Bestek
Bestek
STAD ANTWERPEN W1/CW
PATRIMONIUMONDERHOUD
Voorwerp van de opdracht: Xxxxxxxxxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxx, werkhuis groenvoorziening, verharding van de betonplaten, en het leggen van nutsleidingen voor de tijdelijke containers.
besteknummer PO/2009/5087/4
Prijs bestek : | 49,00 | EUR |
Prijs 1 plan : | 13,00 | EUR |
Totaal : | 62,00 | EUR |
De digitale versie is gratis te downloaden op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx |
De opdracht wordt gegund bij openbare aanbesteding
BIJZONDERE AANBESTEDINGSVOORWAARDEN
De offertes dienen bezorgd te worden uiterlijk
Donderdag 6 augustus 2009, voor 10:00. uur, aan het college van burgemeester en schepenen,
per adres Patrimoniumonderhoud, Xxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxxxx, dienst aanbesteding (gelijkvloers) of op de zitting.
Op de zitting te 10 uur zal de voorzitter overgaan tot het openen van de offertes.
Samenstelling van het dossier:
Hoofdstuk I: Administratieve en technische contractuele bepalingen Hoofdstuk II: Welzijn op het werk.
Hoofdstuk III: Technische bepalingen V&G plan
Voor bijkomende inlichtingen of opmerkingen kan u telefonisch terecht op navolgende nummers: Wat betreft het indienen of inzenden van uw offerte en de opening van de offertes: tel. 00 000 00 00
Wat betreft administratieve inlichtingen m.b.t. het dossier en de opvolging ervan na de aanbesteding: Xxxxx Xxxxxx-Xxxxxxxxx, tel 00 000 00 00
Wat betreft technische inlichtingen (samenvattende opmetingsstaat, materialen e.d.): ingenieur-architect Xxxxx Xxxxx, consulent architectuur, tel. 00 000 00 00
HOOFDSTUK I : ADMINISTRATIEVE EN TECHNISCHE CONTRACTUELE BEPALINGEN
1. WETGEVING
Voor zover er door de voorschriften van dit bestek niet wordt van afgeweken zijn op deze aanneming van werken van toepassing de bepalingen van:
• de wet van 24 december 1993, betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten (Belgisch staatsblad van 22 januari 1994) en alle latere aanvullingen en wijzigingen;
• het koninklijk besluit van 8 januari 1996, betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken (Belgisch staatsblad van 26 januari 1996) en alle latere aanvullingen en wijzigingen;
• het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken en bijlage, houdende de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken (Belgisch staatsblad van 18 oktober 1996) en alle latere aanvullingen en wijzigingen;
• het typebestek nr. VL100 van 2002 (Dit typebestek is uitgegeven door het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en kan aangevraagd worden op volgend adres: Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Overheidsopdrachten, Gebouwen en Gesubsidieerde Infrastructuur, Graaf de Ferraris-gebouw, Xxxxxx Xxxxxx XX - xxxx, 00 xx 0000 Xxxxxxx (tel. 02/000.00.00 - fax. 02/000.00.00)). De artikelen 10, 27 ß2, 29 ß1 en 37 wijken af van de bepalingen van de bijlage aan het koninklijk besluit van 26/9/1996.
Ingeval van tegenspraak is de orde van voorrang als volgt:
a) de wet van 24/12/1993, het koninklijk besluit van 8/1/1996 en het koninklijk besluit van 26/9/1996 tot bepaling van de uitvoeringsregels;
b) het bijzonder bestek;
c) het typebestek nr. VL100 van 2002;
d) de bijlage bij het koninklijk besluit van 26/9/1996.
Afwijking
Dit bestek wijkt af van art. 15 van de bijlage van het koninklijk besluit van 26 september 1996
2. GUNNINGSWIJZE: openbare aanbesteding.
A. ALGEMENE ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN IN TOEPASSING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 8/1/1996 BETREFFENDE DE OVERHEIDSOPDRACHTEN VOOR AANNEMING VAN WERKEN, LEVERINGEN EN DIENSTEN EN DE CONCESSIES VOOR OPENBARE WERKEN
Erkenning
Zijn toepasselijk op de uitvoering van de door dit bestek geregelde aanneming:
• de wet van 20/03/1991 houdende regeling van de erkenning van de aannemers van werken (Belgisch staatsblad van 6/4/1991), gewijzigd door de wet van 19/9/94 (Belgisch staatsblad van 8/3/1996) en door voornoemde wet van 24 december 1993;
• het koninklijk besluit van 26/9/1991 tot vaststelling van bepaalde toepassingsmaatregelen van de wet van 20/3/1991, houdende regeling van de erkenning van aannemers van werken (Belgisch staatsblad van 18/10/1991), gewijzigd bij koninklijk besluit van 20 juli 2000 (Belgisch staatsblad van 30 augustus 2000);
• het ministerieel besluit van 27/9/1991 tot nadere bepaling van de indeling van de werken volgens
hun aard in de categorieën en ondercategorieën met betrekking tot de erkenning van de
aannemers (Belgisch staatsblad van 18/10/1991);
• het ministerieel besluit van 27/9/1991 betreffende de bij de aanvragen voor een erkenning, een voorlopige erkenning, een overdracht van erkenning of bij de beoordeling van de bewijzen vereist met toepassing van artikel 3, ß1, van de wet van 20/3/1991, houdende regeling van de erkenning van aannemers van werken, voor te leggen documenten (Belgisch staatsblad 18/10/1991).
De werken zijn gerangschikt in de categorie D en het bestuur meent dat zij behoren tot de klasse 1.
Prijsonderzoek
De inschrijver is verplicht - indien het bestuur hierom verzoekt - voor de gunning van de opdracht alle inlichtingen te verstrekken om de aangeboden prijzen te onderzoeken.
RSZ-attest
De bijzondere aandacht van de inschrijver wordt gevestigd op de artikelen 90, 93, 94 en 95 van het koninklijk besluit van 8/1/1996, gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999 en inzonderheid artikel 17 bis.
Het bestuur zal hiervoor het bedoelde attest elektronisch opvragen bij de RSZ-administratie. Voor de inschrijvers van vreemde nationaliteit is artikel 17 bis ß2 van toepassing.
De offerte
1. De opmaak
De inschrijver maakt zijn offerte op en vult de samenvattende opmetingsstaat in op het bij het bestek behorende formulier. Indien hij deze op andere documenten maakt dan op het voorziene formulier moet de inschrijver op ieder van deze documenten verklaren dat het document conform het bij het bestek behorende model is.
De documenten moeten door de inschrijver of zijn gemachtigde worden ondertekend.
Doorhalingen, overschrijvingen, aanvullingen of wijzigingen, zowel in de offerte als in de bijlagen, die de essentiële voorwaarden van de opdracht zoals prijzen, termijnen, technische specificaties kunnen beïnvloeden, moeten eveneens door de inschrijver of zijn gemachtigde ondertekend worden.
De prijzen worden in de offerte in euro opgegeven tot twee cijfers na de komma.
De offerte wordt als niet bestaande beschouwd wanneer de inschrijver in de samenvattende opmetingsstaat slechts ÈÈn enkele prijs opgeeft voor twee of meer posten.
2. De digitale versie van de samenvattende opmetingsstaat
Het bestuur hecht er de voorkeur aan dat bij de offerte een diskette of CD wordt gevoegd met een digitale versie van de ingevulde samenvattende opmetingsstaat (eenheidsprijzen in cijfers aub), waarvan de opmaak identiek is aan deze van het bestuur.
De aandacht van de inschrijver wordt er op gevestigd dat:
• Een offerte ongeldig is wanneer niet alle originele formulieren behoorlijk ingevuld en ondertekend bij de offerte zijn gevoegd
• Bij betwisting zijn enkel deze originelen rechtsgeldig
Gegevens diskette of CD
Op de diskette of de CD, die bij de offerte wordt gevoegd, wordt duidelijk het voorwerp van de opdracht en het besteknummer vermeld. Onder de kolom ìeenheidsprijzen” worden de bedragen in cijfers ingebracht.
De digitale versie vermeldt zeer duidelijk de (firma)naam van de inschrijver(s), alsmede de coˆrdinaten.
3. Indienen van de offertes
De offerte moet worden geschoven in een definitief gesloten omslag waarop zijn vermeld:
• de datum van de zitting waarop de offertes worden geopend;
• het besteknummer.
Bij inzending over de post, als gewoon of aangetekend stuk, moet die gesloten omslag geschoven worden in een tweede gesloten omslag met de vermelding "offerte". De offerte moet geadresseerd worden aan het college van burgemeester en schepenen, per adres Patrimoniumonderhoud, dienst aanbesteding, Xxxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxxxx.
Iedere offerte moet bij de voorzitter van de zitting vóór de opening van de offertes toekomen
alvorens hij de zitting opent.
Nochtans wordt een offerte die te laat toekomt, in aanmerking genomen voor zover:
1. het bestuur aan de aannemer nog geen kennis heeft gegeven van zijn beslissing,
2. en de offerte ten laatste vier kalenderdagen vóór de dag vastgesteld voor de ontvangst van de offertes bij de post als aangetekende zending is afgegeven.
4. Bij de offerte te voegen bescheiden
(zie hoofdstuk III - technische bepalingen)
De inschrijver is verplicht de in het bestek gevraagde bescheiden (eventueel aangevuld met modellen en monsters) bij zijn offerte te voegen.
5. Taalgebruik
De offerte en de aanvullende bescheiden, o.a. het attest betreffende de R.S.Z. (Rijksdienst voor sociale zekerheid), moeten in het Nederlands zijn gesteld.
AANDACHT: worden als ongeldig beschouwd, de offertes welke niet op de voorgeschreven wijzen worden neergelegd.
Gestanddoeningstermijn
Bij toepassing van artikel 116 blijven de inschrijvers door hun offerte, eventueel verbeterd door het bestuur, gebonden gedurende een termijn van 180 (honderdtachtig) kalenderdagen, ingaand op de dag na de zitting voor de opening van de offertes.
B. ALGEMENE ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN IN TOEPASSING VAN DE ALGEMENE AANNEMINGSVOORWAARDEN VOOR DE OVERHEIDSOPDRACHTEN VOOR AANNEMING VAN WERKEN,
LEVERINGEN EN DIENSTEN (de artikelnummering stemt overeen met deze van de bijlage - houdende vaststelling van de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten - bij het K.B. van 26 september 1996 tot bepalingen van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten)
Art. 1. Controle en toezicht op de uitvoering
Deze aanneming geschiedt voor rekening van de stad Antwerpen. De leiding berust bij de bedrijfseenheid patrimoniumonderhoud, Xxxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxxxx 0.
Art. 3. ß2. Opsomming en draagwijdte van de plannen
De werken worden uitgevoerd volgens het bij dit bestek horende aanbestedingsplan :
1/1 : verplaatsen verharding van betonplaten en leggen nutsleidingen in het kader van tijdelijke huisvesting groendienst.
Art. 4.
ß1. Plannen, documenten en voorwerpen opgemaakt door de aanbestedende overheid.
De aannemer kan de formaliteiten, voorzien in dit artikel, vervullen bij de bedrijfseenheid patrimoniumonderhoud, Desguinlei 33 te 2018 Antwerpen 1, alle dagen van 9 tot 15 uur, zater-, zon- en feestdagen (plaatselijke meegeteld) uitgezonderd.
Art. 5. Borgtocht
ß3. Borgstelling en bewijs van borgstelling
Het bewijs van borgstelling wordt rechtstreeks ingezonden bij de bedrijfseenheid patrimoniumonderhoud, Xxxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxxxx.
Art. 9. Vrijgave van de borgtocht
Bij het beëindigen van de aanneming wordt de borgtocht bij helften vrijgegeven:
• de ene helft na de voorlopige oplevering;
• de andere helft (1 jaar na de voorlopige oplevering), na de definitieve oplevering,
na aftrok van de sommen die de aannemer eventueel aan de aanbestedende overheid verschuldigd is.
Art. 10. ß1. Onderaannemers
Al de personen die in enig stadium als onderaannemer optreden, moeten voldoen aan de voorwaarden tot erkenning in de categorie die overeenkomt met de aard van de hun opgedragen werken, alsmede in de met hun aandeel in de opdracht overeenkomende klasse.
De aannemer blijft in alle gevallen alleen aansprakelijk ten opzichte van het bestuur.
Art. 13. ß1. Prijsherziening
Volgens het typebestek VL100 van 2002, vermeld onder:
1. Herzieningsbepalingen
3)
Aan de parameters worden de volgende overeengekomen vaste contractuele waarden toegekend: a = 0,40 b = 0 c = 0,60.
Voor onderhavige aanneming heeft de herzieningsformule dus de volgende vorm: p = P(0,40 s/S + 0,60).
Voor toepassing van de formule worden de werken geacht te behoren tot de categorie A.
Ten einde de gepaste herziening van lonen en sociale lasten te bedingen zal de aannemer bij het indienen van de eerste vorderingsstaat een attest voegen, uitgereikt door de RSZ en waaruit blijkt dat hij op 30 juni van het jaar, voorafgaand aan de datum der aanbesteding, ofwel minder dan 10, ofwel 10 of meer werknemers had tewerkgesteld (koninklijk besluit nr. 214 van 30/9/1983 - Belgisch staatsblad van 4/10/1983).
Art. 15. ß1. Betaling van de werken
De gedetailleerde staat van de uitgevoerde werken en de verklaring van schuldvordering worden opgesteld na beëindiging van de opdracht.
De gedetailleerde staat van de uitgevoerde werken, de verklaring van schuldvordering en een rechtvaardiging van de uitvoeringstermijn (opgave van verlet- en werkdagen) dienen in drievoud te worden gezonden aan het college van burgemeester en schepenen, stadhuis te 2000 Antwerpen 1.
Na goedkeuring van voornoemde gedetailleerde staat van de uitgevoerde werken zal door het bestuur een factuur worden aangevraagd. De factuur wordt gezonden aan college van burgemeester en schepenen, p/a bedrijfseenheid financiën, Xxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxxxx.
Facturering met BTW - niet belastingplichtige medecontractant.
Op de gedetailleerde staat van de werken, de verklaring van schuldvordering en de factuur worden het nummer van het bestek en de periode tijdens dewelke de werken werden uitgevoerd vermeld.
In de gedetailleerde staat van de werken mogen de hoeveelheden uitgevoerd boven de vermoedelijke hoeveelheden, die voorkomen in de posten volgens prijslijst, begrepen zijn.
Onderhavig bijzonder bestek wijkt uitdrukkelijk af van de bepalingen van artikel 1254 van het Burgerlijk Wetboek inzake de toerekening van de betalingen. Elke betaling zal dan ook bij voorrang toegerekend worden op de hoofdsommen en pas daarna op de intresten.
EINDVEREFFENING
Punt 3J van artikel 15 ß 1 van de bijlage van het koninklijk besluit van 26 september 1996 wordt als volgt aangevuld:
Onder ìeindvereffening” wordt verstaan de laatste betaling van de uitgevoerde werken, als zodanig door de aanbestedende overheid aangegeven, met uitzondering van die werken die tijdens de waarborgtermijn moeten worden uitgevoerd.
Art. 17. Teruggave boeten wegens laattijdige uitvoering
De verzoeken tot teruggave van de toegepaste boeten dienen per aangetekende brief aan het college van burgemeester en schepenen te worden gericht.
De datum van de aantekening bij de post heeft bewijskracht voor de datum van het verzoekschrift.
Art. 18. Rechtskeuze – Bevoegde rechtbanken
Het Belgische recht is toepasselijk.
Ingeval van betwisting zijn uitsluitend de rechtbanken van Antwerpen bevoegd.
Art. 24. Wijze van prijsbepaling
Het contract is een gemengde opdracht, bestaande uit een opdracht tegen een globale prijs ,behalve voor de posten waarvan de hoeveelheid als vermoedelijk is opgegeven en die worden uitgevoerd volgens prijslijst en behalve voor de als voorbehouden som opgegeven posten, welke worden uitgevoerd op grond van werkelijke uitgaven.
Art. 25. ß1. Elementen die in de prijzen zijn begrepen
Inzonderheid werd verwezen naar:
4J De aannemer verwijdert onmiddellijk alle overtollige grond, puin en gruis van de bouwplaats.
Art. 28 ß1. Bevel tot uitvoering en leiding van de werken
Behoudens wanneer onderhavig werk wordt gegund gedurende de winter en de uitvoering tot het gunstige seizoen moet worden uitgesteld, zal de aanvang van het werk worden vastgesteld overeenkomstig de bepalingen vermeld onder 1Ja).
Het werk moet op normale wijze en zonder onderbreking worden voortgezet, geheel voltooid en afgeleverd binnen een termijn van 15 werkdagen.
De aannemer moet het werk uitvoeren tussen 8 en 16 uur; het is hem slechts toegelaten op andere uren te werken na uitdrukkelijke toestemming van het bestuur.
Art. 28 ß2. Gelijktijdig uit te voeren opdrachten
De aannemer moet rekening houden met gelijktijdige opdrachten, namelijk:
• het verplaatsen van betonplaten, graven van sleuf en plaatsen van containers voor huisvesting personeel.
Art. 29 ß1. Onderbreking van de werken
Het bestuur behoudt zich het recht voor de uitvoering van de werken te verbieden gedurende de volledige periode dat zij, naar zijn oordeel, niet zonder bezwaar gedurende die periode kunnen worden uitgevoerd en dit naargelang de vordering van eventueel gelijktijdige uit te voeren werken.
Voordat de aannemer de leidingen en wachtbuizen tot in het technische lokaal kan trekken, moet de leverancier van de containers de containers plaatsen. Dit gebeurt nadat de leidingen gelegd zijn en de verharding geplaatst is, dus op het einde van de uitvoeringsperiode.
Art. 30. Algemene organisatie van de bouwplaats
Schade aan ondergrondse installaties
Is van toepassing op onderhavige aanneming, de omzendbrief met nummer 512-107 van 12/3/1985, met betrekking tot het in toepassing stellen van de Praktische Leidraad ter voorkoming van schade aan ondergrondse installaties tijdens in hun nabijheid uitgevoerde werken en zijn bijlage, zijnde genoemde leidraad, die een integrerend deel uitmaakt van onderhavig bijzonder bestek.
Afsluiten van de bouwplaats
De aannemer treft de nodige maatregelen om de plaatsen waar gewerkt wordt behoorlijk af te sluiten zodat er geen gevaar bestaat voor derden.
ß2. Bestrating
Er mogen geen materialen of afval op de openbare weg worden gehoopt en het verkeer mag slechts minimaal worden belemmerd.
De aannemer moet zich daartoe gedragen overeenkomstig de geldende politieverordeningen. Hij moet zich, wat de uitvoering van het werk zelf betreft, gedragen naar de bevelen van de bevoegde dienst.
Art. 36. Lonen en algemene arbeidsvoorwaarden
Tewerkstellingsparagraaf – sociale clausule
Voor opdrachten waarvan het gunningsbedrag (exclusief BTW) meer dan 22 000 EUR bedraagt zal
“FVB-Bouwpool (Antwerpen)” met de aannemer contact nemen en overleg plegen in welke mate de
huidige opdracht kan bijdragen tot de inschakeling van laaggeschoolde Antwerpse werkzoekenden in het arbeidsproces.
FVB-Bouwpool is de organisatie, die voor de bouwsector Antwerpen de tewerkstellingsinitiatieven coˆrdineert in een samenwerkingsverband met de sociale partners en de Stad Antwerpen, zij is gevestigd p/a Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid, Xxxxxxxx Xxx Xxxxxxxxxxxxxxx 8 bus 4, 2000 Antwerpen – 03/224 78 18.
FVB-Bouwpool Antwerpen neemt contact op met de aannemer in de periode tussen de kennisgeving van de goedkeuring van zijn offerte en de dag die is bepaald voor de aanvang der werken.
