Surséance van betaling en faillissement Voorbeeldclausules

Surséance van betaling en faillissement. 1. Een aanvrage voor surséance van betaling zal onmiddellijk bij het secretariaat van CAO-partijen en de werknemersorganisaties worden gemeld. Het secretariaat van CAO-partijen en de werknemersorganisaties zijn tot de openbaarmaking van het vonnis, waarin surséance van betaling wordt verleend, tot geheimhouding verplicht. 2. Een aanvrage voor faillietverklaring zal onmiddellijk bij het secretariaat van CAO-partijen en de werknemersorganisaties worden gemeld.
Surséance van betaling en faillissement. 1. Een aanvraag van surséance van betaling zal onmiddellijk bij de werknemersorganisaties worden gemeld. De werknemersorganisaties zijn tot de openbaarmaking van het vonnis, waarin surséance van betaling wordt verleend, tot geheimhouding verplicht. 2. Een verzoek tot faillietverklaring zal onmiddellijk bij de werknemersorganisaties worden gemeld.

Related to Surséance van betaling en faillissement

  • Faillissement van de verzekeringnemer De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen in geval van faillissement van de verzekeringnemer ten vroegste drie maanden na de faillietverklaring.

  • Wijze van betaling Het netto pensioen wordt - zonder inhouding van loonheffing - in maandelijkse termijnen bij achterafbetaling aan het einde van de betreffende maand uitgekeerd op een door de rechthebbende aan te wijzen bankrekening binnen de Europese Unie. Als de rechthebbende een bankrekening buiten de Europese Unie aanwijst, is het fonds bevoegd de kosten van de uitkeringen bij de rechthebbende in rekening te brengen.

  • De betaling / Niet-tijdige betaling 1. De Ouder betaalt op basis van een Schriftelijke factuur en uiterlijk op de factuur vermelde betalingsdatum. Een eventueel beroep op een gestelde borg staat gelijk aan een betaling. De factuur wordt kosteloos verstrekt. 2. Indien een Ouder betaalt aan een door de Ondernemer aangewezen derde geldt dit voor de Ouder als bevrijdende betaling. De aanwijzing door de Ouder van een derde die voor het doen van betalingen dient zorg te dragen, staat niet aan de aansprakelijkheid van de Ouder voor (tijdige) betaling in de weg. Een eventuele betaling door een derde voor de Ouder geldt wel als een bevrijdende betaling door die Ouder. 3. Bij gebreke van volledige en tijdige betaling is de Ouder van rechtswege in verzuim. 4. De Ondernemer zendt na het verstrijken van de betalingsdatum een Schriftelijke betalingsherinnering en geeft de Ouder de gelegenheid binnen 14 dagen na ontvangst van deze betalingsherinnering alsnog te betalen. Verder waarschuwt de Ondernemer de Ouder in deze betalingsherinnering voor de opzeggingsbevoegdheid van de Ondernemer op grond van 10 lid 3 sub a. Deze betalingsherinnering moet minimaal 14 dagen vóór de datum waarop die bevoegdheid ontstaat zijn verzonden. 5. Als na het verstrijken van de termijn genoemd in de betalingsherinnering nog steeds niet is betaald, brengt de ondernemer rente in rekening vanaf het verstrijken van de in de factuur genoemde uiterste betalingsdatum. Deze rente is gelijk aan de wettelijke rente. 6. Door de Ondernemer gemaakte buitengerechtelijke kosten om betaling van een schuld van de Ouder af te dwingen, kunnen aan de Ouder in rekening worden gebracht. De hoogte van de buitengerechtelijke incassokosten is onderworpen aan wettelijke grenzen. 7. Een gedane betaling strekt in de eerste plaats ter voldoening van de verschuldigde kosten en rente en vervolgens ter voldoening van de oudst openstaande schulden.

