Onderwijsovereenkomst MBO Stichting STC Group
Onderwijsovereenkomst MBO Stichting STC Group
Onderwijsovereenkomst als bedoeld in artikel 8.1.3. van de Wet educatie en beroepsonderwijs
Ondergetekenden:
1. De onderwijsinstelling: Stichting STC Group
Gevestigd in Rotterdam aan de Lloydstraat 300, 3024 EA, in dit geval rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
De heer F.C. Gronsveld, in de functie van Voorzitter College van Bestuur hierna te noemen “de Stichting”
en de student
2a. Naam [naam student], initialen
Adres [adres],
Postcode [postcode]
Woonplaats [Woonplaats]
Geboortedatum [datum] in [geboorteplaats], hierna te noemen “de student”
Bij minderjarigheid tevens de wettelijke vertegenwoordiger
2b. Naam [naam vertegenwoordiger], initialen
Adres [adres],
Postcode [postcode]
Woonplaats [Woonplaats]
Komen het volgende overeen Artikel 1 Doel
De Stichting biedt een opleiding aan als bedoeld in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs
en de student wenst deze te volgen teneinde, binnen redelijke tijd, het desbetreffende beroepsdiploma te behalen, een en ander onder de voorwaarden gespecificeerd in deze overeenkomst.
Artikel 2 Inschrijving Beroepsopleiding
- De Stichting schrijft de student voor de volgende beroepsopleiding in:
- Kwalificatie: ……………………………. Crebocode: ….………………..
- Niveau: …………………………… Leerweg: …………………….
- Startdatum:…………………………. Verwachte einddatum: …………………….
En kent de volgende studielast: studiebelastingsuren
Artikel 3 Duur en beëindiging overeenkomst
1. Deze overeenkomst treedt in werking op de startdatum van de opleiding gespecificeerd in artikel 2.
2. De overeenkomst wordt in beginsel aangegaan voor de duur van de opleiding zoals vermeld in artikel 2.
3. De student heeft het recht op verlenging van de overeenkomst indien door STC-Group wordt voorzien dat de student, na afloop van de opleidingsduur, de opleiding alsnog binnen een redelijk termijn, zijnde niet langer dan een jaar, zal voltooien.
4. De overeenkomst eindigt:
a. als de student de opleiding met succes heeft afgerond;
b. als de student zich laat uitschrijven of de instelling op eigen initiatief definitief heeft verlaten;
c. als het bevoegd gezag, met inachtname van de wettelijke bepalingen terzake, de onderwijsovereenkomst ontbindt:
- wegens verwijdering van de student na overtreding van de binnen de Stichting geldende normen en waarden vastgelegd in onder meer gedragscode(s) (zoals het Huishoudelijk Reglement) en het Deelnemersstatuut,
- na een studieadvies met inachtname van de Onderwijs- en Examenregeling,
- om andere redenen, gelegen in beroepsgeschiktheid of perspectief ten aanzien van studievorderingen, een en ander met inachtname van Deelnemersstatuut en Onderwijs- en Examenregeling.
d. als de instelling niet langer in staat is de opleiding aan te bieden, waarbij de instelling zich inspant ervoor te zorgen dat de student de opleiding bij een andere instelling kan afmaken;
e. bij overlijden van de student;
f. indien:
- de einddatum van de studie zoals vermeld in artikel 2 is gepasseerd,
- de eventuele verlenging van de overeenkomst bedoeld in artikel 3, leden 2 en 3, zonder succesvolle afronding van de opleiding is verlopen én
- het bevoegd gezag en de student geen verlenging van de studie op grond van bijzondere omstandigheden zijn overeengekomen;
g. om andere in het Burgerlijk Wetboek vastgelegde redenen.
Artikel 4 Wederzijdse inspanningsverplichting
1. de Stichting verplicht zich het examen, dan wel de beoordelingen voor de onderdelen van het examen, behorende bij hetgeen conform deze overeenkomst in artikel 2 is afgesproken, aan te bieden.
