Ver- en hinkstapspringen. Bij het gebruik van de verspringbak dient het zeil steeds verwijderd te worden. • Na gebruik dienen de atleten via de zandvangers terug te keren. Zo wordt vermeden dat zand onnodig op de looppiste terecht komt. • Het zandoppervlak van de verspringbak dient steeds egaal te zijn. Bij een oneffenheid maak je het oppervlak opnieuw egaal met een hark of schep. • Leg een hark of schep steeds zorgvuldig weg zodat niemand erover struikelt of een ander persoon zijn veiligheid niet in het gedrang komt. • De bak dient na een sprong steeds langs de achterzijde verlaten te worden. • Bij afsluit van de activiteit dient al het zand opnieuw in de bak geborsteld te worden, alsook dient het afdekzeil teruggeplaatst te worden.
