Verjaring. Op grond van artikel L 114-1 van de Verzekeringswet (Franse Code des Assurances) verjaart iedere handeling die voortvloeit uit deze overeenkomst twee jaar na de gebeurtenis die daarvoor de aanleiding was. Deze termijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekking, waarbij de handelingen van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijn. Deze termijn begint echter pas te lopen: • bij verzwijging, nalatigheid, valse of onjuiste verklaring van het gelopen risico, pas vanaf de dag waarop de Verzekeraar daarvan kennis heeft gekregen; • bij schadegeval, op de dag waarop de betrokkenen daarvan kennis hebben genomen, indien zij kunnen bewijzen dat zij het tot dat moment niet wisten. Wanneer de handeling van de Verzekerde jegens de Verzekeraar te wijten is aan het verhaal van een derde partij, loopt deze verjaringstermijn pas vanaf de dag waarop deze derde partij een rechtsvordering tegen de Verzekerde heeft ingesteld of uiterlijk is gevrijwaard. Deze verjaringstermijn kan, in overeenstemming met artikel L 114-2 van het Verzekeringswetboek, worden onderbroken door een van de volgende gewone oorzaken van onderbreking: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet (artikel 2240 van de Franse Code civil); • een vordering, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde geldt wanneer het voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking geldt niet indien de schuldeiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civil); • een beschermende maatregel die genomen is op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering of een handeling van gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civil). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de erkenning door de schuldenaar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt de ingebrekestelling van één van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar of de erkenning van deze erfgenaam de verjaringstermijn niet jegens andere mede- erfgenamen, zelfs bij een hypotheek, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt de verjaringstermijn slechts jegens de andere medeschuldenaren, alleen voor het gedeelte waar deze erfgenaam verantwoordelijk voor is. Om de verjaringstermijn in zijn geheel te onderbreken, jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen van de overleden schuldenaar of dienen alle erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civil). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de erkenning ervan onderbreekt de verjaringstermijn tegen de borg (artikel 2246 van de Franse Code civil). De verjaringstermijn kan eveneens worden onderbroken door: • De aanwijzing van een expert naar aanleiding van een schadegeval; • het sturen van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging (verzonden door de Verzekeraar aan de Verzekerde betreffende de betaling van de premie, en gestuurd door de Verzekerde aan de Verzekeraar betreffende de afwikkeling van schadevergoeding).
Appears in 15 contracts
Samples: www.saintpabu.com, www.resasol.com, mediapub.camping-and-co.com
Verjaring. Op grond van artikel L 114-1 van de Verzekeringswet (Franse Code des Assurances) het Wetboek van verzekeringen verjaart iedere handeling actie die voortvloeit uit deze overeenkomst overeenkomst, na twee jaar na vanaf de gebeurtenis die daarvoor de aanleiding was. Deze termijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekkingde overlijdensdekkingen, waarbij de handelingen acties van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijn. Deze termijn begint echter pas te lopen: • bij in geval van verzwijging, nalatigheid, een valse of onjuiste verklaring van over het gelopen risico, pas vanaf op de dag waarop de Verzekeraar daarvan kennis heeft gekregenhad; • bij schadegevalin geval verzekeringsschade, op de dag waarop de betrokkenen daarvan kennis hebben genomenhadden, indien zij kunnen bewijzen dat zij het hiermee tot dat moment niet wistenbekend waren. Wanneer de handeling actie van de Verzekerde jegens tegen de Verzekeraar te wijten is aan het verhaal als oorzaak een verhaalsrecht van een derde partijheeft, loopt begint deze verjaringstermijn pas vanaf te lopen op de dag waarop deze derde partij een rechtsvordering gerechtelijke actie tegen de Verzekerde heeft ingesteld of uiterlijk door laatstgenoemde schadeloos is gevrijwaardgesteld. Deze verjaringstermijn kankan worden gestuit, in overeenstemming met overeenkomstig artikel L 114-2 van het Verzekeringswetboek, worden onderbroken Franse Wetboek van Verzekeringen door een van de volgende gewone oorzaken van onderbrekingstuiting: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar waartegen hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet uitgeoefend (artikel 2240 van de Franse het Burgerlijk Wetboek (Code civil)); • een vorderingvordering in rechte, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde Ditzelfde geldt wanneer ook indien deze vordering ingesteld wordt bij een onbevoegd gerecht of indien het voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer aanhangig maken van de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens zaak bij het gerecht ingetrokken is vanwege een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking het Burgerlijk Wetboek). De stuiting geldt niet indien de schuldeiser eiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civilhet Burgerlijk Wetboek); • een beschermende conserverende maatregel die genomen is op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering executieprocedures (Code des procédures civiles d’exécution) of een handeling van gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civilhet Burgerlijk Wetboek). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de erkenning door de schuldenaar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft heef uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt stuit de ingebrekestelling van één een van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar of de erkenning van door deze erfgenaam niet de verjaringstermijn niet jegens andere mede- erfgenamen, zelfs bij een hypotheekhypothecaire vordering, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt stuit de verjaringstermijn slechts jegens de andere medeschuldenaren, alleen medeschuldenaren voor het gedeelte waar waarvoor deze erfgenaam verantwoordelijk voor gehouden is. Om de verjaringstermijn in zijn voor het geheel te onderbreken, stuiten jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen van de overleden schuldenaar of dienen alle de erkenning door al deze erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civilhet Burgerlijk Wetboek). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de zijn erkenning ervan onderbreekt stuit de verjaringstermijn tegen de borg cautie (artikel 2246 van de Franse Code civilhet Burgerlijk Wetboek). De verjaringstermijn kan eveneens worden onderbroken gestuit door: • De de aanwijzing van een expert deskundige naar aanleiding van een schadegevalverzekeringsschade; • het sturen verzenden van een aangetekende brief aangetekend schrijven met ontvangstbevestiging bewijs van ontvangst (verzonden door van de Verzekeraar aan de Verzekerde betreffende voor wat betreft de betaling actie inzake de premiebetaling en van de premie, en gestuurd door de Verzekerde aan de Verzekeraar betreffende wat betreft de afwikkeling uitkering van schadevergoedingde schadevergoeding voor de verzekeringsschade).
Appears in 6 contracts
Samples: www.euronat.com, www.camping-l-avelanede.com, www.lacanadienne.com
Verjaring. Op grond van artikel L 114-1 van de Verzekeringswet (Franse Code des Assurances) verjaart iedere handeling die voortvloeit uit deze overeenkomst twee jaar na de gebeurtenis die daarvoor de aanleiding was. Deze termijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekking, waarbij de handelingen van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijn. Deze termijn begint echter pas te lopen: • bij verzwijging, nalatigheid, valse of onjuiste verklaring van het gelopen risico, pas vanaf de dag waarop de Verzekeraar daarvan kennis heeft gekregen; • bij schadegeval, op de dag waarop de betrokkenen daarvan kennis hebben genomen, indien zij kunnen bewijzen dat zij het tot dat moment niet wisten. Wanneer de handeling van de Verzekerde jegens de Verzekeraar te wijten is aan het verhaal van een derde partij, loopt deze verjaringstermijn pas vanaf de dag waarop deze derde partij een rechtsvordering tegen de Verzekerde heeft ingesteld of uiterlijk is gevrijwaard. Deze verjaringstermijn kan, in overeenstemming met artikel L 114-2 van het Verzekeringswetboek, worden onderbroken door een van de volgende gewone oorzaken van onderbreking: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet (artikel 2240 van de Franse Code civil); • een vordering, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde geldt wanneer het voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking geldt niet indien de schuldeiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civil); • een beschermende maatregel die genomen is op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering of een handeling van xxx.xxxxxxxx.xx gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civil). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de erkenning door de schuldenaar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt de ingebrekestelling van één van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar of de erkenning van deze erfgenaam de verjaringstermijn niet jegens andere mede- erfgenamen, zelfs bij een hypotheek, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt de verjaringstermijn slechts jegens de andere medeschuldenaren, alleen voor het gedeelte waar deze erfgenaam verantwoordelijk voor is. Om de verjaringstermijn in zijn geheel te onderbreken, jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen van de overleden schuldenaar of dienen alle erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civil). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de erkenning ervan onderbreekt de verjaringstermijn tegen de borg (artikel 2246 van de Franse Code civil). De verjaringstermijn kan eveneens worden onderbroken door: • De aanwijzing van een expert naar aanleiding van een schadegeval; • het sturen van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging (verzonden door de Verzekeraar aan de Verzekerde betreffende de betaling van de premie, en gestuurd door de Verzekerde aan de Verzekeraar betreffende de afwikkeling van schadevergoeding).
