Algemene voorwaarden
Algemene voorwaarden
Onderwijsovereenkomst beroepsonderwijs
Algemene voorwaarden onderwijsovereenkomst 1 beroepsonderwijs
• De studentenraad van Aventus heeft ingestemd met de model onderwijs- overeenkomst van Stichting Regio- naal Opleidingen Centrum Aventus;
• Op deze overeenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing;
• Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle lopende onderwijs- overeenkomsten binnen het beroeps- onderwijs van Xxxxxxx. De voorgaan- de algemene voorwaarden komen hiermee te vervallen.
• In gevallen waarin deze overeen- komst niet voorziet, beslist het college van bestuur van Aventus na de student gehoord te hebben.
1 De artikelen in deze onderwijsovereen- komst behoren bij het opleidingsblad dat is ondertekend door student en instelling.
Artikel 1 Aard van de
overeenkomst
1. De algemene voorwaarden onderwijs- overeenkomst vormen samen met het opleidingsblad de onderwijs- overeenkomst als bedoeld in artikel
8.1.3. van de Wet educatie en beroepsonderwijs.
2. In deze overeenkomst staan de algemene rechten en plichten van partijen. Bepalingen die specifiek gaan over de door de student te volgen opleiding staan in het oplei- dingsblad. Het opleidingsblad is een onlosmakelijk onderdeel van deze overeenkomst. Overal waar in deze overeenkomst ‘opleiding’ staat, wordt de opleiding bedoeld zoals vermeld op het opleidingsblad.
3. De ouder(s)/wettelijk vertegenwoor- diger(s) stemmen er door onder- tekening van de onderwijsovereen- komst mee in dat de minderjarige student de beroepspraktijkvormings- overeenkomsten in deze opleiding zelfstandig ondertekent.
4. De opleidingsgegevens zoals opgenomen in artikel 2 van het opleidingsblad kunnen gedurende de opleiding met wederzijdse instemming van partijen worden gewijzigd of aangevuld. De opleidingsgegevens kunnen alleen worden gewijzigd op verzoek en met instemming van de student. De student beslist hierover na/in student hierin altijd actief adviseren. Het opleidingsblad wordt dan gedurende de looptijd vervangen door
overleg met de leertrajectbegeleider en/of loopbaanexpert van de instelling. De instelling kan de een nieuw opleidingsblad, dat de instelling schriftelijk (op papier/ digitaal) stuurt naar de student (of in geval van een minderjarige student ook naar zijn/haar ouder(s)/ wettelijk vertegenwoordiger).2
5. Als de student of in geval van een minderjarige student zijn/haar ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger(s), niet akkoord gaat met de inhoud van het nieuwe opleidingsblad al dan niet omdat de aangepaste opleidingsgegevens niet correct zijn weergegeven, dan moet hij/zij dit binnen tien schooldagen schriftelijk (op papier/ digitaal) aan de instelling doorgeven. De opleidingsgegevens worden in een dergelijk geval gecorrigeerd en er wordt een nieuw opleidingsblad aan de student verstrekt òf de student blijft in de opleiding zoals vermeld op het vorige opleidingsblad. Als de student niet binnen de afgesproken termijn reageert, vervangt het nieuwe opleidingsblad het vorige opleidingsblad en wordt daarmee een onlosmakelijk onderdeel van de onderwijsovereenkomst.
6. De hierboven beschreven procedure geldt ook voor een inschrijving als extraneus. Zie ook artikel 15.
7. De student en de ouder(s)/wettelijk vertegenwoordiger(s) kunnen het studentdossier inzien. Zie het studentenstatuut voor meer informatie.
2 Aventus gebruikt voor e-mail de Aventus-mail.
Artikel 2 Inhoud en inrichting
van de opleiding
1. De inhoud en inrichting van de opleiding en examenvoorzieningen staan in de onderwijs- en examen- regeling (OER), respectievelijk de opleidingsgids. Deze opleidingsgids wordt aan het begin van de opleiding aan elke student beschikbaar gesteld en met de student besproken.
