2012MME87 bijlage Intentieovereenkomst tot samenwerking bij de verkenning van de ontwikkeling van

2012MME87 bijlage Intentieovereenkomst tot samenwerking bij de verkenning van de ontwikkeling van

Utrecht Science Park-Bilthoven

VERSIE 24 mei 2012

Ondergetekenden,

1. de Staat der Nederlanden, hierna te noemen de “Staat”, vertegenwoordigd door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mevrouw E.I. Schippers, hierna te

noemen: "VWS", tevens vertegenwoordigend de minister van Economie, Landbouw en Innovatie en de Staatssecretaris van Financiën,

2. Het College van Burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt, in dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer A.J. Xxxxxxxxx, burgemeester van De Bilt, hierna te noemen: "Gemeente",

3. Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht, in dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer X.X.X xxx Xxxxxxxx, gedeputeerde, hierna te noemen “Provincie”,

4. Utrecht Science Park, een samenwerkingsverband tussen de Universiteit Utrecht (UU), Hogeschool Utrecht, Universitair Medisch Centrum Utrecht, gemeente Utrecht en de provincie Utrecht, gevestigd te Utrecht, Yalelaan 40, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer F. Xx Xxxxxx, directeur, hierna te noemen “USP”,

hierna gezamenlijk te noemen: "Partijen"

Overwegingen:

a. Op het Xxxxxxx xxx Xxxxxxxxxxxxxxxxxx (ALt) in Bilthoven zijn specialisitische gebouwen gesitueerd in de sfeer van Life Science, met een oppervlakte van ca. 135.000 m2 bvo. Hier zijn gevestigd het Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en het Nederlands Vaccin Instituut (NVI). Naast het ALt is een agrarisch perceel gelegen, de Schapenwei.

b. Het RIVM ontwikkelt zich van een klassiek, relatief gesloten onderzoeksinstituut naar een state-of-the-art kennisinstituut met een regiefunctie in kennisnetwerken en een positie midden in de maatschappij. De Staat heeft besloten tot verhuizing van het RIVM, van het ALt in Bilthoven naar De Uithof, als ondersteuning van deze ontwikkeling. Bovendien verwacht de Staat van deze herhuisvesting een doelmatiger bedrijfsvoering. De verhuizing is voorzien voor 2017/2018.

c. Per 1 juni 2012 is de BV Bilthoven Biologicals (BBio) operationeel geworden. BBio heeft per die datum de productiefaciliteiten van het voormalig Nederlands Vaccin Instituut (NVI) op het noordelijk deel van het Alt overgenomen en de betreffende gronden en gebouwen op basis van een huurovereenkomst in gebruik genomen. BBio heeft een optie op aankoop van de gronden en gebouwen op het noordelijk, resp. noordwestelijk deel van het Alt, onder voorwaarde van langjarige voortzetting van de vaccinproductie.

Een uitstekende werkomgeving op het ALt en een bij een dergelijke functie passende inrichting en gebruik van de directe omgeving dragen bij aan een succesvolle exploitatie door BBio.

d. De Staat wil het resterende deel van het ALt en het daartegenover liggende terrein Schapenwei op termijn tegen een marktconforme prijs vervreemden.

e. USP is een samenwerkingsverband met als doel het Utrecht Science Park, gelegen in De Uithof, te ontwikkelen tot de spil van een netwerk van kennisintensieve bedrijven en instellingen in de provincie Utrecht: het Utrecht Life Science Cluster. USP constateert dat De Uithof op korte termijn onvoldoende ruimte kan bieden. Satellietlocaties bieden een uitkomst.

f. Het gericht economisch ontwikkelen van het Utrecht Life Science Cluster in de regio draagt bij aan het topsectoren beleid zoals dit door het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie wordt uitgedragen. Ook voor de Provincie is Life Science een economisch speerpunt.

g. Met de verhuizing van het RIVM ontstaat in principe de mogelijkheid een verdere invulling te geven aan het regionale netwerk van kennisintensieve bedrijven, waarbij het USP en het ALt als satelliet van het USP zowel zichzelf als elkaar zouden kunnen versterken. Van belang daarbij is dat het USP (focus op synergie met wetenschappelijk onderzoek aan de Universiteit Utrecht) enerzijds en ALt (focus op productiefaciliteiten en bijbehorend R&D en voorzieningen) anderzijds een onderscheiden en aanvullend profiel kennen.

h. Partijen willen gezamenlijk onderzoeken welke toekomstige functie voor het ALt en de Schapenwei het meest met hun belangen overeenkomt en tevens economisch en maatschappelijk haalbaar is.

i. In principe zijn voor de locaties meerdere ontwikkelrichtingen denkbaar. Partijen constateren dat vanwege het specifieke karakter van de locatie, de ligging t.o.v. USP en diverse bestaande voorzieningen een onderzoek naar de ontwikkeling als satellietlocatie als eerste voor de hand ligt, mede omdat met een dergelijke ontwikkeling het Utrecht Life Science Cluster kan worden versterkt. Om tot een goed oordeel en gefundeerde besluitvorming over een realistische toekomstige bestemming te kunnen komen is een nadere verkenning noodzakelijk.

