STATUTEN NEDERLANDSE LACROSSE BOND
STATUTEN NEDERLANDSE LACROSSE BOND
Artikel 1: Naam en zetel Artikel 2: Doel
Artikel 3: Organisatie
Artikel 4: Leden
Artikel 5: Algemene rechten en verplichtingen Artikel 6: Rechtspraak
Artikel 7: Einde lidmaatschap Artikel 8: Bestuur
Artikel 9: Taken en bevoegdheden bondsbestuur Artikel 10: Vertegenwoordiging
Artikel 11: Commissies
Artikel 12: Boekhouding en financien Artikel 13: Rekening en verantwoording Artikel 14: Algemene ledenvergadering
Artikel 15: Het bijeenroepen van de algemene ledenvergadering Artikel 16: Toegang tot de algemene ledenvergadering
Artikel 17: Agenda van de algemene ledenvergadering Artikel 18: Besluiten
Artikel 19: Reglementen en uitvoeringsbesluiten Artikel 20: Statuten
Artikel 21: Ontbinding en vereffening
Artikel 1 - Naam en zetel
1. De vereniging met volledige rechtsbevoegdheid draagt de naam: Nederlandse - Lacrosse Bond'. De korte naam van de vereniging is `NLB'.
2. De NLB is te Utrecht gevestigd.
3. De NLB is opgericht op twee april tweeduizend vijf (02-04-2005) en is aange gaan voor onbepaalde tijd.
Artikel 2 - Doel
1. De NLB stelt zich ten doel het bevorderen en doen beoefenen van de lacrosse sport in al zijn verschijningsvormen.
2. De NLB tracht haar doel onder meer te bereiken door:
a. het organiseren van wedstrijden en competities;
b. het lidmaatschap van nationale en internationale organisaties;
c. het ondersteunen van opstartende lacrosseverenigingen in het land;
d. het ondersteunen van de nationale teams naar internationale toernooien;
e. en al hetgeen betrekking heeft op de Nederlandse lacrosse sport.
Artikel 3 - Organisatie
1. De NLB wordt geleid door een bondsbestuur dat verantwoording verschuldigd is aan de algemene ledenvergadering van de NLB.
2. De algemene ledenvergadering bestaat uit de verenigingen aangesloten bij de NLB en uit individuele leden.
3. Organen van de NLB zijn het bondsbestuur en de algemene ledenvergadering, de tuchtcommissie en de commissie van beroep van de stichting: Stichting Instituut Sportrechtspraak, statutair gevestigd te Gemeente Utrecht, kantoorhoudende te 0000 XX Xxxxxxxxx, Meeuwenlaan 41, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 30189821 (hierna ook te noemen: "Stichting Instituut Sportrechtspraak" of "Instituut Sportrechtspraak"), de commissie van beroep van de NLB alsmede die personen en commissies die op grond van de statuten door de algemene ledenvergadering zijn belast met een nader omschreven taak en aan wie daarbij beslissingsbevoegdheid is toegekend.
4. De officiële taal van de NLB is de Nederlandse taal.
Artikel 4 - Leden
1. De NLB kent als lid:
a. verenigingen met volledige rechtsbevoegdheid (verenigingen);
b. natuurlijke personen die lid zijn van een onder a. bedoelde vereniging (verenigingsleden);
c. natuurlijke personen, niet zijnde een verenigingslid maar personen die rechtstreeks lid is van de NLB (individuele leden).
2. Het bondsbestuur beslist over het toelaten van leden tot de NLB. Wanneer het bondsbestuur niet tot toelating besluit, kan de algemene ledenvergadering op verzoek van de betrokkene alsnog tot toelating besluiten.
3. De wijze van toelating wordt nader geregeld in het Huishoudelijk reglement.
4. De algemene ledenvergadering is bevoegd leden in categorieën onder te verdelen en voor elke categorie afwijkende rechten en verplichtingen vast te stellen.
5. Het bondsbestuur houdt een ledenregister bij. In dit register worden alleen die gegevens bijgehouden die voor het realiseren van het doel van de NLB noodzakelijk zijn. Na voorafgaande toestemming van de algemene ledenvergadering kan het bondsbestuur geregistreerde gegevens aan derden verstrekken, behalve van het lid dat tegen die verstrekking bij het bondsbestuur schriftelijk bezwaar heeft gemaakt.
6. Op voorstel van het bondsbestuur kan de algemene ledenvergadering een persoon die zich voor de lacrosse sport in het algemeen en voor de NLB in het bij zonder verdienstelijk heeft gemaakt het predicaat 'lid van verdienste' verlenen.
7. Op voorstel van het bondsbestuur kan de algemene ledenvergadering een persoon die zich voor de lacrosse sport in het algemeen en voor de NLB in het bijzonder gedurende lange tijd zeer verdienstelijk heeft gemaakt het predicaat 'erelid' verlenen.
8. Schorsing van leden vindt plaats conform het Tuchtreglement. Uitzondering hierop zijn bestuursleden van het bondsbestuur conform Art. 8.10.
Artikel 5 - Algemene rechten en verplichtingen
1. Leden van de NLB zijn verplicht:
a. de statuten, reglementen en besluiten van de NLB na te leven;
b. de belangen van de NLB en/of van de lacrosse sport niet te schaden;
c. de statuten, reglementen en besluiten van het Instituut Sportrechtspraak na te leven;
x. xx xxxxxxxx, reglementen en besluiten van de European Lacrosse Federation (ELF) (als aan de comparant, handelend als gemeld, genoegzaam bekend) en van de Federation of International Lacrosse (FIL), gevestigd te 0 Xxxxxxxx Xxxx, Xxxxx 000 Xxxxxxx, Xxxxxxx, Xxxxxx X0X 0X0 na te leven;
e. alle overige verplichtingen die de NLB in naam of ten behoeve van de leden aangaat of die uit het lidmaatschap van de NLB voortvloeien, te aanvaarden en na te komen.
2. Verenigingen zijn verplicht in hun statuten een bepaling op te nemen op grond waarvan leden van hun vereniging verplicht zijn het lidmaatschap van de NLB aan te vragen en na toelating tot de NLB te handelen in overeenstemming met de statuten, reglementen en besluiten van de NLB. Betreft het een omnivereniging, dan geldt deze bepaling alleen voor die leden van de omnivereniging die de la
crosse sport beoefenen.
3. De NLB kan ten behoeve van de leden rechten bedingen. Tenzij het betreffende lid zich daartegen verzet, kan de NLB voor het lid nakoming van bedongen rechten en schadevergoeding vorderen. De NLB kan bovendien ten laste van de leden verplichtingen aangaan. Tot deze verplichtingen behoren onder meer het aanvaarden en nakomen van verplichtingen die de NLB is aangegaan met betrekking tot sponsoring en de rechten van televisieregistraties en -uitzendingen, alsmede met betrekking tot de (tucht)rechtspraak en het beslechten van geschillen door het Instituut Sportrechtspraak.
4. Behalve in deze statuten kunnen aan de leden verplichtingen worden opgelegd bij reglement of bij besluit van een orgaan.
5. Een lid is verplicht zijn financiële verplichtingen uiterlijk op de door de NLB aangegeven datum (de vervaldatum) te voldoen. Wanneer het lid een maand na de vervaldatum niet geheel aan zijn financiële verplichtingen heeft voldaan, is hij vanaf die datum zonder recht van beroep uitgesloten van deelname aan de activiteiten van de NLB totdat het lid geheel aan zijn financiële verplichtingen heeft voldaan. Gedurende die periode kan het lid in de NLB geen rechten uitoefenen en blijft het lid verplicht te voldoen aan alle verplichtingen die uit het lidmaatschap voortvloeien.