2. Van de opleiding op basis van de herziene kwalificatiedossiers maken keuzedelen onlosmakelijk onderdeel uit. Het volgen van keuzedelen en afsluiten met een examen is een verplicht onderdeel van de opleiding. De student kiest bij aanvang of gedurende de opleiding keuzedelen. Wanneer een student een keuze maakt om een keuzedeel te gaan volgen, wordt dit geregistreerd op de bijlage dat een onlosmakelijk onder- deel is van de onderwijsovereen- komst. Als de student later in zijn opleiding een keuze voor een keuzedeel maakt, dan wordt er een nieuwe bijlage aan de onderwijsover- eenkomst toegevoegd. Het aantal keuzedelen is afhankelijk van het soort opleiding.
3. Een student kan met de instelling aanvullende maatwerkafspraken maken over bijvoorbeeld extra begeleiding. Deze afspraken kunnen aan het begin en/of tijdens het onderwijstraject worden gemaakt. De afspraken worden in een bijlage bij de onderwijsovereenkomst gevoegd.
4. Elke student krijgt een leertraject- begeleider toegewezen waarmee op gezette tijden individuele gesprekken
worden gevoerd. Tijdens het onder- wijstraject zullen tussen de student en de leertrajectbegeleider over de
leer- en loopbaanbegeleiding nadere afspraken worden gemaakt.
5. Op grond van bewijsstukken kan een student volgens het examen- reglement vrijstelling aanvragen bij de examencommissie voor onderdelen van het examen. De gevallen waarin dat kan, staan beschreven in de opleidingsgids. De examencommissie beslist hierover. Het bewijs van vrijstelling wordt opgenomen in het studentendossier en de student ontvangt een bewijs van de verkregen vrijstelling. Daarop kan als dat aan de orde is, ook worden vermeld of de vrijstelling voor een beperkte tijd geldig is.
6. De beroepspraktijkvorming is een verplicht onderdeel van deze oplei- ding. Afspraken over de beroeps- praktijkvorming staan in een beroeps- praktijkvormingsovereenkomst tussen de instelling, de student en het erkende leerbedrijf dat de bpv verzorgt.
7. De instelling heeft de zorgplicht een arbeidsmarktrelevante opleiding aan te bieden en de student te helpen bij het vinden van een bpv-plek. De student moet zich inspannen om een bpv-plek te vinden en moet een
bpv-plek accepteren.
Artikel 3 Tijdvakken en locaties
1. Aan het begin van en tijdens het onderwijstraject worden het (periode) rooster en de locaties tien werkdagen voor het begin van de lessen aan de
student digitaal beschikbaar gesteld.
2. De student is verplicht de opleidings- activiteiten volgens het geldende (individuele) rooster te volgen.
3. De instelling mag het rooster en de locaties om organisatorische en/of onderwijsinhoudelijke redenen wijzigen. De instelling spant zich in wijzigingen van het rooster en/of de locatie op tijd en voor aanvang van de les digitaal door te geven aan de student.
4. De instelling verwacht van de student dat hij/zij op tijd, dat wil zeggen voor het begin van de opleidingsactiviteit, op de locatie aanwezig is.
Artikel 4 Wederzijdse
inspanningsverplichting
1. De instelling organiseert het onder- wijs en de examinering daarvan op zo’n manier dat de student de opleiding redelijkerwijs binnen de gestelde termijn met succes af kan ronden. Te weten voor of uiterlijk op de verwachte einddatum die onder 2 op het opleidingsblad staat.
2. De instelling draagt zorg voor het realiseren van de ingeroosterde lessen en andere activiteiten en zorgt in het geval van lesuitval voor een passend alternatief.
3. In voorkomende individuele gevallen kan het bevoegd gezag een alterna- tieve termijn voor de opleiding vaststellen. In dit geval moet via een nieuw opleidingsblad een nieuwe verwachte einddatum met de student worden afgesproken.
4. De student spant zich zo goed mogelijk in om de opleiding binnen de
gestelde termijn met succes af te ronden. Dat is voor of uiterlijk op de verwachte einddatum die onder 2 op het opleidingsblad staat. In het bijzonder is de student verplicht daadwerkelijk aan opleidings- activiteiten deel te nemen, tenzij dit om zwaarwegende redenen niet van hem kan worden verwacht.
Artikel 5 Financiële verplichtingen
1. Aan het volgen van de opleiding zijn de wettelijke vastgestelde les- en/of cursusgelden verbonden.
2. De instelling bekostigt de opleidings- activiteiten en de daarvoor benodigde inventaris die op basis van het betreffende kwalificatiedossier noodzakelijk zijn om studenten in staat te stellen het onderwijs te volgen en het diploma te behalen.
