Common use of Sectie “Onzekerheid van materieel belang omtrent de continuïteit” Clause in Contracts

Sectie “Onzekerheid van materieel belang omtrent de continuïteit”. Overeenkomstig artikel 3:75, §1, 7° (artikel 3:80, §1, 6°) WVV (art. 144, §1, 7° of art. 148, §1, 6° W. Venn.) dient de commissaris in zijn verslag over de jaarrekening een vermelding op te nemen betreffende materiële onzekerheden die verband houden met gebeurtenissen of omstandigheden die mogelijk aanzienlijke twijfel doen rijzen over het vermogen van de vennootschap om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten. De concrete invulling van deze vermelding in het commissarisverslag volgt uit de toepassing door de commissaris van ISA 570 (Herzien). Het IBR heeft, in haar advies 2017/04 van 8 september 2017, de gevolgen bestudeerd van het verschil tussen de Nederlandse en de Franse tekst van artikel 3:75, §1, 7° en 3:80, §1, 6° WVV (de op dat moment vigerende artikelen 144, §1, 7° en 148, §1, 6° W. Venn.) en is tot het besluit gekomen dat deze als volgt gelezen moeten worden: “in voorkomend geval, een verklaring betreffende materiële onzekerheden, die verband houden met gebeurtenissen of omstandigheden die mogelijk aanzienlijke twijfel doen rijzen over het vermogen van de vennootschap om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten, indien dergelijke onzekerheden door de commissaris worden geïdentificeerd en deze geen impact hebben op het oordeel van de commissaris.”. Indien de commissaris, overeenkomstig ISA 570 (Herzien), tot de conclusie komt dat er een van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit bestaat, dient hij in het verslag over de jaarrekening een aparte sectie op te nemen die verwijst naar een adequate toelichting daarover in de jaarrekening. Indien de commissaris evenwel tot de conclusie komt dat dergelijke onzekerheid niet bestaat, wordt dergelijke sectie niet opgenomen. Wanneer de commissaris beslist om dergelijke sectie in te voegen, moet hij kunnen verwijzen naar de gepaste informatie verstrekt door het bestuursorgaan die de van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit op transparante en ondubbelzinnige wijze beschrijft. Deze informatie dient te worden opgenomen in de toelichting bij de jaarrekening. Inderdaad, op grond van artikel 3:1 KB/WVV (art. 24 KB/W. Venn.), geeft enkel de jaarrekening, met inbegrip van de toelichting, een getrouw beeld van het vermogen en de financiële toestand van de vennootschap, alsook van haar resultaten. Op grond van paragraaf 13 (f) van ISA 200 kan worden gebruik gemaakt van een kruisverwijzing, aangebracht in de toelichting, naar een ander openbaar gemaakt document, zoals bijvoorbeeld het jaarverslag, voor zover uiteraard de aangelegenheid adequaat is beschreven, zoals vereist in de omstandigheden. Het ontbreken van een sectie in het commissarisverslag over een van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit betekent evenwel niet, overeenkomstig paragraaf 7 van ISA 570 (Herzien), dat er een garantie bestaat dat de entiteit haar activiteiten in continuïteit blijft uitvoeren in de toekomst. Dit wordt bevestigd door artikel 3:75, §4 WVV (art. 144, §4 W. Venn.) dat bepaalt: “De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de vennootschap, noch van de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de vennootschap ter hand heeft genomen of zal nemen.”. In België wordt deze zin toegevoegd in de sectie betreffende de verantwoordelijkheden van de commissaris, behoudens wanneer de commissaris een oordeelonthouding formuleert. Desgevallend zal de sectie over de continuïteit er als volgt uitzien: “Onzekerheid van materieel belang omtrent de continuïteit Deze beschrijving stemt overeen met voorbeeld 1 van ISA 570 (Herzien), dat geïnspireerd is door de verplichting uit paragraaf 22 (b) van deze standaard. Bepaalde gebruikers van het commissarisverslag hebben evenwel opgemerkt dat de techniciteit en exacte betekenis van de laatste zin van deze beschrijving (“Ons oordeel is niet aangepast met betrekking tot deze aangelegenheid”) hen niet toelaat om de strengheid van de daaraan voorafgaande zin (“ (…) een aanwijzing dat een van materieel belang zijnde onzekerheid bestaat die significante twijfel kan doen rijzen over de mogelijkheid van de vennootschap om haar continuïteit te handhaven”) te nuanceren. Daarom zou de commissaris ervoor kunnen opteren door dit te verduidelijken en zich niet te beperken tot het louter gebruik van “jargon”. Een alternatief zou er dan ook in kunnen bestaan bovenstaande paragraaf aan te passen als volgt: “Zonder afbreuk te doen aan het hierboven tot uitdrukking gebracht oordeel vestigen wij de aandacht op toelichting VOL-kap ___ van de jaarrekening waarin vermeld staat dat de NV _________ een nettoverlies van € ______ heeft geleden tijdens het boekjaar afgesloten op __ __ 20__ en dat op die datum de schulden op korte termijn van de vennootschap het totaal van de activa overschreden met € ______. Zoals vermeld in toelichting VOL-kap ___ vormen deze gebeurtenissen en omstandigheden, tezamen met overige aangelegenheden die in toelichting VOL-kap ___uiteengezet zijn, een aanwijzing dat een van materieel belang zijnde onzekerheid bestaat die significante twijfel kan doen rijzen over de mogelijkheid van de vennootschap om haar continuïteit te handhaven.”.