6. Wanneer een lid niet tijdig voldoet aan zijn financiële verplichtingen tegenover de NLB, is het lid vanaf de vervaldatum over het verschuldigde bedrag de wettelijke rente verschuldigd. Bijft het lid geheel of gedeeltelijk in gebreke, nadat het lid een nieuwe termijn voor betaling is gegund, dan is het lid behalve de wettelijke rente ook tien procent aan administratiekosten over het oorspronkelijke be -
drag verschuldigd. Xxxxxxxx het lid in zijn verzuim, dan is hij naast de wettelijke rente en administratiekosten ook alle redelijkerwijs voor het innen van zijn schuld aan de NLB door een advocaat of deurwaarder gemaakte kosten verschuldigd, tenzij de rechter anders beslist.
7. Het gebruik of doen gebruiken van verboden middelen en/of methoden (doping) is verboden. Leden zijn verplicht hun volledige medewerking te geven aan dopingcontroles en zich te houden aan het Dopingreglement.
8. Verenigingsleden en individuele leden onthouden zich tegenover andere leden van elke vorm van seksueel gedrag of seksuele toenadering, alsmede van (verbaal) geweld, racistische uitlatingen en dergelijke, in verbale, non verbale of fysieke zin, opzettelijk of onopzettelijk, die door het andere lid, die het ondergaat, als ongewenst of gedwongen wordt ervaren. Het in strijd handelen met deze bepaling geldt als een overtreding, zoals geregeld in het desbetreffende Tuchtreglement.
Artikel 6- Rechtspraak
Artikel 6.a. - Rechtspraak, geschillen en mediation van het Instituut Sportrechtspraak
1. De in dit artikel bedoelde tuchtrechtspraak en geschillenbeslechting, waaronder begrepen mediation, is op alle leden van de NLB van toepassing omdat de NLB met de Stichting Instituut Sportrechtspraak een overeenkomst heeft gesloten waarin de NLB zijn tuchtrechtspraak en/of geschillenbeslechting aan het Instituut Sportrechtspraak heeft opgedragen. De stichting wordt in de statuten en reglementen nader aangeduid als `Instituut Sportrechtspraak'. Het bondsbestuur doet van de overeenkomst die het met het Instituut Sportrechtspraak heeft gesloten schriftelijk mededeling aan alle leden van de NLB.
2. Op een overtreding van de statuten, reglementen en/of besluiten van de NLB is de tuchtrechtspraak van de NLB van toepassing. De tuchtrechtspraak geschiedt door de tuchtcommissie en de commissie van beroep van het Instituut Sport rechtspraak of bij overtredingen zoals vermeld in artikel 6.e. door het bondsbestuur en in beroep door de commissie van beroep van de NLB.
3. Geschillen tussen leden onderling die samenhangen met of voortvloeien uit de doelstelling van de NLB kunnen naar keuze van partijen worden beslecht op de wijze zoals is bepaald in artikel 6.c.
4. Geschillen tussen leden onderling dan wel tussen een lid en een sponsor die betrekking hebben op sponsoring, worden beslecht door arbitrage volgens het Arbitragereglement onderscheidenlijk door bindend advies volgens het Reglement Bindend advies of door mediation volgens het Mediationreglement van het Instituut Sportrechtspraak.
5. Geschillen naar aanleiding van een registratie van een persoonsgegeven van een lid worden met inachtneming van het Reglement persoonsgegevens in beroep beslecht door de registratiecornmissie van het Instituut Sportrechtspraak. Geschillen naar aanleiding van een registratie van een persoonsgegeven tussen een lid en de vereniging: Nederlands Olympisch Comite*Nederlandse Sport Federatie, statutair gevestigd te Arnhem, kantoorhoudende te 0000 XX Xxxxxx, Papendallaan 60, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nunmer 09059703 (hiema ook te noemen: "NOC*NSF") worden beslecht door de registratiecommissie van het Instituut Sportrechtspraak wanneer die beslechting door de vereniging NOC*NSF met het Instituut Sportrechtspraak is overeengekomen.
Artikel 6.b. - Rechtspraak van het Instituut Sportrechtspraak
1. Ten behoeve van de door het Instituut Sportrechtspraak in de NLB uit te oefenen tuchtrechtspraak en geschillenbeslechting sluit de NLB met het Instituut Sport rechtspraak een daartoe strekkende overeenkomst in de zin van artikel 46 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, krachtens welke overeenkomst het uitoefenen van de overeengekomen tuchtrechtspraak en geschillenbeslechting in de NLB wordt opgedragen aan het Instituut Sportrechtspraak.
2. Het bondsbestuur behoeft voor het aangaan en het wijzigen van de overeenkomst met het Instituut Sportrechtspraak de voorafgaande goedkeuring van de algemene ledenvergadering.
3. Met betrekking tot de aan het Instituut Sportrechtspraak opgedragen tuchtrechtspraak en geschillenbeslechting gelden de desbetreffende overeenkomsten van het Instituut Sportrechtspraak als de van toepassing zijnde reglementen van de NLB, welke reglementen door het bestuur van het Instituut Sportrechtspraak worden vastgesteld en gewijzigd.
4. De van toepassing zijnde reglementen van het Instituut Sportrechtspraak treden in de NLB in werking op de door het bondsbestuur van de NLB met het Instituut Sportrechtspraak overeengekomen datum, van welke datum het bondsbestuur aan de leden via een publicatie mededeling doet. Wijzigingen in de desbetreffende reglementen treden in werking op de door het bestuur van het
Instituut Sportrechtspraak vastgestelde datum. Het bondsbestuur doet van deze datum alsmede van de wijzigingen in een van toepassing zijnd reglement via een publicatie mededeling aan de leden. De NLB is niet bevoegd zelf een wijziging in een van toepassing zijnd reglement van het Instituut Sportrechtspraak aan te brengen.
5. Tenzij in een reglement van het Instituut Sportrechtspraak anders is bepaald, zijn de van toepassing zijnde reglementen van het Instituut Sportrechtspraak op de leden van de NLB van toepassing volgens de laatste, door het bestuur van het Instituut Sportrechtspraak vastgestelde versie, zoals gepubliceerd op de website van het Instituut Sportrechtspraak.
6. De NLB en zijn leden aanvaarden te alien tijde en zonder enig voorbehoud volledig de toepasselijkheid van de overeengekomen reglementen van het Instituut Sportrechtspraak op de tuchtrechtspraak en geschillenbeslechting van
de NLB. De verplichting om bedoelde reglementen te aanvaarden en na te komen geldt voor de leden tevens als een verplichting in de zin van artikel 27 van Boek 2 respectievelijk als een verbintenis van de leden in de zin van artikel 34a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
7. De leden aanvaarden voor de duur van hun lidmaatschap van de NLB de in dit artikel te hunnen laste door de NLB in de overeenkomst met het Instituut Sportrechtspraak aangegane verplichtingen, alsmede voor de duur na de beëindiging van hun lidmaatschap van de NLB wanneer zij alsdan betrokken zijn bij een bij het Instituut Sportrechtspraak in behandeling zijnde zaak, zulks totdat in die zaak onherroepelijk is beslist.
8. Wanneer een beslissing, zoals bedoeld in artikel 6.a. t/m 6.d., tot gevolg heeft dat een besluit nietig is of wordt vernietigd, kan hieraan door het betrokken lid noch door derden enig recht op schadeloosstelling worden ontleend, terwijl evenmin aanspraak kan worden gemaakt op een gewijzigde uitslag of op het opnieuw houden van een wedstrijd en/of evenement.
