Contract
In dit document treft u de algemene voorwaarden van Smart Flex B.V. Deze voorwaarden zijn gebaseerd op de algemene voorwaarden van de NBBU en het grootste gedeelte van deze algemene voorwaarden komt dan ook woordelijk overeen met de algemene voorwaarden van de NBBU. Smart Flex B.V. is aangesloten bij de NBBU.
ALGEMENE VOORWAARDEN SMART FLEX B.V.
HOOFDSTUK 1 - ALGEMENE BEPALINGEN 2
ARTIKEL 2: TOEPASSELIJKHEID VAN DEZE VOORWAARDEN 2
ARTIKEL 3: TOTSTANDKOMING XXX XX XXXXXXXXXXXXXXXXXX 0
ARTIKEL 4: WIJZE VAN FACTURERING 2
ARTIKEL 5: XXXXXXXXXXXXXXXXXXXX 0
ARTIKEL 7: AANSPRAKELIJKHEID 4
ARTIKEL 10: TOEPASSELIJK RECHT EN BEVOEGDE RECHTER 6
XXXXXXXXX 0 - XXXXXXXXXXX VOOR HET TER BESCHIKKING STELLEN VAN WERKNEMERS 6
ARTIKEL 12: HET INLENEN VAN WERKNEMERS 6
ARTIKEL 13: INHOUD EN DUUR VAN DE INLEENOVEREENKOMST EN DE TERBESCHIKKINGSTELLING(EN) 6
ARTIKEL 14: HET INLENERSTARIEF, (UUR)BELONING EN OVERIGE VERGOEDINGEN 7
ARTIKEL 15: INFORMATIEVERPLICHTING INLENER 7
ARTIKEL 16: DE CIVIELE KETENAANSPRAKELIJKHEID VOOR LOON 7
ARTIKEL 17: AANGAAN (RECHTSTREEKSE) ARBEIDSVERHOUDING DOOR INLENER MET DE WERKNEMER 8
ARTIKEL 18: SELECTIE VAN WERKNEMERS 8
ARTIKEL 19: ZORGVERPLICHTING INLENER EN VRIJWARING JEGENS SMART FLEX 8
ARTIKEL 20: IDENTIFICATIE EN PERSOONSGEGEVENS 9
ARTIKEL 21: AUTO VAN DE ZAAK EN BEDRIJFSSLUITING 9
HOOFDSTUK 1 - ALGEMENE BEPALINGEN
ARTIKEL 1: DEFINITIES
In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:
1.1 Smart Flex: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Smart Flex B.V., gevestigd te Rotterdam
1.2 Werknemer: iedere natuurlijke persoon die door tussenkomst van Smart Flex werkzaamheden verricht of gaat verrichten ten behoeve en onder leiding en toezicht van een inlener.
1.3 Inlener: iedere natuurlijke of rechtspersoon die zich door tussenkomst van een Smart Flex voorziet van werknemers.
1.4 Inleenovereenkomst: de overeenkomst tussen een Smart Flex en een inlener waarin de specifieke voorwaarden worden opgenomen waaronder een werknemer ter beschikking wordt gesteld voor het verrichten van werkzaamheden ten behoeve en onder leiding en toezicht van een inlener.
1.5 Inlenerstarief: het bedrag per tijdseenheid dat de inlener aan Smart Flex verschuldigd is voor de terbeschikkingstelling van de werknemer. Het omvat de kosten van de arbeid waaronder loonkosten, loonheffing en sociale premies, alsmede een marge voor de dienstverlening van de Smart Flex. Bij toeslagen op het uurloon van een medewerker wordt het tarief met eenzelfde percentage verhoogd.
1.6 Uitzendovereenkomst: de arbeidsovereenkomst waarbij de werknemer door Smart Flex ter beschikking wordt gesteld aan een inlener om krachtens een door deze met Smart Flex gesloten inleenovereenkomst arbeid te verrichten onder leiding en toezicht van die inlener.
1.7 NBBU-cao: de cao voor Werknemers die geldt voor ondernemingen die als lid zijn aangesloten bij de Nederlandse Bond van Bemiddelings- en Uitzendondernemingen (NBBU).
1.8 Waar in deze algemene voorwaarden gesproken wordt over werknemers, wordt bedoeld: mannelijke en vrouwelijke werknemers en waar gesproken wordt over hem en/of hij, wordt bedoeld: hem/haar of hij/zij.
ARTIKEL 2: TOEPASSELIJKHEID VAN DEZE VOORWAARDEN
2.1 Deze voorwaarden zijn van toepassing op iedere aanbieding van Smart Flex, en op iedere inleenovereenkomst tussen, Smart Flex en een inlener waarop de Smart Flex deze voorwaarden van toepassing heeft verklaard, alsmede op de daaruit voortvloeiende leveringen en diensten van welke aard dan ook tussen de Smart Flex en een inlener, voor zover van deze voorwaarden niet door partijen nadrukkelijk schriftelijk is afgeweken.