Appears in 3 contracts

Samples: www.icci.be, www.icci.be, www.icci.be

Sectie “Onzekerheid van materieel belang omtrent de continuïteit”. Overeenkomstig artikel 3:75, §1, 7° (artikel 3:80, §1, 6°) WVV (art. 144, §1, 7° of art. 148, §1, 6° W. Venn.) dient de commissaris in zijn verslag over de jaarrekening een vermelding op te nemen betreffende materiële onzekerheden die verband houden met gebeurtenissen of omstandigheden die mogelijk aanzienlijke twijfel doen rijzen over het vermogen van de vennootschap om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten. De concrete invulling van deze vermelding in het commissarisverslag volgt uit de toepassing door de commissaris van ISA 570 (Herzien). Het IBR heeft, in haar advies 2017/04 van 8 september 2017, de gevolgen bestudeerd van het verschil tussen de Nederlandse en de Franse tekst van artikel 3:75, §1, 7° en 3:80, §1, 6° WVV (de op dat moment vigerende artikelen 144, §1, 7° en 148, §1, 6° W. Venn.) en is tot het besluit gekomen dat deze als volgt gelezen moeten worden: “in voorkomend geval, een verklaring betreffende materiële onzekerheden, die verband houden met gebeurtenissen of omstandigheden die mogelijk aanzienlijke twijfel doen rijzen over het vermogen van de vennootschap om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten, indien dergelijke onzekerheden door de commissaris worden geïdentificeerd en deze geen impact hebben op het oordeel van de commissaris.”. Indien de commissaris, overeenkomstig ISA 570 (Herzien), tot de conclusie komt dat er een van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit bestaat, dient hij in het verslag over de jaarrekening een aparte sectie op te nemen die verwijst naar een adequate toelichting daarover in de jaarrekening. Indien de commissaris evenwel tot de conclusie komt dat dergelijke onzekerheid niet bestaat, wordt dergelijke sectie niet opgenomen. Wanneer de commissaris beslist om dergelijke sectie in te voegen, moet hij kunnen verwijzen naar de gepaste informatie verstrekt door het bestuursorgaan die de van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit op transparante en ondubbelzinnige wijze beschrijft. Deze informatie dient te worden opgenomen in de toelichting bij de jaarrekening. Inderdaad, op grond van artikel 3:1 KB/WVV (art. 24 KB/W. Venn.), geeft enkel de jaarrekening, met inbegrip van de toelichting, een getrouw beeld van het vermogen en de financiële toestand van de vennootschap, alsook van haar resultaten. Op grond van paragraaf 13 (f) van ISA 200 kan worden gebruik gemaakt van een kruisverwijzing, aangebracht in de toelichting, naar een ander openbaar gemaakt document, zoals bijvoorbeeld het jaarverslag, voor zover uiteraard de aangelegenheid adequaat is beschreven, zoals vereist in de omstandigheden. Het ontbreken van een sectie in het commissarisverslag over een van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit betekent evenwel niet, overeenkomstig paragraaf 7 van ISA 570 (Herzien), dat er een garantie bestaat dat de entiteit haar activiteiten in continuïteit blijft uitvoeren in de toekomst. Dit wordt bevestigd door artikel 3:75, §4 WVV (art. 144, §4 W. Venn.) dat bepaalt: “De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de vennootschap, noch van de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de vennootschap ter hand heeft genomen of zal nemen.”. In België wordt deze zin toegevoegd in de sectie betreffende de verantwoordelijkheden van de commissaris, behoudens wanneer de commissaris een oordeelonthouding formuleert. Desgevallend zal de sectie over de continuïteit er als volgt uitzien: “Onzekerheid van materieel belang omtrent de continuïteit Deze beschrijving stemt overeen met voorbeeld 1 van ISA 570 (Herzien), dat geïnspireerd is door de verplichting uit paragraaf 22 (b) van deze standaard. Bepaalde gebruikers van het commissarisverslag hebben evenwel opgemerkt dat de techniciteit en exacte betekenis van de laatste zin van deze beschrijving (“Ons oordeel is niet aangepast met betrekking tot deze aangelegenheid”) hen niet toelaat om de strengheid van de daaraan voorafgaande zin (“ (…) een aanwijzing dat een van materieel belang zijnde onzekerheid bestaat die significante twijfel kan doen rijzen over de mogelijkheid van de vennootschap om haar continuïteit te handhaven”) te nuanceren. Daarom zou de commissaris ervoor kunnen opteren door dit te verduidelijken en zich niet te beperken tot het louter gebruik van “jargon”. Een alternatief zou er dan ook in kunnen bestaan bovenstaande paragraaf aan te passen als volgt: “Zonder afbreuk te doen aan het hierboven tot uitdrukking gebracht oordeel vestigen wij de aandacht op toelichting VOL-kap ___ van de jaarrekening waarin vermeld staat dat de NV _________ een nettoverlies van € ______ heeft geleden tijdens het boekjaar afgesloten op __ __ 20__ en dat op die datum de schulden op korte termijn van de vennootschap het totaal van de activa overschreden met € ______. Zoals vermeld in toelichting VOL-kap ___ vormen deze gebeurtenissen en omstandigheden, tezamen met overige aangelegenheden die in toelichting VOL-kap ___uiteengezet zijn, een aanwijzing dat een van materieel belang zijnde onzekerheid bestaat die significante twijfel kan doen rijzen over de mogelijkheid van de vennootschap om haar continuïteit te handhaven.”.

