ALGEMENE BEPALINGEN
ALGEMENE BEPALINGEN
1. Het reglement bestaat uit 4 boeken:
VOORWOORD
Boek B: De koepelorganisatie KBVB en haar deelorganisaties (profvoetbal, ACFF, VOETBAL VLAANDEREN) - Basisreglement
Boek P: Het profvoetbal
Boek A: Het amateurvoetbal ACFF
Boek V: Het amateurvoetbal VOETBAL VLAANDEREN, zowel voor competitief als voor recreatief voetbal
Specifieke bepalingen
- betreffende het futsal zijn opgenomen in boek F
- betreffende het minivoetbal zijn opgenomen in boek M
Daarnaast zijn er nog een aantal bijlagen.
2. De boeken bevatten de volgende onderwerpen:
21. Wat identiek is of toepasselijk op alle geledingen (KBVB, Profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen) bevindt zich in boekdeel B (Basisreglement).
De artikels worden daarin opgenomen met voorletter B (van Basis).
22. Wat specifiek is voor Profvoetbal, ACFF of Voetbal Vlaanderen bevindt zich uitsluitend in het boekdeel P, A of V. De artikels worden daarin opgenomen met respectievelijk een voorletter P, A of V.
23. Wat grotendeels gemeenschappelijk is (of slechts in geringe mate afwijkt van ..) bevindt zich in boekdeel B met melding dat er een kleine afwijking staat in een ander boekdeel.
In dat geval staat in het betrokken boekdeel, naast de verwijzing naar het artikel in het basisboekdeel, de bestaande specifieke afwijking of aanvulling.
3. Toepasselijke reglementering
Clubs van Voetbal Vlaanderen dienen zich te schikken naar de bepalingen van boekdelen V en B, eventueel P (indien ze profclub zijn), F (voor het futsal) of M (voor het minivoetbal).
Clubs van de ACFF dienen zich te schikken naar de bepalingen van boekdelen B en A, eventueel P (indien ze profclub zijn).
HOOFDSTUK 1: TERMINOLOGIE
Voor de toepassing van het reglement wordt verstaan onder:
Artikel B1 Aanduiding van de artikels
Zie voorwoord.
Artikel B2 De “bond” ● Geledingen ● Vleugels ● Clusters
1. Met “bond”, in al zijn samenstellingen (bondspersoneel, bondsreglement, …), wordt steeds de KBVB bedoeld.
2. De bond is samengesteld uit 2 geledingen:
- het profvoetbal, waarbij de clubs uit het profvoetbal (Art. B304) zich verenigd hebben in een belangenvereniging, Pro League genoemd;
- het amateurvoetbal (Art. B304), bestaande uit twee vleugels:
- ACFF
- Voetbal Vlaanderen
Beide vleugels zijn erkend door de overheid en dienen een autonoom sportbeleid te voeren.
3. Een vleugel kan onderverdeeld worden in “clusters” waarin, over de provinciegrenzen heen, bepaalde organisaties of activiteiten gebundeld worden.
Artikel B3 Begrippen “(voetbal)discipline”, “competitief en recreatief voetbal”, “entiteit”, “kernen”
1. We onderscheiden de volgende (voetbal)disciplines:
- het (veld)voetbal
- het futsal
- het minivoetbal
Op heden wordt indoorvoetbal (futsal en minivoetbal) enkel georganiseerd in de schoot van Voetbal Vlaanderen, al dan niet in samenwerking met de KBVB.
2. Binnen elke discipline kan er een competitief en een recreatief aanbod zijn:
KBVB | Profvoetbal | Competitief voetbal | ||
KBVB, ACFF en Voetbal Vlaanderen | Nationaal en regionaal amateurvoetbal | |||
ACFF en Voetbal Vlaanderen | Provinciaal amateurvoetbal | |||
Voetbal Vlaanderen | Recreatief voetbal | Recreatief voetbal | ||
Kerncompetities |
3. Entiteiten zijn verzamelingen van clubs die in éénzelfde discipline een competitief of een recreatief programma aanbieden.
4. Kernen zijn verzamelingen van clubs die onder één stamnummer aangesloten zijn bij een entiteit, en die al dan niet in eigen beheer of met een afwijkend beheer een voetbalaanbod organiseren.
Clubs binnen deze kernen hebben een eigen stamnummer en kunnen ook actief zijn in een andere discipline en/of entiteit.
Artikel B4 Begrip “club” ● Heren- en vrouwenclubs
1.Telkens het woord "club" gebruikt wordt in het reglement, slaat dit op:
2 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
- de effectieve leden: de clubs;
- de toetredende of geconventioneerde leden: de verenigingen, verstandhoudingen en liga’s die aansluiten, in de mate dat de reglementsbepalingen inzake de effectieve leden op hen van toepassing zijn.
2. Waar in het reglement naar één of andere nationale of hogere afdeling verwezen wordt, geldt dit enkel voor de herenclubs. Indien vrouwenclubs bedoeld worden, wordt dit specifiek aangeduid.
Wat betreft provinciale afdelingen geldt dit voor zowel heren- als vrouwenclubs.
Artikel B5 Geslacht
In het reglement wordt gemakshalve alleen verwezen naar het mannelijk geslacht ten aanzien van de leden en aangeslotenen; bedoeld wordt, behoudens uitdrukkelijk anders vastgelegd, zowel het mannelijk als het vrouwelijk geslacht.
Artikel B6 Scheidsrechters
Behoudens andersluidende bepaling, beoogt de term "scheidsrechter" zowel de scheidsrechter als de assistent-scheidsrechter.
Artikel B7 Kalenderdagen ● Werkdagen
1. Behoudens expliciet andersluidende bepaling, wordt met de term “dag(en)” steeds “kalenderdag(en)” bedoeld.
2. De term "werkdag" slaat op alle dagen van de week, uitgezonderd zaterdagen, zondagen en nationale wettelijke feestdagen. Deze nationale wettelijke feestdagen zijn:
- 1 januari (Nieuwjaar)
- Paasmaandag
- 1 mei (Feest van de Arbeid)
- Onze Heer Hemelvaart
- Pinkstermaandag
- 21 juli (Nationale Feestdag)
- 15 augustus (Xxxxx Xxxxxxxxxxxxxxxx)
- 1 november (Allerheiligen)
- 11 november (Wapenstilstand)
- 25 december (Kerstmis)
Artikel B8 De redactionele talen
België telt drie landstalen, doch onderhavig reglement wordt slechts uitgegeven in de Nederlandse (voor boeken B, V en P) en/of in de Franse taal (voor boeken B, A en P).
Met elke verwijzing naar “talen”, in al zijn samenstellingen, wordt dan ook steeds enkel het Nederlands en het Frans bedoeld.
Artikel B9 Algemene vergadering
Behoudens andersluidende bepaling, beogen de termen "algemene vergadering" of “nationale algemene vergadering” steeds de nationale algemene vergadering van de feitelijke vereniging KBVB.
Artikel B10 Provinciale, regionale en nationale afdelingen ● Hogere en lagere afdelingen
1. Voor wat betreft de eerste ploegen, onderscheidt men:
- provinciale afdelingen: reeksen bestaande uit eerste ploegen van clubs van dezelfde provincie.
Voorbeeld: 1ste provinciale Henegouwen, 4de provinciale Limburg.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 3
- interprovinciale afdelingen: reeksen bestaande uit eerste ploegen van verschillende provincies, maar behorende tot dezelfde vleugel.
Voorbeeld: interprovinciaal vrouwenkampioenschap ACFF, 2de klasse amateurs Voetbal Vlaanderen, 3de klasse amateurs ACFF.
- nationale afdelingen: reeksen bestaande uit eerste ploegen van clubs van verschillende provincies en deel uitmakende van verschillende vleugels.
Voorbeeld: 1ste klasse amateurs, 2de nationale vrouwenvoetbal.
2. De provinciale afdelingen worden ook wel “lagere afdelingen” genoemd.
3. De afdelingen die het provinciale niveau overstijgen (de interprovinciale, regionale en nationale afdelingen), worden “hogere afdelingen” genoemd.
Artikel B11 “Spelen”, “deelnemen”, “opstellen”
Met de werkwoorden “spelen”, “deelnemen”, “opstellen” worden bedoeld de spelers die effectief op het speelveld hebben gestaan, ongeacht de duur van hun optreden.
4 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
HOOFDSTUK 2: REGLEMENTAIRE BEPALINGEN
Artikel B21 Periode ● Termijn ● Rechtsgeldigheid datum
1. Periode - Termijn
11. Een periode wordt aangegeven met een begin- en een einddatum, die beiden in de periode zijn begrepen. Bij een termijn, die enkel een begin- of einddatum telt, is deze begrepen in de termijn.
12. De eerste dag van een voorziene periode of termijn in het bondsreglement blijft behouden, zelfs indien het geen werkdag is.
13. Indien de laatste dag van een periode of termijn geen werkdag is, eindigt de periode de daaropvolgende werkdag.
2. Rechtsgeldigheid datum
21. Indien de verzending via de post gebeurt, is de datum in het poststempel rechtsgeldig. Indien deze onleesbaar is, is de datum van aankomst rechtsgeldig.
22. Indien het gebruik van fax, e-mail of E-Kickoff toegelaten is, is uitsluitend de datum en uurvermelding van ontvangst, aangegeven door de apparatuur van de KBVB, rechtsgeldig.
23. Indien het Parket proces-verbaal neerlegt, is de datum van de stempel van de bondsgriffie rechtsgeldig.
Artikel B22 De nietigheid ● Het verval
1. Een handeling kan enkel nietig worden verklaard indien het reglement de nietigheid ervan uitdrukkelijk voorziet. De nietigheid wordt uitgesproken zelfs als het doel dat met de pleegvorm wordt beoogd bereikt werd.
2. De termijnen gelden enkel op straffe van verval wanneer het reglement het verval voorziet. Evenwel, de termijnen om een rechtsmiddel aan te wenden zijn altijd op straffe van verval.
Artikel B23 Reglement van Voetbal Vlaanderen (VV)
Zie Art. V23.
Artikel B24 Reglement van de Association des Clubs Francophones de Football (ACFF)
Zie Art. A24.
Artikel B25 Administratieve verrichtingen en kennisgevingen
1. We onderscheiden de volgende begrippen:
- “handtekening”, “ondertekening” of “akkoordverklaring” = zowel de manuele als de elektronische handtekening, als de digitale akkoordverklaring via E-Kickoff of een ander door de bond ingesteld digitaal platform, en dit niettegenstaande andersluidende bepalingen in dit reglement;
- “documenten” = zowel papieren als elektronische documenten;
- “schriftelijk” of “geschreven” = zowel de papieren als de elektronische communicatiemiddelen;
- “aangetekende zending” = zowel de aangetekende zending per post als de elektronische aangetekende zending;
- “poststempel” = zowel de poststempel als de elektronische tijdstempel;
- “archivering” = zowel de papieren als de elektronische archivering.
2. Alle administratieve verrichtingen, kennisgevingen en betekeningen die door de clubs en/of aangeslotenen tijdig en mits naleving van de vormvereisten van E-Kickoff of een ander door de bond ingesteld digitaal platform overgemaakt worden aan de bond en vice versa, worden beschouwd als beantwoordend aan de reglementaire voorschriften, tenzij binnen de 2 werkdagen erop volgend door de bond gevraagd wordt dit alsnog per origineel formulier te bevestigen.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 5
HOOFDSTUK 3: FINANCIELE BEPALINGEN
Artikel B31 Indexering
1. Indien zo vermeld, worden sommige vergoedingen/bijdragen jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex (basis 2004), waarvan de waarde op 01.01.2018 (index december 2017) 128,20 bedraagt.
2. Het nieuwe bedrag na indexering = bedrag op 01.01.2008 x index op 01.01 van jaar van indexering (128,20).
index op 01.01.2008 (107.44)
De aldus herziene vergoedingen en bijdragen worden afgerond naar de hogere of lagere 0,10 EUR, naargelang al dan niet de 0,05 EUR bereikt wordt.
3. Al de in dit reglement aangehaalde bedragen zijn de bedragen op 01.01.2018. Ze zijn betaalbaar vanaf 1 juli 2018.
Artikel B32 Verplaatsingskosten
De verplaatsingskosten worden berekend volgens het door het Uitvoerend Comité goedgekeurde blokkensysteem.
1. Individuele verplaatsingskosten:
11. De individuele verplaatsingskosten worden jaarlijks op 01.07 aangepast aan het KB van 18.01.1965 houdende algemene regeling van reiskosten.
Als basis geldt op 1.07.2017 een verplaatsingskost van 2,80 EUR/blok. Op 01.01.2017 bedroeg de wettelijke reisvergoeding 0,3363 EUR/km.
12. Het nieuwe bedrag na jaarlijkse aanpassing = 2,80 x wettelijke reisvergoeding op 01.01 voorafgaand het seizoen
0,3363
Het aldus herziene bedrag wordt afgerond naar de hogere of lagere 0,10 EUR, naargelang al dan niet de 0,05 EUR bereikt wordt.
13. Daar op 01.01.2018 de wettelijke reisvergoeding 0,3460 EUR/km bedraagt, is de verplaatsingskost voor het seizoen 2018- 2019:
2,80 x 0,3460/0,3363 = 2,88 EUR/blok, of afgerond 2,90 EUR/blok, met een minimum van 5,80 EUR. Uitzondering: zie Art. V820.
2. Verplaatsingskosten per ploeg
De verplaatsingskosten per ploeg, jaarlijks indexeerbaar (Art. B31), bedragen 25,20 EUR per blok.
Artikel B33 Bondsschulden
Onder bondsschulden worden verstaan:
- alle schulden van clubs en aangeslotenen tegenover de KBVB en/of haar vleugels, het Belgisch Arbitragehof voor de Sport, de UEFA en de FIFA;
- alle schulden waartoe clubs en aangeslotenen worden veroordeeld bij beslissing in kracht van gewijsde van een bondsinstantie of van het Belgisch Arbitragehof voor de Sport rechtsprekende in graad van beroep tegen een bondsinstantie, met inbegrip van veroordeling ten opzichte van derden;
- bedragen toegekend bij vonnis in kracht van gewijsde van een burgerlijke rechtbank of externe arbitrage-instelling, hetwelk samen met de stukken officieel ter kennis werd gebracht aan de Secretaris-generaal van de bond of de vleugels (per aangetekend schrijven of deurwaardersexploot):
- aan clubs en aangeslotenen, doch niet aan derden, voortvloeiende uit de sportieve activiteit uitgeoefend door de aangeslotene,
- aan Tussenpersonen, in toepassing van artikel 8.9 van Bijlage 9 van het bondsreglement.
6 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
TITEL 1 DE KBVB
ACFF: zie boek A - Voetbal Vlaanderen: zie boek V
HOOFDSTUK 1: ALGEMEENHEDEN
Artikel B101 KBVB: stichting - duur - ontbinding
1. De Koninklijke Belgische Voetbalbond (afgekort KBVB) werd gesticht op 1 september 1895.
2. De duur van de KBVB is onbeperkt.
Alleen een daartoe speciaal bijeengeroepen buitengewone algemene vergadering (Art. B126) kan, met een meerderheid van 81% van het totaal aantal stemmen, de ontbinding beslissen.
3. Wanneer de algemene vergadering besluit tot de ontbinding van de KBVB, feitelijke vereniging, beslist zij eveneens met volstrekte meerderheid over de modaliteiten van de tegeldemaking van het patrimonium en over de toewijzing van de eventuele batige activa. Zij stelt hiertoe drie vereffenaars aan.
Artikel B102 KBVB: doel
De KBVB heeft tot doel de administratieve en sportieve organisatie van de voetbalsport evenals de verspreiding ervan onder al haar vormen, buiten elke godsdienstige, filosofische, politieke of racistische voorkeur.
Artikel B103 KBVB: zetel - maatschappelijk boekjaar
1. De zetel van de KBVB (en van ACFF en Voetbal Vlaanderen) en van zijn nationale instanties is gevestigd in Brussel.
2. Het maatschappelijk boekjaar van de KBVB begint op 1 januari en eindigt op 31 december.
Artikel B104 Nationale en internationale vertegenwoordiging
1. Als lid van de Internationale Voetbalbond (FIFA) vanaf diens ontstaan, wordt de KBVB door alle buitenlandse bonden erkend als enige bond, die in België de voetbalsport vertegenwoordigt.
