Bijkomende stortingen Voorbeeldclausules

Bijkomende stortingen. Vanaf de ingangsdatum van het contract kan de verzekeringsnemer op elk ogenblik bijkomende stortingen verrichten waarvan hij vrij het bedrag bepaalt, zonder de jaarlijks vastgelegde fiscale plafonds te overschrijden en binnen de limieten toegestaan door de fiscale autoriteit.
Bijkomende stortingen. U kiest zelf het bedrag van de stortingen en hun periodiciteit. Het minimumbedrag van 2.500,00 EUR is niet van toepassing voor bijkomende stortingen. Indien u regelmatige stortingen verkiest, hebt u de mogelijkheid deze stortingen op elk ogenblik te onderbreken of te wijzigen.
Bijkomende stortingen. Het staat de onderschrijver vrij bijkomende stortingen te verrichten. Nateus Life nv bepaalt de minimumbedragen van de stortingen en van het bedrag dat per beleggings- vorm wordt besteed. De bijkomende stortingen worden rechtstreeks gedaan aan Xxxxxx Life nv, op de rekening door Xxxxxx Life nv meegedeeld, met vermelding van het contractnummer als referte. Nateus Life nv kan elke andere betalings- wijze weigeren en betaalt in dat geval het (de) gestorte bedrag(en) terug aan de onderschrijver. De waardedatum van een bijkomende storting is de datum van het afschrift van de bankrekening waarop het bedrag van deze storting gecrediteerd wordt. Wanneer geen referte of een verkeerde referte werd vermeld, is de waardedatum bepaald op de datum waarop de storting aan het contract kan worden toegewezen. Een bijkomende storting kan aanleiding geven tot wettelijke controles. Wanneer de onderschrijver zich niet aan deze controles onderwerpt of het resultaat ervan daartoe aanleiding geeft, kan Xxxxxx Life nv het gestorte bedrag aan de onderschrijver terugbetalen.
Bijkomende stortingen. U kiest zelf het bedrag van de stortingen en hun periodiciteit. Het minimumbedrag van 2.500,00 EUR is niet van toepassing voor bijkomende stortingen. Indien u regelmatige stortingen verkiest, hebt u de mogelijkheid deze stortingen op elk ogenblik te onderbreken of te wijzigen. OVERLIJDEN ? In geval van overlijden van de verzekerde tijdens de volledige duurtijd van de polis, waarborgen wij de uitbetaling van de poliswaarde aan de begunstigde. Werd er echter een overlijdensdekking afgesloten die hoger ligt dan de poliswaarde, dan betalen wij de eerste acht jaar van de polis een som uit gelijk aan het grootste van de volgende bedragen: - de poliswaarde; - 130 % van de gestorte premies. De polis neemt een einde bij het overlijden van de verzekerde. Artikel 7

Related to Bijkomende stortingen

  • Aanvullende uitsluitingen Op deze rubriek zijn de volgende uitsluitingen van toepassing.

  • Gevaarlijke stoffen Voor alle hierboven vermelde gevallen – waarin bij uitzondering dekking wordt verleend – geldt dat niet gedekt is de aansprakelijkheid voor gevaarlijke stoffen waarvoor: Als verplicht of vrijwillig een verzekering is afgesloten, dan is artikel 4.1 van toepassing. In aanvulling daarop blijft ook het eigen risico dat op een andere verzekering wordt gelopen, van dekking uitgesloten.