Appears in 3 contracts
Samples: camping-lestaubiere.fr, www.domainedessalins.com, www.camping-favards.com
Verjaring. Op grond van artikel L 114-1 van de Verzekeringswet (Franse Code des Assurances) verjaart iedere handeling die voortvloeit De verjaringstermijn voor elke rechtsvordering voortvloeiend uit deze overeenkomst twee jaar na de gebeurtenis die daarvoor de aanleiding waseen verzekeringsovereenkomst bedraagt drie jaar. Deze termijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekking, waarbij de handelingen van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijn. Deze De termijn begint echter pas te lopen: • bij verzwijging, nalatigheid, valse of onjuiste verklaring van het gelopen risico, pas lopen vanaf de dag waarop van het voorval dat het vorderingsrecht doet ontslaan. Wanneer degene aan wie de Verzekeraar daarvan rechtsvordering toekomt, bewijst dat hij pas op een later tijdstip van het voorval kennis heeft gekregen; • bij schadegeval, op begint de dag waarop termijn te lopen vanaf dat tijdstip, maar hij verstrijkt in elk geval vijf jaar na het voorval, behoudens bedrog. In de betrokkenen daarvan kennis hebben genomenpersoonsverzekering begint de termijn, indien zij kunnen bewijzen dat zij het tot dat moment niet wisten. Wanneer wat de handeling rechtsvordering van de Verzekerde jegens de Verzekeraar begunstigde betreft, te wijten is aan het verhaal van een derde partij, loopt deze verjaringstermijn pas lopen vanaf de dag waarop deze derde partij tegelijk kennis heeft van het bestaan van de overeenkomst, van zijn hoedanigheid van begunstigde en van het voorval dat de verzekeringsprestaties opeisbaar doet worden. Overeenkomstig artikel 89 van de wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen, loopt de verjaring tegen minderjarigen, onbekwaamverklaarden en andere onbekwamen niet tot de dag van de meerderjarigheid of van de opheffing van de onbekwaamheid. De verjaring loopt niet tegen de verzekerde, de begunstigde of de benadeelde die zich door overmacht in de onmogelijkheid bevindt om binnen de voorgeschreven termijn op te treden. Indien het schadegeval tijdig is aangemeld, wordt de verjaring gestuit tot op het ogenblik dat de verzekeraar aan de wederpartij schriftelijk kennis heeft gegeven van zijn beslissing. Stuiting of schorsing van de verjaring van de rechtsvordering van de benadeelde tegen een verzekerde heeft stuiting of schorsing van de verjaring van zijn rechtsvordering tegen de Verzekerde heeft ingesteld verzekeraar tot gevolg. Stuiting of uiterlijk is gevrijwaard. Deze verjaringstermijn kan, in overeenstemming met artikel L 114-2 van het Verzekeringswetboek, worden onderbroken door een schorsing van de volgende gewone verjaring van de rechtsvordering van de benadeelde tegen de verzekeraar heeft stuiting of schorsing van de verjaring van zijn rechtsvordering tegen de verzekerde tot gevolg. De verjaring van de vordering die voortvloeit uit het eigen recht van de benadeelde, wordt gestuit zodra de verzekeraar kennis krijgt van de wil van de benadeelde om een vergoeding te bekomen voor de door hem geleden schade. De stuiting eindigt op het ogenblik dat de verzekeraar aan de benadeelde schriftelijk kennis geeft van zijn beslissing om te vergoeden of van zijn weigering. De gebruikelijke oorzaken van onderbrekingvoor een stuiting zijn: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet (artikel 2240 van de Franse Code civil); • een vorderingelk gerechtelijke dagvaarding, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde geldt wanneer het voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking geldt niet indien de schuldeiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civil); • een beschermende maatregel die genomen is op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering of een elke handeling van gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civil). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de tenuitvoerlegging; • elke erkenning door de schuldenaar verzekeraar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt de ingebrekestelling van één op waarborg van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar of de verzekerde; • elke erkenning van deze erfgenaam schuld van de verjaringstermijn niet jegens andere mede- erfgenamen, zelfs bij een hypotheek, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt de verjaringstermijn slechts verzekerde jegens de andere medeschuldenaren, alleen voor het gedeelte waar deze erfgenaam verantwoordelijk voor is. Om de verjaringstermijn in zijn geheel te onderbreken, jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen van de overleden schuldenaar of dienen alle erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civil). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de erkenning ervan onderbreekt de verjaringstermijn tegen de borg (artikel 2246 van de Franse Code civil). De verjaringstermijn kan eveneens worden onderbroken door: • De aanwijzing van een expert naar aanleiding van een schadegeval; • het sturen van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging (verzonden door de Verzekeraar aan de Verzekerde betreffende de betaling van de premie, en gestuurd door de Verzekerde aan de Verzekeraar betreffende de afwikkeling van schadevergoeding)verzekeraar.
