Bijzondere veiligheids- en milieumaatregelen op te volgen op de Internationale Luchthaven Oostende-Brugge
Bijzondere veiligheids- en milieumaatregelen op te volgen op de Internationale Luchthaven Oostende-Brugge
De algemene maatregelen van het bestek zijn te interpreteren in functie van de speciale toestanden op een luchthaven. Onderhavige bijzondere veiligheids- en milieumaatregelen zijn van toepassing voor het uitvoeren van werkzaamheden op de luchthaven van Oostende.
Voor aanvang van de werken vindt een startwerkvergadering plaats waarop met de aannemer in kwestie een samenwerkingsovereenkomst wordt afgesloten waarbij de algemene en specifieke veiligheids- en milieuvoorschriften worden besproken.
Hierbij worden concrete afspraken gemaakt afhankelijk van de aard en locatie van de werkzaamheden + de specifieke risico’s verbonden met werken op een luchthaven.
Het niet-publiek gedeelte van de luchthaven - hierna "airside" genoemd- is gelegen op het privaatdomein van het Vlaamse Gewest en mag enkel betreden worden met een door de luchthavendirectie afgeleverde toelating of onder begeleiding van een persoon die in het bezit is van een dergelijke toelating. In uitzonderlijke omstandigheden kan door de luchthavendirectie een bijzondere regeling toegestaan worden.
Om aan airside te komen als persoon heeft men een toegangsbewijs voor personen ( luchthavenidentificatiekaart ) of tijdelijk toegangsbewijs nodig.
Om aan airside te komen met een voertuig heeft de luchthavengebruiker :
a) een toegangsbewijs voor personen ( luchthavenidentificatiekaart ) of tijdelijk toegangsbewijs nodig.
b) een toegangsbewijs voor het motorvoertuig nodig.
c) een luchthavenrijbewijs nodig voor de bestuurder van een motorvoertuig, tenzij door de luchthaveninspectie een afwijking toegestaan wordt.
Ook deze documenten kunnen alleen door de luchthavendirectie worden afgeleverd.
De aannemer gedraagt zich naar de wet en reglementsbepalingen inzake verkeer en ordehandhaving op het luchthaventerrein en verbindt zich ertoe alle signalen en aanwijzingen te eerbiedigen, gevolg te geven aan alle bevelen en richtlijnen gegeven door het personeel van de luchthaven en zich te onderwerpen aan de formaliteiten en controles voorgeschreven door de diensten van de Douane en van de Federale Politie.
Alvorens de werken op de luchthaven aan te vatten, wendt de aannemer zich tot de luchthavendirectie om kennis te nemen van het verkeersreglement “airside”. Hij zal bij de luchthavendirectie tekenen dat hij van de voormelde verkeersreglementering kennis heeft genomen.
Iedere werkdag voor aanvang van de werken meldt de aannemer zich bij de luchthaveninspecteur, hierna DOO -Duty Operations Officer- genoemd.
De aannemer dient tevens de toelating van de DOO te krijgen alvorens hij de werken mag aanvatten die in een veiligheidszone liggen. Ook telkens wanneer de plaats van de werken wijzigt in de loop van de dag (of nacht), dient de aannemer zich te melden bij de DOO.
Voor werken binnen de “strip1” dienen vooraf duidelijke afspraken gemaakt te worden rond de werkmethodiek.
Het is verboden om werken uit te voeren met een tijdelijk toegangsbewijs (“bezoekersbadge”) binnen de proteced area (= veiligheidszone rond de landingsbaan). In het uitzonderlijke geval dat er toch iemand komt werken die niet in het bezit is van een vast toegangsbewijs, wordt dit enkel toegestaan met een begeleider van de luchthaven zelf (begeleider strip) die aangerekend zal worden aan de aanvrager aan een kostprijs van 50 euro/uur. Er wordt niet toegestaan dat de begeleiding gebeurt door iemand van de aannemer zelf die in het bezit is van een vast toegangsbewijs.
Voor werken binnen de protected area dient elke persoon die in opdracht van de aannemer werken komt uitvoeren, een speciale safety briefing gevolgd te hebben specifiek voor die bepaalde werkzaamheden waarvoor hij moet aftekenen.
Voor het uitvoeren van alle werken op de inschepingsvloeren dient de aannemer rekening te houden met de planning van de dienst Operations.