De aannemer ontvangt van FVB-Bouwpool een overzicht van de stimuli en de maatregelen die de overheid en in het bijzonder de Stad Antwerpen heeft uitgewerkt voor het verhogen van de tewerkstellingskansen van laaggeschoolde Antwerpse werkzoekenden. Tevens worden hem de kandidaten voorgesteld die op dat ogenblik voldoende traject hebben afgelegd op gebied van opleiding en motivatie om als inzetbaar te kunnen worden beschouwd voor de toegekende opdracht.
Art. 43. ß2. Opleveringen
De aannemer zal alle hem ter beschikking gestelde lokalen, nieuwe of verbouwde gedeelten, doorgangen, enz. in perfecte staat van xxxxxxxx en onderhoud brengen voor de voorlopige oplevering van het werk.
HOOFDSTUK II: WELZIJN OP HET WERK
De stad Antwerpen hecht uiterst veel belang aan de door de aannemer-leverancier getroffen veiligheidsmaatregelen.
De aannemer-leverancier is verantwoordelijk voor de veiligheid van de hem toevertrouwde werken. Hij moet daartoe alle noodzakelijke maatregelen nemen.
De aannemer-leverancier van deze opdracht verbindt er zich toe volgende voorschriften op alle activiteiten en infrastructuur na te leven:
• de vigerende wetten en reglementen inzake veiligheid en hygiëne;
• de aanvullende voorwaarden inzake veiligheid en hygiëne, niet noodzakelijk bij de vigerende wetgeving en reglementering opgelegd maar onontbeerlijk om het objectief van het voorkomingsbeleid te realiseren;
• de aanvullende eisen inzake veiligheid en hygiëne opgelegd door de preventieadviseur.
De aannemer-leverancier legt zijn onderaannemer(s)-leverancier(s) dezelfde voorwaarden op.
De bijzondere aandacht van de aannemer-leverancier wordt gevestigd op de bepalingen van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (B.S. 18 september 1996) en alle latere aanvullingen.
Hierdoor zal het bestuur die aannemer-leverancier weren waarvan het weet dat deze de verplichtingen opgelegd door bovenvermelde wet en zijn uitvoeringsbesluiten ten aanzien van zijn werknemers niet naleeft.
Indien de aannemer-leverancier de verplichtingen inzake het welzijn bij de uitvoering van het werk die eigen zijn aan de inrichting waarin zijn werknemers werken komen uitvoeren niet of gebrekkig naleeft, zal het bestuur ambtshalve en op kosten van de aannemer-leverancier de nodige maatregelen treffen.
De aannemer-leverancier zal de van het bestuur verkregen informatie en passende instructies inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van het werk die eigen zijn aan de inrichting waarin zijn werknemers werkzaamheden komen uitvoeren, aan zijn werknemers alsmede aan zijn eventuele onderaannemer(s)-leveranciers overmaken.
Vóór de aanvang van de werken zal de aannemer de passende schriftelijke verklaring (zie bijlage bij het bestek) behoorlijk ondertekend aan het bestuur overmaken.
Bij de uitvoering van maatregelen inzake het welzijn op het werk dienen de aannemer-leverancier en de leidende ambtenaar samen te werken en hun optreden te coˆrdineren.
De aannemer-leverancier zal zich belasten met de veiligheidsorganisatie van zijn werken en die van zijn onderaannemer(s)-leverancier(s). Hij zal daarom zorgen voor een degelijke coˆrdinatie en toezicht uitoefenen op alle personen die voor zijn rekening meewerken aan de uitvoering van de aannemingsopdracht. Daartoe zal de aannemer-leverancier een verantwoordelijk coˆrdinator aanstellen. Deze moet voldoende bekwaam zijn om de specifieke veiligheidsproblemen, die zich kunnen voordoen, te kunnen oplossen.
Omwille van de coˆrdinatie van de veiligheidsmaatregelen, kunnen op initiatief van de leidende ambtenaar, de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming, of de aannemer-leverancier, in functie van de noodwendigheden, coˆrdinatievergaderingen worden georganiseerd.
De aannemer-leverancier zal het bestuur en de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming de nodige informatie verstrekken over de risico's die eigen zijn aan zijn werken.
Voor zover er niet wordt afgeweken door de bepalingen en voorwaarden van dit bestek, dient men eveneens op te volgen:
• de bepalingen van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming (ARAB);
• de bepalingen van de codex over het welzijn op het werk;
• de bepalingen van het algemeen reglement op de elektrische installaties (AREI);
• het koninklijk besluit van 23 maart 1977 (B.S. 31.03.1977) tot vaststelling van de veiligheidswaarborgen welke bepaalde elektrische machines, apparaten en leidingen moeten bieden en de ministeriële uitvoeringsbesluiten genomen in toepassing van dit koninklijk besluit;
• de voorschriften van de waterleidingsmaatschappij, indien van toepassing op deze aanneming;
• de voorschriften van de gasverdelingsmaatschappij, indien van toepassing op deze aanneming;
• indien het van toepassing is dient de aannemer-leverancier de meldingsplicht inzake veiligheid en hygiëne bij de opening van een bouwplaats na te leven (CAO 14.02.1980 - Koninklijk Besluit van 24 april 1980 - BS, 05.08.1980 - gewijzigd door de CAO 29.03.1984 - BS, 14.07.1984).
Wanneer de bepalingen van het ARAB, de codex over het welzijn op het werk of andere wettelijke en reglementaire bepalingen minder streng zijn dan deze opgenomen in de overige aangehaalde veiligheidsvoorschriften, hebben deze laatste de voorrang.
Bij niet-naleving van de voorschriften kan de leidende ambtenaar de bevoegde technische en/of medische arbeidsinspectie van het ministerie van tewerkstelling en arbeid inschakelen.
HOOFDSTUK III : TECHNISCHE BEPALINGEN
DEEL 1 : BOUWKUNDIGE WERKEN
00 ALGEMENE BIJZONDERE VOORAFGAANDELIJKE BEPALINGEN
00.01 ALGEMENE TECHNISCHE VOORWAARDEN
00.01.10 VOORSCHRIFTEN EN BESCHEIDEN
00.01.11 VERWIJZINGSBESCHEIDEN
Voor zover niet afgeweken wordt door de bepalingen en voorwaarden van dit bestek zijn op deze aanneming eveneens van toepassing :
1) Het typebestek nr. 104 van 1963, met addendum 1 van 1967, addendum 2 van 1969 en addendum 3 van 1973, betreffende aannemingen van bouwkundige werken - "Technische voorschriften" - dat er een integrerend deel van uitmaakt. Dit typebestek is uitgegeven door het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en kan aangevraagd worden op volgend adres: Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Overheidsopdrachten, Gebouwen en Gesubsidieerde Infrastructuur, Graaf de Ferraris-gebouw, Xxxxxx Xxxxxx XX - xxxx 00 xxx xx 0000 Xxxxxxx (tel. 02/000.00.00 - fax. 02/000.00.00).
2) De normbladen NBN die betrekking hebben op materialen en werken van toepassing in deze aanneming en die in dit bestek vermeld worden. Deze normen zijn te verkrijgen bij het Belgisch Instituut voor Normalisatie, Xxxxxxxxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxx.
Postrekening : 000-0000000-00.
3) De van toepassing zijnde Afleveringen van de technische voorschriften, uitgegeven door het Ministerie van Openbare Werken die in dit bestek vermeld worden.
4) De voorschriften van de waterleidingmaatschappij A.W.W..
5) De technische voorlichtingen van het W.T.C.B. die betrekking hebben op materialen en werken van toepassing in deze aanneming die in dit bestek vermeld worden.
00.01.12 VOORSCHRIFTEN BETREFFENDE DE MATERIALEN (VOLGENS INDEX
00.3).
De materialen zijn nieuw en beantwoorden aan de technische voorschriften van de afleveringen en normen. Behoudens andersluidende voorschriften in het bestek moet de aannemer instaan voor de levering van de bouwmaterialen, het afladen ervan en het opslaan op de bouwplaats.
Monsters
Waar uitdrukkelijk in lastenboek vermeld zal de aannemer bij zijn inschrijving vermelden van welke herkomst en kwaliteit de door hem te gebruiken materialen zijn. Later zal, op verzoek van het bestuur, een monster dienen afgegeven te worden.
Keuring van materialen
De tot de aflevering toegelaten materialen, zullen derwijze op de bouwwerf gestapeld worden, dat hun afmetingen, hoedanigheid en hoeveelheden gemakkelijk kunnen nagegaan worden. De materialen zullen tijdig aangevoerd worden zodat de keuringsproeven voor het verwerken kunnen gedaan worden.
De aannemer is ertoe gehouden de leidende ambtenaar te verwittigen dat aangevoerde materialen afleveringsklaar zijn en zullen gekeurd worden voor het plaatsen.
Aanleg reserve-stock van materialen
Van bepaalde, verderop in dit bestek vermelde materialen (zoals paramentstenen, betonblokken, vloer- en muurbekledingen, valse plafonds e.d.) zal de aannemer een reserve-stock leveren. Te leveren op later aan te duiden plaatsen. Per materiaal zal de hoeveelheid van de reservestock in dit bestek bepaald worden.
00.01.13 AFGEKEURDE WERKEN EN MATERIALEN
De werken welke niet worden uitgevoerd volgens de regels van de bouwtechniek of niet overeenstemmen met de lasten en voorwaarden van de aanneming, deze die afwijken van de aanduidingen van de plannen alsook de materialen die werden verwerkt en die de vereiste vormen, afmetingen en hoedanigheden missen, zijn door de aannemer te verwijderen of af te breken en vervolgens te herbouwen of te herplaatsen.
Indien de aannemer geen gevolg hieraan geeft, heeft het werkbestuur het recht de werken stil te leggen. De kosten van de uitvoering, van ingebrekestelling en van vaststelling zijn ten laste van de aannemer.
00.01.14 VERANTWOORDELIJKHEID
De aannemer is verantwoordelijk voor alle schade welke hij rechtstreeks of onrechtstreeks zou toebrengen gedurende de uitvoering van zijn werken.
Hij zal op zijn kosten en gevaar dadelijk alle herstellingswerken uitvoeren en alle ongevallen vergoeden welke gedurende de uitvoering van zijn werken zouden voorkomen.
Hij zal zich gedragen naar de algemene plaatselijke gebruiken en naar de politie- en gemeentereglementen. De toestand van de bouwplaats dient door de aannemer te worden genomen zoals hij zich voordoet en deze toestand mag voor hem geen aanleiding vormen tot latere gebeurlijke klachten of vergoedingen.
De inschrijver wordt geacht zich ter plaatse overtuigd te hebben van de omvang, de uitgestrektheid en de aard van de uit te voeren werken.
Hij verstaat zich met de gebuureigenaars en regelt alle betwistingen, geschillen, schade of andere vorderingen van dezen.
De aannemer blijft verantwoordelijk voor alle materiaal en materiëlen, voor uitvoering van de
werken ter plaatse gebracht en veilig opgesteld.
Eventuele schade door de aannemer toegebracht aan het openbaar domein of aan de eigendom zal door hemzelf of op zijn kosten hersteld worden.
Vanaf de voorlopige oplevering is de aannemer aansprakelijk voor de stevigheid van de werken en voor de goede uitvoering van de werkzaamheden, overeenkomstig de artikelen 1972 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek.
00.01.15 VEILIGHEID
00.01.15B VEILIGHEID VOLGENS PLAN IN BIJLAGE GP
volgnr. 1
Zie bijlage: veiligheids- en gezondheidsplan
Overeenkomstig het koninklijk besluit van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke en mobiele werkplaatsen vindt de aannemer in bijlage van dit bestek de bepalingen en specificaties van de 'veiligheidscoˆrdinator ontwerp' die van toepassing zijn op dit project terug. Door de stad Antwerpen zal een 'veiligheidscoˆrdinator verwezenlijking' aangeduid worden die instaat voor de coˆrdinatie inzake veiligheid en gezondheid tijdens de verwezenlijking van de bouwwerken.
Deze zal regelmatig de voorgeschreven vergaderingen bijeenroepen, de nodige formaliteiten verrichten en bij het einde van de werken de voorgeschreven documenten opmaken.
De aannemer zal zijn volle medewerking verlenen en handelen volgens de richtlijnen van de veiligheidscoˆrdinator verwezenlijking.
00.02 UITVOERING VAN DE WERKEN
00.02.10 BESCHRIJVING VAN DE WERKEN
00.02.11 UIT TE VOEREN WERKEN
Deze aanneming omvat in grote lijnen volgende uitvoeringen :
1) Het verplaatsen van bestaande verharding van betonplaten naar de zone achter het Rode Kruis (zie plan).
2) Het tijdelijk wegnemen van een rij betonplaten op de toegangsweg.
3) Het graven van een leidingensleuf (zie plannen).
4) Het leveren en plaatsen leidingen:
- elektriciteitsleiding
- rioleringsbuizen volgens gescheiden stelsel
- wachtbuis voor water
- wachtbuizen voor data en telefonie.
De wachtbuizen en leidingen voor elektriciteit en data dienen aan beide uiteinden boven het maaiveld uit te komen en voldoende restlengte te hebben voor aansluiting langs weerszijden.
In de container dienen alle aansluitingen door de leverancier van de containers in het technisch lokaal te kunnen gebeuren.
Kant container: elektriciteitsleidingen en wachtbuizen voor water, data en telefonie worden tot in technisch lokaal in de container getrokken. De aansluitingen op het rioleringsstelsel (RWA en DWA) worden door de aannemer bovengronds voorzien aan de achterzijde van de container op maximale afstand 0,5m van de achtergevel.
Kant straat: elektriciteitsleidingen en wachtbuizen data en telefonie hebben bovengronds minimum een lengte van 5 m en worden opgerold rond een houten paaltje naast de toegangsweg op het terrein. Deze leidingen mogen de toegang tot het terrein niet belemmeren. De wachtbuis voor water en de rioleringsbuizen worden ondergronds voorzien tot aan de rooilijn zodat de nutsmaatschappij langs de andere zijde van de rooilijn hierop kan aansluiten.
Slechts na controle door leidend ambtenaar kan worden overgegaan tot het dichtmaken van de sleuven en het terug plaatsen van betonplaten op de leidingensleuf.
De aannemer dient zich te informeren bij de nutsmaatschappijen en de gemeente naar de geldende uitvoeringsvoorschriften en reglementeringen inzake dieptes van de leidingen, onderlinge afstanden tussen de leidingen, de stralen van de bochten van de wachtbuizen etc.
Aandacht:
Tijdens uitvoering van bovenstaande werken dient de aannemer rekening te houden met het feit dat de leverancier van de bureelcontainers de containers komt plaatsen.
Pas daarna kan de aannemer de nutsleidingen binnenbrengen in het technisch lokaal.
De leverancier van de containers zal de afvoerleidingen aansluiten op bovengrondse aansluitpunten voor de hemelwaterput, de septische put en de toezichtsput aan de achterzijde van de container.
De nutsmaatschappijen zullen in laatste instantie ter hoogte van de straat aansluitingen voor water, riolering, elektriciteit en data voorzien.
Water en elektriciteit worden in de container door de nutsmaatschappijen aangesloten op een teller. De teller wordt geplaatst in het technisch lokaal van de container.
Deze aanneming omvat eveneens:
Het plaatsen van een septische put, een hemelwaterput en een toezichtsput. Het koppelen van de 2 rioleringsbuizen ter hoogte van de rooilijn.
In deze aanneming zijn volgende werken NIET inbegrepen:
Aansluiting van de nutsleidingen ter hoogte van de rooilijn. Dit wordt gedaan door de nutsmaatschappijen in opdracht van het bestuur.
00.02.12 MATEN EN PEILEN
De werken worden aangezet volgens de maten aangeduid op de aanbestedings- of detailtekeningen. Ze zullen door de aannemer worden nagezien. Ingeval er een missing in voorkomt, zal hij dadelijk het bestuur hiervan verwittigen alvorens verder te gaan.
Bij verwaarlozing hiervan is elke schade of verbouwing te zijnen laste. Referentiepunt :
- Het laagste peil van de verharding is het peil van de bestaande toegangsweg die worddt behouden. De verharding volgt een helling van 2 % (zie plannen).
Vooraleer de werken aan te vatten plaatst de aannemer voldoende piketten, paslatten, afbakeningen, enz. om de werken juist uit te zetten. Hij stelt zijn persoon, zijn werklieden en zijn materiaal ten dienste van het bestuur.
De aannemer blijft verantwoordelijk voor het juist uitzetten van de bouwwerken.
00.02.20 ORGANISATIE VAN DE WERKEN
00.02.21 VERLOOP VAN DE WERKEN
1. De aanneming dient uitgevoerd volgens de regels van het vak, door bekwame vaklui, met de aard van het werk bekend. Alle schade van gelijk welke aard, toegebracht aan het gebouw of zijn inboedel, en veroorzaakt door of tijdens de uitvoering van de werken of leveringen, zal onmiddellijk door de zorgen van de aannemer en geheel op zijn kosten hersteld of vergoed worden.
2. In deze aanneming zijn alle middelen van uitvoering en werken begrepen, ook zij die niet beschreven zijn, doch nodig worden geoordeeld voor een degelijke uitvoering, zonder dat de aannemer van de opdrachtgever enige vergoeding kan eisen.
3. Het is het bestuur toegelaten alle middelen aan te wenden om het verloop van de aanneming te volgen en te controleren.
4. Het bestuur behoudt zich het recht voor om, zonder tussenkomst van de aannemer, op het tijdstip zoals het dit zal beslissen, andere voltooiingwerken in het gebouw te laten uitvoeren die niet in deze aanneming begrepen zijn.
5. De onderaannemers zullen de vordering der werken regelmatig volgen om op de gepaste ogenblikken hun medewerking te kunnen verlenen om zonder tijdverlies de gehele aanneming te kunnen afwerken.
6. Het doorbreken van muren en platen, de verschillende herstellingen na het openkappen en het laten dichtwerken van de sleuven en dergelijke, van elektriciteits- en verwarmingswerken en die niet uitdrukkelijk in het typebestek vermeld zijn, zijn niet ten laste van de aannemer.
7. De aannemer dient de werkzaamheden te staken indien er omstandigheden optreden die de stabiliteit van het gebouw of de aangebrachte werkvoorzieningen in gevaar zou kunnen brengen. (Wij denken onder meer aan hoge windsnelheden +60km/u)
8. Indien de aannemer werken uitvoert met open vlam dient hij de nodige blusmiddelen te voorzien.
9. De aannemer voorziet de nodige collectieve (e.g. valbeveiliging, Ö) en individuele maatregelen om de veiligheid van zijn werknemers en derde te vrijwaren. Hij ziet tevens streng toe op de draagplicht van de nodige PBMís (persoonlijke beschermingsmiddelen)
00.02.22 CO÷RDINATIE DER WERKEN
De aannemer is ertoe gehouden een planning der werken op te stellen. Deze planning dient bij de aanvang der werken aan de ontwerper voorgelegd, welke wijzigingen kan bevelen.
De hoofdaannemer zal de werken voortzetten volgens het door hem opgemaakte schema waarover de leidende ambtenaar zijn goedkeuring gegeven heeft.
Hij zal ervoor zorgen dat tijdens de uitvoering der werken de werking van de Stads welke in het gebouw gevestigd is, niet in het gedrang komt of zo weinig mogelijk gehinderd wordt. Hij zal zich daartoe, na overleg, steeds schikken naar de voorstellen van het bestuur inzake de volgorde der uit te voeren werken zonder dat hij beroep kan doen op enige vergoeding.
Wanneer een aannemer niet aan zijn verplichtingen voldoet aan de gemaakte afspraken aangaande de planning en de hinder van personen in het gebouw, behoudt het bestuur zich het recht voor deze te schorsen zonder dat de aannemer recht heeft op een vergoeding.
