via de vakbond(sconsulent).
Invaliditeitspensioen
• Compensatie WGA-hiaat: De werknemer met een WGA-uitkering ont- vangt zo nodig een invaliditeitspensioen ter compensatie van zijn zoge- noemde WGA-hiaat. De hoogte hiervan hangt af van de mate van ar- beidsongeschiktheid. Hoe dit precies is geregeld, staat in het reglement Invaliditeitspensioen voor het Bouwbedrijf.
Inkomensaanvulling bij werkloosheid
Aanvulling WW
• Uitkering ineens: De werknemer met een loongerelateerde WW-uitkering kan in aanmerking komen voor een aanvullende uitkering vanuit het Aanvul- lingsfonds van de bedrijfstak. Het gaat om een eenmalig bedrag ter grootte van 10 procent van het laatstverdiende loon over een periode van 8 weken. Hoe lang de werknemer werkloos is, doet hierbij niet terzake.
• Zelf aanvragen: De werknemer moet deze aanvulling zelf aanvragen via de vakbond(sconsulent).
Uitkering bij ongevallen
Overlijden of blijvende invaliditeit
• Uitkering ineens: De werknemer die door een ongeluk op het werk of in het woon-werkverkeer overlijdt of blijvend invalide wordt, heeft recht op een uit- kering ineens. De hoogte van deze uitkering bedraagt bij overlijden € 20.650 en bij blijvende invaliditeit € 41.300.
• Reglement: De voorwaarden voor deze uitkering staan in het Reglement Voorziening bij Ongeval. Dit reglement is verkrijgbaar bij AON Consulting Nederland, de instantie die de uitkeringen namens CAO-partijen verstrekt.
Toeslagen en kostenvergoedingen
Algemeen
Vakantietoeslag
• Bouwplaatswerknemers: De vakantietoeslag bedraagt 8% van het vast overeengekomen loon. De werkgever stort deze toeslag per betalings- periode van vier weken of een maand op de individuele rekening van de werknemer in het Tijdspaarfonds. De uitbetaling vindt plaats in de maand mei.
• UTA-werknemers: De vakantietoeslag bedraagt minimaal 8% van het jaarsalaris van de werknemer. De werkgever betaalt deze toeslag jaarlijks uiterlijk in de maand juni uit.
Prestatietoeslag
• Werkgever bepaalt: De werkgever mag bovenop het voor de werknemer geldende garantieloon een prestatietoeslag toekennen.
• Werken in tarief: De prestatietoeslag kan worden gekoppeld aan een prestatiebevorderend systeem (werken in tarief). Over zo’n systeem moeten de werkgever en de werknemer het eens zijn en het moet op pa- pier worden vastgelegd.
• Jongeren niet: Werknemers jonger dan 18 jaar mogen niet in tarief wer- ken.
• In principe niet inbouwen: De werkgever mag de prestatietoeslag niet verrekenen met een verhoging van het garantieloon. Dit mag wel als de werknemer in een hogere functiegroep wordt geplaatst.
Kinderopvang (vergoeding)
• CAO-regeling: De bedrijfstakregeling voor kinder- en gastouderopvang is te vinden in het reglement Kinderopvang van de CAO Bedrijfstak- eigen regelingen voor de bouwnijverheid. De kern van de regeling is als volgt.
• Werkgeversbijdrage: De werknemer kan in aanmerking komen voor een
56 Toeslagen en kostenvergoedingen 57
werkgeversbijdrage in de opvangkosten voor zijn kind(eren) jonger dan 4 jaar. De tegemoetkoming bedraagt 1/6 deel van de totale opvangkos- ten, uitgaande van een uurtarief van maximaal € 5,68.
• Financiering: De werkgever draagt bij aan de financiering van deze regeling via de door hem betaalde O&O-premie.
• Gebruik van de regeling: De werknemer die van de regeling gebruik wil maken, meldt zich aan bij de uitvoeringsorganisatie Kintent (zie adres- senlijst). Kintent gaat na of de werknemer aan de voorwaarden voldoet.
Ziektekostenverzekering (vergoeding)
• Aanvullend pakket: De werkgever geeft de werknemer een vergoeding voor de premie van een aanvullende ziektekostenverzekering. De hoogte van deze vergoeding en de inhoud van het aanvullend pakket waren bij het maken van dit boekje nog niet bekend. Nadere informatie is verkrijg- baar bij CAO-partijen.
EHBO- en Bedrijfshulpverlening (vergoedingen)
• Cursuskosten: De bouwplaatswerknemer die het officiële eenheids- diploma EHBO heeft behaald, heeft recht op vergoeding van het examen- en diplomageld, het Oranje Kruisboekje en het eventueel betaalde lesgeld.
• Overige vergoedingen: De bouwplaats- of UTA-werknemer die de EHBO- cursus op verzoek van de werkgever en buiten werktijd heeft gevolgd, heeft recht op de normale reiskostenvergoeding en een bruto bedrag van
€ 149,35. Het zelfde geldt voor de UTA-werknemer die het diploma Bedrijfshulpverlening heeft behaald.
• Oefenlessen: De bouwplaatswerknemer die de verplichte jaarlijkse oefenlessen EHBO volgt, heeft recht op een vergoeding van de kosten van diplomaverlenging en het eventuele lesgeld.
Stagevergoeding
• Voor wie? De Stageregeling voor de Bouw geldt voor degene die bij een bouwbedrijf stage loopt als deelnemer aan een beroepsopleidende leer- weg (BOL), een hogere beroepsopleiding of technische universiteit. De
stageregeling kan bij CAO-partijen worden opgevraagd.
• Bedragen: Voor deze personen geldt als richtlijn een bruto vergoeding van € 290,— per maand en € 66,92 per week.
Bouwplaatswerknemers
Reiskostenvergoeding
• Voor wie? De reiskostenvergoeding geldt voor het gebruik van openbaar vervoer of een eigen vervoermiddel door de werknemer die:
- zowel binnen als buiten zijn woongemeente werkt en dagelijks in totaal meer dan 15 kilometer moet reizen van zijn huis naar het werk en terug;
- tijdens en ten behoeve van zijn werk gebruik moet maken van een vervoermiddel;
- op verzoek van de werkgever tijdens vorstverlet reist;
- tijdens ziekte naar de arbodienst moet.
• Werkgever bepaalt: De werkgever mag bepalen met welk vervoermiddel de werknemer reist. Het woon-werkverkeer vindt zoveel mogelijk als groepsvervoer plaats.
