UITVOERINGSOVEREENKOMST
Uitvoeringsovereenkomst 2023 Rabobank en Rabobank Pensioenfonds
UITVOERINGSOVEREENKOMST
De ondergetekenden Enerzijds:
1. de Coöperatieve Rabobank U.A., gevestigd te Amsterdam, rechtsgeldig
vertegenwoordigd door de heer M.R. Xxxxxxxxxx, hierna te noemen: Rabobank,
en anderzijds:
2. de Stichting Rabobank Pensioenfonds, gevestigd te Utrecht aan de Xxxxxxxxxx 00, rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw S.J.C.W. Schellekens en de heer M.P. Mos, hierna te noemen: Rabobank Pensioenfonds,
overwegende dat,
Deze uitvoeringsovereenkomst invulling geeft aan de in april 2022 door CAO-partijen overeengekomen pensioenafspraken als onderdeel van de Rabobank CAO 2023-2024, aangaande de inhoudelijke bepalingen omtrent de Pensioenovereenkomst voor medewerkers van Rabobank, en de onder de werkingssfeer van die CAO betrokken werkgevers. Deze bepalingen voor wat betreft de financiële verhouding tussen partijen zijn ingegaan (zullen ingaan) per 31 december 2022, onder de premisse dat:
a. Rabobank Pensioenfonds – in gezamenlijk overleg met Rabobank en inhoudelijk aansluitend op de opdrachtaanvaarding en deze uitvoeringsovereenkomst – met ingang van 31 december 2022 het gewijzigde Pensioenreglement 2023 van Rabobank Pensioenfonds heeft vastgesteld. Toekomstige pensioenreglementen en/of voorgenomen wijzigingen in het Pensioenreglement 2023 van Rabobank Pensioenfonds zullen overeenkomstig de bepalingen in de Statuten van Rabobank Pensioenfonds ter advies worden voorgelegd aan Rabobank. Na advies van Rabobank zal het (gewijzigde) pensioenreglement door het Bestuur worden vastgesteld;
b. Rabobank enerzijds en Rabobank Pensioenfonds anderzijds zijn overeengekomen dat de verplichtingen jegens de (ex-)werknemers van Rabobank voortvloeiende uit het Pensioenreglement 2023 van Rabobank Pensioenfonds door Rabobank Pensioenfonds worden uitgevoerd, zulks met inachtneming van hetgeen hierna is bepaald;
c. De PR2023 is ontworpen als een pensioenregeling voor een beperkte periode in aanloop naar een regeling onder de Wet toekomst pensioenen (WTP) (beoogde looptijd van 2 á 3 jaar). Hierdoor zijn enkele uitgangspunten afgesproken die (bijvoorbeeld als gevolg van uitstel wetgeving WTP en/of beperkingen qua uitvoering) reeds in een vroeg stadium mogelijk heroverwogen moeten worden. Daarbij is het van groot belang om te weten wat de contractskeuze van sociale partners wordt onder WTP, zodat hier, in belang van de
deelnemer, in beleid reeds tijdens de looptijd van PR2023 op voorgesorteerd kan worden. In navolging op de afspraak in de opdrachtaanvaarding van 2020 zal het Rabobank Pensioenfonds in het overleg, over het in het kader van het nieuwe pensioenstelsel te kiezen contract en de wijze waarop dat wordt geïmplementeerd, samen met de Rabobank en de betrokken vakbonden als gelijkwaardig partner in de besluitvorming participeren, waarbij sociale partners de keuze van het contract maken;
d. Rabobank heeft aangegeven de mogelijkheid tot uitvoering van de WTP regeling door Rabobank Pensioenfonds en het invaren van Pensioenaanspraken, Pensioenrechten en/of Pensioenkapitalen in een nieuw te sluiten pensioenregeling bij Rabobank Pensioenfonds in overweging te nemen.
e. De rechten en verplichtingen van Rabobank enerzijds en Rabobank Pensioenfonds anderzijds inzake de onderhavige pensioenverplichtingen en de uitvoering van het Pensioenreglement 2023 van Rabobank Pensioenfonds en (eventuele) navolgende pensioenreglementen ingevolge het bepaalde in de pensioenwetgeving nader dienen te worden vastgesteld in deze uitvoeringsovereenkomst;
f. Per 31 december 2022 een nieuwe cao-bepaling ten aanzien van de Pensioenovereenkomst is afgesproken. Rabobank enerzijds en Rabobank Pensioenfonds anderzijds hebben daarom besloten de geldende uitvoeringsovereenkomst te vervangen. Deze uitvoeringsovereenkomst strekt derhalve ter vervanging van de geldende en voorgaande uitvoeringsovereenkomsten. Het Rabobank Pensioenfonds draagt er zorg voor dat de actuariële en bedrijfstechnische nota en de statuten van het Rabobank Pensioenfonds aansluiten op deze uitvoeringsovereenkomst en het Pensioenreglement 2023 van Rabobank Pensioenfonds;
Rabobank enerzijds en Rabobank Pensioenfonds anderzijds hebben aangegeven dat aan Rabobank Gelieerde instellingen (waarvoor Rabobank eerder als gemachtigde is opgetreden) mogen aansluiten bij het Pensioenreglement 2023 van Rabobank Pensioenfonds enkel op de voorwaarden zoals vastgelegd in deze uitvoeringsovereenkomst. De Gelieerde Instelling wordt door Rabobank Pensioenfonds aangesloten middels een addendum bij deze uitvoeringsovereenkomst.
