Behandeling van geschillen 1. Geschillen, als bedoeld in artikel 54 van de CAO, worden door de meest gerede partij per e-mail aan het secretariaat van de commissie aanhangig gemaakt. 2. Het verzoek om een geschil in behandeling te nemen dient te zijn voorzien van een behoorlijke toelichting waarin is vermeld: - de naam, functie, (e-mail)adres van de verzoekende partij en de wederpartij; - de feiten en omstandigheden die tot het geschil aanleiding hebben gegeven; - de conclusies die daaruit naar de mening van de klager getrokken moeten worden; en - het advies dat op grond daarvan van de commissie wordt gevraagd. 3. Het secretariaat stelt terstond de wederpartij op de hoogte van het indienen van het verzoek, door toezending van de e-mail van de verzoekende partij. 4. De wederpartij is bevoegd binnen 14 dagen na verzending door het secretariaat van de in het voorgaande lid bedoelde e-mail, per e-mail van zijn of haar zienswijze kennis te geven, daarbij aangevende de gronden waarop het gevraagde advies wordt betwist. 5. Het secretariaat zendt terstond een afschrift van het in het voorgaande lid bedoelde verweerschrift aan de verzoekende partij. 6. Partijen in het geschil zijn bevoegd na de wisseling van de in het voorgaande lid bedoelde stukken nogmaals met inachtneming van de termijn van 14 dagen hun zienswijze aan het secretariaat kenbaar te maken, waarna de schriftelijke uiteenzetting van het wederzijdse standpunt wordt gesloten. 7. Elk van de geschil hebbende partijen heeft de mogelijkheid binnen 14 dagen na de beëindiging van de uitwisseling van de schriftelijke stukken aan de commissie mede te delen, dat hij of zij prijs stelt op een nadere mondelinge toelichting van het ingenomen standpunt. In dat geval stelt de commissie plaats, datum en uur voor de mondelinge behandeling vast. Het secretariaat geeft daarvan kennis aan beide partijen alsmede aan de leden van de commissie. 8. Elk van de partijen in het geschil is bevoegd een of meer getuigen en/of deskundigen bij de in lid 7 genoemde mondelinge behandeling van het geschil mee te brengen opdat deze(n) door de commissie worden gehoord. De naam, woonplaats en functie van de mee te brengen getuigen of deskundigen dienen tenminste 7 dagen tevoren aan het secretariaat te worden bericht. 9. De commissie is bevoegd, alvorens een advies te geven, nadere inlichtingen in te winnen van zowel partijen als derden. Zij is bevoegd partijen, getuigen en deskundigen ter nadere toelichting op te roepen om in haar vergadering te verschijnen. Een dergelijke oproep dient te geschieden met inachtneming van een termijn van een week. 10. Uit de weigering van partijen om gevraagde inlichtingen te verstrekken of om ter vergadering te verschijnen zal de commissie de conclusies trekken welke haar geraden voorkomen. 11. Een lid van de commissie dat rechtstreeks bij het geschil is betrokken neemt niet aan de behandeling van het geschil deel. 12. Bij staking van stemmen wordt de zaak verdaagd tot de volgende vergadering. Indien ook bij de dan te houden nadere beraadslaging geen besluit kan worden genomen, onthoudt de commissie zich van advies en hebben partijen bij het geschil de bevoegdheid het geschil aan de burgerlijke rechter ter beslissing voor te leggen. 13. De commissie is bevoegd afwijkingen toe te staan van de in de bovengenoemde termijnen.
Vaststelling van de schade De door een gedekte gebeurtenis veroorzaakte schade en kosten worden vastgesteld in onderling overleg tussen de verzekeringnemer en de verzekeraar dan wel door een door de verzekeraar benoemde expert, tenzij wordt overeengekomen dat de vaststelling van de schade door twee experts geschiedt, in welk geval zowel de verzekeraar als verzekerde ieder een expert benoemen. In dit laatste geval benoemen de 2 experts samen voor aanvang van hun werkzaamheden een derde expert, die bij gebrek aan overeenstemming binnen de grenzen van de door hen berekende schadebedragen de bindende vaststelling zal verrichten.