  • Betaling en zekerheid 12.1 Betaling dient te geschieden binnen dertig (30) dagen na factuurdatum. Opdrachtnemer heeft echter te allen tijde het recht gehele of gedeeltelijke vooruitbetaling te vorderen en/of anderszins voor betaling zekerheid te verkrijgen. 12.2 Het recht van Opdrachtgever op verrekening of opschorting ter zake van aan Opdrachtnemer verschuldigde bedragen is uitgesloten. 12.3 Indien de factuur alleen betrekking heeft op gerealiseerde uren van de Opdrachtnemer medewerker kan met Opdrachtgever overeengekomen worden dat Opdrachtgever de betaling van de factuur gesplitst kan uitvoeren, namelijk dertig (30)%, gelijk aan de wettelijke verplichtingen ten aanzien van inhouding en betaling van loonbelasting en sociale premies (de "Wettelijke Verplichtingen") van het door Opdrachtnemer gefactureerde uurtarief, op de G-rekening van Opdrachtnemer en de resterende zeventig (70)% op de rekening zoals door Opdrachtnemer gedefinieerd op de betreffende factuur. Voor dat doel zal Opdrachtnemer gedurende de looptijd van de Overeenkomst een G-rekening aanhouden bij een gerenommeerde bank. 12.4 Bezwaren tegen door Opdrachtnemer gefactureerde bedragen dienen vóór het verstrijken van de betalingstermijn schriftelijk aan Opdrachtnemer kenbaar te zijn gemaakt, bij gebreke waarvan de juistheid van de gefactureerde bedragen na het verstrijken van de betalingstermijn komt vast te staan tussen partijen. Voor de bepaling van de door Opdrachtgever verschuldigde bedragen zijn de gegevens van Opdrachtnemer beslissend tenzij Opdrachtgever aantoont dat deze gegevens onjuist zijn. 12.5 Indien Opdrachtgever enig door hem verschuldigd bedrag niet conform de voorgaande artikelen voldoet, is Opdrachtgever zonder ingebrekestelling in verzuim. Zodra Opdrachtgever met enige betaling in verzuim is zijn alle overige vorderingen van Opdrachtnemer op Opdrachtgever opeisbaar en treedt ook ten aanzien van die vorderingen het verzuim zonder ingebrekestelling onmiddellijk in. Met ingang van de dag waarop Opdrachtgever in verzuim is, is Opdrachtgever aan Opdrachtnemer de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 a en 6:120 Burgerlijke Wetboek (wettelijke handelsrente), alsmede de redelijke (buitengerechtelijke) kosten en incassokosten, verschuldigd.

  • Prijs en betaling 2.1 De prijzen gelden, wanneer geen afwijkende afspraken zijn gemaakt, af fabriek; inclusief intern transport in de fabriek, echter exclusief opdrachtgeverspecifieke verpakking en afladen op het aanleveradres. Prijzen voor afzonderlijke items in een aanbieding gelden uitsluitend bij afname van de gehele offerte. De geoffreerde prijzen zijn exclusief omzetbelasting volgens het wettelijk vastgestelde tarief. Wanneer na het afsluiten van de overeenkomst wijzigingen optreden in heffingen en/of andere kosten van derden die in de overeengekomen prijs zijn opgenomen of ontstaan deze pas dan, dan is de leverancier gerechtigd tot een overeenkomstige prijswijziging. 2.2 Tenzij anders overeengekomen dient de betaling zonder enige vorm van korting op de rekening van de leverancier te worden voldaan en wel netto contant binnen 30 dagen na factuurdatum, tenzij anders overeengekomen. De betaling dient op zodanige wijze en tijdstip te geschieden dat de leverancier op de vervaldatum over het volledige bedrag kan beschikken. De kosten van het betalingsverkeer zijn voor rekening van de opdrachtgever. 2.3 Het recht betalingen achter te houden dan wel met tegenvorderingen te verrekenen kan slechts worden uitgeoefend indien de tegenvorderingen niet bestreden en rechtsgeldig vastgesteld zijn. 2.4 De opdrachtgever komt in gebreke op het moment dat de vervaldatum verstrijkt en de betaling niet op de rekening van de leverancier is voldaan. Ingebrekestelling geschiedt d.m.v. schriftelijke aanmaning uiterlijk 30 dagen na het verstrijken van de vervaldatum van de factuur of een gelijkwaardig betalingsverzoek van de leverancier. Wanneer de opdrachtgever in gebreke komt, berekent de leverancier een rentevergoeding van twee procent per maand cumulatief. Het claimen van verdere schade, met name meerkosten in verband met wisselkoersveranderingen en koersgaranties, blijft voorbehouden. 2.5 Alle vorderingen van de leverancier zijn onmiddellijk betaalbaar indien de betalingsvoorwaarden niet worden nageleefd of de leverancier kennis krijgt van omstandigheden die ertoe kunnen leiden dat de kredietwaardigheid van de opdrachtgever vermindert. De leverancier is te allen tijde gerechtigd om leveringen slechts tegen vooruitbetaling uit te voeren. 2.6 Geraakt de opdrachtgever met zijn betalingen in gebreke, dan is de leverancier bovendien gerechtigd om de overeenkomst te ontbinden en daarnaast schadevergoeding te eisen. Verder kan de leverancier de opdrachtgever het doorverkopen en de montage van geleverde zaken verbieden en de teruggave ervan of de overdracht van het indirecte eigendom van de geleverde zaken op kosten van de opdrachtgever eisen. 2.7 De in de lid 4 t/m 6 genoemde rechtsgevolgen kan de opdrachtgever, door het stellen van zekerheden ter hoogte van de bedreigde betalingsaanspraak van de leverancier, afwenden.