2. De Stichting draagt zorg voor het realiseren van de ingeroosterde lessen en andere activiteiten en zorgt in het geval van lesuitval voor een passend alternatief.
3. De student verplicht zich het examen dan wel de beoordelingen voor de examenonderdelen, behorende bij hetgeen in deze overeenkomst conform artikel 2 is afgesproken, af te leggen.
4. De student is gehouden zich naar beste vermogen in te spannen de opleiding binnen de gestelde termijn met succes af te ronden.
In het bijzonder is de student gehouden daadwerkelijk aan de (voorbereiding op) opleidingsactiviteiten en examenactiviteiten deel te nemen, tenzij dit om zwaarwegende redenen niet van hem/haar gevergd kan worden.
Ter facilitering van het vorige lid dient de student als voorbereiding op de lesactiviteiten de correctie lesmiddelen bij zich te hebben in overeenstemming met de opgeven leermiddelen bij aanvang van het studiejaar.
5. De student verklaart door ondertekening van de onderwijsovereenkomst kennis te hebben genomen van de benodigde boeken en leermiddelen waar hij/zij voor aanvang van de opleiding over moet beschikken.
Artikel 5 Inrichting van de opleiding
1. De stichting organiseert het onderwijs en de examinering op een dusdanige manier dat de student de opleiding redelijkerwijs binnen de gestelde termijn met succes af kan ronden, namelijk voor of uiterlijk op de verwachte einddatum. De inhoud en inrichting van de opleiding en examenvoorzieningen staan in de Onderwijs- en Examenregeling (OER).
2. De Stichting draagt zorg voor adequate bekendmaking van genoemde regeling, bijvoorbeeld op een door de Stichting te bepalen website of een vergelijkbare voorziening.
3. Door ondertekening van de onderwijsovereenkomst verklaart de student dat hij kennis heeft genomen over de inhoud, inrichting van de opleiding.
Artikel 6 Tijdvakken en locaties
1. De Stichting maakt het rooster en de locaties per onderwijsperiode tijdig voor het begin van de opleiding aan de student bekend.
2. De student is verplicht de desbetreffende opleidingsactiviteiten volgens het voor hem/haar geldende rooster te volgen.
3. De Stichting behoudt zich het recht voor het rooster en de locaties om organisatorische en/of onderwijsinhoudelijke redenen te wijzigen.
4. De Stichting geeft wijzigingen van het rooster en/of de locaties tijdig aan de student door.
5. De student dient tijdig, dat wil zeggen voor aanvang van de desbetreffende opleidingsactiviteit, in de daartoe aangewezen locatie aanwezig te zijn.
Artikel 7 Uitval van opleidingsactiviteiten
1. De Stichting is gehouden uitval van opleidingsactiviteiten naar beste vermogen te voorkomen.
2. De Stichting spant zich in om niet genoten opleidingsactiviteiten als gevolg van uitval daarvan, op een ander tijdstip aan te bieden, zo mogelijk in overleg met de student.
3. De uitval van opleidingsactiviteiten alsmede het opnieuw aanbieden daarvan wordt zo spoedig mogelijk aan de student bekend gemaakt.
Artikel 8 Studiebegeleiding, studie- en beroepskeuzevoorlichting
1. De Stichting voorziet in een passende studiebegeleiding.
2. Een studieadvies wordt binnen de daarvoor geldende termijnen maar uiterlijk op de in de WEB opgenomen tijdstippen aan de student bekend gemaakt.
3. Teneinde de kans te vergroten de opleiding binnen de daarvoor geldende studieduur te behalen neemt de student - indien van toepassing - deel aan ondersteunende activiteiten.
4. Over deze ondersteunende activiteiten kunnen tijdens de looptijd van de overeenkomst nadere afspraken worden gemaakt die schriftelijk worden vastgelegd.