9. De door het Instituut Sportrechtspraak in de NLB krachtens een overeenkomst uit te oefenen tuchtrechtspraak en geschillenbeslechting geschiedt in naam, ten behoeve, alsmede voor rekening en risico van de NLB. De NLB vrijwaart het Instituut Sportrechtspraak, zijn bestuursleden, zijn tuchtrechters, zijn arbiters, zijn bindend adviseurs, zijn mediators, zijn ambtelijke secretariaat, zijn juridisch secretariaat, zijn deskundigen en zijn juridisch adviseur voor elke aansprakelijkheid ten aanzien van zowel de door of namens het Instituut Sportrechtspraak verzorgde rechtspleging en mediations als met betrekking tot de bij de oprichting van het Instituut Sportrechtspraak en nadien gekozen en toegepaste constructie van rechtspleging door het Instituut Sportrechtspraak in de NLB. Artikel 6.c. - Beslechten van geschillen door Instituut Sportrechtspraak
1. Geschillen tussen leden onderling die samenhangen met of voortvloeien uit de doelstelling van de NLB kunnen naar keuze van partijen worden beslecht door:
a. arbitrage volgens het Arbitragereglement van het Instituut Sportrechtspraak;
b. bindend advies volgens het Reglement Bindend advies van het Instituut Sportrechtspraak;
c. mediation volgens het Mediationreglement van het Instituut Sportrechtspraak. Mediation is een wijze van beslechten van geschillen waarbij partijen zelf onder leiding van een onafhankelijke, door het Instituut Sportrechtspraak aangestelde mediator tot een oplossing van hun geschil komen, welke oplossing wordt vastgelegd in een partijen bindende vaststellingsovereenkomst;
en voor geschillen tussen leden en de NLB of - indien van toepassing NOC*NSF voor zover betrekking hebben op de registratie van persoonsgegevens
d. door de registratiecommissie volgens het Reglement persoonsgegevens van het Instituut Sportrechtspraak.
2. Tenzij met betrekking tot de registratie van persoonsgegevens anders is bepaald, is er in het kader van een geschillenbeslechting sprake van een geschil wanneer een partij aan de andere betrokken partij(en) schriftelijk verklaart dat dit het geval is.
3. Het bepaalde in lid 1 vormt de grondslag voor de bevoegdheid van de arbiters, de bindend adviseurs, de mediators en andere geschillenbeslechters om een geschil tussen leden onderling te beslechten.
4. Geschillen tussen leden onderling dan wel tussen een lid en een sponsor die betrekking hebben op sponsoring, worden beslecht door arbitrage volgens het Arbitragereglement onderscheidenlijk door bindend advies volgens het Reglement Bindend advies of door mediation volgens het Mediationreglement van het Instituut Sportrechtspraak.
5. Heeft een geschil tussen een lid en de NLB betrekking op de registratie van persoonsgegevens van het lid dan wordt het geschil in eerste instantie beslecht door de NLB en in beroep door de registratiecommissie van het Instituut Sportrechtspraak.
Geschillen naar aanleiding van een registratie van een persoonsgegeven tussen een lid en de vereniging NOC*NSF wordt beslecht door de registratiecommissie van het Instituut Sportrechtspraak wanneer die beslechting door de vereniging NOC*NSF met het Instituut Sportrechtspraak is overeengekomen.
6. In andere gevallen kan een geschil tussen een lid en de NLB niet door arbitrage, bindend advies of mediation worden beslecht maar alleen door de burgerlijke rechter, tenzij het bondsbestuur zich bevoegd en verenigingsrechtelijk in staat acht een geschil door arbitrage, bindend advies of mediation te doen beslechten.
7. Een geschil tussen een lid en een niet-lid kan alleen ter beslechting aan het lnstituut Sportrechtspraak worden voorgelegd wanneer de betrokken partijen zich hiertoe vooraf schriftelijk bereid hebben verklaard.
Artikel 6.d. - Tuchtrechtspraak door het Instituut Sportrechtspraak
I. Alle leden van de NLB zijn onderworpen aan de tuchtrechtspraak van de NLB, welke tuchtrechtspraak krachtens een overeenkomst door de NLB is opgedragen aan het Instituut Sportrechtspraak.
2. Op de tuchtrechtspraak van de NLB zijn van toepassing het betreffende Tuchtreglement en/of het Dopingreglement van het Instituut Sportrechtspraak.
3. Op de leden is in geval van seksuele intimidatie van toepassing het Tuchtreglement seksuele intimidatie.
Op de leden is in dopinggevallen van toepassing het Tuchtreglement dopingzaken en het Dopingreglement, de daarvan deel uitrnakende dopinglijsten en bijlagen, waaronder - maar niet uitsluitend - de Bijlage Dispensaties en de Bijlage Whereabouts, alsmede de door de Federation of International Lacrosse - op de NLB van toepassing verklaarde sportspecifieke dopingbepalingen. Wanneer het Tuchtreglement dopingzaken niet meer van toepassing is worden overtredingen van het Dopingreglement berecht met inachtneming van het Dopingreglement.
Bij alle andere overtredingen is het Algemeen Tuchtreglement van toepassing.
4. Wanneer in een door de NLB aanhangig te maken zaak regelgeving van toepassing is van Federation of International Lacrosse, doet de NLB hiervan uitdrukkelijk mededeling bij het aanhangig maken van een zaak en legt de NLB de juiste versie van de desbetreffende regelgeving van de Federation of International Lacrosse over en geeft het bondsbestuur tevens aan welke bepaling(en) naar zijn oordeel van toepassing is/zijn.
5. De tuchtrechtspraak in de NLB geschiedt met uitsluiting van andere organen door de tuchtcommissie en commissie van beroep van het Instituut Sportrechtspraak, tenzij artikel 6.e. toepassing vindt. Met `tuchtcommissie' en de `commissie van beroep' worden in de statuten en reglementen van de NLB de tuchtcommissie en de commissie van beroep van het Instituut Sportrechtspraak bedoeld, tenzij uitdrukkelijk verwezen wordt naar de commissie van beroep van de NLB. Wanneer gesproken wordt over de tuchtcommissie en de commissie van beroep worden
hieronder tevens begrepen hun algemeen voorzitters, kamers, kamervoorzitters alsmede het ambtelijk en het juridisch secretariaat van het Instituut Sportrechtspraak.
6. Met inachtneming van het bepaalde in het Dopingreglement is het bondsbestuur bevoegd naar aanleiding van een overtreding van het Dopingreglement een ordemaatregel te nemen. Het bondsbestuur is op grond van het Tuchtreglement seksuele intimidatie eveneens bevoegd een ordemaatregel te nemen. Deze ordemaatregelen zijn een beleidsmaatregel en geen tuchtrechtelijke straf.
7. Voor de duur van de in lid 1 bedoelde overeenkomst zijn de tuchtcommissie en de commissie van beroep van het Instituut Sportrechtspraak een orgaan van de NLB. De tuchtcommissie en de commissie van beroep spreken recht in naam van de NLB en bun uitspraken gelden als uitspraken van de NLB.
8. De leden van de tuchtcommissie en van de commissie van beroep worden benoemd door het bestuur van het Instituut Sportrechtspraak. De tuchtcommissie en de commissie van beroep kennen elk een dopingkamer die met het behandelen van een overtreding van het Dopingreglement is belast. De
tuchtcommissie en de commissie van beroep kennen elk tevens een kamer die is belast met het behandelen van overtredingen seksuele intimidatie betreffende.