2. Als lid van de Fédération Internationale de Football Association (FIFA) en van de Union des Associations Européennes de Football (UEFA) verbinden de KBVB en zijn organen, onder voorbehoud van de algemene rechtsprincipes, van de bepalingen van openbare orde en van de nationale, regionale en communautaire wetgeving ter zake, zich ertoe:
- de spelregels zoals ze werden opgesteld door de Internationale Football Association Board (IFAB) na te leven;
- de statuten, reglementen en beslissingen van de FIFA en de UEFA na te leven;
- de principes van loyauteit, integriteit en sportieve geest als teken van fair play na te leven;
- de bevoegdheid van het "Tribunal Arbitral du Sport" (TAS) in Lausanne (Zwitserland), zoals voorzien door de overeenstemmende Statuten van de FIFA en de UEFA, te erkennen;
- de bevoegdheid van het “Belgisch Arbitragehof voor de Sport” (BAS) als onafhankelijk en onpartijdig scheidsrechterlijk college te erkennen.
Artikel B105 KBVB: samenstelling - Lidmaatschap Voetbal Vlaanderen - Lidmaatschap ACFF
1. Samenstelling
De KBVB, feitelijke vereniging, is samengesteld uit:
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 7
- effectieve leden: de effectieve voetbalclubs en futsalclubs;
- toetredende leden: de vleugels Voetbal Vlaanderen en ACFF, de verenigingen, verstandhoudingen en liga's binnen dewelke de effectieve leden, de aangeslotenen of de personen die het Belgisch voetbal, georganiseerd door de KBVB, wensen te bevorderen, zich groeperen om hun belangen te verdedigen;
- geconventioneerde leden: de voetbalclubs, behorende tot een bedrijf, een administratie, een school of een andere groepering evenals de groeperingen zelf, die hun eigen voetbalcompetities organiseren en die als dusdanig aanvaard worden; de betrekkingen van deze groeperingen met de KBVB of de vleugels worden geregeld bij overeenkomst;
- toegewezen aangeslotenen: de natuurlijke personen die aangesloten worden op voorstel van een effectieve club en die haar worden toegewezen;
- niet-toegewezen aangeslotenen: de natuurlijke personen die ten individuele titel aangesloten zijn en niet toegewezen zijn aan een club.
2. Lidmaatschap Voetbal Vlaanderen
21. De clubs uit de provincies Antwerpen, Limburg, Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen, die bij de KBVB zijn aangesloten zijn automatisch lid van de “vzw Voetbal Vlaanderen” (verkort VV genoemd) en vice versa. De clubs uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest die dit wensen, kunnen tot deze vzw toetreden.
22. De toegewezen aangeslotenen van de KBVB die lid zijn van een club van VV, zijn automatisch lid van VV. Ze verliezen dit lidmaatschap indien ze naderhand niet meer toegewezen zijn aan een club die lid is van VV.
3. Lidmaatschap ACFF
31. De clubs uit de provincies Waals-Brabant, Henegouwen, Luik (met uitzondering van de clubs behorend tot de Duitstalige Gemeenschap), Luxemburg en Namen, die bij de KBVB zijn aangesloten, zijn automatisch lid van de vzw “Association des Clubs Francophones de Football, (verkort ACFF genoemd) en vice versa. De clubs uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest of uit de Duitstalige Gemeenschap, die dit wensen, kunnen tot deze vzw toetreden.
32. De toegewezen aangeslotenen van de KBVB, die lid zijn van een club van de ACFF, zijn automatisch lid van de ACFF. Ze verliezen dit lidmaatschap indien ze naderhand niet meer toegewezen zijn aan een club die lid is van de ACFF.
Artikel B106 Externe betrekkingen ● Vertegenwoordiging
1. De nationale en internationale betrekkingen, van welke aard ook, behoren tot de bevoegdheid van het Uitvoerend Comité. Desgevallend worden zij geregeld door overeenkomsten, die goedgekeurd moeten worden door de algemene vergadering.
2. Op alle officiële of sportieve manifestaties, nationaal of internationaal, wordt de KBVB vertegenwoordigd door de Bondsvoorzitter of zijn afgevaardigde, en desgevallend door de Secretaris-generaal.
Artikel B107 Bondsbladen
1. De KBVB publiceert wekelijks een bondsblad in het Nederlands (Sportleven) en in het Frans (La Vie Sportive). Deze publicatie gebeurt uitsluitend op internet.
2. Wat betreft de datum van publicatie, als referentiepunt voor een aantal procedurehandelingen, geldt de datum van de woensdag van de week waarin de bondsbladen op internet gepubliceerd worden, ongeacht of dit al dan niet een werkdag is.
Artikel B108 Persoonsgegevens ● Archieven
De KBVB, de Pro League, de ACFF en Voetbal Vlaanderen verzamelen en verwerken persoonsgegevens van aangeslotenen met het oog op de uitvoering van hun statutaire en reglementaire opdracht in overeenstemming met de wettelijke bepalingen en met het Privacy Statement van de KBVB en de deelorganisaties. Door hun aansluiting gaan de aangeslotenen akkoord met deze verwerkingen.
De KBVB en haar deelorganisaties bewaren documenten en persoonsgegevens conform de wettelijke bepalingen, het Privacy Statement en de Retentiepolicy van de KBVB.
Xxxxxxxxx van aangeslotenen tot inzage, rechtzetting of schrapping worden gericht aan xxxxxxx@xxxxxxx.xxx.
8 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
HOOFDSTUK 2: BEHEER EN BEVOEGDHEDEN
Artikel B111 KBVB: Organisatie en beheer ● Ontbinding
1. De feitelijke vereniging KBVB vertrouwt haar financieel en administratief beheer, evenals het beheer van haar sportieve activiteiten, toe aan de v.z.w. KBVB (zie statuten in Bijlage 1), mits betaling van de daartoe gemaakte kosten en uitgaven.
2. Bij ontbinding van de v.z.w. KBVB wordt het overblijvend maatschappelijke bezit toegewezen aan de feitelijke vereniging KBVB, die er akte van neemt en het aanvaardt.
Artikel B112 Scheiding der bevoegdheden
De reglementaire, uitvoerende, disciplinaire en rechtsprekende bevoegdheden zijn strikt van elkaar gescheiden.
1. De reglementaire (regelgevende) bevoegdheid komt toe aan de wetgevende instantie van de KBVB, de Nationale Reglementscommissie (Art. B226).
Het Uitvoerend Comité heeft, indien nodig, de bevoegdheid het reglement te interpreteren (Art. B120).
2. De uitvoerende bevoegdheid komt toe aan het Uitvoerend Comité, bijgestaan door de Secretaris-generaal, en de bondsinstanties. Het Uitvoerend Comité is alleen verantwoordelijk tegenover de algemene vergadering voor zijn administratief, sportief en financieel beheer.
3. De disciplinaire en rechtsprekende bevoegdheid komt toe, binnen de in dit reglement vermelde beperkingen, aan de algemene vergaderingen en de bondsinstanties, waaraan dergelijke bevoegdheid verleend werd.
Artikel B113 Bevoegdheden van de koepelorganisatie en de vleugels
1. Zijn de uitsluitende bevoegdheid van de KBVB, het beheer van de nationale ploegen, inbegrepen de nationale jeugdploegen.
2. Bevoegdheid organisatie officiële kampioenschappen: zie Art. B1501.
.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 9
HOOFDSTUK 3: DE REGLEMENTAIRE BEPALINGEN
Artikel B116 Reglementaire bepalingen
1. De reglementaire bepalingen (reglement, regels van het voetbalspel, aanvullingen bij de regels van het voetbalspel en alle regelgeving waarin in deze documenten naar verwezen wordt) dienen nageleefd te worden door alle clubs en aangeslotenen.
2. Onder voorbehoud van de algemene rechtsprincipes, van de bepalingen van openbare orde en van de nationale, regionale en communautaire wetgeving ter zake, zijn de volgende bepalingen van het "Reglement van het Statuut en de Transfer van Spelers" van de FIFA dwingend en maken deel uit van het reglement van de KBVB:
Artikels 2, 8, 10, 11, 12bis, 18, 18bis, 18ter, 19 en 19 bis.
3. Het reglement kan geen afbreuk doen aan de rechten van de betaalde sportbeoefenaars vastgelegd in de geldende collectieve arbeidsovereenkomst (CAO).
4. Het reglement, de regels van het voetbalspel en de aanvullingen bij de regels van het voetbalspel worden gepubliceerd op de website van de KBVB.
5. Jaarlijks, na de gewone algemene vergadering, wordt tevens ambtshalve en tegen betaling een nieuwe uitgave van het reglement verzonden naar alle effectieve en toetredende leden (Art. B105).
Artikel B117 Reglementaire bepalingen: verbintenis tot naleving - omvang van de bevoegdheden
1. De KBVB beschikt, conform onderhavige reglementaire bepalingen, over de volheid van bevoegdheid in sportieve, reglementaire, disciplinaire, administratieve en jurisdictionele aangelegenheden.
2. Door hun aansluiting aanvaarden alle leden (clubs) en aangeslotenen van de KBVB deze bevoegdheid. Zij worden geacht het reglement te kennen, alsook de interpretatieve beslissingen die dit reglement aanvullen en in de bondsbladen gepubliceerd worden.
3. De KBVB en, door hun aansluiting, de clubs en hun aangeslotenen, verbinden zich ertoe elk geschil, behoudens andersluidende wettelijke bepalingen en na de uitputting van de interne middelen voor zover deze in huidig reglement zijn voorzien, te beslechten via scheidsrechterlijke procedure bij het Belgisch Arbitragehof voor de Sport.(Art. B1723).
De KBVB en, door hun aansluiting, de clubs en hun aangeslotenen, verbinden er zich ook toe om in te stemmen met de vrijwillige tussenkomst van elke andere belanghebbende partij.
Artikel B118 Voorstellen tot reglementswijzigingen
1. De voorstellen tot reglementswijziging moeten, op straffe van onontvankelijkheid, samen met een motivering en voorzien van teksten, naar de Secretaris van de Nationale Reglementscommissie gestuurd worden, hetzij door het Uitvoerend Comité, hetzij door een liga of instantie vertegenwoordigd in de Nationale Reglementscommissie (Art. B226).
2. De voorstellen moeten uiterlijk op 30 april (Art. B21) worden ingezonden. Elk laattijdig ingediend voorstel wordt onontvankelijk verklaard, tenzij het Uitvoerend Comité anders beslist.
Voorstellen ingediend door het Uitvoerend Comité moeten uiterlijk op 1 juni ter kennis van de Nationale Reglementscommissie worden gebracht.
3. De ontvankelijke voorstellen worden door de secretaris van de Nationale Reglementscommissie overgemaakt aan de Nationale Reglementscommissie, nadat het Uitvoerend Comité deze heeft voorzien van een advies.
Artikel B119 Wijzigingen aan de reglementaire bepalingen
1. Wijziging aan de reglementaire bepalingen
11. Na behandeling in de Nationale Reglementscommissie
111. Om aanvaard te worden, dienen de voorstellen van wijzigingen aanvaard te worden door al de geledingen die over het voorstel dienen te beslissen: zie punt 2 hierna.
10 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
Deze wijzigingen gaan dan in voege op 1 juli van het volgende seizoen.
112. De entiteiten die over het voorstel hebben beslist kunnen ook beslissen dat de voorgestelde wijzigingen van kracht worden op een datum vast te stellen door de Nationale Reglementscommissie.
Deze wijzigingen dienen binnen de veertien dagen ter kennis worden gebracht van clubs en aangeslotenen, via een duidelijk bericht in “Sportleven”.
12. Aan een bepaling in de “aanvullingen bij de regels van het voetbalspel” waar in het reglement naar verwezen wordt:
Deze dienen behandeld zoals bepaald in punt 11 hiervoor.
2. Beslissingsmacht
21. Indien een voorstel tot wijziging aan het reglement exclusief van toepassing is op ofwel het profvoetbal, de ACFF of Voetbal Vlaanderen zal de beslissing hierover enkel en alleen genomen worden door de betrokken entiteit.
Indien een voorstel enkel betrekking heeft op het amateurvoetbal (Art. B304) in haar geheel, zal het voorstel worden verworpen indien beide vleugels die deel uitmaken van de entiteit niet unaniem akkoord zijn.
22. De beslissing of een materie exclusief van toepassing is op ofwel het profvoetbal, ofwel op de ACFF of op Voetbal Vlaanderen, ofwel op het volledige amateurvoetbal, wordt genomen door de Nationale Reglementscommissie vooraleer het agendapunt te onderzoeken.
Indien er omtrent het stemrecht geen unaniem akkoord is, wordt het punt verdaagd tot het Uitvoerend Comité hieromtrent met een gekwalificeerde meerderheid van 2/3 van de aanwezige leden een beslissing heeft getroffen.
23. De KBVB heeft stemrecht indien een voorstel invloed heeft op de werking van de KBVB, of indien een voorstel in strijd is met wettelijke of decretale bepalingen, of met richtlijnen opgelegd door UEFA/FIFA.
Als een van de andere geledingen de toepassing van voorgaande alinea betwist, wordt het punt verdaagd in afwachting van een beslissing van het Uitvoerend Comité.
De beslissing van het Uitvoerend Comité om aan de KBVB stemrecht te verlenen in toepassing van voorgaande alinea dient te worden genomen met een gekwalificeerde meerderheid van 2/3 van de aanwezige leden.
24. Inzake de voorwaarden tot toekenning, intrekking of weigering van de licenties, wordt elke wijziging onderworpen aan de verwezenlijking van de volgende voorwaarden:
- voor de licentie van profvoetbal 1A, Europese licentie en Financial fair play België: akkoord van de Pro League;
- voor de licentie van profvoetbal 1B: tussen de Pro League, de ACFF en Voetbal Vlaanderen;
- voor de licentie van nationale amateurclub: akkoord tussen de ACFF en Voetbal Vlaanderen.
Artikel B120 Interpretatie van het reglement
1. Alle in dit reglement niet voorziene gevallen, alsook elke onduidelijke bepaling of verschillen in de landstalen, worden, onder de vorm van interpretatieve beslissing, door het Uitvoerend Comité beslecht indien de noodzaak daartoe bestaat en de hoogdringendheid vaststaat.
Deze beslissing is onmiddellijk van toepassing en geldig voor het lopende seizoen, en wordt binnen de veertien dagen in de bondsbladen gepubliceerd.
2. Zolang een procedure hangende is bij een bondsinstantie, mag het Uitvoerend Comité geen interpretatieve beslissing nemen slaande op de zaak.
3. Derdenverzet (Art. B1721) door elke belanghebbende club tegen een interpretatieve beslissing die de rechten van de club schaadt is mogelijk binnen de zeven dagen na publicatie in de bondsbladen.
Het derdenverzet, waarin de club haar belangen uiteenzet en haar andersluidende interpretatie motiveert, wordt ingediend bij de Griffie van de KBVB via E-Kickoff of door middel van een aangetekend schrijven.
Het derdenverzet wordt behandeld door het Uitvoerend Comité dat de verzetdoende club in zijn eerstvolgende nuttige vergadering hoort en binnen de 21 dagen na de sluiting van de debatten uitspraak doet in eerste en laatste aanleg.
4. Opdat deze interpretatie nog van kracht zou zijn na het lopende seizoen, moet de Nationale Reglementscommissie zich uitspreken over de reglementsbepalingen die voortvloeien uit de voormelde interpretatieve beslissingen.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 11
Indien de Nationale Reglementscommissie een interpretatieve beslissing van het Uitvoerend Comité verwerpt, dient dit comité, wanneer het een nieuwe beslissing wenst te nemen in dezelfde, identieke of gelijkaardige zaak zich te schikken naar het standpunt van de Nationale Reglementscommissie.
(De artikels 121 en 122 zijn gebruikt in boek V/boek A)
12 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
HOOFDSTUK 4: DE NATIONALE ALGEMENE VERGADERING
Artikel B126 Samenstelling ● Leiding ● Bevoegdheden ● Plaats ● Datum ●
Buitengewone algemene vergadering
1. De nationale algemene vergadering van de feitelijke vereniging KBVB, geleid door de Bondsvoorzitter of een ondervoorzitter, is samengesteld uit afgevaardigden van de effectieve clubs en de leden van het Uitvoerend Comité.
2. De gewone algemene vergadering heeft eenmaal per jaar plaats te Brussel, op de vierde zaterdag van de maand juni.
In uitzonderlijke gevallen, waarover het soeverein oordeelt, kan het Uitvoerend Comité vóór 31 december van het lopende seizoen een andere datum in de maand juni vastleggen.
3. De nationale algemene vergadering:
- is soeverein. Haar beslissingen zijn definitief en zonder verhaal;
- is als enige bevoegd om over feiten te oordelen die zich tijdens de algemene vergadering voordoen.
4. Het Uitvoerend Comité heeft het recht buitengewone algemene vergaderingen te beleggen. Het is daartoe verplicht, indien één derde van de effectieve clubs erom verzoekt.