Wanneer een aannemer van een der bijkomende bouwvakken niet aan zijn verplichtingen voldoet met in het bijzonder het regelmatig voortzetten der werken, behoudt het werkbestuur zich het recht voor om die bepaalde werken door een andere aannemer te laten uitvoeren.
De aannemer zal overleg plegen met andere aannemers om een vlot verloop van de werken mogelijk te maken. Hij zal hen en het werkbestuur tijdig waarschuwen wanneer hun tussenkomst gewenst is.
In ieder geval blijft de hoofdaannemer verantwoordelijk voor de goede coˆrdinatie op de werf. Hij zal de nodige initiatieven en preventieve maatregelen treffen (o.a. tijdig voorleggen van de nodige technische documentatie van de materialen die hij wenst te gebruiken, zowel voor de hoofd- als voor zijn diverse onderaannemingen). Hij zal de werf in functie van de door het bestuur gegeven richtlijnen en/of bevelen, op een zo rationeel mogelijke manier organiseren. De aannemer is verantwoordelijk voor elke verstoring van een werf wanneer blijkt dat hij verzuimt de gepaste initiatieven te treffen in functie van de gekende en bijgekomen lastvoorwaarden.
00.02.23 SAMENWERKING MET INSTALLATEURS
De aannemer zal zich tijdig in verbinding stellen met de betrokken installateurs van de inrichtingen die niet in zijn aanneming begrepen zijn, ten einde alle nodige schikkingen te treffen betreffende openingen, vasthechtingen, enz. welke door hem in de constructie dienen te worden gemaakt. Hij zal alle nodige maatregelen treffen om deze ondernemingen in de gelegenheid te stellen de voorbereidende werken, metingen en aanduidingen uit te voeren en stelt hiervoor, mits overeenkomst, zijn materiaal ter beschikking (stellingen, hijstoestellen enz.). Alle werken die voortspruiten uit het verzuim van de aannemer om tijdig de nodige inlichtingen in te winnen, zijn voor zijn rekening.
Het bestuur behoudt zich het recht voor, in samenspraak met de aannemer, op het tijdstip zoals het dit zal beslissen, de geleidingen voor de verlichting, installaties voor centrale verwarming te doen plaatsen en alle andere voltooiingwerken in het gebouw te doen uitvoeren. De aannemer is verantwoordelijk voor de beschadigingen welke hij daaraan door de uitvoering van zijn werken zal veroorzaken. De aannemer zal de werklieden met deze werken belast, niet mogen hinderen en hij moet zich gedragen naar de bevelen van het bestuur.
De hoofdaannemer van de in dit bestek beschreven werken zal er voor zorgen dat een volmaakte coˆrdinatie wordt verzekerd tussen zijn arbeiders en de andere op de werf werkzame arbeiders. In geval van geschil zal de leidende architect onwederroepelijk beslissen.
00.02.24 VONDSTEN
Alle vondsten van enig belang die tijdens de graaf- en slopingswerken gedaan worden, worden op staande voet ter kennis gebracht van het opdrachtgevend bestuur.
De voorwerpen van deze vondsten worden ter hunner beschikking gehouden en blijven eigendom van het opdrachtgevend bestuur
Indien architecturale onderdelen, beeldhouwwerken, lijstwerken of andere elementen teruggevonden worden welke aanduidingen kunnen verstrekken over de geschiedenis of de restauratie van het monument (onderdelen teruggevonden onder de grondin metselwerk of elders) wordt het opdrachtgevend Bestuur er onmiddellijk van verwittigd. Geen ontdekte onderdelen zoals funderingsmuren, kelders grafkelders, enzÖmogen afgebroken of opnieuw afgedekt worden zonder voorafgaande toelating van het opdrachtgevend Bestuur.
00.03 OFFERTE-AANVRAAG
00.03.10 ALGEMENE RICHTLIJNEN
1) De aanbestedingsplannen worden ten titel van inlichting verstrekt, wat betreft de in art. 00.01.11 beschreven normen en voorschriften. De plannen van de inschrijvers worden geacht conform te zijn aan deze voorschriften.
2) Na de aanbesteding zal de voorgestelde bieding ter advies aan de verschillende instanties voorgelegd worden; onder andere aan de Brandweer, wat betreft de keuze van de materialen
i.v.m. brandweerstand enz.
3) Voor de gunning zullen de nodige aanpassingen door de aannemer verricht worden en dit zonder bijkomende vergoedingen.
4) Attesten, vooral inzake brandweerstand van materialen, zullen na de uitvoering voorgelegd worden.
5) De uit te voeren werken worden opgevat volgens de algemene richtlijnen van de hierbij horende plannen. Deze indeling dient gerespecteerd te worden. De juiste afmetingen van de bouwelementen kunnen evenwel aangepast worden aan het door de aannemer voorgestelde bouwsysteem of constructiesysteem. Onderhavig hoofdstuk omvat de algemene bepalingen en de criteria inzake kwaliteit waaraan de verschillende constructie-elementen van het gebouw moeten verantwoorden en de bijzondere technische voorwaarden betreffende de materialen waarvan het gebruik door het bestuur is toegelaten en mogelijk is in dit voorgestelde gebouw. Het is de inschrijver toegelaten andere materialen en constructie-elementen voor te stellen op voorwaarde dat deze ten minste aan de voorschriften beantwoorden die van toepassing zijn op de constructie-elementen die in onderhavig bijzonder bestek voorkomen
Iedere door de aannemer voorgestelde afwijking zal aan het bestuur voorgelegd worden. De aannemer wordt geacht te werken volgens eigen opvatting en verantwoordelijkheid. In dit verband is het hem toegestaan voorstellen in te dienen welke verbetering in vorm en uitvoering vertegenwoordigen.
00.04 TE OVERHANDIGEN DOCUMENTEN
00.04.10 DOCUMENTEN
Alle plannen, documenten en studies zijn door bekwame en verantwoordelijke personen opgesteld en ondertekend. De erelonen (ook voor eventuele meerwerken), alsmede alle andere studiekosten zijn in de eenheidsprijzen van materialen en werken te begrijpen.
Volgende aanwijzingen dienen op de plannen voor te komen :
1. de benaming van de aanneming met volledig adres, naam en voornamen en handtekening van de inschrijver alsmede het telefoonnummer;
2. naam en adres van de burgerlijke ingenieur voor de plans die hem aanbelangen en zijn handtekening;
3. het nr. van het dossier eigen aan de firma, het nr. van het plan;
4. aard van het plan, schaal, datum.
Volgende documenten zijn zeker te leveren :
1. De inschrijver moet verplicht, op straf van nietigverklaring van zijn offerte, een gedetailleerde opmeting met eenheidsprijzen en totalen, voegen bij zijn inschrijving. Gebeurlijk aangevuld met de bijzondere posten van het voorgesteld constructie-systeem.
Deze opmetingen zijn voldoende gedetailleerd en bevatten geen forfaitaire prijzen welke niet verrechtvaardigd zijn.
De aanbesteder kan zich niet beroepen op vergetelheden die zich voorgedaan hebben bij het opstellen
an zijn offerte.
2. Een omstandige, verklarende nota, waaruit duidelijk blijkt welke constructiemiddelen worden gebruikt, alsmede de bijzonderheden der voorgestelde oplossing, de voordelen die zij biedt en gebeurlijk de referenties der soortgelijke werken die reeds uitgevoerd werden, indien het de toepassing betreft van een nieuwe constructiewijze, alsmede het vervaardigings- en montageprogramma.
3. De algemene plans en de plans van alle gevels en doorsneden.
De algemene plans laten niet alleen een beoordeling toe, maar moeten ook toelaten na te gaan of de voorschriften van het bijzonder bestek gevolgd werden :
Dit geldt vooral maar niet uitsluitend voor : de funderingen
de verharding
de leidingensleuf
00.04.11 VOOR DE AANVANG DER WERKEN
Wanneer, na de inschrijving, het bestuur zijn principe-akkoord heeft betuigd met de ingediende documenten en het werk aan de aannemer heeft gegund, zullen, en dit op straffe van nietigverklaring van de offerte, aan het werkbestuur de hieronder vermelde documenten betekend worden :
- Uitvoeringsplannen
- uitvoeringsplannen van fundering, riolering, sanitaire leidingen, twee dwarsdoorsneden en extra twee langsdoorsneden op schaal 1/5O;
- detailplannen van belangrijke bouwonderdelen
- schema's van water- en elektriciteitsleidingen, riolerings- en verluchtingssystemen;
- de omboorde contre-clichÈs van de plannen en alle voornoemde documenten (t.t.z. xxxxxxxxxxxx,
prijsborderellen, berekeningsnota's).
- CE attesten van alle te leveren toestellen met inbegrip van een volledig technisch dossier waarin de van toepassing zijnde normen zijn opgenomen.
Richtlijnen aangaande de digitale tekeningen
Tekeningen worden geleverd in DWG formaat.
- Bij de tekeningen, worden ook de verwijzingen (attachments, X-refs, afbeeldingen, enz), fonts, niet standaard lijntypes, plotinstellingen enz. meegeleverd door bv. gebruik te maken van
- “e-transmit”, (pack and go voor oudere AutoCAD versies).
- tekeningen worden gemaakt op schaal 1/1, De standaard tekeneenheid is mm of cm.
- Verschaalde tekeningen in het model worden niet aanvaard.
- Printvoorbereidingen en verschalingen worden aangemaakt in de “Lay-out” met een duidelijke
en herkenbare naamgeving. Overbodige lay-outs worden verwijderd.
- Lay-outs mogen ontdaan zijn van logoís en kenmerken van het bedrijf of bureau die ze heeft
opgemaakt of die de opdracht heeft gegeven.
- De gebruikte CAD-lagen (layers) zijn bij voorkeur gebaseerd op de BB/SFB codering. Indien anders worden herkenbare laagnamen gebruikt en een verklarende tabel bijgevoegd
- Alle digitale tekeningen die niet in autocad gemaakt werden worden ook in PDF formaat aangeleverd met het oorspronkelijke papierformaat (zoals ze werden afgedrukt).
- Bij vragen over de technische hoedanigheden van de aan te leveren tekeningen kan men contact nemen met Xxxxxxx Xxxxxxxxxxx tel 03/000 00 00.
Richtlijnen aangaande de digitale documenten
Met uitzondering van de tekeningen worden alle digitale documenten aangeleverd in een PDF formaat bij voorkeur op formaat A4. Alle documenten die overhandigd worden in papieren versie dienen ook digitaal aangeleverd te worden.
Meetcode
De kosten eigen aan deze post worden verdeeld over het geheel van de aanneming
00.04.12 AS BUILT DOSSIERS
Algemeen
Het as built dossier wordt als volgt aangeboden:
- Drie exemplaren van alle papieren documenten,
- ÈÈn exemplaar van de transparanten
- ÈÈn exemplaar van de CD rom of DVD rom voor de digitale documenten.
Elk exemplaar van het as-built dossier wordt opgeborgen in ÈÈn of meerdere gekartonneerde kaften waarvan het model door de leidende ambtenaar is aangenomen. Op de voorzijde van de kaften worden volgende vermeldingen aangebracht:
- Het besteknummer,
- het voorwerp van de opdracht,
- datum aanvang en voltooiing van de werken
- de leidinggevende ambtenaar,
- de namen en de contactgegevens van de hoofdaannemer en de werfverantwoordelijke(n),
Cd romís en /of DVD romís worden opgeborgen in een stevige verpakking zoals een hoesje of een doosje die beschadiging van de datalaag moet voorkomen. Op de voorzijde van de verpakking worden dezelfde bovenvermelde gegevens aangebracht. Op de binnenzijde van de verpakking word
de inhoudsopgave van elke dataschijf aangebracht. Op de dataschijf zelf wordt minstens de projectnaam, het besteknummer en een verwijzing naar de verpakking vermeld zodat schijfjes steeds aan de juiste doosje of hoesje kan gelinkt worden.
Meerdere schijfjes worden genummerd met vermelding van het totaal aantal schijfjes. Bv.: 1/4.
De transparanten wordt in ÈÈn of verscheidene gesloten rollen geleverd, die zo stevig zijn en zulke afmetingen bezitten dat elke beschadiging van transparanten vermeden wordt.
De aannemer moet bij voltooiing van de werken en ten laatste op de dag van de voorlopige oplevering, volledige as - built dossiers indienen.
Inhoud
10. Algemeen
− Alle berekeningsnotaís
− Een lijst van de onderaannemers met alle contactgegevens aangevuld met een lijst van artikelnummers welke door deze onderaannemer werden uitgevoerd.
− De Nederlandstalige gebruikshandleidingen van alle bedieningscentrales, borden, toestellen en systemen
− Onderhoudschemaís
− In voorkomend geval, de attesten van fabrikanten, leveranciers of onderaannemers van bepaalde in het bestek voorziene systemen, waaruit blijkt dat de geplaatste systemen voldoen aan de door de fabrikanten, leveranciers of onderaannemers opgestelde installatievoorschriften.
11. Bouwkundig
− Rioleringsplannen met vermelding van de niveaus ten opzichte van een referentie pas.
− De technische fiches, en hun voorbladen ter goedkeuring
12. Elektriciteit
- De reproducties van de as-built tekeningen (ÈÈndraadschemaís, situatietekeningen,
blokschemaís, e.d.)
- De Nederlandstalige gebruikers handleidingen van alle bedieningscentrales, borden, toestellen en systemen
- De technische fiches
- Het attest van fabrikanten, leveranciers of onderaannemers van de in het bestek voorziene systemen, waaruit blijkt dat de door de aannemer geplaatste systemen voldoen aan de door de fabrikanten, leveranciers of onderaannemers opgestelde installatievoorwaarden.
12. Andere technische installaties
− De CE attesten van alle toestellen die vallen onder een CE keuring.
− De technische fiches, en hun voorbladen ter goedkeuring
Deze opsomming is niet limitatief en kan op vraag van de leidinggevende ambtenaar uitgebreid worden.
Richtlijnen aangaande de digitale tekeningen
Tekeningen worden geleverd in DWG formaat.
- Bij de tekeningen, worden ook de verwijzingen (attachments, X-refs, afbeeldingen, enz), fonts, niet standaard lijntypes, plotinstellingen enz. meegeleverd door bv. gebruik te maken van
- “e-transmit”, (pack and go voor oudere AutoCAD versies).
- Tekeningen worden gemaakt op schaal 1/1, De standaard tekeneenheid is mm of cm.
- Verschaalde tekeningen in het model worden niet aanvaard.
- Printvoorbereidingen en verschalingen worden aangemaakt in de “Lay-out” met een duidelijke
en herkenbare naamgeving. Overbodige lay-outs worden verwijderd.
- De gebruikte CAD-lagen (layers) zijn bij voorkeur gebaseerd op de BB/SFB codering. Indien anders worden herkenbare laagnamen gebruikt en een verklarende tabel bijgevoegd
- Alle digitale tekeningen die niet in autocad gemaakt werden worden ook in PDF formaat aangeleverd met het oorspronkelijke papierformaat (zoals ze werden afgedrukt).
- Bij vragen over de technische hoedanigheden van de aan te leveren tekeningen kan men contact nemen met Xxxxxxx Xxxxxxxxxxx tel 03/000 00 00.
Richtlijnen aangaande de digitale documenten
Met uitzondering van de tekeningen worden alle digitale documenten aangeleverd in een PDF formaat bij voorkeur op formaat A4. Alle documenten die overhandigd worden in papieren versie dienen ook digitaal aangeleverd te worden.
Meetcode
De kosten eigen aan deze post worden verdeeld over het geheel van de aanneming
01. VOORAFGAANDE WERKEN
01.01. INRICHTEN VAN DE BOUWPLAATS
Een afsluiting zal ten allen tijde de toegang tot de werf of delen van het gebouw waaraan gewerkt wordt en de openbare veiligheid in het gedrang kan worden gesteld beletten aan personen welke niet bij het werk betrokken zijn.
De toegang tot het gebouw zal evenwel te allen tijde mogelijk blijven.
Maatregelen zullen worden getroffen om vallende stukken of materiaal op te vangen, zowel op de openbare weg als binnen de werf.
De aannemer zorgt ervoor dat het gebouw te allen tijde beschermd is tegen wind, water en kou. Hij voorziet tijdens de duur der werken de nodige afsluitingen. Materiaal en opbouw ter goedkeuring voor te leggen.
De afsluitingen zullen op de beste wijze worden geplaatst, zonder inmenging van het Bestuur. Deze werken worden als geheel in de bevoegdheid en vakkennis vallend van de aannemer, welke beschouwd wordt als werkende volgens eigen opvatting en verantwoordelijkheid en overeenkomstig de bepalingen van titel III van hoofdstuk II van het A.R.A.B. en met inachtneming der plaatselijke bouwreglementen en politieverordeningen van kracht geworden d.d. 31.05.1986 en van toepassing op deze aanneming.
De schuttingen zullen zuiver zijn, eenvormig van opbouw en kleuren en zullen op generlei wijze het stadsbeeld schaden. Tevens worden ze geacht te zijn behandeld met antigraffiti product en voldoende stevig om te weerstaan aan rukwinden. Besmeuringen, aangebracht door eigen werklieden of derden zullen op verzoek van het bestuur worden verwijderd door de zorgen en voor rekening van de aannemer en dit telkenmale het nodig wordt geacht.
Schutseltaks zal niet gerekend worden.
Voor signalisatie, het verkrijgen van parkeermogelijkheid voor dienstwagens en zo meer, zal de aannemer zelf instaan en zich hiervoor in verbinding stellen met de stedelijke politie, afdeling verkeer.
Meetcode
Kosten te verdelen over het geheel van de posten waarop ze betrekking hebben en dit in evenredigheid met de belangrijkheid van de verschillende posten
01.01.40 PLAATSBESCHRIJVING GP
volgnr. 2
Algemeen
Opmaken van een "Tegensprekelijke staat":
De werken kunnen slechts worden aangevat nadat de aannemer door zijn toedoen een tegensprekelijke staat heeft laten opmaken betreffende de toestand der plaatsen waar de werken moeten worden uitgevoerd.
De staat dient opgemaakt te worden door een erkend deskundige.
De aannemer zal de afgevaardigde van het bestuur, belast met het toezicht, ten minste drie dagen vooraf op de hoogte stellen van de datum en het uur van het opstellen van deze tegensprekelijke staat.
Deze staat wordt door alle betrokken partijen ondertekend. De afgevaardigde van het bestuur zal tekenen "voor gezien". EÈn exemplaar van deze staat zal aan het bestuur worden overgemaakt. Alvorens te beginnen met de eigenlijke werken zal de aannemer de passende pleegvormen in acht nemen en zich met de betrokken personen verstaan met betrekking tot de maatregelen en voorzorgen die kunnen genomen worden om schade te voorkomen.
Indien er, als gevolg van wat voorafgaat, geschillen of moeilijkheden ontstaan, dan zal de aannemer deze eerst oplossen alvorens tot de uitvoering der werken over te gaan. Alle hieruit voortvloeiende kosten zijn voor rekening van de aannemer.
De hieronder opgegeven omvang der plaatsbeschrijvingen is niet limitatief. De aannemer bepaalt zelfstandig en onder volle eigen verantwoordelijkheid de omvang der invloedssferen voor mogelijke schade zowel binnen als buiten de gebouwen en zal in functie hiervan de plaatsbeschrijvingen laten opmaken.
Toepassing
Toegangsweg, openbaar domein ter hoogte van toegang, afsluiting met omliggende percelen.
Meetcode
steeds in dubbel, voor eensluidend verklaarde afschriften
01.01.50 BOUWWERF
01.01.51 BOUWWERF - INRICHTING GP
volgnr. 3
Algemeen
Het inrichten van de bouwwerf, ook in verband met de veiligheid, geschiedt overeenkomstig de voorschriften van art. 30 "Algemene maatregelen" van het typebestek VL 100.