Appears in 2 contracts
Samples: www.cofidis.be, www.cofidis.be
Verjaring. Op grond van artikel L 114-1 van de Verzekeringswet (Franse Code des Assurances) het Wetboek van verzekeringen verjaart iedere handeling actie die voortvloeit uit deze overeenkomst overeenkomst, na twee jaar na vanaf de gebeurtenis die daarvoor de aanleiding was. Deze termijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekkingde overlijdensdekkingen, waarbij de handelingen acties van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijn. Deze termijn begint echter pas te lopen: • bij in geval van verzwijging, nalatigheid, een valse of onjuiste verklaring van over het gelopen risico, pas vanaf op de dag waarop de Verzekeraar daarvan kennis heeft gekregenhad; • bij schadegevalin geval verzekeringsschade, op de dag waarop de betrokkenen daarvan kennis hebben genomenhadden, indien zij kunnen bewijzen dat zij het hiermee tot dat moment niet wistenbekend waren. Wanneer de handeling actie van de Verzekerde jegens tegen de Verzekeraar te wijten is aan het verhaal als oorzaak een verhaalsrecht van een derde partijheeft, loopt begint deze verjaringstermijn pas vanaf te lopen op de dag waarop deze derde partij een rechtsvordering gerechtelijke actie tegen de Verzekerde heeft ingesteld of uiterlijk door laatstgenoemde schadeloos is gevrijwaardgesteld. Deze verjaringstermijn kankan worden gestuit, in overeenstemming met overeenkomstig artikel L 114-2 van het Verzekeringswetboek, worden onderbroken Franse Wetboek van Verzekeringen door een van de volgende gewone oorzaken van onderbrekingstuiting: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar waartegen hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet uitgeoefend (artikel 2240 van de Franse het Burgerlijk Wetboek (Code civil)); • een vorderingvordering in rechte, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde Ditzelfde geldt wanneer ook 25 / 26 indien deze vordering ingesteld wordt bij een onbevoegd gerecht of indien het voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer aanhangig maken van de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens zaak bij het gerecht ingetrokken is vanwege een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking het Burgerlijk Wetboek). De stuiting geldt niet indien de schuldeiser eiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civilhet Burgerlijk Wetboek); • een beschermende conserverende maatregel die genomen is op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering executieprocedures (Code des procédures civiles d’exécution) of een handeling van gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civilhet Burgerlijk Wetboek). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de erkenning door de schuldenaar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft heef uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt stuit de ingebrekestelling van één een van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar of de erkenning van door deze erfgenaam niet de verjaringstermijn niet jegens andere mede- erfgenamen, zelfs bij een hypotheekhypothecaire vordering, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt stuit de verjaringstermijn slechts jegens de andere medeschuldenaren, alleen medeschuldenaren voor het gedeelte waar waarvoor deze erfgenaam verantwoordelijk voor gehouden is. Om de verjaringstermijn in zijn voor het geheel te onderbreken, stuiten jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen van de overleden schuldenaar of dienen alle de erkenning door al deze erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civilhet Burgerlijk Wetboek). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de zijn erkenning ervan onderbreekt stuit de verjaringstermijn tegen de borg cautie (artikel 2246 van de Franse Code civilhet Burgerlijk Wetboek). De verjaringstermijn kan eveneens worden onderbroken gestuit door: • De de aanwijzing van een expert deskundige naar aanleiding van een schadegevalverzekeringsschade; • het sturen verzenden van een aangetekende brief aangetekend schrijven met ontvangstbevestiging bewijs van ontvangst (verzonden door van de Verzekeraar aan de Verzekerde betreffende voor wat betreft de betaling actie inzake de premiebetaling en van de premie, en gestuurd door de Verzekerde aan de Verzekeraar betreffende wat betreft de afwikkeling uitkering van schadevergoedingde schadevergoeding voor de verzekeringsschade).