verklaren het volgende te zijn overeengekomen:
Artikel 1- Definities
In deze uitvoeringsovereenkomst wordt verstaan onder:
a. ABTN: de actuariële en bedrijfstechnische nota van Rabobank Pensioenfonds.
b. AFM: Stichting Autoriteit Financiële Markten.
c. Bestuur: het Algemeen Bestuur van Rabobank Pensioenfonds.
d. CAO: de Rabobank CAO zoals deze in 2022 luidt dan wel in de toekomst zal luiden.
e. Deelnemer: deelnemer als bedoeld in artikel 1.4 van het Pensioenreglement Rabobank 2023.
f. DNB: De Nederlandsche Bank N.V.
g. Gelieerde Instelling(en): een rechtspersoon die door het Bestuur na overleg met Rabobank als gelieerd aan Rabobank is aangemerkt en welke door Rabobank Pensioenfonds worden aangesloten middels een addendum bij deze een uitvoeringsovereenkomst.
h. Gewezen deelnemer: gewezen deelnemer als bedoeld in artikel 1.5 van het Pensioenreglement Rabobank 2023.
i. Overeenkomst: deze uitvoeringsovereenkomst.
j. Partijen: Rabobank Pensioenfonds en Rabobank (hierna ieder voor zich ook te noemen:
Partij).
k. Pensioenaanspraak/Pensioenaanspraken: opgebouwde aanspraken van (gewezen) deelnemers, niet zijnde Pensioenkapitaal.
l. Pensioengrondslag: het conform het Pensioenreglement gemaximeerde pensioengevend jaarinkomen van de deelnemer, verminderd met de franchise, zoals gedefinieerd in Pensioenreglement Rabobank 2023, welke uitkomst wordt vermenigvuldigd met het voor de deelnemer geldende percentage arbeidsduur op jaarbasis.
m. Pensioengrondslagsom: de som van de Pensioengrondslagen.
n. Pensioenkapitaal: het kapitaal in de zin van artikel 1.21 van het Pensioenreglement 2023.
o. Pensioenovereenkomst: hetgeen tussen partijen betrokken bij de CAO is overeengekomen betreffende pensioen.
p. Pensioenrecht(en): het recht op ingegaan pensioen, uitgezonderd overeengekomen voorwaardelijke toeslagverlening.
q. Pensioengerechtigde(n): pensioengerechtigde(n), als bedoeld in 1.7 van Pensioenreglement Rabobank 2023.
r. Pensioenregeling: de pensioenregeling op grond van de Pensioenovereenkomst zoals vastgelegd in het Pensioenreglement.
s. Pensioenreglement: Pensioenreglement 2023 van Rabobank Pensioenfonds, zoals dat geldt met ingang van 31 december 2022.
t. Rabobank Pensioenfonds: Stichting Rabobank Pensioenfonds.
u. Statuten: de statuten van Rabobank Pensioenfonds.
Artikel - 2
De overwegingen maken deel uit van de Overeenkomst.
Artikel - 3 Fiscale toetsing
1. Rabobank heeft de Pensioenregeling voorgelegd aan de Belastingdienst ter toetsing aan de fiscale wet- en regelgeving en is er voor verantwoordelijk dat de Pensioenovereenkomst voldoet aan wet- en regelgeving.
2. Rabobank zal de uitkomsten van de toetsing door de Belastingdienst aan Rabobank Pensioenfonds doen toekomen.
Artikel 4. Financiële aansprakelijkheid Rabobank
1. De financiële aansprakelijkheid van de Rabobank jegens Rabobank Pensioenfonds beperkt zich met ingang van 31 december 2022 tot hetgeen daarover in deze Overeenkomst is vastgelegd. Er bestaat voor Rabobank buiten hetgeen in deze Overeenkomst is vastgelegd geen enkele verplichting tot het doen van aanvullende betalingen.
2. Voor zover Rabobank heeft voldaan aan zijn verplichtingen uit de aan deze Overeenkomst voorafgaande uitvoeringsovereenkomsten met Rabobank Pensioenfonds, heeft Rabobank ten aanzien van de tot 31 december 2022 opgebouwde Pensioenaanspraken en Pensioenrechten geen verplichtingen tot het doen van (aanvullende) betalingen.