De commissies worden bijgestaan door het ambtelijk secretariaat en het juridisch secretariaat van het Instituut Sportrechtspraak.
9. Er is in het kader van de tuchtrechtspraak sprake van een overtreding wanneer sprake is van een overtreding in de zin van het betreffende Tuchtreglement en/of van het Dopingreglement.
10. Het betreffende Tuchtreglement en/of het Dopingreglement regelen de bevoegdheden en werkwijze, alsmede de overtreding, de op de leggen straffen, de procesgang en de rechten en verplichtingen van het in overtreding zijnde lid.
11 Een uitspraak van de tuchtcommissie en van de commissie van beroep is bindend, zowel voor het betrokken lid, de andere leden van de NLB als voor de NLB zelf. De in lid 6 genoemde ordemaatregel van het bondsbestuur is bindend voor de duur van die maatregel.
12. Alle leden, organen en commissies van de NLB zijn gehouden mede te werken aan het tot stand komen van een uitspraak van de tuchtcommissie en/of van de commissie van beroep en zijn tevens gehouden mee te werken aan het ten uitvoerleggen van de door deze commissies opgelegde straffen.
13. Wanneer de reglementering van de Federation of International Lacrosse daarin voorziet, kunnen leden van de NLB die door de commissie van beroep van het Instituut Sportrechtspraak tuchtrechtelijk zijn bestraft hiervan in beroep gaan bij de Court of Arbitration for Sports (CAS), gevestigd te Xxxxxxx xx Xxxxxxx, Xxxxxx xx Xxxxxxxx 0, XX-0000 Xxxxxxxx (Xxxxxxxxxxx). Op deze laatste beroepsprocedure zijn van toepassing de reglementen en besluiten van de CAS.
De reglementen van de NLB en van het Instituut Sportrechtspraak zijn alsdan op die beroepsprocedure niet van toepassing.
Artikel 6.e. - Tuchtrechtspraak door de NLB
1. De in artikel 6.d. vermelde tuchtrechtspraak van het Instituut Sportrechtspraak is ten aanzien van leden niet van toepassing op overtredingen van wedstrijdbepalingen van de NLB.
2. Met betrekking tot overtredingen van wedstrijdbepalingen is het bondsbestuur bevoegd aan een lid een straf op te leggen, van welke straf het lid in beroep kan gaan bij de commissie van beroep van de NLB. De commissie van beroep van de NLB is een orgaan van de NLB.
3. De commissie van beroep van de NLB bestaat uit vijf (5) leden die door de algemene ledenvergadering worden benoemd. De behandeling van een overtreding geschiedt telkens door drie
(3) van die vijf (5) leden.
4. De door de NLB zelf uit te oefenen tuchtrechtspraak is nader geregeld in het Tuchtreglement.
5. De uitspraak van de commissie van beroep van de NLB is bindend. Is geen beroep ingesteld tegen de uitspraak van het bondsbestuur waarbij een straf is opgelegd naar aanleiding van een overtreding van een wedstrijdbepaling, dan is de uitspraak van het bondsbestuur bindend.
6. Wanneer een beslissing van het bondsbestuur en van de commissie van beroep van de NLB tot gevolg heeft dat een besluit nietig is of wordt vernietigd, kan hieraan door een lid noch door derden enig recht op schadeloosstelling worden ontleend, terwijl evenmin aanspraak kan worden gemaakt op een gewijzigde uitslag of op het opnieuw houden van een wedstrijd en/of evenement.
Artikel 7 - Einde lidmaatschap
1. Het lidmaatschap van de NLB eindigt:
a. van verenigingen: door opzegging of ontzetting (royement);
b. van verenigingsleden en van individuele leden: door bun dood, opzegging en ontzetting (royement).
2. Wanneer de vereniging het lidmaatschap met een verenigingslid of van een individueel lid beëindigt, eindigt hierdoor niet het lidmaatschap van de NLB wanneer het betreffende lid uit andere hoofde lid van de NLB blijft.
3. Het lid kan zijn lidmaatschap opzeggen tegen het einde van het boekjaar. Een lid kan voorts het lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen een maand nadat:
a. hem een besluit is medegedeeld tot omzetting van de NLB in een andere rechtsvorm, dan wel tot fusie of splitsing van de NLB;
b. hem een besluit is bekend geworden of meegedeeld waarbij zijn rechten zijn beperkt of zijn verplichtingen zijn verzwaard, in welk geval het besluit door de opzegging niet op hem van toepassing is.
In andere gevallen kan een lid het lidmaatschap voorts met onmiddellijke ingang door opzegging beëindigen, wanneer redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
4. Opzegging door de NLB geschiedt door het bondsbestuur. De NLB kan het lidmaatschap opzeggen tegen het einde van het boekjaar. Opzegging door de NLB kan geschieden wanneer:
a. het lid zijn verplichtingen tegenover de NLB niet of niet tijdig nakomt, waaronder - doch niet uitsluitend - die van artikel 5;
b. de belangen van de NLB of van de lacrosse sport schaadt;
c. het lid niet voldoet aan de vereisten die de statuten voor het lidmaatschap stellen.
Voorts kan de NLB het lidmaatschap met onmiddellijke ingang door opzegging doen beëindigen wanneer redelijkerwijs van de NLB niet kan worden verlangd het lidmaatschap te laten voortduren.
5. Xxx opzegging geschiedt met inachtneming van een opzeggingstermijn van vier weken tegen eenendertig augustus van dat jaar. Is niet tijdig opgezegd, dan geldt de opzegging tegen het einde van het daaropvolgende boekjaar. Is ten onrechte met onmiddellijke ingang opgezegd, clan eindigt het lidmaatschap op het vroegst toegelaten tijdstip volgend op de datum waartegen was opgezegd. Zolang het lidmaatschap niet is beëindigd, behoudt het lid zijn rechten en moet hij zijn verplichtingen nakomen.
6. Ontzetting uit het lidmaatschap (royement) kan alleen op verzoek van het bondsbestuur worden uitgesproken door de tuchtcommissie en de commissie van beroep van het Instituut Sportrechtspraak wanneer een lid in ernstige mate in strijd handelt met de statuten, reglementen of besluiten van de NLB, dan wel de NLB op onredelijke wijze benadeelt. De behandeling van het royement geschiedt met inachtneming van het betreffende Tuchtreglement of van het Dopingreglement van het Instituut Sportrechtspraak.
7. Behalve in geval van de dood en royement, blijft een lid dat heeft opgezegd nog lid tot ten hoogste het einde van het boekjaar volgend op dat waarin werd opgezegd, zolang het lid niet heeft voldaan aan zijn geldelijke verplichtingen tegen over de NLB of zolang een aangelegenheid waarbij het lid is betrokken niet is afgewikkeld, de tenuitvoerlegging van een opgelegde straf hieronder begrepen.
Het bondsbestuur stelt alsdan de datum vast waarop het lidmaatschap eindigt.
Artikel 8 - Het bondsbestuur
1. Het bondsbestuur bestaat uit ten minste drie (3) en ten hoogste zeven (7) meerderjarige personen. De algemene ledenvergadering bepaalt het aantal bondsbestuursleden.
Het bondsbestuur kent een voorzitter, een secretaris en een penningmeester en overige bondsbestuursleden.
