Bestelauto verzekering (FNBA1101)
Bestelauto verzekering (FNBA1101)
De Algemene voorwaarden zijn van toepassing voorzover in de Bijzondere voorwaarden en eventuele clausules als vermeld op het polisblad voor de betreffende dekking niet anders is bepaald. Zij vormen met het polisblad de inhoud van de overeenkomst.
Inhoud
Algemeen
Artikel 1 Aanvullende begripsomschrijvingen
Artikel 2 Tijdelijk gebruik van een ander motorrijtuig Artikel 3 Beëindiging
Artikel 4 Bonus-/Malusregeling
Artikel 5 Verjaring
Artikel 6 Aanvullende uitsluitingen
Dekking aansprakelijkheid motorrijtuigen
Artikel 7 Omvang van de dekking
Artikel 8 Kosten van rechtskundige bijstand Artikel 9 Zekerheidstelling
Artikel 10 Vervoer gewonden Artikel 11 Hulp door derden
Artikel 12 Schade aan andere gezinsauto/motorrijwiel Artikel 13 Vorderingen op verzekerde
Artikel 14 Aanvullende uitsluitingen
Dekking Automobilistenhulp
Artikel 15 Omvang van de dekking binnen Nederland Artikel 16 Omvang van de dekking buiten Nederland Artikel 17 Aanvullende uitsluitingen
Artikel 18 Aanvullende verplichtingen Artikel 19 Samenloop
Beperkte casco dekking voor motorrijtuigen Artikel 20 Omvang van de beperkte cascodekking Artikel 21 Eigen risico
Artikel 22 Vaststelling van de schadevergoeding Artikel 23 Aanmelden vermissing
Artikel 24 Uitsluitingen
Volledige casco dekking voor motorrijtuigen Artikel 25 Omvang van de volledige cascodekking Artikel 26 Eigen risico
Ongevallen inzittenden dekking
Artikel 27 Omvang van de dekking bij overlijden
Artikel 28 Omvang van de dekking bij blijvende invaliditeit Artikel 29 Cumulatieve schadevergoeding bij blijvende invaliditeit
Artikel 30 Verplichtingen bij het maken van een aanspraak op schadevergoeding
Artikel 31 Aanvullende uitsluitingen Schade inzittenden dekking Artikel 32 Omvang van de dekking
Artikel 33 Omvang van de schadevergoeding Artikel 34 Aanvullende uitsluitingen Rechtsbijstanddekking
Artikel 35 Aanvullende begripsomschrijvingen Artikel 36 Verzekerden
Artikel 37 Omvang van de dekking Artikel 38 Kosten van de rechtsbijstand
Artikel 39 Wachttijd
Artikel 40 Franchise
Artikel 41 Verlening van de rechtsbijstand Artikel 42 Verplichtingen van de verzekerde Artikel 43 Onvermogen
Artikel 44 Waarborgsom
Artikel 45 Het rechtsbijstandgebied, de bevoegde rechter en het toepasselijke recht
Artikel 46 Belangenconflicten
Artikel 47 Geschillenregeling
Artikel 48 Uitsluitingen
Algemeen
Artikel 1 Aanvullende begrips- omschrijvingen
1. Aanhanger
Materieel dat door het motorrijtuig kan worden getrokken, bijvoorbeeld een aanhang-, bagage-, vouwwagen of caravan.
2. Aanschafwaarde
De op het tijdstip van de aanschaf geldende aanschafprijs is vastgelegd in de aankoopnota van de officiële merk(sub)dealer, een BOVAG-garage, een ANWB- keuringsrapport of expertiserapport. Extra kosten zoals kosten rijklaar maken of kenteken op naam zetten vallen hier niet onder.
3. Accessoires/meeruitvoering (niet standaard) Onder accessoires worden onderdelen begrepen die op eenvoudige wijze in of aan het motorrijtuig zijn gemonteerd, waarvoor bij montage geen onderdelen zijn
verwijderd en waarvoor geen bewerking of verandering van het motorrijtuig nodig is geweest. Onder meeruitvoering worden alle wijzigingen en aanvullingen begrepen, die zijn aangebracht aan de basisuitvoering van het motorrijtuig, zoals een LPG-installatie.
4. Begunstigden bij ongevallen inzittenden De schadevergoeding krachtens deze dekking zal geschieden aan de verzekerde die het ongeval is
overkomen of in het geval van overlijden aan zijn wettige erfgenamen.
5. Cataloguswaarde
De prijs die conform de prijslijst van fabrikant of importeur voor het motorrijtuig gold op de datum van afgifte van deel I van het kentekenbewijs in Nederland. Indien de eerste toelating op een eerdere datum in het buitenland plaatsvond kan een andere prijs gelden.
6. Gebied
De verzekeringsovereenkomst is van kracht voor gebeurtenissen uitsluitend in die landen waarvoor het afgegeven Internationaal motorrijtuig Verzekeringsbewijs (de groene kaart) geldig is.
7. Herstelbedrijf
Voor glasschade zijn de aangewezen herstelbedrijven Carglass en Autototaalglas. Voor overig schadeherstel wordt verwezen naar de door ons geselecteerde dealer/ herstelbedrijven, zoals genoemd op uw Internationaal Verzekeringsbewijs.
8. Hulpverlening
De organisatie van hulp wordt uitgevoerd door de hulpverlenende organisatie die wordt vermeld op uw Internationaal Verzekeringsbewijs of Polisblad.
9. Internationaal Verzekeringsbewijs
Het door ons uitgereikte Internationaal Verzekeringsbewijs (de zogenaamde ‘groene kaart’). Dit bewijs moet op eerste verzoek aan ons worden teruggegeven. Bij verkoop of eigendomsoverdracht is het verzekerden niet toegestaan het Internationaal Verzekerings-bewijs aan de koper of nieuwe eigenaar ter hand te stellen.
10. Inzittenden
Alle inzittenden van het motorrijtuig met in begrip van de bestuurder die zich bevinden op een voor personenvervoer bestemde zitplaats dan wel in of uit het motorrijtuig stappen. Als inzittenden worden ook beschouwd zij die zich in de directe omgeving van het motorrijtuig op de openbare weg bevinden in verband met een gebeurtenis aan het motorrijtuig overkomen of tijdens het verrichten van een noodreparatie dan wel tijdens een oponthoud bij een tankstation brandstof bijvullen of ruiten schoonmaken, voorzover zij voordien in het motorrijtuig waren gezeten.
11. Invaliditeit bij ongevallen inzittenden
Onder invaliditeit wordt verstaan het geheel of gedeeltelijk verlies van enig deel of orgaan van het lichaam van verzekerde, dan wel het geheel of gedeeltelijk functieverlies van enig deel of orgaan van het lichaam van verzekerde.
12. Motorrijtuig
Het op de polis vermelde motorrijtuig. Inbegrepen zijn de volgende uitrustingstukken: gevarendriehoek, verbanddoos, pechlamp, sleepkabel, brandblusapparaat en kinderstoeltje(s). Ook is inbegrepen de antiroest- behandeling. Een mobilofoon, semafoon, 27 mc- installatie en dergelijke apparatuur kunnen niet worden meeverzekerd. De door de fabrikant af-fabriek aangebrachte opties vallen onder de cataloguswaarde van het motorrijtuig. Eventueel direct bij aankoop of later aangebrachte accessoires (die niet af-fabriek zijn geleverd), zoals het hef- en/of schuifdak, airconditioning, LPG-installatie, spoiler, carkit, antiblokkeringssysteem (ABS) zijn alleen meeverzekerd als bij het vaststellen van de premie daarmee rekening is gehouden.