• Bedragen: De hoogte van de reiskostenvergoeding is weergegeven in onderstaande tabel.
Reiskostenvergoeding bouwplaatswerknemers
vervoermiddel | maatstaf | bedrag |
openbaar vervoer | laagste klasse | 100% |
fiets | per werkdag | € 0,80 |
bromfiets | per km | € 0,07 |
per dag (minimaal) | € 0,89 | |
motor | per km | € 0,22 |
auto | per km | € 0,28 |
• Bijzondere situaties: De CAO kent een speciale regeling voor de vergoe- ding van reiskosten van werknemers die zo ver van hun woonplaats
moeten werken, dat zij niet dagelijks naar huis kunnen gaan. Daarnaast is er een regeling voor het vervoer van het stoffelijk overschot van een overleden werknemer. Zie hiervoor de officiële CAO.
• Afwijkende reiskostenregelingen: Afwijkende regelingen zijn onder de volgende voorwaarden toegestaan:
- de werkgever en de ondernemingsraad hebben er overeenstemming over;
- de afwijkende regeling is voor de werknemer per saldo niet ongunsti- ger.
Chauffeurstoeslag
• Toeslag per dag: Voor de in de onderstaande tabel genoemde (bruto) toeslagen gelden de volgende voorwaarden:
- de werknemer vervoert één of meer collega’s op verzoek van de werk- gever of heeft dit in de praktijk minimaal twee weken lang gedaan;
- de auto is niet door de werkgever ter beschikking gesteld.
uurloon van de werknemer. De reisurenvergoeding van een leermeester die daadwerkelijk leerlingen begeleidt, is gebaseerd op tabel II van de Loontabellen bouwplaatswerknemers. Voor voorlieden verandert er niets.
• Vervoermiddelen: De reisurenvergoeding geldt voor reizen per openbaar vervoer, met een eigen vervoermiddel en een vervoermiddel dat de werk- gever ter beschikking stelt.
• Registratie: De werkgever moet het aantal kilometers en de reisuren- vergoeding per werknemer registreren.
• Vaststellen reistijd: Als reistijd voor het openbaar vervoer geldt de dienst- regeling. Bij andere vervoermiddelen wordt ervan uitgegaan dat de werk- nemer het volgende aantal kilometers per uur kan reizen: te voet 5 km, fiets 15 km, bromfiets 25 km, motor 40 km. Voor het reizen per auto geldt een normregeling, waarin wordt uitgegaan van de snelste route van huis naar het werk en terug. Zie onderstaande tabel.
Berekening reisuren bij autogebruik (bouwplaatswerknemers)
woon-werkverkeer enkele reis in km uit te betalen reisuren per dag | |||
meer dan | tot en met | meerijder of alleenrijdende werknemer * | werknemer die collega(‘s) vervoert |
0 km | 25 km | 0 | op basis van 50 km per uur |
25 km | 50 km | op basis van 50 km per uur | op basis van 50 km per uur |
00 xx | 00 xx | 1,2 | 0,0 |
00 xx | 00 xx | 1,4 | 0,0 |
00 xx | 00 xx | 1,6 | 0,0 |
00 xx | 00 xx | 1,8 | 2,8 |
92 km | 105 km | 2 | 3 |
105 km | of meer | werkelijke reistijd ** | werkelijke reistijd ** |
Chauffeurstoeslag per dag (bouwplaatswerknemers)
enkele xxxxxxxxxxx | |||
0-00 xx | 00-00 xx | meer dan 65 km | |
toeslag | € 6,— | € 9,— | € 12,— |
Reisurenvergoeding
• Voor wie? De werknemer die buiten zijn woongemeente werkt, heeft recht op een vergoeding over de uren die hij moet besteden aan het woon-werkverkeer. Dit geldt niet voor het eerste reisuur per dag.
• Uitzonderingen eerste reisuur: Er zijn twee gevallen waarin het eerste reisuur wel wordt vergoed:
- als de werknemer een auto bestuurt waarin hij één of meer collega’s meeneemt;
- als de werknemer zo ver weg werkt, dat hij niet elke dag naar huis kan (deze werknemer moet één keer per week naar huis kunnen).
• Hoogte vergoeding: De vergoeding per uur is gelijk aan het garantie-
* Het eerste reisuur is hier al van afgetrokken.
** Het aantal uitbetaalde uren kan hierbij nooit lager zijn dan dat bij een reisafstand enkele reis van 92 – 105 km.
• Bij vorstverlet e.d.: De werknemer heeft ook recht op de reisurenvergoe- ding als hij door slecht weer niet kan werken. Dit geldt niet als hij vooraf had kunnen weten dat hij niet naar het werk hoefde te gaan.
• Afwijkende regelingen: De werkgever kan met de OR een afwijkende reis- urenregeling overeenkomen, maar deze mag voor de werknemer per saldo niet ongunstiger zijn.
Overwerkvergoeding
• In geld of tijd: De werknemer heeft de keuze tussen een vergoeding van overwerk in geld of vrije tijd. Hij meldt de werkgever binnen drie werk- dagen na het overwerk waarvoor hij kiest. De keuze tussen geld en vrije tijd geldt niet bij verplicht overwerk (zie Overwerk bouwplaatswerk- nemers).
• Vergoeding in geld: In dit geval geldt een verhoging van het vast overeen- gekomen uurloon, met de in volgende tabel genoemde percentages.
• Vergoeding in tijd: Bij vergoeding in tijd wordt het aantal overuren ver- meerderd met de in de tabel genoemde percentages. Als de werknemer op deze manier een tegoed van 8 uren heeft opgebouwd, kan hij in over- leg met de werkgever een dag vrij nemen. Over die dag betaalt de werk- gever het vast overeengekomen loon.
• Kust- en oeverwerken: Voor werknemers in deze sector gelden aange- paste tijden en percentages (zie tabel).
• Overwerk in ploegendienst: In dit geval wordt de overwerkvergoeding be- rekend over de voor ploegendienst geldende uurlonen (zie Ploegen- dienst).
• Overwerk tijdens verschoven uren Infra: Hierbij wordt de overwerkvergoe- ding berekend over het vast overeengekomen loon en niet over de Toe- slag verschoven uren Infra.
