Niet-subsidiabele uitgaven Voorbeeld Klousules

Niet-subsidiabele uitgaven. De volgende uitgaven komen niet in aanmerking voor EFRO-steun, voor zover ze niet onder ‘overhead’ zijn opgenomen:  Bankkosten (openen en beheren van rekeningen) 17 Indien er meerdere projecten in deze as worden geselecteerd, geldt de keuze voor deze forfaitaire methodiek steeds voor al die projecten en betreffen de via deze methodiek berekende kosten, de totale kosten van die groep aan projecten.  Kosten verbonden aan de schommelingen van wisselkoersen, wisselprovisies en financiële transacties  Verzekeringen  Kosten sociaal secretariaat De volgende uitgaven komen niet in aanmerking voor EFRO-steun:  Terugvorderbare btw  Uitgaven voor de ontmanteling of bouw van kerncentrales  Investeringen om een vermindering van uitstoot van broeikasgassen uit activiteiten opgesomd in bijlage I van Richtlijn 2003/87/EG te bewerkstelligen  De productie, verwerking en afzet van tabak en tabaksproducten  Investeringen in luchthaveninfrastructuur, tenzij gerelateerd aan milieubescherming of gepaard gaand met investeringen die nodig zijn om de negatieve gevolgen voor het milieu te matigen of te verminderen  Inbreng in natura  Fiscale of boetezegels  Boetes, financiële sancties, gerechtskosten en kosten van geschillen  Kosten voor geschenken, met uitzondering van geschenken van niet meer dan 50 euro per stuk in verband met promotie, communicatie, publiciteit of informatie  Kosten voor verstrekte garanties door een bank of financiële instelling  Intresten van leningen  Debetrente  Vrijwilligersvergoedingen  Leveringen en diensten tussen partners18  Aankoop van kunstwerken  Presentiegelden en zitpenningen  aktekosten  Immateriële investeringen: patenten, goodwill en knowhow 4.13.