13. Nieuwwaarde
De op de schadedatum laatst bekende cataloguswaarde van een motorrijtuig van hetzelfde merk, type, model en uitvoering.
14. Ongeval bij schade- en ongevallen inzittenden Een plotseling, onverwacht, van buitenaf op het lichaam inwerkend geweld waaruit rechtstreeks medisch vast te stellen lichamelijk letsel of dood voortvloeit. Als ongeval wordt ook beschouwd:
a. verdrinking, verstikking, bliksemslag, acute vergiftiging door het binnen krijgen van gassen en dampen;
b. tyfus, paratyfus en ziekte van Weil als gevolg van in het water geraken;
c. verhongering, verdorsting en lichamelijke uitputting als gevolg van geïsoleerd raken;
d. wondinfectie, bloedvergiftiging en andere ziekten, ontstaan door binnendringen van ziekteverwekkers in een door een ongeval ontstaan letsel, mits aard en plaats van het letsel door een geneeskundige zijn vast te stellen;
e. lichamelijk functionele beperkingen als gevolg van een cervicaal acceleratie trauma (Whiplash).
15. (Meest) Regelmatige bestuurder
Degene die doorgaans het motorrijtuig bestuurt.
16. Schade bij schade inzittenden
Onder schade wordt verstaan:
a. schade ten gevolge van letsel of benadeling van de gezondheid van inzittenden, al dan niet de dood ten gevolge hebbend;
b. schade ten gevolge van beschadiging of vernietiging van zaken die behoren tot de particuliere huishouding van inzittenden, met uitzondering van schade aan motorrijtuigen.
17. Verkeersongeval
Onder een verkeersongeval wordt verstaan een botsing, aan- of overrijding waarbij het motorrijtuig is betrokken.
18. Verzekerd bedrag ongevallen inzittenden
De op de polis vermelde bedragen gelden per inzittende. Bevinden zich op het moment van het ongeval meer inzittenden inclusief de bestuurder in het motorrijtuig dan er verzekerde zitplaatsen zijn, dan worden de verzekerde bedragen per inzittende naar verhouding verlaagd.
19. Verzekerd bedrag motorrijtuig
Het motorrijtuig is verzekerd tot maximaal de cataloguswaarde, vermeerderd met € 1.000,- aan niet tot de standaarduitrusting behorende accessoires/meeruitvoering.
20. Verzekerden
Als verzekerden worden aangemerkt:
a. U, als verzekeringnemer, eigenaar/bezitter, houder van het motorrijtuig;
b. de bestuurders en de passagiers van het motorrijtuig;
c. de werkgever van de hiervoor genoemde personen indien hij in genoemde hoedanigheid krachtens burgerlijk recht aansprakelijk is.
Artikel 2 Tijdelijk gebruik van een ander motorrijtuig
Wanneer het verzekerde motorrijtuig voor reparatie, revisie of een dergelijke behandeling voor u tijdelijk niet beschikbaar is, zijn voor de duur van deze behandeling de dekkingen ook van toepassing op een naar prijsklasse en ouderdom gelijkwaardig vervangend motorrijtuig. Aan deze bepaling kunnen geen rechten worden ontleend, indien de schade is gedekt door een andere verzekering, al dan niet van een oudere datum, of onder een andere verzekering zou zijn gedekt als deze verzekering niet bestond.
Artikel 3 Beëindiging
In aanvulling op het bepaalde in artikel 4 van de Algemene voorwaarden eindigt de overeenkomst van rechtswege zodra het motorrijtuig in de regel in het buitenland wordt gestald of een niet-Nederlands kenteken gaat voeren.
Artikel 4 Bonus-/Malusregeling
De bonus-/malusregeling is van toepassing op de dekkingen WA, Beperkt Casco en Volledig Casco.
1. Inschaling
Bij de ingang of wijziging van de verzekering worden de verschuldigde premies mede bepaald aan de hand van het premiepercentage uit onderstaande schaal, behorende bij de bonus-/malustrede, vermeld op de polis. Voor elk volgend verzekeringsjaar worden de verschuldigde premies berekend aan de hand van de schaal, afhankelijk van het aantal schadegevallen dat in het afgelopen jaar heeft plaatsgevonden.
2. Bonus-/Malusregeling
B/M- trede | Kortings % | B/M-trede na één verzekeringsjaar | |||
Aantal schaden | |||||
Gee n | 1 | 2 | 3 of meer | ||
21 | 80 | 21 | 16 | 9 | 2 |
20 | 80 | 21 | 15 | 9 | 1 |
19 | 80 | 20 | 14 | 8 | 1 |
18 | 80 | 19 | 13 | 8 | 1 |
17 | 80 | 18 | 12 | 7 | 1 |
16 | 80 | 17 | 11 | 7 | 1 |
15 | 80 | 16 | 10 | 6 | 1 |
14 | 78 | 15 | 9 | 5 | 1 |
13 | 76 | 14 | 9 | 5 | 1 |
12 | 72 | 13 | 8 | 4 | 1 |
11 | 68 | 12 | 8 | 4 | 1 |
10 | 64 | 11 | 7 | 3 | 1 |
9 | 60 | 10 | 6 | 2 | 1 |
8 | 56 | 9 | 5 | 2 | 1 |
7 | 52 | 8 | 4 | 2 | 1 |
6 | 48 | 7 | 3 | 2 | 1 |
5 | 40 | 6 | 2 | 2 | 1 |
4 | 32 | 5 | 1 | 1 | 1 |
3 | 20 | 4 | 1 | 1 | 1 |
2 | 4 | 3 | 1 | 1 | 1 |
1 | +30 | 2 | 1 | 1 | 1 |
3. Geen beïnvloeding no-claimkorting
Een schadegeval heeft geen invloed op no-claimkorting wanneer:
a. xxx geen schadevergoeding verschuldigd zijn;
b. uitsluitend kosten, gemaakt door de hulporganisatie, zijn vergoed;
c. wij de door ons betaalde schade volledig hebben verhaald;
d. u binnen drie maanden nadat u de omvang van de schade is meegedeeld, de uitgekeerde bedragen heeft terugbetaald;
e. wij, uitsluitend op grond van een schaderegelingakkoord tussen verzekeraars, een schade niet hebben kunnen verhalen of uitsluitend op grond van een dergelijk akkoord hebben moeten vergoeden;
f. de betaalde schade niet volledig kan worden verhaald uitsluitend als gevolg van de in de Bijzondere voorwaarden vermelde vaste afschrijvingsregeling;
g. de schade uitsluitend het gevolg is van oorzaken als omschreven in artikel 21 van de Bijzondere voorwaarden Beperkte cascodekking voor motorrijtuigen, en er geen uitkering wegens andere oorzaken, gekoppeld aan dezelfde gebeurtenis, plaatsgevonden heeft;
h. er sprake is van een aanrijding met een fietser of voetganger, waarbij ten aanzien van het ontstaan van die aanrijding de verzekerde geen enkel verwijt kan worden gemaakt;
i. wij de schade uitsluitend op grond van het bepaalde in artikel 7:962 lid 3 BW niet of niet volledig hebben kunnen verhalen.