Overwerkvergoeding (bouwplaatswerknemers)
periode | toeslag |
de eerste 3 overuren per dag | 25% |
overige overuren tussen maandag 05.00 en zaterdag 21.00 uur | 50% |
tussen zaterdag 21.00 uur en maandag 05.00 en op feestdagen | 100% |
Kust- en oeverwerken | |
van maandag 05.00 uur tot vrijdag 22.00 uur: | |
- tussen 05.00 uur en 22.00 uur | 25% |
- tussen 22.00 uur en 05.00 uur | 50% |
van vrijdag 22.00 uur tot zaterdag 21.00 uur | 50% |
van zaterdag 21.00 uur tot maandag 05.00 uur | 100% |
Ploegendiensttoeslag
• Toeslag: De werknemer die in ploegendienst werkt, ontvangt hiervoor een percentuele toeslag op zijn vast overeengekomen loon. Voor de In- dustriële bouw geldt een afwijkende regeling. Beide regelingen zijn weergegeven in onderstaande tabel. De genoemde toeslagen gelden ook voor de werknemer t/m 21 jaar.
periode | toeslag |
tweeploegendienst | 10% |
drieploegendienst | 15% |
Industriële bouw | |
bij begin vóór 06.00 of einde na 19.00 uur (excl. overuren): | |
- uren tussen 06.00 uur en 19.00 uur | 5% |
- uren tussen 19.00 uur en 06.00 uur | 25% |
Toeslagen en kostenvergoedingen | 63 |
Toeslag ploegendienst (bouwplaatswerknemers)
Verschoven uren Infra (toeslag)
• Toeslag op vast overeengekomen loon: De Toeslag verschoven uren Infra is een percentuele toeslag op het vast overeengekomen uurloon. De toe- slag geldt voor gewerkte verschoven uren vóór 07.00 uur en na 20.00 uur, binnen de normale arbeidsduur per week. Zie onderstaande tabel.
• Bij korter werken: Als in een week minder uren dan normaal kunnen worden gewerkt, betaalt de werkgever over de ontbrekende uren de toe- slag van 30 procent. Dit geldt alleen voor weken waarin uitsluitend in verschoven uren wordt gewerkt.
Toeslag verschoven uren Infra (bouwplaatswerknemers)
verschoven gewerkte uren | toeslag |
tussen maandag 20.00 uur en vrijdag 07.00 uur | 30% |
tussen vrijdag 20.00 uur en zaterdag 20.00 uur | 50% |
tussen zaterdag 20.00 uur en zondag 07.00 uur | 75% |
tussen zondag 07.00 en maandag 07.00 uur en op feestdagen | 100% |
Bereikbaarheidsdienst (vergoeding)
• Hoogte in overleg: De werkgever stelt de hoogte van de vergoeding in overleg met de werknemer vast.
• Ondergrens: De in de volgende tabel genoemde bedragen gelden hier- bij als ondergrens.
• Per week of dag: Als de werknemer een hele kalenderweek bereikbaar- heidsdienst heeft, geldt een vergoeding per week. Duurt de dienst min- der dan een kalenderweek, dan geldt een vergoeding per dag (zie tabel).
• Werken tijdens bereikbaarheidsdienst: Gewerkte uren tijdens bereikbaar- heidsdienst gelden als overwerk.
Bereikbaarheidsvergoeding bouwplaatswerknemers (bruto; minima)
mate waarin de werknemer is gebonden aan zijn woning | vergoeding per kalenderweek | vergoeding per dag (% van weekvergoeding) ma t/m vrij za/zo |
voortdurend | € 176,13 | 10% 25% |
op gezette tijden | € 152,64 | 10% 25% |
minimaal | € 129,16 | 10% 25% |
Persoonlijke beschermingsmiddelen, werkkleding en gereedschap (verstrekking en/of vergoeding)
• Persoonlijke beschermingsmiddelen: De werkgever verstrekt de wettelijk verplichte beschermingsmiddelen kosteloos aan de werknemer. Hij zorgt ook voor onderhoud en vervanging.
• Werkkleding: De werkgever kan de noodzakelijke werkkleding kosteloos verstrekken, onderhouden en vervangen of de werknemer die dit alles zelf regelt een financiële vergoeding geven. De financiële vergoeding is in onderstaande tabel weergegeven. De werknemer in de industriële steigerbouw die tijdens vorst werkt, heeft daarnaast recht op een gratis extra kledingpakket. Dit moet voldoen aan de eisen van de stichting Arbouw.
soort werkkleding | vergoeding per gewerkte dag |
werkkleding | € 0,87 |
idem, voor het Heibedrijf | € 0,95 |
laarzen | € 0,54 |
uitsluitend knielaarzen | € 0,43 |
laarzen en oliegoed Kust- en Oeverwerken | € 1,11 |
Kledingvergoeding bouwplaatswerknemers
• Eigen gereedschap: Voor noodzakelijk gebruik van eigen gereedschap gelden de volgende vergoedingen per gewerkte dag: timmerman of straat- maker € 0,75; metselaar of tegelzetter € 0,54.
Voorlieden- en leermeestertoeslag
• Voorman: Een voorman (ook genoemd: meesterknecht of putbaas) is een werknemer van 22 jaar of ouder die leiding geeft aan tenminste vijf werknemers. Hij heeft recht op de voorliedentoeslag. Dit is een toeslag op het vast overeengekomen loon.
• Xxxxxxxxxxx: Een leermeester is een werknemer van 22 jaar of ouder die in opdracht van de werkgever optreedt als begeleidend vakman voor leer- lingwerknemers en als leermeester is erkend door Bouwradius of SBW. Een leermeester heeft recht op de leermeestertoeslag voor de perioden waarin hij daadwerkelijk leerlingen begeleidt. De hoogte van deze toe- slag is gelijk aan die voor voorlieden.
• Bedragen: De voorlieden- en leermeestertoeslag is verwerkt in tabel II van de Loontabellen bouwplaatswerknemers (zie hoofdstuk Inkomen).
Werken op grote afstand (vergoeding)
• Diverse vergoedingen: De CAO kent diverse vergoedingen voor voeding en/of huisvesting van werknemers die zo ver van hun woonplaats moe- ten werken, dat zij niet dagelijks naar huis kunnen gaan. Zie hiervoor de officiële CAO.
Tijwerk (toeslag)
• 2j procent: Een toeslag van 25% op het garantieuurloon geldt bij tijwerk vóór 06.00 en na 18.00 uur, voorzover het werk plaatsvindt binnen de normale arbeidsduur.
• €7,y1 per week: Deze toeslag geldt voor steenzetterswerk aan strand-
hoofden langs de Noordzeekust en rijswerk buitengaats.