2.2 De inlener met wie eenmaal op deze voorwaarden is gecontracteerd, wordt geacht stilzwijgend met de toepasselijkheid daarvan op een later met de Smart Flex gesloten inleenovereenkomst in te stemmen.
2.3 Alle aanbiedingen, ongeacht de wijze waarop deze zijn gedaan, zijn vrijblijvend.
2.4 Smart Flex is niet gebonden aan algemene voorwaarden van de inlener voor zover die afwijken van deze voorwaarden.
2.5 Deze algemene voorwaarden kunnen op enig moment worden gewijzigd dan wel worden aangevuld. De gewijzigde algemene voorwaarden gelden vervolgens ook ten aanzien van reeds gesloten inleenovereenkomsten, met inachtneming van een termijn van een maand na schriftelijke bekendmaking van de wijziging.
ARTIKEL 3: TOTSTANDKOMING VAN DE INLEENOVEREENKOMST
3.1 De inleenovereenkomst komt tot stand door schriftelijke aanvaarding van de inlener of doordat de Smart Flex feitelijk werknemers ter beschikking stelt aan de inlener.
3.2 De specifieke voorwaarden waaronder de werknemer door de Smart Flex ter beschikking wordt gesteld aan de inlener zijn opgenomen in de inleenovereenkomst.
3.3 Een wijziging of aanvulling van de inleenovereenkomst wordt pas van kracht nadat deze door de Smart Flex schriftelijk is bevestigd.
ARTIKEL 4: WIJZE VAN FACTURERING
4.1 De facturen van Smart Flex zijn gebaseerd op de ingevulde en door de inlener voor akkoord bevonden (digitale) tijdverantwoording, alsmede het inlenerstarief en eventueel bijkomende toeslagen en (on)kosten.
4.2 De inlener is verantwoordelijk voor de juiste, tijdige en volledige invulling en accordering van de tijdverantwoording. De accordering vindt plaats via (digitale) accordering van de tijdverantwoording, tenzij anders overeengekomen.
4.3 Bij verschil tussen de bij de Smart Flex ingeleverde tijdverantwoording en de door de inlener behouden gegevens daarvan, geldt de bij de Smart Flex ingeleverde tijdverantwoording als juist, tenzij de inlener het tegendeel aantoont.
4.4 Als de werknemer de gegevens van de tijdverantwoording betwist, kan Smart Flex het aantal gewerkte uren en overige kosten factureren volgens de opgave van de werknemer, tenzij de inlener aantoont dat voornoemde tijdverantwoording correct is.
4.5 Als de inlener niet aan het gestelde in lid 2 van dit artikel voldoet, kan Smart Flex besluiten om de inlener te factureren op basis van de bij haar bekende feiten en omstandigheden. Smart Flex gaat hiertoe niet over zolang er geen redelijk overleg daaromtrent met de inlener heeft plaatsgevonden.
4.6 Als de inlener, nadat de werknemer is verschenen op de werkplek, minder dan drie uren gebruik maakt van diens arbeidsaanbod, is de inlener verplicht tot betaling van het inleners tarief over ten minste drie uren per oproep als:
a) De overeengekomen omvang van de arbeid minder dan 15 uur per week bedraagt en de werktijden niet zijn vastgelegd; of
b) De inlener de omvang van de arbeid niet of niet eenduidig heeft vastgelegd.
4.7 De inlener draagt er zorg voor dat de facturen van Smart Flex zonder enige inhouding, korting of verrekening binnen 14 dagen na factuurdatum zijn betaald.
4.8 Inlener kan Smart Flex verzoeken om in overleg te treden over de mogelijkheid een percentage van het gefactureerde bedrag op de G-rekening te storten, alsmede over de hoogte van het percentage. Alleen bij bereikte overeenstemming kan van voor noemde mogelijkheid gebruik worden gemaakt.
ARTIKEL 5: BETALINGSVOORWAARDEN
5.1 Uitsluitend rechtstreekse betalingen aan Smart Flex werken voor de inlener bevrijdend.
5.2 Rechtstreekse betaling, dan wel verstrekking van voorschotten door de inlener aan de werknemer, is niet toegestaan, ongeacht de reden waarom of de wijze waarop zulks geschiedt. Dergelijke betalingen en verstrekkingen regarderen Smart Flex niet en leveren geen grond op voor enige schuldaflossing of verrekening.
5.3 Als de inlener een factuur betwist, zal dit binnen acht dagen na verzenddatum van de betreffende factuur schriftelijk door de inlener aan Smart Flex kenbaar worden gemaakt, op straffe van verval van het recht op betwisting. Een betwisting van de factuur schort de betalingsverplichting van de inlener niet op.
5.4 Bij niet, niet tijdige of niet volledige betaling door de inlener van enig door hem verschuldigd bedrag, is hij met ingang van de vervaldatum van de betreffende factuur van rechtswege in verzuim. Vanaf dat moment is de inlener tevens een vertragingsrente van 1% per maand, een gedeelte van een maand voor een hele maand rekenende, over het factuurbedrag aan Smart Flex verschuldigd.