3. De voorzitter wordt in functie gekozen. De overige functies worden door het bestuur onderling verdeeld.
4. Het lidmaatschap van het bondsbestuur is niet verenigbaar met het lidmaatschap van de kascommissie, van de tuchtcommissie of van de commissie van beroep van het Instituut Sportrechtspraak en van de commissie van beroep van de NLB.
Het lidmaatschap van het bondsbestuur is tevens onverenigbaar met het verrichten van betaalde werkzaamheden in de NLB, tenzij het bondsbestuurslid in een betaalde functie is benoemd door de algemene ledenvergadering.
5. Een bondsbestuurslid wordt ten minste drie (3) weken voor de algemene leden vergadering kandidaat gesteld op voordracht van het bondsbestuur of van ten minste vijf verenigingen en/of individuele leden.
6. De bondsbestuursleden worden door de algemene ledenvergadering uit de verenigingsleden of individuele leden benoemd.
7. De bondsbestuursleden worden benoemd voor een periode van twee (2) jaren. Een aftredend bondsbestuurslid is aansluitend driemaal herbenoembaar tot een maximum van acht (8) jaren. Na afloop van de vierde bondsbestuursperiode kan een bondsbestuurslid niet eerder weer tot bondsbestuurslid worden benoemd dan nadat een periode van twee (2) jaren is verstreken.
8. Bondsbestuursleden treden in functie de dag na hun benoeming en treden af aan het eind van de dag van de algemene ledenvergadering, waarin de duur van hun benoeming eindigt of waarin zij aftreden. In een tussentijdse vacature wordt zo mogelijk tijdens de eerstvolgende algemene ledenvergadering voorzien. Het bondsbestuur stelt de taken van ieder bondsbestuurslid vast waarvan via de
officiële mededelingen mededeling aan de leden wordt gedaan. leder bondsbestuurslid is tegenover de NLB gehouden tot een behoorlijke vervulling van zijn taak. Wanneer het een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee (2) of meer bondsbestuursleden behoort, is ieder van hen voor het
geheel aansprakelijk ter zake van een tekortkoming, tenzij deze niet aan hem te wijten is en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden.
10. Xxx bondsbestuurslid kan, ook al is hij voor bepaalde tijd benoemd, te allen tijde door de algemene ledenvergadering, met twee derde van de uitgebrachte stemmen worden ontslagen of geschorst. Ben schorsing kan worden opgelegd voor ten hoogste drie maanden. Behalve wanneer de schorsing eindigt door een besluit tot ontslag of bedanken, eindigt de schorsing door tijdsverloop of eerder door een besluit tot opheffing van de schorsing. De algemene ledenvergadering neemt haar besluit niet eerder clan nadat het desbetreffende bondsbestuurslid door de algemene ledenvergadering is gehoord, althans daartoe in de gelegenheid is gesteld.
11. Het lidmaatschap van het bondsbestuur eindigt door de dood, ontslag, bedanken, door het verstrijken van de duur van de (her)benoeming en wanneer het lidmaatschap van de NLB eindigt. Voorts eindigt het lidmaatschap van het bondsbestuur wanneer het bondsbestuurslid wordt benoemd in een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van het bondsbestuur.
Artikel 9 - Taken en bevoegdheden bondsbestuur
1. Tenzij de statuten anders bepalen, is het bondsbestuur belast met het besturen van de NLB.
2. Het bondsbestuur kan met behoud van zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taken door commissies of personen doen uitvoeren. Bovendien is het bondsbestuur bevoegd - al clan niet tegen betaling - werkzaamheden aan derden op te dragen.
3. Wanneer het aantal bondsbestuursleden beneden het aantal van drie (3) is gedaald blijft het bondsbestuur bevoegd.
4. Het bondsbestuur ziet toe op het naleven van de statuten, reglementen en door organen van de NLB genomen besluiten.
5. Het bondsbestuur heeft de goedkeuring nodig van de algemene ledenvergadering voor het aangaan van verplichtingen of investeringen die het bedrag van vijfduizend euro (€ 5.000,00) te boven gaan en tevens niet zijn vermeld op de in de algemene ledenvergadering goedgekeurde begroting van de NLB.
6. Het bondsbestuur is na voorafgaande goedkeuring van de algemene ledenvergadering bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot het verkrijgen, het vervreemden of het bezwaren van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de NLB zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt.
7. Het bondsbestuur is bevoegd met het Instituut Sportrechtspraak ten behoeve van de leden een overeenkomst aan te gaan krachtens welke overeenkomst het uitoefenen van rechtspraak in de NLB en het beslechten van geschillen wordt opgedragen aan het Instituut Sportrechtspraak.
8. Het bondsbestuur vervult de functie van raad van toezicht van de stichting:
Stichting Nederlands Nationaal Lacrosse Team, statutair gevestigd te Tilburg, kantoorhoudende te 0000 XX Xxxxxxxxx, Van Houtenlaan 51b, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 17281310.
Artikel 10 - Vertegenwoordiging
1. Het bondsbestuur vertegenwoordigt de NLB.
2. De NLB wordt voorts vertegenwoordigd door twee (2) gezamenlijk handelende bondsbestuursleden.
3. Het bondsbestuur of twee (2) gezamenlijk handelende bondsbestuursleden kunnen een ander bondsbestuurslid of een derde schriftelijk machtigen om de NLB te vertegenwoordigen in de gevallen en onder de voorwaarden die uit de verstrekte volmacht blijken.
4. De vertegenwoordigingsbevoegdheid van het bondsbestuur en van de gezamenlijk handelende bondsbestuursleden kan niet worden beperkt of aan voorwaarden worden gebonden. De vertegenwoordigingsbevoegdheid van personen aan wie een volmacht is verleend, kan in die volmacht naar aard en omvang worden beperkt en/of aan voorwaarden worden gebonden.
5. Personen aan wie hetzij op grond van deze statuten, hetzij een volmacht vertegenwoordigingsbevoegdheid is verleend, oefenen die bevoegdheid niet uit dan nadat hiertoe een bondsbestuursbesluit is genomen waarbij tot het aangaan van de desbetreffende rechtshandeling is besloten.
Artikel 11 - Commissies
1. Het bondsbestuur en de algemene ledenvergadering zijn bevoegd permanente en tijdelijke commissies in te stellen en de leden van die commissies te benoemen, te schorsen en te ontslaan.
2. Tenzij de samenstelling, taken en bevoegdheden van een commissie in de statuten of in een reglement is geregeld, worden deze bij besluit vastgesteld door het orgaan dat de commissie heeft ingesteld.
3. Een commissie is verantwoording verschuldigd aan het orgaan dat haar heeft ingesteld.
4. Een commissie bestaat uit ten minste drie (3) leden.
5. Wanneer het aantal commissieleden beneden het aantal van drie (3) is gedaald blijft de commissie bevoegd.
6. Tenzij anders is bepaald of besloten bestaat elke commissie uit een voorzitter, een secretaris en uit een of meer leden en wordt de voorzitter in functie benoemd. De leden van een commissie verdelen in onderling overleg de overige functies.
7. De leden van een permanente commissie worden benoemd voor de duur van drie (3) jaren en kunnen aansluitend driemaal voor eenzelfde periode als lid van die commissie worden herbenoemd. Na afloop van de vierde periode van de desbetreffende commissie kan een commissielid niet eerder weer tot commissielid van die commissie worden benoemd dan nadat een periode van drie (3) jaren is verstreken.