Tijdens de uitvoering van de werken verwijdert de aannemer voor de duur van de nacht, van weekends, van de feestdagen en van de periodes van werkonderbreking wegens slecht weer en jaarlijkse vakantie, het materieel en de werktuigen die het luchthavenverkeer kunnen hinderen, op zijn kosten, van de werf naar een door de leidende ambtenaar en/of luchthavenoverheid aan te wijzen plaats.
Voor het verkeer van zijn personeelsleden en materieel mag hij enkel de wegen gebruiken die hem door de luchthavendirectie of afgevaardigden worden aangewezen onder voorbehoud van wijziging tijdens de uitvoering. De aannemer zal tevens instaan voor de nodige weg- en bouwplaats bebakening.
Hij mag zijn materieel niet onbenut of onbeheerd achterlaten in de werkzone. De werken mogen de luchthavenexploitatie, in al haar aspecten, niet hinderen.
De DOO mag de werken tijdelijk doen onderbreken zonder dat hiervoor een reden moet worden opgegeven. Gedurende de werkonderbreking moeten personeel, werktuigen, gereedschappen en materialen van de betrokken plaatsen verwijderd worden, hetzij naar plaatsen aangewezen door de DOO of het toezichthoudend personeel, hetzij naar andere plaatsen van de werf waar wel mag gewerkt worden. De aannemer heeft hiervoor geen recht op enige vergoeding of verlenging van uitvoeringstermijn. Hij heeft er derhalve belang bij de werken te beginnen op plaatsen waar het vliegtuig- of voertuigverkeer normaal het drukst is.
De aannemer houdt de wegen die door zijn voertuigen gebruikt worden voor vervoer van materialen en afval, zuiver en herstelt onmiddellijk, tot algehele voldoening van de luchthavendirectie, alle schade die hij aan de wegen mocht veroorzaken.
1 Strip: een veiligheidszone van 150 m aan beide zijden van de as van de landingsbaan tot 60 m voorbij het einde van de baan waar speciale veiligheidsmaatregelen gelden en tevens een apart rijbewijs voor noodzakelijk is.
De aannemer houdt de werfzone proper van alle afval en ziet er op toe dat er geen FOD2 wordt achtergelaten.
Elk voorval (lek, ongeval, incident, gebrek,…) dient onmiddellijk gemeld te worden bij de luchthavenuitbater (via DOO).
Het noodnummer van de luchthaven is 059/551.202 en staat op elke luchthavenidentificatiekaart (“badge”).
Er geldt een algemeen rookverbod airside.
Geen enkel werk, vlam, vlamlaag of hittepunt mag uitgevoerd worden zonder in het bezit te zijn van een vuurvergunning.
Deze vergunning wordt afgeleverd door het diensthoofd van de luchthavenbrandweer of zijn daartoe gevolmachtigde afgevaardigde (postoverste).
De geldigheid van deze vergunning is beperkt tot max. 1 dag, tenzij een langere periode uitdrukkelijk vermeld is.
Deze vergunning wordt dezelfde dag vóór de aanvang van het werk afgeleverd en toegelicht. Deze vergunning wordt opgesteld in 2 exemplaren, één voor de uitvoerder, één voor de luchthaven.
De EHBO-post bevindt zich bij de luchthavenbrandweer.
Milieuzorg
De internationale luchthaven Oostende-Brugge draagt duurzaamheid hoog in het vaandel. Ze beschikt over een gecertificeerd milieuzorgsysteem volgens ISO 14001.
Van haar contractanten verwacht ze dat ze minimaal voldoen aan alle wettelijke eisen. Deze staan hoofdzakelijk beschreven in het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning (VLAREM) en het Vlaams reglement inzake materiaalbeheer (VLAREMA). In specifieke gevallen kunnen evenwel ook andere reglementering van toepassing zijn.
De aannemer staat zelf in voor het aanvragen van de nodige vergunningen, het correct sorteren en verwijderen van afvalproducten (inclusief afvalwater), …. Ook in het kader van het grote gevaar van FOD² op een luchthaven, zal hier streng worden op toegekeken.
De aannemer neemt alle mogelijke voorzorgsmaatregelen naar preventie van milieubelasting.
Persoonlijke beschermingsmiddelen
Iedereen die zich aan airside begeeft moet voldoende voorzien zijn van reflecterende en fluorescerende kledij volgens de EU-norm 471. Minstens op het bovenlichaam dient een fluo hesje gedragen te worden. Ook binnen voertuigen is deze verplichting van toepassing.
