DAGVAARDING RECHTBANK



Toevoeging afgegeven door _________,

Nummer <nummer>


DAGVAARDING

RECHTBANK


Heden, de

Ten verzoeke van __________, wonende te ____________, te dezer zake woonplaats kiezende te 0000 XX Xxxxx aan de Xxxx Xxxxxxxxxxxx 203 ten kantore van Van Cooth Advocatuur, van welk kantoor mr. H.A. Xxxxx te dezen tot advocaat wordt gesteld en als zodanig optreedt


HEB IK




GEDAGVAARD

__________, wonende te _____________ aan het adres _____________, aldaar te dezer zake mijn exploot doende en afschrift dezes latende aan:





OM

op woensdag …………………………………………………………………………………… des voormiddags te 10:00 uur, niet in persoon maar vertegenwoordigd door een advocaat te verschijnen ter openbare terechtzitting van de Rechtbank te Breda , alsdan en aldaar gehouden wordende in het Gerechtsgebouw aan de Sluissingel 20

MET UITDRUKKELIJKE VERMELDING DAT

  1. indien gedaagde niet op de eerste of een door de Rechtbank nader bepaalde roldatum middels een advocaat in het geding verschijnt of het hierna te noemen griffierecht niet tijdig betaalt, en de voorgeschreven termijnen en formaliteiten in acht zijn genomen, de rechter verstek tegen gedaagde zal verlenen en de vordering zal toewijzen, tenzij de vordering de rechter onrechtmatig of ongegrond voorkomt;

  2. indien er meerdere gedaagden zijn en ten minste één van hen in het geding is verschenen en het griffierecht tijdig heeft voldaan, tegen de niet verschenen gedaagde(n) verstek zal worden verleend en tussen alle partijen één vonnis zal worden gewezen, dat als een vonnis op tegenspraak wordt beschouwd;

  3. bij verschijning in de procedure zal van (ieder van de) gedaagde(n) een griffierecht worden geheven, dat binnen vier weken na verschijning in rechte betaald dient te zijn;

  4. de hoogte van de griffierechten is vermeld in de meest recente bijlage behorend bij de Wet griffierechten burgerlijke zaken, die onder meer is te vinden op de website xxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxx;

  5. van een persoon die onvermogend is, een bij of krachtens de wet vastgesteld griffierecht voor onvermogenden wordt geheven, indien hij op het tijdstip waarop het griffierecht wordt geheven heeft overgelegd:

1°. een afschrift van het besluit tot toevoeging, bedoeld in art. 29 van de Wet op de rechtsbijstand, of indien dit niet mogelijk is ten gevolge van omstandigheden die redelijkerwijs niet aan hem zijn toe te rekenen, een afschrift van de aanvraag als bedoeld in art. 24, tweede lid, van de Wet op de Rechtsbijstand, dan wel

2°. een verklaring van het bestuur van de raad voor rechtsbijstand, als bedoeld in art. 7 lid 3 onder e, van de wet op de rechtsbijstand, waaruit blijkt dat zijn inkomen niet meer bedraagt dan de inkomens, bedoeld in de algemene maatregel van bestuur krachtens art. 35 lid 2 van die wet;

  1. indien er meerdere gedaagden zijn, van partijen die bij dezelfde advocaat of gemachtigde verschijnen en gelijkluidende conclusies nemen of gelijkluidend verweer voeren, op basis van art. 15 van de Wet griffierechten burgerlijke zaken slechts eenmaal een gezamenlijk griffierecht wordt geheven.


TENEINDE

Alsdan kennis te nemen van de instelling van de navolgende eis en de gronden daarvan:


1Inleiding

1.1Deze dagvaarding is als volgt opgebouwd:

1.2Eiser, verder te noemen [achternaam], nummert de eigen producties met Romeinse cijfers en zal voor de eventuele producties van gedaagde, verder te noemen [achternaam-gedaagde], Arabische cijfers gebruiken.

2Feiten

2.1[droge, chronologische opsomming van de feiten die relevant zijn voor het ingeroepen rechtsgevolg, voor zoveel mogelijk ondersteund door Producties]…..