UTA-werknemers
Reiskostenvergoeding
• Voor wie? De reiskostenvergoeding geldt voor het gebruik van openbaar vervoer of een eigen vervoermiddel door de werknemer die:
- in opdracht van de werkgever buiten zijn vaste standplaats of in een ander bedrijf werkt;
- tijdens ziekte naar de arbodienst moet.
• Werkgever bepaalt: De werkgever bepaalt of en met welk vervoermiddel de werknemer reist.
• Bedragen: De hoogte van de reiskostenvergoeding is weergegeven in onderstaande tabel.
Reiskostenvergoeding UTA-werknemers
vervoermiddel | maatstaf | bedrag |
openbaar vervoer | laagste klasse | 100% |
motor | per km | € 0,22 |
auto | per km | € 0,28 |
• Bij werken op grote afstand: Als de werknemer zo ver van zijn stand- plaats moet werken, dat hij niet dagelijks naar huis kan gaan, verstrekt de werkgever een redelijke vergoeding voor de extra reis-, voedings- en logieskosten. Deze werknemer mag eenmaal per week naar huis.
• Afwijkende reiskostenregeling: Een andere regeling is onder de volgende voorwaarden toegestaan:
- de werkgever en de werknemer hebben er overeenstemming over;
- de afwijkende regeling is per saldo gelijkwaardig aan de CAO-regeling.
Verhuiskostenvergoeding
• Voor wie? De werknemer die in een andere gemeente dan zijn oor- spronkelijke standplaats moet werken en daarheen op verzoek van de werkgever verhuist, komt in aanmerking voor een verhuiskostenvergoe- ding.
• Vergoeding: De werkgever verstrekt een redelijke vergoeding voor alle kosten die samenhangen met de verhuizing van deze werkne- mer.
Overwerkvergoeding
• In geld of tijd: De werkgever maakt schriftelijk aan de werknemer be- kend hoe hij overwerk van aanmerkelijke omvang compenseert.
• Als de afspraken niet zijn vastgelegd...: In dat geval geldt voor de werkne- mer tot en met functieniveau 3 minimaal een vergoeding tegen het gel- dende salaris per uur, in de vorm van tijd voor tijd.
68 Toeslagen en kostenvergoedingen
Opleiding en scholing
Opleidingsplan
Voor alle werknemers
De werkgever maakt een opleidings- en scholingsplan voor de bouw- plaats- en UTA-werknemers in zijn onderneming.
Beroepsopleiding bouwplaatswerknemers
BBL 1
• Stageregeling: Voor de deelnemer aan de BBL-opleiding op niveau 1 is aansluiting gevonden bij de Stageregeling voor de Bouw.
BBL 2 en 3
• Werknemers tot 27 jaar: De werkgever biedt de werknemer tot 27 jaar de gelegenheid een beroepsopleiding te volgen. Hierbij gaat het om de BBL-opleiding op de niveaus 2 en 3 voor de kwalificaties B&U of Infra. Met de werknemer die zo’n opleiding volgt, sluit de werkgever een prak- tijk- en arbeidsovereenkomst voor de duur van de opleiding. De onder- neming van de werkgever moet erkend zijn als leerbedrijf.
• Onderwijs in werktijd en met loon: Het leerbedrijf laat de leerlingwerk- nemer maximaal 8 uur per week beroepsonderwijs volgen aan een ROC, binnen werktijd en met behoud van loon. Dit laatste geldt ook voor deel- name aan examens.
• Leermeester verplicht: Het leerbedrijf wijst een werknemer aan als leer- meester voor de begeleiding van de leerlingwerknemer in de praktijk- situatie.
Samenwerkingsverband
• BBL 2, 40 uur werken: Jongeren tot en met 20 jaar die in dienst zijn van een samenwerkingsverband en daar een BBL 2 opleiding volgen,
Opleiding en scholing 69
werken veertig uur per week, ook als zij nog partieel leerplichtig zijn.
• Introductieperiode: De eerste dertien weken van deze opleiding gelden als introductieperiode. Tijdens deze periode is hun weekloon gebaseerd op een arbeidsduur van 25 uur. Na de introductieperiode ontvangen zij hetzelfde loon als andere leerlingwerknemers (zie het hoofdstuk Inko- men).
• Einde opleiding = einde werk: Op het moment dat de praktijkovereen- komst wordt verbroken, komt automatisch ook een eind aan de arbeids- overeenkomst met het samenwerkingsverband.
Leermeester
• Cursus: De leermeester zal in de gelegenheid worden gesteld de cursus Leermeester van Bouwradius of SBW te volgen.
• Tijd voor begeleiding: De werkgever geeft de leermeester vrijstelling voor een deel van zijn normale arbeidstijd om de leerlingwerknemer(s) goed te kunnen begeleiden. Dit mag niet ten koste gaan van zijn loon. De mate van vrijstelling hangt af van het aantal leerlingwerknemers dat de leermeester begeleidt. Zie onderstaande tabel.
• Leermeestertoeslag: De leermeester heeft recht op een leermeester- toeslag over de perioden waarin hij daadwerkelijk leerlingen begeleidt. Zie het hoofdstuk Toeslagen en vergoedingen.
Leermeester: tijd voor begeleiding leerlingwerknemers
aantal leerlingen | percentage arbeidstijd | |
1 | 5% | |
2 - 4 | 10% | |
4 - 7 | 20% |
Vernieuwing beroepsopleiding
• Waarom? CAO-partijen werken aan een herziening van de eerder in dit hoofdstuk beschreven beroepsopleiding in de bouw. De herziening be- oogt de kwaliteit van de huidige BBL- (praktijk) en BOL- (school- en stage) trajecten te verbeteren. Werknemers moeten al in de beginfase
van hun loopbaan meer kansen krijgen om zich later breed te kunnen ontwikkelen en een baan te kunnen vinden die bij hen past. Maatwerk en individuele aandacht zijn daarbij de sleutelwoorden.
• Start in 2007: Het is de bedoeling dat het nieuwe systeem medio 2007 wordt geïntroduceerd en dat mogelijk al in 2006 enkele proefprojecten starten.
Scholing bouwplaatswerknemers
Introductiecursus
• Veilig en gezond werken: De werkgever laat iedere nieuwe werknemer die nog niet eerder in de bedrijfstak heeft gewerkt, de basiscursus ‘Veilig en gezond werken’ volgen. Dit geldt niet voor de werknemer die deelneemt aan de beroepsbegeleidende leerweg (BBL).