Artikel B127 Agenda
1. De agenda van de algemene vergadering van de feitelijke vereniging KBVB wordt minstens vier weken vóór de vergadering in de bondsbladen gepubliceerd.
2. De agenda omvat de volgende punten:
1° Verificatie van de volmachten der afgevaardigden;
2° Schrapping en wedertoetreding van clubs; bekrachtiging van de toetreding, het ontslag en de fusie van clubs; 3° Verslag van het Uitvoerend Comité;
4° Interpellaties;
5° Bekrachtiging van de aanduiding van de door de Pro League, de (Nederlandstalige of Franstalige) clubs van de hogere amateurafdelingen en provincies voorgedragen kandidaten voor het Uitvoerend Comité, het Beroepscomité en het Sportcomité;
6° Bekendmaking van de winnaars van de nationale competities en overhandiging van de bekers, diploma's en medailles; 7° Verslag over de wijzigingen aan het reglement;
8° Verslag over de geldelijke toestand;
9° Verslag van de Financiële Auditcommissie; 10° Informatie over de jaarrekening;
11° Informatie over de begroting voor het volgend seizoen;
12° Goedkeuring van de akkoorden met de geconventioneerde groeperingen; 13° Goedkeuring van de door het Uitvoerend Comité gedane benoemingen;
14° Goedkeuring van de beslissingen genomen door de algemene vergadering futsal.
3. Het Uitvoerend Comité mag de agenda aanvullen door er elk punt op te plaatsen dat naar zijn oordeel onder de bevoegdheid van de algemene vergadering valt.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 13
Artikel B128 Samenstelling ● Stemverdeling ● Volmachten
1. Aantal stemmen - Aantal afgevaardigden
Entiteit | Totaal aantal stemmen | Toege- Wezen quota | Aantal afgevaar- digden | Aanduiding door | ||
Pro League (afdelingen 1A en 1B) | 144 | 26% | 1 per club | Club | ||
1ste klasse amateurs | 60 | 1 per club | club | |||
VV en ACFF samen | 2de klasse amateurs | 60 | 410 | 74% | 1 per 2 clubs | Verstandhouding van amateurclubs (VV of ACFF) van hogere afdelingen |
3de klasse amateurs | 60 | 1 per 2 clubs | ||||
Provin- ciale afdelingen | 230 | 115 (*) | de provinciale algemene vergadering of, indien haar statuten het voorzien, de Provinciale Studiecommissie of desgevallend de provinciale verstandhouding (eventueel de Provinciale Verstandhouding van de Provinciale Afdelingen) (**) | |||
Futsal | 0 | 12 | Algemene vergadering futsal | |||
Totaal | 554 | 100% |
(*) De 115 afgevaardigden worden verdeeld onder de provincies en dit volgens het aantal stemmen dat aan de clubs van elke provincie wordt toegekend op de provinciale algemene vergadering (Art. V139).
(**) De lijst van de afgevaardigden met de aanduiding van de identiteit van de delegatieleider moet aan de KBVB worden overgemaakt minstens drie weken voor de algemene vergadering.
2. Het aantal stemmen per afgevaardigde is gelijk aan het aantal stemmen voor de desbetreffende afdeling, gedeeld door het aantal afgevaardigden van deze afdeling.
3. Voetbal Vlaanderen totaliseert de stemmen (en het stempercentage) van:
- de vijf Voetbal Vlaanderen provincies (Art. B1503);
- de Nederlandstalige clubs van de 1ste klasse amateurs;
- de Nederlandstalige clubs van de 2de en 3de klasse amateurs.
4. De ACFF totaliseert de stemmen (en het stempercentage) van:
- de vijf ACFF-provincies (Art. B1503);
- de Franstalige clubs van de 1ste klasse amateurs;
- de Franstalige clubs van de 2de en 3de klasse amateurs .
5. Xxxxxxxx bij volmacht is toegelaten: het maximum aantal stemmen waarover een afgevaardigde kan beschikken is:
- Profvoetbal 1A en 1B: 12 stemmen;
- 1ste, 2de en 3de klasse amateurs: 6 stemmen;
- Provinciale afdelingen: 8 stemmen.
Artikel B129 Afgevaardigden ● Delegatieleiders
1. De afgevaardigden moeten:
- minstens achttien jaar oud zijn;
- aangeduid zijn door hun club, de clubs van hun afdeling of hun provincie;
- sinds minstens één jaar toegewezen zijn aan hun club;
- voor wat betreft de afgevaardigden van provinciale afdelingen, toegewezen zijn aan een club van een provinciale afdeling;
- de enige afgevaardigde zijn van hun club;
- niet geschorst zijn.
14 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
2. De delegatieleider is verantwoordelijk voor:
- het naleven van het reglement i.v.m. de kwalificatie van zijn afgevaardigden;
- het verdelen onder de afgevaardigden van zijn groep van de stemkaarten, die hem één uur vóór de aanvang der zitting ter beschikking worden gesteld;
- het eventueel ambtshalve aanstellen van een woordvoerder die gelast is met het uiteenzetten van het standpunt, zelfs dit van een minderheid, van zijn liga of van zijn provincie.
Hij stemt in naam van zijn liga, de clubs van zijn afdeling of zijn provincie.
3. De afgevaardigden mogen de terugbetaling vragen van hun verplaatsingskosten (zie Art. B32).
4. De leden van de bondsinstanties die niet als clubafgevaardigde aangesteld werden, mogen de algemene vergaderingen bijwonen maar niet deelnemen aan de debatten of stemmingen.
Een lid van een bondsinstantie dat als clubafgevaardigde aangesteld werd, mag geen interpellatie voordragen.
Artikel B131 Quorum ● Stemmingen ● Vereiste meerderheid ●
Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
0. De algemene vergadering is geldig samengesteld, ongeacht het aantal vertegenwoordigde effectieve clubs.
2. Behalve wanneer de vergadering met een meerderheid van 81% van het aantal stemmen beslist tot stemming bij naamafroeping over te gaan, worden de stemmen uitgebracht door de delegatieleiders, volgens de hen toegewezen quota, of door de Voorzitter van de Nationale Reglementscommissie (of zijn vervanger).
3. Indien het personenkwesties betreft, zal de stemming geheim zijn.
4. De beslissingen worden genomen bij volstrekte meerderheid der geldige stemmen. Om die te bepalen worden de blanco en ongeldige stemmen van het aantal uitgebrachte stemmen afgetrokken. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen.
5. De voorstellen betreffende:
- de ontbinding van de KBVB, feitelijke vereniging,
- schrapping van clubs
moeten, om aanvaard te worden, minstens 81% behalen van het totaal aantal stemmen.
6. De officiële afvaardiging van het futsal beschikt over een blokkeringsminderheid in de algemene vergadering, uitgedrukt door haar delegatieleider voor de punten die specifiek en uitsluitend betrekking hebben op het futsal.
Artikel B132 Interpellaties ● Verdediging standpunten
1. Alleen een effectieve club kan interpelleren in de algemene vergadering.
2. De interpellaties moeten niet op de agenda vermeld staan. Om ontvankelijk te zijn moeten zij evenwel minstens tien dagen vóór de algemene vergadering aan het Uitvoerend Comité betekend worden, samen met een memorie van toelichting waarin de gewraakte feiten duidelijk worden uiteengezet.
Het Uitvoerend Comité blijft vrij een interpellatie, die niet in de juiste vorm en binnen de hierboven gestelde termijn werd ingediend, te aanvaarden.
3. De interpellaties mogen geen betrekking hebben op geschillen die bij de bondsinstanties hangende zijn, noch voorgedragen worden door clubs die niet voorafgaandelijk de onderscheidene rechtsmiddelen hebben uitgeput.
De leden van de bondsinstanties die over de zaak uitspraak hebben gedaan, mogen in de debatten niet tussenbeide komen.
4. De club die wenst te interpelleren mag hiervoor een niet-aangesloten afgevaardigde sturen, zelfs wanneer ze vertegenwoordigd is door een officiële afgevaardigde. De aanwezigheid van deze afgevaardigde is beperkt tot de tijd van zijn interpellatie en de stemming daarover.
5. De algemene vergadering kan, tot besluit van een interpellatie, het Uitvoerend Comité goed- of afkeuren, doch heeft niet het recht een beslissing van het Uitvoerend Comité te verbreken, noch als beroepsinstantie een zaak te onderzoeken, die reeds door een bondsinstantie werd beslecht.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 15
Artikel B133 Verslagen ● Inwerkingtreding van de beslissingen
1. De verslagen van de algemene vergaderingen worden gepubliceerd in de bondsbladen binnen de dertig dagen. Alzo worden de beslissingen verondersteld gekend te zijn door de clubs.
2. De beslissingen worden van kracht zeven dagen na publicatie van het verslag, tenzij er een andere datum werd beslist.
3. De beslissingen met betrekking tot de schrapping van clubs treden onmiddellijk in werking.
4. Elk verzoek tot rechtzetting moet, op straffe van verval, binnen de zeven dagen na de publicatie van het verslag via E-Kickoff of per aangetekend schrijven aan de KBVB gericht worden.
In geval van betwisting, wordt het geschil aan de daaropvolgende algemene vergadering voorgelegd.
16 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
HOOFDSTUK 5: DE PROVINCIALE ALGEMENE VERGADERING
Voor ACFF: zie boek A
Voor Voetbal Vlaanderen: zie boek V, artikels V136 tot V141
HOOFDSTUK 6: DE BONDSFINANCIËN ● HET NATIONAAL STEUNFONDS
Artikel B146 Begroting van de KBVB ● Jaarrekeningen
1. Voor elk boekjaar wordt de begroting van de KBVB opgesteld onder leiding van de Financieel Directeur, en ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Bestuur en de algemene vergadering van de vzw KBVB.
2. De jaarlijkse rekeningen worden opgemaakt per 31 december en ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Bestuur en de algemene vergadering van de vzw KBVB.
3. Informatie omtrent de begroting en de jaarrekening zal worden verstrekt aan de nationale algemene vergadering.
(Artikels 147 en 148 zijn gebruikt in boek V)
Artikel B149 Het Nationaal Steunfonds
1. Het Nationaal Steunfonds heeft tot doel steun te verlenen aan:
- de scheidsrechter die slachtoffer werd van een voetbal- of futsalongeval;
- de rechthebbende die ten gevolge van een ongeval, inbegrepen brand, diefstal en schade door natuurkrachten of vandalisme, stoffelijke schade heeft geleden aan zijn autovoertuig en hierbij geldelijk nadeel heeft ondervonden;
- het slachtoffer van een voetbal- of futsalongeval met uitzonderlijk ernstige gevolgen, indien blijkt dat de onkosten of het inkomensverlies ten gevolge van dat ongeval zijn materiële bestaansvoorwaarden en/of die van zijn familie aantasten.
2. De rechthebbenden voor steun bij stoffelijke schade aan autovoertuigen zijn, op voorwaarde dat ze niet in loondienst zijn van de KBVB, de leden van de bondsinstanties, de prospectors, het onderwijzend personeel van de trainersschool, de leden van de medische en paramedische staf en de scheidsrechters.
3. Elke aanvraag tot tussenkomst in de gevallen voorzien onder punt 1 wordt voorgelegd aan de Commissie van het Nationaal Steunfonds die in eerste aanleg beslist, zowel over de modaliteiten tot tussenkomst als over de omvang van het bedrag van de tussenkomst.
4. Voor de modaliteiten tot tussenkomst in de stoffelijke schade aan autovoertuigen: zie Bijlage 8.
5. Wanneer het slachtoffer verplicht is een rechtsgeding in te spannen, kan het Nationaal Steunfonds de procedurekosten ten laste nemen, met inbegrip van de honoraria van een advocaat, aan te stellen door het Uitvoerend Comité.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 17
HOOFDSTUK 7: DE BONDSONDERSCHEIDINGEN ●
KENTEKENS EN BONDSKAARTEN
Artikel B156 De bondsonderscheidingen
1. De bondsonderscheidingen, beloning voor de diensten bewezen aan de bond of de clubs, worden toegekend en ingetrokken door het Uitvoerend Comité.
Bonds- onderscheiding | Toekenningsvoorwaarden |
Grootorde van Baron Xx Xxxxxxxx | Kan slechts één keer per jaar worden toegekend; Zij wordt toegekend door het Uitvoerend Comité, op voorstel van het Bureau van dit Comité. Zij kan slechts worden verleend aan iemand die nog in leven is, aangesloten bij de KBVB, en geen lid is van het Uitvoerend Comité. |
Gouden Medaille | De gouden medaille wordt toegekend aan ieder lid van het Uitvoerend Comité in functie, dat sinds tien jaar houder is van de titel van erelid. |
Erelid | De titel van erelid en het eraan verbonden verguld kenteken, kunnen worden toegekend voor veertig ononderbroken dienstjaren of vijfenveertig niet-opeenvolgende jaren dienst aan: - de internationale scheidsrechters, - de voorzitter van een bondsinstantie, - de leden van de nationale instanties en de leden van de Raad van Bestuur van de vleugels. |
Lid van Verdienste | De titel van lid van verdienste en het eraan verbonden verzilverd kenteken kunnen worden toegekend aan de leden van de bondsinstantie en de scheidsrechters en de leden van de Raad van Bestuur van de vleugels met dertig ononderbroken of vijfendertig niet-opeenvolgende jaren dienst. |
Bondsere- penning | De bondserepenning kan worden toegekend: - aan de leden van een bondsinstantie die twintig ononderbroken of vijfentwintig niet-opeenvolgende dienstjaren tellen, - aan de scheidsrechters die minstens vijftien ononderbroken of twintig niet-opeenvolgende dienstjaren tellen. Echter, wanneer de loopbaan van een scheidsrechter in de loop van het vijftiende of twintigste jaar eindigt wegens een benoeming in een Bureau Arbitrage, wordt dat jaar meegeteld. |
Erkentelijk- heids- medaille | De erkentelijkheidsmedaille kan worden toegekend: - aan de al dan niet aangesloten personen die, door hun functie of hun daden, uitzonderlijke diensten aan de bond hebben bewezen buiten de spelleiding en de bondsinstanties, - aan spelers die deel hebben genomen aan vijfendertig officiële internationale wedstrijden, of aan twintig dergelijke wedstrijden, indien bewezen is dat hun sportcarrière als internationaal onderbroken is geworden door een spelongeval. |
2. Toepassingsmodaliteiten
21. Het aantal dienstjaren in de verschillende functies wordt samengeteld en vermenigvuldigd met volgende coëfficiënten:
Functie | Coëfficiënt |
arbitrage in provinciale afdelingen | 1 |
arbitrage in hogere afdelingen | 1,5 |
Lid van een provinciale instantie, Opleider van een Provinciaal Bureau Arbitrage | 1,5 |
Voorzitter van een provinciale instantie Voorzitter van een Provinciaal Bureau Arbitrage | 2 |
Nationale instantie, Opleider van het Bureau Arbitrage KBVB Leden van de Raad van Bestuur van de vleugels | 2 |
Uitvoerend Comité | 3 |
22. Voor het lid dat meerdere mandaten uitoefent wordt enkel één mandaat in aanmerking genomen, dat met het hoogste coëfficiënt.
23. De functie van afgevaardigde bij de Nationale Reglementscommissie geeft eveneens aanleiding tot de toekenning van de bondsonderscheidingen, waarbij de dienstjaren beginnen te tellen vanaf het seizoen 2014-2015.
18 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
3. De houders van een van deze onderscheidingen kunnen op hun verzoek, bij het begin van elk seizoen, een kaart verkrijgen die kosteloze toegang verleent tot alle onder toezicht van de bond gespeelde wedstrijden (Art. B157).
4. Een kenteken van clubleider kan toegekend worden aan verdienstelijke clubleiders.
Verdienstelijke clubleiders | Toekenningsvoorwaarde |
Kenteken van clubleider | Een speciaal kenteken wordt verleend aan de clubleiders die sinds minstens twintig jaar ononderbroken of vijfentwintig niet-opeenvolgende jaren verantwoordelijk bestuurslid zijn (Art. B311) |
5. De voorstellen tot toekenning van bondsonderscheidingen worden ter bekrachtiging voorgelegd aan de volgende algemene vergadering.
Elke sanctie, disciplinaire maatregel of afzetting kan de intrekking meebrengen van de bondsonderscheidingen.
Artikel B157 Kentekens en bondskaarten
1. Ieder lid van een bondsinstantie ontvangt een kenteken.
2. De houders van een bondsonderscheiding evenals ieder lid van een bondsinstantie en bepaalde ex-personeelsleden van de KBVB/ACFF/VV ontvangen bij het begin van het seizoen een persoonlijke bondskaart.