Appears in 1 contract

Samples: www.icci.be

Sectie “Onzekerheid van materieel belang omtrent de continuïteit”. Overeenkomstig artikel 3:75, §1, 7° (artikel 3:80, §1, 6°) WVV (art. 144, §1, 7° of art. 148, §1, 6° W. Venn.) dient de commissaris in zijn verslag over de jaarrekening een vermelding op te nemen betreffende materiële onzekerheden die verband houden met gebeurtenissen of omstandigheden die mogelijk aanzienlijke twijfel doen rijzen over het vermogen van de vennootschap om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten. De concrete invulling van deze vermelding in het commissarisverslag volgt uit de toepassing door de commissaris van ISA 570 (Herzien). Het IBR heeft, in haar advies 2017/04 van 8 september 2017, de gevolgen bestudeerd van het verschil tussen de Nederlandse en de Franse tekst van artikel 3:75, §1, 7° en 3:80, §1, 6° WVV (de op dat moment vigerende artikelen 144, §1, 7° en 148, §1, 6° W. Venn.) en is tot het besluit gekomen dat deze als volgt gelezen moeten worden: “in voorkomend geval, een verklaring betreffende materiële onzekerheden, die verband houden met gebeurtenissen of omstandigheden die mogelijk aanzienlijke twijfel doen rijzen over het vermogen van de vennootschap om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten, indien dergelijke onzekerheden door de commissaris worden geïdentificeerd en deze geen impact hebben op het oordeel van de commissaris.”. Indien de commissaris, overeenkomstig ISA 570 (Herzien), tot de conclusie komt dat er een van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit bestaat, dient hij in het verslag over de jaarrekening een aparte sectie op te nemen die verwijst naar een adequate toelichting daarover in de jaarrekening. Indien de commissaris evenwel tot de conclusie komt dat dergelijke onzekerheid niet bestaat, wordt dergelijke sectie niet opgenomen. Wanneer de commissaris beslist om dergelijke sectie in te voegen, moet hij kunnen verwijzen naar de gepaste informatie verstrekt door het bestuursorgaan die de van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit op transparante en ondubbelzinnige wijze beschrijft. Deze informatie dient te worden opgenomen in de toelichting bij de jaarrekening. Inderdaad, op grond van artikel 3:1 KB/WVV (art. 24 KB/W. Venn.), geeft enkel de jaarrekening, met inbegrip van de toelichting, een getrouw beeld van het vermogen en de financiële toestand van de vennootschap, alsook van haar resultaten. Op grond van paragraaf 13 (f) van ISA 200 kan worden gebruik gemaakt van een kruisverwijzing, aangebracht in de toelichting, naar een ander openbaar gemaakt document, zoals bijvoorbeeld het jaarverslag, voor zover uiteraard de aangelegenheid adequaat is beschreven, zoals vereist in de omstandigheden. Het ontbreken van een sectie in het commissarisverslag over een van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit betekent evenwel niet, overeenkomstig paragraaf 7 van ISA 570 (Herzien), dat er een garantie bestaat dat de entiteit haar activiteiten in continuïteit blijft uitvoeren in de toekomst. Dit wordt bevestigd door artikel 3:75, §4 WVV (art. 144, §4 W. Venn.) dat bepaalt: “De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de vennootschap, noch van de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de vennootschap ter hand heeft genomen of zal nemen.”. In België wordt deze zin toegevoegd in de sectie betreffende de verantwoordelijkheden van de commissaris, behoudens wanneer de commissaris een oordeelonthouding formuleert. Desgevallend zal de sectie over de continuïteit er als volgt uitzien: “Onzekerheid van materieel belang omtrent de continuïteit Deze beschrijving stemt overeen met voorbeeld 1 van ISA 570 (Herzien).), dat geïnspireerd is door de verplichting uit paragraaf 22 (b) van deze standaard. Bepaalde gebruikers van het commissarisverslag hebben evenwel opgemerkt dat de techniciteit en exacte betekenis van de laatste zin van deze beschrijving (“Ons oordeel is niet aangepast met betrekking tot deze aangelegenheid”) hen niet toelaat om de strengheid van de daaraan voorafgaande zin (“ (…) een aanwijzing dat een van materieel belang zijnde onzekerheid bestaat die significante twijfel kan doen rijzen over de mogelijkheid van de vennootschap om haar continuïteit te handhaven”) te nuanceren. Daarom zou de commissaris ervoor kunnen opteren door dit te verduidelijken en zich niet te beperken tot het louter gebruik van “jargon”. Een alternatief zou er dan ook in kunnen bestaan bovenstaande paragraaf aan te passen als volgt: “Zonder afbreuk te doen aan het hierboven tot uitdrukking gebracht oordeel vestigen wij de aandacht op toelichting VOL-kap ___ van de jaarrekening waarin vermeld staat dat de NV _________ een nettoverlies van € ______ heeft geleden tijdens het boekjaar afgesloten op __ __ 20__ en dat op die datum de schulden op korte termijn van de vennootschap het totaal van de activa overschreden met € ______. Zoals vermeld in toelichting VOL-kap ___ vormen deze gebeurtenissen en omstandigheden, tezamen met overige aangelegenheden die in toelichting VOL-kap ___uiteengezet zijn, een aanwijzing dat een van materieel belang zijnde onzekerheid bestaat die significante twijfel kan doen rijzen over de mogelijkheid van de vennootschap om haar continuïteit te handhaven.”.