5.5 Alle kosten, zowel in als buiten rechte, de kosten van rechtskundige bijstand daaronder begrepen, die de Smart Flex moet maken ten gevolge van het niet nakomen van de betalingsverplichtingen door de inlener, zijn voor rekening van de inlener. De buitengerechtelijke incassokosten van Smart Flex, te berekenen over het te incasseren bedrag, worden met een minimum van € 500,00 vastgesteld op ten minste 15% van de hoofdsom.
5.6 Indien de inleenovereenkomst is aangegaan met meer dan één inlener, welke inleners behoren tot dezelfde groep van ondernemingen, dan zijn alle inleners hoofdelijk aansprakelijk voor de verplichtingen uit hoofde van dit artikel, ongeacht de tenaamstelling van de factuur.
5.7 Indien de financiële positie en/of het betalingsgedrag van de inlener daartoe - naar de mening van Smart Flex - aanleiding geeft, is de inlener verplicht op eerste schriftelijk verzoek van Smart Flex afdoende zekerheid te stellen voor de nakoming van de verplichtingen jegens de Smart Flex, door middel van bijvoorbeeld een bankgarantie of pandrecht. De omvang van de gevraagde zekerheid en/of het gevraagde voorschot staat in verhouding tot de omvang van de betreffende verplichtingen van de inlener.
5.8 Ingeval de inlener geen gehoor geeft aan een verzoek van Smart Flex als bedoeld in het vorige lid, verkeert de inlener van rechtswege in verzuim zonder dat daartoe een ingebrekestelling voor nodig is. Indien de inlener in verzuim verkeert, dan is Smart Flex gerechtigd de uitvoering van
haar verplichtingen uit de inleenovereenkomst op te schorten dan wel de inleenovereenkomst onmiddellijk geheel of gedeeltelijk op te zeggen, zonder dat de Smart Flex een schadevergoeding verschuldigd is aan de inlener. Alle vorderingen van Smart Flex worden als gevolg van de opzegging direct opeisbaar.
ARTIKEL 6: ONTBINDING
6.1 Als een partij in gebreke blijft aan zijn verplichtingen uit de inleenovereenkomst te voldoen, is de andere partij - naast hetgeen in de inleenovereenkomst is bepaald - gerechtigd de inleenovereenkomst door middel van een aangetekend schrijven buitengerechtelijk geheel of gedeeltelijk te ontbinden. De ontbinding zal pas plaatsvinden nadat de in gebreke verkerende partij schriftelijk in gebreke is gesteld en hem een redelijke termijn is geboden om de tekortkoming te zuiveren, en nakoming is uitgebleven.
6.2 Voorts is de ene partij gerechtigd, zonder dat enige aanmaning of ingebrekestelling zal zijn vereist, buiten rechte de inleenovereenkomst door middel van een aangetekend schrijven met onmiddellijke ingang geheel of gedeeltelijk te ontbinden als:
a) De andere partij (voorlopige) surseance van betaling aanvraagt of hem (voorlopige) surseance van betaling wordt verleend;
b) De andere partij zijn eigen faillissement aanvraagt of in staat van faillissement wordt verklaard;
c) De onderneming van de andere partij wordt geliquideerd;
d) De andere partij zijn huidige onderneming staakt;
e) Buiten toedoen van de ene partij op een aanmerkelijk deel van het vermogen van de andere partij beslag wordt gelegd, dan wel indien de andere partij anderszins niet langer in staat moet worden geacht de verplichtingen uit de inleenovereenkomst na te kunnen komen.
6.3 Als de inlener op het moment van de ontbinding reeds prestaties ter uitvoering van de inleenovereenkomst had ontvangen, kan hij de inleenovereenkomst slechts gedeeltelijk ontbinden en wel uitsluitend voor dat gedeelte, dat door of namens Smart Flex nog niet is uitgevoerd.
6.4 Bedragen die Smart Flex vóór de ontbinding aan de inlener heeft gefactureerd in verband met hetgeen zij reeds ter uitvoering van de inleenovereenkomst heeft gepresteerd, blijven onverminderd door inlener aan haar verschuldigd en worden op het moment van de ontbinding direct opeisbaar.
ARTIKEL 7: AANSPRAKELIJKHEID
7.1 Behoudens bepalingen van dwingend recht, alsmede met inachtneming van de algemene normen van redelijkheid en billijkheid, is Smart Flex niet gehouden tot enige vergoeding van schade van welke aard dan ook, direct of indirect, ontstaan aan de werknemer, de inlener of aan zaken dan wel personen bij of van de inlener of een derde, verband houdend met een inleenovereenkomst, waaronder mede te verstaan schade die is ontstaan als gevolg van:
a) De terbeschikkingstelling van de werknemer door Smart Flex aan de inlener, ook wanneer mocht blijken dat die werknemer niet blijkt te voldoen aan de door de inlener aan hem gestelde vereisten.
b) Eenzijdige opzegging van de uitzendovereenkomst door de werknemer.
c) Toedoen of nalaten van de werknemer, de inlener zelf of een derde, waaronder begrepen het aangaan van verbintenissen door de werknemer.
d) Het zonder schriftelijke toestemming van Xxxxx Flex doorlenen door de inlener van de werknemer.