Artikel 9 Passend Onderwijs
1. Partijen zijn wel/geen1 aanpassingen in het onderwijs overeengekomen. Indien aanpassingen zijn overeengekomen zijn deze gespecificeerd in een bijlage bij deze overeenkomst.
2. Indien zich alsnog omstandigheden voordoen die aanpassingen als boven bedoeld wenselijk maken kan de student daartoe een verzoek indienen. In dat geval wordt de bijlage alsnog vormgegeven.
Artikel 10 Aanwezigheid student
1. Indien de student anders dan wegens ziekte verhinderd is aan een ingeroosterde opleidingsactiviteit deel te nemen dient de student uiterlijk 1 werkdag voor de betreffende opleidingsactiviteit de administratie van het betreffende college waar de student is ingeschreven, onder opgave van redenen te verzoeken verlof te verlenen.
2. Het verlof wordt slechts verleend indien de aanwezigheid van de student, gelet op de opgegeven redenen, in redelijkheid niet van de student kan worden verlangd.
3. De student die studiefinanciering ontvangt heeft kennisgenomen van de procedure voor controle op (langdurige) afwezigheid en de mogelijke consequenties daarvan.
4. De student op wie de Leerplichtwet van toepassing is heeft kennisgenomen van de toepasselijke controle op afwezigheid en de consequenties daarvan.
5. De student aan wie verlof is verleend, heeft de inspanningsverplichting tot het inhalen van de onderwijsactiviteiten waaraan niet deelgenomen is, tenzij anders is overeengekomen.
Artikel 11 Afwezigheid student wegens ziekte
1. Indien de student wegens ziekte verhinderd is opleidingsactiviteiten te volgen, dient de student dit zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk op de ziektedag voor 10 uur aan de Stichting, bij de daartoe aangewezen persoon, te melden.
1 Doorhalen wat niet van toepassing is.
2. Bij herhaalde ziekmelding of langdurige ziekte kan de Stichting van de student verlangen een bewijs van een arts te overleggen, inhoudende dat de student wegens ziekte niet in de gelegenheid was/is het onderwijs te volgen.
3. Bij herhaalde ziekmelding of langdurige ziekte kunnen de Stichting en de student op basis van gezamenlijk overleg en een gezamenlijke inspanning een inhaaltraject overeenkomen.
Artikel 12 Controle op (langdurige) afwezigheid
1. De Stichting is gehouden daarvan aantekening te maken en melding te doen aan DUO ingevolge de in de WEB, artikel 8.1.7 genoemde voorwaarden ten aanzien van studenten op wie de Wet op de studiefinanciering 2000 of de wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten van toepassing is.
In zodanig geval stelt de Stichting in voorkomende gevallen daartoe vast of de student gedurende een aaneengesloten periode van tenminste 5 weken zonder geldige reden niet aan het onderwijs heeft deelgenomen.
2. In het geval de student ten aanzien van wie de Leerplichtwet van toepassing is, zonder geldige reden les- of praktijktijd heeft verzuimd, en dit verzuim is 16 uren of meer, geeft de Stichting hiervan onverwijld kennis aan leerplichtambtenaar van de gemeente waar de student woon- of verblijfplaats heeft.
3. Indien de student tussen de 18 en 23 jaar is en volgens de wet niet in bezit is van een geldige startkwalificatie, wordt verzuim gemeld bij het Regionaal Meld- en Coördinatiepunt waar de student woonachtig is.
Artikel 13 Financiële verplichtingen
1. Aan het volgen van de opleiding zijn de wettelijke vastgestelde les- en/of cursusgelden verbonden.
2. De Stichting bekostigt, behoudens voor zover hierna niet anders is bepaald, de onderwijsactiviteiten en de daarvoor benodigde inventaris om de student in staat te stellen het onderwijs te volgen en het diploma te behalen.
3. De Stichting brengt door middel van een factuur de schoolkosten die niet direct door DUO aan de student worden gefactureerd in rekening.
4. De inschrijving is niet afhankelijk van een andere dan een bij of krachtens de wet geregelde geldelijke bijdrage overeenkomstig artikel 8.1.4. van de WEB.