Verklaren en komen het volgende overeen:

Verkenning

1. Partijen1 gaan gezamenlijk de haalbaarheid onderzoeken van de vestiging van bedrijven in de sfeer van bio/life sciences c.a. op het ALt en de Schapenwei. Partijen gaan hiertoe een Verkenning (laten) opstellen. Zowel de economische, financiële, ruimtelijke als maatschappelijke uitgangspunten dienen solide en gedegen onderbouwd te zijn. Uit de Verkenning dient te blijken of de ontwikkeling van een Life Science Cluster realistisch is.

2. Het door de regionale partijen opgestelde ‘Startdocument’ vormt de regionale input voor de Verkenning.

3. De Verkenning zal uiterlijk 1 juli 2013 gereed zijn.

Samenwerking

4. Partijen zullen in dit proces rekening houden met elkaars belangen, zoals daar zijn marktconformiteit van de grondwaarde en het vastgoed (vanuit de Staat (RVOB)), versterking van het Utrecht Life Science Cluster (vanuit USP, Staat (VWS en EL&I), Provincie en Gemeente) en behoud van economische aantrekkingskracht van en werkgelegenheid in de regio (vanuit Provincie en Gemeente).

5. De uitgangspunten en organisatie van de Verkenning en een inhoudelijke toespitsing zijn uitgewerkt in een Afsprakenkader.

6. De verdere organisatie van het proces van de Verkenning wordt in goed overleg tussen de direct participerende partijen nader uitgewerkt. Het op ad hoc basis inschakelen van een kritische expertgroep van verschillende disciplines kan onderdeel uitmaken van het proces van de Verkenning.

Kosten

7. Partijen dragen ieder hun eigen en taakgerelateerde kosten in verband met de werkzaamheden die voortvloeien uit deze intentieovereenkomst. Out of pocket kosten voor het opstellen van de Verkenning worden gelijkelijk verdeeld tussen Gemeente, Provincie en Rijk.

Vervolg

8. Indien de Verkenning als uitkomst heeft dat de ontwikkeling van USP-Bilthoven als satellietlocatie haalbaar is maken partijen afspraken over de wijze waarop aan de ontwikkeling invulling kan worden gegeven. Als de Verkenning daartoe aanleiding geeft kan dit ook betrekking hebben op een deel van het gebied.

Indien de Verkenning als uitkomst heeft dat de ontwikkeling van USP-Bilthoven geen haalbare ontwikkeling is voor het gehele gebied of een deel daarvan maken gemeente en

1 Namens de Staat participeren de departementen VWS, EL&I en Financiën, i.c. het RVOB.

RVOB afspraken over het proces om te komen tot besluitvorming over de toekomst van (die delen van) het gebied.

9. Zodra de besluitvorming over de ontwikkelingsrichting van het ALt en de Schapenwei heeft plaatsgevonden dan wel uiterlijk 30 juni 2013 eindigt deze intentieovereenkomst. Partijen kunnen in onderling overleg besluiten de overeenkomst te verlengen dan wel overige nadere afspraken te maken.

Overige bepalingen

10. Deze overeenkomst betreft alleen de inspanningverplichting van partijen om te onderzoeken of USP-Bilthoven als satellietlocatie van het USP op het ALt en de Schapenwei binnen redelijke randvoorwaarden tot ontwikkeling te brengen is en bevat geen rechtens afdwingbare verplichtingen.

11. Partijen verklaren zich bereid tot periodiek bestuurlijk coördinerend overleg met een nader te bepalen frequentie. Dit overleg wordt voorbereid door een projectgroep waarvoor partijen kennis en capaciteit ter beschikking stellen.

12. Communicatie over het proces, de samenwerking, de Verkenning en de besluitvorming vindt in onderlinge afstemming plaats. De gemeente verzorgt hiertoe de coördinatie voor partijen.

Aldus verklaard en getekend op 2 juli 2012

E.I. Schippers A.J. Gerritsen

Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport burgemeester van De Bilt

X.X.X xxx Xxxxxxxx X. xx Xxxxxx

gedeputeerde provincie Utrecht directeur Utrecht Science Park