De aannemer zal met de leidende ambtenaar de hem nodige werf, opslagplaatsen en loodsen bespreken en ter plaatse afpalen. Hij zal er steeds voor zorgen dat zijn werklieden tijdens de uitvoering van de werken op de werf blijven en dat alle aanvoer en opstapelen van materialen daarop zal geschieden. Hij zal gedurende de werken alle toegang tot de werf op goed zichtbare wijze ontzeggen aan vreemden.
De aannemer moet zijn werklieden lokalen ter beschikking stellen waar ze kunnen schuilen, hun kleren opbergen, zich verzorgen en schaften.
De lokalen moeten in overeenstemming zijn met de voorschriften van het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming.
Het staat de aannemer vrij vaste werfketen en/of standplaats met mobiele werfkeet op te richten op een vooraf door het bestuur goedgekeurde plaats. Indien de keet zal geplaatst worden op de openbare weg zal de aannemer zelf instaan en zich hiervoor in orde stellen.
De nodige aandacht zal besteed worden aan het dragen van gepaste werk- en beschermkledij. De privaten en lavaboís in het bestaande gebouw mogen gebruikt worden.
In het bestaand gebouw zal een plaats ter beschikking gesteld worden waar een lokaal kan worden opgericht dat kan fungeren als vergaderzaal/werflokaal.
De inrichting van de lokalen blijft ten laste van de aannemer en zal geschieden overeenkomstig de voorschriften van art. 30 algemene maatregelen van het typebestek VL 100.
Het werflokaal zal minimaal uitgerust zijn met: vergadertafel;
de nodige stoelen; klein kantoormaterieel;
kast met slot en sleutel (0.90 x 1.80 x 0.50) met 4 legplanken. In het lokaal zullen steeds aanwezig zijn:
bestek + plannen;
werfverslagen en alle bijbehorende documenten; de nodige meettoestellen;
veiligheidshelmen;
aan de wanden zullen steeds alle tekeningen opgehangen worden en blijven.
Het ter beschikking gesteld sanitair, lokalen en toegangswegen zullen steeds behoorlijk onderhouden blijven door de zorgen van de aannemer. Gedurende de periode van in gebruik name is de aannemer verantwoordelijk voor alle schade teweeggebracht ingevolge wangebruik. Alle aangebrachte schade zal op zijn kosten worden hersteld, hetzij door hemzelf, hetzij door het Bestuur. In dit laatste geval zullen de kosten, onder voorbehoud van alle rechten bij eindafrekening worden afgehouden.
Meetcode
Inclusief plaatsing, verwijdering, en alle toebehoren. De verlenging van de uitvoeringstermijn geeft geen aanleiding om deze prijs te herrekenen.
01.01.54 VERSCHILLENDE AANSLUITINGEN
Algemeen
Voorlopige aansluitingen
De aannemer kan gebruik maken van stroom en water op de bestaande aansluiting in het bestaande gebouw van de groendienst.
Voor deze aansluiting moet de aannemer contact opnemen met de afdeling "Elektriciteit" van de bedrijfseenheid ëPatrimoniumonderhoudí - Dhr. Xxxxx Xxx Xxxxx 03/ 330 30 60.
Bij gebruik van zware boor-, slijp- of andere machines op het gewone net dient eerst contact genomen met hogervermelde afdeling.
Meetcode
Kosten te verdelen over het geheel van de posten waarop ze betrekking hebben en dit in evenredigheid met de belangrijkheid van de verschillende posten
01.01.70 BOUWPLAATS EN OMGEVING
01.01.71 PLAATSELIJKE TOESTAND VAN DE BOUWPLAATS
Algemeen
Toestand en bereikbaarheid van het bouwterrein:
Door het feit dat hij zijn aanbod indient, erkent de aannemer dat hij ter plaatse geweest is en volledig op de hoogte is van de volledige omvang der werken of levering, van de ligging, van de staat en de omgeving van het bouwterrein, van de mogelijkheid tot aanvoer van de bouwstoffen, van het nodige water voor al de noodwendigheden van de aanneming enz.
De aannemer zal gebeurlijk hieromtrent overleg plegen met het werkbestuur.
De toestand van de bouwplaatsen dient dus door de aannemer te worden aangenomen zoals hij zich voordoet en deze toestand mag voor hem geen aanleiding vormen tot latere gebeurlijke klachten of vergoedingen.
Hij moet de nodige maatregelen voorzien en treffen voor het tijdig aanvoeren van de materialen op het werk, in welke staat ook de verkeerswegen zich bevinden en om het even welke wijze van vervoer dient aangewend.
Bestaande leidingen:
De aannemer dient alle in stand te houden rioleringen, welke zich binnen de grenzen van de bouwwerf zouden bevinden, op zulke wijze om te leiden, dat zij ongehinderd in bedrijf kunnen blijven.
De aannemer zal zich met de bevoegde diensten in verbinding stellen wat betreft het wegnemen of verplaatsen van leidingen, kabels, datakabels, telefoon, radio en T.V.-distributie, spandraden, verlichtingstoestellen enz..
In elk der gevallen dient vooraf de leidende ambtenaar te worden geraadpleegd.
De aannemer verstaat zich met de gebuureigenaars en regelt alle betwistingen, geschillen, schade of andere vorderingen van dezen.
De eventuele kosten betreffende voormelde werken zijn ten laste van de aannemer.
Pro memorie:
Daar de aannemer geacht wordt zich volkomen rekenschap te geven van de plaatselijke toestand van de bouwplaats, kan hij bij eventuele moeilijkheden in dit verband generlei redenen inroepen om vertraging te rechtvaardigen of om een prijsverhoging of een vergoeding te bedingen.
Meetcode
Kosten te verdelen over het geheel van de posten waarop ze betrekking hebben en dit in evenredigheid met de belangrijkheid van de verschillende posten.
01.01.72 BESTAANDE WEGVERHARDING
Algemeen
De bestrating en wegverharding zowel op de openbare weg als op de bouwplaats zelf worden in goede staat onderhouden. Op deze wegen mogen geen materialen of afval gelegd worden en het verkeer mag niet belemmerd worden.
Indien de aannemer met zwaar verkeer op de werf wenst te komen, dient hij de nodige voorzorgsmaatregelen te treffen om de wegverharding niet (nog meer)te beschadigen. Het eventueel tijdelijk uitbreken van wegverharding e.d. gebeurt door de aannemer.
Na het beëindigen der werken herstelt de aannemer de private en openbare wegen in hun oorspronkelijke toestand. Alle herstellingen gebeuren door de aannemer en op zijn kosten. De aannemer dient zich te gedragen overeenkomstig de geldende politie-verordeningen.
Meetcode
Kosten te verdelen over het geheel van de posten waarop ze betrekking hebben en dit in evenredigheid met de belangrijkheid van de verschillende posten.
01.01.80 BOUWWERFOPRUIMING
01.01.81 VERVOER VAN PUIN EN GRUIS
Algemeen
Tijdens de uitvoering van de werken zal de aannemer er voor zorg dragen dat alle puin en vuilnis regelmatig van de werken verwijderd worden, zowel hetgeen dat van zijn werken voorkomt, als hetgeen dat van zijn eventuele onderaannemers afkomstig is.
Hij zal er ook over waken dat de aannemers van elektriciteit, centrale verwarming, enz. de werf rein houden.
Bij het beëindigen van de werken zal hij er voor verantwoordelijk zijn dat alle afvalmaterialen, vuilnis enz. van het werk verwijderd worden. Dit geldt ook voor de gronden, buiten de gebouwen, op de werf gelegen. Deze gronden dienen volledig te worden gezuiverd van alle puin, mortel- en betonresten, afval, enz.
Meetcode
Kosten te verdelen over het geheel van de posten waarop ze betrekking hebben en dit in evenredigheid met de belangrijkheid van de verschillende posten
01.01.82 WERFBEËINDIGING
Na het beëindigen der werkzaamheden zullen de door de aannemer gebruikte lokalen in het gebouw en de bouwplaats volledig opgekuist worden. Dit gebeurt voor de oplevering. Indien de aannemer verzuimt dit te doen, zullen deze werken door derden uitgevoerd worden. De kosten hiervoor zullen van zijn rekening afgetrokken worden.
Verder dienen :
- al de aan de aannemer ter beschikking gestelde lokalen degelijk gekuist;
- al het puin en gruis ontruimd;
- de bestrating, de toegangswegen, e.d. in hun oorspronkelijke staat hersteld;
- het terrein rond het gebouw en op de werf degelijk gekuist.
Meetcode
De kostprijs is inbegrepen in deze aanneming en wordt evenredig verdeeld over de verschillende posten waarop ze betrekking heeft.
01.03.10 WERKEN IN REGIE
Algemeen
De lager genoemde werken worden uitgevoerd in regie of door het ter beschikking stellen van personeel door de aannemer.
De aannemer zal de leiding houden over zijn personeel en hen begeleiden bij de uitvoering van de werken. De wijze van werken en de volgorde waarop deze dienen uitgevoerd zullen gebeuren in overleg tussen de aannemer en de leidende ambtenaar.
In dit verband is het de aannemer toegelaten voorstellen in te dienen welke een verbetering in vorm en uitvoering zou vertegenwoordigen.
De werken dienen uitgevoerd volgens de regels van het vak door bekwame vaklui, met de aard en de omvang van het werk bekend.
Het ter beschikking stellen van het personeel zal geschieden op bevel van het bestuur met dien verstande dat de aangevraagde werklieden ter beschikking van het bestuur worden gesteld binnen de 24 uren na de aanvraag, zelfs na telefonische opdracht.
Het bestuur mag indien noodzakelijk voor elk vak het maximum aantal werklieden vragen vereist voor de normale voortzetting van het werk maar is niet verplicht dit maximum ineens tewerk te stellen. EÈnmaal tewerkgesteld mag de aannemer de arbeider niet vervangen of terugtrekken, tenzij na toelating of op bevel van het werkbestuur.
Wanneer door het werkbestuur een arbeider of arbeidersgroep wordt teruggezonden, zal de aannemer hiervan 24 uren op voorhand verwittigd worden.
De tewerkstelling geschiedt voor minimum ÈÈn volledige werkdag. Xxxxxxx ÈÈn of meer van de tewerkgestelde werklieden door ziekte of betaald verlof of om welke reden afwezig is, moet de aannemer onmiddellijk de nodige bewijsstukken tot staving van de reden van afwezigheid voorleggen en onmiddellijk voor een plaatsvervanger zorgen.
Alleen de prestaties op het werk of in de werkhuizen komen in aanmerking voor vergoeding.
Alle sociale lasten, verzekeringen, enz. . . (verrichtingen en betalingen van RMZ), zijn ten laste van de aannemer en dienen door hem rechtstreeks geregeld.
Indien wordt verondersteld dat de ter beschikking gestelde werklieden niet over voldoende stielkennis beschikken of blijken geven van werkonwilligheid, zullen zij onmiddellijk zonder vooropzeg weggezonden worden, zonder dat de mogelijke dagprestatie aanleiding geeft tot vergoeding.
De ter vervanging gezonden werklieden zullen slechts vergoed worden vanaf het uur dat zij op de werf aankomen.
Algemeenheden voor de werken in regie:
Al de uit te voeren werken zullen qua volgorde en wijze van uitvoering door het bestuur met de aannemer besproken worden.
De aannemer zal verder zijn werklieden in de uitvoering begeleiden.
Tijdens de werken zal de aannemer alle nodige veiligheidsmaatregelen treffen om ongevallen te voorkomen, zowel voor zijn werklieden als voor het personeel in het gebouw werkzaam.
Alle schade van gelijk welke aard, toegebracht aan het gebouw of zijn inboedel en veroorzaakt door of tijdens de uitvoering der werken, zal onmiddellijk door de zorgen van de aannemer op zijn kosten hersteld of vergoed worden.
Het is de aannemer en zijn personeel ten strengste verboden zich in lokalen te bevinden waar geen werken dienen uitgevoerd.
Materialen:
In principe worden alle benodigde materialen geleverd door de aannemer. Deze materialen worden ter plaatse verwerkt en zijn volgens de technische beschrijving en richtlijnen opgegeven door het
werkbestuur. Voor de afrekening van deze materialen wordt een som opgenomen. De afrekening zal gebeuren op voorlegging van de aankoopfacturen van de aannemer. De opname zal steeds gebeuren in overleg met het bestuur.
De aannemer zal steeds vooraf de aard en hoedanigheid van de nieuw aan te kopen materialen bespreken met de leidende ambtenaar. Indien nodig kan het bestuur een technische fiche vragen van de voorgestelde producten. Het is de aannemer toegelaten voorstellen in te dienen welke verbetering in vorm en uitvoering zou vertegenwoordigen.
01.03.11A WERKEN IN REGIE XX XXXX
volgnr. 4
Meetcode
Meetcode: prijs per werkman per uur, inbegrepen het meebrengen van het nodige gereedschap, . het voorzien van de eventueel nodige ladders, schragen, stellingen en/of toestellen. In de eenheidsprijs van de werkuren worden de onkosten van het gebruik van de gereedschappen, de slijtage, de verplaatsingskosten en afschrijvingen verrekend.
Enkel gepresteerde uren op de werf komen in aanmerking.
01.03.11D WERKEN IN REGIE - MATERIALEN VVS
volgnr. 5
Meetcode
materialen: netto aankoopsommen van voorgelegde facturen te verhogen met 10% voor onkosten en winsten van het bedrijf
01.11. UIT- EN AFBRAAKWERKEN
01.11.10 UIT- EN AFBRAAKWERKEN GLOBAAL
01.11.11 UIT- EN AFBRAAKWERKEN BETONPLATEN FH ST
volgnr. 6
Algemeen
De aannemer geeft prijs voor het geheel van afbraakwerken zoals hieronder opgesomd.
Alle nodige maatregelen dienen te worden getroffen opdat de stevigheid der belendende bouwwerken en de te verbouwen gedeelten niet in het gedrang komt zodat ongevallen voorkomen worden.
Deze werken worden aangezien als geheel in de bevoegdheid en vakkennis vallend van de aannemer, welke beschouwd wordt als werkend volgens eigen opvatting en verantwoordelijkheid.
Verder moet de aannemer alle kap- en breekwerk verrichten, nodig voor de goede uitvoering der werken, zoals op de bijgevoegde tekening is aangeduid, of volgens de gegevens in dit bestek vermeld of tijdens de uitvoering door het bestuur verstrekt.
De aannemer is verantwoordelijk voor alle schade die hij door de voornoemde afbraakwerken aan de bestaande en te behouden delen van het gebouw of inboedel zou veroorzaken.
De werken omvatten alle delen welke moeten verdwijnen of verplaatst worden om de realisatie van het nieuwe gedeelte mogelijk te maken zie bestaande plan ten opzichte van het nieuw plan.
Alle uit- en afbraak moet met de meeste zorg gebeuren.
Alle van de afbraak voortkomende materialen, voor zover ze niet in dit bestek worden aangeduid met een andere bestemming, worden eigendom van de aannemer en moeten door hem terstond van het werk worden verwijderd.
De aannemer stelt ook de concessiehoudende maatschappijen voor water, gas-, elektriciteit-, telefoon, radiodistributie, openbare verlichting en dergelijke, op de hoogte zo het nodig is hun installaties te verwijderen of te verplaatsen.
-De schade toegebracht aan het bestaande gebouw zal door de aannemer hersteld worden. Uitvoering
Het verplaatsen van de betonplaten (200 cm x 200 cm x 12 cm) van de verharding achter het huidige dienstgebouw van de groendienst naar de zone achter het rode Kruis.
Het tijdelijk verplaatsen en terugplaatsen van een rij platen om de leidingensleuf te graven.
De betonplaten worden uitgebroken en zoveel als mogelijk integraal gerecupereerd. Ze worden herplaatst als verharding bij de tijdelijke bureelcontainers zoals aangeduid op de plannen.
Afwatering terrein volgens aanduiding op de plannen.
Precieze plaatsing van de platen af te spreken met de leidend ambtenaar.
Toepassing
Betonplaten zoals aangeduid op plannen.
Rij betonplaten voor het graven van de leidingensleuf.
Meetcode
Per stuk in de eenheidsprijs in inbegrepen :. Uitbreken, reinigen en stockeren van de vloerplaten. Alle nodige machines om de platen te verplaatsen.
De nodige beschermingen, met windvaste zeilen of dergelijke tegen hemelwater volgens de voorschriften van typebestek VL 100.
Het treffen van de nodige veiligheidsmaatregelen aan de straatzijde volgens de geldende reglementeringen van de gemeente. Alle bijhorende kosten dienaangaande zijn ten laste van de aannemer.
De nodige beveiligingen voor personen, personeel en toezicht. Het verwijderen en storten van het puin buiten het stadseigendom.
02. GRONDWERKEN
02.01. VOORBEREIDING GRONDWERKEN
02.01.10 LIGGING VAN ONDERGRONDSE LEIDINGEN
02.01.11 PEILEN NAAR LIGGING VAN ONDERGRONDSE LEIDINGEN
Uitvoering
De opzoeking van de leidingen zoals deze voorkomen op de plannen van de verschillende nutsmaatschapijen of vergunninghouders. Met behulp van een graafmachine en een persoon die de schep van de graafmachine kan nazien, wordt laag per laag gegraven tot ongeveer een halve meter van de plaats waar de leidingen liggen volgens de plannen. De leiding wordt verder opgezocht door middel van manuele opgraving. Vervolgens wordt de correcte ligging aangeduid op de plannen. Na het opzoeken van de leidingen worden de gemaakte peilputten weer aangevuld met de aarde afkomstig uit de peilputten.
Toepassing
Volgens plan: waar leidingensleuf gegraven wordt.
Meetcode
Inbegrepen in post 01.01.51 Bouwwerf – inrichting
02.01.12 VASTSTELLING VAN DE AANWEZIGHEID EN LIGGING VAN ONDERGRONDSE LEIDINGEN
Uitvoering
De aannemer vindt hierbij een lijst met de te contacteren nutsmaatschapijen of vergunninghouders. Deze zijn verplicht hem de nodige inlichtingen en plannen te bezorgen binnen de 14d na aanschrijving. Zodra de aannemer te weten is gekomen welke ondergrondse leidingen er zijn brengt hij de leidinggevende ambtenaar alsook de ontwerper hiervan op de hoogte. De ontvangen stukken van de verschillende vergunninghouders dienen steeds ter beschikking worden gehouden op de plaats waar de werken plaatsvinden
Te contacteren vergunninghouders of Kabel en leiding Informatieportaal (KLIP)
Alle districten : Fluxys contactpersoon aanvraag plans Xxxxxxxxx 00 Xxxx Xxx Xxxxxx
1040 – Brussel tel. 00 000 00 00
tel. 00 000 00 00 fax 00 000 00 00
e-mail: xxxx.xxxxxxxxx@xxxxxxx.xxx
Alle districten : n.v. Air Liquide - Division Belge
avenue Xxxxxxx Xxxxxxxx 13 4000 - LiËge
tel. 00 000 00 00 00
fax 00 000 00 00 00
Alle districten : NAVO Pijpleidingen Divisie Dienst Veiligheid Tarweschoofkazerne
Xxxxxxxxxx 00
3000 - Leuven
tel. 000 00 00 00
fax 000 00 00 00
Meetcode
Inbegrepen in post 01.01.51 Bouwwerf – inrichting
02.02. GRONDWERKEN ALGEMEEN
Omschrijving
De post “grondwerken algemeen” heeft betrekking op alle graafwerken, noodzakelijk voor het verwezenlijken van de bouwputten en sleuven, tot op de vereiste diepte, alsook op alle wederaanvullingen rondom de gerealiseerde funderingen en/of de kelders van de op te richten gebouwen. In overeenstemming met de algemene en/of specifieke bepalingen van het bijzonder bestek, dienen de onder deze post begrepen eenheidsprijzen, hetzij volgens uitsplitsing in de samenvattende opmeting, hetzij in hun globaliteit te omvatten :
- alle voorafgaande afgravingen, het ontzoden, het verwijderen van de teelaarde, de machinale nivelleringen;
- het nauwkeurig uitzetten en controleren van de uit te graven zones en peilen van de bouwputten en/of sleuven;
- het ter plaatse brengen en de installatie van het benodigde materieel, graafmachines, pompinstallaties, e.a.;
- de uitgravingen, volgens de door de aannemer gekozen wijze van uitvoering, zowel machinaal als handmatig;
- de omgang met uitgegraven bodem, volgens kwaliteit en bestemming, conform het bodemsaneringdecreet en het desgevallende grondverzetplan (overeenkomstig post 02.02.41);
- het uitbreken en wegruimen van hindernissen of massieven met een volume kleiner dan 0,5 m3 (overeenkomstig post 02.02.50);
- de ongeschonden vrijwaring, de eventuele verlegging of terugplaatsing van aangetroffen kabels en leidingen;
- de instandhouding van bouwputten en sleuven om grondafkalving te voorkomen, d.m.v. stutten en schoren;
- het droog houden van de bouwputten en sleuven, zowel ten gevolge van grondwater, als van neerslag;
- het voorlopig opslaan op het bouwterrein van te recupereren grond en het afvoeren van alle overtollige grond;
- de levering, de uitspreiding in lagen en de verdichting van alle voorziene wederaanvullingen of ophogingen.