Artikel 5 – Financiële verhouding
1. Rabobank is voor de Pensioenregeling pensioenpremie verschuldigd aan Rabobank Pensioenfonds. Deze premie bestaat uit:
a. De premie als bedoeld in artikel 4.2.1 van Pensioenreglement 2023, waarbij het totaal te betalen bedrag afhankelijk is van het aantal Deelnemers, de Pensioengrondslag, en de keuze van de Deelnemers ten aanzien van het te betalen percentage.
b. De premies voor de compensatieregeling als bedoeld in artikel 25.4 van het Pensioenreglement.
c. De overlijdensrisicopremie en de premie voor premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. Beide een jaarlijks door Rabobank Pensioenfonds vast te stellen percentage van de Pensioengrondslagsom. Deze kosten worden vastgesteld op basis van de grondslagen van Rabobank Pensioenfonds als
vastgelegd in de ABTN. In 2023 bedragen deze percentages respectievelijk, 0,64% en 1,07%.
d. De uitvoeringskosten als jaarlijks door Rabobank Pensioenfonds vast te stellen percentage van de Pensioengrondslagsom. Deze kosten worden vastgesteld op basis van de grondslagen van Rabobank Pensioenfonds als vastgelegd in de ABTN. In 2023 bedraagt dit percentage 0,46%.
e. Premie voor de expatregeling, dat wil zeggen de actuariële premie inclusief kostenopslagen. Deze premie wordt eens per jaar door Rabobank Pensioenfonds vastgesteld op basis van de grondslagen van Rabobank Pensioenfonds, als vastgelegd in de ABTN.
De kosten onder a tot en met d worden maandelijks op basis van de door Rabobank in de maand voorafgaand aan de premienota aangeleverde gegevens als bedoeld in artikel 15 in rekening gebracht. De kosten als bedoeld onder e worden eenmaal per jaar bij Rabobank in rekening gebracht.
2. Indien er door acquisitie door Rabobank sprake is van een groepsgewijze toetreding van Deelnemers in het Rabobank Pensioenfonds zullen Rabobank Pensioenfonds en Rabobank in overleg treden over de financiële gevolgen van de mogelijke opties. Als uitgangspunt geldt dat Rabobank Pensioenfonds als gevolg van de toetreding, met of zonder een collectieve waardeoverdracht, niet in een slechtere of betere financiële positie komt te verkeren dan daarvoor. Indien Rabobank Pensioenfonds financiële voorwaarden aan de toetreding verbindt, zullen deze altijd afgewikkeld worden door een in gezamenlijk overleg overeen te komen eenmalige separate betaling bij de collectieve waardeoverdracht.
3. Indien door het afstoten van een bedrijfsonderdeel van Rabobank een groepsgewijze uittreding van Deelnemers uit Rabobank Pensioenfonds wordt overwogen, zullen Rabobank Pensioenfonds en Rabobank, na analyse van de financiële gevolgen van een collectieve waardeoverdracht, in gezamenlijk overleg een besluit hierover nemen.
Artikel 6 – Eenmalige implementatiekosten
Rabobank is voor implementatiekosten een eenmalig bedrag verschuldigd aan Rabobank Pensioenfonds. De hoogte van dit bedrag wordt in beginsel vastgesteld op basis van kosteninschatting van Rabobank Pensioenfonds`, zoals opgenomen in de kostennotitie d.d. 19 oktober 2022 en gespecificeerd in de kostenopgave van 12 juli 2022 en is uiterlijk verschuldigd door Rabobank op de vervaldatum van de nota. Indien de daadwerkelijke implementatiekosten in belangrijke mate afwijken van de voornoemde kosteninschatting, treden Partijen in overleg.
Artikel 7 - Opdracht(aanvaarding)
1. Rabobank geeft door middel van deze Overeenkomst opdracht aan Rabobank Pensioenfonds tot uitvoering van de Pensioenovereenkomst uit hoofde van de cao 2023- 2024.
2. Rabobank Pensioenfonds heeft de Pensioenovereenkomst en wat daarover in de CAO is opgenomen met betrekking tot de wijze van uitvoering, getoetst aan de missie, visie en strategie, waaronder begrepen de doelstellingen en uitgangspunten, van Rabobank Pensioenfonds. Het Bestuur heeft de opdracht tot uitvoering aanvaard.
3. Bij wijziging van de Pensioenovereenkomst zal het Bestuur het in lid 1 en 2 gestelde opnieuw toetsen in het kader van de opdrachtaanvaarding.
Artikel 8 - Wederzijdse medewerking
1. Partijen verbinden zich over en weer om elkaar de medewerking te verlenen die nodig is voor de vervulling van de aan Rabobank Pensioenfonds bij deze Overeenkomst opgedragen taak.
2. Rabobank verbindt zich aan Rabobank Pensioenfonds zo spoedig mogelijk voor de uitvoering en toepassing van het Pensioenreglement, de gegevens als bedoeld in artikel 15 te verstrekken.
