Voortgang en evaluatie. 1. Partijen leveren via de werkgroepen, Taskforce SEB, kennisbank en de jaarlijkse monitoring, bedoeld in artikel 8, informatie aan het secretariaat, bedoeld in artikel 6, zesde lid, over de invoering van xxxxxx en emissieloos bouwmaterieel. Die informatie betreft onder andere praktijkervaringen met het toepassen van de emissie-eisen, beschikbare laadinfrastructuur en de beschikbaarheid en ontwikkeling van voldoende schoon en emissieloos bouwmaterieel. 2. De Rijksoverheid zorgt dat in 2025, 2027 en 2030 een onafhankelijke evaluatie plaatsvindt van de routekaart en dit convenant. Partijen worden nauw betrokken bij deze evaluaties. Tijdens de evaluatie zal onder andere gekeken worden of de beleidsdoelen op het gebied van stikstof, CO2 en fijnstof op een zo efficiënt en effectief mogelijke wijze worden gehaald. Ook zal er gekeken worden of de routekaart functioneert conform de oorspronkelijk uitgangspunten en of aan de noodzakelijke randvoorwaarden wordt voldaan, waaronder beschikbaarheid van voldoende laad- en tankinfra- structuur en emissieloos materieel. 3. Onderdeel van de evaluatie, bedoeld in het tweede lid, is haalbaarheid en betaalbaarheid van het toepassen van de niveaus. Partijen erkennen dat voornamelijk bij het behalen van het ambitieuze niveau onzekerheden bestaan over de beschikbaarheid van emissieloos materieel en de meerkos- ten. Wanneer uit de evaluatie blijkt dat door een tekort aan emissieloos bouwmaterieel toepassing van het ambitieuze niveau niet haalbaar is of wanneer de kosten van het ambitieuze niveau significant hoger uitvallen dan voorzien op het moment van ondertekening, heroverwegen Partijen het aantal projecten waarin dit niveau wordt toegepast en bezien zij welke maatregelen de haalbaarheid kunnen vergroten. 4. In 2023 zal vanuit het Schone Lucht Akkoord in samenwerking met het programma SEB worden onderzocht of bredere toepassing van de afspraken uit dit convenant voor mobiele werktuigen buiten de bouw mogelijk is. 5. Als blijkt dat Partijen niet aan de afspraken uit dit convenant voldoen, dan bespreekt de Taskforce SEB dit met de betreffende Partijen en wordt een aanpak besproken hoe de betreffende Partijen alsnog aan de afspraken kunnen voldoen. Indien noodzakelijk wordt een bestuurlijk overleg georganiseerd.
Appears in 3 contracts
Voortgang en evaluatie. 1. Partijen leveren via de werkgroepen, Taskforce SEB, kennisbank en de jaarlijkse monitoring, bedoeld in artikel 8, informatie aan het secretariaat, bedoeld in artikel 6, zesde lid, over de invoering van xxxxxx en emissieloos bouwmaterieel. Die informatie betreft onder andere praktijkervaringen met het toepassen van de emissie-eisen, beschikbare laadinfrastructuur en de beschikbaarheid en ontwikkeling van voldoende schoon en emissieloos bouwmaterieel.
2. De Rijksoverheid zorgt dat in 2025, 2027 en 2030 een onafhankelijke evaluatie plaatsvindt van de routekaart en dit convenant. Partijen worden nauw betrokken bij deze evaluaties. Tijdens de evaluatie zal onder andere gekeken worden of de beleidsdoelen op het gebied van stikstof, CO2 en fijnstof op een zo efficiënt en effectief mogelijke wijze worden gehaald. Ook zal er gekeken worden of de routekaart functioneert conform de oorspronkelijk uitgangspunten en of aan de noodzakelijke randvoorwaarden wordt voldaan, waaronder beschikbaarheid van voldoende laad- en tankinfra- structuur tankinfrastructuur en emissieloos materieel.
3. Onderdeel van de evaluatie, bedoeld in het tweede lid, is haalbaarheid en betaalbaarheid van het toepassen van de niveaus. Partijen erkennen dat voornamelijk bij het behalen van het ambitieuze niveau onzekerheden bestaan over de beschikbaarheid van emissieloos materieel en de meerkos- tenmeerkosten. Wanneer uit de evaluatie blijkt dat door een tekort aan emissieloos bouwmaterieel toepassing van het ambitieuze niveau niet haalbaar is of wanneer de kosten van het ambitieuze niveau significant hoger uitvallen dan voorzien op het moment van ondertekening, heroverwegen Partijen het aantal projecten waarin dit niveau wordt toegepast en bezien zij welke maatregelen de haalbaarheid kunnen vergroten.
4. In 2023 zal vanuit het Schone Lucht Akkoord in samenwerking met het programma SEB worden onderzocht of bredere toepassing van de afspraken uit dit convenant voor mobiele werktuigen buiten de bouw mogelijk is.
5. Als blijkt dat Partijen niet aan de afspraken uit dit convenant voldoen, dan bespreekt de Taskforce SEB dit met de betreffende Partijen en wordt een aanpak besproken hoe de betreffende Partijen alsnog aan de afspraken kunnen voldoen. Indien noodzakelijk wordt een bestuurlijk overleg georganiseerd.
Appears in 2 contracts
Samples: Covenant, Covenant Schoon en Emissieloos Bouwen (Seb)