2 FOD = Foreign Object Debris = Elk object gelegen in een ongeschikte locatie met de capaciteit om personeel te verwonden en schade aan vliegtuigen toe te brengen
Signalisatie van de bouwplaats en opslagplaats
De aannemer zorgt zowel bij dag als bij nacht voor de nodige signalisatie van de bouwplaats zowel voor zijn personeel als voor de luchthavengebruikers.
De aannemer voldoet bovendien op eigen kosten aan alle onderrichtingen door de bevoegde overheden verstrekt inzake handhaving van deze veiligheid.
Indien bepaalde installaties dienen gewijzigd te worden om de uitvoering van de werken mogelijk te maken, brengt de aannemer de DOO op de hoogte voor het aanpassen van deze installaties.
De aannemer zorgt in principe zelf voor zijn werkverlichting alsmede voor zijn eigen drijfkracht. De kosten hieraan verbonden vallen ten zijnen lasten.
Ondergrondse leidingen
De aannemer is verantwoordelijk voor het doorsnijden of beschadigen van ondergrondse leidingen.
Ten laatste 10 weken voor de aanvang van de werken vraagt de aannemer :
- een permanente luchthavenidentificatiekaart (badge) aan voor alle aan airside tewerk te stellen personeelsleden. Personeelsleden die niet over de nodige luchthavenidentificatiekaart beschikken, krijgen geen toegang tot luchtzijde. Onder speciale toelating kan alsnog een éénmalige bezoekerskaart worden uitgereikt, mits de aanvrager constant onder begeleiding blijft van een daartoe bevoegde persoon, tevens houder van een permanente luchthavenidentificatiekaart. Voor het afleveren van een luchthavenidentificatiekaart dient er een waarborg van 50 euro betaald te worden. Na het inleveren van de luchthavenidentificatiekaart wordt de waarborg gecrediteerd, indien de inlevering voldoet aan de voorwaarden ervan.
De algemene voorwaarden tot het bekomen van een luchthavenidentificatiekaart zijn weerhouden op het aanvraagformulier en zijn hieronder weergegeven.
- een permanente voertuigenkaart voor voertuigen aan bij de luchthavendirectie en dit voor alle voertuigen en machines die op het luchthaventerrein moeten komen. Tot het bekomen van deze voertuigenkaart dient de aannemer het bewijs te leveren dat het betrokken voertuig of machine voldoende verzekerd is voor de aangevraagde periode. Voor het afleveren van een voertuigenkaart dient er een waarborg van 50 euro betaald te worden. Na het inleveren van de voertuigenkaart wordt de waarborg gecrediteerd, indien de inlevering voldoet aan de voorwaarden ervan. De voertuigkaart is geldig tot einde kalenderjaar mits de luchthaven in het bezit is van een kopie van het geldig verzekeringsdocument van het voertuig. Jaarlijks
dient er een nieuwe aanvraag ingediend te worden. Onder speciale toelating kan alsnog een dagkaart voor voertuigen worden uitgereikt.
De algemene voorwaarden tot het bekomen van een permanente voertuigenkaart zijn weerhouden op het aanvraagformulier en zijn hieronder weergegeven.
- Ook dient de aannemer intern een ‘verantwoordelijke inzake beveiligingsmaterie’ aan te stellen die optreedt als contactpersoon voor besprekingen rond beveiliging en ook instaat voor het aanvragen van de voertuigkaarten en luchthavenidentificatiekaarten.
De algemene voorwaarden voor het aanstellen van de verantwoordelijke (“machtiging” als veiligheidsverantwoordelijke) zijn weerhouden op het aanvraagformulier en zijn hieronder weergegeven.
Algemene voorwaarden tot het bekomen en gebruiken van een permanente luchthavenidentificatiekaart
1) De aanvraag moet vergezeld zijn van een kopie van de identiteitskaart van de toekomstige houder van de luchthavenidentificatiekaart. Een duidelijke kopie van de voorzijde en de achterzijde van de identiteitskaart. Indien niet duidelijk kan de aanvraag geweigerd worden.
2) De aanvraag voor het bekomen van een luchthavenidentificatiekaart (ook “badge” genoemd) gaat gepaard met een veiligheidsverificatie, die ertoe strekt na te gaan of een persoon permanent toegang mag hebben tot het niet publieke gedeelte van het luchthavendomein, eventueel beperkt tot de dagelijkse tijdspanne of zones gebruikelijk of noodzakelijk voor de door de houder uitgeoefende functie.