Afhandeling verzoeken van betrokkenen 8.1. In het geval dat een betrokkene een verzoek tot uitoefening van zijn/haar wettelijke rechten (artikel 15-22 AVG) richt aan Verwerker, zal Verwerker het verzoek doorsturen aan Verwerkingsverantwoordelijke, en zal Verwerkingsverantwoordelijke het verzoek verder afhandelen. Verwerker mag de betrokkene daarvan op de hoogte stellen.
Omvang van de waarborg De berekening van de vergoeding gebeurt volgens de gebruikelijke regels van het Belgisch gemeen recht en zoals voor een schadegeval dat zich heeft voorgedaan in België. Het bedrag van de tussenkomst bedraagt maximaal 250.000 EUR per schadegeval.
Betaling van de uitkering 1. In geval van overlijden (rubriek A) Bij overlijden van een verzekerde binnen 3 jaar na een ongeval, keert de verzekeraar het voor hem verzekerde bedrag uit. Heeft de verzekeraar xxxxxxx van hetzelfde ongeval reeds uitkering verleend wegens blijvende invaliditeit, dan wordt laatstgenoemde uitkering in mindering gebracht op de uitkering bij overlijden. Is de reeds verleende uitkering wegens blijvende invaliditeit echter hoger dan de uitkering bij overlijden, dan zal de verzekeraar het verschil niet terugvorderen. De schade-uitkering wordt in geval van overlijden overgemaakt op rekening van verzekerde of diens executeur testamentair. 2. In geval van blijvende invaliditeit (rubriek B) De mate van blijvende invaliditeit wordt vastgesteld zodra naar medisch oordeel sprake is van een onveranderlijke toestand, doch uiterlijk binnen 3 jaar na melding van het ongeval. Na deze periode zal de mate van blijvende invaliditeit worden bepaald op basis van de dan bestaande invaliditeit, waarbij uitdrukkelijk wordt bepaald, dat nadien optredende wijzigingen géén aanleiding kunnen vormen om aanspraken te doen op aanvullende uitkeringen. De schade-uitkering wordt in geval van blijvende invaliditeit overgemaakt op rekening van verzekerde.
Uitvoering van de werkzaamheden 1. De Opdrachtnemer spant zich gedurende de onderhouds- periode naar redelijk vermogen in om overeenkomstig het in lid 3 bedoelde werkplan met preventieve Onderhouds- werkzaamheden de kans op het optreden van Storingen op een acceptabel niveau te houden en, voor zover over- eengekomen, met correctieve Onderhoudswerkzaamhe- den Storingen op te heffen. 2. De Opdrachtnemer is bevoegd de Onderhoudswerk- zaamheden op afstand te verrichten door middel van een via telecommunicatievoorziening tot stand gebrachte verbinding met de installatie. 3. De Opdrachtnemer maakt na het tot stand komen van de Overeenkomst maar vóór aanvang van de Onderhouds- werkzaamheden een werkplan met een schematisch overzicht van de Onderhoudswerkzaamheden, de volg- orde en tijdsperiode (week, maand, jaarplanning) waarin deze zullen worden uitgevoerd. 4. Het werkplan is gebaseerd op de beschrijving van de Opdrachtgever van het storingsgedrag van de installatie, van alle taken, frequenties van uitvoering, materialen, hulpmiddelen en eventueel benodigde vaardigheden, alles ten behoeve van de uitvoering van de preventieve Onderhoudswerkzaamheden en het beheersbaar maken van de correctieve Onderhoudswerkzaamheden. 5. Het werkplan treedt in werking na goedkeuring door de Opdrachtgever. Als het werkplan past in de beschrijving als genoemd in lid 4 kan de Opdrachtgever zijn goedkeu- ring aan het werkplan niet onthouden. 6. De Opdrachtnemer past het werkplan jaarlijks aan en maakt op basis daarvan een raming van alle onderhouds- kosten voor het betreffende jaar. Tussentijds kan het werkplan alleen worden aangepast door middel van een wijziging krachtens artikel 13. 