  1. Koopovereenkomst d.d. ___

2.2

  1. Brief van xx. Xxxxx aan gedaagde d.d. _____

  2. Productie

3Geschil

3.1[korte omschrijving van het geschil]

4Aangevoerd verweer

4.1Gedaagde heeft de volgende verweren tegen de vorderingen kenbaar gemaakt.

4.2



5Weerlegging verweer

5.1

6Bewijsmiddelen ter weerlegging van het verweer

6.1Ter weerlegging van het verweer beschikt Xxxxx over de navolgende bewijsmiddelen:

7Bewijsaanbod

7.1Eiser is van oordeel dat op hem generlei bewijslast rust.

7.2Uitsluitend voor het geval daarover anders wordt geoordeeld, biedt Xxxxx bewijs aan van zijn stellingen, in het bijzonder door het doen horen van getuigen, waaronder – doch niet uitsluitend - Eiser.


8MITSDIEN

het de Rechtbank behage bij vonnis:

  1. Gedaagde te veroordelen aan Xxxxx te betalen binnen twee weken na het te dezen te wijzen vonnis een bedrag in hoofdsom van € <hoofdsom>, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf <datum> tot de dag der algehele voldoening;

  2. Gedaagde te veroordelen aan Eiser te betalen binnen twee weken na het te dezen te wijzen vonnis een bedrag ad € <rente> ter zake de wettelijke rente over de hoofdsom tot <datum>, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf <datum> tot de dag der algehele voldoening;

  3. Gedaagde te veroordelen aan Xxxxx te betalen binnen twee weken na het te dezen te wijzen vonnis een bedrag ter zake buitengerechtelijke kosten van € _________ te vermeerderen met de wettelijke rente over de terzake van deze kosten toegewezen bedragen vanaf de 14e dag na de datum van het te dezen te wijzen vonnis tot aan de dag der algehele voldoening;

  4. Gedaagde te veroordelen aan Eiser af te geven binnen twee weken na het te dezen te wijzen vonnis de navolgende roerende zaken: ______

  5. Gedaagde te veroordelen aan Xxxxx te betalen voor iedere dag of gedeelte van een dag dat hij in gebreke blijft te voldoen aan de ad IV uit te spreken veroordeling binnen twee weken na betekening van het te dezen te wijzen vonnis bij wijze van dwangsom € 1.000,00.

  6. Eiser toe te staan Gedaagde in lijfsdwang te doen nemen indien Xxxxxxxx niet binnen drie maanden na het te dezen te wijzen vonnis heeft voldaan aan de ad III uit te spreken veroordeling voor de duur van één jaar, althans een in goede justitie te bepalen periode, totdat Xxxxxxxx aan de ad IV uit te spreken veroordeling heeft voldaan, althans zich onder het stellen van voldoende waarborg bereid heeft verklaard daaraan te voldoen, alsmede de vereffende kosten, de kosten van de lijfsdwang en de voorgeschoten onderhoudskosten zijn voldaan.

  7. Gedaagde te veroordelen aan Xxxxx te betalen binnen twee weken na het te dezen te wijzen vonnis de volgens het gebruikelijke tarief te begroten bijdrage in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente over de terzake van deze kosten toegewezen bedragen vanaf de 14e dag na de datum van het te dezen te wijzen vonnis tot aan de dag der algehele voldoening;

  8. Gedaagde te veroordelen aan Eiser te betalen binnen twee weken na het te dezen te wijzen vonnis een bedrag aan nasalaris van € 131,00 ingeval van niet-betekening van het vonnis en € 205,00 aan nasalaris ingeval van betekening van het vonnis, te vermeerderen met de wettelijke rente over de terzake van deze kosten toegewezen bedragen vanaf de 14e dag na de datum van het ten dezen te wijzen vonnis tot aan de dag der algehele voldoening;

  9. Het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren





De kosten dezes zijn voor mij, deurwaarder €


Deurwaarder:


eiser(es) in het geding is wel/niet BTW-plichtig.

Deze zaak wordt behandeld door Van Cooth Advocatuur, mr. H.A. Xxxxx

Xxxx Xxxxxxxxxxxx 000 / 0000 XX Xxxxx / T: 076 5 23 67 80 / F: 076 5 23 67 89

Eventueel in de dagvaarding genoemde producties – voor zover niet mee betekend - zullen ter dienende dage bij separate akte in het geding worden gebracht.


Document Metadata

Filed: December 2nd, 2013