Appears in 2 contracts
Verjaring. Op grond van artikel L 114-1 van de Verzekeringswet (Franse Code des Assurances) verjaart iedere handeling die voortvloeit uit deze overeenkomst twee jaar na de gebeurtenis die daarvoor de aanleiding was. Deze termijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekking, waarbij de handelingen van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijn. Deze termijn begint echter pas te lopen: • bij verzwijging, nalatigheid, valse of onjuiste verklaring van het gelopen risico, pas vanaf de dag waarop de Verzekeraar daarvan kennis heeft gekregen; • bij schadegeval, op de dag waarop de betrokkenen daarvan kennis hebben genomen, xxx.xxxxxxxx.xx indien zij kunnen bewijzen dat zij het tot dat moment niet wisten. dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civil). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de Wanneer de handeling van de Verzekerde jegens de Verzekeraar te wijten is aan het verhaal van een derde partij, loopt deze verjaringstermijn pas vanaf de dag waarop deze derde partij een rechtsvordering tegen de Verzekerde heeft ingesteld of uiterlijk is gevrijwaard. Deze verjaringstermijn kan, in overeenstemming met artikel L 114-2 van het Verzekeringswetboek, worden onderbroken door een van de volgende gewone oorzaken van onderbreking: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet (artikel 2240 van de Franse Code civil); • een vordering, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde geldt wanneer het voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking geldt niet indien de schuldeiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civil); • een beschermende maatregel die genomen is op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering of een handeling van gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civil). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de erkenning door de schuldenaar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt de ingebrekestelling van één van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar of de erkenning van deze erfgenaam de verjaringstermijn niet jegens andere mede- erfgenamen, zelfs bij een hypotheek, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt de verjaringstermijn slechts jegens de andere medeschuldenaren, alleen voor het gedeelte waar deze erfgenaam verantwoordelijk voor is. Om de verjaringstermijn in zijn geheel te onderbreken, jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen van de overleden schuldenaar of dienen alle erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civil). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de erkenning ervan onderbreekt de verjaringstermijn tegen de borg (artikel 2246 van de Franse Code civil). De verjaringstermijn kan eveneens worden onderbroken door: • De aanwijzing van een expert naar aanleiding van een schadegeval; • het sturen van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging (verzonden door de Verzekeraar aan de Verzekerde betreffende de betaling van de premie, en gestuurd door de Verzekerde aan de Verzekeraar betreffende de afwikkeling van schadevergoeding).