Let wel
De uitgravingen en wederaanvullingen voor de sleuven en/of putten van ingegraven rioleringselementen (leidingen, inspectieputten, Ö) zijn steeds inbegrepen in de eenheidsprijzen voor deze elementen. Aangepaste manuele graafwerken m.b.t. stut- & ondervangingswerken zijn inbegrepen in desbetreffende uitvoeringsposten.
Uitvoering
Referentienormen
SB 250 - Index III,5 - Ophogings- en aanvullingsmaterialen (2000) SB 250 - Index IV - Voorbereidende werken en grondwerken (2000)
Aard van het terrein
De aannemer wordt, door het feit van zijn inschrijving, geacht voorafgaandelijk kennis te hebben genomen van het terrein en de bodemgesteldheid, zodat er dienaangaande geen aanleiding bestaat tot het indienen van verrekeningen, behoudens de toegestane supplementen, meerwerken en/of vermoedelijke hoeveelheden, die expliciet in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting worden vermeld. De opdrachtgever zal instaan in voor het aanleveren van de benodigde informatie omtrent de milieuhygiënische kwaliteit, die de aannemer in staat moeten stellen om zijn prijszetting te maken, rekening houdend met de wetgeving met betrekking tot het werken met uitgegraven bodem.
Wijze van uitvoering - planning
De graafwerken dienen, volgens de aard van het terrein en volgens noodwendigheid, machinaal dan wel handmatig, uitgevoerd te worden.
Behoudens concrete aanwijzingen op plan en/of in het bijzonder bestek, mits alle voorschriften van onderhavig algemeen bestek nageleefd worden, en mits geen schade wordt aangebracht aan werken in uitvoering en/of aan bestaande bouwwerken, wordt de uitvoeringswijze overgelaten aan het initiatief van de aannemer, die er evenwel de volle verantwoordelijkheid voor draagt.
Beschermingsmaatregelen - stutten - schoringen
De aannemer zal zich, voor de aanvang van de graafwerken, per aangetekend schrijven informeren bij de gemeente waar de ondergrondse leidingen lopen, en of deze een risico kunnen inhouden bij de geplande werkzaamheden. De verplichtingen voor de aannemer, m.b.t. elektrische kabels worden verwoord in het AREI (artikel 192.02) en artikel 260bis (ARAB). Het gaat hierbij o.a. over de voorzorgsmaatregelen die moeten getroffen worden bij werkzaamheden in de omgeving van een ondergrondse elektrische kabel. Bij schade aan een ondergrondse kabel tijdens de uitvoering van de werken zal de aannemer hiervoor aansprakelijk worden gesteld.
De werkzaamheden mogen geen schade aanrichten aan de aan de gang zijnde werken of aan de bestaande bouwwerken. De bodems van bouwputten en sleuven worden beschermd tegen elke schade door water of vorst. Iedere gebeurlijke schade valt ten laste van de aannemer.
De aannemer treft alle nodige schikkingen (taluds, beschoeiingen, schoren) om het tot stand komen van afkalvingen tijdens de uitvoering van de werken te vermijden. Indien de graafwerken de stabiliteit van bepaalde constructies in het gedrang kunnen brengen, mogen deze pas aanvangen, na het plaatsen van doeltreffende stutten of schoringen en/of nadat de gebeurlijke onderschoeiïngen in metselwerk of beton voldoende gehard zijn.
Afmetingen - dieptepeilen - bodemoppervlak
De uitgravingen van de funderingssleuven en bouwputten worden steeds gerekend met rechte wanden en worden ook zoveel mogelijk verticaal uitgegraven. Wanneer evenwel wordt gevreesd voor inkalving gedurende de werken, worden de wanden in taluds uitgevoerd. Let wel : deze werken worden niet meegerekend in het volume van de graafspecie, waarvan de forfaitaire of vermoedelijke hoeveelheid wordt berekend volgens vaste regels.
De funderingssleuven en bouwputten zullen worden uitgegraven volgens afmetingen die een ongehinderde uitvoering toelaten van alle funderingswerken, d.w.z. met voldoende werkruimte voor het stellen van bekistingen en wapeningen, alsook voor het aanbrengen van de eventueel voorziene bepleisteringen, berapingen of isolatiewerken op de wanden van het metselwerk. De werkruimte tussen de wanden van de bouwputten en deze van het bouwwerk bedraagt aan de basis tenminste 50 cm. De werkruimte tussen de sleuven en het ondergronds metselwerk bedraagt tenminste 20 cm (zie ook bijzonder bestek).
Alle sleuven en bouwputten worden waterpas en zuiver uitgegraven tot op het niveau voorgeschreven door de architect. De funderingsaanzetten liggen daarbij minstens op vorstvrije diepte (80 cm) en tot op draagkrachtige grond. Zij dienen bovendien te voldoen aan de onderrichtingen van de ingenieur stabiliteit en eventuele stedelijke bouwverordeningen.
Wanneer machinaal uitgegraven wordt, moet erop gelet worden om de bodem van de put of sleuf niet los te woelen. Dienaangaande wordt aanbevolen om niet tot op de voorgestelde diepte te graven en de sleuven en bouwputten, waar nodig, handmatig met de schop bij te werken.
Bij toepassing van het bodemsaneringdecreet en grondverzetplan wordt selectief uitgegraven : wanneer blijkt dat er meerdere grondlagen voorkomen, dan moeten deze gescheiden uitgegraven worden (=selectieve uitgraving). Deze gescheiden lagen worden verder ook gescheiden behandeld (hergebruik, opslag, afvoer, Ö).
wanneer verschillende milieuhygiënische kwaliteiten voorkomen of verschillende kadastrale werkzones voorkomen, dan dient de bodem die uitgegraven wordt en die gescheiden moet blijven, ook gescheiden uitgegraven worden (=selectieve uitgraving).
In elk geval moet de bodem vlak en genivelleerd zijn. De bodem moet bovendien gezuiverd worden van alle organisch afval en puin, ijzer of andere materialen die harde plaatsen of inklinkingen kunnen veroorzaken; toppen van rotspunten dienen geslecht te worden;
De aannemer mag de funderingswerken in geen geval doen uitvoeren noch de bouwput dempen, alvorens het akkoord van de architect betreffende de juiste diepte te hebben doen aantekenen in het werfdagboek.
Verrekeningen
De voorziene afmetingen en diepte van de funderingssleuven en/of bouwputten worden in principe vermeld op de plannen, in het bestek en/of de gedetailleerde meetstaat. Er worden hieromtrent geen wijzigingen of verrekeningen toegestaan, zonder het voorafgaandelijk akkoord en concrete aanwijzingen van de architect of het aangesteld studiebureau.
In elke fase van de uitgraving kan de architect evenwel, wegens hoedanigheid van de blootgemaakte grond, eisen sleuven en/of bouwputten dieper of minder diep uit te voeren, dan op het aanvankelijk voorgeschreven niveau. Meer- of minderwerken die hieruit voortspruiten zullen worden verrekend in de diepte (niet in de breedte) en aan de eenheidsprijs voorzien in de offerte.
Zonder uitdrukkelijke goedkeuring van de architect/studiebureau is het verboden de uitgravingen dieper uit te voeren dan voorzien. Indien dit toch zou gebeuren en/of bouwputten door toedoen van de aannemer beschadigingen hebben ondergaan, heeft de architect het recht een bepaalde aanvulling op te leggen, waarbij de aannemer niet zal vergoed worden voor alle hieruit voortvloeiende supplementair uit te voeren grond- en graafwerken, aanvullingen, funderings-, metsel- en andere werken.
Massieven - onvoorziene hindernissen
Bij het uitvoeren van de grond- en graafwerken verwijdert de aannemer alle overtollige hindernissen (oude funderings- en metselwerkmassieven, oude rioleringsbuizen, rioleringsputten, en alle hindernissen zoals ingegraven puin, wortelstronken, Ö).
Grondwaterstand - bronbemaling
Er wordt uitsluitend in droge bouwputten gewerkt.
Veiligheid
Overeenkomstig het veiligheids- & gezondheidsplan, zoals opgemaakt door de veiligheidscoˆrdinator-ontwerp en gevoegd bij het bijzonder bestek. Alle richtlijnen ter zake en concrete aanwijzingen van de veiligheidscoˆrdinator-verwezenlijking zullen nauwkeurig worden opgevolgd.
Toegangen tot de bodem van bouwputten worden behoorlijk aangelegd. Ze worden in goede staat onderhouden en moeten alle nodige veiligheid bieden.
De opstelling van graafmachines gebeurt overeenkomstig de voorschriften van het ARAB, de aanbevelingen van het NAVB en het veiligheids- & gezondheidsplan.
Bij het graven van bouwputten en sleuven die gestut en beschoeid moeten worden, inzonderheid voor de putten en sleuven tegen een bestaand gebouw, zal de aannemer de architect voorafgaandelijk in kennis stellen van zijn stut- en beschoeiingontwerp, evenals van zijn uitvoeringsprogramma. Er dient daarbij rekening gehouden te worden met de aard van het terrein, de tijdsduur dat de sleuven openliggen, de helling van de bodemlagen en de wisselende toestanden onder invloed van de weersomstandigheden of het opwellend grondwater. Ook de diepte van de sleuven en de eventuele overbelasting die zich kan voordoen op de randen zijn van belang. Indien de architect, het studiebureau en/of veiligheidscoˆrdinator-verwezenlijking dit zouden eisen, dient de aannemer waar nodig bijkomende veiligheidsmaatregelen te nemen, aangepaste middelen te gebruiken en/of zijn uitvoeringsplanning te herzien. Hieromtrent zullen geen verrekeningen worden aanvaard.
Keuring
De aannemer verwittigt tijdig de architect en/of de ingenieur, om de uitgravingen te controleren en voert geen werken uit die een visuele controle door de architect zouden kunnen hinderen. De afmetingen van de bouwputten en sleuven, moeten het daarbij mogelijk maken alle werken gemakkelijk uit te voeren en te controleren.
02.02.20 BOUWPUTTEN - ALGEMEEN
Omschrijving
De uitgravingen hebben tot doel de voorziene bouwputten te realiseren (ongeacht of deze boven of onder het freatisch oppervlak zijn gelegen). Deze post omvat, onafgezien de eventuele in de samenvattende opmeting opgenomen supplementen voor de uitgraving van massieven en/of het grondverzetplan, het geheel van noodzakelijke werken voor :
de uitgraving van de bouwputten, tot het realiseren van de voorziene bouwwerken;
de vereiste wederaanvullingen indien deze gebeuren met grond voortkomend uit de uitgraving;
het geschikt maken van de uitgegraven grond, indien deze hergebruikt wordt, ter vervanging van aan te voeren aanvullingsmaterialen;
het verwijderen van de werf van alle overtollige grond; Let wel
De uitgravingen voor bouwputten van ingegraven rioleringselementen (septictanks, inspectieputten, regenwaterputten, Ö) worden inbegrepen in de eenheidsprijzen voor deze elementen.
De uitgegraven hoeveelheden zijn voor verrekening vatbaar in de diepte, doch niet in de breedte, indien de op de plannen en in het lastenboek voorziene aanzetdiepte voor de funderingen niet voldoende zou zijn. Enkel indien grondafkalving voorkomen dient te worden, en er gewerkt moet worden in taluds of met meerbreedte groter dan de vooropgestelde zone van 50 cm, kunnen verrekeningen hieromtrent worden aanvaard.
Uitvoering
(zie ook artikel 02.02 grondwerken - algemeen)
De bouwputten worden uitgegraven volgens aanduiding op plan, met een werkruimte rondom de constructie die overal minstens 50 cm bedraagt aan de basis van de bouwput, gemeten tussen de constructie en de uitgraving. De aannemer kan daarbij zelf de hellingshoek van zijn uitgravingen bepalen, in functie van de grondsoort en de uit te voeren werken. Indien de omstandigheden het niet toelaten om de hellingen van de wanden van de bouwput op een natuurlijke wijze te behouden, dient hij op eigen kosten de nodige schoringen te voorzien.
De aannemer plaatst de nodige veilige toegangen tot de bodem van de bouwputten en houdt ze in goede staat gedurende de uitvoering van de werken. Toegangen tot de bodem van de bouwputten worden behoorlijk aangelegd. Ze worden in goede staat onderhouden en moeten alle nodige veiligheid bieden.
Toepassing
Van toepassing voor alle nodige uitgravingen, uitgezonderd de funderingssleuven.
02.02.23 BOUWPUTTEN - RIOLERINGSELEMENTEN
Omschrijving
Het betreft de nodige uitgravingen tot realisatie van bouwputten voor rioleringselementen, zoals inspectieputten, septische tanks en regenwaterputten (ongeacht of deze boven of onder het freatisch oppervlak zijn gelegen), inclusief het verwijderen van de werf van het uitgegraven materiaal.
Uitvoering
De zone voor de rioleringselementen wordt uitgegraven tot op de drukvaste bodem.
Alle te recupereren grond voor wederaanvullingen en/of ophogingen, wordt gestapeld binnen de bouwplaats op een door het Bestuur aan te duiden plaats. De overtollige grond
(ofwel) wordt eigendom van de aannemer en wordt afgevoerd buiten het bouwterrein.
Toepassing
Toezichtsput septische put hemelwaterput
Meetcode
Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat :
De graafwerken zijn begrepen in de eenheidsprijzen voor het leveren en plaatsen van deze elementen. Er wordt uitsluitend in droge bouwputten gewerkt. Het droog houden van de bouwputten is inbegrepen in de prijs.
02.02.30 SLEUVEN - ALGEMEEN
02.02.32 SLEUVEN - ONDERGRONDSE LEIDINGEN FH ML
volgnr. 7
Omschrijving
Het betreft de nodige uitgravingen tot realisatie van de sleuven voor het plaatsen van de voorziene rioleringsbuizen op funderingsniveau (gelegen zowel onder als boven het freatisch oppervlak), inclusief het ondersteunen van de buizen en de wederaanvullingen.
Uitvoering
(Zie ook hoofdstuk 06. riolering)
De uitgravingen voor leidingen gebeuren volgens de aanduidingen op het rioleringsplan, rekening houdend met de vereiste hellingen en de nodige werkruimte. De breedte aan de basis van de sleuven is minstens gelijk aan de leidingdiameter verhoogd met 40 cm en garandeert een gemakkelijke uitvoering en controle.
Alle te recupereren grond voor wederaanvullingen en/of ophogingen, wordt gestapeld binnen de bouwplaats op een door het Bestuur aan te duiden plaats. De overtollige grond
(ofwel) wordt eigendom van de aannemer en wordt afgevoerd buiten het bouwterrein. Indien de waarde voor vrij gebruiken niet wordt overschreden dienst de aannemer de bouwheer niet te informeren over de plaats waar de uitgegraven bodem wordt gebruikt
Toepassing
Sleuf voor ondergrondse leidingen
Meetcode
Er wordt uitsluitend in droge bouwputten gewerkt. Het droog houden van de bouwputten is inbegrepen in de prijs.
Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat :
meeteenheid : per m3
meetcode : meting van de theoretisch uit te graven rechthoekige doorsnede met breedte gelijk aan de leidingdiameter vermeerderd met 40 cm (20 cm aan iedere zijde van de buis).
02.02.70 WEDERAANVULLINGEN - ALGEMEEN
Omschrijving
De wederaanvullingen betreffen alle randopvullingen en/of ophogingen van de respectievelijke zone rondom of tussen de gerealiseerde funderingen; kortom, het terug onder profiel brengen ervan overeenkomstig de uitvoeringsplannen. In overeenstemming met de algemene en/of specifieke bepalingen van het bijzonder bestek,dienen de onder deze post begrepen eenheidsprijzen, hetzij volgens uitsplitsing in de samenvattende opmeting, hetzij in hun globaliteit, steeds te omvatten :
het verwijderen van alle puin en afval uit de aan te vullen putten en oppervlakken.
het leveren en/of het geschikt maken van de uitgegraven grond / teelaarde als aanvullingsmateriaal; het spreiden van de aanvullingsmaterialen in correct opeenvolgende lagen (bv. laatste laag teelaarde) de verdichting (aandamming, walsen, Ö) van het aanvullingsmateriaal.
Let wel
De aanvullingen / opvullingen begrepen in de voorafgaande graafwerken (machinale nivellering), maken automatisch deel uit van deze posten en afzonderlijke omgevingswerken maken geen deel uit van dit artikel. De wederaanvullingen van sleuven voor rioleringsleidingen en putten van rioleringselementen, alsook drainagesystemen zijn begrepen in de respectievelijke eenheidsprijzen van deze elementen.
Materialen
In de voor (weder-)aanvullingen gebruikte materialen mogen onder geen beding puin, afbraakmaterialen graszoden, stronken, bevroren materiaal of andere afvalstoffen voorkomen. Overeenkomstig de bepalingen van het bijzonder bestek zullen de wederaanvullingen gebeuren : met de voorafgaandelijk uitgegraven en daartoe geschikt gemaakte grond / teelaarde. De architect/leidinggevende ambtenaar bepaalt welke grond mag gebruikt worden en welke dient te worden afgevoerd.
met speciaal daartoe aangevoerde materialen, conform het bodemsaneringsdecreet en het bijgevoegde grondverzetplan..
Herbruik van puingranulaten De voorkeur gaat uit naar het gebruik van COPRO-gecertificeerde gebroken betonpuin-steenslag. Enkel wanneer er geen of onvoldoende gebroken betonpuinsteenslag voorradig is mag nieuwe steenslag geleverd worden.
Onder welbepaalde condities kan voor ophogingswerken, wegenissen, e.d. herbruik gemaakt worden van puingranulaten, overeenkomstig de bepalingen vastgelegd in het standaardbestek 250. Voor meer informatie raadpleeg : “Granulaten” - WTCB Tijdschrift-herfst 2003.