Individueel scholingsrecht
• Gemiddeld 2 dagen per jaar: De werknemer heeft recht op gemiddeld twee scholingsdagen per jaar voor het volgen van cursussen. Het gaat om cursussen die verband houden met zijn beroep. De werknemer en de werkgever bepalen in overleg met elkaar wanneer deze dagen worden opgenomen.
• In werktijd, met behoud van loon: De werknemer volgt de scholing bin- nen de normale werktijd en met behoud van zijn vast overeengekomen loon.
• Vergoeding voor de werkgever: Bij de meeste cursussen ontvangt de werk- gever uit het O&O-fonds een vergoeding voor de loon-, cursus- en reis- kosten van de deelnemer.
• Initiatief werknemer: Als de werknemer twee jaar lang geen cursus heeft kunnen volgen, mag hij dit op eigen initiatief alsnog doen. Het O&O- fonds betaalt de kosten en brengt ze in rekening bij de werkgever.
Scholing UTA-werknemers
Cursussen
• Aantal scholingsdagen per jaar: Het aantal scholingsdagen voor UTA- werknemers in het eerder genoemde opleidingsplan is gelijk aan twee- maal het aantal UTA-werknemers in de onderneming. Het totale aantal scholingsdagen wordt zoveel mogelijk over deze werknemers gespreid.
• Recht op scholing: Op basis van het opleidingsplan heeft de werknemer in beginsel recht op scholing in relatie tot zijn huidige of toekomstige functie in de onderneming. Als de werknemer twee jaar lang geen cur- sus heeft kunnen volgen, zorgt de werkgever ervoor dat de werknemer dit binnen een redelijke termijn alsnog kan doen.
• Binnen en/of buiten de onderneming: De scholing kan zowel plaatsvin- den binnen het bedrijf (bedrijfscursussen), als door middel van cursus- sen buiten het bedrijf. De werknemer is verplicht deel te nemen aan be- drijfscursussen die door de werkgever zijn georganiseerd. De werkgever betaalt in dat geval alle kosten. De kosten van cursussen buiten het be- drijf worden voor tenminste tweederde deel door de werkgever betaald.
• In werktijd, met behoud van salaris: De werknemer volgt de scholing in werktijd en met behoud van salaris, tenzij het gaat om cursussen die uit- sluitend buiten werktijd worden gegeven.
• Inzet roostervrije dagen: Als de werknemer in een bepaald jaar meer dan drie werkdagen aan cursussen deelneemt, mag de werkgever voor de overige cursusdagen maximaal drie roostervrije dagen inzetten.
Loopbaanpad
• Xxxxxx werknemer voor het arbeidsproces: De werkgever en de werk- nemer zetten samen een loopbaanpad uit, om te bevorderen dat de werknemer ook op latere leeftijd aan het arbeidsproces kan blijven deel- nemen.
Loopbaanbeleid
• Advies en begeleiding: Vanaf 1 juli 2006 kunnen werknemers op 28 plaatsen in het land terecht voor advies over en begeleiding bij oplei- dings- en scholingstrajecten die toeleiden naar nieuwe functies. Aanlei- ding daarvoor kan zijn dat de werknemer op zoek is naar een nieuwe uit- daging, of dat hij nieuw werk zoekt om mogelijk dreigende arbeidsonge- schiktheid te voorkomen.
• Start in Noord-Holland: De faciliteit is in de provincie Noord-Holland reeds vanaf 1 november 2005 beschikbaar.
• Informatie: Meer informatie over de locaties en de mogelijkheden is te vinden op de website xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx.
Erkenning van verworven competenties (EVC)
Alsnog een vakdiploma halen
• Wat is EVC? EVC is bedoeld voor werknemers die wel veel praktijk- ervaring hebben, maar nooit een officieel vakdiploma hebben behaald. Degene die dit alsnog wil doen, kan zijn kennis en ervaring in kaart laten brengen. Daarna volgt hij gerichte bijscholing op die punten waar zijn kennis en ervaring tekortschieten. Een EVC-traject is dus een verkorte route naar een vakdiploma op latere leeftijd.
• Maximaal 10 dagen: Iedere werknemer heeft vanaf 1 juli 2006 recht op een EVC-traject. Het O&O-fonds vergoedt de kosten hiervan tot een maximum van tien dagen per werknemer.
Veiligheid, gezondheid en reïntegratie
Arbeidsomstandigheden- en verzuimbeleid
Activiteiten op ondernemingsniveau
• Doelstellingen: Het arbeidsomstandigheden- (arbo-) en verzuimbeleid van de werkgever heeft tot doel:
- de veiligheid en gezondheid van de werknemers te bevorderen en be- schermen;
- het ziekteverzuim te verminderen, met name door maatregelen die dit verzuim voorkomen.
Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E)
• Basis voor het beleid: De werkgever stelt een RI&E op. Hierin besteedt hij aandacht aan de gevaren van het werk voor de veiligheid, de gezond- heid en het welzijn van de werknemers. Ook de oorzaken van het ziekte- verzuim in het bedrijf komen er in aan de orde.
Plan van aanpak
• Bedoeling: In dit plan beschrijft de werkgever op basis van de RI&E hoe hij de bovengenoemde doelstellingen wil bereiken en wie het plan uit- voert (of uitvoeren).
• Inhoud: Het Plan van aanpak bevat de volgende onderdelen:
- maatregelen die nodig zijn om de in de RI&E beschreven xxxxxx’x te voorkomen en/of te verminderen;
- technische en/of organisatorische maatregelen ter bevordering van de veiligheid en ter bescherming van de gezondheid en - voorzover deze maatregelen niet afdoende zijn - het gebruik van persoonlijke bescher- mingsmiddelen;
- voorlichting en scholing van werknemers op het gebied van veilig en gezond werken, met speciale aandacht voor jeugdige werknemers;
- de manier waarop de werknemers gebruik kunnen van het Individu- gericht pakket preventiezorg.
74 Opleiding en scholing Veiligheid, gezondheid en reïntegratie 75
Individugericht pakket preventiezorg
• Voor iedere werknemer: Iedere werknemer heeft het recht gebruik te ma- ken van het Individugericht pakket preventiezorg. Het wordt uitgevoerd door arbodiensten die voldoen aan de kwaliteitseisen van de Stichting Arbouw. Arbouw vergoedt de kosten.