  • Faillissement Zowel de opdrachtnemer als de opdrachtgever hebben het recht de overeenkomst onmiddellijk geheel of gedeeltelijk te ontbinden in geval van faillissement of surcéance van de andere partij.

  • Betaling en kosten 1. De aan het Bedrijf op grond van het Abonnement toekomende tarieven en bedragen dienen maandelijks middels automatische incasso te worden voldaan en worden op de 26e van de maand afgeschreven van de opgegeven bankrekening. Indien de bankrekening wijzigt dient de Klant dit meteen schriftelijk door te geven aan het Bedrijf. 2. De vergoedingen voor werkzaamheden buiten het kader van het Abonnement zullen apart in rekening worden gebracht door middel van een machtiging tot automatische incasso of een aparte nota. Indien de Klant niet instemt met automatische incasso ontvangt de Klant een factuur en worden extra administratiekosten in rekening gebracht. 3. De verplichting tot betaling van het Abonnement gaat in op de ingangsdatum van het Abonnement. 4. Een nota dient door de Klant te worden voldaan binnen 14 dagen na factuurdatum. 5. Bij niet tijdige of niet volledige betaling van de vergoedingen en/of facturen wordt door het Bedrijf een aanmaning verzonden waarin de Klant een termijn van14 dagen krijgt om alsnog te betalen. In de aanmaning wordt het bedrag aan incassokosten genoemd, dat na het verstrijken van de termijn in rekening wordt gebracht. De incassokosten bedragen 15 % met een minimum van € 40 over de eerste € 2500. Alsdan is de Klant de administratie- en incassokosten op grond van artikel 6:96 BW verschuldigd. Bij niet tijdige betaling is de Klant bovendien de van toepassing zijnde wettelijke rente op grond van artikel 6:119 BW verschuldigd. 6. Bij niet tijdige of niet volledige betaling van de vergoedingen en/of facturen schort het Bedrijf al zijn verplichtingen, voortvloeiende uit het Abonnement op, totdat alsnog door de Klant al hetgeen de Klant verschuldigd is, betaald is. 7. Het niet-gebruiken van het Toestel, alsmede het niet goed functioneren van het Toestel, levert geen redenen op voor staking dan wel opschorting van de betalingsverplichting. Onder niet-gebruiken wordt mede verstaan het niet kunnen gebruiken van het Toestel indien de elektriciteits-, water- en/of gaslevering, om wat voor reden dan ook, is onderbroken.