3. Rabobank Pensioenfonds zal Rabobank de inlichtingen betreffende Rabobank Pensioenfonds verstrekken die Rabobank nodig acht, tenzij het vertrouwelijke karakter van de gegevens of wet- en regelgeving zich daartegen verzet.
Artikel 9 - Pensioenreglement
1. Het Bestuur stelt het Pensioenreglement vast en brengt hier zo nodig wijzigingen in aan nadat over het Pensioenreglement advies is ingewonnen van Rabobank overeenkomstig de bepalingen uit de Statuten.
2. Het Pensioenreglement is in overeenstemming met de Pensioenovereenkomst en de onderhavige Overeenkomst. Wijzigt de Pensioenovereenkomst, zoals opgenomen in de CAO, dan wijzigt het Bestuur het Pensioenreglement dienovereenkomstig, na advies van de Rabobank. Het voorgaande is van toepassing voor zover:
a. de genoemde (gewijzigde) Pensioenovereenkomst niet strijdig is met geldende (Pensioen)wet- en regelgeving; en/of
b. de genoemde (gewijzigde) Pensioenovereenkomst in redelijkheid, ook in financiële zin, uitvoerbaar is.
3 Wijzigingen in de Pensioenovereenkomst die leiden tot meer verplichtingen voor
Rabobank Pensioenfonds dan tot dan toe zijn aangegaan, komen ten laste van Rabobank op het moment dat deze toename in de verplichtingen zich voordoet. Indien de wijzigingen als bedoeld in de vorige volzin leiden tot minder verplichtingen voor het Rabobank Pensioenfonds, zal de vrijval van deze verplichtingen worden gereserveerd in een dan te vormen premiedepot.
4. Het Bestuur kan, met inachtneming van het bepaalde in de Statuten besluiten tot het doorvoeren van de door de wet, DNB of AFM vereiste wijzigingen in het Pensioenreglement die niet van invloed zijn op de omvang van de pensioenpremie. Over een voorgenomen besluit tot wijziging wordt tijdig advies gevraagd van Rabobank.
5. Het Bestuur zal de door de wet, of DNB of AFM vereiste wijzigingen van het Pensioenreglement die wel van invloed zijn op de omvang van de pensioenpremie onder de aandacht brengen van de bij de CAO betrokken partijen. Indien binnen de geldende termijn voor doorvoering van de door de wet, DNB of AFM vereiste wijzigingen geen wijziging van de Pensioenovereenkomst tot stand komt, kan het Bestuur besluiten de noodzakelijke wijzigingen in het Pensioenreglement door te voeren.
Artikel 10 - Algemene verplichtingen van Rabobank
1. Met uitzondering van een overeenkomst ten behoeve van het arbeidsongeschiktheidspensioen verbindt Rabobank zich jegens Rabobank Pensioenfonds:
a. In principe uitsluitend Pensioenovereenkomsten volgens het Pensioenreglement af te sluiten en de afgesloten Pensioenovereenkomsten gedurende de looptijd van deze Overeenkomst uitsluitend onder te brengen bij Rabobank Pensioenfonds voor zover uitgevoerd door Rabobank Pensioenfonds; Rabobank Pensioenfonds heeft het recht eventuele afwijkende Pensioenovereenkomsten niet uit te voeren.
b. Alle werknemers die hiervoor in aanmerking komen als deelnemer bij Rabobank Pensioenfonds aan te melden en de in verband met de uitvoering van de pensioenovereenkomsten verschuldigde pensioenpremie te betalen.
2. Indien een Deelnemer kiest voor flexibel individueel pensioensparen (flexioen) en/of netto pensioensparen (netto flexioen), opent Rabobank op naam van de Deelnemer een flexioenrekening. De eigendom van de flexioenrekeningen berust bij Rabobank Pensioenfonds. Rabobank stelt de Deelnemer in staat tot het doen van extra premiebijdragen op deze rekening conform de geldende voorwaarden. Het in flexioen opgebouwde kapitaal wordt aangewend volgens de bepalingen genoemd in het Pensioenreglement (bijlagen flexioen). Rabobank houdt de premiebijdrage voor het brutoflexioen in op het bruto loon van de Deelnemer, de premiebijdrage voor nettoflexioen wordt door Rabobank ingehouden op het netto loon van de Deelnemer.
3. Indien Rabobank over een Deelnemer onvolledige of onjuiste informatie verstrekt aan Rabobank Pensioenfonds, is Rabobank Pensioenfonds bevoegd om de volledige en/of onjuiste informatie te achterhalen. De kosten die hiermee gemoeid zijn, mag Rabobank Pensioenfonds in rekening brengen bij Rabobank. De kosten als bedoeld in dit artikellid komen bovenop de pensioenpremie als bedoeld in artikel 5 lid 1 van deze Overeenkomst.