7.2 Eventuele aansprakelijkheid van Smart Flex voor enige directe schade is in ieder geval, per gebeurtenis, beperkt tot:
a) Het bedrag dat de verzekering van de Smart Flex uitkeert, dan wel;
b) Indien de Smart Flex niet voor de betreffende schade is verzekerd of de verzekering niet (volledig) uitkeert, het door de Smart Flex gefactureerde bedrag. Is het bedrag dat in rekening is gebracht afhankelijk van een tijdsfactor, dan is de aansprakelijkheid beperkt tot het bedrag dat door Smart Flex in de maand voorafgaand aan de schademelding bij de inlener in rekening is gebracht. Bij gebreke van een voorafgaande maand, is beslissend wat Smart Flex in de maand waarin het schadeveroorzakende feit heeft plaatsgevonden aan de inlener volgens de inleenovereenkomst in rekening zou brengen dan wel heeft gebracht.
7.3 Voor gevolgschade zoals gederfde winst en gemiste besparingen en voor indirecte schade, is Smart Flex nimmer aansprakelijk.
7.4 De inlener is verplicht om zorg te dragen voor een afdoende, totaal dekkende aansprakelijk- heidsverzekering voor alle directe en indirecte schade als bedoeld in lid 1 tot en met 3 van dit artikel.
7.5 In ieder geval dient de inlener Smart Flex te vrijwaren tegen eventuele vorderingen van de werknemer of derden, tot vergoeding van schade als bedoeld in lid 1 van dit artikel geleden door die werknemer of derden.
7.6 De in leden 1 en 2 van dit artikel opgenomen beperkingen van aansprakelijkheid komen te vervallen, als er sprake is van opzet of grove schuld aan de zijde van Smart Flex en/of diens leidinggevend personeel.
7.7 Smart Flex heeft te allen tijde het recht, indien en voor zover mogelijk, eventuele schade van de inlener ongedaan te maken. Hiertoe wordt tevens gerekend het recht van Smart Flex maatregelen te treffen die eventuele schade kan voorkomen dan wel beperken.
ARTIKEL 8: OVERMACHT
8.1 In geval van overmacht van Smart Flex zullen haar verplichtingen uit hoofde van de inleenovereenkomst worden opgeschort, zolang de overmacht toestand voortduurt. Onder overmacht wordt verstaan elke van de wil van Smart Flex onafhankelijke omstandigheid, die de nakoming van de inleenovereenkomst blijvend of tijdelijk verhindert en welke noch krachtens wet, noch naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid voor haar risico behoort te komen.
8.2 Zodra zich bij Smart Flex een overmacht toestand voordoet als in lid 1 van dit artikel bedoeld, zal zij daarvan mededeling doen aan de inlener.
8.3 Voor zover daaronder niet reeds begrepen, wordt onder overmacht tevens verstaan: werkstaking, bedrijfsbezetting, blokkades, embargo, overheidsmaatregelen, oorlog, revolutie en/of enig daaraan gelijk te stellen toestand, stroomstoringen, storingen in elektronische communicatielijnen, brand, ontploffing en andere calamiteiten, waterschade, overstroming, aardbeving en andere natuurrampen, alsmede omvangrijke ziekte van epidemiologische aard van personeel.
8.4 Zolang de overmacht toestand voortduurt, zullen de verplichtingen van Smart Flex zijn opgeschort. Deze opschorting zal echter niet gelden voor verplichtingen waarop de overmacht geen betrekking heeft en reeds voor het intreden van de overmacht toestand zijn ontstaan.
8.5 Als de overmacht toestand drie maanden heeft geduurd, of zodra vaststaat dat de overmacht toestand langer dan drie maanden zal duren, is ieder der partijen gerechtigd de inleenovereenkomst tussentijds te beëindigen zonder inachtneming van enige opzegtermijn. De inlener is ook na zodanige beëindiging van de inleenovereenkomst gehouden de door hem aan Smart Flex verschuldigde vergoedingen, welke betrekking hebben op de periode vóór de overmacht toestand, aan de Smart Flex te betalen.
8.6 Smart Flex is tijdens de overmacht toestand niet gehouden tot vergoeding van enigerlei schade van of bij de inlener, noch is zij daartoe gehouden na beëindiging van de inleenovereenkomst als in lid 5 van dit artikel bedoeld.