3. De student verklaart door onder- tekening van de onderwijsovereen- komst kennis te hebben genomen van een schatting van de kosten van de onderwijsbenodigdheden waar hij/ zij voor aanvang van de opleiding over moet beschikken. Deze informa- tie is te vinden op xxx.xxxxxxx.xx bij de betreffende opleiding. De onder- wijsbenodigdhedenlijst is te vinden via xxx.xxxxxxx.xx/xxxxxxx. Deze lijst heeft betrekking op boeken, licenties voor software en boeken, readers, eventuele praktijkkleding, reken- machines, gereedschappen en dergelijke. De student bepaalt zelf hoe en waar hij/zij deze onderwijs- benodigdheden aanschaft.
4. Daarnaast kan de instelling oplei- dingsactiviteiten aanbieden waar de
student zich op vrijwillige basis voor kan inschrijven, hoewel de instelling het belangrijk vindt dat iedereen deelneemt. Het kan hier betreffen: eendaagse excursies en/of meer- daagse excursies en/of een werk- week. Studenten die aan zo’n programma deelnemen betalen hier apart voor.
5. Verder kunnen studenten zich inschrijven voor activiteiten die geheel buiten het opleidings- programma om plaatsvinden. De studenten die aan zo’n programma deelnemen betalen hier apart voor.
6. De inschrijving is niet afhankelijk van een andere dan een bij of krachtens de wet geregelde geldelijke bijdrage overeenkomstig artikel 8.1.4 van de WEB.
7. In voorkomend geval worden in een aparte regeling die als bijlage bij de onderwijsovereenkomst wordt gevoegd, afspraken gemaakt over de terugbetaling van cursusgeld in andere dan wettelijk bedoelde situaties, zoals vastgelegd in het Uitvoeringsbesluit
Les- en cursusgeldwet 2000 (artikel 14).
Artikel 6 Ziekte en afwezigheid
1. Als de student wegens ziekte of andere zwaarwegende persoonlijke omstandigheden opleidings- activiteiten niet kan volgen, moet hij/ zij dit zo snel mogelijk, maar uiterlijk op de 1e ziektedag voor 8.30 uur aan de instelling melden. Deze melding wordt gedaan volgens afspraak bij de daartoe aangewezen persoon, via
telefonie, het ouderportal of in Trajectplanner (via Absent melden).
2. De instelling kan de student in geval van (langdurige) ziekte vragen een verklaring van een arts te leveren, waarin staat dat de student wegens medische redenen de opleidings- activiteiten niet kan volgen.
3. Als een student, anders dan wegens ziekte, verhinderd is aan een oplei- dingsactiviteit deel te nemen, moet hij/ zij uiterlijk twee werkdagen voor de desbetreffende opleidingsactiviteit verlof aanvragen bij de daartoe aangewezen persoon, via telefonie, het ouderportal of in Trajectplanner (via Absent melden), onder opgave van reden(en).
4. De student die verlof heeft gekregen van de teammanager is verplicht de betreffende opleidingsactiviteit in te halen, tenzij anders is afgesproken.
5. Als de student onder de werking van hoofdstuk II van de Wet op de studiefinanciering valt en hij geduren- de een aaneengesloten periode van tenminste vijf weken zonder geldige reden niet aan het onderwijs heeft deelgenomen, maakt de instelling daarvan een aantekening en doet zij melding aan de Dienst Uitvoering Onderwijs, conform de in art. 8.1.7 Wet educatie en beroepsonderwijs genoemde voorwaarden.
6. Als de student onder de Leerplichtwet valt en zonder geldige reden les- of praktijktijd heeft verzuimd en dit verzuim plaatsvond gedurende zestien uren les- of praktijktijd in een periode van vier weken, geeft de instelling dit zonder uitstel door aan
het Digitaal Verzuimloket van de Dienst Uitvoering Onderwijs, DUO.
7. Studenten van 18 jaar en ouder die nog geen startkwalificatie hebben, worden volgens dezelfde termijnen als leerplichtige studenten gemeld bij het Digitaal Verzuimloket van de Dienst Uitvoering Onderwijs, DUO.