4. Volgens artikel 23.2 van het Pensioenreglement (Voortzetting pensioenopbouw eigen rekening) kan de Deelnemer voor eigen rekening de opbouw van Pensioenkapitaal voortzetten bij onbetaald verlof. De hiervoor verschuldigde premie, vastgesteld overeenkomstig artikel 23.2.2 van het Pensioenreglement, wordt door Rabobank ingehouden op het bruto salaris van de Deelnemer. Rabobank betaalt de pensioenpremie overeenkomstig het bepaalde in artikel 5 lid 1.
5. Rabobank verbindt zich jegens Rabobank Pensioenfonds tot betaling van de pensioenpremie genoemd in artikel 5 en de premies bedoeld in dit artikel 10. De totale verschuldigde pensioenpremie wordt voldaan op de wijze, zoals omschreven in artikel 11.
Artikel 11 - Wijze van premiebetaling
1. Rabobank betaalt maandelijks de op basis van artikel 5 lid 1 onder a tot en met d vastgestelde pensioenpremie. Deze premie is uiterlijk op de vervaldag van de nota verschuldigd aan Rabobank Pensioenfonds.
2. De premie in artikel 5 lid 1 onder e wordt jaarlijks in rekening gebracht bij de Rabobank. Deze premie is uiterlijk op de vervaldag van de nota verschuldigd aan Rabobank Pensioenfonds.
3. De premies, als bedoeld in artikel 10 lid 2, worden maandelijks door Rabobank aan Rabobank Pensioenfonds afgedragen.
4. Rabobank is gehouden om de daadwerkelijke totaal verschuldigde pensioenpremies, als omschreven in deze Overeenkomst, aan Rabobank Pensioenfonds te voldoen uiterlijk binnen zes maanden na afloop van het kalenderjaar.
5. Rabobank zal in december van het jaar voorafgaand aan enig kalenderjaar een voorschot betalen aan Rabobank Pensioenfonds ter grootte van 1/12 van de voor het kalenderjaar geschatte verschuldigde pensioenpremie als bedoeld in artikel 5. Dit voorschot is uiterlijk verschuldigd op de vervaldag van de nota.
6. Het in lid 5 bedoelde voorschot zal aan het eind van het kalenderjaar met Rabobank worden verrekend met het voorschot van het daaropvolgende kalenderjaar, op basis van de daadwerkelijk in het kalenderjaar verschuldigde pensioenpremie.
Artikel 12 - Verplichtingen van Rabobank Pensioenfonds
1. Rabobank Pensioenfonds verplicht zich jegens Rabobank met inachtneming van de bepalingen in de Statuten en het Pensioenreglement:
a. alle werknemers van Rabobank die bij Rabobank Pensioenfonds worden aangemeld, als Deelnemer aan het Pensioenreglement te accepteren en in te schrijven, indien en voor zover aan alle voorwaarden omschreven in de Statuten, het Pensioenreglement en deze Overeenkomst wordt voldaan; en
b. om het Pensioenreglement uit te voeren en hierbij de wet, de Statuten en haar reglementen na te leven.
2. Rabobank Pensioenfonds informeert elk kwartaal schriftelijk het verantwoordingsorgaan van Rabobank Pensioenfonds, wanneer sprake is van een premieachterstand ter grootte van 5% van de totale door Rabobank Pensioenfonds te ontvangen jaarpremie en tevens niet voldaan wordt aan de bij of krachtens wettelijke bepalingen geldende eisen met betrekking tot het minimaal vereist eigen vermogen van Rabobank Pensioenfonds.
3. Gedurende de in het vorige lid bedoelde situatie informeert Rabobank Pensioenfonds tevens elk kwartaal de ondernemingsraad van Rabobank.
4. De ABTN wordt, gehoord de adviserend actuaris, door het Bestuur vastgesteld en gewijzigd nadat Rabobank daarover geraadpleegd is, voor zover het de vaststelling van de premies als bedoeld in artikel 5 lid 1 onder c, d en e betreft en de uitgangspunten die daarop van toepassing zijn.
Artikel 13 – Verlagen opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten
Indien de financiële positie van Rabobank Pensioenfonds in enig jaar ontoereikend is, wordt een herstelplan ingediend conform het bepaalde in de Pensioenwet, waarbij geldt dat het premiebeleid geen sturingsmiddel is. Indien Rabobank Pensioenfonds onvoldoende herstelt conform het herstelplan en is voldaan aan de voorwaarden in artikel 134 Pensioenwet, dan wordt overgegaan tot het verlagen van de opgebouwde Pensioenaanspraken en Pensioenrechten conform de daartoe in de ABTN opgenomen regels en procedures. (Gewezen) deelnemers en Pensioengerechtigden, andere aanspraakgerechtigden en de Rabobank zullen hiervan zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen de termijnen als genoemd in de Pensioenwet, in kennis worden gesteld door Rabobank Pensioenfonds.
Artikel 14 – Indexatiebeleid
1. Met de invoering van de Pensioenwet heeft de wetgever ervoor gekozen het woord
“indexatie” te wijzigen in “toeslagverlening”. Het Rabobank Pensioenfonds heeft ervoor gekozen om “indexatie” te handhaven en te blijven gebruiken in onder meer de communicatie met de deelnemers.