Appears in 1 contract

Samples: www.icci.be

Sectie “Onzekerheid van materieel belang omtrent de continuïteit”. Overeenkomstig artikel 3:75144, §1, 7° (artikel 3:80148, §1, 6°) WVV (art. 144, §1, 7° of art. 148, §1, 6° W. Venn.) van het Wetboek van vennootschappen dient de commissaris in zijn verslag over de jaarrekening een vermelding op te nemen betreffende materiële onzekerheden die verband houden met gebeurtenissen of omstandigheden die mogelijk aanzienlijke twijfel doen rijzen over het vermogen van de vennootschap om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten. De concrete invulling van deze vermelding in het commissarisverslag volgt uit de toepassing door de commissaris van ISA 570 (Herzien). Het IBR heeft, in haar advies 2017/04 van 8 september 2017, de gevolgen bestudeerd van het verschil tussen de Nederlandse en de Franse tekst van artikel 3:75, §1, 7° en 3:80, §1, 6° WVV (de op dat moment vigerende artikelen 144, §1, 7° en 148, §1, 6° W. Venn.) van het Wetboek van vennootschappen en is tot het besluit gekomen dat deze als volgt gelezen moeten worden: “in voorkomend geval, een verklaring betreffende materiële onzekerheden, die verband houden met gebeurtenissen of omstandigheden die mogelijk aanzienlijke twijfel doen rijzen over het vermogen van de vennootschap om haar bedrijfsactiviteiten voort te zetten, indien dergelijke onzekerheden door de commissaris worden geïdentificeerd en deze geen impact hebben op het oordeel van de commissaris.”. Indien de commissaris, overeenkomstig ISA 570 (Herzien), tot de conclusie komt dat er een van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit bestaat, dient hij in het verslag over de jaarrekening een aparte sectie op te nemen die verwijst naar een adequate toelichting daarover in de jaarrekening. Indien de commissaris evenwel tot de conclusie komt dat dergelijke onzekerheid niet bestaat, wordt dergelijke sectie niet opgenomen. Wanneer de commissaris beslist om dergelijke sectie in te voegen, moet hij kunnen verwijzen naar de gepaste informatie verstrekt door het bestuursorgaan die de van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit op transparante en ondubbelzinnige wijze beschrijft. Deze informatie dient te worden opgenomen in de toelichting bij de jaarrekening. Inderdaad, op grond van artikel 3:1 KB/WVV (art. 24 KB/W. Venn.), geeft enkel de jaarrekening, met inbegrip van de toelichting, een getrouw beeld van het vermogen en de financiële toestand van de vennootschap, alsook van haar resultaten. Op grond van paragraaf 13 (f) van ISA 200 kan worden gebruik gemaakt van een kruisverwijzing, aangebracht in de toelichting, naar een ander openbaar gemaakt document, zoals bijvoorbeeld het jaarverslag, voor zover uiteraard de aangelegenheid adequaat is beschreven, zoals vereist in de