Huurovereenkomst met een korte duur. De huurwet voorziet dat de partijen een huurovereenkomst kunnen sluiten, of twee verschillende opeenvolgende overeenkomsten, voor een totale duur van niet meer dan 3 jaar. Indien geen opzegging werd betekend 3 maand vóór de vervaldag of indien de huurder na de overeengekomen duur in het goed is blijven wonen zonder verzet van de verhuurder, dan wordt de oorspronkelijke huurovereenkomst voortgezet tegen dezelfde voorwaarden maar wordt deze verondersteld van bij het begin te zijn gesloten voor een periode van 9 jaar.
Huurovereenkomst met een korte duur. De huurwet voorziet dat de partijen tevens een overeenkomst kunnen sluiten of verschillende opeenvolgende overeenkomsten voor een totale duur van niet meer dan drie jaar. Noch de huurder, noch de verhuurder kunnen de overeenkomst vroegtijdig beëindigen tenzij contractueel anders werd overeengekomen. De wet van 13 april 1997 heeft het principe van de korte duur contracten gewijzigd. Voor de korte duur contracten die gesloten worden vanaf 31 mei 1997 of vernieuwd of verlengd worden na deze datum, gelden de volgende bepalingen: • het blijft mogelijk een - schriftelijke - overeen- komst te sluiten of opeenvolgende overeenkom- sten voor een totale duur van niet meer dan drie jaar; • dergelijke contracten kunnen echter slechts één keer, schriftelijk, en onder dezelfde voorwaarden (o.m. dezelfde huurprijs) worden verlengd; • de duur van deze opeenvolgende contracten mag, maar moet niet dezelfde zijn: zo is het mo- gelijk een contract van één jaar te sluiten, en dit te verlengen voor twee jaar of een contract van zes maand, en dit te verlengen voor zes maand; een verdere verlenging is dus niet mogelijk; • noch de huurder, noch de verhuurder kunnen de overeenkomst vroegtijdig beëindigen, tenzij contractueel anders werd overeengekomen; • de overeenkomst kan worden beëindigd mits een opzeggingstermijn van drie maand te betekenen voor het verstrijken van de overeengekomen termijn; • indien geen opzegging werd betekend drie maand voor de vervaldag of indien de huurder na de overeengekomen duur in het goed is blij- ven wonen zonder verzet van de verhuurder (zelfs met een nieuw contract), dan wordt de oorspronkelijke huurovereenkomst voortgezet tegen dezelfde voorwaarden (ook dezelfde huurprijs) maar wordt deze verondersteld van bij het begin te zijn gesloten voor een periode van negen jaar. Wet van 13 april 1997 Art. 6, 8°