2. Op de Pensioenrechten en Pensioenaanspraken wordt jaarlijks indexatie verleend volgens de in artikel 17.2 van het Pensioenreglement bepaalde maatstaf. Het Bestuur van Rabobank Pensioenfonds beslist evenwel jaarlijks of en in hoeverre Pensioenrechten en Pensioenaanspraken worden aangepast. Voor deze voorwaardelijke indexatie is geen bestemmingsreserve gevormd. De indexatie wordt uit de vrije reserves gefinancierd. Op het Pensioenkapitaal wordt geen indexatie verleend.
3. Het Bestuur van Rabobank Pensioenfonds zal – voor zover de vermogenspositie van Rabobank Pensioenfonds dat naar het oordeel van het Bestuur van Rabobank Pensioenfonds toelaat – per 1 juli van elk jaar op grond van het in artikel 17.1van het
Pensioenreglement bepaalde de navolgende Pensioenrechten en Pensioenaanspraken aanpassen:
- voor de deelnemer: de verkregen Pensioenaanspraken op ouderdoms-, partner- en (verlengd) wezenpensioen op basis van pensioenreglement 2014;
- voor de deelnemer: de geadministreerde verzekerde Pensioenaanspraken op partner- en wezenpensioen die zijn toegekend over de deelnemingsjaren vanaf 1 januari 2023;
- voor de (gewezen) deelnemer die heeft gekozen voor de inkoop van een stabiel pensioen vanaf 58 jaar (conform artikel 4.3 van het Pensioenreglement) de ingekochte Pensioenaanspraken op stabiel ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum;
- voor de Pensioengerechtigde: het ingegane ouderdomspensioen alsmede de meeverzekerde Pensioenaanspraken op (tijdelijk) partner- en wezenpensioen, het ingegane (tijdelijke) partnerpensioen, het ingegane (verlengd) wezenpensioen en het ingegane arbeidsongeschiktheidspensioen. Het tijdelijk partnerpensioen kan door indexatie nooit meer gaan bedragen dan het maximumbedrag dat de partner aan premies AOW verschuldigd kan zijn. Het bedrag aan AOW-overbrugging als bedoeld in artikel 16.4 van het Pensioenreglement kan nooit meer gaan bedragen dan het AOW-bedrag als bedoeld in artikel 18d lid 3 van de Wet op de loonbelasting 1964;
- voor de Gewezen deelnemer voor wie het ouderdomspensioen nog niet is ingegaan: de premievrije aanspraken op ouderdoms-, partner- en (verlengd) wezenpensioen op basis van pensioenreglement 2014;
- voor de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer: het ingegane dan wel niet ingegane deel van het ouderdomspensioen dat aan de gewezen partner wordt of zal worden uitbetaald bedoeld in artikel 5.1 en 5.2 van het Pensioenreglement of het ingegane dan wel niet ingegane eigen recht op conversie bedoeld in artikel 5.4 van het Pensioenreglement alsmede het ingegane dan wel niet ingegane bijzonder partnerpensioen bedoeld in artikel 6.5.1 van het Pensioenreglement;
In het jaar 2020 heeft geen indexatie plaatsgevonden. De gemiste indexatie van 1,3% kan in latere jaren worden ingehaald. Voor alle andere jaren geldt dat als in enig jaar geen (volledige) indexatie heeft plaats gevonden, deze in latere jaren niet zal worden ingehaald.
4. De aanpassingen als bedoeld in het vorige lid vinden plaats op basis van de door het Centraal Bureau voor de Statistiek gepubliceerde consumentenprijsindex (alle bestedingen) - afgeleid, over de periode van april in het voorafgaande kalenderjaar tot april in het desbetreffende kalenderjaar. Wanneer de in de vorige volzin bedoelde index negatief is, worden de Pensioenaanspraken en ingegane pensioenen niet verlaagd. Deze negatieve index wordt met de volgende positieve index verrekend. De wijze van aanpassing als bedoeld in het vorige lid is nader uitgewerkt in een door het Bestuur van Rabobank Pensioenfonds vastgestelde beleidsbeslissing. Het Bestuur van Rabobank Pensioenfonds kan deze beleidsbeslissing aanpassen als de omstandigheden daartoe aanleiding geven
Artikel 15 - De informatieverstrekking aan Rabobank Pensioenfonds
1. Rabobank is verplicht Deelnemers bij Rabobank Pensioenfonds aan te melden en bij uitdiensttreding af te melden en de volgende voor de uitvoering benodigde gegevens en mutaties in deze gegevens aan Rabobank Pensioenfonds te leveren:
a. naam;
b. adres;
c. geboortedatum;
d. burgerservicenummer;
e. personeelsnummer;
f. salarisgegevens;
g. keuze eigen bijdrage; en
h. alle overige relevante gegevens om een Pensioenaanspraak en Pensioenkapitaal te kunnen vaststellen.
