Ontvangst van het voertuig Voorbeeldclausules

Ontvangst van het voertuig. U verklaart dat u het voertuig in goede staat heeft ontvangen van de leverancier (dealer). Wij zijn niet aansprakelijk voor klachten over het voertuig. Hiervoor kunt u terecht bij de leverancier (dealer). Als u van de leverancier (dealer) niet krijgt waar u recht op heeft, probeert u dit eerst alsnog te krijgen. Als dit niets oplevert kunt u bij ons terecht.

Related to Ontvangst van het voertuig

  • Gebruik van het voertuig 1. Huurder dient op zorgvuldige wijze met het voertuig om te gaan en ervoor te zorgen dat het voertuig overeenkomstig zijn bestemming wordt gebruikt. 2. Huurder is gehouden het voertuig in oorspronkelijke staat bij verhuurder terug te bezorgen. 3. Alleen personen die in de huurovereenkomst als bestuurder – eventueel tevens in de hoedanigheid van huurder – zijn aangeduid, mogen het voertuig besturen. Het is huurder niet toegestaan het voertuig ter beschikking te stellen aan een persoon die niet als bestuurder is vermeld op de voorzijde van het huurcontract. 4. Huurder dient erop toe te zien dat alle bestuurders beschikken over de bevoegdheid en de lichamelijke en geestelijke gesteldheid die voor het besturen van het voertuig vereist is. 5. Het is huurder niet anders dan met schriftelijke toestemming van verhuurder toegestaan het voertuig weder te verhuren. 6. Het is huurder niet toegestaan de verhuurder ten opzichte van derden te verbinden. Indien de auto uit de macht van huurder geraakt, dient hij verhuurder daarvan terstond in kennis te stellen. 7. Het is huurder niet toegestaan lifters of dieren in het voertuig mee te nemen, het voertuig te gebruiken voor rijles of met het voertuig wedstrijden, snelheids-, rijvaardigheids- of betrouwbaarheid proeven te houden. Het is tevens ten strengste verboden om te roken in het voertuig. 8. Het is huurder niet toegestaan het voertuig buiten België, tenzij dit schriftelijk is overeengekomen met verhuurder. 9. Huurder dient alle vloeistoffen en de bandenspanning op het vereiste niveau te (laten) houden en dient het voertuig overeenkomstig het serviceschema van het voertuig en conform het bepaalde bij het tweede lid van artikel 9 voor onderhoud aan te bieden; 10. Huurder is gehouden de auto schoon terug te brengen. Bij niet-nakoming van deze verplichting kunnen de schoonmaakkosten in rekening worden gebracht, met een minimum van € 75,- (excl.BTW) bovenop de huur. 11. Huurder dient voor het voertuig geschikte brandstof te tanken. 12. In geval van schade of gebrek aan het voertuig, is het huurder niet toegestaan het voertuig te gebruiken indien dat kan leiden tot verergering van de schade of van het gebrek, of tot vermindering van de verkeersveiligheid. 13. In geval van enige gebeurtenis waaruit schade kan voortvloeien, is huurder verplicht: • verhuurder hiervan onmiddellijk telefonisch in kennis te stellen; • de instructies van verhuurder op te volgen; • de politie ter plaatse te waarschuwen; • gevraagd en ongevraagd alle inlichtingen en alle bescheiden die op de gebeur- tenis betrekking hebben aan verhuurder of aan diens verzekeraar te verstrekken; • binnen 24 uur een volledig ingevuld en ondertekend schadeaangifteformulier aan verhuurder te overleggen • zich van erkenning van schuld in enigerlei vorm te onthouden ten opzichte van derden. • het voertuig niet achter te laten zonder het behoorlijk tegen het risico van be- schadiging of vermissing beschermd te hebben; • de verhuurder en door de verhuurder aangewezen personen alle gevraagde me- dewerking te verlenen ter verkrijging van schadevergoeding van derden of ten verweer tegen aanspraken van derden. • schade door onbekenden wordt altijd verhaald op de huurder. 14. Huurder is steeds verplicht om de regels van dit contract op te leggen aan bestuurders, passagiers en andere gebruikers van het voertuig en toe te zien op de nakoming daarvan.

  • Schorsing, beëindiging van het Werk in onvoltooide staat en opzegging 36.1. De Opdrachtgever is bevoegd de uitvoering van het Werk geheel of gedeeltelijk te schorsen. De Opdrachtnemer dient: a. in overleg met de Opdrachtgever gepaste maatregelen te nemen ter voorkoming en beperking van schade, die aan het Werk zou kunnen ontstaan; b. de maatregelen te nemen ter voorkoming van achteruitgang van het Werk of de Werken; c. na te laten zowel hetgeen schade aan het Werk ten gevolge zou kunnen hebben, als hetgeen de latere voortzetting zou kunnen bemoeilijken. 36.2. Voorzieningen, die de Opdrachtnemer ten gevolge van de schorsing noodzakelijkerwijs moet treffen, worden als meerwerk met hem verrekend. Indien echter de schorsing van het Werk op enigerlei wijze het gevolg is van het niet voldoen door de Opdrachtnemer aan de opdracht, aan de door de Opdrachtgever gegeven orders en aanwijzingen of ingeval het Werk is stilgelegd op last van het Gemeentelijk Bouw- en Woningtoezicht en deze stillegging de Opdrachtnemer kan worden toegerekend, wordt de schade aan de Opdrachtnemer niet vergoed en dient Opdrachtnemer de schade die Opdrachtgever ten gevolge van de schorsing lijdt te vergoeden. 36.3. Indien de schorsing langer dan één maand duurt, en de schorsing niet op grond van het vorige lid voor rekening en risico van de Opdrachtnemer komt, kan de Opdrachtnemer een evenredige betaling voor het uitgevoerde gedeelte van het Werk vorderen. Daarbij wordt rekening gehouden met de nog niet verwerkte bouwstoffen, voor zover deze eigendom van de Opdrachtgever zijn geworden. Nog niet verwerkte voor keuring gereed zijnde bouwstoffen worden op verzoek van de Opdrachtgever eerst nog gekeurd. 36.4. Indien de schorsing van het gehele Werk langer duurt dan 2 maanden, en de schorsing niet op grond van lid 2 voor rekening en risico van de Opdrachtnemer komt, is de Opdrachtnemer bevoegd het Werk in onvoltooide staat te beëindigen. 36.5. De Opdrachtgever is te allen tijde ingeval van schorsing van het Werk bevoegd de Opdrachtnemer op te dragen het Werk in onvoltooide staat te beëindigen. 36.6. De Opdrachtgever is te allen tijde bevoegd de Overeenkomst geheel of gedeeltelijk op te zeggen. Indien de opzegging niet het gevolg is van hetgeen in de tweede volzin van het tweede lid van dit artikel wordt beschreven, is de Opdrachtnemer bevoegd het Werk in onvoltooide staat te beëindigen. 36.7. In de situatie als beschreven in het 4e, 5e en 6e lid van dit artikel heeft de Opdrachtnemer bij beëindiging van het Werk in onvoltooide staat recht op de Aanneemsom naar de stand van het Werk, vermeerderd met de aantoonbare onvermijdbare reeds gemaakte kosten en verminderd met de hem door de beëindiging bespaarde kosten voortvloeiend uit het verval van de garantieverplichtingen. De daarbij door Opdrachtnemer aan Opdrachtgever in rekening gebrachte Goederen worden eigendom van de Opdrachtgever. De Opdrachtnemer zendt de Opdrachtgever een gespecificeerde eindafrekening van hetgeen de Opdrachtgever ingevolge de opzegging verschuldigd is.