Nuttige informatie
“Granulaten” - WTCB Tijdschrift-herfst 2003 xxxx://xxx.xxxx.xxxx.xx/XXXX/xxxxxx/Xxxxxxxxxx/XXX0000.xxx xxxx://xxx.xxxx.xxxx.xx/XXXX/xxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxx/xxxx-_xx_xxxxxxxxxx.xxx xxx.xxxxxxxxxxxx.xx
xxxx://xxxxx.xxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxx/xx000/
Handleiding A 74/04 + praktijkgidsen “Grondbehandeling met kalk en/of cement” (OCW,2004)
xxxx://xxx.xxxx.xx/xxxxxx/Xxxxx_Xxxxxxxxx_Xxxxx/Xxxxx_Xxxxxxxxx_Xxxxx.xxx
Bodemsaneringsdecreet
Aanvullende bepalingen inzake de aanvoer van grond : zie ook post 02.02.40 grondverzet
Alle op de bouwplaats aan te voeren grond moet voldoen aan de voorwaarden zoals omschreven door OVAM. Aangevoerde bodem mag slechts worden gebruikt wanneer voorafgaandelijk is aangetoond dat ze voldoet aan de kwaliteitseisen, zowel grondmechanisch als inzake milieu-eisen.
Het voorafgaandelijk onderzoek gebeurt op kosten van de aannemer, ofwel ingevolge het nemen van grondmonsters door een erkend bodemsaneringsdeskundige of milieudeskundige, erkend in de discipline bodem, overeenkomstig de bepalingen van VLAREM II en VLAREBO, in opdracht van het Bestuur op de werf ofwel omdat de aannemer aantoont aan de hand van vrachtdocumenten, afgeleverd door een bevoegde onpartijdige bodembeheersorganisatie, dat de grond aan de bestekbepalingen voldoet.
Als de grond op de plaats van bestemming aankomt, kan de aanbestedende overheid een beperkte identificatiekeuring uitvoeren. De aangevoerde grond wordt vaksgewijs verwerkt. De controle van het transport gebeurt door middel van een vrachtbrief.
Uitvoering
Timing - uitvoeringsmethode
De wederaanvullingen worden pas uitgevoerd nadat de architect alle bouwwerken, ondergrondse leidingen en constructies heeft gecontroleerd en zijn schriftelijke toelating in het werfboek of werfverslag heeft gegeven tot het starten van de aanvullingen.
Voorbereidende werkzaamheden
De bodem wordt, op de plaatsen die moeten worden opgehoogd, gezuiverd van alle stoffen die de binding van de aangevoerde aarde aan de reeds aanwezige grond in het gedrang zouden kunnen brengen, zoals wortels, boomstronken, hagen en ander afval.
Spreiding - verdichting
De aanvullingen gebeuren volgens noodzaak handmatig of machinaal en tot op het vooropgesteld afwerkingspeil. Naargelang het aanvullingsmateriaal en het materieel, worden de ophogingen daarbij met de meeste zorg uitgevoerd in horizontale lagen van maximaal 20 ‡ 30 cm en mechanisch aangedamd tot op de voorgeschreven draagkracht.
De nodige schikkingen worden getroffen om de aanvullingen voldoende te verdichten, d.w.z. aan te dammen tot bevredigende stabilisatie en tot een horizontaal vlak te brengen volgens de peilen voorzien op de plans. Elke gespreide laag moet afzonderlijk worden verdicht zodat :
de verdichting gelijkmatig is;
over gans de diepte, per laag van 10 cm van het aanvullingsmateriaal, de gemiddelde indringing met de lichte slagsonde < 40 mm per slag is.
de voorgeschreven samendrukbaarheidsmodulus (M1) verwezenlijkt wordt.
De samendrukbaarheidsmodulus M1 bedraagt conform het SB 250 en volgens toepassingsgebied: onder ophogingen : M1 > 8 MPa
onder onderfundering : M1 > 17 MPa fundering van zand : M1 > 35 MPa
fundering in steenslag : M1 > 80 tot 110 MPa
Er dient voor gezorgd dat alle onvoldoende draagkrachtige delen, als gevolg van te losse pakking of door omwoeling, vervangen worden door een zandaanvulling. Deze werken en leveringen kunnen niet aangerekend worden indien zij het gevolg zijn van slechte uitvoeringsmethodes of van foutieve of te diepe uitgravingen. In dat geval blijven zij ten laste van de aannemer.
Keuring
De draagkracht kan worden gecontroleerd door op een willekeurige plaats ÈÈn sondering uit te voeren. Ingeval een voorgeschreven samendrukbaarheidsmodulus M1 moet worden verwezenlijkt, wordt deze op de bodem van de bouwputten / sleuven / onderfunderingen / Ö gecontroleerd door op een willekeurige plaats op de bodem een plaatproef uit te voeren (overeenkomstig SB 250 index IV ß 3.3).
Meetcode
(ofwel)
De wederaanvullingen van de bouwputten / sleuven zijn inbegrepen in de uitgravingen voor het bouwen van de constructie die in de bouwputten / sleuven worden tot stand gebracht. Deze aanvullingen worden beschouwd als eenvoudige berging en verplaatsing van graafgrond en maken zodoende integraal deel uit van de post uitgravingen.
06 RIOLERINGEN
Algemeen
Het betreft de afvoer van alle regenwater, afvalwaters en fecaliën overeenkomstig het rioleringsplan.
Al de werken worden uitgevoerd overeenkomstig STS 35.
Butgb-keuring voor materiaal en uitvoering vooraf voor te leggen.
De aannemer verzamelt alle noodzakelijke gegevens i.v.m. de juiste ligging en de juiste peilen van de openbare riolering. In de eenheidsprijs zijn begrepen: de nodige graafwerken, eventueel opbreken van nog aanwezige, bestaande rioleringsleidingen op plaatsen waar de nieuwe leidingen dienen geplaatst te worden, eventueel opbreken en herstellen van bestaand wegdek, ... met eventueel levering van nieuwe aangepaste materialen, de funderingen, de leidingen, hulpstukken en toezichtstukken, de verbinding met de putten en toestellen, het drooghouden van putten en sleuven, de muurdoorgangen en inkokeringen, de herstelling en dichting van de muren t.p.v. buisdoorvoeringen, de beproeving, de wederaanvullingen, het vervoer van de overtollige grond buiten de bouwplaats, alle werken voor het voorlopig afvoeren van het oppervlaktewater, de tekening van het rioleringsstelsel.
De riolering mag niet bedolven worden vòòr dichtheidsproef en goedkeuring architect.
De eindstukken der buizen worden voorlopig afgedekt tot aansluiting sanitaire installatie.
De aannemer garandeert de waterdichtheid van de door hem geplaatste en aangesloten riolering. De rioleringsbuizen zullen ter plaatse van de aansluiting op sanitaire toestellen voldoende verticaal omhoog getrokken worden.
06.01. RIOLERINGSLEIDINGGEN EN WACHTBUIZEN
06.01.10 RIOLERINGSLEIDINGEN
Algemeen Materiaal
De rioleringsleidingen beantwoorden aan de bepalingen van STS 35.1.
Uitvoering
De buizen worden gelegd volgens STS 35.11.05.
Scherpe hoeken in de tracÈs zijn niet toegelaten. Samenvoegingen van leidingen gebeuren steeds
onder een hoek van 45J.
Alle buizen welke beschadigd worden, zowel voor als tijdens het lossen als bij of na het plaatsen worden vervangen. Na het graafwerk wordt de bodem van de sleuf geëffend; de wanden worden zo nodig geschoord teneinde inzakkingen te vermijden. De plaatsing van de buizen tussen twee putten of toestellen zal gebeuren met rechte stukken en in helling en vangt aan bij het laagste punt.
De buizen worden over hun volledige lengte op de voorziene fundering ondersteund. De breedte van de fundering is minimaal gelijk aan de buitendiameter van de buis plus 30 cm.
Bij muurdoorgangen worden de leidingen vrij geplaatst volgens STS 35.10.82. Onder funderingsplaten en zolen worden de rioleringen in een koker gelegd zodat boven de buis min. 5 cm ruimte vrij blijft.
De aannemer verwezenlijkt alle aansluitingen op leidingen, toestellen en putten.
Voor de voorlopige oplevering van de werken levert de aannemer aan het bestuur een tekening van rioleringsstelsel zoals het is uitgevoerd. Deze tekening bevat de juiste ligging en de hoogtepeilen van de diverse leidingen, verzamelputten en aflopen.
Grond van alle aard, voortkomende van de uitgraving van de rioleringen welke overtollig is of niet geschikt voor wederaanvulling op de bouwplaats wordt weggevoerd. Alle kosten voortvloeiend uit de wensen van de aannemer om de grond op een andere plaats te stokkeren of gebruiken zijn ten laste van de aannemer.
Alle bepalingen van Xxxxxxx en Vlarea zijn van toepassingen en moeten in acht genomen worden door de aannemer. Behoudens voorafgaandelijk (orienterend) bodemonderzoek zijn alle onderzoeks, testen en labokosten voor rekening van de aannemer en dienen in de eenheidsprijzen verrekend te zijn.
Indien naderhand blijkt dat te veel grond werd weggevoerd wordt deze opnieuw aangevoerd door en op kosten van de aannemer.
06.01.14 RIOLERINGSLEIDINGEN UIT POLYVINYLCHLORIDE VH M
volgnr. 8
Materiaal
De leidingen uit niet geplastificeerd P.V.C. beantwoorden aan NBN EN 1401, reeks SN2 / SN4 / SN8... en dragen het kenmerk "PVC-RIOOL". De hulpstukken beantwoorden aan NBN EN 1401 en addendum 1 en dragen het kenmerk "PVC".
De buizen zijn voorzien van een mof met elastische dichtingsring en afgeschuind spieëinde ofwel hebben ze geen mof en worden ze verbonden door middel van een koppelstuk met dubbele mof en elastische dichtingsringen.
Nominale diameter : 110 mm.
volumemassa : > 1,700 g/cmh bij 23 JC |
kleur : zwart |
treksterkte bij breuk : > 17 N/mmi |
rek bij breuk : > 350 % |
thermische weerstand : van -30 tot +60 JC continu en tot 95 JC kortstondig |
lineaire uitzettingscoëfficiënt : tussen 20 JC en 60 JC : 0,17 mm/mJC |
- Volgende markeringen moeten op de buizen staan : merk, diameter, wanddikte en DIN-norm.
- Lengten van 3 meter.
- Minimale wanddikte :
Ø [mm] | wanddikte [mm] | |
56 | 3.2 | |
63 | 3.2 | |
75 | 3.6 | |
90 | 5.5 | |
110 | 6.0 | |
135 | 6.0 | |
Hulpstukken |
- de materiaalkenmerken van de hulpstukken :
volumemassa | : | > 1,700 g/cmh bij 23 JC |
kleur | : | zwart |
treksterkte bij breuk | : | > 20,0 N/mmi |
- de hulpstukken dienen van ÈÈn en dezelfde fabrikant te zijn en hebben dezelfde wanddikte als de
buis
- De hulpstukken zijn vervaardigd volgens het spuitgietprocÈdÈ.
Stomplas
de meeste verbindingen van buizen en hulpstukken worden gestomplast, zonder toevoeging van materiaal. Deze bewerking is gekend onder de naam "spiegellas".
Elektrische mof (Ø 56 tot en met Ø 135)
deze moffen hebben een corrosievrije elektrische weerstandsdraad zij krimpen rond de buis tijdens de afkoeling
voor de aanslag van de buisuiteinden dienen de elektrische moffen tot Ø 160 over een inwendige ring te beschikken. Deze inwendige ring kan verwijderd worden. Hierdoor is het mogelijk de elektrische mof over de buis heen te schuiven.
alle moffen (Ø 40 tot en met Ø 315) zijn voorzien van een lasverklikker
de moffen van Ø 200, Ø 250 en Ø 315 bezitten twee thermische smeltzekeringen die bij het bereiken van de lastemperatuur doorsmelten
elektrische moffen worden gelast met de door de fabrikant voorgeschreven toestellen Insteekmof (Ø 40 tot en met Ø 160)
enkel voor aansluitingen van korte leidingdelen, niet voor opvangen van lengteveranderingen van buizen
de dichtingen zijn van EPDM-rubber
Lange mof (Ø 75 tot en met Ø 135)
Deze dienen om de lengteveranderingen van de buizen op te vangen.
Kenmerken : schacht om de lengteveranderingen van de buis op te vangen voor een maximale buislengte van 6 m
temperatuurschaal ter bepaling van de insteekdiepte lippendichting van EPDM-rubber
Korte uitzettingsmof (Ø 56 en Ø 63)
Kenmerken : schacht om de lengteveranderingen van de buis op te vangen voor een maximale buislengte van 3 m
gekartelde metalen kraag
twee lippendichtingen van EPDM-rubber
Beugels
- Gegalvaniseerde beugel uitgerust met EPDM-rubberen voering en mof met binnen- en buitendraad.
- De beugel is zo geconstrueerd dat overmatige samendrukking van de EPDM-voering niet mogelijk is teneinde de contactgeluidsisolerende eigenschappen van de voering niet aan te tasten.
-
- M10 binnendraad te gebruiken indien geplaatst als glijbeugel
- l” buitendraad te gebruiken indien geplaatst als vaste beugel
Bevestigingsplaten
- gegalvaniseerde bevestigingsplaat met aansluitmoer M10
- gegalvaniseerde bevestigingsplaat met mof l” buitendraad
Draadstangen
- M10 draadstang (buitendraad)
- buis l” binnendraad, lengte 1 m
Uitvoering
De buizen worden geplaatst
in het midden van een laag schelpenzand van 30 cm dikte (figuur 2 van STS 35.45.12)
Ofwel wordt een voorgevormde fundering uitgevoerd ofwel worden de buizen aan de zijkanten onder een hoek van 45J tot halve hoogte aangestreken.
Voor het samenvoegen van de buizen worden de mof en het spieëinde zorgvuldig gereinigd. Het rioleringsstelsel wordt voor de beproeving van de waterdichtheid in vakken verdeeld. de beproeving geschiedt volgens STS 35.10.9 met een waterkolom van 1 m
De wederaanvullingen van de sleuven wordt uitgevoerd met grond voorkomend van de uitgravingen, die gezuiverd is van alle puin en stenen.
De toegepaste technieken moeten deze zijn, voorgeschreven door de fabrikant.
De PEhd voldoet aan de eisen van de BUtgb, goedkeuringsnummer ATG 99/1725. De tussenafstand tussen RWA en DWA is tussen 20 cm en 50 cm.
De aannemer dient zich te informeren bij de nutsmaatschappij en de gemeente naar de
geldende uitvoeringsvoorschriften en reglementeringen.
Toepassing
Rioleringsbuizen volgens gescheiden stelsel in leidingensleuf. Zie plannen. Straatzijde: plaatsing rioleringsbuizen tot aan de rooilijn
Kant container: voorzien van bovengrondse aansluiting op hemelwaterput, septische put en
toezichtsput op max. 0,5m afstand van de achtergevel.
DWA: Vanaf container aansluiting op septische put en toezichtsput. Aan te sluiten op bestaande rioleringsbuis onder toegangsweg.
RWA: vanaf container aansluiting op hemelwaterput. Nieuwe rioleringsbuis tot aan de rooilijn.
Ter hoogte van de rooilijn wordt de nieuwe rioleringsbuis aangesloten op de bestaande rioleringsbuis door middel van een verbindingsstuk, zodat de bestaande aansluiting op het openbaar rioleringsnet kan behouden blijven.
Meetcode
netto gemeten lengten gemeten volgens de aslijn en tot de binnenkant van de put of het toestel, alle nodige hulp- en passtukken, overgangsstukken, uitgravingen en aanvullingen inbegrepen in de eenheidsprijs. Aansluiting van buis DWA op bestaande buis en koppeling van de twee buizen ter hoogte van de rooilijn zijn inbegrepen in de prijs.
06.01.20 WACHTBUIZEN
Algemeen Materiaal
De leidingen beantwoorden aan de bepalingen van STS 35.1.
Uitvoering
De ingegraven buizen worden gelegd volgens STS 35.11.05 op verschillende dieptes onder het maaiveld of de buitenbevloeringen. De aannemer dient zich te informeren bij de nutsmaatschappij en de gemeente naar de geldende uitvoeringsvoorschriften en reglementeringen.
Alle buizen welke beschadigd worden, zowel voor als tijdens het lossen als bij of na het plaatsen worden vervangen. Na het graafwerk wordt de bodem van de sleuf geëffend; de wanden worden zo nodig geschoord teneinde inzakkingen te vermijden. De plaatsing van de buizen tussen twee putten of toestellen zal gebeuren met rechte stukken en in helling en vangt aan bij het laagste punt.
De buizen worden over hun volleidge lengte gefundeerd op een voldoende breed zandbed en hierin verzonken (STS 35.45.12 fig 2). In geval van gebundelde wachtbuizen worden de ruimten tussen de buizen eveneens opgevuld met zand. De aannemer verwezenlijkt alle aansluitingen, waarbij scherpe bochten vermeden worden.
Bij de doorboringen van wanden worden maatregelen getroffen om waterinsijpeling te vermijden. De wederaanvulling van de sleuven mag slechts aanvangen na goedkeuring van het bestuur.
In de wachtbuizen bestemd voor kabels worden voorlopige, gegalvaniseerde stalen trekdraden geplaatst teneinde de kabeldoorvoer te vergemakkelijken;
Voor de voorlopige oplevering van de werken levert de aannemer aan het bestuur een tekening van het wachtleidingsstelsel.
06.01.21 WACHTBUIZEN UIT POLYVINYLCHLORIDE FH M
volgnr. 9
Materiaal
De wachtbuizen worden voorzien als een aansluitingsbocht en geleverd door het lokale nutsvoorzieningen bedrijf.
De wachtbuis voor water heeft een minimale diameter van 110 mm en een wanddikte van 2 ‡ 3 mm.
Deze is voorzien van een dikke trekkabel, type na te vragen bij de nutsmaatschappij.
De 2 vaste wachtbuizen voor databekabeling en telefonie hebben minimum diameter 90 mm.
Deze wachtbuizen zijn niet flexibel en niet geribd. Elke wachtbuis is voorzien van 3 trekkoorden van xvb 3g 1.5.
Uitvoering
De uitvoering wordt volledig gedaan volgens de voorschriften van het nutsbedrijf en de geldende normen hier inzake. De wederaanvullingen van de sleuven worden uitgevoerd met te verdichten zand.
De aannemer dient zich te informeren bij de nutsmaatschappij en de gemeente naar de geldende uitvoeringsvoorschriften en reglementeringen.
De wachtbuizen voor databekabeling en telefonie worden gelegd met hoeken van maximum 45J. De
verbindingen moeten gelijmd worden.
Toepassing
Wachtbuis waterleiding:
Straatzijde: plaatsing wachtbuizen tot aan de rooilijn, op diepte na te vragen bij nutsmaatschappij zodat deze kan aansluiten.
Kant container: wachtbuis water tot in technisch lokaal
De wachtbuizen voor databekabeling en telefonie bevinden zich minstens op 10 cm boven de elektriciteitsleidingen.
Straatzijde: plaatsing wachtbuizen tot aan de rooilijn, bovengronds opgerold (minimum 5m) rond een houten paaltje naast de toegansweg. De wachtbuizen mogen de toegang tot het terrein niet belemmeren.
Kant container: wachtbuizen data en telefonie tot in technisch lokaal van de container
Meetcode
netto gemeten lengten gemeten volgens de aslijn en tot de binnenkant van de put of het toestel, alle nodige hulp- en passtukken, overgangsstukken, uitgravingen en aanvullingen inbegrepen in de eenheidsprijs.
06.04. PUTTEN EN GEULEN
Algemeen
Alle werken worden uitgevoerd in het droge.
Het verlagen van de grondwaterstand en het afvoeren van het oppervlaktewater zijn begrepen in de eenheidsprijs van de betreffende putten.
Het peil van de bodem van de putten wordt bepaald zodanig dat de put op zijn maximale capaciteit functioneert.
De aan- en afvoerrioleringsbuizen worden waterdicht aangesloten op de putten.
Er mag slechts overgegaan worden tot wederaanvulling nadat de afgewerkte put gekeurd is door de architect.