3) De toekomstige houder die niet wil onderworpen worden aan een veiligheidsverificatie, kan dit aantonen door deel II van dit aanvraagformulier te doorstrepen en dit formulier aangetekend terug te bezorgen aan de aanvrager vermeld in deel I. Elke expliciete weigering om aan een verificatie te worden onderworpen, betekent dat de permanente toegang tot het luchthavendomein niet zal kunnen toegekend worden. In dit geval kan geen beroep gedaan worden op het gebruik van een bezoekersbadge.
4) De aanvrager en de houder erkennen kennis genomen te hebben van het feit dat de persoonlijke gegevens worden verwerkt in een bestand van de luchthavenuitbater dat is aangegeven bij de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer en dat beheerd wordt door de luchthavenautoriteit. De betrokkenen kunnen steeds de persoonsgegevens raadplegen met het oog op kennisname en eventuele verbetering ervan (Wet 08/12/1992).
5) De aanvrager en houder verklaren bekend te zijn met de wettelijke en reglementaire voorschriften ter zake. In geval van zware overtreding van deze voorschriften wordt de luchthavenidentificatiekaart onvoorwaardelijk ingetrokken, onverminderd gebeurlijke gerechtelijke en administratieve sancties.
6) Door het aanvaarden van de aangevraagde luchthavenidentificatiekaart zien de aanvrager en de houder onherroepelijk en ten definitieve titel af van elk voorbehoud dat zij of hun rechthebbenden zou(den) wensen in te roepen aangaande de bovenstaande voorwaarden.
7) De medecontractant bevestigt zowel het bestaan van een contract met de aanvrager als de vermoedelijke duur van de werken indien ingevuld. De medecontractant verbindt zich ertoe de luchthavenautoriteiten onmiddellijk op de hoogte te brengen van het beëindigen van het contract en dus ook de werken.
8) Er worden geen luchthavenidentificatiekaarten uitgereikt aan minderjarigen.
9) Een goedgekeurde aanvraag heeft een geldigheid van 6 maanden na datum aanvraag vermeld in DEEL I. Indien de luchthavenidentificatiekaart niet wordt afgehaald binnen die termijn dient er een nieuwe aanvraag ingediend te worden.
10) Het indienen van de aanvraag kan per post (Ostend-Bruges International Airport – Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 000 bus 51 – X-0000 Xxxxxxxx) of door persoonlijk te deponeren in bus 51.
11) De luchthavenidentificatiekaart dient persoonlijk afgehaald te worden door de toekomstige houder en op vertoning van zijn/haar identiteitskaart. Er wordt geen luchthavenidentificatiekaart afgeleverd aan een persoon die geen Nederlands of Frans of Engels begrijpt.
12) Voor het uitreiken van de luchthavenidentificatiekaart wordt een administratieve vergoeding van 60,50 (incl. BTW) alsmede een borgsom van 50 euro gevraagd. Voor werken die uitgevoerd worden in naam van Ostend-Bruges International Airport dient enkel een borgsom van 50 euro betaald te worden. De borgsom wordt, bij tijdige inlevering (zie punt 23) van de luchthavenidentificatiekaart, terugbetaald indien deze alleen aan normale slijtage onderhevig was. Personeelsleden van de openbare besturen genieten vrijstelling van betaling van de vergoeding en de borgsom.
13) De houder verbindt zicht ertoe alle signalen en aanwijzingen te eerbiedigen, gevolg te geven aan alle bevelen en richtlijnen gegeven door het personeel van de Luchthaven. De houder verbindt zich ertoe zich te onderwerpen aan de formaliteiten en controles voorgeschreven door de diensten van de Luchthaveninspectie, Douane en Federale Politie.
14) Bijgevolg verklaren de aanvrager en de houder de luchthavenuitbater en zijn aangestelden zonder voorbehoud te ontheffen van de verantwoordelijkheid voor elke schade (ongeacht de oorzaak, de aard of de omvang) die, zowel voor henzelf als voor hun rechthebbenden, zou kunnen voortspruiten hetzij (zonder beperkend te zijn in opsomming):
a) uit de handelingen of nalatig-/vergetelheden van de aanvrager, houder of hun rechthebbenden
b) uit de handelingen of nalatig-/vergetelheden van de luchthavenuitbater of van zijn aangestelden
c) uit de handelingen of nalatig-/vergetelheden of van om het even welke personen die zich op de luchthaven bevinden
d) uit de aanwezigheid/het gebruik van machines, vliegtuigen, voertuigen of andere bezittingen al dan niet in eigendom/in gebruik van/door de luchthavenuitbater of van zijn aangestelden.