7. Als overeengekomen bevat het werkplan de datum van aanvang en oplevering van voorziene en beoogde opdrachten voor de uitvoering van preventieve en/of correctieve Onderhoudswerkzaamheden en/of andere werkzaamheden. 8. De in lid 7 genoemde opdrachten zullen op basis van het werkplan door de Opdrachtgever tenminste een maand van tevoren schriftelijk worden verstrekt. Opdrachten die niet in het werkplan staan worden tenminste twee maanden van tevoren schriftelijk verstrekt. Voorafgaand aan de verstrekking van een opdracht heeft de Opdracht- nemer zijn prijs daarvoor afgegeven. 9. Bij de uitvoering van correctieve Onderhoudswerkzaam- heden dient de Opdrachtgever vooraf schriftelijk een opdracht te verstrekken. Indien dit door omstandigheden niet mogelijk is, zal de opdracht achteraf worden ver- strekt op basis van de door de Opdrachtnemer werkelijk gemaakte kosten. 10. Na voltooiing van de Onderhoudswerkzaamheden ver- zoekt de Opdrachtnemer de Opdrachtgever om de op- dracht voor voltooid te ondertekenen. Na ondertekening gelden de Onderhoudswerkzaamheden als opgeleverd. 11. Als dat uitdrukkelijk is overeengekomen zorgt de Op- drachtnemer er voor dat op het terrein of de locatie waar de Onderhoudswerkzaamheden worden verricht één exemplaar van de technische informatie aanwezig is, dat deze stukken op alle redelijke tijdstippen kunnen worden geraadpleegd en dat de ‘As Built’ situatie van de uitge- voerde Onderhoudswerkzaamheden daarin is verwerkt tegen een in de Overeenkomst vastgelegde vergoeding. 12. Als de prestaties, bedrijfszekerheid en onderhoud van de installatie dit eisen of de regels als genoemd in artikel 3 lid 4 dit voorschrijven informeert de Opdrachtnemer de Opdrachtgever omtrent te nemen maatregelen. De Opdrachtgever kan door middel van een wijziging krach- tens artikel 13 Opdrachtnemer de noodzakelijke con- structiewijziging dan wel andere (projectmatige) Werk- zaamheden separaat opdragen. 13. De Opdrachtnemer stelt de Opdrachtgever tevoren in kennis van het tijdstip waarop de Onderhoudswerkzaam- heden zullen worden verricht. Worden de Werkzaam- heden niet op het afgesproken tijdstip verricht en is dit de Opdrachtnemer niet toe te rekenen, dan heeft hij recht op termijnverlenging en/of kostenvergoeding krachtens artikel 12. 14. Als dat uitdrukkelijk is overeengekomen, draagt de Opdrachtnemer er zorg voor dat Storingen gedurende 24 uur per dag en zeven dagen per week op een bekend gemaakt meldpunt kunnen worden gemeld. 15. Onverminderd het bepaalde in lid 9 zal de Opdrachtnemer zich naar vermogen inspannen om spoedeisende Storingen na opdracht van de Opdrachtgever binnen 24 uur na de mel- ding ervan op te heffen, tenzij een andere termijn is overeen- gekomen. De overige Storingen worden waar mogelijk in de normale werktijden van de Opdrachtnemer verholpen. 16. De Opdrachtnemer zal de Onderhoudswerkzaamheden uitvoeren gedurende de onderhoudsperiode die in de Overeenkomst is vastgelegd, bij gebreke waarvan een periode van één jaar geldt. 17. De onderhoudsperiode wordt telkenmale stilzwijgend voor de oorspronkelijke periode verlengd, tenzij een van de partijen de Overeenkomst schriftelijk beëindigt met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden voor het einde van de betreffende periode. 18. De door de Opdrachtnemer uitgevoerde Onderhouds- werkzaamheden worden verrekend volgens de in de Overeenkomst vastgelegde tarieven, eenheidsprijzen of als vaste prijs die jaarlijks worden geïndexeerd volgens de Risicoregeling Installatietechniek, tenzij iets anders is overeengekomen.