Huurder definitie

Huurder alle overeenkomstige begrippen bij pacht of enig al dan niet op een overeenkomst gebaseerd ander gebruik;
Huurder. Dat bent u, de Huurder van het Systeem.
Huurder de natuurlijke persoon of rechtspersoon die als huurder de huurovereenkomst sluit.

Examples of Huurder in a sentence

  • Huurder verstrekt hiervoor een machtiging aan Verhuurder door het invullen van het SEPA formulier.

  • Huurder dient voor gebruik de het gehuurde te controleren van schades of ontbrekende materialen.

  • Tenzij anders is bepaald in de Huurovereenkomst, heeft Huurder geen rechten op de Exhibit anders dan het recht tot gebruik van de Exhibit overeenkomstig de bepalingen van de Huurovereenkomst.

  • Verhuurder is gerechtigd naar aanleiding van een voornemen als bedoeld in dit artikel redelijke voorwaarden te stellen tot zekerheid voor de nakoming door Huurder van de verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst.

  • Huurder zal voor zover toepasselijk risico’s ter zake de Exhibit in zijn verzekering voor Wettelijke Aansprakelijkheid laten opnemen.


More Definitions of Huurder

Huurder de natuurlijke of rechtspersoon die op basis van een overeenkomst apparatuur huurt van verhuurder voor een bepaalde periode.
Huurder de natuurlijke persoon of natuurlijke personen waarmee verhuurder een overeenkomst van huur en verhuur betreffende zelfstandige woonruimte heeft gesloten.
Huurder de persoon die met de verhuurder een overeenkomst sluit met betrekking tot huur/gebruik van een accommodatie.
Huurder. Een natuurlijke persoon met wie een huurovereenkomst is gesloten.
Huurder de natuurlijke perso(o)n(en) of de rechtsperso(o)n(en) die met Verhuurder een huurovereenkomst is/zijn aangegaan of daarover met Verhuurder in onderhandeling is/zijn.
Huurder de Partij die om door de Verhuurder verhuurd Materiaal vraagt, dit bestelt, huurt en/of ontvangt.
Huurder. Een hoofd- of onderhuurder die een rechtsgeldig huurcontract heeft voor een zelfstandige woning die gelegen is in het gebouw dat in een splitsing wordt betrokken;