  • Geschillenregeling en de wettelijke klachtenregeling voor Kinderopvang 1. Geschillen tussen Ouder en Ondernemer over de totstandkoming of de uitvoering van de Overeenkomst kunnen zowel door de Ouder als door de Ondernemer aanhangig worden gemaakt bij de Geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen, Bordewijklaan 46, Xxxxxxx 00 000, 0000 XX Xxx Xxxx, (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx). 2. Een geschil wordt door de Geschillencommissie slechts in behandeling genomen, indien de Ouder zijn klacht eerst bij de Ondernemer heeft ingediend. 3. Leidt de klacht niet tot een oplossing dan moet het geschil binnen 12 maanden na de datum waarop de Ouder de klacht bij de Ondernemer indiende, schriftelijk of in een andere door de Geschillencommissie te bepalen vorm bij deze commissie aanhangig worden gemaakt. 4. Wanneer de Ouder een geschil aanhangig maakt bij de Geschillencommissie, is de Ondernemer aan deze keuze gebonden. Indien de Ondernemer een geschil aanhangig wil maken bij de Geschillencommissie, moet hij de Ouder Schriftelijk vragen zich binnen vijf weken uit te spreken of hij daarmee akkoord gaat. De Ondernemer dient daarbij aan te kondigen dat hij zich na het verstrijken van voornoemde termijn vrij zal achten het geschil bij de rechter aanhangig te maken. 5. De Geschillencommissie doet uitspraak met inachtneming van de bepalingen van het voor haar geldende reglement. Het reglement van de Geschillencommissie is beschikbaar via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx en wordt desgevraagd toegezonden. Voor de behandeling van een geschil is een vergoeding verschuldigd. De beslissingen van de Geschillencommissie geschieden bij wege van bindend advies. 6. Uitsluitend de rechter dan wel de hierboven genoemde Geschillencommissie is bevoegd van geschillen kennis te nemen.

  • Afrekening en betaling 14.1 De klant is de in de horecaovereenkomst overeengekomen prijs verschuldigd. De prijzen worden vermeld op lijsten die door het horecabedrijf op een voor de gast zichtbare plaats zijn aangebracht of zijn opgenomen in een lijst die aan de klant, desnoods op diens verzoek, wordt overhandigd of die via digitale bronnen toeganke- lijk is voor de klant. Een lijst wordt geacht voor de klant zichtbaar aangebracht te zijn indien deze zichtbaar is in de normaal toegankelijke ruimten van het horecabedrijf. 14.2 Voor bijzondere diensten, zoals het gebruik van garderobe, garage, safe, wasserij of stomerij, telefoon, internet, wifi, roomservice, t.v.-huur e.d. kan door het horecabedrijf een extra vergoeding in rekening worden gebracht. 14.3 Alle rekeningen, daaronder mede begrepen rekeningen ter zake annulering of no-show, zijn door de klant verschuldigd op het moment dat ze aan hem worden gepresenteerd. De klant dient voor contante betaling of betaling per bank of giro zorg te dragen, tenzij anders overeengekomen. 14.4 De gast en de klant zijn hoofdelijk aansprakelijk voor alle bedragen die één van hen of beiden aan het hore- cabedrijf uit welken hoofde ook verschuldigd zijn. Horecaovereenkomsten worden behoudens andersluidend beding geacht mede namens elke gast gesloten te zijn. Door te verschijnen geeft de gast te kennen dat de klant bevoegd was hem bij het sluiten van de betreffende horecaovereenkomst te vertegenwoordigen. 14.5 Zolang de klant niet geheel aan al zijn verplichtingen jegens het horecabedrijf heeft voldaan is het horecabedrijf gerechtigd om alle goederen welke door de klant in het horecabedrijf zijn meegebracht onder zich te nemen en te houden, totdat de klant ten genoegen van het horecabedrijf aan al zijn verplichtingen jegens het horecabe- drijf heeft voldaan. Naast een retentierecht komt het horecabedrijf in voorkomend geval een pandrecht toe op de betreffende goederen. 14.6 Indien andere dan contante betaling is overeengekomen dienen alle facturen, voor welk bedrag ook, door de klant binnen veertien dagen na factuurdatum aan het horecabedrijf te worden voldaan. Indien een factuur wordt gezonden is het horecabedrijf te allen tijde bevoegd een kredietbeperkingstoeslag van 2% van het fac- tuurbedrag in rekening te brengen, welke vervalt indien de klant de factuur binnen veertien dagen voldoet. 14.7 Indien en voor zover tijdige betaling achterwege blijft, is de klant in gebreke zonder dat enige ingebrekestelling zal zijn vereist. Uitsluitend indien de klant een natuurlijk persoon (consument) is, stuurt het horecabedrijf bij achterwege blijven van betaling, eenmalig een ingebrekestelling met een termijn van tenminste 14 dagen om alsnog te betalen. 14.8 Indien de klant in gebreke is moet hij aan het horecabedrijf alle op de inning vallende kosten vergoeden. De buitengerechtelijke inningskosten worden in rekening gebracht volgens de wet. 14.9 Indien het horecabedrijf goederen als bedoeld in artikel 14.5 onder zich heeft en de klant van wie het horecabe- drijf de goederen onder zich heeft gekregen gedurende drie maanden in gebreke is, is het horecabedrijf gerech- tigd deze goederen publiekelijk dan wel onderhands te verkopen en zich op de opbrengst daarvan te verhalen. De aan de verkoop verbonden kosten komen eveneens ten laste van de klant en het horecabedrijf kan zich ook daarvoor op de opbrengst van de verkoop verhalen. Hetgeen na het verhaal van het horecabedrijf resteert, wordt aan de klant uitgekeerd. 14.10 Iedere betaling zal, ongeacht enige door de klant bij die betaling geplaatste aantekening dan wel gemaakte opmerking, worden geacht te strekken in mindering op de schuld van de klant aan het horecabedrijf in de na- volgende volgorde: • De kosten van executie • De gerechtelijke en buitengerechtelijke inningskosten • De rente • De schade • De hoofdsom 14.11 Betaling geschiedt in Euro’s. Indien het horecabedrijf buitenlandse betaalmiddelen accepteert dan geldt de op het moment van betaling geldende marktkoers. Het horecabedrijf kan daarbij bij wijze van administratiekosten een bedrag in rekening brengen dat overeenkomt met maximaal 10% van het bedrag dat in vreemde valuta wordt aangeboden. Het horecabedrijf kan dit bewerkstelligen door de geldende marktkoers met maximaal 10% aan te passen. 14.12 Het horecabedrijf is nimmer gehouden om andere betaalmiddelen dan contanten te accepteren en kan aan acceptatie van dergelijke andere betaalmiddelen voorwaarden verbinden.