Artikel 7 Rechten en plichten
van de student
1. Het bestuur van de instelling zorgt er voor dat de instelling een studenten- statuut heeft als bedoeld in artikel
7.4.8 van de Wet educatie en beroepsonderwijs.
2. In het studentenstatuut staan de rechten en de plichten van de student.
3. De studentenraad heeft ingestemd met het studentenstatuut.
4. Door ondertekening verklaart de student kennis te hebben genomen van het studentenstatuut van de onderwijsinstelling. Het studenten- statuut staat op onze website: xxx.xxxxxxx.xx.
Artikel 8 Negatief (bindend)
studieadvies
1. Het bevoegd gezag brengt aan iedere student die zich inschrijft, advies uit over de voortzetting van zijn oplei- ding, dat heet een studieadvies. Nadere regels over de procedure van het studieadvies zijn te vinden in het studentenstatuut.
2. Aan een negatief bindend studiead- vies kan het bevoegd gezag een besluit tot ontbinding van de onder- wijsovereenkomst verbinden.
3. Van de student waarvan de onder- wijsovereenkomst op grond van een negatief bindend studieadvies is ontbonden, wordt de inschrijving voor de desbetreffende opleiding aan de betrokken instelling beëindigd. De student kan niet opnieuw aan die instelling voor die opleiding worden ingeschreven.
4. Het bevoegd gezag spant zich gedurende acht weken in de student te ondersteunen en begeleiden naar een andere opleiding al dan niet aan die instelling, rekening houdend met diens voorkeuren. Dit geldt zowel voor studenten die leerplichtig zijn, als studenten op wie de Leerplichtwet 1969 niet meer van toepassing is.
5. Het bevoegd gezag biedt de student in elk geval de mogelijkheid zich te laten inschrijven aan een andere opleiding aan die instelling waarvoor de inschrijving wel mogelijk is.
Artikel 9 Schorsing en verwijdering
1. Een personeelslid van de instelling kan onder verantwoordelijkheid van de sectordirecteur de student uit de opleidingsactiviteit verwijderen als deze een opleidingsactiviteit naar zijn/ haar oordeel verstoort.
2. Een personeelslid van de instelling kan onder verantwoordelijkheid van de sectordirecteur een student die zich binnen Aventus schuldig maakt aan racistisch, discriminerend, seksueel intimiderend, agressief of gewelddadig gedrag uit de opleidingsactiviteit verwijderen. Indien de student xxxxxxxx, kan dit uiteindelijk grond zijn de student van Xxxxxxx te verwijderen.
3. Als de student zich niet aan de regels van de instelling houdt, zoals (onder meer) beschreven in het studenten- statuut, kan de teammanager bij dringende reden als ordemaatregel een student gedurende een periode van maximaal vijf dagen schorsen. Gedurende de schorsing wordt de student de toegang tot de gebouwen en de terreinen van Aventus ontzegd. Een schorsing kan eenmaal met maximaal vijf schooldagen worden verlengd, indien daartoe aanleiding bestaat.
4. De instelling kan de schorsing schriftelijk of mondeling doorgeven aan de student. De reden, startdatum en duur moeten worden vermeld. De instelling moet een mondelinge schorsing meteen schriftelijk bevesti- gen via een aangetekende brief. De hiervoor beschreven punten moeten dan ook worden vermeld.
5. Schorsing is tevens mogelijk voor de duur van de procedure tot verwijde- ring van een student van de instelling.
6. De student kan binnen tien school- dagen na het opleggen van de schorsing zijn reactie schriftelijk aan de sectordirecteur kenbaar maken.
7. De student kan van de instelling worden verwijderd als hij het studen- tenstatuut van de instelling over- treedt, nadat hij een schriftelijke waarschuwing heeft ontvangen en daarbij is gewezen op de mogelijke consequenties van zijn handelen en/ of nalaten of als hij zich schuldig heeft gemaakt aan ernstig wangedrag.
8. Het voornemen tot definitieve verwijdering wordt de student en
– indien hij/zij minderjarig is – zijn/ haar wettelijke vertegenwoordiger schriftelijk meegedeeld, met opgave van redenen.
9. De student wordt in de gelegenheid gesteld binnen vijf schooldagen na dagtekening van het voornemen tot definitieve verwijdering zijn reactie daarop mondeling dan wel schriftelijk aan de sectordirecteur kenbaar te maken.