8. De leden van een tijdelijke commissie worden benoemd voor de duur van de aan de commissie verstrekte opdracht.
9. De kascommissie bestaat uit twee (2) leden en een reservelid. Het reservelid treedt in functie wanneer een lid van de kascommissie tussentijds aftreedt of verhinderd is zijn werkzaamheden te verrichten. In afwijking van het bepaalde in lid 6 wordt een (reserve) lid van de kascommissie voor de duur van een (1) jaar benoemd en kan het lid aansluitend eenmaal voor de duur van den jaar (1) worden herbenoemd. Na afloop van een tweede periode van de kascommissie kan een commissielid niet eerder weer tot commissielid van de kascommissie worden benoemd dan nadat een (1) periode van een (1) jaar is verstreken.
De kascommissie is belast met het onderzoek zoals vermeld in artikel 13 lid 5. Het lidmaatschap van de kascommissie is niet verenigbaar met het lidmaatschap van het bondsbestuur.
Artikel 12 - Boekhouding en financiën
1. Het boekjaar van de NLB loopt van een (1) juli tot en met dertig (30) juni van het daaropvolgende jaar.
2. De geldmiddelen van de NLB bestaan uit: contributies, competitie- en wedstrijd gelden, boetes, ontvangsten uit wedstrijden, sponsor bijdragen, subsidies en uit andere inkomsten. Erfstellingen kunnen slechts worden aanvaard onder het voor recht van boedelbeschrijving.
3. De leden zijn gehouden tot het betalen van de contributie en van andere bijdragen die de algemene ledenvergadering vaststelt. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld die een verschillende contributie en/of bijdrage betalen.
4. Wanneer een lidmaatschap tijdens het boekjaar aanvangt of eindigt, is de contributie of bijdrage voor het gehele boekjaar verschuldigd.
5. Het bondsbestuur kan in bijzondere gevallen geheel of gedeeltelijk ontheffing van de verplichting tot het betalen van een contributie of een bijdrage verlenen.
Artikel 13 - Rekening en verantwoording
1. Het bondsbestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de NLB en van alles betreffende de werkzaamheden van de NLB, naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze administratie te voeren en daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van de NLB kunnen worden gekend.
2. Het bondsbestuur is verplicht jaarlijks binnen zes (6) maanden na afloop van het boekjaar de balans en de staat van baten en lasten van de NLB op te maken en op papier te stellen.
3. Het bondsbestuur brengt op een binnen zes (6) maanden na het einde van het boekjaar te houden algemene ledenvergadering een jaarverslag uit over de gang van zaken in de NLB en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de algemene ledenvergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de bondsbestuursleden.
Heeft een bondsbestuurslid de stukken niet ondertekend dan wordt hiervan onder opgave van de redenen melding gemaakt.
4. De algemene ledenvergadering kan de in lid 3 genoemde termijn verlengen met ten hoogste vijf (5) maanden. Na afloop van de oorspronkelijke of de verlengde termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bondsbestuursleden in rechte vorderen dat zij hun verplichtingen nakomen.
5. Het bondsbestuur is verplicht de op de jaarrekening betrekking hebbende stukken en gegevensdragers door de kascommissie te doen onderzoeken. De kascommissie brengt van haar bevindingen jaarlijks verslag uit aan de algemene ledenvergadering.
Het bondsbestuur is verplicht de kascommissie ten behoeve van zijn onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de NLB voor raadpleging beschikbaar te stellen.
6. Goedkeuring door de algemene ledenvergadering van de balans en van de staat van baten en lasten met toelichting kan worden gegeven nadat is kennis geno-
men van de verklaring van de kascommissie. Goedkeuring strekt het bondsbestuur tot decharge voor alle handelingen die uit die jaarrekening blijken.
7. De balans en de staat van baten en lasten met toelichting moeten op papier worden gesteld en bewaard. Wanneer de boekhouding computermatig wordt gevoerd, kunnen - met uitzondering van de op papier gestelde balans en de staat van baten en lasten - de op een gegevensdrager aangebrachte gegevens op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard. Het overbrengen van de gegevens moet alsdan met juiste en volledige weergave van de gegevens geschieden, terwijl deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar moeten zijn en binnen redelijke tijd leesbaar moeten kunnen worden gemaakt.
8. Het bondsbestuur is verplicht de in dit artikel bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven (7) jaren te bewaren.
Artikel 14 — Algemene ledenvergadering
1. De algemene ledenvergadering bestaat uit alle verenigingen en uit de individuele leden.
2. De verenigingsleden worden in de algemene ledenvergadering vertegenwoordigd door hun vereniging die namens hen het stemrecht in de bondsvergadering uitoefent.
3. Elke vereniging wordt in de algemene ledenvergadering vertegenwoordigd door een afgevaardigde die bestuurslid is en die tijdens de bondsvergadering namens de vereniging het aantal stemmen uitbrengt zoals hieronder is weergegeven, te vermeerderen met een (1) stem voor de vereniging zelf:
a. een (1) tot en met vijf en twintig (25) verenigingsleden: vijf (5) stemmen;
b. zes en twintig (26) tot en met vijftig (50) verenigingsleden: tien (10) stemmen;
c. een en vijftig (51) tot en met een honderd (100) verenigingsleden: vijftien (15) stemmen;
d. een honderd een (101) tot en met vier honderd (400) verenigingsleden: twintig (20) stemmen;
e. vier honderd een (401) tot en met acht honderd (800) verenigingsleden: vijf en twintig (25) stemmen;
f. acht honderd een (801) tot en met een duizend vijf honderd (1.500) verenigingsleden: dertig (30) stemmen;
g. een duizend vijf honderd een (1.501) verenigingsleden of meer: vijf en dertig (35) stemmen en vijf
(5) stem extra voor elke een duizend (1.000) verenigingsleden meer.
4. leder individueel lid heeft in de algemene ledenvergadering een (1) stem.
5. Een vereniging en/of individueel lid kan zich in geval van afwezigheid tijdens de algemene ledenvergadering door een andere vereniging of individueel lid doen vertegenwoordigen mits dit uit een schriftelijke volmacht blijkt. Een vereniging kan tijdens de algemene ledenvergadering slechts voor een andere vereniging als gevolmachtigde optreden.
Een individueel lid kan zich in geval van afwezigheid door een ander individueel lid doen vertegenwoordigen mits dit uit een schriftelijke volmacht blijkt.
6. Een geschorst lid heeft geen stemrecht. Een geschorst bondsbestuurslid van een vereniging kan niet namens zijn vereniging het stemrecht uitoefenen.
7. De algemene ledenvergadering wordt geleid door de voorzitter van het bondsbestuur of door zijn plaatsvervanger. Zijn de voorzitter en zijn plaatsvervanger verhinderd, dan treedt een ander door het bondsbestuur aan te wijzen bondsbestuurslid als voorzitter op. Xxxxx ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de algemene ledenvergadering daarin.
8. De leden van het bondsbestuur en de leden van de commissie van beroep hebben in de algemene ledenvergadering een adviserende stem.
9. De notulen van een algemene ledenvergadering worden op de website van de NLB gepubliceerd.
Artikel 15 - Het bijeenroepen van de algemene ledenvergadering
1. Jaarlijks worden twee (2) vergaderingen van de algemene ledenvergadering gehouden:
a. de voorjaarsvergadering die uiterlijk een en dertig (31) juli wordt gehouden;
b. de najaarsvergadering die uiterlijk dertig (30) november wordt gehouden.