De verschillende bondskaarten zijn:
Bondskaart | Toegekend aan |
Kaart Uitvoerend Comité | Leden van het Uitvoerend Comité |
A-kaart | Ereleden |
B-kaart | Leden nationale en provinciale comités/commissies, leden van een Bureau Arbitrage, leden van de Raad van Bestuur van de vleugels |
C-kaart | - Leden van verdienste, scheidsrechters Bureau Artbitrage KBVB/ACFF/VV, prospectors, bondspersoneel - De aangeslotenen die (*) - vijftig jaar onafgebroken aangesloten zijn bij de KBVB en daarvan minstens 25 jaar onafgebroken verantwoordelijk bestuurslid zijn (Art. B311); - vijftien jaar onafgebroken aanwezig zijn op de Nationale Reglementscommissie, de Vlaamse Studiecommissie of de Commission Francophone d’Etudes, als afgevaardigden die officieel door een provincie, een liga, de ACFF of VV werden aangeduid; - voor het lopende seizoen werden aangeduid als effectieve afgevaardigde in de schoot van de Nationale Reglementscommissie, de Commission Francophone d’Etudes (ACFF, CFE) of de Vlaamse Studiecommissie (VV, VSC) en die geen houder zijn van een kaart als lid van een officiële instantie. |
Doorstreepte C-kaart | Ex-bondspersoneel na een loopbaan bij de KBVB/ACFF/VV (pensioen of geschillenvrij vertrek) van 20 ononderbroken of 25 niet-opeenvolgende dienstjaren, titularissen van de Bondserepenning, scheidsrechters Provinciaal Bureau Arbitrage, geconventioneerde groeperingen. |
(*) De aanvraag moet, op initiatief van de belanghebbenden, samen met de bewijsstukken naar de KBVB worden gestuurd door de club, de provincie of de vleugel naargelang het geval.
3. De kaarten afgeleverd door de groeperingen als gevolg van interne of bilaterale akkoorden zijn geen bondskaarten in de reglementaire betekenis van het woord.
(Hoofdstuk 8, artikel 161 is gebruikt in boek V)
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 19
20 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
TITEL 2
DE BONDSINSTANTIES
HOOFDSTUK 1: NOMENCLATUUR VAN DE BONDSINSTANTIES
Artikel B201 Nomenclatuur van de bondsinstanties ● Subgroepen Voetbal Vlaanderen en ACFF
1. Nomenclatuur
De bondsinstanties zijn:
11. Het Uitvoerend Comité, verkozen instantie (Art. B231)
12. De Nationale Reglementscommissie, regelgevende instantie (Art. B226)
13. Andere instanties
Artikel | Gemeenschappelijke instanties amateurvoetbal- profvoetbal – (futsal) | |
Benoemde instanties | B241 | Strategische Commissie voor de Arbitrage |
B242 | Bureau Arbitrage KBVB ● Departement Arbitrage KBVB | |
X000 | Xxxxxx | |
X000 | Onderzoekscommissie | |
X000 | Xxxxxxxxxxxxxxxxx | |
X000 | Commissie van het Nationaal Steunfonds | |
B247 | Pool van Specialisten | |
B248 | Commissie Veiligheid | |
B249 | Financiële Auditcommissie | |
B250 | Arbitragecommissie voor de Betaalde Sportbeoefenaar | |
B251 | Arbitragecommissie voor de Amateur | |
B252 | Kalendermanager KBVB | |
B253 | Kalendercommissie voor Hoger Beroep KBVB | |
B254 | Licentiedepartement | |
B255 | Licentiecommissie | |
Specifieke instanties voor het amateurvoetbal – (futsal) | ||
Verkozen instanties | A256- V256 | Provinciale Comités |
A260- V260 | Sportcomités | |
A262-V262 | Beroepscomités | |
Benoemde instanties | A264-V264 | Bureau Arbitrage ACFF/Voetbal Vlaanderen ● Departement Arbitrage ACFF/Voetbal Vlaanderen |
A265-V265 | Regionale Bureaus Arbitrage ACFF/Provinciale Bureaus Arbitrage Voetbal Vlaanderen | |
A266-V266 | Controlecommissie | |
A267-V267 | Geschillencommissie voor het Amateurvoetbal | |
Specifieke instanties voor het profvoetbal | ||
Benoemde instanties | P271 | Geschillencommissie voor het Profvoetbal |
P272 | Geschillencommissie Hoger Beroep voor het Profvoetbal | |
P275 | Bureau Arbitrage Profvoetbal | |
P277 | Reviewcommissie | |
P278 | Match Delegates | |
Specifieke instanties voor het futsal | ||
Benoemde instanties | F286 | Departement Futsal |
Specifieke instanties voor het minivoetbal | ||
Benoemde instanties | M286 | Departement Minivoetbal |
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 21
2. Subgroepen Voetbal Vlaanderen en ACFF
21. De Controlecommissie (Art. V266) en de Geschillencommissie voor het Amateurvoetbal (Art. V267) worden, voor wat betreft hun bevoegdheden inzake rechtspleging, onderverdeeld in twee subgroepen:
- Subgroep Voetbal Vlaanderen, met alle leden die behoren tot clubs van Voetbal Vlaanderen, of behoren tot clubs die hebben gekozen voor de aanhorigheid tot de kampioenschappen ingericht door Voetbal Vlaanderen (Art. B1503), of individueel aangeslotenen die gekozen hebben voor de Nederlandstalige taalrol;
- Subgroep ACFF, met alle leden die behoren tot clubs van de ACFF, of behoren tot clubs die hebben gekozen voor de aanhorigheid tot de kampioenschappen ingericht door de ACFF (Art. B1503).
22. De subgroep ACFF, respectievelijk Voetbal Vlaanderen, zal alleen die zaken behandelen die betrekking hebben op zaken die door haar alleen worden georganiseerd (Art. B1501).
Beide subgroepen samen zullen die zaken behandelen die betrekking hebben op zaken die in een samenwerking KBVB/ACFF/Voetbal Vlaanderen worden georganiseerd.
3. Kamers ad hoc
In het Uitvoerend Comité (Art. B231) kunnen, indien nodig, voor wat betreft hun bevoegdheden inzake rechtspleging, kamers ad hoc worden samengesteld voor de behandeling van zaken die betrekking hebben op de exclusieve organisaties van de ACFF of Voetbal Vlaanderen (Art. B1501).
22 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
HOOFDSTUK 2: VERKIESBAARHEID ● VERKIEZINGEN ● MANDATEN
Artikel B206 Voorwaarden om verkiesbaar te zijn en/of een mandaat uit te
oefenen
1. Om verkiesbaar te zijn tot lid van een bondsinstantie moet men minstens 18 jaar oud zijn en hoogstens de leeftijd van 70 jaar bereikt hebben op het moment van de aanvang van het mandaat. De kandidaturen die niet aan deze voorwaarden voldoen worden als niet-bestaande beschouwd.
De leeftijdsvoorwaarde van 70 jaar geldt niet:
- voor de leden die herkiesbaar zijn in een instantie waarvan ze reeds deel uitmaken;
- voor de reeds verkozen of benoemde leden die zich verkiesbaar stellen voor een andere instantie.
2. Om verkiesbaar te zijn of het mandaat van lid van een bondsinstantie verder uit te oefenen, moet men eveneens aan de volgende voorwaarden voldoen:
- burgerlijke en politieke rechten genieten;
- toegewezen zijn aan een effectieve club van de taalrol waartoe het mandaat behoort of aangesloten zijn bij de KBVB, met aanduiding van verklaring van aanhorigheid tot een taalrol, wanneer het niet-toegewezen aangeslotenen betreft die voorgedragen worden door de liga’s, clubs van hogere afdelingen of vleugels.
In afwijking van dit principe zijn er voor bepaalde instanties uitzonderingen voorzien die telkens vermeld worden. De kandidaturen die niet aan deze voorwaarden voldoen worden als niet-bestaande beschouwd.
3. Elk mandaat in een bondsinstantie eindigt van rechtswege na afloop van het seizoen waarin het betrokken lid de leeftijd van 75 jaar bereikt.
4. Een lid van een bondsinstantie dat een schorsing oploopt zal ambtshalve uit zijn functie ontheven worden.
Een lid dat een andere bondssanctie oploopt kan, na onderzoek betreffende de xxxxx xxx xx xxxx, ambtshalve door het Uitvoerend Comité uit zijn functie worden ontheven.
Voor wat betreft de leden van specifieke instanties van het amateurvoetbal, wordt deze bevoegdheid uitgeoefend door, naargelang het geval, de Raad van Bestuur van Voetbal Vlaanderen of de ACFF.
Artikel B207 Onverenigbaarheden ● Verbodsbepalingen
1. Onverenigbaarheden: Leden van een bondsinstantie mogen:
- noch bezoldigde trainer, noch speler, noch scheidsrechter zijn. Voor ACFF: zie Art. A207
- niet toegewezen zijn aan dezelfde club als een ander lid van dezelfde instantie, behalve in de specifieke instanties van het profvoetbal (Art. B201) en in de Bureaus Arbitrage (Art. B242, V264 en V265);
- geen deel uitmaken van een andere bondsinstantie. In afwijking van dit principe zijn er voor bepaalde instanties uitzonderingen voorzien die telkens vermeld worden;
- geen lid zijn van de bondsadministratie. In afwijking van dit principe zijn er voor bepaalde instanties uitzonderingen voorzien die telkens vermeld worden;
- niet het voorwerp zijn van een sanctie, uitgesproken door een bondsinstantie.
2. Verbodsbepalingen: Het is de leden van de bondsinstanties verboden:
- officiële functies op het terrein uit te oefenen;
- voor een bondsinstantie te verschijnen, behalve indien zij in de zaak betrokken zijn;
- te interpelleren in de algemene vergadering;
- aanwezig te zijn in de kleedkamer van de scheidsrechter(s), behalve indien zij een officiële opdracht vervullen.
Uitzondering: In geval van incidenten mag elke opleider zich naar de kleedkamers begeven om de scheidsrechter(s) bij te staan en/of te beschermen. In geval van kwetsuur is dit lid gedekt door de verzekeraar, zoals reglementair voorzien voor een lid in opdracht.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 23
Artikel B208 Het mandaat van lid van een verkozen instantie
1. Algemeenheden
11. Op straffe van nietigheid moet elke nieuwe kandidatuur als lid van een verkozen instantie, ondertekend door de gerechtigd correspondent, ingediend worden ofwel:
- door de club van toewijzing;
- naar gelang het geval, door de Pro League, Voetbal Vlaanderen of de betrokken hogere afdeling(en), indien het een niet- toegewezen aangeslotene betreft.
Zij moet, op straffe van verval, uiterlijk op 31 maart (Art. B21) en, op straffe van nietigheid, onder aangetekende omslag bij de Secretaris-generaal of de Provinciale Secretaris, naargelang het geval, worden ingediend.
Deze kandidatuur dient, op straffe van nietigheid, ondertekend te zijn door de kandidaat zelf of, indien deze laatste gerechtigd correspondent is van zijn club van toewijzing of van de Pro League of Voetbal Vlaanderen, door een verantwoordelijk bestuurslid (Art. B311).
12. De duur van het mandaat van een lid van een verkozen instantie bedraagt vier jaar.
Elk nationaal comité wordt om de twee jaar (onpare jaren) met de helft hernieuwd en elk provinciaal comité elk jaar met een vierde.
13. Het aflopen van de mandaten en de verkiesbaarheidsvoorwaarden hiervoor worden uiterlijk op 15 maart in de bondsbladen gepubliceerd.
14. Elk uittredend lid is herkiesbaar en zijn kandidatuur wordt ambtshalve opnieuw voorgedragen.
Indien de club van een uittredend lid, zich uiterlijk op 15 maart verzet tegen de kandidatuur, blijft het lid herkiesbaar en kan het een overgang bekomen naar een club van dezelfde taalrol als deze waaraan het was toegewezen.
2. Specifiek voor wat betreft de leden die het amateurvoetbal vertegenwoordigen: Art. V208
3. Specifiek voor wat betreft de leden die het profvoetbal vertegenwoordigen: Art. P208
Artikel B209 Verkiezingen van de leden van de verkozen instanties
1. De verkiezing (dan wel de bekrachtiging ervan) van de leden van een verkozen instantie behoort, naargelang van het geval, tot de bevoegdheid van de provinciale of nationale algemene vergadering, of van de aanduiding door de Raden van Bestuur van de ACFF of Voetbal Vlaanderen.
2. Voor elke nationale bondsinstantie worden er twee lijsten van kandidaten voorgedragen. Op de ene komen de Nederlandstalige en op de andere de Franstalige kandidaten voor.
3. Een kandidaat wordt als Nederlandstalig of als Franstalig beschouwd, naargelang hij voorgedragen wordt door een club die lid is van Voetbal Vlaanderen of ACFF.
4. De taalrol, gekozen bij het voordragen van de kandidatuur, mag achteraf niet meer gewijzigd worden zolang de betrokkene in dezelfde instantie zetelt.
5. Indien een rechthebbende entiteit op een of meerdere vertegenwoordigers, met een meerderheid de kandidatuur van haar vertegenwoordiger(s) steunt, kan (kunnen) deze niet door de algemene vergadering verworpen worden.
24 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
Artikel B210 Het mandaat van lid van een benoemde instantie
1. Behoudens afwijkingen vermeld bij de desbetreffende artikels, en onder voorbehoud van goedkeuring door de algemene vergadering, worden de leden van de benoemde instanties benoemd door het Uitvoerend Comité.
2. De duur van het mandaat van een lid van een benoemde instantie bedraagt vier jaar. In afwijking van dit principe zijn er voor bepaalde instanties uitzonderingen voorzien die telkens vermeld worden.
3. Op straffe van nietigheid moet elke nieuwe kandidatuur als lid van een benoemde instantie, ondertekend door de gerechtigd correspondent, ingediend worden ofwel:
- door de club van toewijzing;
- door de Pro League of Voetbal Vlaanderen, indien het een niet-toegewezen aangeslotene betreft.
Zij moet, op straffe van verval, uiterlijk op de datum daartoe voorzien in de oproep tot kandidaturen en op straffe van nietigheid onder aangetekende omslag bij de Secretaris-generaal of de Provinciale Secretaris, naargelang het geval, worden ingediend.
Deze kandidatuur dient eveneens, op straffe van nietigheid, een volledig curriculum vitae van de kandidaat te bevatten en medeondertekend te zijn door de kandidaat zelf of, indien deze laatste gerechtigd correspondent is van zijn club van toewijzing of van de Pro League of Voetbal Vlaanderen, door een verantwoordelijk bestuurslid (Art. B311).
4. Het Uitvoerend Comité kan benoemde leden slechts uit hun functie ontheffen om zwaarwichtige reden, met een gewone meerderheid van de aanwezige leden op een zitting van het Uitvoerend Comité waarop dit punt op de agenda staat, en waarop het betrokken lid vooraf behoorlijk wordt uitgenodigd (Art. B1736) om gehoord te worden.
Voor wat betreft de leden van specifieke instanties van het amateurvoetbal, wordt deze bevoegdheid uitgeoefend door, naargelang het geval, de Raad van Bestuur van Voetbal Vlaanderen of de ACFF.
Artikel B211 Verenigbaarheid tussen een mandaat in de koepelorganisatie KBVB en de beide vleugels ACFF en Voetbal Vlaanderen
1. Daar er tussen de Raad van Bestuur van de vleugels en
- de provinciale instanties (Provinciale Comités en Provinciale Bureaus Arbitrage)
- de regionale instanties (Sportcomité ACFF/Voetbal Vlaanderen, Beroepscomité ACFF/Voetbal Vlaanderen en Bureau Arbitrage ACFF/Voetbal Vlaanderen)
een directe band van autoriteit aanwezig is, kan men niet gelijktijdig lid zijn van de Raad van Bestuur van een vleugel en een provinciale of regionale instantie zoals hierboven vermeld.
2. De nationale instanties functioneren in een samenwerkingsverband tussen de koepel en de vleugels.
Niets belet dat leden van deze instanties deel uitmaken van de Raad van Bestuur van een vleugel, maar ze kunnen niet gelijktijdig lid zijn van een nationale instantie en het Uitvoerend Comité van de koepelorganisatie.
3. De vleugels zullen deze voorwaarden inschrijven in hun statuten of reglement van inwendige orde.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 25
HOOFDSTUK 3: WERKINGSREGELS VAN DE BONDSINSTANTIES
Artikel B216 Onafhankelijkheid van de bondsinstanties ● Onderzoek van de zaken
1. De bondsinstanties en hun leden zijn gehouden de statuten, de reglementen, de richtlijnen, de beslissingen en de ethische code van de FIFA en van de UEFA in de uitoefening van hun activiteiten na te leven.