Artikel 5 Verjaring
Een rechtsvordering tegen ons tot het doen van een uitkering verjaart door het verloop van drie jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de verzekerde met de opeisbaarheid daarvan bekend is geworden.
De verjaring wordt gestuit door een schriftelijke mededeling waarbij op uitkering aanspraak wordt gemaakt. Een nieuwe verjaringstermijn begint te lopen op de dag, volgende op die waarop wij hetzij de aanspraak erkennen, hetzij bij aangetekende brief ondubbelzinnig heeft meegedeeld de aanspraak af te wijzen. In geval van afwijzing verjaart de rechtsvordering door verloop van zes maanden.
Artikel 6 Aanvullende uitsluitingen
Onverminderd het bepaalde in artikel 5 van de Algemene voorwaarden is van deze verzekering uitgesloten:
1. Inbeslagneming
de verzekerde zaken in beslag zijn genomen of aangehouden krachtens besluit van de Nederlandse of vreemde overheid;
2. Deelneming wedstrijden, behendigheidsritten, e.d. de schade is ontstaan tijdens het oefenen voor of deelnemen aan wedstrijden, behendigheidsritten of snelheidsproeven. De schade ontstaan tijdens oriëntatie- of puzzelritten in Nederland is niet uitgesloten;
3. Rijden op een circuit
veroorzaakt tijdens het rijden op een circuit, op een hiervoor geschikt gemaakt tracé of op een slipbaan;
4. Verhuur
de schade is ontstaan terwijl het motorrijtuig is verhuurd, wordt gebruikt voor vervoer van personen tegen betaling dan wel voor andere doeleinden dan bij het aangaan van deze verzekerings-overeenkomst is opgegeven of door de wet is toegestaan;
5. Geen rijbevoegdheid
de schade is veroorzaakt terwijl de feitelijke bestuurder niet in het bezit is van een geldig, voor het motorrijtuig of de betreffende combinatie van het motorrijtuig met aanhanger wettelijk voorgeschreven rijbewijs, of terwijl hem de rijbevoegdheid onvoorwaardelijk is ontzegd, of terwijl hij anderszins krachtens een wettelijke bepaling niet tot het besturen van een motorrijtuig bevoegd is.
Deze uitsluiting geldt echter niet:
a. als de geldigheid van het rijbewijs van de bestuurder niet langer dan twaalf maanden voor het ontstaan van de schade was geëindigd ten gevolge van het feit dat hij verzuimd heeft het rijbewijs tijdig te doen verlengen;
b. als de bestuurder, na zijn rijexamen met goed gevolg te hebben afgelegd, het wettelijk voorgeschreven rijbewijs nog niet heeft ontvangen;
6. Geen kentekenhouder
uit het kentekenregister bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer blijkt dat u niet bent ingeschreven als eigenaar
x.x. xxxxxx, tenzij uit de polis blijkt dat xxx bekend waren met het afwijkende eigendom en dit hebben geaccepteerd. De uitsluitingen onder artikel 6.4 en 6.5 gelden niet wanneer u aantoont dat de daarin bedoelde omstandigheden of feiten zich buiten uw weten en tegen uw wil hebben voorgedaan en dat u in redelijkheid geen verwijt treft.
Dekking aansprakelijkheid motorrijtuigen
Indien uit het polisblad blijkt dat de ‘Dekking aansprakelijkheid’ motorrijtuigen van kracht is, zijn de artikelen 7 tot en met 14 van toepassing.
Met voorbijgaan aan hetgeen anders in de verzekerings- voorwaarden van deze polis mocht zijn bepaald, wordt deze verzekeringsovereenkomst geacht aan de door of krachtens de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen, hierna genoemd WAM, gestelde eisen te voldoen.
Artikel 7 Omvang van de dekking
1. Deze verzekeringsovereenkomst dekt de wettelijke aansprakelijkheid van verzekerden, tot ten hoogste het op de polis vermelde verzekerde bedrag per gebeurtenis voor alle verzekerden tezamen, voor schade aan personen en/of zaken die is veroorzaakt met of door:
a. het motorrijtuig;
b. een aanhanger, zolang deze is gekoppeld aan het motorrijtuig, alsmede wanneer de schade is ontstaan nadat deze is losgemaakt of losgeraakt en niet veilig buiten het verkeer tot stilstand is gekomen;
c. de van het motorrijtuig of aanhanger gevallen of vallende lading, anders dan tijdens laden of lossen.
2. Schade aan personen
Onder schade aan personen wordt verstaan schade door letsel of aantasting van de gezondheid van personen, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
3. Schade aan zaken
Onder schade aan zaken wordt verstaan schade door beschadiging, vernietiging of het verloren gaan van zaken van anderen dan de verzekerden, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
4. Indien de gebeurtenis plaatsvindt in een tot het verzekeringsgebied behorend land, waar krachtens een met de WAM overeenkomende wet een hoger maximum bedrag is voorgeschreven, verleent deze verzekeringsovereenkomst dekking tot dat hogere bedrag.
Artikel 8 Kosten van rechtskundige bijstand
Ook indien daardoor het maximaal verzekerde bedrag voor wettelijke aansprakelijkheid wordt overschreden, worden vergoedt:
1. de kosten van verweer in een door een benadeelde tegen ons aanhangig gemaakte civiele procedure;
2. kosten van verweer die onder leiding van ons wordt gevoerd in een door een benadeelde tegen een verzekerde aanhangig gemaakte civiele procedure, alsmede in de hierboven genoemde gevallen de hieruit voortvloeiende proceskosten tot betaling waarvan wij of de verzekerde worden veroordeeld;
3. de wettelijke rente over het door de verzekeringsovereenkomst gedekte gedeelte van de hoofdsom;
4. de kosten van rechtskundige bijstand in een tegen een verzekerde aanhangig gemaakt strafgeding indien wij dit ter behartiging van onze belangen noodzakelijk achten. Wij kunnen een verzekerde nimmer verplichten tegen een gewezen strafvonnis in hoger beroep te gaan. Boeten, transactiebedragen, afkoopsommen en met een strafprocedure samenhangende gerechtskosten worden niet vergoed.
Artikel 9 Zekerheidstelling
Wanneer ter zake van een schade door een overheid een borgsom wordt verlangd om de opheffing van een op het motorrijtuig gelegd beslag of de invrijheidstelling van verzekerde te verkrijgen, zullen wij de borgsom verstrekken tot ten hoogste € 45.000,- voor alle verzekerden samen, op voorwaarde dat de betrokken verzekerden jegens ons aanspraak op vergoeding van schade hebben. Uitsluitend wij zijn gerechtigd over de verstrekte borgsom te beschikken zodra deze wordt vrijgegeven. Verzekerden zijn verplicht alle medewerking te verlenen om de terugbetaling te verkrijgen.
Artikel 10 Vervoer gewonden
Indien verzekerde betrokken is bij of getuige is van een ongeval waarbij personen zijn verwond en de omstandigheden waaronder het ongeval heeft plaatsgevonden en de verwondingen van dien aard zijn dat vervoer van deze gewonden met het motorrijtuig noodzakelijk is, worden de door dit vervoer veroorzaakte kosten van reiniging, herstel of vernieuwing van het interieur van het motorrijtuig vergoed.
Artikel 11 Hulp door derden
Indien een verzekerde ten gevolge van een ongeval door een derde - al dan niet bij het ongeval betrokken - wordt geholpen om dood of letsel te voorkomen respectievelijk te beperken en degene die de hulp verleent lijdt door of tijdens de hulpverlening schade aan zaken, dan wordt deze schade vergoed tot ten hoogste € 500,- ook al zou het maximaal verzekerde bedrag door deze vergoeding worden overschreden.