Appears in 1 contract
Samples: www.lesranchisses.fr
Verjaring. Op grond van artikel L 114-1 van de Verzekeringswet (Franse Code des Assurances) verjaart iedere handeling die voortvloeit uit deze overeenkomst twee jaar na de gebeurtenis die daarvoor de aanleiding was. Deze termijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekking, waarbij de handelingen van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijn. Deze termijn begint echter pas te lopen: • bij verzwijging, nalatigheid, valse of onjuiste verklaring van het gelopen risico, pas vanaf de dag waarop de Verzekeraar daarvan kennis heeft gekregen; • bij schadegeval, op de dag waarop de betrokkenen daarvan kennis hebben genomen, indien zij kunnen bewijzen dat zij het tot dat moment niet wisten. Wanneer de handeling van de Verzekerde jegens de Verzekeraar te wijten is aan het verhaal van een derde partij, loopt deze verjaringstermijn pas vanaf de dag waarop deze derde partij een rechtsvordering tegen de Verzekerde heeft ingesteld of uiterlijk is gevrijwaard. Deze verjaringstermijn kan, in overeenstemming met artikel L 114-2 van het Verzekeringswetboek, worden onderbroken door een van de volgende gewone oorzaken van onderbreking: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet (artikel 2240 van de Franse Code civil); • een vordering, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde geldt wanneer het voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking geldt niet indien de schuldeiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civil); • een beschermende maatregel die genomen is op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering of een handeling van gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civil). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de erkenning door de schuldenaar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt de ingebrekestelling van één van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar of de erkenning van deze erfgenaam de verjaringstermijn niet jegens andere mede- erfgenamen, zelfs bij een hypotheek, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt de verjaringstermijn slechts jegens de andere medeschuldenaren, alleen voor het gedeelte waar deze erfgenaam verantwoordelijk voor is. Om de verjaringstermijn in zijn geheel te onderbreken, jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen van de overleden schuldenaar of dienen alle erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civil). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de erkenning ervan onderbreekt de verjaringstermijn tegen de borg (artikel 2246 van de Franse Code civil). De verjaringstermijn kan eveneens worden onderbroken door: • De de aanwijzing van een expert naar aanleiding van een schadegeval; • het sturen van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging (verzonden door de Verzekeraar aan de Verzekerde betreffende de betaling van de premie, en gestuurd door de Verzekerde aan de Verzekeraar betreffende de afwikkeling van schadevergoeding).
Appears in 1 contract
Samples: www.domaine-2soleils.com
Verjaring. Op grond van artikel L 114-1 van de Verzekeringswet (Franse Code des Assurances) verjaart iedere handeling die voortvloeit uit deze overeenkomst twee jaar na de gebeurtenis die daarvoor de aanleiding was. Deze termijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekking, waarbij de handelingen van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijn. Deze termijn begint echter pas te lopen: • bij verzwijging, nalatigheid, valse of onjuiste verklaring van het gelopen risico, pas vanaf de dag waarop de Verzekeraar daarvan kennis heeft gekregen; • bij schadegeval, op de dag waarop de betrokkenen daarvan kennis hebben genomen, xxx.xxxxxxxx.xx indien zij kunnen bewijzen dat zij het tot dat moment niet wisten. De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de erkenning ervan onderbreekt de verjaringstermijn tegen de borg (artikel 2246 van de Franse Code Wanneer de handeling van de Verzekerde jegens de Verzekeraar te wijten is aan het verhaal van een derde partij, loopt deze verjaringstermijn pas vanaf de dag waarop deze derde partij een rechtsvordering tegen de Verzekerde heeft ingesteld of uiterlijk is gevrijwaard. Deze verjaringstermijn kan, in overeenstemming met artikel L 114-2 van het Verzekeringswetboek, worden onderbroken door een van de volgende gewone oorzaken van onderbreking: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet (artikel 2240 van de Franse Code civil); • een vordering, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde geldt wanneer het voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking geldt niet indien de schuldeiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civil); • een beschermende maatregel die genomen is op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering of een handeling van gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civil). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de erkenning door de schuldenaar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt de ingebrekestelling van één van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar of de erkenning van deze erfgenaam de verjaringstermijn niet jegens andere mede- erfgenamen, zelfs bij een hypotheek, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt de verjaringstermijn slechts jegens de andere medeschuldenaren, alleen voor het gedeelte waar deze erfgenaam verantwoordelijk voor is. Om de verjaringstermijn in zijn geheel te onderbreken, jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen van de overleden schuldenaar of dienen alle erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civil). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de erkenning ervan onderbreekt de verjaringstermijn tegen de borg (artikel 2246 van de Franse Code civil). De verjaringstermijn kan eveneens worden onderbroken door: • De aanwijzing van een expert naar aanleiding van een schadegeval; • het sturen van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging (verzonden door de Verzekeraar aan de Verzekerde betreffende de betaling van de premie, en gestuurd door de Verzekerde aan de Verzekeraar betreffende de afwikkeling van schadevergoeding).