2. Xxxxxx een zaak haar beslag niet gekregen heeft voor de verschillende bondsinstanties, is het alle bondsinstanties en hun leden verboden op een of andere wijze tussenbeide te komen of aan een van de partijen een advies te geven of een onderhoud toe te staan.
3. Zolang een procedure hangende is bij een bondsinstantie mag het Uitvoerend Comité niet om advies gevraagd worden met betrekking tot de toepassing of de interpretatie van het reglement slaande op de zaak.
De principe- of interpretatiekwesties die bij een bepaalde zaak werden opgeworpen, kunnen pas na uitspraak in laatste aanleg beslecht worden door het Uitvoerend Comité. De nieuwe bepalingen die daaruit volgen gelden enkel voor latere gevallen.
4. Wanneer een bondsinstantie vaststelt dat een zaak die bij haar aanhangig is, één van haar leden in het gedrang brengt, moet zij zich onthouden en het dossier voor passend gevolg overmaken aan de Griffie.
5. Een lid mag niet zetelen als de instantie een zaak behandelt waarbij zijn club partij is of rechtstreeks belang heeft.
Artikel B217 Samenstelling van het bureau
1. Iedere bondsinstantie stelt haar bureau samen door aanduiding van een voorzitter en één of meer ondervoorzitters, op de eerste zitting na de verkiezingen of benoemingen. Dit gebeurt bij geheime stemming.
In afwijking van dit principe zijn er voor bepaalde instanties uitzonderingen voorzien die telkens vermeld worden.
2. In de nationale instanties moet de eerste of enige ondervoorzitter Nederlandstalig zijn, indien de voorzitter Franstalig is en omgekeerd.
3. Indien een vacature ontstaat, vult de instantie haar bureau aan op haar eerstvolgende zitting.
4. Op straffe van nietigheid, verloopt de procedure voor de samenstelling van het bureau als volgt:
41. De stemming voor een volledig bureau wordt geleid door het lid met de grootste anciënniteit binnen die instantie die geen kandidaat is.
De stemming voor het vervolledigen van het bureau wordt geleid door de voorzitter of één van de ondervoorzitters, in volgorde van hun rangorde.
42. De secretaris van de instantie zal:
- zowel de namen van de aanwezige als de afwezige leden van de bondsinstantie opnemen in een verslag dat hij opstelt;
- meerdere sets van formulieren voorbereiden waarop alle namen van de leden van de instantie in alfabetische volgorde voorkomen;
- in zijn verslag de namen opnemen van de leden van de bondsinstantie die zich kandidaat stellen;
- een stemformulier overhandigen aan elk lid;
- de formulieren ophalen en overhandigen aan de voorzitter van de vergadering.
43. De voorzitter van de vergadering opent de formulieren en deelt in tegenwoordigheid van alle leden het resultaat van de stemming mee.
De resultaten van de stemming worden eveneens opgenomen in het zittingsverslag, opgesteld door de secretaris.
44. De kandidaat die de absolute meerderheid van het aantal geldig uitgebrachte stemmen behaalt (zie Xxx. B131), is verkozen.
45. Wanneer geen der kandidaten de volstrekte meerderheid der geldig uitgebrachte stemmen behaald heeft in de eerste stemronde, zal men tot herstemming overgaan tussen de kandidaten die de meeste stemmen bekomen hebben.
Als bij de herstemming opnieuw geen volstrekte meerderheid verkregen wordt of bij staking van stemmen, wordt volgens volgende rangorde verkozen:
- de uittredende kandidaat, indien hij tegenover een nieuwe kandidaat stond;
- het lid met de meeste dienstjaren in deze instantie, indien het geen uittredende kandidaten betreft;
- het oudste lid.
26 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
Artikel B218 Secretarissen van de bondsinstanties
1. Iedere bondsinstantie beschikt over een secretaris, benoemd door het Uitvoerend Comité. De secretaris van een bondsinstantie met nationale bevoegdheid moet tweetalig zijn.
Hij heeft geen stemrecht en kan op elk ogenblik door het Uitvoerend Comité vervangen worden.
2. De secretarissen zijn er in hoofdzaak mede gelast het reglement van de KBVB te doen naleven.
Wanneer ze bedrog vaststellen of kennis hebben van incidenten, moeten zij dit ambtshalve aan hun instantie mededelen, zelfs als daarover geen officieel verslag werd ingediend.
Indien ze vaststellen dat een beslissing van hun instantie onregelmatigheden bevat, hebben zij de plicht daarover verslag uit te brengen bij het Uitvoerend Comité via de Secretaris-generaal.
3. Een secretaris kan zich te allen tijde laten vervangen door een lid van de bondsadministratie of van de betreffende instantie.
Artikel B219 Zittingen
1. Elke bondsinstantie moet bijeenkomen wanneer haar agenda, haar voorzitter of drie leden het vragen. Zij dient erover te waken dat de aanhangig gemaakte zaken tijdig worden behandeld.
2. Indien een bondsinstantie langer dan één maand wacht om het onderzoek van een zaak aan te vatten, neemt het Uitvoerend Comité de maatregelen die zich opdringen.
3. Leden die een zitting niet kunnen bijwonen, moeten de secretaris daarvan minstens vierentwintig uur vóór de vergadering verwittigen.
Een lid, dat driemaal achtereenvolgens zonder geldige verontschuldiging afwezig is geweest, kan als ontslagnemend beschouwd worden door het Uitvoerend Comité, dat het betrokken lid hiervan in kennis stelt.
4. Specifieke bepalingen, vermeld in het werkplan (Art. V264.34), zijn van toepassing voor wat betreft de Provinciale Bureaus Arbitrage.
Artikel B220 Onvolledige bondsinstantie
1. Indien tijdens het seizoen een bondsinstantie het voorgeschreven aantal leden niet meer telt of het aantal als onvoldoende wordt beschouwd door het Uitvoerend Comité, kan het een lid benoemen voor elke openstaande plaats.
Het Uitvoerend Comité is verplicht te benoemen wanneer het aantal leden met meer dan de helft verminderd is, of wanneer de rechthebbende entiteit aan wie het mandaat toekomt, het vraagt vóór 1 januari die de eerstkomende verkiezing voor dat mandaat voorafgaat.
Het Uitvoerend Comité moet aan de eerstvolgende algemene vergadering, de gedane benoemingen ter bekrachtiging voorleggen.
2. Wanneer het beslist gebruik te maken van zijn macht tot benoemen of wanneer het hiertoe gehouden is, kan het Uitvoerend Comité slechts die personen benoemen die voorgesteld worden door de rechthebbende entiteit.
3. Wanneer een kandidatuur voor een verkozen bondsinstanties niet werd weerhouden, mag de afgewezen kandidaat niet benoemd worden voor de opengebleven plaats.
4. Het benoemde lid beëindigt het mandaat van zijn voorganger.
5. Wanneer een lid van een bondsinstantie wegens ziekte (te staven door doktersattest) of werkomstandigheden (te staven door attest van werkgever) gedurende meer dan zes maanden verhinderd is om zijn mandaat uit te oefenen, kan de entiteit die recht heeft op dit mandaat aan het Uitvoerend Comité voorstellen om een vervanger aan te duiden voor een bepaalde periode, die steeds verlengbaar is.
De vervanger is volwaardig lid van de instantie, doch heeft geen recht op bondsanciënniteit noch op een bondskaart.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 27
Artikel B221 Kosten van de leden van de bondsinstanties
1. Verplaatsingskosten: zie Art. B32.
2. Zittingsvergoeding:
21. Algemene regel
211. Leden van de bondsinstanties hebben recht op een bedrag van 3,10 EUR. Dit wordt op 7,50 EUR gebracht wanneer hun opdracht een verplaatsing meebrengt van meer dan 12 blokken.
212. Leden van de bondsinstanties ontvangen 6,00 EUR voor de keuring van een eerste terrein en/of verlichting, en 4,00 EUR voor de keuring van elk bijkomend terrein en/of verlichting.
22. Uitzonderingen voor het amateurvoetbal: Art. V221.
23. Uitzonderingen voor het profvoetbal: Art. P221.
28 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
HOOFDSTUK 4: DE REGELGEVENDE INSTANTIE: DE NATIONALE REGLEMENTSCOMMISSIE
Artikel B226 De regelgevende instantie: Nationale Reglementscommissie
1. Bevoegdheden
De Nationale Reglementscommissie is het wetgevende orgaan van de KBVB. Zij is belast met de bestudering en de eventuele goedkeuring van alle voorstellen tot wijziging aan de reglementaire bepalingen, alsook van alle punten die door het Uitvoerend Comité op de agenda geplaatst worden.
2. Samenstelling
De Nationale Reglementscommissie is samengesteld uit:
- de KBVB,
- de Pro League,
- Voetbal Vlaanderen,
- de ACFF
en dit in de samenstelling zoals voorzien in het reglement van inwendige orde van de NRC.
3. Voorzitterschap
31. De Nationale Reglementscommissie wordt geleid door een voorzitter, die geen lid mag zijn van een andere bondsinstantie. Hij wordt verkozen door de Nationale Reglementscommissie, en de duur van het mandaat bedraagt vier jaar, telkens verlengbaar.
32. De voorzitter wordt bijgestaan door een ondervoorzitter van de Pro League en van elke vleugel, die wel lid mag zijn van een andere bondsinstantie.
De duur van het mandaat van de ondervoorzitters bedraagt één jaar, telkens verlengbaar.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 29
HOOFDSTUK 5: HET UITVOEREND COMITE ●
DE BONDSVOORZITTER ● DE SECRETARIS-GENERAAL
Artikel B231 Uitvoerend Comité
1. Samenstelling
11. Het Uitvoerend Comité is samengesteld uit drieëntwintig leden onder wie één voorzitter (hierna tevens genoemd “Voorzitter van de KBVB” of “ Bondsvoorzitter”), als volgt aangeduid:
1° acht leden die de clubs van het profvoetbal vertegenwoordigen, aangeduid door de Pro League, waarvan minstens drie van elke taalrol;
2° zeven leden die de Nederlandstalige amateurclubs vertegenwoordigen:
- zes leden aangeduid door de Provinciale Studiecommissies of de Provinciale Verstandhoudingen (desgevallend de Provinciale Verstandhoudingen van lagere afdelingsclubs), te weten:
- één lid per provincie van Voetbal Vlaanderen (Art. B1503),
- een tweede lid behorend tot de Vlaamse provincie met de grootste sportactiviteit (Art. B1503);
- een lid dat de Nederlandstalige clubs van de 1ste klasse amateurs, en de clubs van de 2de en 3de klasse amateurs Voetbal Vlaanderen vertegenwoordigt, aangeduid door de Nederlandstalige amateurclubs van hogere afdelingen (VACHA);
3° zeven leden die de Franstalige amateurclubs vertegenwoordigen:
- zes leden aangeduid door de Provinciale Studiecommissies of de Provinciale Verstandhoudingen (desgevallend de Provinciale Verstandhoudingen van lagere afdelingsclubs), te weten:
- één lid per ACFF-provincie (Art. B1503),
- een tweede lid behorend tot de Waalse provincie met de grootste sportactiviteit (Art. B1503);
- een lid dat de Franstalige clubs van de 1ste klasse amateurs, en de clubs van de 2de en 3de klasse amateurs ACFF vertegenwoordigt, aangeduid door de Franstalige amateurclubs van hogere afdelingen (sixième province);
4° één lid te benoemen via coöptatie, op voorstel van de entiteit waartoe de Bondsvoorzitter behoort, voor de periode van het mandaat van deze laatste.
12. Bondsvoorzitter - Ondervoorzitters
121. De Bondsvoorzitter (Art. B233) wordt in zijn schoot aangeduid door het voltallige Uitvoerend Comité.
122. De ondervoorzitters worden in de schoot van het Uitvoerend Comité als volgt aangeduid:
- één ondervoorzitter aangeduid door de leden die het profvoetbal vertegenwoordigen;
- één ondervoorzitter, aangeduid door de leden die de Nederlandstalige amateurclubs vertegenwoordigen;
- één ondervoorzitter, aangeduid door de leden die de Franstalige amateurclubs vertegenwoordigen.
123. Wanneer de Bondsvoorzitter uit het amateurvoetbal komt dient de eerste ondervoorzitter uit het profvoetbal te komen en vice versa.
De eerste ondervoorzitter dient van het andere taalregime te zijn dan de Bondsvoorzitter.
124. Beide andere ondervoorzitters worden gerangschikt naar de volgorde van hun anciënniteit als lid van het Uitvoerend Comité.
125. De duur van de mandaten van de Bondsvoorzitter en de ondervoorzitters bedraagt twee jaar, en kan telkens verlengd worden.
13. De Secretaris-generaal, woont de zittingen van het Uitvoerend Comité bij met een raadgevende bevoegdheid, maar heeft geen stemrecht.
14. De hoedanigheid van lid van het Uitvoerend Comité impliceert deze van werkend lid van de v.z.w. KBVB.
30 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
2. Bevoegdheden
Het Uitvoerend Comité heeft een dubbele rol:
21. Het Uitvoerend Comité is het beheersorgaan van de feitelijke vereniging KBVB.
In die hoedanigheid (voor meer details: zie punt 3)
- beheert het Uitvoerend Comité het reglement;
- oordeelt het Uitvoerend Comité, als sportieve en disciplinaire jurisdictie, in beroep, of neemt beslissingen zonder mogelijkheid tot verhaal;
- beschikt het Uitvoerend Comité over een positief injunctierecht om het Parket zijn bevoegdheden te doen uitoefenen betreffende de disciplinaire zaken die op nationaal vlak aan de bevoegde bondsinstanties worden voorgelegd, vervalsing van de competitie, doping, verstoring van de competities of overdracht van patrimonium;
- regelt het Uitvoerend Comité de geschillen tussen Belgische en buitenlandse clubs.
Het is het Uitvoerend Comité toegestaan om deze bevoegdheden geheel of gedeeltelijk over te dragen aan het departement reglement/juridisch, opgericht in de schoot van het Uitvoerend Comité (zie punt 4 hierna).
22. Het Uitvoerend Comité is de algemene vergadering van de v.z.w. KBVB, waarvan de statuten zijn opgenomen in Bijlage 1.
In die hoedanigheid:
- oefent het Uitvoerend Comité de bevoegdheden uit zoals bepaald in Art. B111;
- benoemt en ontslaat het Uitvoerend Comité de Secretaris-generaal, met een gekwalificeerde meerderheid van 2/3 van de aanwezige leden.
3. De taken van het Uitvoerend Comité als beheersorgaan van de feitelijke vereniging KBVB zijn:
31. Algemeen
1° te waken over de naleving van het bondsreglement en desgevallend hiertoe opdracht geven aan het Parket om een evocatieverzoek in te dienen;
2° de algemene vergaderingen te organiseren;
3° de agenda van de algemene vergadering aan te vullen; 4° alle reglementsteksten uit te werken;
5° het reglement te interpreteren, en deze interpretatie voor te leggen aan de Nationale Reglementscommissie;
6° de leden van de bondscommissies te benoemen. Indien het gaat om commissies die uitsluitend beheerd worden door de ACFF, respectievelijk Voetbal Vlaanderen, worden deze benoemd enkel door de leden die deel uitmaken van de ACFF, respectievelijk Voetbal Vlaanderen;
7° de internationale scheidsrechters te benoemen, op voorstel van het Bureau Arbitrage KBVB;
8° onder voorbehoud van goedkeuring door de algemene vergadering, contracten of overeenkomsten af te sluiten met andere bonden, sportieve groeperingen of sportorganismen;
9° alle maatregelen van algemene aard te nemen die nuttig zijn om de goede werking van de feitelijke vereniging KBVB te garanderen.
32. Het Uitvoerend Comité oordeelt in beroep over de beslissingen:
1° van een commissie, uitgezonderd de Kalendermanager (Art.B252), de Controlecommissie (Art.V266), de Geschillencommissie voor het Profvoetbal (Art. P271), de Bureaus Arbitrage (Art. V264 en V265) en de Geschillencommissie voor het Amateurvoetbal (Art. V267);
2° van het Departement Futsal (Art. F286);
3° van het Beroepscomité (Art. V262) genomen in eerste aanleg.
Indien het een beroep betreft tegen een beslissing van een instantie of subkamer van de ACFF, respectievelijk Voetbal Vlaanderen, wordt dit behandeld door enkel de leden die deel uitmaken van de ACFF, respectievelijk Voetbal Vlaanderen.