Artikel 12 Schade aan andere gezinsauto/motorrijwiel
Indien met het verzekerde motorrijtuig schade wordt toegebracht aan een andere motorrijtuig, dan wel motorrijwiel, die eveneens toebehoort aan u of degene die met toestemming van u het verzekerde motorrijtuig permanent in gebruik heeft, wordt ten aanzien van de schade aan dat motorrijtuig gehandeld als zou de schade door een ander dan u, respectievelijk de houder/bezitter zijn geleden.
Artikel 13 Vorderingen op verzekerde
Indien een verzekerde geen rechten aan deze overeenkomst kan ontlenen en wij krachtens de WAM of een daarmee overeenkomende buitenlandse wet verplicht is schade te vergoeden, hebben wij het recht de schadevergoeding en de gemaakte kosten te verhalen op u. Er wordt van dit recht geen gebruik gemaakt indien de schade is veroorzaakt na eigendomsoverdracht van het motorrijtuig, de verzekering is beëindigd en u heeft voldaan aan de plicht tot kennisgeving.
Artikel 14 Aanvullende uitsluitingen
Onverminderd het bepaalde in artikel 6 is uitgesloten de aansprakelijkheid:
1. voor hen die zich door diefstal of geweldpleging de macht over het motorrijtuig hebben verschaft alsmede voor hen die het motorrijtuig zonder toestemming van u en/of verzekerde gebruiken;
2. voor schade aan zaken die met het motorrijtuig worden vervoerd of aan roerende/onroerende zaken die de verzekerde onder zich heeft;
3. voor schade toegebracht aan de bestuurder van het motorrijtuig dat het ongeval veroorzaakt;
4. voor schade die uitsluitend voortvloeit uit contractuele verplichtingen.
Dekking automobilistenhulp
Indien uit het polisblad blijkt dat de ‘Dekking
automobilistenhulp’ van kracht is, zijn de artikelen 15 tot en met 19 van toepassing.
Artikel 15 Omvang van de dekking binnen Nederland
1. Uitvallen van het motorrijtuig en/of de bestuurder door een ongeval
Indien het motorrijtuig en/of aanhanger als gevolg van een ongeval zodanig is beschadigd dat voortzetting van de reis onmogelijk is of de bestuurder bij dat ongeval zodanig letsel is overkomen dat hij niet in staat is het motorrijtuig te besturen en een andere inzittende de besturing niet kan overnemen, heeft een verzekerde recht op:
a. berging en vervoer van het motorrijtuig en/of aanhanger naar een door verzekerde aan te wijzen reparateur, dan wel naar het woonadres van de verzekerde direct na het ongeval;
b. vervoer van de inzittenden en de bagage, direct na het ongeval, naar een door hen op te geven gezamenlijk adres in Nederland.
2. Uitvallen van het motorrijtuig door pech
a. Een verzekerde kan uitsluitend aanspraak maken op dezelfde diensten conform artikel 15.1, indien voortzetting van de reis onmogelijk is door pech (een plotseling optredende mechanische storing aan het motorrijtuig), indien het motorrijtuig:
- volledig casco is verzekerd conform artikel 25;
- ten tijde van de gebeurtenis niet ouder is dan zes jaar;
b. de storing binnen Nederland is ontstaan doch buiten de woonplaats van de verzekerde en van zo ernstige aard is dat deze niet ter plaatse binnen één uur kan worden verholpen.
3. Diefstal van het motorrijtuig
In geval van diefstal van het motorrijtuig, heeft een verzekerde recht op berging en vervoer van het motorrijtuig naar een door verzekerde aan te wijzen reparateur of woonadres indien het motorrijtuig zodanig beschadigd wordt teruggevonden, dat rijden op eigen kracht niet mogelijk is.
Artikel 16 Omvang van de dekking buiten Nederland
1. Uitvallen van het motorrijtuig en/of de bestuurder door een ongeval
Indien het motorrijtuig en/of aanhanger als gevolg van een ongeval zodanig is beschadigd dat voortzetting van de reis onmogelijk is of de bestuurder bij dat ongeval zodanig letsel is overkomen dat hij niet in staat is het motorrijtuig te besturen en een andere inzittende de besturing niet kan overnemen, heeft een verzekerde recht op:
a. berging en vervoer van het motorrijtuig, de bagage en eventuele aanhanger naar de dichtstbijzijnde garage waar de schade kan worden hersteld;
b. nazenden van onderdelen die nodig zijn om het motorrijtuig uiterlijk binnen vier werkdagen rijklaar te maken. De onderdelen zelf komen voor rekening van de verzekerde, tenzij krachtens de Bijzondere voorwaarden Volledige Cascodekking voor motorrijtuigen van deze verzekeringsovereenkomst recht op vergoeding bestaat;
c. repatriëring van het motorrijtuig, de bagage en eventuele aanhanger naar Nederland, tenzij het motorrijtuig binnen twee werkdagen rijklaar kan worden gemaakt. Indien de kosten van repatriëring van het motorrijtuig hoger zijn dan de waarde van het motorrijtuig zoals die in Nederland zou zijn getaxeerd, dan worden de kosten van invoer en/of vernietiging van het motorrijtuig in het desbetreffende land vergoed.
In dat geval wordt uitsluitend voor vervoer van de bij het motorrijtuig behorende bagage en eventuele aanhanger zorg gedragen;
d. vergoeding van de terugreiskosten die door de inzittenden moeten worden gemaakt. Vergoed worden de treinkosten 2e klasse met inbegrip van een eenmalig vervoer per taxi naar het dichtstbijzijnde spoorwegstation vanaf de plaats van het ongeval, alsmede eenmalig vervoer per taxi van het aankomststation naar het woonadres.
2. Uitvallen van het motorrijtuig door pech
Een verzekerde kan uitsluitend aanspraak maken op dezelfde diensten conform artikel 16.1, indien voortzetting van de reis onmogelijk is door pech (een plotseling optredende mechanische storing aan het motorrijtuig), indien het motorrijtuig:
a. volledig casco is verzekerd conform artikel 25;
b. ten tijde van de gebeurtenis niet ouder is dan zes jaar.
3. Diefstal van het motorrijtuig
Een verzekerde kan aanspraak maken op dezelfde diensten conform artikel 15.1 indien voortzetting van de reis onmogelijk is door diefstal van het motorrijtuig.
Artikel 17 Aanvullende uitsluitingen
De uitsluitingen genoemd in artikel 6, 14, 24 zijn van toepassing.
Artikel 18 Aanvullende verplichtingen
1. De kosten van dienstverlening komen voor rekening van ons, indien daarvoor contact is opgenomen met en opdracht is gegeven door de hulporganisatie. Indien de verzekerde aannemelijk maakt dat hij redelijkerwijs niet in staat was de hulporganisatie te waarschuwen, worden de gemaakte kosten vergoed alsof de dienstverlening via de hulporganisatie had plaatsgevonden.
2. Verzekerden dienen er voor in te staan dat er vrijelijk over het motorrijtuig en de eventuele aanhanger kan worden beschikt. Indien en voorzover dat niet het geval is, komen de daardoor gemaakte extra kosten voor rekening van verzekerden.