10. Binnen 10 schooldagen na dag- tekening van het voornemen tot definitieve verwijdering verzendt de sectordirecteur gemotiveerd bij aangetekend schrijven zijn/haar besluit.
11. Beroep tegen het besluit tot defini- tieve verwijdering kan worden ingesteld bij de klachten- commissie van Xxxxxxx, Xxxxxxx 000, 0000XX Xxxxxxxxx. Meer informatie over de klachten- commissie en het indienen van een klacht is te vinden in de Klachtenregeling Aventus, deze is te vinden op xxx.xxxxxxx.xx.
12. Voor studenten op wie de Leerplicht- wet 1969 van toepassing is en voor examendeelnemers als bedoeld in artikel 8.1.1 lid 1 WEB, geldt dat de instelling in geval van verwijdering van de student ervoor zorgt dat een andere instelling bereid is de student toe te laten conform de artikelen 8.1.3 lid 5 WEB. Als de instelling aantoon- baar acht weken zonder succes heeft gezocht naar een andere instelling, kan die instelling in afwijking van het voorgaande tot definitieve verwijde- ring overgaan.
Artikel 10 Aansprakelijkheid
1. De instelling aanvaardt geen aan- sprakelijkheid voor schade als gevolg van tussentijdse beëindiging van deze overeenkomst op grond van schorsing en/of verwijdering van de student. De student heeft in dat geval geen recht op terugbetaling van gemaakte kosten.
2. Met uitzondering van opzet of grove schuld is Xxxxxxx niet aansprakelijk voor verlies, diefstal, verduistering en/ of beschadiging van eigendommen van de student.
3. De aansprakelijkheid van de instelling voortvloeiende uit het verwijtbaar niet (behoorlijk) nakomen van deze overeenkomst, wordt gesteld op een bedrag maximaal overeenkomend met het les- of cursusgeld van het desbetreffende studiejaar, dan wel een evenredig deel daarvan als de opleiding eerder wordt beëindigd.
Artikel 11 Procedurevoorgeschillen en klachten
1. Als de student vindt dat deze over- eenkomst onjuist of onzorgvuldig is toegepast kan hij zich in eerste instantie wenden tot de team- manager. Als de student en de teammanager er samen niet uitko- men, kan de student zich wenden tot de sectordirecteur dan wel een klacht indienen.
2. Als er geen passende oplossing is gevonden, heeft de student het recht een klacht in te dienen bij de klachtencommissie, zoals benoemd in het studentenstatuut.
De klachtenregeling Aventus wordt digitaal beschikbaar gesteld.
3. Eventuele geschillen naar aanleiding van deze overeenkomst dan wel beëindiging daarvan worden bij uitsluiting berecht door de bevoegde rechter van de vestigingsplaats van de instelling.
4. Voor klachten over besluiten van de examencommissie in het algemeen, en over het bindend studieadvies in de entree-, basisberoeps-, vak-, middenkader- en specialistenoplei- ding, kan de student zich wenden tot de Commissie van beroep voor de examens van Aventus. De procedure daarvan is te vinden in het examenre- glement.
Artikel 12 Duuren beëindiging
overeenkomst
1. Deze overeenkomst treedt na ondertekening in werking en wordt in principe aangegaan voor de duur van de opleiding zoals vermeld op het opleidingsblad.
2. De overeenkomst eindigt:
a. als de student de opleiding met succes heeft afgerond;
b. als de student zich laat uitschrijven of de instelling op eigen initiatief heeft verlaten;
c. als de instelling de student in een geval als opgenomen in het studenten statuut van de opleiding verwijdert;
d. als de student een bindend negatief studieadvies heeft gekregen zoals beschreven in hoofdstuk 5 van het studentenstatuut;
e. als gevolg van een negatief bindend studieadvies.
f. als de instelling niet langer in staat is de opleiding aan te bieden, waarbij de instelling zich inspant ervoor te zorgen dat de student de opleiding bij een andere instelling kan afmaken. Voor studenten die onder de Leerplichtwet vallen is bovendien artikel 8.1.3 lid 5 uit de WEB van kracht
g. met wederzijds goedvinden;
x. bij overlijden van de student;
i. na advies van de examencommissie, als gevolg van gedrag dat niet passend is bij de beroepshouding, conform artikel 8.1.7b WEB;
j. bij het niet verkrijgen van een VOG voor de bpv-plek;
k. indien de student vanwege het ontbreken van een stageplaats de opleiding niet kan afronden (zie BPVO voor meer informatie).