ARTIKEL 9: GEHEIMHOUDING
9.1 Smart Flex en de inlener zullen geen vertrouwelijke informatie van of over de andere partij, diens activiteiten en relaties, die hun ter kennis is gekomen ingevolge een aanbieding of inleenovereenkomst, verstrekken aan derden. Dit tenzij – en alsdan voor zover – verstrekking van die informatie nodig is om de inleenovereenkomst naar behoren te kunnen uitvoeren of op hen een wettelijke plicht tot bekendmaking rust.
9.2 Op verzoek van de inlener zal Smart Flex de werknemer verplichten tot geheimhouding omtrent al hetgeen hem bij het verrichten van de werkzaamheden bekend of gewaarwordt, tenzij op de werknemer een wettelijke plicht tot bekendmaking rust.
9.3 Het staat de inlener vrij om de werknemer rechtstreeks te verplichten tot geheimhouding. De inlener informeert Smart Flex over zijn voornemen daartoe en verstrekt een afschrift van hetgeen daaromtrent is vastgelegd aan Smart Flex.
9.4 Smart Flex is niet aansprakelijk voor een boete, dwangsom of eventuele schade van de inlener als gevolg van schending van de geheimhoudingsplicht door de werknemer.
ARTIKEL 10: TOEPASSELIJK RECHT EN BEVOEGDE RECHTER
10.1 Op deze algemene voorwaarden, opdrachten, inleenovereenkomsten en/of andere overeen komsten is het Nederlands recht van toepassing.
10.2 Alle geschillen die voortvloeien of samenhangen met een rechtsverhouding tussen partijen, zullen in eerste aanleg uitsluitend worden berecht door de rechtbank binnen het arrondissement waarin Smart Flex is gevestigd, tenzij de wet dwingend anders voorschrijft.
ARTIKEL 11: SLOTBEPALINGEN
11.1 Als enige bepaling uit deze voorwaarden nietig is of wordt vernietigd, zullen de overige bepalingen van deze voorwaarden volledig van kracht blijven en zullen partijen in overleg treden teneinde nieuwe bepalingen ter vervanging van de nietige of vernietigde bepalingen overeen te komen, waarbij zoveel mogelijk het doel en de strekking van de nietige of vernietigde bepaling in acht zullen worden genomen.
11.2 Smart Flex is gerechtigd om haar rechten en verplichtingen uit hoofde van een inleenovereenkomst over te dragen aan een derde. Tenzij schriftelijk anders is overeengeko- men, is het de inlener niet toegestaan om zijn rechten en verplichtingen uit hoofde van de inleenovereenkomst over te dragen aan een derde.
HOOFDSTUK 2 - VOORWAARDEN VOOR HET TER BESCHIKKING STELLEN VAN WERKNEMERS
ARTIKEL 12: HET INLENEN VAN WERKNEMERS
12.1 De uitzendovereenkomst wordt aangegaan tussen de werknemer en Smart Flex. Op de uitzendovereenkomst is de NBBU-cao voor Werknemers van toepassing. Tussen de inlener en de werknemer bestaat er geen arbeidsovereenkomst.
12.2 Bij het ter beschikking stellen van de werknemer door Smart Flex aan de inlener, werkt de werknemer feitelijk onder leiding en toezicht van de inlener. De inlener neemt daarbij dezelfde zorgvuldigheid in acht als tegenover zijn eigen werknemers. Smart Flex heeft als formele werkgever geen zicht op de werkplek en de te verrichten werkzaamheden, op basis waarvan de inlener dient zorg te dragen voor een veilige werkomgeving, alsmede de leiding heeft en toezicht uitoefent over de werknemer.
12.3 De inlener zal, zonder schriftelijke toestemming van Smart Flex, de door hem ingeleende werknemer niet op zijn beurt weer doorlenen aan een derde om onder diens leiding en toezicht te werken. Een overtreding van onderhavig lid leidt ertoe dat de Smart Flex gerechtigd is om de terbeschikkingstelling van de werknemer en/of de inleenovereenkomst per direct te beëindigen, alsmede alle hieruit voortvloeiende c.q. verband houdende schade aan de inlener in rekening te brengen. De inlener stelt Smart Flex alsdan volledig schadeloos.
ARTIKEL 13: INHOUD EN DUUR VAN DE INLEENOVEREENKOMST EN DE TERBESCHIKKINGSTELLING(EN)
13.1 In de inleenovereenkomst worden de specifieke voorwaarden waaronder de werknemer aan de inlener ter beschikking wordt gesteld opgenomen. De inleenovereenkomst kan niet worden beëindigd zolang er werknemers aan de inlener ter beschikking worden gesteld.
13.2 De inlener zal Smart Flex informeren omtrent de beoogde duur van de terbeschikkingstelling, op basis waarvan Smart Flex de aard en de duur van de uitzendovereenkomst met de werknemer kan bepalen.