33. Het Uitvoerend Comité heeft de bevoegdheid om een beslissing inzake de samenstelling van de reeksen te evoceren (in de zin van het bondsreglement) (Art. B1511)
Indien het een verhaal betreft tegen de samenstelling van provinciale of gewestelijke reeksen, wordt dit behandeld door enkel de leden die deel uitmaken van de ACFF, respectievelijk Voetbal Vlaanderen, naargelang de provincie waartoe de betrokken reeks behoort.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 31
34. Het Uitvoerend Comité neemt volgende beslissingen waartegen geen verhaal mogelijk is:
1° de plaatsing in en de opheffing uit de toestand van aanleg van schorsing van de sportactiviteit van clubs (Art. B1921 tot B1923);
2° de schrapping en opheffing van schrapping van aangeslotenen (Art. B1926 en B1927); 3° de regeling van geschillen tussen Belgische en buitenlandse clubs;
4° de beslissingen jegens spelers van de nationale ploegen;
5° de interpretatieve beslissingen inzake het bondsreglement, toepasbaar tot het einde van het seizoen (Art. B120); 6° het uitzonderlijk valideren of annuleren van transfers (Art. B912);
7° de regularisatie van een aansluiting (Art. B515).
Voor wat betreft de punten 6° en 7°, en wanneer het clubs en/of leden betreft zoals bedoeld in Art. P271.21, wordt deze bevoegdheid overgenomen door de Geschillencommissie Hoger Beroep voor het Profvoetbal (Art. P272).
Indien beslissingen moeten genomen worden betreffende organisaties, clubs en aangeslotenen die uitsluitend beheerd worden door het ACFF, respectievelijk Voetbal Vlaanderen, worden deze genomen enkel door de leden die deel uitmaken van de ACFF, respectievelijk Voetbal Vlaanderen.
35. Inzake spelleiding is het Uitvoerend Comité belast met het benoemen van de opleiders van het Bureau Arbitrage KBVB.
36. Het Uitvoerend Comité beschikt over een positief injunctierecht om het Parket zijn bevoegdheden te doen uitoefenen zoals bepaald in Art. B243.
37. Bij geschillen tussen Belgische en buitenlandse clubs is alleen het Uitvoerend Comité bevoegd om deze te regelen met de betrokken buitenlandse bonden.
Wanneer evenwel bij het geschil een club van het profvoetbal betrokken is, wordt het onderzoek van de zaak toevertrouwd aan de Pro League.
Het Uitvoerend Comité beslist na onderzoek van de zaak soeverein over de gegrondheid en de opportuniteit van een klacht bij een buitenlandse bond.
4. Het departement reglement/juridisch
41. De Bondsvoorzitter bepaalt de samenstelling van het departement reglement/juridisch, bestaande uit leden van het Uitvoerend Comité die jaarlijks voor een hernieuwbare termijn van één jaar worden aangeduid.
In het departement dienen leden van het profvoetbal, van Voetbal Vlaanderen en van het ACFF te zetelen.
42. De Bondsvoorzitter duidt tussen deze leden jaarlijks de voorzitter van het departement aan. Bij afwezigheid van de voorzitter wordt het voorzitterschap waargenomen door het lid met de hoogste anciënniteit in het Uitvoerend Comité.
43. De Bondsvoorzitter en de Secretaris-generaal mogen deelnemen aan de vergaderingen, deze laatste echter enkel met een adviserende stem.
44. Indien er zaken behandeld worden die uitsluitend betrekking hebben op het profvoetbal, zal de beslissing genomen worden door de vertegenwoordigers van het profvoetbal, na overleg met hun liga.
Bij betwisting nopens het feit of een zaak uitsluitend betrekking heeft op het profvoetbal, zal het BAS hierover uitspraak doen.
Artikel B233 Bondsvoorzitter
1. De Bondsvoorzitter is de wettelijke vertegenwoordiger van de feitelijke vereniging KBVB en van de vzw KBVB. Zijn mandaat bedraagt twee jaar, telkens hernieuwbaar.
Bij afwezigheid of belet van de Voorzitter zal hij vervangen worden door de 1ste Ondervoorzitter, of een ondervoorzitter die aangeduid wordt rekening houdende met zijn competenties met betrekking tot de te behandelen materie.
2. De Bondsvoorzitter zit de vergaderingen voor van het Uitvoerend Comité als beheersorgaan van de feitelijke vereniging KBVB, van de algemene vergadering van de feitelijke vereniging KBVB en van het Uitvoerend Comité als algemene vergadering van de vzw KBVB. In al deze instanties is zijn stem doorslaggevend in geval van staking van stemmen.
Hij zit eveneens de vergaderingen voor van de Raad van Bestuur van de vzw KBVB. In geval van staking van stemmen: zie Art.
12.2 van de statuten van de vzw KBVB (Bijlage 1).
32 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
Hij is gemachtigd om het onderzoek van en de stemming over een punt dat niet de vereiste meerderheid heeft behaald en waarbij hij oordeelt, in het algemeen belang, geen gebruik te moeten maken van zijn doorslaggevende stem, te laten uitstellen naar de eerste nuttige zitting van het Uitvoerend Comité.
3. De Bondsvoorzitter verzekert, in overleg met de Secretaris-generaal:
- de relaties tussen de KBVB, de UEFA, de FIFA, het BOIC en de nationale bonden die lid zijn van deze internationale instanties,
- de relaties tussen de KBVB en de communautaire, gewestelijke, nationale en internationale politieke instanties.
Artikel B234 Secretaris-generaal
1. De Secretaris-generaal is de hiërarchische verantwoordelijke (administratief en functioneel) van het voltallige bondspersoneel en is verantwoordelijk enerzijds tegenover het Uitvoerend Comité (als beheersorgaan van de feitelijke vereniging), en anderzijds tegenover de Raad van Bestuur van de vzw KBVB wat betreft alle materies betreffende de vzw.
Hij is voltijds actief in de bond en mag, behoudens mandaten hem toevertrouwd in of door de FIFA en de UEFA, geen andere opdrachten vervullen of andere mandaten aanvaarden dan deze hem toevertrouwd door het Uitvoerend Comité (als beheersorgaan van de feitelijke vereniging KBVB) of de Raad van Bestuur van de vzw KBVB.
2. De Secretaris-generaal staat onder het enige gezag van het Uitvoerend Comité (als beheersorgaan van de feitelijke vereniging KBVB) en de Raad van Bestuur van de vzw KBVB en is enkel aan deze instanties rekenschap verschuldigd voor zijn beheer en beleid.
3. De Secretaris-generaal voert de ondernemingsstrategie uit zoals die beslist werd door het Uitvoerend Comité. Hij rapporteert en overlegt met de Raad van Bestuur betreffende zaken zoals:
- alle aspecten van de operationele leiding en inzonderheid over de financiële resultaatsevolutie om de Raad van Bestuur toe te laten de uitvoering van de strategie te evalueren en hij doet voorstellen om de strategie waar nodig bij te sturen;
- het opstellen van een ontwerp van budget voor het volgende boekjaar voor beoordeling door de Raad van Bestuur;
- het afleggen bij elke vergadering van de Raad van Bestuur van verantwoording van de effectieve resultaten ten opzichte van het door de algemene vergadering van de vzw KBVB goedgekeurde budget;
- updates op vooruitgang en link met strategie;
- transparante rapportering;
- bepaling van de beslissingsbevoegdheden (tot welk financieel niveau, duurtijd van de overeenkomsten…) van de verschillende departementen die onder zijn gezag ressorteren;
- het voorstellen van nieuwe projecten die kaderen binnen de door de Raad van Bestuur bepaalde ondernemingsstrategie;
- het rapporteren over de realisatie van de door de Raad van Bestuur goedgekeurde projecten, met dien verstande dat het management een bepaalde vrijheid heeft in de uitwerking van de projecten binnen de door de Raad van Bestuur vastgestelde krijtlijnen;
- aanduiden van de executive directors.
(Artikel 235 is gebruikt in boek V)
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 33
HOOFDSTUK 6: GEMEENSCHAPPELIJKE INSTANTIES VOOR HET AMATEURVOETBAL EN HET PROFVOETBAL (EN HET FUTSAL)
Artikel B241 Strategische Commissie voor de Arbitrage
1. Samenstelling
11. De Strategische Commissie voor de Arbitrage is samengesteld uit:
- een voorzitter, lid van het Uitvoerend Comité;
- een ondervoorzitter, lid van het Uitvoerend Comité, van een andere taalrol dan de voorzitter;
- de Secretarissen-generaal (of hun afgevaardigden) van de KBVB, de Pro League, de ACFF en Voetbal Vlaanderen;
- de voorzitter van het Bureau Arbitrage KBVB.
12. Deze Commissie rapporteert aan het Uitvoerend Comité.
2. Benoeming
De leden van het Uitvoerend Comité worden jaarlijks door de Bondsvoorzitter voor een hernieuwbare termijn van één jaar aangeduid.
3. Bevoegdheden
- Overleg organiseren omtrent overlappende materies betreffende de arbitrage.
- Alle strategische maatregelen nemen om de kwaliteit van de arbitrage te verbeteren.
- Alle nodige strategische maatregelen nemen met het oog op het verhogen van het aantal scheidsrechters en/of het afvloeien te voorkomen.
- Overleg plegen met de repressieve instanties inzake de te voeren politiek om succesvol de agressie op scheidsrechters tegen te gaan.
- Omstandig verslag uitbrengen nopens elke vraag inzake arbitrage die door het Uitvoerend Comité wordt gesteld.
Artikel B242 Bureau Arbitrage KBVB ● Departement Arbitrage KBVB
1. Het Bureau Arbitrage KBVB
11. Samenstelling
111. Het Bureau Arbitrage KBVB is samengesteld uit:
- een coördinator Profvoetbal, die verantwoordelijk is voor het Bureau Arbitrage Profvoetbal: zie Art. P275;
- een coördinator Voetbal Vlaanderen (amateurvoetbal), die de coördinatie verzekert met het Bureau Arbitrage Voetbal Vlaanderen: zie Art. V264;
- een coördinator ACFF (amateurvoetbal), die de coördinatie verzekert met het Bureau Arbitrage ACFF: zie Art. A264. In afwijking van Art. B207, mogen deze coördinatoren (vol- of deeltijds) deel uitmaken van de bondsadministratie.
112. De coördinator Profvoetbal neemt het voorzitterschap van het Bureau Arbitrage KBVB waar.
113. Wanneer de voorzitter verhinderd is om zijn functie uit te oefenen, duidt hij tijdelijk een andere coördinator aan om hem te vervangen.
Wanneer een coördinator verhinderd is om zijn functie uit te oefenen, wordt hij tijdelijk vervangen door een opleider aangeduid door de betrokken coördinator.
12. Benoeming
De leden worden benoemd door het Uitvoerend Comité, op voordracht van de Raden van Bestuur van respectievelijk de Pro League, Voetbal Vlaanderen of de ACFF.
34 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
13. Bevoegdheden
Het Bureau Arbitrage KBVB:
- overlegt omtrent overlappende materies betreffende de arbitrage in het profvoetbal/ACFF/Voetbal Vlaanderen;
- zal er in het bijzonder over waken dat de overgang van de scheidsrechters van de arbitrage van het amateurvoetbal naar de arbitrage van het profvoetbal in de beste omstandigheden verloopt.
2. Departement Arbitrage KBVB
21. Het Bureau Arbitrage KBVB wordt ondersteund door een “Departement Arbitrage KBVB” dat voor logistieke, administratieve en wetenschappelijke begeleiding instaat.
In afwijking van Art. B207, mogen deze leden (vol- of deeltijds) deel uitmaken van de bondsadministratie.
22. De manager van het Departement Arbitrage KBVB rapporteert aan de voorzitter van het Bureau Arbitrage KBVB.
Artikel B243 Parket
1. Organisatie van het Parket
11. Bondsparket - Regionale Parketten Voetbal Vlaanderen/ACFF - Provinciale Parketten
We onderscheiden:
- het Bondsparket, onder leiding van de Bondsprocureur
Bevoegdheid: profvoetbal, 1ste klasse amateurs, nationale afdelingen vrouwen, nationale afdelingen futsal, elite jeugd
- de regionale Parketten ACFF/Voetbal Vlaanderen, onder leiding van Voetbal Vlaanderen/ACFF Procureurs Bevoegdheid: 2de en 3de klasse amateurs, interprovinciale jeugd
- de provinciale Parketten, onder leiding van de provinciale eerste substituten Bevoegdheid: provinciale afdelingen ACFF/Voetbal Vlaanderen (Art. B1503)
12. Coördinatie van de verschillende Parketten
De coördinatie van de verschillende Parketten gebeurt door middel van de volgende organen:
- het College van de Procureurs: samengesteld uit de bondsprocureur en de regionale Procureurs ACFF/Voetbal Vlaanderen;
- het College van de provinciale substituten: in ACFF/Voetbal Vlaanderen, samengesteld uit de regionale Procureur ACFF/Voetbal Vlaanderen en de eerste provinciale substituten.
13. Eenheids- en ondeelbaarheidsprincipe
De organisatie van het Parket is gebaseerd op het eenheids- en ondeelbaarheidsprincipe, wat inhoudt dat de Procureurs, substituten zich kunnen laten vervangen of elkaar opvolgen in een zaak, zowel in eerste als in tweede aanleg, en zelfs in evocatie, mits het respecteren van de taalrol.
14. De Bondsprocureur treedt zowel op binnen het amateur- als het profvoetbal.
2. De coördinatieorganen van de verschillende Parketten
21. Het College van Procureurs
Het College van Procureurs, bestaat uit de regionale Procureurs ACFF/Voetbal Vlaanderen en de Bondsprocureur, die het college voorzit.
De bevoegdheden van dit College zijn onder meer:
- In overleg met de vertegenwoordigers van het profvoetbal, van de ACFF en van Voetbal Vlaanderen, het bepalen van het algemeen beleid te volgen door de regionale Parketten ACFF/Voetbal Vlaanderen, zijn uniformiteit en de naleving van het principe dat het « één en ondeelbaar » is;
- het beslissen in zowel eerste als tweede aanleg over alle geschillen die de bevoegdheid zijn van de regionale parketten Voetbal Vlaanderen/ACFF.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 35
Een overlegvergadering van het College der Procureurs dient georganiseerd te worden op vraag van de bondsprocureur, de regionale Procureurs ACFF/Voetbal Vlaanderen of de Raad van Bestuur van de vleugels.
22. Het College van de Provinciale Substituten ACFF/Voetbal Vlaanderen
In de schoot van ACFF/Voetbal Vlaanderen wordt een College der Provinciale Substituten opgericht, samengesteld uit de regionale Procureur ACFF/Voetbal Vlaanderen en de vijf Eerste provinciale substituten. Dit College wordt voorgezeten door de regionale Procureur ACFF/Voetbal Vlaanderen.
De bevoegdheden van dit College zijn onder meer:
- in de schoot van de provincies, het algemeen beleid toepassen opgelegd door het College der Procureurs;
- de provinciale organisatie van de opdrachten beheren en de bevoegdheden toevertrouwd aan de provinciale substituten, kortom instaan voor de goede werking van het Provinciaal Parket;
- toezicht op het naleven van de eenheid van rechtspraak en vervolgingsbeleid.
Een overlegvergadering van het College der Provinciale substituten vindt plaats op vraag van de regionale procureur ACFF/Voetbal Vlaanderen en/of de provinciale eerste substituten.
3. Het Bondsparket - De Bondsprocureur - De substituten van het Bondsparket
31. Samenstelling - Benoeming
Het Bondsparket is samengesteld uit de Bondsprocureur die wordt bijgestaan door substituten van het Bondsparket. De Bondsprocureur en de substituten van het Bondsparket worden benoemd door het Uitvoerend Comité.
Het Uitvoerend Comité, op voordracht van de Pro League, duidt aan welke substituten zullen optreden binnen het profvoetbal. Het aantal hiervan zal minstens 5 zijn, verdeeld over beide taalrollen.
32. Vereisten
De volgende vereisten dienen steeds te zijn nageleefd:
321. Zij dienen allen jurist te zijn en een grondige kennis van de landstalen en de voetbalwereld in de breedste zin van het woord te hebben.
322. Minstens 1/3 van de substituten moet tot een andere taalrol behoren.
323. De Bondsprocureur en de substituten die optreden binnen het profvoetbal mogen voorafgaand aan de kandidatuurstelling:
- geen aandeelhouder zijn geweest van een club van het profvoetbal;
- geen bestuursfunctie (houder blauwe kaart, lid raad van bestuur of directiecomité, …) in een club van het profvoetbal hebben gehad;
- niet in loondienst geweest zijn bij een club van het profvoetbal.
324. De Bondsprocureur en de substituten van het Bondsparket moeten jaarlijks een vertrouwelijkheidclausule, alsook een onafhankelijkheidsverklaring ondertekenen.