Appears in 1 contract
Samples: www.campingduvieuxverger.com
Verjaring. Op grond van artikel L 114-1 van de Verzekeringswet (Franse Code des Assurances) verjaart iedere handeling die voortvloeit uit deze overeenkomst twee jaar na de gebeurtenis die daarvoor de aanleiding was. Deze termijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekking, waarbij de handelingen van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijn. Deze termijn begint echter pas te lopen: • bij verzwijging, nalatigheid, valse of onjuiste verklaring van het gelopen risico, pas vanaf de dag waarop de Verzekeraar daarvan kennis heeft gekregen; • bij schadegeval, op de dag waarop de betrokkenen daarvan kennis hebben genomen, indien zij kunnen bewijzen dat zij het tot dat moment niet wisten. Wanneer de handeling van de Verzekerde jegens de Verzekeraar te wijten is aan het verhaal van een derde partij, loopt deze verjaringstermijn pas vanaf de dag waarop deze derde partij een rechtsvordering tegen de Verzekerde heeft ingesteld of uiterlijk is gevrijwaard. Deze verjaringstermijn kan, in overeenstemming met artikel L 114-2 van het Verzekeringswetboek, worden onderbroken door een van de volgende gewone oorzaken van onderbreking: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet (artikel 2240 van de Franse Code civil); • een vordering, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde geldt wanneer het voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking geldt niet indien de schuldeiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civil); • een beschermende maatregel die genomen is op grond van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering of een handeling van gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civil). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de erkenning door de schuldenaar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt de ingebrekestelling van één van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar of de erkenning van deze erfgenaam de verjaringstermijn niet jegens andere mede- mede-erfgenamen, zelfs bij een hypotheek, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt de verjaringstermijn slechts jegens de andere medeschuldenaren, alleen voor het gedeelte waar deze erfgenaam verantwoordelijk voor is. Om de verjaringstermijn in zijn geheel te onderbreken, jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen van de overleden schuldenaar of dienen alle erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van de Franse Code civil). De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de erkenning ervan onderbreekt de verjaringstermijn tegen de borg (artikel 2246 van de Franse Code civil). De verjaringstermijn kan eveneens worden onderbroken door: • De de aanwijzing van een expert naar aanleiding van een schadegeval; • het sturen van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging (verzonden door de Verzekeraar aan de Verzekerde betreffende de betaling van de premie, en gestuurd door de Verzekerde aan de Verzekeraar betreffende de afwikkeling van schadevergoeding).
Appears in 1 contract
Samples: mediapub.camping-and-co.com
Verjaring. Op grond Overeenkomstig de bepalingen van artikel L 114L.114-1 van de Verzekeringswet Code des assurances (Franse Code des Assurancesverzekeringswet) verjaart iedere handeling elke rechtsvordering die voortvloeit uit deze overeenkomst een verzekeringsovereenkomst door een verloop van twee jaar na te rekenen vanaf de gebeurtenis die daarvoor de er aanleiding wastoe geeft. Deze termijn periode wordt echter beperkt: • in geval van verzwijging, weglating, valse of onjuiste aangifte van het gelopen risico, vanaf de dag waarop de verzekeraar er kennis van heeft gekregen, • in geval van een schadegeval, vanaf de dag waarop de betrokken partijen er kennis van hebben gekregen, indien zij bewijzen dat zij er tot dan toe geen kennis van hebben gehad. Wanneer de vordering van de verzekerde tegen de verzekeraar gebaseerd is op het verhaal van een derde, begint de verjaringstermijn pas te lopen op de dag waarop de derde een rechtsvordering tegen de verzekerde heeft ingesteld of door de verzekerde schadeloos is gesteld. De verjaringstermijn wordt verlengd tot tien jaar voor overlijdensdekkingin persoonlijke ongevallenverzekeringsovereenkomsten, waarbij