Artikel 19 Samenloop
1. Indien bij schade aanspraak kan worden gemaakt op een andere verzekering, al dan niet van oudere datum, of zou kunnen worden gemaakt als deze verzekering niet zou hebben bestaan, geldt deze verzekering slechts voorzover de aanspraken het bedrag te boven gaan waarop de verzekerde elders recht heeft of zou hebben. Een eigen risico op de andere verzekering komt niet voor vergoeding in aanmerking.
2. De verzekerde dient een opgave te doen van alle hem bekende verzekeringen, al dan niet van oudere datum, die op het moment van de schade geheel of ten dele betrekking hebben op hetzelfde belang.
Beperkte cascodekking voor motorrijtuigen
Indien uit het polisblad blijkt dat de ‘Beperkte cascodekking’ voor motorrijtuigen van kracht is, zijn de artikelen 20 tot en met 24 van toepassing.
Artikel 20 Omvang van de beperkte cascodekking
1. Deze verzekering dekt verlies van en de herstelkosten van schade aan het motorrijtuig uitsluitend door:
a. Brand, zelfontbranding, blikseminslag, kortsluiting en explosie. Onder brand wordt in dit verband verstaan, een door verbranding veroorzaakt en met vlammen gepaard gaand vuur buiten een haard, dat in staat is zich uit eigen kracht voort te planten. Zo is onder andere geen brand:
- zengen, schroeien, smelten, verkolen, broeien;
- doorbranden van elektrische apparaten en motoren.
b. Diefstal, inbraak, verduistering of joyriding waaronder begrepen schade die door de pleger van het misdrijf aan het motorrijtuig is toegebracht en schade ontstaan door poging tot diefstal, inbraak, verduistering of joyriding.
c. Breuk van één of meer ruiten van het motorrijtuig, inclusief de ruit van het zonnedak, niet gepaard gaande met andere schade aan het motorrijtuig behoudens door scherven van deze ruit(en). Onder ruiten worden niet begrepen koplampglazen en koplampruiten.
d. Botsing met loslopende dieren of vogels, uitsluitend voorzover de schade rechtstreeks door die botsing is toegebracht.
e. Overstroming, vloedgolf, aardbeving, vulkanische uitbarsting, lawine, vallend gesteente, aardverschuiving of soortgelijke natuurrampen. Onder overstroming wordt in dit verband verstaan het bezwijken of overlopen van dijken, kaden, sluizen of andere waterkeringen, onverschillig of de overstroming oorzaak dan wel gevolg is van een door de verzekerings- overeenkomst gedekte gebeurtenis.
f. Storm
Uitsluitend gedekt is schade door ten gevolge van de storm vallende of rondvliegende voorwerpen, alsmede het ten gevolge van de storm opgenomen worden of omwaaien van het stilstaande motorrijtuig en schade doordat het portier tegen een ander voorwerp dan wel tegen het motorrijtuig zelf waait.
g. Hagel
Onder hagel wordt verstaan neerslag uit de dampkring in de vorm van ijskorrels.
h. Relletjes
Relletjes zijn volksoplopen waartegen door het openbaar gezag wordt opgetreden (dus geen baldadigheid of vandalisme).
i. Het buiten een vliegveld in aanraking komen met een luchtvaartuig, delen daarvan of voorwerpen welke uit een luchtvaartuig vallen.
j. Van buiten komend onheil gedurende de tijd dat het motorrijtuig voor transport met een vervoermiddel aan een transportonderneming is overgedragen, met uitzondering van schade, ontstaan tijdens takelen of slepen en van schade bestaande uit schrammen, krassen of lakschade.
k. Bijdrage in averij grosse.
2. Dagvergoeding diefstal
In geval van diefstal en verduistering wordt vanaf de datum van aangifte bij de politie voor iedere dag waarop u in verband met deze diefstal of verduistering niet over het motorrijtuig kan beschikken, een bedrag van € 12,- per dag gedurende maximaal één maand vergoed.
3. Diefstal van de motorrijtuigsleutels
Indien de motorrijtuigsleutels na diefstal met braak uit de eigen woning of na beroving met geweld in de eigen woning in het bezit van onbevoegden zijn geraakt, wordt tot maximaal € 500,- per gebeurtenis de noodzakelijke kosten voor wijziging, of - indien niet mogelijk - vervanging van de sloten van het verzekerde motorrijtuig vergoed. Dit ter voorkoming van diefstal van het verzekerde motorrijtuig. Onder motorrijtuigsleutels worden in dit verband verstaan alle mechanische en/of elektronische middelen met behulp waarvan de portieren van het motorrijtuig kunnen worden geopend en/of de motor van het motorrijtuig kan worden gestart. De hiervoor bedoelde diefstal of beroving dient te blijken uit een proces-verbaal van aangifte.
4. Vergoeding hotelkosten
Indien verzekerde ten gevolge van een gedekte gebeurtenis buiten Nederland zijn bestemming niet meer kan bereiken en van een hotel gebruik moet maken, worden de kosten van één overnachting tot een maximum van € 30,- per verzekerde per gebeurtenis vergoed.
Artikel 21 Eigen risico
In geval van schade aan of verlies van het motorrijtuig zal per gedekte gebeurtenis een bedrag gelijk aan het op de polis genoemde eigen risico in mindering worden gebracht.
1. Wanneer recht bestaat op schadevergoeding en de schade wordt hersteld door een door ons geselecteerd
herstelbedrijf, wordt het eigen risico verminderd met € 150,-. De vermindering van het eigen risico geldt niet voor ruitschaden.
2. Het op de polis genoemde eigen risico komt te vervallen indien een ruitschade door middel van een harsinjectie is gerepareerd door een door ons geselecteerd herstelbedrijf.
3. Indien de beschadigde ruit wordt vervangen door een door ons geselecteerd herstelbedrijf, zal het op de polis genoemde eigen risico worden verminderd met 50%.
4. Indien verzekerde in geval van inbraak door middel van overlegging van een geldig SCM certificaat kan aantonen dat het motorrijtuig ten tijde van de inbraak beveiligd was met een alarminstallatie, zal geen inhouding van het eigen risico plaatsvinden.
5. Indien in geval van diefstal van het gehele motorrijtuig door verzekerde kan worden aangetoond dat het motorrijtuig is beveiligd met een SCM gecertificeerd startonderbrekingssysteem, dan wel is voorzien van een zogenaamd af-fabriek beveiligingssysteem en/of dat het kenteken in de ruiten van het motorrijtuig is gegraveerd, zal geen inhouding van het eigen risico plaatsvinden.
Artikel 22 Vaststelling van de schadevergoeding
1. In geval van beschadiging van het motorrijtuig worden uitsluitend de reparatiekosten vergoed. De vergoeding bedraagt niet meer dan een bedrag gelijk aan de waarde van het motorrijtuig onmiddellijk voor het ontstaan van de schade onder aftrek van de waarde der restanten.
Indien de reparatiekosten meer bedragen dan het verschil tussen de waarde van het motorrijtuig op het moment onmiddellijk vóór de schade onder aftrek van de waarde van de restanten, is er net als bij diefstal sprake van totaal verlies.
Bij verlies van het motorrijtuig wordt de waarde onmiddellijk vóór het ontstaan van de schade vergoed. Recht op schadevergoeding ingeval van verlies door diefstal, joyriding met of verduistering van het motorrijtuig door een ander dan de verzekerde bestaat, indien het motorrijtuig niet binnen één maand na aangifte bij de politie, kan worden terugverkregen.