13.3 Als de uitzendovereenkomst voorziet in het uitzendbeding, dan hoeven Smart Flex, werknemer en/of de inlener geen opzegtermijn in acht te nemen als zij de terbeschikkingstelling tussentijds wensen te beëindigen, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
13.4 Als de uitzendovereenkomst niet voorziet in het uitzendbeding, dan is er sprake van een uitzendovereenkomst voor bepaalde of onbepaalde tijd. In dit geval kan de inlener de terbeschikkingstelling uitsluitend tussentijds eindigen onder de voorwaarde dat de met de terbeschikkingstelling verband houdende betalingsverplichtingen voortduren tot het verstrijken van de overeengekomen duur van de terbeschikkingstelling. Smart Flex is alsdan gerechtigd om het inlenerstarief tot de overeengekomen duur van de terbeschikkingstelling aan de inlener in rekening te (blijven) brengen overeenkomstig het gebruikelijke c.q. het te verwachten arbeidspatroon van de werknemer, tenzij Smart Flex en de inlener hieromtrent schriftelijk andersluidende afspraken hebben gemaakt.
13.5 Als de inlener de terbeschikkingstelling wenst te beëindigen terwijl er niets is overeengekomen
13.6 omtrent de duur van de terbeschikkingstelling en de werknemer op basis van een uitzendovereenkomst voor bepaalde of onbepaalde tijd werkzaam is, geldt er een opzegtermijn van drie maanden.
13.7 Indien de reden van de beëindiging is gelegen in een geschil met de werknemer, dan wel een conflictsituatie, dan dient de inlener Smart Flex daar tijdig van op de hoogte te stellen. Smart Flex zal alsdan onderzoeken of het geschil, dan wel de conflict situatie kan worden opgelost.
13.8 Smart Flex kan in verband met de voor haar geldende aanzegverplichting jegens de werknemer de inlener minimaal vijf weken voor het einde van de uitzendovereenkomst voor bepaalde tijd verzoeken om aan te geven of hij voornemens is om de terbeschikkingstelling te continueren. De inlener is alsdan gehouden om binnen drie dagen aan te geven of hij de terbeschikkingstelling wenst te continueren. Het niet tijdig, dan wel niet correct informeren van Smart Flex leidt ertoe dat, de inlener de kosten verband houdende met de vergoeding ex artikel 7:668 BW integraal aan Smart Flex dient te vergoeden.
ARTIKEL 14: HET INLENERSTARIEF, (UUR)BELONING EN OVERIGE VERGOEDINGEN
14.1 De inlener is voor de terbeschikkingstelling van de werknemer het inlenerstarief aan Smart Flex verschuldigd, behoudens hieromtrent andersluidende afspraken zijn gemaakt.
14.2 Het inlenerstarief staat in directe verhouding tot het aan de werknemer verschuldigde loon. Het loon en de vergoedingen van de werknemer worden vooraf aan de terbeschikkingstelling en zo nodig gedurende de terbeschikkingstelling bepaald en zijn gelijk aan het loon en vergoedingen die worden toegekend aan vergelijkbare werknemers, werkzaam in gelijke of gelijkwaardige functies, in dienst van de inlener (het loonverhoudingsvoorschrift).
14.3 Onder het loonverhoudingsvoorschrift vallen de volgende componenten:
a) Uitsluitend het geldende periodeloon in de schaal;
b) De van toepassing zijnde arbeidsduurverkorting. Deze kan –zulks ter keuze van de Smart Flex- gecompenseerd worden in tijd en/ of geld;
c) Toeslagen voor overwerk, verschoven uren, onregelmatigheid (waaronder feestdagen toeslag) en ploegendienst;
d) initiële loonstijging;
e) Onbelaste kostenvergoedingen: reiskosten, pensionkosten en andere kosten noodzake lijk wegens de uitoefening van de functie;
f) Periodieken.
14.4 Tariefwijzigingen ten gevolge van cao-verplichtingen en wijzigingen in of ten gevolge van wet- en regelgeving zoals fiscale en sociale wet- en regelgeving, worden met ingang van het tijdstip van die wijzigingen aan de inlener doorberekend en zijn dienovereenkomstig door de inlener verschuldigd, ook als deze wijzigingen zich voordoen tijdens de duur van een inleenovereenkomst.
ARTIKEL 15: INFORMATIEVERPLICHTING INLENER
15.1 De inlener informeert Smart Flex tijdig, juist en volledig inzake de looncomponenten van het loonverhoudingsvoorschrift als bedoeld in artikel 14, zodat Smart Flex het loon van de werknemer kan vaststellen.
15.2 Indien het loon en overige vergoedingen van de werknemer niet kunnen worden vastgesteld volgens het loonverhoudingsvoorschrift worden deze vastgesteld aan de hand van gesprekken die door Smart Flex worden gevoerd met de inlener en de werknemer. Bij het vaststellen van het loon geldt als leidraad het opleidingsniveau en de ervaring van de werknemer en de benodigde capaciteiten die de invulling van die functie met zich meebrengt.