15) De aanvrager en de houder erkennen dat de aflevering, weigering of verplichte teruggave van de luchthavenidentificatiekaart in hoofde van de luchthavenuitbater geen enkele erkenning inhoudt van om het even welk recht ten voordele van de aanvrager, de houder of hun rechthebbenden.
16) De houder verklaart de aansprakelijkheid voor alle schade, ongeacht de aard of de omvang, die hij aan de luchthavenuitbater, zijn aangestelden en andere luchthavengebruikers of hun bezittingen zou kunnen toebrengen integraal op zich te nemen.
17) De houder erkent dat de luchthavenidentificatiekaart hem uitsluitend op eigen verantwoordelijkheid en op voorwaarde van over zijn eigen veiligheid en deze van zijn rechthebbenden te waken, wordt afgeleverd. Hij zal zich hiertoe tevens schikken naar de richtlijnen uitgevaardigd door de Luchthavenautoriteit en door de aanvrager.
18) Verlies of diefstal van de luchthavenidentificatiekaart moet onmiddellijk ter kennis gebracht worden van de luchthavendirectie, in deze vertegenwoordigd door Duty Operations Officer (tel.: 059/551 202)
19) De houder mag van deze luchthavenidentificatiekaart uitsluitend gebruik maken voor tewerkstelling of activiteit voor de firma/dienst vermeld onder deel I en voor de doeleinden en sectoren waarvoor de kaart werd afgeleverd in het kader van de uit te oefenen functie. Indien tewerkstelling of activiteit voor meerdere firma’s van toepassing is, dient dit gemeld te worden aan de badgedienst.
20) De luchthavenidentificatiekaart is STRIKT PERSOONLIJK, zelfs voor zones niet gelegen aan luchtzijde.
21) De luchthavenidentificatiekaart dient duidelijk zichtbaar gedragen te worden boven de bovenkledij, dit op permanente wijze, en kan steeds het voorwerp uitmaken van een controle op de geldigheid.
22) Na beslissing door de luchthavenuitbater kan de teruggave van de luchthavenidentificatiekaart gevraagd worden. Deze teruggave dient eveneens te gebeuren na negatief advies door de Nationale Veiligheidsoverheid (NVO), uitgebracht tijdens de oorspronkelijke geldigheidsduur van de luchthavenidentificatiekaart.
23) De luchthavenidentificatiekaart dient terug bezorgd te worden aan de luchthavenbeveiligingsdienst van zodra :
a) aan de tewerkstelling of de activiteit op de luchthaven een einde wordt gesteld.
b) de geldigheidsduur van de luchthavenidentificatiekaart is verstreken (maximaal vijf jaar na het positief advies NVO)
c) de teruggave wordt gevraagd (zie punt 22).
Van zodra één van bovenvermelde situaties zich voordoet, dient de luchthavenidentificatiekaart binnen de 7 werkdagen terugbezorgd te worden, zo niet vervalt de waarborg.
24) De aanvraag voor een nieuwe luchthavenidentificatiekaart dient 3 maanden voor de start van de tewerkstelling/activiteit ingediend te worden. Bij nadering van de vervaldag die vermeld staat op de luchthavenidentificatiekaart dient er, indien dit gewenst is, 3 maanden voor die vervaldatum een aanvraag ingediend te worden, zodoende tijdig een hernieuwing van de luchthavenidentificatiekaart te bekomen.
ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR HET BEKOMEN EN HET GEBRUIK VAN EEN VOERTUIGENKAART
1) De aanvrager dient bij de aanvraag de volgende documenten te voegen:
a) indien het voertuig in België is ingeschreven of afkomstig is van een land dat geen inschrijvingsbewijs uitreikt : de groene kaart (verzekeringsbewijs)
b) andere voertuigen : het inschrijvingsbewijs van het voertuig
2) Het aanvragen van een voertuigenkaart is geldig indien deze wordt aangevraagd door een gemachtigde aanvrager of wordt aangevraagd ten persoonlijke titel.
3) Het indienen van de aanvraag kan per post (Ostend-Bruges International Airport – Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 000 bus 51 – X-0000 Xxxxxxxx) of persoonlijk te deponeren in bus 51.