• Inhoud: Het pakket bevat onder meer de volgende faciliteiten:
- Intredekeuring;
- Arbeids Gezondheidskundig Onderzoek voor Jongeren;
- Periodiek Arbeids Gezondheidskundig Onderzoek (PAGO);
- Gericht Periodiek Onderzoek (GPO) voor werknemers in bepaalde beroepen (de kosten hiervan worden niet door Arbouw vergoed);
- Arbospreekuur.
Stress en werkdruk UTA
• Professionele begeleiding: De UTA-werknemer die problemen ondervindt door stress of werkdruk, kan professionele begeleiding krijgen bij het oplossen daarvan. Hij kan hiervoor contact opnemen met CSR Centrum Van Zweden (zie hoofdstuk Adressen). De werknemer kan ook een doorverwijzing naar dit instituut vragen op het Arbospreekuur of bij het periodiek geneeskundig onderzoek.
Bestrijding ziekteverzuim
• Wachtdagen: Bij de tweede en derde ziekmelding binnen één jaar gel- den zogenoemde wachtdagen. Zie hoofdstuk Inkomen.
Bijzondere veiligheids- en arbobepalingen
Officiële CAO
• Voor bouwplaats- en UTA-werknemers: In de CAO staat een groot aantal specifieke veiligheids- en arbobepalingen voor bouwplaats- en UTA- werknemers. Bijvoorbeeld over de verplichte veiligheidshelm, tillen, gevaarlijke stoffen, voorzorgsmaatregelen bij wegwerkzaamheden en cursussen op arbogebied. Zie hiervoor de officiële CAO.
76 Veiligheid, gezondheid en reïntegratie
Reïntegratie bij ziekte en arbeidsongeschiktheid
Zieke werknemers
• Reïntegratiebedrijf: De werkgever sluit zich voor reïntegratie van een werknemer aan bij een reïntegratiebedrijf met BOREA-keurmerk. Dit bedrijf helpt de werknemer zo snel mogelijk weer aan het werk. Het reïntegratiebedrijf moet goede samenwerkingsafspraken hebben met de arbodienst van de werkgever. Hoe dit precies is geregeld, staat in de officiële CAO.
• Als de werkgever geen actie onderneemt...: Een zieke werknemer voor wie na veertien weken nog geen reïntegratieplan is opgesteld, mag hiervoor zelf een erkend reïntegratiebedrijf in de arm nemen. Het Aanvullings- fonds schiet de kosten voor en brengt ze in rekening bij de werkgever.
• Reïntegratieverslag: Bij de aanvraag van een WAO-uitkering, moet de werknemer een ‘reïntegratieverslag’ inleveren. De arbodienst en het reïntegratiebedrijf leveren de hiervoor benodigde informatie. Dit gebeurt uiterlijk tien dagen voor de datum waarop de aanvraag moet zijn ingediend.
Arbeidsongeschikten
• Ander werk: Als een werknemer geheel of gedeeltelijk arbeidsonge- schikt is verklaard voor zijn ‘oude’ functie, zoekt de werkgever voor hem ander passend werk binnen het bedrijf of - als dit niet mogelijk is - elders binnen de bedrijfstak.
• Nazorg: Nadat de eerder arbeidsongeschikt verklaarde werknemer bij een andere werkgever aan het werk is gegaan, neemt het reïntegratie- bedrijf in het eerste halfjaar twee keer contact met hem op om naar zijn situatie te informeren. Als de werknemer behoefte heeft aan één of meer gesprekken, komen de kosten daarvan voor rekening van de oorspronke- lijke werkgever.
Veiligheid, gezondheid en reïntegratie 77
Verschil van mening? Dispensatie?
Advies bij functie-indeling?
Commissie CAO-zaken
Taken
De door CAO-partijen ingestelde Commissie CAO-zaken brengt op verzoek advies uit over:
- verschillen van mening tussen werkgevers en werknemers in de bedrijfstak over de uitleg van CAO-bepalingen;
- verzoeken tot vrijstelling van bepaalde CAO-regels (dispensatie);
- vragen over de functiestructuur en functie-indeling;
- andere, bijzondere vraagstukken.
Adviezen
De adviezen die de commissie uitbrengt, zijn niet bindend. Ze kunnen zowel worden uitgebracht aan CAO-partijen, als aan ondernemingen en werknemers in de bedrijfstak. De commissie adviseert CAO-partijen bijvoorbeeld over ingediende dispensatieverzoeken. Bij adviezen aan ondernemingen en werknemers kan het bijvoorbeeld gaan om vragen over de functieindeling of om verschillen van mening over de precieze betekenis van een CAO-bepaling.
Let op!
Dit boekje is een vereenvoudigde en verkorte versie van de CAO. Een werkgever en een werknemer die het niet eens kunnen worden over de betekenis van een passage uit dit boekje, zullen dus in eerste instantie moeten terugvallen op de tekst van de officiële CAO, want die is bepalend. Daarbij kunnen zij de hulp inroepen van hun werkgevers- en/of werknemersorganisatie. Als zij het daarna nog steeds niet eens
78 Verschil van mening? Dispensatie? Advies bij functie-indeling? 79
zijn, kunnen de werkgever en de werknemer hun verschil van mening per brief voorleggen aan de Commissie CAO-zaken. Hun adviesaanvraag moet altijd zijn gebaseerd op de tekst van de officiële CAO.
Samenstelling en adres
De Commissie CAO-zaken bestaat uit vertegenwoordigers van CAO- partijen. Het Technisch Bureau Bouwnijverheid verzorgt het secretari- aat. Adviesaanvragen kunnen aan dit bureau worden toegestuurd (zie het hoofdstuk Adressen).
Klokkenluidersregeling
Waar gaat het om?
Een klokkenluidersregeling maakt het werknemers mogelijk op een voor hen veilige manier melding te maken van misstanden in het bedrijf of ernstige vermoedens daarvan.
In ontwikkeling
Op het moment dat dit boekje werd samengesteld, waren CAO-partijen bezig met het ontwikkelen van een klokkenluidersregeling voor de be- drijfstak. Informeer zo nodig bij CAO-partijen of zo’n regeling inmid- dels beschikbaar is en hoe die eruit ziet.