Naast de onderwijswetgeving, is er andere wetgeving zoals de Vervoerswetgeving en de Wetgeving inzake telecommunicatie die, ter verkrijging van bepaalde beroeps- of taakbevoegdheden, bepaalde cursussen, examens, keuringen, en/of certificaten verplicht stellen die extern worden afgenomen en/of afgegeven. De kosten voor deze cursussen, certificaten, examens en keuringen komen voor rekening van de student zelf.
De student dient dus rekening te houden met deze kosten die naast de reguliere lesgelden verschuldigd zijn.
5. De cursussen en trainingen die vereist zijn voor het diploma van de opleiding en die niet worden bedoeld in lid 4, worden één maal kosteloos aangeboden. Voor zover deze examens extern worden afgenomen wordt tevens één herkansing kosteloos aangeboden.
Wanneer voor een opleiding andere regels gelden dan hier beschreven, wordt dit voor aanvang van de opleiding bekend gemaakt.
6. Bij verzuim, zonder vooraf gegeven geldige reden, zal de student de cursus, training en/ of externe examinering op eigen kosten zelf moeten inhalen. In een dergelijk geval zullen de kosten van deze trainingen of lesactiviteiten op de student in rekening worden gebracht, tenzij de school hierin anders beslist.
7. Buitenschoolse activiteiten en excursies (inclusief meerdaagse programma’s en dergelijk), kunnen worden aangeboden. Hier zijn kosten aan verbonden die door middel van een factuur in rekening worden gebracht. Indien de student niet deelneemt aan dergelijke activiteiten is het De Stichting verplicht een alternatief lesprogramma aan te bieden.
Artikel 14 Toepasselijke regelingen
1. De student houdt zich in de gebouwen van De Stichting en de daaraan verbonden terreinen aan de voorschriften en gedragsregels die door of vanwege het College van Bestuur zijn vastgesteld.
2. De student verklaart op de hoogte te zijn van de toepasselijkheid van bij De Stichting geldende gedagscodes en regelingen zoals:
a. De onderwijs– en Examenregeling (OER)
b. Deelnemersstatuut
c. Huishoudelijk Reglement inclusief hst. 3 “Bescherming persoonsgegevens”
d. Klachtenregeling
3. De student verklaart op de hoogte te zijn van het feit dat aan overtreding van genoemde regels ordemaatregelen en sancties verbonden kunnen zijn.
4. De bovenbedoelde regelingen zijn gepubliceerd op de daartoe door het bevoegd gezag bepaalde website van de STC Group of vergelijkbare voorziening.
Artikel 15 Slotbepaling
1. Toegevoegde bijlagen maken integraal onderdeel uit van deze onderwijsovereenkomst.
In de gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet beslist De Stichting na overleg met de student.
2. Voor deze overeenkomst is uitsluitend het Nederlands recht van toepassing.
3. Geschillen voortvloeiend uit deze overeenkomst worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Rotterdam.
Ondertekening (student en/of wettelijk vertegenwoordiger):
De student verklaart:
- door ondertekening kennis te hebben genomen van en in te stemmen met de voorwaarden die deel uitmaken van deze onderwijsovereenkomst,
- de documenten die onderdeel uitmaken van deze overeenkomst of als bijlage van deze overeenkomst zijn gevoegd te hebben ingezien,
- bekend te zijn met de verplichting tot het betalen van lesgeld of cursusgeld op basis van de Les- en cursusgeldwet,
- de documenten die onderdeel uitmaken van deze overeenkomst of als bijlage bij deze overeenkomst worden gevoegd te hebben ingezien.
Plaats: Plaats:
Datum: Datum:
……………………………………………………… ………………………………………………………. Naam Student Ouder(s), Wettelijk vertegenwoordiger
Stichting STC Group
Plaats: Rotterdam
Datum: ……
……………………………………..
F.C. Gronsveld
Voorzitter College van Bestuur