  • Betaling en incassokosten 1. Betaling dient steeds te geschieden binnen 14 dagen na factuurdatum, op een door Gebruiker aan te geven wijze in de valuta waarin is gefactureerd, tenzij schriftelijk anders door Xxxxxxxxx aangegeven. Gebruiker is gerechtigd om periodiek te factureren. 2. Indien de Opdrachtgever in gebreke blijft in de tijdige betaling van een factuur, dan is de Opdrachtgever van rechtswege in verzuim. De Opdrachtgever is alsdan een rente verschuldigd van 1% per maand, tenzij de wettelijke rente hoger is, in welk geval de wettelijke rente verschuldigd is. De rente over het opeisbare bedrag zal worden berekend vanaf het moment dat de Opdrachtgever in verzuim is tot het moment van voldoening van het volledig verschuldigde bedrag. 3. Gebruiker heeft het recht de door Opdrachtgever gedane betalingen te laten strekken in de eerste plaats in mindering van de kosten, vervolgens in mindering van de opengevallen rente en tenslotte in mindering van de hoofdsom en de lopende rente. Gebruiker kan, zonder daardoor in verzuim te komen, een aanbod tot betaling weigeren, indien de Opdrachtgever een andere volgorde voor de toerekening van de betaling aanwijst. Gebruiker kan volledige aflossing van de hoofdsom weigeren, indien daarbij niet eveneens de opengevallen en lopende rente en incassokosten worden voldaan. 4. De Opdrachtgever is nimmer gerechtigd tot verrekening van het door hem aan Gebruiker verschuldigde. Bezwaren tegen de hoogte van een factuur schorten de betalingsverplichting niet op. De Opdrachtgever die geen beroep toekomt op afdeling 6.5.3 (de artikelen 231 tot en met 247 boek 6 BW) is evenmin gerechtigd om de betaling van een factuur om een andere reden op te schorten. 5. Indien de Opdrachtgever in gebreke of in verzuim is in de (tijdige) nakoming van zijn verplichtingen, dan komen alle redelijke kosten ter verkrijging van voldoening buiten rechte voor rekening van de Opdrachtgever. De buitengerechtelijke kosten worden berekend op basis van hetgeen in de Nederlandse incassopraktijk gebruikelijk is, momenteel de berekeningsmethode volgens Rapport Voorwerk II. Indien Gebruiker echter hogere kosten ter incasso heeft gemaakt die redelijkerwijs noodzakelijk waren, komen de werkelijk gemaakte kosten voor vergoeding in aanmerking. De eventuele gemaakte gerechtelijke en executiekosten zullen eveneens op de Opdrachtgever worden verhaald. De Opdrachtgever is over de verschuldigde incassokosten eveneens rente verschuldigd.