wanneer de handelingen begunstigden de rechthebbenden zijn van de begunstigden uiterlijk dertig jaar na deze gebeurtenis verjaard zijnoverleden verzekerde. Deze termijn begint echter pas te lopen: • bij verzwijging, nalatigheid, valse of onjuiste verklaring van het gelopen risico, pas vanaf de dag waarop de Verzekeraar daarvan kennis heeft gekregen; • bij schadegeval, op de dag waarop de betrokkenen daarvan kennis hebben genomen, indien zij kunnen bewijzen dat zij het tot dat moment niet wisten. Wanneer de handeling van de Verzekerde jegens de Verzekeraar te wijten is aan het verhaal van een derde partij, loopt deze verjaringstermijn pas vanaf de dag waarop deze derde partij een rechtsvordering tegen de Verzekerde heeft ingesteld of uiterlijk is gevrijwaard. Deze verjaringstermijn kan, in overeenstemming met Overeenkomstig artikel L 114L.114-2 van het Verzekeringswetboek, worden de Code des assurances (Franse verzekeringswet) wordt de verjaring onderbroken door een van de volgende gewone oorzaken van onderbrekingonderbreking van de verjaring bestaande uit: • de erkenning door de schuldenaar van het recht waar hij het verjaringsrecht tegenover heeft gezet (artikel 2240 van de Franse Code civil); • een vorderingelke rechtsvordering, zelfs in kort geding, tot de afloop van de rechtszaak. Hetzelfde geldt wanneer het of zelfs voor een onbevoegde rechtbank wordt gebracht of wanneer de handeling van verwijzing naar de rechtbank wordt vernietigd wegens een procedurefout (artikelen 2241 en 2242 van de Franse Code civil).De onderbreking geldt niet indien de schuldeiser afziet van zijn vordering of de rechtszaak laat verjaren of indien zijn vordering definitief afgewezen is (artikel 2243 van de Franse Code civil)onbekwame rechtbank; • een beschermende elke daad van gedwongen tenuitvoerlegging of elke conservatoire maatregel die is genomen is op grond in toepassing van het Wetboek wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering of een handeling van gedwongen executie (artikel 2244 van de Franse Code civil). Verder wordt gewezen op het volgende: De ingebrekestelling van een van de hoofdelijke schuldenaren door een vordering in rechte of een gedwongen executie of de burgerlijke rechtsvorderingen; • elke erkenning door de schuldenaar verzekeraar van het recht waartegen hij het verjaringsrecht heeft uitgeoefend, stuit de verjaringstermijn tegen anderen en zelfs tegen hun erfgenamen. Daarentegen onderbreekt de ingebrekestelling van één van de erfgenamen van een hoofdelijke schuldenaar verzekerde op dekking, of de elke erkenning van deze erfgenaam de verjaringstermijn niet jegens andere mede- erfgenamen, zelfs bij een hypotheek, indien de verbintenis ondeelbaar is. Deze ingebrekestelling of deze erkenning onderbreekt de verjaringstermijn slechts jegens de andere medeschuldenaren, alleen voor het gedeelte waar deze erfgenaam verantwoordelijk voor is. Om de verjaringstermijn in zijn geheel te onderbreken, jegens de andere medeschuldenaren, dient de ingebrekestelling te worden gedaan aan alle erfgenamen schuld van de overleden schuldenaar of dienen alle erfgenamen dit te erkennen (artikel 2245 van verzekerde aan de Franse Code civil)verzekeraar. De ingebrekestelling van de hoofdschuldenaar of de erkenning ervan onderbreekt de verjaringstermijn tegen de borg (artikel 2246 van de Franse Code civil). De verjaringstermijn kan eveneens worden verjaring wordt tevens onderbroken door: • De aanwijzing de aanstelling van een expert naar aanleiding van deskundigen na een schadegeval; • het sturen de verzending van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging (verzonden door door: - de Verzekeraar verzekeraar jegens de verzekerde in verband met de vordering tot betaling van de premie; - de verzekerde aan de Verzekerde betreffende verzekeraar in verband met de betaling van de premieschadevergoeding. Overeenkomstig artikel L.114-3 van de Code des assurances (Franse verzekeringswet) kunnen de partijen bij de verzekeringsovereenkomst, en gestuurd door zelfs in onderlinge overeenstemming, de Verzekerde aan duur van de Verzekeraar betreffende verjaringstermijn niet wijzigen, noch de afwikkeling oorzaken van schadevergoeding)de schorsing of onderbreking ervan uitbreiden.
Appears in 1 contract
Samples: cdn.malt.com