Adressen
CAO-partijen voor de Bouwnijverheid
Werkgeversorganisaties
Bouwend Nederland
Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxx
t: 0182 56 75 67
f: 0182 56 75 55
w: xxx.xxxxxxxxxxxxxxxx.xx e: xxxx@xxxxxxxxxxxxxxxx.xx
Nederlandse Vereniging van Bouwondernemers (NVB)
Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxxx
t: 070 386 02 04
f: 070 387 63 26
w: xxx.xxx-xxxx.xx e: xxxx@xxx-xxxx.xx
Vereniging van Waterbouwers in Bagger-, Kust- & Oeverwerken (VBKO)
Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxx
t: 0182 56 73 67
f: 0182 56 73 73
w: xxx.xxxx.xx e: xxxx@xxxx.xx
Ondernemersbond Bestratingsbedrijven (OBN)
Xxxxxxx 0000
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 030 604 22 94
f: 030 602 23 52
Aannemers Vereniging Metselwerken (AVM)
Xxxxxxxxxxx 00-00
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 030 603 27 97
f: 030 634 20 40
w: xxx.xxxxxxxxxxxxxxx.xx e: xxxxxxxxxxxx@xxx.xx
Vereniging Nederlandse Voegbedrijven (VNV)
Xxxxxxxxxxx 00-00
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 030 638 19 38
f: 030 634 20 40
Bond van Aannemers van Tegelwerken in Nederland (Bovatin)
Xxxxxxx 00
0000 XX Xxxxxxx
t: 0548 53 85 05
f: 0548 53 85 01
Het Hellende Dak (HHD)
Xxxxxxxxxxx 00-00
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 030 634 34 54
f: 030 634 20 40
Nederlandse Vereniging van Kitverwerkende Bedrijven (NVK)
Xxxxxxx 0000
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 072 512 96 38
f: 072 512 37 83
Verbond Ondernemers Gespecialiseerde Aanneming (VOGA)
Xxxxxxxxxxx 00-00
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 030 638 19 39
f: 030 634 20 40
Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonbekistingbedrijven (VSB)
Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 079 353 12 66
f: 079 353 13 65
w: xxx.xxx-xxxxxx.xx e: xxxx@xxx-xxxxxx.xx
Werknemersorganisaties
FNV Bouw
Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxx
t: 0348 57 55 75
f: 0348 42 36 10
w: xxx.xxxxxxx.xx e: xxxx@xxxxxxx.xx
Hout- en Bouwbond CNV
Xxxxxxx 00
0000 XX Xxxxx
t: 030 659 77 11
f: 030 657 11 01
w: xxx.xxxxxx.xx e: xxxx@xxxxxx.xx
Vakvereniging Het Zwarte Corps
Xxxxxxx 0000
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 030 600 60 70
f: 030 606 70 44
De Unie, vakbond voor Industrie en Dienstverlening
Xxxxxxx 00,
0000 XX Xxxxxxx x/x XXxxxx t: 0345 85 18 51
f: 0345 85 15 00
w: xxx.xxxxxx.xx e: xxxx@xxxx.xx
Secretariaat van CAO-partijen
Technisch Bureau Bouwnijverheid
Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxxxx
t: 023 554 20 20
f: 023 557 75 71
w: xxx.xxxxxx.xx e: xxxx@xxxxxx.xx
Andere organisaties
AON Consulting Nederland
Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxxxx
t: 010 44 88 911
Arbouw
Xxxxxxx 0000
0000 XX Xxxxxxxxx
t: 020 580 55 80
f: 020 580 55 55
BOREA
Xxxxxxx 00000
0000 XX Xxxxxxx
t: 0900 284 45 45
w: xxx.xxxxx.xx e: xxxx@xxxxx.xx
Bouwradius*
Xxxxxxx 0000
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 079 368 58 48
f: 079 362 00 06
w. xxx.xxxxxxxxxx.xx e: xxxx@xxxxxxxxxx.xx
Cordares
Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxxxx
t: 020 583 91 11
w: xxx.xxxxxxxx.xx e: xxxx@xxxxxxxx.xx
CSR Centrum Van Zweden
t: 0800 0231773 (gratis)
w: xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx e: xxxx@xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx
Infra Opleidingscentrum SBW*
Xxxxxxx 000
0000 XX Xxxxxxxxxx
t: 0341 43 68 00
f: 0341 43 69 99
* Bouwradius en SBW fuseren op 1 januari 2006. Op het moment dat dit boekje werd gemaakt, was de naam van de nieuwe organisatie nog niet bekend. Na verloop van tijd zal de gehele organisatie zijn gehuisvest op het huidige adres van SBW te Harderwijk.
Kintent
Xxxxxxx 0000
0000 XX Xxxxxxx
t: 030 23 23 100
f: 030 23 23 101
88 Adressen
Trefwoordenregister
A
Aanvullende ziektekostenverzekering (vergoeding) j8
Aanvulling WW jj
Adressen 82
Ander bedrijf (werken in een) y
AON Consulting Nederland jj, 8G
Arbeids gezondheidskundig onderzoek jongeren 7G
Arbeidsduur (normale) 0x
Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 0x
Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx (inkomensaanvullingen bij) j4
Xxxxxxxxxxxxxxxxxxx 0
Arbodienst 7G, 77 Arbospreekuur 7G Arbouw, Stichting 7G, 8G
B
BBL 32 e.v., Gy
Bedrijfshulpverlening (vergoeding) j8 Beëindiging dienstverband (ontslag) 10 Bereikbaarheidsdienst 17, G4 Beroepsopleiding Gy Beschermingsmiddelen, persoonlijke Gj Bestrijding ziekteverzuim 7j-77 Bevalling partner (kort verzuim) 23 Bouwradius 87
Buitenlandse werknemers 13
C
Calamiteitenverlof (wettelijk) 24
CAO-partijen 82 Chauffeurstoeslag G0 Commissie CAO-zaken 7y
Trefwoordenregister 89
Cordares 87
CSR Centrum Van Zweden 7G, 87
Cursussen 71, 72
D
Deeltijdwerk 17
Dispensatie 7y
E
Eenmalige uitkeringen 27 EHBO-vergoedingen j8 Eindejaarsuitkering WAO j4
Erkenning van verworven competenties (EVC) 73
Examens:
- kort verzuim 23
- BBL 2/3 Gy
Excedentregeling j3
I
Individueel scholingsrecht 71 Individugericht pakket preventiezorg 7G Infra Opleidingscentrum SBW 87
Infra, verschoven uren 1j, G4
Inkomen 27
- bij ziekte 4y
Inkomensaanvulling bij werkloosheid jj Inkomensaanvullingen bij arbeidsongeschiktheid j4 Inloopschaal 2y, 30, 33 e.v., 4j e.v.
Instructeur (leermeestertoeslag) 31 e.v.