Bij schadevergoeding in geval van totaal verlies (in technische en/of economische zin) van het motorrijtuig behouden wij ons het recht voor, het wrak over te dragen aan een door haar aan te wijzen derde. De schadevergoeding vindt niet eerder plaats dan na overhandiging van alle delen van het bij het motorrijtuig behorende kentekenbewijs door de verzekerde aan ons.
2. Reparatie
In geval van schade heeft u het recht om in spoedeisende gevallen onverminderd de verplichting tot onmiddellijke melding van de schade, deze door een herstelbedrijf tot maximaal € 500,- te laten repareren. In deze gevallen dient zo spoedig mogelijk aan ons een originele gespecificeerde herstelnota te worden overgelegd.
3. Vergoeding volgens nieuwwaarde
Deze bepaling geldt niet voor lease-, les-, en vrachtauto’s, ook dan niet indien het motorvoertuig voor particuliere doeleinden wordt gebruikt.
Deze bepaling geldt ook niet voor schade die ontstaat na een periode van drie jaar na afgifte van het eerste kentekenbewijs. Indien het een verzekerd motorrijtuig betreft, dat bij afgifte van het Nederlands kentekenbewijs nieuw is geweest, geldt het volgende:
a. indien de schade binnen een periode van twaalf maanden na afgifte van het kentekenbewijs ontstaat, wordt de waarde van het motorrijtuig vóór het ontstaan van de schade vastgesteld op de dan geldende nieuwwaarde. Wanneer een motorrijtuig op het moment van de schade nog geen 20.000 km heeft gereden en een ouderdom heeft van minder dan één jaar, zullen boven de nieuwwaarde eveneens de in de handel gebruikelijke afleveringskosten, met uitzondering van een tectylbehandeling, worden vergoed;
b. ontstaat de schade na het verstrijken van deze periode van twaalf maanden, dan wordt vanaf de dertiende maand de nieuwwaarde op het moment van de schade per maand verminderd met 1,5% over de eerste
€ 12.500,- en met 2% over het meerdere. Gedeelten van een maand gelden als volle maand;
c. indien de reparatiekosten meer bedragen dan tweederde van de nieuwwaarde minus afschrijving van het motorrijtuig, kunt u aanspraak maken op vergoeding op basis van totaal verlies. De op deze wijze vastgestelde schadevergoeding wordt uitgekeerd, ook indien het verzekerd bedrag wordt overschreden;
d. verlengde nieuwwaarde regeling
Indien uit het polisblad blijkt dat de verlengde nieuwwaarde regeling van toepassing is, geldt, in tegenstelling tot hetgeen in de dit artikel eerder is bepaald, het volgende:
- er zal gedurende 36 maanden na afgifte van deel 1 van het kentekenbewijs geen afschrijving worden toegepast en bij totaal verlies zal de nieuwwaarde worden uitgekeerd;
- ontstaat de schade na het verstrijken van de drie jaar nieuwwaarde, dan zal vanaf de 13e t/m de 60e maand op het moment van schade de nieuwwaarde per maand worden verminderd 1% vanaf maand 13 t/m maand 36 en 1,5% vanaf maand 37 t/m maand
60. Gedeelten van een maand gelden als een volle maand.
- als het betreffende merk en type en dezelfde uitvoering van het motorrijtuig niet meer wordt geleverd, zal van een maximum van 110% van de laatst bekende catalogus- waarde worden uitgegaan.
4. Occasion waarderegeling
Deze regeling is uitsluitend van toepassing voor een occasion met een oorspronkelijke cataloguswaarde inclusief extra voorzieningen en accessoires tot maximaal € 75.000,- inclusief B.T.W. die bij afgifte van het Nederlandse kenteken fabrieksnieuw was. De vaststelling van de waarde van de occasion vóór de gebeurtenis geschiedt op de volgende wijze:
a. als na de datum van afgifte van deel 1B (voorheen deel 2) van het kentekenbewijs, niet meer dan twaalf maanden zijn verstreken wordt de aanschafwaarde vergoed (aankoopprijs excl. extra’s zoals kosten van bijvoorbeeld rijklaar maken en kenteken op naam zetten), zonder dat daarop een afschrijving wordt toegepast;
b. als na de datum van afgifte van deel 1B van het kenteken-bewijs, twaalf maanden zijn verstreken wordt op de aanschafwaarde een afschrijving toegepast te rekenen vanaf een ouderdom van twaalf maanden. Voor iedere daarna geheel verstreken periode van een maand of gedeelte daarvan, bedraagt de afschrijving 1,5%;
c. de occasion waarderegeling wordt niet meer toegepast voor schade die ontstaat na een periode van 36 maanden na de datum van afgifte van deel 1B van het kentekenbewijs;
d. de occasion waarderegeling is niet van toepassing als u niet kunt aantonen dat herstel van reparabele schade ontstaan na aanschaf van het verzekerd motorrijtuig daadwerkelijk heeft plaatsgevonden bij een erkende reparatie-inrichting waar de schade is vastgesteld. Als de dagwaarde van het verzekerde motorrijtuig op de schadedatum hoger is dan de waarde berekend volgens de occasion waarderegeling, geldt de dagwaarde als maatstaf voor de uitkering;
e. indien de reparatiekosten meer bedragen dan tweederde van de aanschafwaarde minus afschrijving van het motorrijtuig, dan kunt u aanspraak maken op vergoeding op basis van totaal verlies;
f. bij schade moet desgewenst aan ons of onze deskundige de aankoopnota van een officiële merk(sub)dealer, een BOVAG- garage, een ANWB keuringsrapport of een expertiserapport worden overgelegd. Als u de aanschafwaarde niet deugdelijk kan aantonen is de occasion waarderegeling niet van toepassing.
5. Diefstal geluidsapparatuur
Indien verzekerde in geval van inbraak en/of diefstal van het verzekerde motorrijtuig, het afneembaar frontje van de meeverzekerde geluidsapparatuur aan ons overdraagt en indien de apparatuur niet ouder is dan drie jaar op het moment van de inbraak, wordt de oorspronkelijke aanschafprijs of, indien deze lager is dan de oorspronkelijke aanschafprijs, de huidige nieuwprijs van de apparatuur vergoed. Het bezit, de waarde en de ouderdom van de geluidsapparatuur dient te worden aangetoond door middel van overlegging van de originele gespecificeerde aanschafnota.
6. Vervangend vervoer na schade
Tijdens herstel na schade van het verzekerde motorrijtuig bij het herstelbedrijf kan verzekerde, voor de periode van de technische reparatie, beschikken over een soortgelijk (doch maximaal middenklasse) vervangend standaard uitgevoerd motorrijtuig. Dit motorrijtuig wordt aan verzekerde ter beschikking gesteld door het herstelbedrijf. De brandstofkosten blijven voor rekening van verzekerde. Deze bepaling geldt niet voor schade die uitsluitend bestaat uit ruitschade.
8. Financiering
Zolang het verzekerde motorrijtuig eigendom is van een aan ons bekende financier zullen eventuele uitkeringen wegens schade aan of verlies van het verzekerde motorrijtuig aan deze financier worden gedaan. Bovendien geldt dat deze polis binnen haar grenzen dekt de wettelijke aansprakelijkheid van de betrokken financier in de hoedanigheid van (mede) eigenaar van het motorrijtuig.