15.3 Smart Flex is gerechtigd om het inlenerstarief met terugwerkende kracht te corrigeren en aan de inlener in rekening te brengen, indien blijkt dat (een van) de componenten als bedoeld in artikel 14 lid 3, onjuist zijn vastgesteld.
ARTIKEL 16: DE CIVIELE KETENAANSPRAKELIJKHEID VOOR LOON
16.1 Naast Smart Flex is de inlener hoofdelijk aansprakelijk jegens de werknemer voor de voldoening van het aan de werknemer verschuldigde loon, tenzij de inlener zich inzake de eventuele onderbetaling als niet-verwijtbaar kwalificeert.
16.2 De inlener dient ten behoeve van het aantonen van zijn niet-verwijtbaarheid in ieder geval de Smart Flex tijdig, juist en volledig te informeren inzake de looncomponenten van het loonverhoudingsvoorschrift conform artikel 15 lid 1.
16.3 Smart Flex is jegens de inlener gehouden om de werknemer te belonen conform de toepasselijke wet- en regelgeving, waaronder de NBBU-cao voor Uitzendkrach ten.
16.4 Indien de inlener zich nader wenst te laten informeren over de arbeidsvoorwaarden van de
16.5 werknemer in het kader van de ketenaansprakelijkheid voor loon, treedt hij hierover in overleg met Smart Flex.
16.6 De inlener onthoudt zich van het opvragen van de gegevens die geen betrekking hebben op of in verband staan tot het loon van de werknemer. Smart Flex behoudt zich het recht voor om geanonimiseerde informatie aan de inlener te verstrekken. Ten aanzien van de verkregen informatie met betrekking tot de werknemer is de inlener verplicht tot geheimhouding.
ARTIKEL 17: AANGAAN (RECHTSTREEKSE) ARBEIDSVERHOUDING DOOR INLENER MET DE WERKNEMER
17.1 Als de inlener met een hem door Smart Flex ter beschikking gestelde of te stellen werknemer rechtstreeks een arbeidsovereenkomst, dan wel een andersoortige arbeidsverhouding wil aangaan, stelt hij Smart Flex daarvan onverwijld schriftelijk in kennis. Partijen treden vervolgens in overleg om de wens van de inlener te bespreken. Als uitgangspunt geldt dat de inlener aan Smart Flex een redelijke vergoeding is verschuldigd, voor de door Smart Flex verleende diensten in verband met de terbeschikkingstelling, werving en/of opleiding van de werknemer, overeenkomstig het bepaalde in artikel 9a lid 2 Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs.
17.2 Onder andersoortige arbeidsverhouding als bedoeld in dit artikel wordt onder meer verstaan:
a) a. het aanstellen als ambtenaar;
b) b. de overeenkomst van opdracht;
c) c. aanneming van werk;
d) d. het ter beschikking laten stellen van de werknemer aan de inlener door een derde (bijvoorbeeld een andere Smart Flex) voor hetzelfde of ander werk.
17.3 De inlener gaat niet rechtstreeks een arbeidsovereenkomst met de werknemer aan, als de werknemer de uitzendovereenkomst met Smart Flex niet rechtsgeldig heeft beëindigd.
17.4 Het is de inlener verboden om werknemers ertoe te bewegen om een arbeidsovereenkomst, dan wel een andersoortige arbeidsverhouding met een andere onderneming aan te gaan, met de bedoeling de werknemers middels deze andere onderneming in te lenen.
ARTIKEL 18: SELECTIE VAN WERKNEMERS
18.1 De werknemer wordt door Smart Flex gekozen enerzijds aan de hand van zijn hoedanigheden en kundigheden en anderzijds aan de hand van de door de inlener aangedragen functievereisten.
18.2 Niet-functierelevante vereisten die bovendien (kunnen) leiden tot (in)directe discriminatie, onder meer verband houdende met ras, godsdienst, geslacht en/ of handicap, kunnen niet door de inlener worden gesteld. In ieder geval zullen deze eisen door Smart Flex niet worden gehonoreerd, tenzij ze worden gesteld in het kader van een doelgroepenbeleid dat wettelijk is toegestaan, om gelijke arbeidsparticipatie te bevorderen.
18.3 De inlener heeft het recht om, als een werknemer niet voldoet aan de door de inlener gestelde functievereisten, dit binnen 4 uur na aanvang van de werkzaamheden aan Smart Flex kenbaar te maken. In dat geval is de inlener gehouden Smart Flex minimaal te betalen het aan de werknemer verschuldigde loon, xxxxxxxxxxx met het werkgeversaandeel in de sociale lasten en premieheffing en uit de NBBU-cao voortvloei ende verplichtingen.
18.4 Gedurende de looptijd van de inleenovereenkomst is Smart Flex gerechtigd om een voorstel te doen tot vervanging van de werknemer, bijvoorbeeld indien de werknemer niet langer in staat is de arbeid te verrichten, dan wel in verband met een door te voeren reorganisatie of herplaatsingsverplichting. Het inlenerstarief zal dan opnieuw worden vastgesteld.