Artikel 13 Passend onderwijs
1. Indien van toepassing worden voor individuele studenten aanvullende afspraken gemaakt over extra begeleiding in het kader van de Wet passend onderwijs. Afspraken over de ondersteuning worden in principe voor aanvang van de opleiding gemaakt, maar kunnen ook tijdens de looptijd van deze onderwijsovereen- komst worden gemaakt of worden aangepast. De nadere invulling van deze afspraken wordt in een bijlage bij de onderwijsovereenkomst neergelegd. Deze maakt onlosmake- lijk onderdeel uit van deze onderwijs- overeenkomst. Het addendum moet opnieuw worden ondertekend.
2. De student levert de instelling de
benodigde informatie over de (mogelijke) extra ondersteunings- behoefte zodat de instelling deze ondersteuning kan bieden. Wanneer blijkt dat hij/zij deze informatie verzwijgt, wordt de extra ondersteu- ning ook niet opgenomen in (de bijlage bij) de onderwijsovereen- komst. De instelling hoeft de nood- zakelijke ondersteuning dan ook niet te leveren. Als tijdens de opleiding blijkt dat de student een ondersteu- ningsbehoefte heeft, kan de instelling zelf vaststellen of zij hieraan alsnog tegemoet kan komen.
Artikel 14 Nieuweovereenkomst
1. Als een student die een opleiding aan de instelling met succes heeft afgerond en/of om andere redenen de instelling heeft verlaten, besluit om een nieuwe opleiding aan de instel- ling te volgen, wordt een nieuwe onderwijsovereenkomst afgesloten.
Artikel 15 Extraneus-overeenkomst
Onderstaande bepalingen zijn van toepassing op een extraneus-overeenkomst:
1. De kandidaat is geen reguliere student (meer) aan de opleiding die in de overeenkomst wordt genoemd. Hij heeft geen recht tot het volgen van onderwijsactiviteiten met betrekking tot het te examineren onderdeel. Indien de kandidaat toch onderwijs- activiteiten wil volgen, dient hiertoe een aparte overeenkomst te worden opgemaakt en door de kandidaat voldaan te worden aan de bijbehoren- de financiële consequenties.
2. Een student die voor 1 oktober wordt ingeschreven als extraneus betaalt geen les- of cursusgeld, maar moet wel een bedrag van 175,00 euro betalen. Indien de student nooit onderwijs heeft gevolgd bij Aventus komen hier mogelijk nog kosten bij. Informeer hiernaar bij de team- manager.
3. Een student die na 1 oktober wordt ingeschreven als extraneus en al
les- of cursusgeld heeft betaald, krijgt hiervan geen restitutie, ook niet als hij uiteindelijk nog zijn diploma behaalt. Deze student hoeft niet het standaard bedrag van 175,00 euro te betalen.
4. Deelname aan examens kan slechts plaatsvinden indien het verschuldigde bedrag door de kandidaat is voldaan. Restitutie van de examenkosten is niet mogelijk.
5. De kandidaat wordt zo spoedig mogelijk op de hoogte gesteld van de examenperiode(s). Uiterlijk twee weken voor de afname wordt de kandidaat geïnformeerd over de datum, het tijdstip en de plaats.
6. De kandidaat wordt uiterlijk vier weken na de examendatum op de hoogte gesteld van het resultaat en van de gevolgen daarvan met betrekking tot het eventueel verkrij- gen van een certificaat of diploma.
7. Op de extraneus-overeenkomst zijn de bepalingen uit het examenregle- ment van Aventus van toepassing.
Artikel 16 Toepasselijke regelingen
1. Naast de bepalingen in deze over- eenkomst en voor zover niet in strijd met deze overeenkomst is de volgende regeling van toepassing, zoals luidend en aan de student bekend gemaakt op de datum van ondertekening van de onderwijs- overeenkomst:
• Studentenstatuut Aventus
2. De bovenstaande regeling is in te zien op onze website xxx.xxxxxxx.xx.
Meer informatie?
Versie September 2018