  • Vakantiebijslag 1. Per kalenderjaar heeft de werknemer recht op een vakantiebijslag die 8% bedraagt van het over de vierde betalingsperiode van het lopende kalenderjaar berekende loon maal dertien en bij loonbetaling per maand 8% van het loon over de maand april van het lopende kalenderjaar maal twaalf. Onder het loon zoals genoemd in dit artikel wordt verstaan het van toepassing zijnde functieloon, vermeerderd met, indien van toepassing, de ploegendiensttoeslag en de persoonlijke toeslag ex artikel 23 van deze CAO. 2. De minimum vakantiebijslag bedraagt per kalenderjaar voor alle werknemers van 22 jaar en ouder tenminste 104% van het in de vierde betalingsperiode van het lopende kalenderjaar geldende loon, respectievelijk tenminste 96% van het loon over de maand april van het lopende kalenderjaar bij maandbetaling, behorende bij schaal D trede 1. Voor de jeugdige werknemer in de zin van artikel 20 bedraagt dit minimum het bij hun leeftijd passende percentage, genoemd in artikel 20, van hiervoor aangegeven bedrag. 3. Indien de werknemer slechts een gedeelte van het kalenderjaar in dienst is van de werkgever, heeft hij recht op een evenredig deel. 4. De vakantiebijslag dient in de maand mei over het lopende kalenderjaar te worden uitbetaald. 5. In afwijking van het gestelde in lid 4 kan de werkgever aan de werknemer die minder dan 1 jaar in zijn dienst is, of op basis van een tijdelijk contract korter dan 3 jaar in zijn dienst is, de vakantiebijslag in twee termijnen betalen, en wel één in de maand mei en één in de maand november. 6. Indien het dienstverband van de werknemer vóór de vierde betalingsperiode danwel vóór april eindigt, vormt – in afwijking van lid 1 – het laatst genoten loon de basis van de berekening van de vakantiebijslag. 7. In geval van langdurige arbeidsongeschiktheid is de werkgever over een periode van 24 maanden van de arbeidsongeschiktheid verplicht de vakantiebijslag te betalen, met inachtneming van de bepalingen in artikel 16 van de Wet Minimumloon en Minimumvakantiebijslag. Voor de toepassing van dit artikellid worden perioden waarin de werknemer ten gevolge van ziekte verhinderd is geweest zijn arbeid te verrichten, bij elkaar opgeteld, indien zij elkaar met een onderbreking van minder dan 4 weken opvolgen.

  • AFWIJKENDE BEPALINGEN KLEINVERBRUIKAANSLUITINGEN In afwijking van artikel 10 lid 2 zijn Klanten met een Kleinverbruikaansluiting een opzegvergoeding verschuldigd conform de Richtsnoeren Redelijke Opzegvergoedingen.

  • De uitsluitingen DAS verleent geen rechtsbijstand: a. in een geschil over het in eigendom hebben, bezitten, houden, (ver)kopen van luchtvaartuigen en voorts van pleziervaartuigen met een huidige nieuwwaarde van meer dan € 200.000,-; b. in geschillen over de aanschaf van tweedehands voer- en vaar- tuigen, tenzij gekocht onder schriftelijke garantie bij een offici- ele dealer; c. in geschillen over onroerende zaken, tenzij deze betrekking hebben op: – de door de verzekerde zelf bewoonde woning, laatstelijk be- woonde of te bewonen woning; – het voor eigen gebruik bestemde vakantieverblijf van de ver- zekerde; – onbebouwde grond waarop een door de verzekerde te be- wonen woning wordt gebouwd; mits voornoemde onroerende zaken zijn gelegen in Nederland; d. in geschillen over de verhuur of exploitatie van goederen of za- ken door een verzekerde en vermogensbeheer (de eigendom, het bezit, de aan- of verkoop van effecten, aandelen, obligaties en pandbrieven daaronder mede begrepen); e. bij het voeren van verweer tegen vorderingen uit onrechtma- tige daad, waaronder mede begrepen vorderingen op grond van artikel 5:37 BW, of daarvoor in de plaats komende regres- acties; f. in geschillen over het huwelijksvermogensrecht, echtscheiding, beëindiging van samenleving buiten huwelijk en verplichtingen tot levensonderhoud of daarvoor in de plaats komende vorde- ringen met uitzondering van een eenmalig juridisch advies; g. in een (arbeidsrechtelijk) geschil waarin volgens artikel 131 of artikel 241 boek 2 BW de rechtbank bevoegd is in verband met verzekerdes huidige of voormalige hoedanigheid van statutair bestuurder van een vennootschap; h. in erfrechtelijke geschillen als de erflater vóór de ingangsdatum van de verzekering is overleden.

  • Sancties Bij Niet Nakomen Verplichtingen Bij Schade De informatie over sancties bij het niet nakomen van verplichtingen bij schade is vermeld in Hoofdstuk Schade van de polisvoorwaarden Zekerheidspakket Bouw.