ARTIKEL 19: ZORGVERPLICHTING INLENER EN VRIJWARING JEGENS SMART FLEX
19.1 De inlener is ervan op de hoogte dat hij volgens artikel 7:658 BW en de geldende Arbowet- geving de verplichting heeft om te zorgen voor een veilige werkplek van de werknemer. De inlener verstrekt de werknemer concrete aanwijzingen om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt. Tevens verstrekt de inlener de werknemer persoonlijke beschermingsmiddelen voor zover noodzakelijk. Indien de benodigdheden door
19.2 Smart Flex worden verzorgd, is Smart Flex gerechtigd de kosten die daarmee samenhangen bij de inlener in rekening te brengen.
19.3 Voordat de terbeschikkingstelling een aanvang neemt, verstrekt de inlener aan de werknemer en Smart Flex de noodzakelijke informatie over de verlangde beroepskwalificatie van de werknemer, alsmede de Risico-Inventarisatie en -Evaluatie (RI&E), bevattende de specifieke
19.4 kenmerken van de in te nemen arbeidsplaats. De werknemer dient voldoende gelegenheid te krijgen om van de inhoud kennis te nemen, alvorens de werkzaam heden aanvang kunnen vinden.
19.5 De inlener is tegenover de werknemer en Smart Flex aansprakelijk voor en dientengevolge gehouden tot vergoeding van de schade die de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden lijdt, tenzij de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer, alles met inachtneming van het bepaalde in artikel 7.
19.6 Als de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden zodanig letsel heeft bekomen dat daarvan de dood het gevolg is, is de inlener overeenkomstig artikel 6:108 BW jegens de in dat artikel bedoelde personen en jegens Smart Flex gehouden tot vergoeding van de schade aan de bedoelde personen, tenzij de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer, alles met inachtneming van het bepaalde in artikel 7.
19.7 De inlener vrijwaart Smart Flex volledig tegen aanspraken, jegens de Smart Flex ingesteld wegens het niet nakomen door de inlener van de in dit artikel genoemde verplichtingen en zal de hiermee verband houdende kosten rechtsbijstand volledig aan Smart Flex vergoeden. De inlener verleent Smart Flex de bevoegdheid haar aanspraken bedoeld in onderhavig artikel aan de direct belanghebbende(n) te cederen.
19.8 De inlener is verplicht om zorg te dragen voor een afdoende, totaal dekkende aansprakelijk- heidsverzekering voor alle directe en indirecte schade als bedoeld in dit artikel.
ARTIKEL 20: IDENTIFICATIE EN PERSOONSGEGEVENS
20.1 De inlener stelt bij aanvang van de terbeschikkingstelling van een werknemer diens identiteit vast aan de hand van het originele identiteitsdocument. De inlener richt zijn administratie zodanig in dat de identiteit van de werknemer kan worden aangetoond.
20.2 Smart Flex en de inlener behandelen alle persoonsgegevens van werknemers die hen in het kader van de terbeschikkingstelling zijn verstrekt vertrouwelijk en verwerken deze in overeenstemming met de bepalingen van de Algemene Verordening Gegevens bescherming (AVG) en overige relevante privacywetgeving.
20.3 De inlener is ervoor verantwoordelijk dat hij alleen persoonsgegevens aan de uitzend onderneming verstrekt of bij haar opvraagt, indien en voor zover de inlener op grond van de AVG gerechtigd is deze te verstrekken of op te vragen.
20.4 De inlener vrijwaart Smart Flex tegen alle aanspraken van kandidaten, medewerkers, werknemers van de inlener of overige derden jegens Smart Flex, in verband met een overtreding door de inlener van de AVG en overige privacywetgeving en vergoedt de daarmee samenhangende kosten die door Smart Flex zijn gemaakt.
ARTIKEL 21: AUTO VAN DE ZAAK EN BEDRIJFSSLUITING
21.1 Als de inlener voornemens is de werknemer een auto ter beschikking te stellen, deelt de inlener dit onverwijld mede aan Smart Flex. Uitsluitend in overleg met Smart Flex komt de inlener met de werknemer overeen dat de auto privé gereden mag worden, zodat Smart Flex hiermee rekening kan houden in de loonheffing. Als de inlener dit nalaat is hij gehouden de daaruit voortvloeiende schade, kosten en (fiscale) gevolgen te vergoeden die Smart Flex lijdt.
21.2 Als er gedurende de terbeschikkingstelling een bedrijfssluiting of verplichte vrije dag plaatsvindt, informeert de inlener Smart Flex hieromtrent bij het aangaan van de inleenovereenkomst, zodat de Smart Flex hiermee rekening kan houden bij het vaststellen van de arbeidsvoorwaarden. Als de inlener dit nalaat is hij gedurende de bedrijfssluiting of verplichte vrije dag, aan Smart Flex verschuldigd het aantal uren zoals overeengekomen in de inleenovereenkomst, vermenigvuldigd met het laatst geldende inlenerstarief.