Het bijeenroepen gebeurt door een mededeling in de officiële mededelingen op de website van de NLB en door middel van een aan alle leden per e-mail te zenden schriftelijke kennisgeving met gelijktijdige vermelding van de agenda. In plaats van een schriftelijke mededeling per post kan de oproep en de agenda van de algemene ledenvergadering per e-mail worden toegezonden aan het emailadres dat het lid voor dit doel aan de NLB bekend heeft gemaakt. Aan leden die daarom verzoeken wordt de oproep en de agenda per post toegezonden.
3. De termijn van het bijeenroepen bedraagt veertien (14) dagen. Het bondsbestuur kan in bijzondere gevallen die termijn bekorten.
4. Ben buitengewone ledenvergadering wordt gehouden wanneer het bondsbestuur dit nodig acht.
5. Voorts wordt een buitengewone algemene ledenvergadering gehouden wanneer ten minste zoveel leden als bevoegd zijn tot het uitbrengen van een tiende gedeelte van de in de algemene ledenvergadering uit te brengen stemmen het bondsbestuur daarom verzoekt. Het verzoek bevat een opgave van het te behandelen onderwerp, voorzien van een toelichting. Wanneer het bondsbestuur niet binnen veertien (14) dagen aan het verzoek gevolg heeft gegeven door binnen vier (4) weken een algemene ledenvergadering te doen houden, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan op de wijze waarop het bondsbestuur de algemene ledenvergadering bijeenroept. De verzoekers kunnen alsdan anderen dan bondsbestuursleden belasten met de leiding van de algemene ledenvergadering en het opstellen van de notulen.
6. Behalve in het in het vorige lid bedoelde geval, bepaalt het bondsbestuur waar en wanneer een algemene ledenvergadering wordt gehouden.
Artikel 16 - Toegang tot de algemene ledenvergadering
1. Toegang tot de algemene ledenvergadering hebben de bondsbestuursleden van de NLB, de bestuursleden van de verenigingen, de individuele leden, alsmede diegenen die door het bondsbestuur of door de algemene ledenvergadering zijn toegelaten. Voor zover de plaatsruimte dit toelaat hebben verenigingsleden toegang tot de algemene ledenvergadering. Een geschorst lid heeft geen toegang tot de bondsvergadering.
2. De algemene ledenvergadering gaat in een besloten vergadering over wanneer de voorzitter, het bondsbestuur of drie (3) bestuursleden van verenigingen en/of individuele leden hierom verzoeken. Tot een besloten vergadering hebben toegang de bestuursleden van de verenigingen, de individuele leden, de bondsbestuursleden van de NLB en degenen die door de algemene ledenvergadering worden toegelaten.
3. De algemene ledenvergadering beslist in een besloten vergadering of de redenen die tot het aanvragen van een besloten vergadering zijn aangevoerd, een besloten vergadering rechtvaardigen. Is dit niet het geval, dan wordt de vergadering weer niet-besloten voortgezet.
4. Over wat in een besloten vergadering is behandeld, kan geheimhouding worden opgelegd aan hen die daarbij aanwezig of vertegenwoordigd waren.
Artikel 17 - Agenda van de algemene ledenvergadering
1. Tegelijk met het bijeenroepen van de algemene ledenvergadering wordt de agenda door publicatie in de officiële mededelingen op de website van de NLB en door toezending per e-mail ter kennis van de verenigingen en de individuele leden gebracht. Wanneer het lid op grond van het bepaalde in artikel 15 lid 2 hiermee heeft ingestemd, kan de agenda met bijlagen het lid per e-mail of per post worden toegezonden.
2. De agenda van de najaarsvergadering bevat in ieder geval:
a. het vaststellen van de notulen van de vorige algemene ledenvergadering;
b. het jaarverslag van het bondsbestuur;
c. het financieel verslag van het bondsbestuur;
d. de verklaring van de kascommissie;
e. het behandelen van de balans en van de staat van baten en lasten over het afgelopen boekjaar;
g. het voorzien in vacatures;
h. de rondvraag.
3. De agenda van de voorjaarsvergadering bevat in ieder geval:
a. het vaststellen van de notulen van de vorige vergadering van de algemene ledenvergadering;
b. het behandelen van contributies en andere bijdragen;
c. het behandelen van het jaarplan en periodiek van het meerjarenplan;
d. het behandelen van het beleidsplan en van de begroting voor het volgende boekjaar;
e. het voorzien in overige vacatures;
f. het verlenen van decharge aan de bondsbestuursleden;
g. het behandelen van voorstellen;
h. de rondvraag.
4. Uiterlijk den week voor de dag van de algemene ledenvergadering kunnen vijf (5) verenigingen en/of individuele leden een voorstel of amendement schriftelijk bij het bondsbestuur indienen, voorzien van een toelichting. Het bondsbestuur kan nadien nog voorstellen aan de agenda toevoegen.
5. Wanneer de algemene ledenvergadering meent dat een voorstel of amendement te ingrijpend is om deze tijdens de algemene ledenvergadering te behandelen, kan de algemene ledenvergadering besluiten het voorstel of het amendement tijdens de eerstvolgende algemene ledenvergadering te behandelen.
6. De algemene ledenvergadering kan geen besluiten nemen over voorstellen die niet in de agenda zijn vermeld, tenzij de algemene ledenvergadering bij gewone meerderheid anders beslist.
Artikel 18 - Besluiten
1. Het in dit artikel bepaalde is van toepassing op alle besluiten die in de NLB worden genomen. Lid 8 is alleen van toepassing op de besluitvorming in de al gemene ledenvergadering.
2. De voorzitter van een orgaan of van een commissie leidt de vergadering. De voorzitter stelt de orde van de vergadering vast, behoudens het recht van de vergadering daarin wijziging te brengen.
3. Tenzij in de statuten of in een reglement anders is bepaald, worden besluiten in vergaderingen genomen met een gewone meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Wanneer stemmen staken is het voorstel verworpen. Voor het bepalen van een meerderheid worden van het totaal aantal uitgebrachte stemmen de onthoudingen en ongeldige stemmen afgetrokken, waarna van het restant aantal stemmen de vereiste meerderheid wordt berekend.
4. Ongeldige stemmen zijn stemmen uitgebracht door een geschorste stemgerechtigde en wanneer schriftelijk is gestemd voorts blanco stemmen en stemmen die een andere aanduiding bevatten dan voor de desbetreffende stemming noodzakelijk is.
5. Tenzij in de statuten anders is bepaald, brengt iedere stemgerechtigde in de desbetreffende vergadering een stem uit. Xxx lid kan een ander stemgerechtigd lid machtigen namens hem aan een stemming deel te nemen. Tenzij in de statuten anders is bepaald kan een gemachtigd lid ten hoogste namens zichzelf en een ander lid aan een stemming deelnemen.
6. De stemming over personen gebeurt schriftelijk met gesloten stembriefjes. De stemming over zaken gebeurt hoofdelijk door handopsteken of bij acclamatie. In beide gevallen kan de vergadering tot een andere dan de voorgeschreven wijze van stemmen besluiten. In elk geval wordt schriftelijk gestemd wanneer een stemgerechtigde een schriftelijke stemming verlangt.
7. Wanneer bij een stemming over personen geen van de kandidaten bij de eerste stemming een gewone meerderheid behaalt, wordt een tweede stemming gehouden tussen de kandidaten die het hoogste respectievelijk het hoogste en het op een na hoogste aantal stemmen hebben behaald. Staken bij de tweede stemming de stemmen, dan wordt een derde stemming gehouden. Benoemd is die kandidaat die bij de tweede of de derde stemming de gewone meerderheid haalt of
door loting na een derde stemming is aangewezen.