  • Vakantie a. De werknemer verwerft per vakantiejaar recht op vakantie met behoud van salaris van 24 dagen (op jaarbasis overeenkomend met 182,4 uur). b. Afhankelijk van de leeftijd die de werknemer in het desbetreffende vakantiejaar bereikt, heeft hij recht op een aantal dagen extra vakantie met behoud van salaris volgens de hierna volgende tabel: 40 t/m 44 jaar 1 dag (7,6 uur) 45 t/m 49 jaar 2 dagen (15,2 uur) 50 t/m 54 jaar 3 dagen (22,8 uur) 55 t/m 59 jaar 4 dagen (30,4 uur) 60 jaar en ouder 5 dagen (38 uur) c. De werknemer die slechts een deel van het vakantiejaar in dienst van de werkgever is (geweest), heeft recht op een evenredig deel van de in dit lid genoemde vakantie, met inachtneming van lid 2. d. De werknemer verwerft geen vakantierechten over de tijd gedurende welke hij wegens het niet verrichten van zijn werkzaamheden geen aanspraak op in geld vastgesteld salaris heeft. 17.2. Voor de berekening van het aantal vakantiedagen wordt een werknemer die voor of op de 15e van enige maand in dienst treedt c.q. de dienst verlaat, geacht op de eerste van die maand in dienst te zijn getreden c.q. de dienst te hebben verlaten en wordt een werknemer die na de 15e van enige maand in dienst treedt c.q. de dienst verlaat geacht op de eerste van de navolgende maand in dienst te zijn getreden c.q. de dienst te hebben verlaten. In afwijking hiervan zal, indien het dienstverband korter dan één maand heeft geduurd, de werknemer een zuiver proportioneel recht op vakantie krijgen. 17.3. Van de in lid 1 sub a. genoemde vakantie zullen als regel 3 weken aaneengesloten worden verleend. Het tijdstip van de aaneengesloten vakantie zal bij voorkeur in een periode plaatsvinden waarin de vakantie met echtgenote/partner en huisgenoten kan worden genoten. De werknemer kan de overblijvende vakantiedagen opnemen op het tijdstip dat door hem wordt gewenst, tenzij de eisen van de organisatie zich hiertegen naar het oordeel van de werkgever verzetten. 17.4. De werkgever mag van de vakantiedagen er 4 aanwijzen in de jaren dat tussen Kerstmis en Nieuwjaar 4 werkdagen vallen; in andere jaren mogen dat maximaal 3 dagen zijn. 17.5. De werknemer die op 1 mei van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en niet meer leerplichtig is, verwerft vakantierechten over de tijd welke hij besteedt aan het volgen van lessen waartoe de werkgever hem wettelijk in de gelegenheid moet stellen. 17.6. De werknemer kan maximaal 38 vakantie-uren (5 dagen) meenemen naar het eerste kwartaal en tweede van het volgende kalenderjaar. Bij overschrijding van dit maximum, spreken werkgever en werknemer een regeling af teneinde werknemer de niet opgenomen vakantie-uren te laten genieten voor de wettelijke vervaltermijn van 1 juli van dat jaar. 17.7. Gedurende de ziekteperiode bouwt de werknemer volledig vakantiedagen op. Voor arbeidsongeschikte werknemers die gedeeltelijk kunnen werken, zullen bij het opnemen van vakantie, de vakantiedagen voor de gehele arbeidsduur en niet alleen voor de uren dat er daadwerkelijk arbeid wordt verricht, in mindering gebracht worden op de vakantieaanspraken. 17.8. Bij het eindigen van de arbeidsovereenkomst zal de werknemer desgewenst in de gelegenheid gesteld worden de hem nog toekomende vakantie op te nemen, met dien verstande dat deze dagen niet eenzijdig in de opzeggingstermijn mogen worden begrepen. 17.9. Niet opgenomen/genoten vakantiedagen worden uitbetaald aan het einde van het dienstverband. Teveel genoten vakantiedagen worden met het salaris verrekend. 17.10. Rechten op het genieten van vakantiedagen kunnen behoudens in het in lid 9 bedoelde geval en in geval van bovenwettelijke vakantiedagen nimmer worden vervangen door een vergoeding in geld.

  • Bijkomende kosten Wij vergoeden de verplaatsingskosten door de verzekerde gemaakt ingevolge de tijdelijke of blijvende arbeidsongeschiktheid/invaliditeit. In geval van overlijden of blijvende arbeidsongeschiktheid/invaliditeit, vergoeden wij de administratiekosten.

  • Vakantietoeslag De werknemer ontvangt 8% vakantietoeslag over de in het vakantietoeslagjaar verdiende salaris. De uitbetaling van deze vakantietoeslag zal eenmaal per jaar in de maand ............./periode * doch uiterlijk op 30 juni plaatsvinden.

  • Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd De werknemer treedt in dienst voor onbepaalde tijd tenzij artikel D-3 of artikel D-4 van toepassing is.