Zij verbinden er zich tevens toe om hun functie op een objectieve en neutrale manier uit te oefenen, op sanctie van ontslag door de instantie die hen heeft benoemd.
33. Rol van de Bondsprocureur
De Bondsprocureur zit het College der Procureurs voor. Hij leidt het Bondsparket en beschikt over dezelfde bevoegdheden en opdrachten als degene toevertrouwd aan de regionale Procureurs ACFF/Voetbal Vlaanderen en de nationale, regionale en provinciale substituten.
34. Bevoegdheden van het Bondsparket
341. Het Bondsparket is gelast in het profvoetbal, de 1ste klasse amateurs, de nationale afdelingen vrouwen, de nationale afdelingen futsal en de elite jeugd, met zowel de vervolging als het onderzoek inzake:
- competitievervalsing (Titel 20, hoofdstuk 2); zie ook punt 6 hierna;
- dopingpraktijken: voor de zaken die onder de bevoegdheid van de Controlecommissie of de Geschillencommissie voor het Profvoetbal vallen (Titel 20, hoofdstuk 1);
36 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
- overdracht van patrimonium (Titel 20, hoofdstuk 3), behalve deze van clubs die een licentie profvoetbal hebben bekomen of die een licentieaanvraag hebben ingediend;
Bij het onderzoek van deze zaken mag het Bondsparket, om zich te laten bijstaan, een onafhankelijk deskundige kiezen uit de Pool van Specialisten (Art. B247);
- inmenging in andere clubs (Art. B308);
- inbreuken op het Reglement betreffende de samenwerking met Tussenpersonen (Titel 7);
- weddenschappen (Art. B1404);
- inbreuken op de verbintenissen van de aangeslotenen (Art. B504).
342. Het Bondsparket Is bevoegd om een minnelijke schikking voor te stellen.
343. Voor de disciplinaire zaken is het Bondsparket gemachtigd ambtshalve een federale actie uit te oefenen, uitgenomen indien het zelf of één van zijn leden partij is.
344. Het Bondsparket kan optreden of gevat worden door het Uitvoerend Comité of zijn Bureau, door de Secretaris-generaal of door elke vordering of middel over materies waarmee het gelast is.
345. Wat betreft:
- de disciplinaire zaken die aan de Geschillencommissie voor het Profvoetbal werden voorgelegd,
- vervalsing van de competitie, doping, verstoring van de competities, overdracht van patrimonium, inmenging in andere clubs, inbreuken op het Reglement betreffende de samenwerking met Tussenpersonen en weddenschappen
heeft het Bondsparket het recht beroep aan te tekenen tegen de in eerste aanleg genomen beslissing en het recht om een evocatieverzoek in te dienen.
346. Het Bondsparket kan verhaal indienen bij het Belgisch Arbitragehof voor de Sport tegen een beslissing van de Licentiecommissie (zie Art. P421 en V472).
4. De regionale Parketten ACFF/Voetbal Vlaanderen - De regionale Procureurs ACFF/Voetbal Vlaanderen - De regionale substituten ACFF/Voetbal Vlaanderen
41. Samenstelling - Benoeming
Elk regionaal Parket ACFF/Voetbal Vlaanderen is samengesteld uit een regionale Procureur ACFF/Voetbal Vlaanderen, bijgestaan door regionale substituten ACFF/Voetbal Vlaanderen, waarvan het aantal wordt bepaald door de Raad van Bestuur ACFF/Voetbal Vlaanderen.
Daarenboven tellen de provincies (Art. B1503) een provinciaal Parket: zie punt 5 hierna.
Ze worden benoemd door de Raad van Bestuur van de vleugels, de regionale Procureurs geven een niet bindend advies.
42. Vereisten
421. Zij dienen, indien mogelijk, allen jurist te zijn, wat evenwel noodzakelijk is voor de Provinciale Eerste substituten, en minstens een erg grondige kennis van de voetbalwereld in de breedste zin van het woord te hebben.
422. De regionale Procureurs ACFF/Voetbal Vlaanderen en de regionale substituten ACFF/Voetbal Vlaanderen moeten jaarlijks een vertrouwelijkheidclausule, alsook een onafhankelijkheidsverklaring ondertekenen.
Zij verbinden er zich tevens toe om hun functie op een objectieve en neutrale manier uit te oefenen, op sanctie van ontslag door de instantie die hen heeft benoemd.
43. Rol van de regionale Procureurs ACFF/Voetbal Vlaanderen
431. De regionale Procureurs ACFF/Voetbal Vlaanderen zitten elk in hun vleugel het College der provinciale substituten voor.
Ze stellen het algemeen beleid vast dat wordt gevolgd door het College der Procureurs, in overleg met de regionale substituten ACFF/Voetbal Vlaanderen en de provinciale substituten, en de Raden van Bestuur van de vleugels.
Zij beschikken over dezelfde bevoegdheden en opdrachten als degene toevertrouwd aan de regionale substituten ACFF/Voetbal Vlaanderen en de provinciale substituten.
432. Zij beheren de organisatie op regionaal vlak en in de provincies, de opdrachten, de bevoegdheden die toevertrouwd worden aan de regionale substituten ACFF/Voetbal Vlaanderen en de provinciale substituten.
433. Zij waken over de goede werking van de provinciale Parketten.
434. Zij behandelen in eerste en laatste aanleg de geschillen eigen aan de provinciale Parketten.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 37
44. Bevoegdheden van de regionale Parketten ACFF/Voetbal Vlaanderen
441. De regionale parketten ACFF/Voetbal Vlaanderen zijn gelast, in de 2de en 3de klasse amateurs, de provinciale afdelingen en de interprovinciale jeugd, met zowel de vervolging als het onderzoek inzake:
- competitievervalsing (Titel 20, hoofdstuk 2); zie ook punt 6 hierna;
- dopingpraktijken: voor de zaken die onder de bevoegdheid van de Controlecommissie (Titel 20, hoofdstuk 1);
- overdracht van patrimonium (Titel 20, hoofdstuk 3), behalve deze van clubs die een licentie nationale amateurclub hebben bekomen of die een licentieaanvraag hebben ingediend;
Bij het onderzoek van deze zaken mag het regionaal Parket, om zich te laten bijstaan, een onafhankelijk deskundige kiezen uit de Pool van Specialisten (Art. B247);
- inmenging in andere clubs (Art. B308);
- inbreuken op het Reglement betreffende de samenwerking met Tussenpersonen (Titel 7);
- weddenschappen (Art. B1404);
- inbreuken op de verbintenissen van de aangeslotenen (Art. B504).
442. De regionale substituten ACFF/Voetbal Vlaanderen komen tussen bij monde van een actie, een vordering of advies en treden ambtshalve op of op verzoek telkens wanneer het algemeen belang van de Bond hun tussenkomst vereist.
443. De regionale Parketten ACFF/Voetbal Vlaanderen zijn bevoegd om een minnelijke schikking voor te stellen.
444. Een regionaal substituut ACFF/Voetbal Vlaanderen dient verplichtend aanwezig te zijn op elke zitting van de disciplinaire bondsinstanties van zijn bevoegdheidsgebied, en er te vorderen.
445. De regionale Parketten ACFF/Voetbal Vlaanderen kunnen beroep aantekenen of een verzoek tot evocatie indienen, in de vorm en termijn voorzien in het bondsreglement.
446. De Raad van Bestuur van de vleugel beschikt over een positief injunctierecht om de regionale Parketten ACFF/Voetbal Vlaanderen hun bevoegdheden te laten uitoefenen.
5. Provinciaal Parket- Provinciale Eerste substituten- Provinciale substituten
51. Samenstelling – Benoeming
511. Elke provincie (Art. B1503), beschikt over een provinciale eerste substituut (die het provinciaal Parket voorzit) bijgestaan door provinciale substituten, waarvan het aantal wordt bepaald door de Raad van Bestuur van de ACFF/Voetbal Vlaanderen, op voorstel van de regionale Procureur ACFF/Voetbal Vlaanderen.
512. De eerste substituut dient jurist te zijn en een grondige kennis kunnen aantonen van de voetbalwereld in de breedste zin van het woord.
513. De twee provinciale substituten moeten niet noodzakelijk jurist zijn maar moeten een grondige kennis kunnen aantonen van de voetbalwereld in de breedste zin van het woord.
514. Ze worden benoemd door de Raad van Bestuur van de ACFF/Voetbal Vlaanderen, op niet bindende voordracht van de regionale Procureur ACFF/Voetbal Vlaanderen.
52. Vereisten
De provinciale eerste substituten en de provinciale substituten moeten jaarlijks een vertrouwelijkheidclausule, alsook een onafhankelijkheidsverklaring ondertekenen.
Zij verbinden er zich tevens toe om hun functie op een objectieve en neutrale manier uit te oefenen, op sanctie van ontslag door de instantie die hen heeft benoemd.
53. Bevoegdheden van de provinciale Parketten
531. Het provinciaal parket komt tussen bij monde van een actie, een vordering of advies en treedt ambtshalve op of op verzoek telkens wanneer het algemeen belang van de Bond hun tussenkomst vereist.
532. De provinciale Parketten zijn bevoegd om een minnelijke schikking voor te stellen.
38 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
533. Een lid van het Parket dient verplichtend aanwezig te zijn op elke zitting van de disciplinaire bondsinstanties, en er te vorderen.
Indien deze afwezig is, laat de kamervoorzitter, alvorens de zitting te openen, dit vaststellen in het zittingsverslag en duidt hij tevens een lid van het Provinciaal Comité aan om deze functie uit te oefenen.
534. De provinciale Parketten kunnen beroep aantekenen of een verzoek tot evocatie indienen, in de vorm en termijn voorzien in het bondsreglement.
54. Secretariaat van de provinciale Parketten
Het secretariaat van een provinciaal Parket wordt waargenomen door de Regional manager van de betrokken provincie.
Het is onder meer zijn taak om zonder het minste voorbehoud te informeren, administratieve hulp te bieden en gevolg te geven aan de verzoeken die door de provinciale substituten geformuleerd worden.
6. Tussenkomsten op vlak van competitievervalsing
61. Jaarlijks, en dit uiterlijk op 1 augustus van elk seizoen, duiden de Bondsprocureur en de regionale procureurs binnen hun team een onderzoekscoördinator en een plaatsvervangend onderzoekscoördinator aan die gedurende dat seizoen de volledige leiding hebben van elk onderzoek inzake competitievervalsing.
Hun aanduiding zal ter kennis gebracht worden via vermelding op de website van de KBVB/ ACFF/ Voetbal Vlaanderen.
62. De onderzoekscoördinator of de plaatsvervangend onderzoekscoördinator heeft in het kader van de procedure betreffende competitievervalsing volgende niet-limitatieve bevoegdheden:
- de onderzoeksdaden intern coördineren;
- bijkomende onderzoeksdaden bevelen;
- optreden als enige communicatieverantwoordelijke aangaande dit dossier;
- van de mogelijkheid gebruik maken om zich te laten bijstaan door deskundigen;
- optreden als enig aanspreekpunt in betrokken zaak;
- op grond van het dossier en het gevoerde onderzoek oordelen of de daad van of de poging tot competitievervalsing, begaan door een aan de betrokken club al dan niet toegewezen aangeslotene of door een niet-aangeslotene, ook de aansprakelijkheid van de club met zich kan meebrengen;
- het onderzoek afsluiten en, in samenspraak met de Bondsprocureur of de regionale procureurs, via de Secretaris-generaal, het dossier al dan niet doorverwijzen naar de bevoegde Bondsinstanties.
Artikel B244 Onderzoekscommissie
1. Samenstelling
De Onderzoekscommissie is samengesteld uit twaalf leden, zes Nederlandstalige en zes Franstalige. Drie leden uit elke taalgroep moeten een juridische vorming hebben.
2. Bevoegdheden
21. De Onderzoekscommissie vervult, zowel in de koepelorganisatie als in beide vleugels, de onderzoeksopdrachten die haar worden toegekend inzake:
- competitievervalsing (Titel 20, hoofdstuk 2);
- dopingpraktijken: voor de zaken die onder de bevoegdheid van de Controlecommissie of de Geschillencommissie voor het Profvoetbal vallen (Titel 20, hoofdstuk 1);
- overdracht van patrimonium (Titel 20, hoofdstuk 3), behalve deze van clubs die een licentie profvoetbal hebben bekomen of die een licentieaanvraag hebben ingediend;
- inmenging in andere clubs (Art. B308);
- inbreuken op het Reglement betreffende de samenwerking met Tussenpersonen (Titel 7);
- weddenschappen (Art. B1404).
22 Zonder afbreuk te doen aan het aan de Controlecommissie en de Geschillencommissie voor het Profvoetbal verleend recht om in de loop van het onderzoek bijkomende onderzoeken te vragen, mag het Uitvoerend Comité ofwel op eigen initiatief, ofwel op verzoek van een andere bondsinstantie, de Onderzoekscommissie gelasten met onderzoeksopdrachten in andere domeinen.
23. De Onderzoekscommissie kan ten allen tijde rechtstreeks opdrachten ontvangen vanwege het Bondsparket conform haar bevoegdheden.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 39
24. Indien leden van de Onderzoekscommissie in kennis gesteld worden van een poging tot competitievervalsing, verwittigen zij binnen de 24 uur hun voorzitter en het Bondsparket. Zij kunnen, in afwachting van verdere opdrachten, al de nodige onderzoeksdaden stellen.
Artikel B245 Evocatiecommissie
1. Samenstelling
De Evocatiecommissie is samengesteld uit zes leden-juristen met een voldoende kennis van de landstalen en van het bondsreglement, als volgt benoemd door het Uitvoerend Comité:
- twee leden, een van elke taalrol, die het profvoetbal vertegenwoordigen, op voordacht van de Pro League;
- twee leden die Voetbal Vlaanderen vertegenwoordigen, op voordracht van Voetbal Vlaanderen:
- een lid dat de provinciale afdelingen vertegenwoordigt,
- een lid dat de Nederlandstalige clubs van de hogere amateurafdelingen vertegenwoordigt;
- twee leden die de ACFF vertegenwoordigen, op voordracht van de ACFF:
- een lid dat de provinciale afdelingen vertegenwoordigt,
- een lid dat de Franstalige clubs van de hogere amateurafdelingen vertegenwoordigt.
2. Bevoegdheden
21. Enkel de Evocatiecommissie heeft de bevoegdheid tot de evocatie van een beslissing te besluiten (Art. B1722). Zij kan dit doen wanneer een inbreuk op de reglementering of een overtreding van de wet wordt vastgesteld, of een nieuw feit wordt ontdekt dat van aard is de oorspronkelijke beslissing van een bondsinstantie te wijzigen.
22. De Evocatiecommissie is bevoegd voor zowel de koepelorganisatie als voor de beide vleugels.
23. De zaken waarover het Uitvoerend Comité in tweede aanleg uitspraak doet, kunnen enkel wegens het bestaan van een nieuw feit geëvoceerd worden.
Artikel B246 Commissie van het Nationaal Steunfonds
1. Samenstelling
De Commissie van het Nationaal Steunfonds is samengesteld uit vijf leden waaronder:
- een voorzitter, aangewezen door het Uitvoerend Comité;
- twee verzekeraars;
- een jurist;
- een geneesheer.
2. Bevoegdheden
De Commissie van het Nationaal Steunfonds beslist in eerste aanleg over:
1° de aanvragen tot tussenkomst van het Nationaal Steunfonds (Art. B149);
2° de resterende gevallen die onder de bevoegdheid van het vroegere Federaal Solidariteitsfonds ressorteerden.
Artikel B247 Pool van Specialisten
1. Samenstelling
11. Onder specialisten wordt verstaan: accountants, geneesheren, juristen, specialisten futsal en specialisten vrouwenvoetbal.
12. Het Uitvoerend Comité benoemt minimaal:
- acht leden accountants, vier leden geneesheren en acht leden juristen, waarbij er zal gestreefd worden naar de taalpariteit;
40 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
- vijf specialisten futsal waarvan vier op voordracht van Voetbal Vlaanderen (waarvan één uit het recreatieve futsal) en één op voordracht van de ACFF;
- vier specialisten vrouwenvoetbal, waarvan twee op voordracht van Voetbal Vlaanderen en twee op voordracht van de ACFF.
13. Een lid dat is aangeduid voor een bepaalde discipline, maar dat tevens specialist is van een andere discipline, kan worden ingezet voor beide disciplines.
14. De aanduiding van de specialisten van de Pool voor een bepaalde instantie gebeurt door de secretaris van de betrokken instantie.
2. Bevoegdheden
21. Specialisten uit de Pool worden, daar waar het reglement het voorschrijft, ingezet in de betrokken instanties als aanvulling van deze.