06.04.20 PREFABINSPECTIEPUTTEN
Algemeen Materiaal
De funderingsplaat wordt uitgevoerd in schraal beton met volgende samenstelling : 300 kg cement sterkteklasse 32,5, 800 liter steenslag 7/14 of 7/20 of grind 4/14 of 4/28 volgens NBN B 11-101 en 400 liter zand voor beton volgens NBN 589-103.
Uitvoering
Alle werken worden uitgevoerd in het droge. Het verlagen van de grondwaterstand en het afvoeren van het oppervlaktewater zijn inbegrepen in dit artikel.
De inspectieput wordt aangezet op een funderingsplaat die 10 cm buiten de putwanden reikt.
Er mag slechts overgegaan worden tot wederaanvulling nadat de afgewerkte inspectieput gekeurd is door het Bestuur.
06.04.23 PREFABINSPECTIEPUT UIT POLYVINYLCHLORIDE
Materiaal
De prefabinspectieput bezit een technische goedkeuring Butgb of Eutgb.
Het lichaam van de put is vervaardigd uit niet geplastifieerde PVC-buizen beantwoordend aan NBN T 42-108, reeks 25. De bodem van de put wordt vervaardigd uit PVC. Voor de aansluitingen worden PVC-hulpstukken gebruikt beantwoordend aan NBN T 42-601 en addendum 1, voorzien van lippendichtingen uit Styreen-Butadeen-Rubber (SBR).
De prefabinspectieput wordt in de fabriek vervaardigd volgens de plaatsingsplannen te leveren door de aannemer.
De bodem van de inspectieput is vlak.
Op de uitloop van de syphonput is een aangebouwd syphonsysteem voorzien.
De bodem van de syphonput of slipvanger is vlak en reikt minstens 100 mm onder de onderkant van de hoofdleiding.
Putdiameter: 400 mm.
De dikte van de funderingsplaat is 15 cm.
De standaardhoogte van de put wordt luchtdicht verhoogd tot het gewenste peil doormiddel van een stuk buis van de corresponderende diameter.
Een inspectieput welke niet opgetrokken wordt tot het maaiveld wordt afgedekt met een PVC-deksel, passend op de buisdiameter van de put.
Uitvoering
De wederaanvullingen rond de inspectieput worden uitgevoerd met te verdichten zand voor mager beton volgens NBN 589-103 / te verdichten gestabiliseerd zand, samengesteld uit 100 kg cement sterkteklasse 32,5 per mh zand voor mager beton volgens NBN 589-103.
Toepassing
Inspectieput riolering
Meetcode
Meetcode : Netto uit te voeren hoeveelheid volgens type en diameter. In de eenheidsprijs zijn de grondwerken en de fundering begrepen.
Bij een inspectieput welke niet opgetrokken wordt tot het maaiveld is het afsluitdeksel inbegrepen.
06.04.23A2 TOEZICHTPUT DIAMETER400 MM FH ST
volgnr. 10
Meetcode
Netto hoeveelheid : st
06.05. DEKSELS EN ROOSTERS
Algemeen
het betreft deksels met kaders op putten voor voetgangersverkeer.
het kader of de omranding uit beton wordt in de verharding ingewerkt op het gewenste peil en vastgezet met cementmortel van de categorie M2 van NBN B 14-001 met volgende samenstelling: 300kg cement sterkteklasse 30 per m3 droog zand (1 deel cement voor 4 delen zand).
06.05.10 ENKELE PUTDEKSELS
06.05.43 HERMETISCH SLUITEND PUTDEKSEL UIT GIETIJZER MET DUBBELE BODEM
Materiaal
Kader en deksels in gietijzer voorzien van dubbele bodem. Afmetingen af te stemmen op putten waarop deksel wordt voorzien. Proefbelasting: 1,5 ton. Type ter goedkeuring voor te leggen.
Uitvoering
Het kader wordt ingegoten in een omranding uit licht gewapend beton. Deze omranding wordt niet zichtbaar in de omliggende verharding geplaatst.
Het gietijzer wordt ontroest, geschilderd met 1 laag menieverf en afgeschilderd met 2 lagen verf op basis van urethaan-alkydhars (cfr. omschrijving art. 15.06.17-buitenschilderwerken op blank staal en gietijzer o.b.v. urethaan-alkyd)
Toepassing
Septische put Hemelwaterput
Meetcode
1st schildering inbegrepen
Inbegrepen in globale prijs voor de septische put en hewelwaterput.
06.06 ZUIVERING HUISAFVALWATER
06.06.10 SEPTISCHE PUTTEN
Algemeen Materiaal
De put beantwoordt aan S.T.S. 35.2 en aan omzendbrief PIC/EV 3185 van het Ministerie van Volksgezondheid en het Gezin -Dienst Zuivering van afvalwaters dd. 15 december 1953.
De aannemer legt voorafgaandelijk het bewijs voor dat de put conform is aan bovenvermelde omzendbrief.
De put draagt zijn handelsnaam, het adres van de fabrikant en zijn nuttige inhoud.
Alle compartimenten van de put zijn onmiddellijk bereikbaar voor toezicht en ruiming.
Uitvoering
Alle werken worden uitgevoerd in het droge. De graafwerken, het verlagen van de grondwaterstand en het afvoeren van het oppervlaktewater zijn begrepen in dit artikel.
Het peil van de bodem van de put wordt bepaald zodanig dat de put op zijn maximale capaciteit functioneert.
De aan- en afvoerrioleringsleidingen worden waterdicht aangesloten op de put. De put is voorzien van een verluchtingssysteem overeenkomstig STS 62.5.
De put wordt aangezet op een funderingsplaat welke min. 10 cm rond de put uitsteekt.
Er mag slechts overgegaan worden tot wederaanvulling nadat de afgewerkte put gekeurd is door het Bestuur.
Na de uitvoering worden de putten gevuld met zuiver water.
06.06.11 SEPTISCHE PUT UIT BETON GP
volgnr. 11
Omschrijving
De septische put bestaat uit ÈÈn element en wordt geprefabriceerd.
Op de put wordt een mangat met binnenafmetingen 60 x 60 cm gemetseld. De put is voorzien van een deksel volgens 06.05.
Materiaal
Het beton voor de septische put beantwoordt aan NBN B15-001 met sterkteklasse C30/35, consistentieklasse S3 of F3, blootstellingklasse 5C.
De put is niet voorzien van een bacteriënfilter.
De nuttige inhoud van de put is geschikt voor 20 Equivalente Bewoners (E.B.) vermeld in de post. De septische put is cilindrisch.
De septische put zal naast de vaste overlast weerstaan aan een gebruiksbelasting van 15 kN. Een berekeningsnota van de septische put wordt ter goedkeuring aan de leidende ambtenaar voorgelegd.
Een enkelvoudige put wordt gefundeerd op een plaat uit beton
van de sterkteklasse C 12/15 volgens NBN B15-001, blootstellingklasse 2a, consistentieklasse S3 of F3.
De maximale korrelmaat van het granulaat is: 28. Het beton is Benor gekeurd.
samengesteld uit minstens 250 kg cement, sterkteklasse 32,5; 800 liter steenslag 7/14 of 7/20 of grind 4/14 of 4/28 volgens NBN B11-101 en 400 liter zand voor beton volgens NBN 589-103. De consistentieklasse van het beton is S3 of F3 volgens NBN B15-001.
Een berekeningsnota van de plaat wordt aan de leidende ambtenaar ter goedkeuring voorgelegd.
De ondergrondse verluchtingsbuis is uit PE met een diameter van 110 mm. Bovengronds is de verluchtingsbuis uit PE met ronde doorsnede van 110 mm.
Het mangat wordt gemetseld met volle baksteen volgens NBN B24-001 en index 02.11A van het
T.B. 104.
De metselmortel behoort tot de categorie M2 van NBN B 14-001 en heeft de volgende samenstelling: 300 kg cement met sterkteklasse 32,5 per mh droog zand, hetzij 1 deel cement voor 4 delen zand.
De bepleisteringmortel van het mangat wordt bereid met 400 kg cement met sterkteklasse 32,5 per mh droog zand (1 deel cement voor 3 delen zand). Teneinde een waterdichte cementering te bekomen wordt aan het aanmaakwater een vochtwerend product toegevoegd dat de sterkte-eigenschappen van de cementpleister niet aantast en vrij is van organische stoffen en oliën; het product wordt voorafgaandelijk aan de leidende ambtenaar voorgelegd.
Uitvoering
De dikte van de funderingsplaat bij enkelvoudige putten is 15 cm.
De gemetselde wanden van het mangat zijn 19 cm dik.
Het mangat wordt aan de binnenzijde bepleisterd in meerdere lagen tot een dikte van 20 mm; de laatste laag wordt vlak geëffend en glad afgestreken; de hoeken zijn uitgerond.
De muurvlakken in aanraking met de grond worden bepleisterd tot 10 mm dikte.
Na voldoende verharding wordt de buitenbepleistering bestreken met 2 lagen vernis geactiveerd met steenkoolpek of bitumen (NBN B46-101) ‡ rato van minimum 200 g per mi en per laag; beide lagen verschillen van kleur.
De septische put wordt verlucht:
door een verluchtingsbuis welke loopt tot boven via de dakwaterafvoer.
De wederaanvullingen rond de put worden uitgevoerd met gestabiliseerd zand.
Toepassing
Septische put zoals aangeduid op de plannen.
Meetcode
Globale prijs
meetcode : In de eenheidsprijs zijn begrepen: de uitgravingen, de funderingen, de put, de aansluiting van de leidingen, de verluchtingsleidingen, het mangat, het putdeksel, de wederaanvullingen en de afvoer van overtollige of niet geschikte grond.
06.07.10 REGENWATERPUTTEN
06.07.11 REGENWATERPUT GP
volgnr. 12
Algemeen
Het systeem zal geplaatst worden door erkende installateurs met sanitaire ervaring en specifieke regensystemen. Onderaannemer ter goedkeuring voor te leggen aan het bestuur.
Het betreft een regenwaterput zonder recuperatiesysteem. De overloop van de tank wordt naar de riool afgevoerd.
Materiaal
Regenwaterput voor buffering van regenwater bestaande uit nieuwe regenput uit beton en overloop riool.
Specifieke opsomming van de verschillende elementen:
− 1 stuk overloopsiphon met terugslagklep en ongedierteklep
− 1 stuk betontank
− Mangat: minimum binnenafmeting 60 cm x60 cm
− Putdeksel: bovengronds
Specifieke beschrijving van de verschillende elementen:
• Siphon-overloop:
Dit onderdeel moet vermijden dat er geurhinder en terugslag optreedt vanuit de riool naar het gebouw. Via een terugslagklep wordt gezorgd dat er gÈÈn rioolwater bij overvloedige regen, naar de tank kan vloeien. Een ongedierteklep verhindert het binnendringen van ratten, muizen e.d. naar de tank.
Materiaal:
- behuizing in ABS kunststof of gelijkwaardig
- inhoud sifon minimum 6 liter
- zelfreinigende terugslagklep in de vorm van een bol
- ongedierteklep in roestvrij staal
- stabiele montage moet kunnen worden voorzien
• Betontank met inhoud 7.500 l.
De dimensionering van de betontank wordt zo gekozen dat de tank enkele malen per jaar overloopt, zodat een propere waterlaag behouden wordt. . (minimum overstortvolume van 6% voorzien, uitzondering bij wettelijke verplichtingen over minimuminhoud tank)
Betonnen tanks neutraliseren de zuurtegraad van het regenwater spontaan met 1 ‡ 2 ÈÈnheden ( pH). Om algengroei tegen te gaan moet licht en warmte vermeden worden. Daarom wordt altijd een deksel voorzien en moet de tank op een zekere diepte in de grond geplaatst worden. De tank moet bovendien stabiel in de grond worden geplaatst.
Algemeen:
- inhoud: 7.500 liter nuttige inhoud / tank
- voorzien van mangat met kraag en deksel 500 x 500 mm(voor onderhoud).
- voorzien van opgemetseld mangat met binnenafmeting 60x60 cm gemetseld met volle baksteen 19 cm dik volgens NBN B24-001 en index 02.11A van het T.B. 104. Aan de bovenzijde wordt een omranding voorzien in licht gewapend beton voor het plaatsen van putkader en -deksel (700 x 700 mm. Bepleisteringsmortel van het mangat (binnen- en buitenzijde): waterdichte cementering, vrij van organische stoffen en oliën. Na voldoende verharding wordt de bepleisteringsmortel bestreken met 2 lagen vernis geactiveerd met steenkoolpek of bitumen ‡ rato van min. 200 gr/m2 en per laag.
- aanvoer regenwater: 2 x 160 mm.
- bovenzijde tank minimaal 500 mm. onder maaiveld
- afvoer naar riool met sifon stuk te monteren
- de put wordt gefundeerd op een plaat uit schraal beton met volgende samenstelling: 300 kg cement, sterke-klasse 32,5, 800 liter steenslag 7/14 of 7/20 of grind 4/14 of 4/28 volgens NBN B11-101 en 400 liter zand voor beton volgens NBN 589-103, dikte: 15cm.
- alle nodige aansluit- en hulpstukken voor het aansluiten van de rioleringsleidingen op de put
- aanvullingen rond put d.m.v. verdicht zand
- ingang 2 x DN 150, met omgekeerde zwanenhals tot op tankbodem om turbulentievrije toeloop te vermijden
Betonkwaliteit van de put:
Aangezien elke leverancier zijn typische kenmerken heeft, sommen we hier enkele richtlijnen op die belangrijk zijn bij de keuze van een tank.
- deksel bestendig tegen 1.400 kg./mi
- W/C ( water/cement) < 0,4
- monolithische constructie: wand + bodem uit ÈÈn stuk
wand moet voorzien van ijzer
- drukvastheid: > 45 N/mmi
- minimum cementgehalte : > 340 kg. / mh beton
- gewicht put: > 2.300 kg./mh beton
- liefst getrilde beton of gelijkwaardig
- droogtijd voor ingebruikname: minimum 28 dagen
Putdeksel: bovengronds
- volgens 06.05.53
Uitvoering
De montage van deze elementen dient te gebeuren door erkende installateurs met ervaring op dit vlak.
Het transport en de verplaatsing van de geprefabriceerde put moet voorzichtig gebeuren ter voorkoming van scheurvorming of breuk.
Het mangat boven de opening dient opgemetseld te worden om het deksel op vloerpas of niveau van het maaiveld te brengen en wordt gemetseld met volle baksteen (volgens NBN B 24-001) en een metselmortel van categorie M2 (volgens NBN B 14-001).
De montage van het systeem moet uitgevoerd worden volgens het rioleringsplan. De montage van leidingen dienen aan volgende voorwaarden te voldoen:
- de toevoerleiding van regenwater wordt tot in de regenput gebracht en via een T-stuk en 2 bochten 90J tot op 15 cm. boven de bodem gemonteerd
- een sifonaansluiting + rioleringsbuizen op de overloop van de tank in kunststof of gelijkwaardig De regenwaterput zal dadelijk na plaatsing gevuld worden met water.
Toepassing
Regenwaterput voor buffering regenwater
Meetwijze
alle werken en materialen nodig voor het plaatsen en het uitvoeren van het systeem goed functioneren van het systeem inbegrepen in de eenheidsprijs
HOOFDSTUK 16 - OMGEVINGSWERKEN
16.03 FUNDERINGEN VAN VERHARDINGEN VOOR BUITENAANLEG
16.03.30 FUNDERINGEN VAN VERHARDINGEN
Algemeen Materiaal
De materialen voldoen aan de voorschriften van de hoofdstukken C en E2 van het T.B. 150.
Uitvoering
De voorbereidende werken worden in eigen beheer uitgevoerd.
Deze werken omvatten alle werken om het werkvlak te realiseren waarop de fundering van de verharding gestort zal worden.
Het voorbereide terrein zal reeds in helling liggen volgens de plannen. Deze werken omvatten
- het plaatsen van de nodige peilmerken rekening houdend met de laagdikte van de teelaarde, grond afgraven tot op -50 cm.
- grond afvoeren
- het uitvoeren van een verdichting. Na verdichting ontstaat een werkvlak evenwijdig aan het te verwezenlijken maaiveld. (in helling)
Voorgaande werken dienen door de aannemer gecontroleerd en aanvaard te worden vooraleer hij over gaat tot het plaatsen van de fundering. Indien er geen opmerkingen worden gemaakt voor aanvang van de werken wordt de voorbereide ondergrond als aanvaard beschouwd en valt deze volledig onder de verantwoordelijkheid van de aannemer.
De fundering wordt aangelegd op het grondoppervlak met de gewenste dwarshelling.
De verwerking en de controle gebeuren volgens het T.B. 150. De fundering wordt aangelegd op een vooraf voldoende geëffende en verdichte onderfundering of grondoppervlak. De mengsels worden mechanisch bereid. De gemiddelde dikte van de fundering moet minstens gelijk zijn aan de nominale dikte. De plaatselijke tolerantie op de dikte in min ten opzichte van de nominale dikte bedraagt 2 cm. Na verdichting zijn de onvlakheden van de fundering, gemeten met de rij van 3 m, ten hoogste 1 cm. De samendrukkingsmodulus M 1 bedraagt minstens 110 MN/m2. Er wordt geen rekening gehouden met de eventuele indringing van de materialen in de onderfundering of grondoppervlak.
Het type met toeslagstoffen behandelde steenslagfundering (code 16.03.32) is als funderingstype in vele toepassingen te gebruiken en heeft het voordeel zich te laten verwerken als een steenslagfundering. Kleine aanpassingen blijven mogelijk (niveaus). Na het definitief effenen en verdichten krijgt dit funderingstype de eigenschappen van een mager betonfundering.
Keuring
Draagkracht : De controle van de draagkracht wordt verricht per 1.000 m2 met een minimum van drie controles. De samendrukkingmodulus M 1 bedraagt overeenkomstig de bepalingen van het bijzonder bestek, minstens 40 / 80 / 110 N/mmi (MPa). Er wordt geen rekening gehouden met de eventuele indringing van de materialen in de onderfundering of grondoppervlak.
De keuring is ten laste van de aannemer.
16.03.35 NIET GEWAPENDE FUNDERING UIT BETONPUIN VH ML
volgnr. 13
Materiaal
Het copro gecertifieerde kunststeenslag beantwoordt aan het SB 250 - index III-7.1.1.1B. De volgende gebroken secundaire grondstoffen worden als kunststeenslag beschouwd : gebroken hoogovenslak, rode mijnsteen, gebroken betonpuin, niet teer-houdend gebroken asfaltpuin, gebroken mengpuin, gebroken metselwerkpuin, ...
Specificaties
Toegelaten granulaten : Ö
Afmetingen van de granulaten : 0 tot 2 cm doorval door de zeef van 80 mm = 100% doorval door de zeef van 0,063 mm < 5%
Uitvoering
De betonpuinlaag volgt de helling van de ondergrond volgens de plannen.Aanvullende uitvoeringsvoorschriften
Samendrukbaarheidsmodulus M1 : minstens 80 / 110 N/mm2 (MPa). De betonpuinlaag wordt aangewalst.
Beddingsconstante: 0,06 N/mmmh.
Toepassing
Het betreft de ophoging van het afgegraven en aangedamde terrein.
Dikte aangewalste laag: 30 cm. De precieze dikte van deze laag wordt bepaald op basis van het peil van de bovenste zijde van de betonplaat. Dit peil is hetzelfde als van de reeds aanwezige toegangsweg.
16.03.36 OPHOGING MET TE VERDICHTEN ZAND FH ML
volgnr. 14
Omschrijving
Alle behandelingen en vervoer worden voorzien als een last van de aanneming.
Materiaal
Middelgrof tot grof rivier- of groevezand of funderingszand vrij van organische resten en onzuiverheden. Het zand beantwoordt aan de bepalingen van index C.2.3.2 van TB 250.
Uitvoering
Alle ophogingen volgens de regels der kunst.