omstandigheden. Het ontbreken van een sectie in het commissarisverslag over een van materieel belang zijnde onzekerheid inzake continuïteit betekent evenwel niet, overeenkomstig paragraaf 7 van ISA 570 (Herzien), dat er een garantie bestaat dat de entiteit haar activiteiten in continuïteit blijft uitvoeren in de toekomst. Dit wordt bevestigd door artikel 3:75, §4 WVV (art. 144, §§ 4 W. Venn.) van het Wetboek van vennootschappen dat bepaalt: “De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de vennootschap, noch van de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de vennootschap ter hand heeft genomen of zal nemen.”. In België wordt deze zin toegevoegd in de sectie betreffende de verantwoordelijkheden van de commissaris, behoudens wanneer de commissaris een oordeelonthouding formuleert. Desgevallend zal de sectie over de continuïteit er als volgt uitzien: “Onzekerheid van materieel belang omtrent de continuïteit Deze beschrijving stemt overeen met voorbeeld 1 van ISA 570 (Herzien), dat geïnspireerd is door de verplichting uit paragraaf 22 . Een alternatief zou erin kunnen bestaan: “Wij vestigen (b) van deze standaardom haar continuïteit te handhaven. Bepaalde gebruikers van het commissarisverslag hebben evenwel opgemerkt dat de techniciteit en exacte betekenis Het hanteren van de laatste zin van deze beschrijving (“Ons continuïteitsveronderstelling door het bestuursorgaan lijkt ons evenwel gepast en ons oordeel is niet aangepast met betrekking tot deze aangelegenheid”) hen niet toelaat om de strengheid van de daaraan voorafgaande zin (“ (…) een aanwijzing dat een van materieel belang zijnde onzekerheid bestaat die significante twijfel kan doen rijzen over de mogelijkheid van de vennootschap om haar continuïteit te handhaven”) te nuanceren. Daarom zou de commissaris ervoor kunnen opteren door dit te verduidelijken en zich niet te beperken tot het louter gebruik van “jargon”. Een alternatief zou er dan ook in kunnen bestaan bovenstaande paragraaf aan te passen als volgt: “Zonder afbreuk te doen aan het hierboven tot uitdrukking gebracht oordeel vestigen wij de aandacht op toelichting VOL-kap ___ van de jaarrekening waarin vermeld staat dat de NV _________ een nettoverlies van € ______ heeft geleden tijdens het boekjaar afgesloten op __ __ 20__ en dat op die datum de schulden op korte termijn van de vennootschap het totaal van de activa overschreden met € ______. Zoals vermeld in toelichting VOL-kap ___ vormen deze gebeurtenissen en omstandigheden, tezamen met overige aangelegenheden die in toelichting VOL-kap ___uiteengezet zijn, een aanwijzing dat een van materieel belang zijnde onzekerheid bestaat die significante twijfel kan doen rijzen over de mogelijkheid van de vennootschap om haar continuïteit te handhaven.”.

Appears in 1 contract

Samples: www.icci.be