9. Exclusief BTW
Indien uit het polisblad blijkt de verzekering van het motorrijtuig plaats vindt exclusief BTW, zal bij schade aan het motorrijtuig uitkering exclusief BTW plaats vinden.
Artikel 23 Aanmelden vermissing
U verklaart zich akkoord met het aanmelden door ons van de voertuiggegevens aan het Verzekeringsbureau Voertuigcriminaliteit, zodat door de overheid erkende particuliere organisaties door ons kunnen worden ingeschakeld voor het terugvinden en terugbezorgen van het voertuig. U kunt ook zelf rechtstreeks de vermissing van het voertuig doorgeven aan het Verzekeringsbureau Voertuigcriminaliteit, via telefoonnummer 071 364 17 77 (24 uur per dag bereikbaar).
Artikel 24 Aanvullende uitsluitingen
Onverminderd het bepaalde in artikel 6 is van deze verzekering uitgesloten:
1. schade door slijtage of waardevermindering;
2. schade door bevriezing of andere geleidelijk inwerkende atmosferische invloeden tenzij als gevolg van één van de in artikel 20 genoemde gebeurtenissen;
3. schade die is veroorzaakt terwijl de bestuurder alcohol heeft genuttigd en het alcoholgehalte van zijn bloed meer bedraagt dan 0,5 milligram per milliliter bloed dan wel het alcoholgehalte van zijn adem meer bedraagt dan 220 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht of terwijl de bestuurder onder invloed verkeert van enig bedwelmend of opwekkend middel. Ook wanneer de bestuurder geweigerd heeft zijn medewerking te verlenen aan een ademanalyse, een bloedonderzoek of een ander onderzoek ter vaststelling van het in artikel 8 van de Wegenverkeerswet bedoelde gehalte of gebruik, wordt geen schadevergoeding verleend.
Volledige cascodekking voor motorrijtuigen
Indien uit het polisblad blijkt dat de ‘Volledige cascodekking’ voor motorrijtuigen van kracht is, zijn de artikelen 20 tot en met 26 van toepassing.
Artikel 25 Omvang van de volledige cascodekking
De omvang van de volledige cascodekking omvat die van de beperkte cascodekking. Daarnaast dekt deze verzekering het verlies van en de kosten van herstel van schade aan het motorrijtuig door:
1. botsing, vandalisme of enig ander van buitenkomend onheil;
2. omslaan, van de weg raken of in het water terechtkomen. De genoemde gebeurtenissen zijn eveneens gedekt indien deze het gevolg zijn van eigen gebrek, terwijl dan het eigen gebrek zelf eveneens gedekt is.
Artikel 26 Eigen risico
1. In geval van schade aan of verlies van het motorrijtuig zal per gedekte gebeurtenis een bedrag gelijk aan het op de polis genoemde eigen risico in mindering worden gebracht. Dit bedrag wordt vermeerderd met € 75,- indien de bestuurder ten tijde van de gebeurtenis 23 jaar of jonger is. Dit extra eigen risico is niet van toepassing bij schadegebeurtenissen als omschreven in artikel 20.
2. In geval van volledige cascodekking wordt het geldende eigen risico, indien het totale schadebedrag dit eigen risicobedrag te boven gaat, niet in mindering gebracht op het vastgestelde schadebedrag mits naar het oordeel van ons duidelijk is dat het uit te keren schadebedrag geheel kan worden verhaald.
3. Indien bij de behandeling van de schade blijkt dat de schadevergoeding niet, of niet volledig verhaald kan worden, bent u gehouden tot onmiddellijke terugbetaling van het uitgekeerde eigen risicobedrag.
4. Wanneer recht bestaat op schadevergoeding en de schade wordt hersteld door een door de Stichting Schadegarant erkend en als zodanig herkenbaar auto(herstel)bedrijf, conform de hiervoor geldende procedure, wordt het eigen risico verminderd met € 150,-. De vermindering van het eigen risico geldt niet voor ruitschaden.
Ongevallen inzittendendekking
Indien uit het polisblad blijkt dat de ‘Ongevallen
inzittendendekking’ van kracht is, zijn de artikelen 27 tot en met 31 van toepassing.
Artikel 27 Omvang van de dekking bij overlijden
Bij overlijden van een inzittende als enig en rechtstreeks gevolg van het ongeval, wordt het voor hem geldende verzekerde bedrag aan zijn wettige erfgenamen uitgekeerd. Een voorafgaande schadevergoeding wegens blijvende invaliditeit ten gevolge van hetzelfde ongeval wordt hierop in mindering gebracht. Voor een inzittende die ten tijde van het ongeval jonger is dan 18 jaar of ouder is dan 70 jaar bedraagt de schadevergoeding maximaal € 2.500,-.
Artikel 28 Omvang van de dekking bij blijvende invaliditeit
1. Bij blijvende invaliditeit van een inzittende als enig en rechtstreeks gevolg van het ongeval worden, bij algeheel verlies of functieverlies van de hierna genoemde
lichaamsdelen of zintuiglijke vermogens, de hieronder vermelde percentages van het verzekerd bedrag uitgekeerd:
beide benen of voeten | 100% |
beide armen of handen | 100% |
een been of voet of een arm en hand tezamen | 100% |
een arm | 75% |
een onderarm | 65% |
een hand | 60% |
een duim | 25% |
een wijsvinger | 15% |
ieder andere vinger | 10% |
vijf vingers tezamen | 60% |
een been | 70% |
een onderbeen | 65% |
een voet | 50% |
een grote teen | 10% |
iedere andere teen | 3% |
het gezichtsvermogen van beide ogen | 100% |
het gezichtsvermogen van een oog | 30% |
het gehoor van beide oren | 50% |
het gehoor van een oor | 20% |
het reukvermogen | 10% |
whiplash | 1 t/m 5% |
de smaak | 5% |
een nier of de milt | 10% |
een long | 30% |
2. Bij gedeeltelijk (functie)verlies van de onder artikel 28.1 genoemde lichaamsdelen of zintuiglijke vermogens een gedeelte van de daar genoemde percentages evenredig aan de mate van het verlies.
3. Voor de onder artikel 28.1 en 28.2 niet genoemde gevallen van blijvende invaliditeit een gedeelte van het verzekerde bedrag, evenredig aan de mate van blijvende invaliditeit.
4. De mate van blijvende invaliditeit wordt vastgesteld zodra van een onveranderlijke toestand kan worden gesproken, echter in ieder geval binnen twee jaar na de ongevalsdatum. De hoogte van de schadevergoeding wordt bepaald volgens de op grond van medische rapporten verwachte definitieve graad van invaliditeit.
5. Indien een bestaande blijvende invaliditeit door een ongeval wordt verergerd dan wordt schadevergoeding verleend op grond van het verschil tussen de mate van blijvende invaliditeit vóór en na het ongeval.
6. Voor blijvende invaliditeit als gevolg van een ongeval behoudens de uitbreiding onder artikel 29 wordt niet meer uit dan 100% van het verzekerde bedrag.
7. Indien de inzittende vóór de vaststelling van de invaliditeit als gevolg van het ongeval is overleden dan is geen schadevergoeding voor blijvende invaliditeit verschuldigd.
8. Indien reeds een schadevergoeding voor blijvende invaliditeit werd verstrekt, wordt deze op het voor overlijden uit te keren bedrag in mindering gebracht. Was de reeds gedane schadevergoeding hoger dan die waarop
aanspraak kan worden gemaakt dan vorderen wij het verschil niet terug.