2. Rabobank levert de in lid 1 genoemde gegevens en mutaties maandelijks aan bij Rabobank Pensioenfonds op de 24-ste van de maand dan wel op de eerste werkdag daarna, in de tussen Partijen afgesproken bestandsvorm.
Artikel 16 - Betalingsvoorbehoud van de Rabobank
1. Indien de financiële situatie van Rabobank naar het oordeel van de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen van Rabobank - gehoord de Ondernemingsraad van Rabobank, daartoe aanleiding geeft, is Rabobank bevoegd de betaling van de werkgeverspremies geheel of gedeeltelijk te beëindigen. Het Bestuur van Rabobank Pensioenfonds zal de Deelnemers hieromtrent zo spoedig mogelijk informeren.
Indien Rabobank van zijn bevoegdheid gebruik maakt, kan het Pensioenreglement geheel of gedeeltelijk worden gewijzigd.
2. Rabobank kan de in het eerste lid bedoelde premiebetaling geheel of gedeeltelijk hervatten en al dan niet geheel of gedeeltelijk met terugwerkende kracht ongedaan maken. Een en ander met in achtneming van de alsdan geldende wet- en regelgeving.
3. Indien (een groep van) Deelnemers komen te vallen onder de verplichtstelling van een bedrijfstakpensioenfonds als bedoeld in de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000, zal Rabobank de deelneming aan Rabobank Pensioenfonds voor de Deelnemers voor zover die vallen onder deze verplichtstelling beëindigen. De regeling die geldt bij een groepsgewijze uittreding van Deelnemers, zoals beschreven in artikel 5 lid 3 is hierbij van overeenkomstige toepassing, ongeacht de aanleiding van de uittreding.
Artikel 17 - Waardering activa en passiva
Rabobank Pensioenfonds verbindt zich bij het vaststellen van de jaarrekening en de uitvoering van deze Overeenkomst de activa en passiva van Rabobank Pensioenfonds te waarderen overeenkomstig de methoden en grondslagen vermeld in de Pensioenwet en de ABTN.
Artikel 18 – Positie Rabobank
1. Rabobank is bij deze Overeenkomst contractspartij ter zake van zijn eigen verplichtingen uit hoofde van deze Overeenkomst. Rabobank is jegens Rabobank Pensioenfonds dan ook uitsluitend aansprakelijk voor zijn eigen verplichtingen uit hoofde van deze Overeenkomst, daaronder mede begrepen – doch nadrukkelijk niet beperkt tot – (i) de betaling van de pensioenpremies en (ii) het verstrekken van informatie, voor zover die informatie betrekking heeft op Rabobank en/of zijn huidige en/of voormalige werknemers. Rabobank Pensioenfonds kan onder geen omstandigheden een Rabobank verantwoordelijk houden voor de nakoming van de verplichtingen die een Gelieerde Instelling en/of de huidige en/of voormalige werknemers van die Gelieerde Instelling betreffen.
2. Alle rechten en bevoegdheden verband houdende met de uitvoering van het Pensioenreglement worden uitsluitend uitgeoefend door Rabobank. Het voorgaande geldt nadrukkelijk niet voor de opzegbevoegdheid, als bedoeld in artikel 20 van deze Overeenkomst. Onder genoemde rechten en bevoegdheden van Rabobank vallen echter wel – onder meer, doch nadrukkelijk niet beperkt tot – die rechten en bevoegdheden die voortvloeien uit deze Overeenkomst, het wijzigen en/of beëindigen van deze Overeenkomst.
Artikel 19 - Wijziging
1. Deze Overeenkomst kan gedurende de looptijd worden gewijzigd of beëindigd indien Rabobank en Rabobank Pensioenfonds dat overeenkomen. Die wijziging of beëindiging bindt alle Partijen. Rabobank informeert de Gelieerde Instellingen zo snel mogelijk nadat genoemde overeenstemming is bereikt over die wijziging respectievelijk die beëindiging. Bij een ingrijpende wijziging van de Overeenkomst, zulks ter beoordeling van Rabobank Pensioenfonds, dan wel beëindiging van de Overeenkomst, wordt de (opzeg)termijn van artikel 20 lid 3 in acht genomen.
2. Latere wijzigingen of vaststellingen van de pensioenovereenkomsten in de CAO zijn slechts bindend voor Rabobank Pensioenfonds indien Rabobank Pensioenfonds daar nadrukkelijk mee instemt mede in het kader van de wettelijke opdrachtaanvaarding.
Artikel 20 – Looptijd en beëindiging
1. Deze Overeenkomst is gebaseerd op de in 2022 door cao-partijen gemaakte afspraken inzake de Pensioenovereenkomst zoals die vanaf 31 december 2022 gaan gelden en opgenomen zullen worden in de CAO en zoals vastgelegd in het verzoek tot opdrachtaanvaarding – gedaan door de gezamenlijke CAO-partijen - dat door Rabobank Pensioenfonds is gehonoreerd.