4) Voor het uitreiken van de voertuigenkaart wordt een administratieve vergoeding van 100 euro (incl. BTW) alsmede een borgsom van 50 euro gevraagd. Er is een vermindering van vergoeding indien de voertuigenkaart na 1 april uitgereikt wordt. Voor werken die uitgevoerd worden in naam Ostend-Bruges International Airport dient enkel een borgsom van 50 euro betaald te worden. De borgsom van de voertuigenkaart wordt terugbetaald na inlevering (zie punt 15). Voertuigen van openbare besturen genieten vrijstelling van betaling van de vergoeding en de borgsom.
5) De aanvrager erkent dat de toelating tot toegang met het voertuig voor hetwelk de voertuigenkaart wordt aangevraagd, hem uitsluitend op eigen verantwoordelijkheid en op voorwaarde van over zijn eigen veiligheid en deze van zijn rechthebbenden te waken, wordt afgeleverd.
6) Indien de groene kaart of het inschrijvingsbewijs vervalt tijdens de geldigheidsperiode van de voertuigenkaart dient de gemachtigde aanvrager spontaan een kopie van de nieuwe groene kaart of het inschrijvingsbewijs te bezorgen aan de betreffende dienst van de luchthaven, zijnde de badgedienst. Indien de badgedienst het nieuwe bewijs niet spontaan ontvangt zal u een schrijven van ontvangen en dient u het nieuwe bewijs binnen de vermelde termijn te bezorgen aan de betreffende dienst. Bij gebrek aan de opvolging van deze herinnering zal de voertuigenkaart ingehouden worden.
7) Bijgevolg verklaart de aanvrager de luchthavenuitbater en zijn aangestelden zonder voorbehoud te ontheffen van de verantwoordelijkheid voor elke schade (ongeacht de oorzaak, de aard of de omvang) die, zowel voor hemzelf als voor zijn rechthebbenden, zou kunnen voortspruiten hetzij (zonder beperkend te zijn in opsomming):
a) uit de handelingen of nalatig-/vergetelheden van de aanvrager zelf of diens rechthebbenden
b) uit de handelingen of nalatig-/vergetelheden van de luchthavenuitbater en zijn aangestelden
c) uit de handelingen of nalatig-/vergetelheden of van om het even welke personen die zich op de luchthaven bevinden
d) uit de aanwezigheid/het gebruik van machines, vliegtuigen, voertuigen of andere bezittingen al dan niet in eigendom/in gebruik van/door de luchthavenuitbater en zijn aangestelden.
8) De aanvrager erkent dat de aflevering van de voertuigenkaart door luchthavenuitbater voor deze laatste geen enkele erkenning van om het even welk recht schept ten voordele van de aanvrager of zijn rechthebbenden.
9) De aanvrager verbindt zich ertoe alle signalen en aanwijzingen te eerbiedigen, gevolg te geven aan alle bevelen en richtlijnen gegeven door het personeel van de Luchthaven en zich te onderwerpen aan de formaliteiten en controles voorgeschreven door de diensten van de Douane en van de Federale Politie.
10) De aanvrager verklaart de aansprakelijkheid voor alle schade, ongeacht de aard of de omvang, die hij aan de luchthavenuitbater, zijn aangestelden en andere luchthavengebruikers of hun bezittingen zou kunnen toebrengen integraal op zich te nemen.
11) Na beslissing door de luchthavenuitbater en zonder verplichting van opgave van redenen, kan de teruggave van de voertuigenkaart gevraagd worden.
12) De aanvrager mag van deze voertuigenkaart uitsluitend gebruik maken voor de doeleinden en sectoren waarvoor het werd afgeleverd.
13) De voertuigenkaart is STRIKT PERSOONLIJK en de aanvrager verklaart bekend te zijn met de wettelijke en reglementaire voorschriften ter zake. In geval van overtreding van deze voorschriften wordt de voertuigenkaart onvoorwaardelijk ingetrokken, onverminderd gebeurlijke gerechtelijke en administratieve sancties.
14) De voertuigenkaart dient duidelijk zichtbaar aan de binnenzijde van de voorruit van de wagen te worden aangebracht (kant passagier) en dit op permanente wijze.