9. Indien de inzittende vóór de vaststelling van de blijvende invaliditeit - anders dan door het ongeval - is overleden dan blijft het recht op schadevergoeding bestaan. De hoogte van de schadevergoeding wordt bepaald volgens de, op grond van medische rapporten, verwachte definitieve graad van invaliditeit indien de verzekerde niet zou zijn overleden.
10. Indien binnen één jaar na de ongevalsdatum nog geen blijvende invaliditeit is vastgesteld, wordt een rente van 6% over de schadevergoeding verminderd met eventuele voorschot schadevergoedingen vergoed. Deze rente gaat in op de 366ste dag na de ongevalsdatum.
11. Indien een getroffen inzittende reeds voor het ongeval lijdende was aan kwalen, ziekten of gebreken wordt bij de vaststelling van de schadevergoeding uitsluitend rekening gehouden met de ongevalsgevolgen die er geweest zouden zijn indien zodanige kwalen, ziekten of gebreken niet aanwezig zouden zijn geweest.
12. Voor een inzittende die ten tijde van het ongeval ouder is dan 70 jaar wordt maximaal 50% van het per inzittende verzekerde bedrag uitgekeerd.
13. Voor een inzittende die ten tijde van het ongeval niet van de wel aanwezige veiligheidsgordel heeft gebruikgemaakt, geldt een korting van 30% op de uitkering.
Artikel 29 Cumulatieve schade- vergoeding bij blijvende invaliditeit
1. Bij een blijvende invaliditeit tot en met 25% blijven de schadevergoedingspercentages ongewijzigd.
2. Bij een blijvende invaliditeit tot en met 50% wordt eerst het onder artikel 28.1 genoemde toegepast en daarna het deel dat de 25% overschrijdt, vertweevoudigd.
3. Bij een blijvende invaliditeit boven de 50% wordt eerst het onder artikel 28.1 en 28.2 genoemde toegepast en daarna het deel dat de 50% overschrijdt, verdrievoudigd.
Artikel 30 Verplichtingen bij het maken van een aanspraak op schadevergoeding
Onverminderd de verplichtingen in artikel 7 van de Algemene voorwaarden, is degene die aanspraak op een schadever- goeding maakt tevens verplicht ervoor te zorgen dat:
1. in geval van overlijden van een inzittende aanstonds ons op de hoogte te stellen, althans zo tijdig dat wij voor de ter aarde bestelling of crematie een onderzoek kunnen instellen;
2. in geval van blijvende invaliditeit van een inzittende binnen drie maanden na de datum van het ongeval ons in kennis te stellen. Na verstrijken van deze termijn behoudt een inzittende het recht op schadevergoeding indien ten genoegen van ons wordt bewezen dat de invaliditeit uitsluitend een gevolg van het ongeval is. Alle rechten op een schadevergoeding vervallen indien de kennisgeving van
het ongeval en de daaruit voortvloeiende blijvende invaliditeit later dan vijf jaren na het ongeval plaatsvindt;
3. onverwijld geneeskundige hulp wordt ingeroepen en dat de door of namens de geneeskundige(n) gegeven voorschriften worden opgevolgd;
4. desgevraagd aan ons en aan de daartoe door ons aangewezen deskundige(n) alles mee te delen respectievelijk te laten meedelen hetgeen met het ongeval verband houdt, aan bedoelde geneeskundige(n) gelegenheid te geven respectievelijk te laten geven tot onderzoek ter plaatse en ten tijde als door deze wordt bepaald en alle verlangde bewijsstukken over te leggen.
Artikel 31 Aanvullende uitsluitingen
Onverminderd het bepaalde in artikel 6 bestaat geen recht op schadevergoeding voor een ongeval dat aan inzittenden is overkomen indien:
1. het motorrijtuig zonder toestemming van u werd gebruikt;
2. schade die is veroorzaakt terwijl de bestuurder alcohol heeft genuttigd en het alcoholgehalte van zijn bloed meer bedraagt dan 0,5 milligram per milliliter bloed dan wel het alcoholgehalte van zijn adem meer bedraagt dan 220 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht of terwijl de bestuurder onder invloed verkeert van enig bedwelmend of opwekkend middel. Ook wanneer de bestuurder geweigerd heeft zijn medewerking te verlenen aan een ademanalyse, een bloedonderzoek of een ander onderzoek ter vaststelling van het in artikel 8 van de Wegenverkeerswet bedoelde gehalte of gebruik, wordt geen schadevergoeding verleend. Deze uitsluiting geldt niet voor een inzittende die aantoont dat de hierin bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en hem daarvoor in redelijkheid geen verwijt treft.
Schade inzittendendekking
Indien uit het polisblad blijkt dat de ‘Schade inzittendendekking’ voor motorrijwielen van kracht is, zijn de artikelen 32 tot en met 34 van toepassing.
Artikel 32 Omvang van de dekking
Tot het verzekerde bedrag dekt de verzekering schade van inzittenden door (verkeers-)ongevallen.
Artikel 33 Omvang van de schade- vergoeding
1. Wordt een inzittende gedood of gewond, dan zal bij de vaststelling van de omvang van de vergoeding en van de rechthebbenden op vergoeding, het bepaalde in de artikelen 6:107 en 6:108 BW dienovereenkomstig van kracht zijn.
2. Indien een inzittende burgerrechtelijk aansprakelijk is voor de onder deze dekking verzekerde schade, zal de betaling geschieden krachtens de dekking aansprakelijkheid motorrijtuigen.
3. Op deze dekking kan geen beroep worden gedaan door anderen dan de rechtstreeks bij het schadegeval betrokken benadeelde natuurlijke personen of hun nagelaten betrekkingen.
4. Geen aanspraak op vergoeding bestaat voorzover de inzittende recht heeft op vergoeding krachtens een andere verzekering, al dan niet van oudere datum, of op schadevergoedingen of verstrekkingen uit andere hoofde.
5. Het niet dragen van in het motorrijtuig aanwezige autogordels kan eigen schuld aan de schade opleveren. Deze eigen schuld zal naar de maatstaven van het burgerlijk recht bij de vaststelling van de schade worden toegerekend.
6. Indien het totale bedrag van de door de inzittenden c.q. hun rechtverkrijgenden geleden schade hoger is dan het verzekerd bedrag, wordt dit bedrag naar evenredigheid van de door ieder van hen geleden schade uitgekeerd.
Artikel 34 Aanvullende uitsluitingen
Onverminderd het bepaalde in artikel 6 is van deze verzekering uitgesloten:
1. schade die is veroorzaakt terwijl de bestuurder alcohol heeft genuttigd en het alcoholgehalte van zijn bloed meer bedraagt dan 0,5 milligram per milliliter bloed dan wel het alcoholgehalte van zijn adem meer bedraagt dan 220 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht of terwijl de bestuurder onder invloed verkeert van enig bedwelmend of opwekkend middel. Ook wanneer de bestuurder geweigerd heeft zijn medewerking te verlenen aan een ademanalyse, een bloedonderzoek of een ander onderzoek ter vaststelling van het in artikel 8 van de Wegenverkeerswet bedoelde gehalte of gebruik, wordt geen schadevergoeding verleend.
2. Deze uitsluiting geldt niet voor een inzittende die aantoont dat de hierin bedoelde omstandigheden zich buiten zijn weten en tegen zijn wil hebben voorgedaan en hem daarvoor in redelijkheid geen verwijt treft.