2. Deze Overeenkomst is aangegaan voor een periode van vijf jaar en gaat in op 31 december 2022. De beschikbare premie is gedurende de looptijd van deze Overeenkomst vastgesteld op basis van de marktrente staffel zoals door Partijen in de “overeenkomst vastlegging marktrentestaffel”, overeengekomen op 29 juni 2022.
3. Rabobank alsmede Rabobank Pensioenfonds is te allen tijde bevoegd deze Overeenkomst schriftelijk, via een aangetekend schrijven, op te zeggen tegen 1 januari van het daaropvolgende jaar, met inachtneming van een opzegtermijn van twaalf maanden.
4. Bij beëindiging van de Overeenkomst, stellen Rabobank en Rabobank Pensioenfonds gezamenlijk een afwikkelplan op. Hierin wordt afgesproken op welke wijze de toekomstige uitvoeringskosten ten behoeve van de bij Rabobank Pensioenfonds achtergebleven Pensioenkapitalen worden gefinancierd. Deze financiering komt niet ten laste van de algemene reserve van het Rabobank Pensioenfonds en staat los van de al gevormde voorziening voor toekomstige uitvoeringskosten van de Pensioenaanspraken en Pensioenrechten en de voorziening voor toekomstige uitvoeringskosten die wordt gevormd uit de Pensioenkapitalen bij (eventuele) inkoop van Pensioenaanspraken bij Rabobank Pensioenfonds (door middel van een opslag in de aankoopfactoren).
5. Sociale partners en Rabobank Pensioenfonds zullen gezamenlijk de evenwichtigheid beoordelen van het (eventuele) invaarverzoek onder WTP.
6. Indien Pensioenaanspraken, Pensioenrechten en/of Pensioenkapitalen niet worden ingevaren, zal Rabobank na beëindiging van deze Overeenkomst en/of bij het aangaan van een uitvoeringsovereenkomst bij een andere pensioenuitvoerder, Rabobank Pensioenfonds verzoeken om een collectieve waardeoverdracht van in ieder geval de aanwezige Pensioenkapitalen van zowel Deelnemers als Gewezen deelnemers. Deelnemers en Gewezen deelnemers worden daarbij indien mogelijk de keuze geboden om over te dragen naar de nieuwe pensioenuitvoerder, danwel Pensioenaanspraken in te kopen bij Rabobank Pensioenfonds. Rabobank Pensioenfonds werkt mee aan een dergelijk verzoek tot collectieve waardeoverdracht van Rabobank wanneer er is/ kan worden voldaan aan de wettelijke eisen en dit in het belang is van Deelnemers, Gewezen deelnemers, Pensioengerechtigden, Rabobank en de overige belanghebbenden.
7. In geval van liquidatie van Rabobank Pensioenfonds zal de liquidateur een eventueel batig liquidatiesaldo dat resteert nadat alle met de liquidatie samenhangende kosten zijn voldaan besteden aan het (aanvullend) verzekeren of doen verzekeren van pensioenen en/ of
andere uitkeringen in de meest ruime zin aan of ten behoeve van Deelnemers, Gewezen deelnemers en Pensioengerechtigden en andere aanspraakgerechtigden op basis van het doel van Rabobank Pensioenfonds zoals is verwoord in de Statuten.
Artikel 21- Nietige of onverbindende bepalingen
Indien een bepaling in deze Overeenkomst nietig, dan wel onverbindend mocht blijken, blijven Partijen gebonden aan de overige bepalingen van deze Overeenkomst. Partijen zullen de nietige dan wel onverbindende bepaling(en) vervangen door een bepaling die wel verbindend is en waarvan de strekking zoveel mogelijk dezelfde is als die van de te vervangen bepaling(en), rekening houdend met het oogmerk van deze Overeenkomst.
Artikel 22 - Toepasselijk recht
Op deze Overeenkomst en de daaruit voortvloeiende of daarmee verband houdende rechten en verplichtingen is Nederlands recht van toepassing.
Artikel 23 - Geschillen
Bij geschillen tussen Partijen omtrent de uitleg van deze Overeenkomst of het Pensioenreglement benoemt elke partij een deskundige arbiter. Deze arbiters benoemen gezamenlijk een onafhankelijke derde deskundige arbiter en vormen met deze als voorzitter de arbitragecommissie. Een geschil is aanwezig, indien en zodra één der Partijen zulks beweert. De arbitragecommissie zal daarna binnen twee maanden na de vorming van de genoemde commissie een voor Partijen bindende uitspraak in het geschil doen.
Aldus in tweevoud opgemaakt en ondertekend te Utrecht…22…d…ece…m…be…r
.. 2022.
Stichting Rabobank Pensioenfonds Coöperatieve Rabobank U.A.
……………………………………. …………………………………
Mevrouw S.J.C.W. Schellekens De heer M.R. Hooglander
…………………………………… De heer M.P. Mos