De ophoging gebeurt met mechanische verdichting in lagen van 10 cm dikte tot volgende draagkracht : samendrukbaarheismodule M1 groter of gelijk aan 17MN/mi.
Meetcode
meeteenheid : m3
meetcode : het volume wordt gerekend in verdichte toestand.
16.04 VERHARDINGEN VOOR BUITENAANLEG
16.04.70 VERHARDINGEN VOOR BUITENAANLEG MET PLATEN
16.04.71 VERHARDING MET GEPREFRABRICEERDE BETONPLATEN VH ST
volgnr. 15
Materiaal
Bedrijfsvloerplaten zonder hoekversteviging, voorzien van een niet constructieve wapening.
De spanningen die in de plaat optreden bij het belasten, worden geheel opgenomen door het beton. De wapening in de plaat heeft een transport- of verankeringsfuncit.
De platen zijn voorzien van een deklaag met een hoge slijtvastheid die wordt verkregen door een toeslagmateriaal van veredeld kwarts.
De randen van de plaat zijn voorzien van een vellingkant. De plaat voldoet aan de BRL 1104
ëBedrijfsvloerplaten van constructief betoní.
Beton: sterkteklasse C50/60 volgens NEN-EN 206-1. Wapening: staalkwaliteit FeB500 volgens NEN 6008.
Afmetingen: 1995 mm x 1995 mm x 120 mm (dikte). Conform de platen die er al liggen. Gewicht: 1340 kg
Toleranties volgens NEN 3682.
Milieuklassen waaraan blootgesteld mag worden volgens NEN-EN 206-1, NEN 6720. Verkeersklasse volgens BRL 1104: 450
Toelaatbare aslasten: 150 kN
Toelaatbare puntlasten: rand: 150x150mm: 40 kN
200x200mm: 45 kN
Centrum: 150x150mm: 65 kN
200x200mm: 75 kN
Toelaatbare heftruk: hefvermogen 6 ton, aslast 137,7 kN
Uitvoering
Voldoende draaagkrachtige ondergrond (beddingsconstante 0,06N/mmh). Onderlaag= betonpuinfundering
Legbed= ca. 100mm verdicht grof zand (zeezand)
Verdichtingsgraad van funderingslaag en legbed moet 98% bedragen ten opzichten van de referentiewaarde (Proctorwaarde).
Helling voor de afwatering ca. 2% volgens plannen.
Afwateringsgeul volgens plannen voor afwatering terrein naar bestaande rioleringsbuis of straatkolk. Aan elke zijde van de platen 2 afstandshouders plaatsen voor de voegen.
De voegen van 5 mm tussen de platen opvullen met fijn zand.
Opnieuw invegen met zand na enige tijd tot de voegen vol zijn en blijven.
Toepassing
Bijkomende platen indien er onvoldoende gerecupereerde platen zijn voor de nieuwe verharding.
Meetcode
Per stuk, inclusief boordstenen
DEEL 2 : ELEKTRICITEIT
01 ALGEMENE TECHNISCHE BEPALINGEN
PROGRAMMA VAN DE WERKEN
01.04 De levering van plannen, documenten en voorwerpen voor de uitvoering
01.05 De levering van plannen, documenten en voorwerpen na de uitvoering
02.02 Het leveren en plaatsen van de leidingen en toestellen met alle samenvattende onderdelen
02.25 De aansluiting op het net van de distributienetbeheerder
01.02 VAN TOEPASSING GESTELDE DOCUMENTEN
Voor zover er niet afgeweken wordt door de bepalingen en voorschriften van dit bestek, zijn volgende documenten en hun respectievelijke aanvullingen van toepassing op deze aanneming:
- De bepalingen van het A.R.E.I. (algemeen reglement op de elektrische installaties);
- De bepalingen van het A.R.A.B.(algemeen reglement voor de arbeidsbescherming);
- Het typebestek nr. 400, houdende de algemene technische voorwaarden betreffende de aannemingen van mechanische en elektrische installaties en constructies, dat er een integrerend deel van uitmaakt;
- Alle NBN-normen betreffende de brandbeveiliging in de gebouwen, als onderhavig bestek betrekking heeft op in die normen genoemde gebouwen (o.a.: NBN S 21-2O1, S 21-2O2, S 21- 2O3, S 21-2O4);
- Als er in bovenstaande documenten verwezen wordt naar de opdrachtgever door het gebruik van de benaming "staat", "ministerie" e.d., moet "het stadsbestuur van Antwerpen" worden gelezen.
01.06 WIJZIGINGEN EN AANVULLINGEN OP IN HET BESTEK VAN TOEPASSING GESTELDE DOCUMENTEN
De hiernavolgende wijzigingen en aanvullingen aan het typebestek 400 zijn van toepassing, de aanduiding en nummering van de wijzigingen en aanvullingen stemt overeen met deze van het typebestek nr. 400.
BO1.H. LEIDINGEN BINNEN GEBOUWEN.
2. Keuze en aard der leidingen.
Er mag gebruik gemaakt worden van VOB-draad in Tth-buizen indien dit in de bijzondere voorwaarden wordt vermeld.
6. Leidingen met in het zicht gelegde buizen.
6.1.Buizen.
Het gebruik van loodgieterdoken voor de bevestiging van de buis is verboden. Het gebruik van vasthechtingspistolen is niet toegelaten. Alle bevestigingselementen zijn van roestvast staal of van kunststof, mits akkoord van de leidende ambtenaar.
7. Leidingen in ingewerkte buizen.
Het gebruik van buizen uit thermoplastisch materiaal van het geringde type is toegestaan mits akkoord van de leidende ambtenaar.
8. Leidingen in XVB en XFVB kabels.
8.1. Bevestigingswijze.
Bevestiging d.m.v. loodgieterdoken is verboden.
8.2. Lasdozen.
Het gebruik van slappe kegelvormige waterdichte ingangen is verboden.
13. Doorboringen en herstellingen.
Kapwerken zijn verboden. De nodige gaten en gleuven worden verkregen door frezen, boren enz. Het maken van gaten en gleuven en het plaatsen van de nodige bevestigingselementen voor de verlichtingstoestellen, schakelaars enz., valt ten laste van de installateur.
Alle aangewende technieken voor boren en slijpen zijn aan te passen in functie van de omgeving waarin ze worden uitgevoerd, indien het bestuur dit wenst zullen zonder meerprijs machines met automatische stofafzuiging worden toegepast.
De nodige herstellingswerken aan om het even welke beschadiging, toegebracht aan het schrijn-, pleister- en schilderwerk, aan de bekleding enz. , te wijten aan de aannemer of zijn personeel of ten gevolge van de werken, vallen ten laste van de aannemer. Herstellingen zullen tot volle tevredenheid van het bestuur worden uitgevoerd, de graad van herstelling is ten minste gelijk aan de staat van het uitzicht van voor de werken. De aannemer kan hiervoor onder geen enkele voorwaarde een bijkomende prijs indienen.
BO1.K. AARDINGEN.
1. Aardingen voor installaties op lage en gemiddelde spanning.
1.1. Aardingsweerstand.
De voorschriften van het A.R.E.I. zijn integraal van toepassing. De maximale aardingsweerstand bedraagt echter 3O Ohm.
1.2. Samenstelling.
Het gebruik van gegalvaniseerde stalen profielen als aarding is verboden.
1.3. Hoofd- en bijkomende equipotentiale verbindingen.
De voorschriften van het AREI zijn integraal van toepassing.
02 BIJZONDERE TECHNISCHE BEPALINGEN
02.02 HET LEVEREN EN PLAATSEN VAN DE LEIDINGEN EN TOESTELLEN MET ALLE SAMENSTELLENDE ONDERDELEN
02.02.01. KABELS BUITEN DE GEBOUWEN
De werken omvatten het leveren en plaatsen van de kabel EXVB 4x25 mmi vanuit de meterkast in de containers tot aan de rooilijn + 5 meter
De stukken ondergronds te plaatsen leidingen voor de aansluiting van de tijdelijke containers op het terrein worden geplaatste in een sleuf met een diepte van ca. 60 cm.
02.25 DE AANSLUITINGEN OP HET NET VAN DE DISTRIBUTIENETBEHEERDER
02.25.01 AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET
De aannemer levert en plaatst alle nodige apparatuur zoals aansluitkabel (XVB 4x25 mmi) tussen hoofdbord en meterkast 25S60 en meetmodule 04 (4P100) met aansluitkamer aansluitscheiderklemmenblok, enz. voor de aansluiting op het elektriciteitsnet. Alle werken, leveringen en diensten voor de aansluiting zijn vervat in deze post, de aansluitkosten aan de maatschappij zelf zijn ten laste van het bestuur. De werken worden uitgevoerd volgens de exploitatievoorschriften van de distributienetbeheerder (Eandis) .
Opgemaakt door: ingenieur-architect Xxxxx Xxxxx, consulent architectuur.
Nagezien door: ir-arch. Xxxxxx Xxx, hoofd studiedienst Antwerpen, 6 mei 2009
Gezien en voorgedragen:
xx. Xxxxxxxx Xxxxxxxx bedrijfsdirecteur
Besteknummer PO/2009/5087/4
Voorwerp van de opdracht: Xxxxxxxxxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxx. Verplaatsen van bestaande verharding van betonplaten, graven van een sleuf, leggen nutsleidingen vanaf rooilijn tot in de tijdelijke containers.
Schriftelijke verklaring inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van het werk
Na ontvangst van de gunningsbrief ONMIDDELLIJK door de gegadigde aan het bestuur over te maken.
🞎
🞎
Ik ondergetekende (1),
gevolmachtigde van (2),
verklaar de nodige informatie en instructies van de stad Antwerpen inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van het werk die eigen zijn aan de inrichting waarin mijn werknemers werkzaamheden komen uitvoeren, te hebben ontvangen en gelezen.
Deze informatie en de passende instructies heb ik doorgegeven aan mijn werknemers die werken zullen uitvoeren in het kader van de opdrachten van de stad Antwerpen.
Deze informatie evenals de passende instructies heb ik eveneens aan mijn onderaannemer(s) overgemaakt.
(na(a)m(en) van de onderaannemer(s) invullen),
🞎 |
🞎 |
🞎 |
🞎 |
🞎 |
Ik bevestig uitgerust te zijn met het nodige materieel in overeenstemming met de terzake bestaande wetgeving en over geschikt personeel te beschikken om de door de stad Antwerpen gevraagde werkzaamheden uit te voeren.
Ik verbind er mij toe alle verplichtingen inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk die eigen zijn aan de inrichting waarin mijn werknemers de werkzaamheden komen uitvoeren, na te leven.
De verantwoordelijke(n) voor de veiligheid voor het uit te voeren werk is (zijn), te bereiken op het volgende telefoonnummer en het volgende faxnummer
naam | Tel: | fax |
🞎 | ||
🞎 |
In geval van wijzigingen verbind ik er mij toe dit onmiddellijk mee te delen. De aannemer-leverancier,
handtekening (3)
(1) Aan te vullen met naam en voornaam.
(2) In het geval het een rechtspersoon betreft, in te vullen met de naam van de onderneming en het adres van de maatschappelijke zetel.
(3) Voorafgegaan door de woorden "gelezen en goedgekeurd"
Offerte
Voorwerp van de opdracht
Xxxxxxxxxxxxxxxx 00 xx 0000 Xxxxxxx. Verplaatsen van bestaande verharding van betonplaten, graven van een sleuf, leggen nutsleidingen vanaf rooilijn tot in de tijdelijke containers.
Besteknummer PO/2009/5087/4
ofwel (1) DE ONDERGETEKENDE
🞎
🞎
🞎
🞎
🞎
🞎
🞎 tel
🞎
🞎 fax
naam en voornamen Hoedanigheid / beroep
nationaliteit
WOONPLAATS land
postnummer, gemeente
straat, nummer telefoon - telefax
e-mail-adres
ofwel (1) DE VENNOOTSCHAP
benaming rechtsvorm nationaliteit ZETEL land | 🞎 🞎 🞎 🞎 | |
postnummer, gemeente | 🞎 | |
straat, nummer | 🞎 | |
telefoon - telefax | 🞎 tel | 🞎 fax |
e-mail-adres | 🞎 | |
vertegenwoordigd door de ondergetekende (n) | 🞎 | |
ofwel (1) DE ONDERGETEKENDEN (die zich tijdelijk hebben verenigd voor deze aanneming) | ||
namen en voornamen | 🞎 | 🞎 |
hoedanigheid / beroep | 🞎 | 🞎 |
nationaliteit | 🞎 | 🞎 |
WOONPLAATS land | 🞎 | 🞎 |
postnummer, gemeente | 🞎 | 🞎 |
straat, nummer | 🞎 | 🞎 |
telefoon - telefax | 🞎 tel | 🞎fax |
e-mail-adres | 🞎 | 🞎 |
verbindt ( verbinden) zich op zijn (hun) roerende en onroerende goederen tot de uitvoering, overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden van bovengenoemd bestek, van de in dit bestek beschreven opdracht met betrekking tot de aanneming van bovengenoemde werken of leveringen.
TEGEN DE SOM VAN (1bis)
🞎
🞎
in cijfers, exclusief BTW in letters, exclusief BTW
1. inlichtingen betreffende de inschrijver
🞎
🞎
van
🞎
tot en met 🞎
Inschrijving bij de RSZ, nr(s) Ondernemingsnummer(s) (alleen in België)
De jaarlijkse vakantieperiode zal zich spreiden
(gebeurlijke wijzigingen in de loop van de aanneming alsmede de bijkomende jaarlijkse vakantiedagen zijn vooraf schriftelijk ter kennis van het bestuur te brengen)
2. erkenning
Valse verklaringen betreffende de erkenning kunnen de toepassing van een in artikel 19 van de wet van 20 maart 1991 bepaalde sanctie tot gevolg hebben.
🞎
🞎
🞎
Inschrijving op de lijst van de erkende aannemers, nr(s)
Ingeval het gaat om een voorlopige erkenning: datum van de toekenning
Categorie(ën), ondercategorie(ën) en klasse(n)(1)
2.1. categorie (1)
− Deze erkenning(en) stemt (stemmen) overeen met de in het bestek bepaalde voorwaarden betreffende de categorie of ondercategorie.
Ofwel
− Deze erkenning(en) stemt (stemmen) niet overeen met de in het bestek bepaalde voorwaarden betreffende de categorie of ondercategorie. Deze offerte geldt als de voorgeschreven aanvraag.
2.2. klasse (1)
− Het bedrag van de offerte overschrijdt het maximum van de verkregen erkenningsklasse niet
Ofwel
− Het bedrag van de offerte overschrijdt het maximum van de verkregen erkenningsklasse.
Deze offerte geldt als de voorgeschreven aanvraag
2.3. maximum van de gelijktijdig uitgevoerde werken (1)
− Het totale bedrag van de werken, zowel openbare als private, die in geval van gunning van de opdracht gelijktijdig zullen moeten worden uitgevoerd, rekening houdend met de stand van de aan de gang zijnde aannemingen, zal het overeenkomstige maximum van de verkregen erkenningsklasse niet overschrijden.
Ofwel
− Het totale bedrag van de werken, zowel openbare als private, die in geval van gunning van de opdracht gelijktijdig zullen moeten worden uitgevoerd, rekening houdend met de stand van de aan de gang zijnde aannemingen zal het overeenkomstige maximum van de verkregen erkenningsklasse overschrijden.
− Deze offerte geldt als de voorgeschreven aanvraag.
− Alle nodige gegevens voor het eventuele onderzoek van die aanvraag door de Commissie voor erkenning zullen, op eenvoudig verzoek, onverwijld worden verstrekt.
3. onderaannemers
Mijn onderaannemers:
naam | adres | land |
🞎 | 🞎 | 🞎 |
🞎 | 🞎 | 🞎 |
🞎 | 🞎 | 🞎 |
🞎 | 🞎 | 🞎 |
🞎 | 🞎 | 🞎 |
een lijst is als bijlage aan deze offerte bijgevoegd
Het bedrag van de werken die zullen worden opgedragen aan mijn onderaannemers van vreemde nationaliteit:
- onderdanen van een EU-lidstaat, beloopt per land
land | Bedrag |
🞎 🞎 🞎 | 🞎 🞎 🞎 |
een lijst is als bijlage aan deze offerte bijgevoegd
- onderdanen van een ander land, beloopt per land
land | Bedrag |
🞎 🞎 🞎 | 🞎 🞎 🞎 |
een lijst is als bijlage aan deze offerte bijgevoegd
4. personeel
🞎
Mijn personeel heeft de volgende nationaliteit:
5. te gebruiken producten (1)
− Voor de uitvoering van deze opdracht zullen enkel producten worden gebruikt die afkomstig zijn uit de lidstaten van de Europese unie (2).
ofwel
− Overeenkomstig de bepalingen van artikel 90, ß1 4J van het koninklijk besluit van 8 januari 1996, gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999 (aangevuld met errata) gaat hierbij een afzonderlijke nota, gedateerd en ondertekend, houdende vermelding van de herkomst van de te leveren producten en/of van de te gebruiken materialen die niet afkomstig zijn uit de lidstaten van de Europese unie.
− Zij vermeldt, per land van oorsprong, het bedrag (exclusief douanerechten) dat die
producten en/of materialen in de offerte vertegenwoordigen.
− Wanneer het gaat om op het grondgebied van de lidstaten van de Europese unie af te werken of te verwerken producten en/of materialen vermeldt zij de prijs van de grondstoffen (2) (3)
6. betalingen
De betalingen zullen geldig worden uitgevoerd door overschrijving op rekeningnummer
ten name van (benaming firma en rechtsvorm vermelden)
🞎
ìverplicht te vermelden op factuurî
7. Bij te voegen documenten (1)
7.1. voor de Belgische aannemers
Indien de schuld aan bijdragen bij de RSZ (Rijksdienst voor sociale zekerheid) voor de aangifte tot en met het voorlaatste afgelopen kalenderkwartaal ten opzichte van de datum van de opening van offertes meer dan 2 500 EUR bedraagt, dan wordt de inschrijver verzocht bij zijn offerte alle inlichtingen te voegen betreffende de eventuele schuldvorderingen, zoals bedoeld in art. 17 bis ß1 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996, gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999 (aangevuld met errata).(1)
7.2. voor de buitenlandse aannemers
Bij deze offerte voeg ik (of voegen wij) de in artikel 17 bis ß2 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999 (aangevuld met erratum), bedoelde attesten voor buitenlandse inschrijvers (1)
Bovendien mag de administratie alle nodige inlichtingen van financiële en morele aard omtrent de ondergetekende(n) (of omtrent de hier inschrijvende vennootschap) inwinnen bij andere instellingen.
7.3. eveneens bij te voegen
− de samenvattende opmetingsstaat/prijslijst van de eenheidsprijzen van de werken, behoorlijk ingevuld, gedag- en ondertekend; (1)
− de bescheiden gedateerd en ondertekend, die luidens het bestek van de onderhavige aanneming moeten worden voorgelegd (1)
− de door het bestek vereiste modellen en monsters (1)
− de lijst met identificatie van de onderaannemers. (1)
− documenten waaruit de bevoegdheid blijkt van de perso(o)n(en) die de offerte onderteken(t)(en).
De inschrijver(s)
gedaan te op datum van
🞎
🞎
🞎
🞎
handtekening
naam van de ondertekenaar(s)
(1) Doorhalen wat niet van toepassing is.
(1bis) Er wordt uitdrukkelijk gesteld dat de opgegeven prijzen forfaitair zijn en een wisselgarantiebeding niet kan worden aanvaard.
(2) Geen rekening houden met de door het bestek opgelegde producten van vreemde oorsprong.
(3) De inschrijver die deze aangifte niet heeft gedaan wordt geacht voor de uitvoering van de ganse aanneming geen producten of materialen te gebruiken die niet afkomstig zijn uit lidstaten van de Europese unie.