8. Bij een schriftelijke stemming in de algemene ledenvergadering benoemt de voorzitter een stembureau van drie leden die geen bondsbestuurslid mogen zijn. Het stembureau onderzoekt de geldigheid van de uitgebrachte stemmen en berekent de uitslag.
9. Het door de voorzitter uitgesproken oordeel over de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel. Wordt onmiddellijk na het uitspreken van het oordeel van de voorzitter de juistheid daarvan betwist, dan wordt het te nemen besluit schriftelijk vastgelegd en vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid van de vergadering dit verlangt of warmer de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk gebeurde een stemgerechtigd lid dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
10. Over alle voorstellen en voorstellen tot wijziging wordt in volgorde van indienen gestemd, tenzij naar het oordeel van de voorzitter een later ingediend voorstel een verder reikende strekking heeft dan een eerder ingediend voorstel en daardoor eerder dient te worden behandeld.
11. Wanneer een voorstel tot wijziging is ingediend, komt dit eerst in stemming. Een voorstel tot wijziging van een geagendeerd onderwerp mag niet de strekking
hebben het doel van het voorstel te wijzigen of aan te tasten, zulks ter uitsluitende beoordeling van de voorzitter.
Artikel 19 - Reglementen en uitvoeringsbesluiten
1. De organisatie van de NLB alsmede de taken en bevoegdheden van haar organen en commissies kunnen nader worden uitgewerkt in reglementen.
2. Reglementen worden met een gewone meerderheid door de algemene ledenvergadering vastgesteld en gewijzigd.
3. Nieuwe reglementen en wijzigingen in reglementen, alsmede uitvoeringsbesluiten treden in werking op de veertiende dag na de dag waarop de algemene ledenvergadering tot vaststelling of wijziging van het reglement heeft besloten. In de statuten, in een reglement of bij besluit van de algemene ledenvergadering kan een andere datum van inwerkingtreden worden bepaald. Van een nieuw reglement, van een wijziging van een reglement en van een uitvoeringsbesluit wordt in de officiële mededelingen op de website van de NLB of op andere wijze mededeling aan de leden gedaan met vermelding van de datum van inwerkingtreding.
4. Nadat de NLB op grond van een met het Instituut Sportrechtspraak gesloten overeenkomst rechtspraak en het beslechten van geschillen in de NLB aan het Instituut Sportrechtspraak heeft opgedragen, worden de reglementen van het Instituut Sportrechtspraak vastgesteld en gewijzigd door het bestuur van het Instituut Sportrechtspraak. Het bondsbestuur doet hiervan mededeling aan de leden.
De algemene ledenvergadering is vanaf de datum van die overeenkomst niet bevoegd in een reglement van het Instituut Sportrechtspraak een wijziging aan te brengen.
5. Het in lid 2 en 3 bepaalde geldt niet voor het door het bestuur van het Instituut Sportrechtspraak vast te stellen en te wijzigen reglementen.
6. Het bondsbestuur is bevoegd reglementen vast te stellen die door de Federation of International Lacrosse worden vastgesteld en aan de NLB en aan zijn leden worden opgelegd. Het bondsbestuur doet hiervan in de officiële mededelingen op de website van de NLB aan de leden mededeling en maakt de datum bekend waarop die reglementen of wijzigingen daarin op de leden van toepassing worden.
7. In gevallen waarin de statuten en een reglement niet voorzien, beslist het bestuur. In gevallen waarin er onduidelijkheid bestaat over de uitleg van een bepaling van de statuten of van een reglement beslist de algemene ledenvergadering.
8. Het bondsbestuur is bevoegd om in spoedeisende gevallen met een algemeen karakter, die een nadere regeling vereisen, een uitvoeringsbesluit vast te stellen.
Het uitvoeringsbesluit heeft de kracht van een reglement, is voor alle leden bindend vanaf de datum van bekendmaking en dient door de eerst volgende algemene ledenvergadering te worden bekrachtigd, dan wel alsdan als bepaling in de statuten of in een reglement te worden opgenomen. Een uitvoeringsbesluit mag niet in strijd zijn met de statuten en reglementen.
9. leder lid wordt geacht de statuten, reglementen en uitvoeringsbesluiten te kennen, waaronder begrepen de (internationale) wedstrijdbepalingen en de op grond van het Dopingreglement van toepassing zijnde bijlagen, alsmede alle mededelingen die als officiële mededelingen zijn gepubliceerd.
10. Alle officiële mededelingen van organen van de NLB worden bekend gemaakt in de 'officiële mededelingen' van de NLB, zoals nader geregeld in het Huishoudelijk reglement.
Artikel 20 - Wijziging van statuten
1. In de statuten van de NLB kan geen wijziging worden gebracht dan door een besluit van de algemene ledenvergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De termijn voor de oproep tot een zodanige vergadering bedraagt drie weken.
2. Zij die de oproep voor de algemene ledenvergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben verzonden, moeten drie (3) weken voor de algemene ledenvergadering een
voorstel tot statutenwijziging, waarin de voorgestelde wijziging woordelijk is opgenomen en voorzien van een toelichting, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de algemene ledenvergadering wordt gehouden. Het voorstel tot statutenwijziging wordt tegelijk met de oproep en de agenda van de bondsvergadering aan de leden bekend gemaakt.
3. Een besluit tot wijziging van de statuten wordt door de algemene ledenvergadering met ten minste twee derde van de uitgebrachte stemmen genomen.
4. Het bepaalde in lid 2 en 3 is niet van toepassing wanneer in de algemene ledenvergadering alle verenigingen en individuele leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn en het besluit tot statutenwijziging met algemene stemmen wordt genomen.
5. Ben statutenwijziging treedt niet eerder in werking dan nadat hiervan een notariële
akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bondsbestuurslid bevoegd. Een besluit tot statutenwijziging en de datum waarop deze in werking treedt worden via de 'officiële mededeling' aan de leden bekend gemaakt.
6. De bondsbestuursleden zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en van de gewijzigde statuten neer te leggen op het kantoor van het Handelsregister waarin de NLB is ingeschreven.
Artikel 21 - Ontbinding en vereffening
1. Xxx besluit tot ontbinding van de NLB kan alleen worden genomen in een daartoe speciaal bijeengeroepen algemene ledenvergadering waarin het besluit tot ontbinding van de vereniging is geagendeerd.
2. Het besluit tot ontbinding kan worden genomen met een twee derde meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
3. Wanneer de algemene ledenvergadering tot ontbinding van de NLB heeft besloten, treden de bondsbestuursleden als vereffenaar op, tenzij de algemene leden vergadering de vereffening aan een derde opdraagt.
4. Na de ontbinding blijft de NLB voortbestaan voor zover dit voor het vereffenen van het vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten voor zoveel mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen die van de NLB uitgaan wordt aan de naam toegevoegd "in liquidatie".
5. De algemene ledenvergadering benoemt een bewaarder die de boeken en bescheiden van de NLB zal bewaren gedurende zeven jaar na afloop van de vereffening. De algemene ledenvergadering kan de bewaarder een bewaarloon toekennen. Is geen bewaarder aangewezen en is de laatste vereffenaar niet bereid te bewaren, dan kan de bevoegde kantonrechter op verzoek van een belanghebbende
uit de leden een bewaarder aanwijzen.
6. Na het besluit tot ontbinding van de vereniging beslist de algemene ledenvergadering welke bestemming na vereffening aan het batig saldo wordt gegeven. De ze bestemming dient zoveel mogelijk aan te sluiten bij de doelstellingen van de NLB. Ben batig saldo mag niet aan de leden worden uitgekeerd.