15) De voertuigenkaart dient terug bezorgd te worden aan de badgedienst van zodra :
a) aan het gebruik van het voertuig op de luchthaven een einde wordt gesteld.
b) de geldigheidsduur van de voertuigenkaart is verstreken (max. laatste dag betreffende kalenderjaar)
c) de teruggave wordt gevraagd (zei punt 11)
Van zodra één van bovenvermelde situaties zich voordoet, dient de voertuigenkaart binnen de 7 werkdagen terugbezorgd te worden, zo niet vervalt de waarborg.
16) Een voertuigenkaart aangevraagd ten persoonlijke titel kan niet overgedragen worden aan derden. Door het aanvaarden van de aangevraagde voertuigenkaart, ziet de aanvrager onherroepelijk en ten definitieve titel af van elk voorbehoud dat hij of zijn rechthebbenden zou/zouden wensen in te roepen aangaande de bovenstaande voorwaarden.
Algemene voorwaarden tot het bekomen van een machtiging als intern beveiligings- verantwoordelijke
1) Ostend-Bruges International Airport dient over het originele formulier voor het bekomen en het gebruik van een machtiging te beschikken. Indien niet kan zij geen luchthaven-identificatiekaarten afleveren aan medewerkers verbonden aan uw firma / dienst.
2) Ostend-Bruges International Airport dient over een machtiging te beschikken van de aanvrager van luchthavenidentificatiekaarten en indien van toepassing ook van de medecontractant. De medecontract is de opdrachtgever van de beoogde activiteiten, uit te voeren door de aanvrager en/of zijn medewerkers.
3) De aanvraag voor het bekomen van een machtiging tot het aanvragen van een luchthavenidentificatiekaart gaat gepaard met een veiligheidsverificatie, die ertoe strekt na te gaan of een persoon gemachtigd kan zijn tot het ondertekenen van een aanvraag tot het bekomen van een luchthavenidentificatiekaart voor de luchthaven.
4) De toekomstige gemachtigde die niet wil onderworpen worden aan een veiligheidsverificatie, kan dit aantonen door deel II of III van dit aanvraagformulier te doorstrepen. Elke expliciete weigering om aan een verificatie te worden onderworpen, betekent dat de machtiging niet zal kunnen toegekend worden.
5) Slechts twee personen (contactpersonen) mogen gemachtigd zijn.
6) De aanvraag moet vergezeld zijn van een kopie van de identiteitskaart van beide contactpersonen. Een duidelijke kopie van de voorzijde en de achterzijde van de identiteitskaart. Indien niet duidelijk kan de aanvraag geweigerd worden.
7) De personen die machtiging vragen erkennen kennis genomen te hebben van het feit dat de persoonlijke gegevens worden verwerkt in een bestand van de Vlaamse overheid dat is aangegeven bij de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer en dat beheerd wordt door de luchthavenautoriteit. De betrokkenen kunnen steeds de persoonsgegevens raadplegen met het oog op kennisname en eventuele verbetering ervan (Wet 08/12/1992).
8) De machtiging is 3 jaar geldig na aanvraag vermeld in deel I en dient opnieuw spontaan aangevraagd te worden 1 maand voor verval.
9) Indien de ingevulde rubrieken zouden wijzigen, zowel voor wat betreft de identiteit van de gemachtigde pers(o)n(en) (wanneer uit dienst of niet langer gemachtigd) als voor wat betreft de contactgegevens, gelieve dit dan zo spoedig mogelijk door te geven.
10) De gemachtigden erkennen dat de machtiging in hoofde van de Vlaamse overheid geen enkele erkenning inhoudt van om het even welk recht ten voordele van de aanvrager, de houder of hun rechthebbenden.
11) De gemachtigde verbindt er zich toe de luchthavenautoriteiten onmiddellijk op de hoogte te brengen wanneer iemand uit dienst is die houder is van een luchthavenidentificatiekaart.
12) Ostend-Bruges International Airport verstuurt 2 maal per jaar een lijst met alle medewerkers van de firma / dienst van de gemachtigde persoon die houder zijn van een luchthavenidentificatiekaart. De gemachtigde verbindt er zich toe om de 6 maandelijkse lijst binnen de termijn vermeld in de begeleidende brief correct ingevuld terug te sturen, zodat de luchthaven over de correcte gegevens beschikt.
Bij gebrek aan tijdelijke terugzending, zal een herinneringsschrijven gericht worden aan de firma /
dienst. Bij gebrek aan opvolging van deze herinnering zullen de luchthavenidentificatiekaarten van de medewerkers gedeactiveerd worden.