Intredekeuring 7
Introductie nieuwe werknemer y
Introductiecursus 71
Introductieperiode bij samenwerkingsverband 70 Invaliditeit door ongeval (uitkering) jj Invaliditeitspensioen j4
F
Familieomstandigheden (kort verzuim) 23
Feestdagen 22
Functie (-groep, -indeling, -niveau) 28, 2y, 7y
G
Garantielonen 31 e.v.
Garantieloon (definitie) 30
Geldswaarde per dag (Tijdspaarfonds) j2
Gereedschap (vergoeding) Gj
Gericht periodiek onderzoek (GPO) 7G
Gezondheid 7j
H
Huisarts (kort verzuim) 23
Huwelijk (kort verzuim) 23
J
Jubilea (kort verzuim) 23
K
Keuring/herkeuring (kort verzuim) 23
Kinderopvangvergoeding j7 Kintent j8, 88 Kledingvergoeding Gj Klokkenluidersregeling 81
Kort verzuim 23
L
Leermeester Gy, 70
Leermeestertoeslag 31 e.v., GG, 70
Levenslooprekening j2
Loon:
- bij beroepsopleiding Gy
- bij feestdagen 22
- bij kort verzuim 23
- bij roostervrije dagen 21
- bij rouwverlof 24
- bij samenwerkingsverband 70
- bij scholing 71
- bij slecht (onwerkbaar) weer 24
- bij stervensbegeleiding 24
- bij vakantiedagen 20
- bij ziekte 4y
- garantieloon (bedragen) 31 e.v.
- garantieloon (definitie) 30
- vast overeengekomen (definitie) 30
Xxxxxxxxxxxx 0x Xxxxxxxxxxxx 0x Xxxxxxxxxxxxxxxx 27
Loontabellen 31-43
Loopbaanbeleid 73
Loopbaanpad 72
M
Meesterknecht (voorliedentoeslag) 31 e.v., GG
N
Normale arbeidsduur 1j
O
Ontslag 10
Ontslagverbod 13 Onwerkbaar weer 24, 2j Opleiding Gy Opleidingsplan Gy
Opzegtermijnen 10, 12 Ouderdomspensioen j3 Overlijden:
- door ongeval (uitkering) jj, G0
- huisgenoot/familielid (kort verzuim) 23, 24
Xxxxxxxx 0X, 17
Overwerkvergoeding G2, G8
P
Pensioen j3
Pensionering, voorbereidingscursus (kort verzuim) 23 Periodiek arbeids gezondheidskundig onderzoek (PAGO) 7G Persoonlijke beschermingsmiddelen Gj
Persoonlijke levenslooprekening j2 Poliklinische dagbehandeling (kort verzuim) 23 Ploegendienst 1j
Ploegendiensttoeslag G3
Prestatietoeslag j7
Preventiezorg, individugericht pakket 7G
Proeftijd 8
Putbaas (voorliedentoeslag) 31 e.v., GG
R
Reïntegratie 77 Reïntegratiebonus j0 Reïntegratieverslag 77 Reiskostenvergoeding jy, G7 Reisurenvergoeding G0
Risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E) 7j
Roostervrije dagen 10, 21, 22
Rouwverlof 24
Rusttijden 1j
S
Salaris:
- bij feestdagen 22
- bij kort verzuim 23
- bij roostervrije dagen 22
- bij rouwverlof 24
- bij scholing 72
- bij slecht (onwerkbaar) weer 2j
- bij stervensbegeleiding 24
- bij vakantiedagen 21
- bij ziekte 4y
- definitie 30 Salarisschalen UTA 44 e.v. Salarisverhogingen 27
Samenwerkingsverband 34, Gy SBW, Infra Xxxxxxxxxxxxxxxxx 00 Scholing(srecht) 71-73
Xxxxxxxxxxxxx 00, 0x
Xxxxxx weer (niet werken bij) 24, 2j Specialist, medisch (kort verzuim) 23 Stageregeling voor de Bouw j8, Gy Stagevergoeding j8 Stervensbegeleiding (verlof voor) 24 Stress en werkdruk (begeleiding bij) 7G
T
Tandarts (kort verzuim) 23
Tarief (werken in) j7
Technisch Bureau Bouwnijverheid 80, 8G Tijdelijk (arbeids)contract 7, 8 Tijdspaarfonds j1
Tijwerk (toeslag) GG
Toeslagen:
- algemeen j7
- bouwplaatswerknemers jy
- UTA-werknemers G7
U
Uitbetaling loon bouwplaatswerknemers 4y Uitkering bij ongevallen jj Uitzendkrachten 14
V
Vakantiedagen 10, 1y, 20 Vakantietoeslag j7 Vakbonden (adressen) 8j Vakbondscontributie 4y
Vast overeengekomen loon (definitie) 30
Vaste dienst (in) 7
Veilig en gezond werken (cursus) 71
Veiligheid 7j
Vergoedingen:
- algemeen j7
- bouwplaatswerknemers jy
- UTA-werknemers G7 Verhuiskostenvergoeding G7 Verhuizing (kort verzuim) 23 Verkiezingen (kort verzuim) 23 Verlof voor stervensbegeleiding 24 Verschoven uren Infra 1j, G4 Vervroegd uittreden j2, j3 Verzuim, kort 23
Verzuimbeleid 7j
Vierdaagse werkweek 55+ 18, j2 Vierwekensalaris (omrekening naar) 44 Voorliedentoeslag 31 e.v., GG
Voorziening bij ongeval jj
Vorst 24, 2j
Vroeger stoppen met werken j2
Vroegpensioen j2, j3
Vrije dagen 1y
Vrijstelling van CAO-regels (dispensatie) 7y
W
Wachtdagen (bij ziekte) 4y, 7G Werkdrukproblemen (begeleiding bij) 7G Werken:
- in een ander bedrijf y
- in tarief j7
- op grote afstand jy, G0, GG, G7
Werkgeversorganisaties 82
Werkgeversverklaring WW 13
Werkkleding Gj
Werkloosheid (inkomensaanvulling bij) jj
Werknemersorganisaties 8j
Werktijden 1j
WGA-hiaat j4
Z
Ziekenhuisopname/-ontslag huisgenoot (kort verzuim) 23
Ziekte huisgenoot/familielid 23, 24 Ziekte, inkomen bij 4y Ziektekostenverzekering (vergoeding) j8 Ziekteverzuim (bestrijding) 7j-77 Zomervakantie 1y
Zorgverlof, wettelijk 24
96 Trefwoordenregister