22. Specialisten uit de Pool mogen, indien daartoe de noodzaak bestaat, ingezet worden als vervanger van verhinderde leden van alle bondsinstanties.
Artikel B248 Commissie Veiligheid
1. Samenstelling
11. De Commissie Veiligheid is samengesteld uit 11 leden, van wie vier leden van of aangeduid door het Uitvoerend Comité, de Secretaris-generaal, vier veiligheidsverantwoordelijken van de clubs, een vertegenwoordiger uit het Departement Arbitrage en de veiligheidsverantwoordelijke van de KBVB.
12. De leden van deze commissie mogen deel uitmaken van een andere bondsinstantie of deel uitmaken van de bondsadministratie.
13. Het voorzitterschap van deze commissie kan waargenomen worden door een lid van het Uitvoerend Comité.
2. Bevoegdheden
De Commissie Veiligheid heeft tot taak het:
1° onderzoeken van problemen, onregelmatigheden en nalatigheden aangaande de veiligheid op niveau van de KBVB en de clubs;
2° uitbrengen van adviezen en formuleren van voorstellen bij de wettelijke reglementering aangaande de veiligheid bij voetbalwedstrijden;
3° formuleren van voorstellen voor de eventuele aanpassingen van het bondsreglement; 4° adviseren van bondsinstanties bij verzoek;
5° superviseren en coördineren van de bijzondere verplichtingen van de KBVB voorzien in de wet van 21 december 1998 betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden;
6° Behandelen van het beroep tegen beslissingen genomen in eerste aanleg in het kader van de procedure betreffende de burgerrechtelijke uitsluiting van toeschouwers tot het bijwonen van voetbalwedstrijden.
Artikel B249 Financiële Auditcommissie
1. Samenstelling
De Financiële Auditcommissie is samengesteld uit drie leden met een boekhoudkundige vorming, benoemd door de Nationale Reglementscommissie, op voorstel van de Pro League en de vleugels Voetbal Vlaanderen en ACFF. Zij mogen deel uitmaken van een andere bondsinstantie, behalve van het Uitvoerend Comité.
2. Bevoegdheden
De Financiële Auditcommissie:
21. is gelast met de bestendige controle over de algemene boekhouding van de bond. Zij dient erover te waken dat de verschillende uitgaven en ontvangsten behoorlijk gerechtvaardigd zijn door boekhoudkundige stukken.
Ze heeft geen inspraak in het te voeren beleid.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 41
22. mag, in overleg met de financieel directeur, xxxxxx nemen van alle briefwisseling, verslagen en boekhoudkundige geschriften, zonder verplaatsing van stukken.
23. mag aan de Raad van Bestuur alle adviezen, voorstellen of opmerkingen overmaken nopens het opstellen van de boekhouding of de middelen die de verificatie ervan moeten vergemakkelijken.
24. moet het Uitvoerend Comité, vóór de algemene vergadering, in kennis stellen van de opmerkingen die ze meent te moeten maken, ten einde deze instantie in de gelegenheid te stellen, gebeurlijk, de nodige maatregelen te treffen.
3. De leden van de Financiële Auditcommissie brengen aan de Raad van Bestuur van de vzw KBVB en aan de algemene vergadering van de feitelijke vereniging KBVB verslag uit over de uitvoering van hun mandaat. Dit verslag en de eventuele opmerkingen moeten ten laatste één maand vóór de vergadering bij de Financieel Directeur toekomen. Zij zijn tot geheimhouding t.o.v. derden verplicht.
Artikel B250 Arbitragecommissie voor de Betaalde Sportbeoefenaar
1. Samenstelling
11. De Arbitragecommissie voor de Betaalde Sportbeoefenaar is een paritair samengestelde commissie die gebaseerd is op de bevoegdheden van het Nationaal Paritair Comité voor de Sport.
12. Ze is samengesteld uit zestien leden:
- acht leden van de clubs die betaalde sportbeoefenaars in dienst hebben, vier van elke taalrol (waarvan telkens minstens een jurist) en aangeduid door de vertegenwoordigers van de Pro League in het paritair comité voor de sport;
- acht leden die de betaalde sportbeoefenaar vertegenwoordigen, vier van elke taalrol en aangeduid door de representatieve vakbonden in het paritair comité voor de sport.
13. De leden kiezen in hun midden een voorzitter en twee ondervoorzitters.
Dit bureau telt minstens een lid van elke taalrol, en minstens een vertegenwoordiger van de clubs en een vertegenwoordiger van de vakbondsorganisaties.
2. Bevoegdheden
21. Een scheidsrechterscollege, paritair samengesteld uit leden van de Arbitragecommissie voor de Betaalde Sportbeoefenaar aangeduid enerzijds door de werkgeversvertegenwoordigers en anderzijds door de representatieve vakbonden, oordeelt definitief over:
211. alle geschillen bij toepassing van de wet van 24/02/1978 tussen betaalde voetbalspelers, betaalde voetbaltrainers en betaalde scheidsrechters, betreffende hun arbeidsovereenkomst en hun statuut, en respectievelijk hun clubs of de KBVB en die vatbaar zijn voor arbitrage overeenkomstig artikel 1676 Ger. W.;
212. Het verifiëren van de ingeroepen zware fout van contractuele aard in hoofde van de club-werkgever bij de eenzijdige ontbinding door de speler van zijn contract als betaalde sportbeoefenaar (Art. B529).
22. Een scheidsrechterscollege, samengesteld uit leden van de Arbitragecommissie voor de Betaalde Sportbeoefenaar aangeduid door de clubs, oordeelt definitief over:
221. de geschillen tussen clubs alle behorend tot het profvoetbal, onder andere wegens het niet-betalen van verschuldigde sommen, het toestaan van transfers, het voeren van transferonderhandelingen en het niet-uitvoeren van verbintenissen aangegaan ter gelegenheid van transfers van spelers;
222. de geschillen van sportieve oorsprong tussen clubs van het profvoetbal en niet-spelende aangeslotenen en derden, en dit voor zover de beide partijen bij wijze van overeenkomst instemmen of hebben ingestemd met arbitrage;
223. Geschillen nopens het beheer van clubs van het profvoetbal (Art. B306).
Artikel B251 Arbitragecommissie voor de Amateur
1. Samenstelling
De Arbitragecommissie voor de Amateur is samengesteld uit tien leden, benoemd door het Uitvoerend Comité.
42 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
2. Bevoegdheden
Een scheidsrechterscollege, samengesteld uit leden van de Arbitragecommissie voor de Amateur, oordeelt definitief over de geschillen die met de uitoefening van de voetbalsport samenhangend zijn en die vatbaar zijn voor arbitrage overeenkomstig artikel 1676 Ger. W.:
- de geschillen die ontstaan uit een arbeidsovereenkomst tussen een club en een speler of trainer, niet vallende onder toepassing van de wet van 24 februari 1978, zelfs indien het niet aan de bond werd betekend;
- zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden van het Sportcomité of de Provinciale Comités, het verhaal ingediend door een speler tegen een beslissing van zijn club behorend tot het amateurvoetbal;
- de geschillen tussen clubs waarvan er minstens één niet behoort tot het profvoetbal, onder andere wegens het niet-betalen van verschuldigde sommen, het toestaan van transfers, het voeren van transferonderhandelingen en het niet-uitvoeren van verbintenissen aangegaan ter gelegenheid van transfers van spelers;
- de geschillen van sportieve oorsprong tussen clubs van het amateurvoetbal en niet-spelende aangeslotenen en derden, en dit voor zover de beide partijen bij wijze van overeenkomst instemmen of hebben ingestemd met arbitrage;
- geschillen nopens het beheer van clubs van het amateurvoetbal (Art. B306).
Artikel B252 Kalendermanager KBVB
1. Samenstelling
11. De Kalendermanager KBVB wordt aangeduid door het Uitvoerend Comité op voorstel van de Pro League.
12. Hij wordt, voor wat de kalenders van de 1ste klasse amateurs betreft, bijgestaan door een lid aangeduid door de Raad van Bestuur van de ACFF en een lid aangeduid door de Raad van Bestuur van Voetbal Vlaanderen.
13. In afwijking van Art. B207 en B210:
- mag hij deel uitmaken van een andere bondsinstantie;
- wordt hij voor de duur van twee jaar benoemd.
2. Bevoegdheden
21. De Kalendermanager KBVB is verantwoordelijk voor het opstellen en het beheer van de kalender van de afdelingen van het profvoetbal 1A en 1B (alsook beloften, beker U21 profvoetbal, Beker van België heren vanaf 1/16de finales en de Elite jeugd) en de vriendschappelijke wedstrijden waarbij clubs uit het profvoetbal betrokken zijn.
22. De Kalendermanager KBVB is, in samenwerking met de leden ACFF/Voetbal Vlaanderen, verantwoordelijk voor de samenstelling en het beheer van de kalender van de 1ste klasse amateurs (alsook van de reserven en jeugd van deze afdeling).
23. Geschillen worden beslecht door de Kalendercommissie voor Hoger Beroep KBVB (Art. B253).
Artikel B253 Kalendercommissie voor Hoger Beroep KBVB
1. Samenstelling
De Kalendercommissie voor Hoger Beroep KBVB is samengesteld uit zeven leden:
- drie leden aangeduid door het Uitvoerend Comité, op voorstel van de Pro League;
- twee leden aangeduid door de Raad van Bestuur van de ACFF;
- twee leden aangeduid door de Raad van Bestuur van Voetbal Vlaanderen.
Afwijkend van de bepalingen van Art. B210, worden deze leden benoemd voor twee seizoenen.
2. Bevoegdheden
21. De Kalendercommissie voor Hoger Beroep KBVB neemt beslissingen in verband met een verhaal ingediend door clubs die zich benadeeld voelen door een beslissing van de Kalendermanager KBVB.
Indien het een verhaal betreft dat betrekking heeft op clubs van het van het profvoetbal en het amateurvoetbal, wordt het behandeld door de voltallige Kalendercommissie voor Hoger Beroep KBVB.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 43
Indien het een verhaal betreft dat betrekking heeft op een (van de) club(s) van het profvoetbal, wordt het behandeld door de drie leden die werden aangeduid door het profvoetbal.
Indien het een verhaal betreft dat betrekking heeft op een (van de) club(s) van het amateurvoetbal wordt het behandeld door de vier leden die werden aangeduid door het amateurvoetbal.
22. Tegen de beslissingen van de Kalendercommissie voor Hoger Beroep KBVB is geen verhaal mogelijk.
23. Op vraag van deze commissie zal de Kalendermanager KBVB verslag uitbrengen over het geschil.
Artikel B254 Licentiedepartement
1. Samenstelling
11. Het Licentiedepartement is samengesteld uit een onafhankelijke Licentiemanager die een bijzondere competentie heeft inzake de licentieproblematiek, bijgestaan door twee onafhankelijke adjuncten waarvan bij voorkeur de ene een economische en de andere een juridische opleiding heeft genoten.
Indien noodzakelijk, zal de Secretaris-generaal bijkomende administratieve bedienden aanduiden die bijstand verlenen aan het licentiedepartement.
12. In afwijking van Art. B206, B207 en B210:
- wordt de Licentiemanager benoemd door het Uitvoerend Comité, op voordracht van de Pro League. Deze benoeming is op ieder ogenblik herroepbaar;
- worden de adjuncten aangeduid door de Secretaris-generaal, na overleg met de Pro League en de Licentiemanager. Deze benoemingen zijn op ieder ogenblik herroepbaar;
- behoeven de Licentiemanager en zijn adjuncten niet toegewezen te zijn aan een club, noch rechtstreeks bij de bond aangesloten te zijn;
- mag de Licentiemanager lid zijn van een andere bondsinstantie, uitgezonderd de Evocatiecommissie, het Beroepscomité, de Geschillencommissie Hoger Beroep voor het Profvoetbal, het Sportcomité, de Geschillencommissie voor het Profvoetbal, de Licentiecommissie, de Controlecommissie, de Onderzoekscommissie, het Departement Futsal of het Uitvoerend Comité.
13. Elk lid van het Licentiedepartement moet jaarlijks een vertrouwelijkheidsclausule en een onafhankelijkheidsverklaring ondertekenen (zie Art. B255).
2. Bevoegdheden
21. In het kader van de toekenning van licenties aan de clubs die uitkomen of willen uitkomen in het profvoetbal, in 1ste klasse amateurs, in de elite-afdeling van het futsal of in het kader van de Financial fair play België, heeft het Licentiedepartement de volgende bevoegdheden:
- opmaken van een schriftelijk verslag bestemd voor de Licentiecommissie;
- toezien op de naleving van de voorwaarden die aan de club werden opgelegd bij het toekennen van de licentie;
- opzoekingen verrichten bij alle schuldeisers van de club die de toekenning van een licentie heeft gevraagd.
22. In het kader van de overdracht van patrimonium van clubs die een licentie van het profvoetbal of een licentie van nationale amateurclub of een licentie voor de elite-afdeling futsal bezitten, of die er één hebben aangevraagd, onderzoekt het Licentiedepartement deze aanvraag, en maakt een schriftelijk verslag op bestemd voor de Licentiecommissie.
23. In het kader van contracten die neergelegd worden door clubs of spelers uit het amateurvoetbal naar aanleiding van een transfer in de periodes 1 september tot 31 december en 1 januari tot 31 januari (Art. B908), , ziet het Licentiedepartement toe op de overeenstemming hiervan met de wettelijke (minimum loon…) en reglementaire (duur…) voorschriften.
24. In geval van onbeschikbaarheid mag de Licentiemanager zich laten vertegenwoordigen door één van de twee onafhankelijke adjuncten.
25. Het Licentiedepartement moet de communicatie verzekeren met de UEFA-instanties die bevoegd zijn voor de toekenning van de licentie die toegang geeft tot de Europese competities. De UEFA mag via de bevoegde instanties van nationale federaties gerichte controles uitvoeren bij de licentiekandidaten.
26. Vóór de door UEFA vastgestelde datum maakt de Secretaris-generaal aan de UEFA de lijst over van de clubs uitkomende in het profvoetbal welke een proflicentie bekwamen en die voldoen aan de voorwaarden om deel te nemen aan de Europese competities.
44 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
3. Licentie Super League Vrouwenvoetbal
De voorbereiding van de dossiers voor de Licentiecommissie voor wat betreft het toekennen van de licentie voor de Super League Vrouwenvoetbal wordt uitgevoerd door het Competitions Department.
Artikel B255 Licentiecommissie
1. Samenstelling
11. De Licentiecommissie bestaat uit een voorzitter en tien effectieve leden.
De leden worden benoemd door het Uitvoerend Comité. De Pro League stelt aan het Uitvoerend Comité 6 leden voor, waaronder 3 juristen en 3 bedrijfsrevisoren of IAB-accountants, alsook de Voorzitter. Voetbal Vlaanderen stelt aan het Uitvoerend Comité 2 leden voor, waaronder een jurist en een bedrijfsrevisor of IAB-accountant. De ACFF stelt aan het Uitvoerend Comité 2 leden voor, waaronder een jurist en een bedrijfsrevisor of IAB-accountant.
De Voorzitter duidt onder de leden van de Licentiecommissie een Ondervoorzitter aan teneinde hem te vervangen in geval van afwezigheid.
12. Er worden hoogstens vijf leden opgeroepen voor elke zitting van de Licentiecommissie, en deze beslist geldig wanneer er minstens 3 hiervan effectief aanwezig zijn en er zich hieronder minstens een jurist en een bedrijfsrevisor of IAB-accountant bevinden.
13. De leden mogen geen aangesloten lid of beheerder zijn van een club uitkomende in de afdelingen van het profvoetbal 1A of 1B of van een club uitkomende in 1ste klasse amateurs of 2de klasse amateurs. Tevens moeten zij hun functie op een objectieve en neutrale manier uitoefenen.
14. Afwijkend van de bepalingen van Art. B210:
- behoeven deze leden niet toegewezen te zijn aan een club of rechtstreeks bij de KBVB aangesloten te zijn;
- worden deze leden benoemd voor 2 seizoenen, maar is hun benoeming steeds herroepbaar.
De Pro League, de ACFF of Voetbal Vlaanderen kunnen gezamenlijk op ieder moment een wijziging inzake samenstelling van de Licentiecommissie ter goedkeuring voorleggen aan het Uitvoerend Comité.
15. Alle leden moeten jaarlijks een vertrouwelijkheidclausule en een onafhankelijkheidsverklaring ondertekenen.
151. De vertrouwelijkheid houdt in dat alle elementen die niet op één of andere wijze openbaar worden gemaakt in toepassing van wettelijke, reglementaire of administratieve bepalingen, geheim worden gehouden.
152. De onafhankelijkheid is niet gewaarborgd wanneer de betrokkene of één van zijn familieleden lid, aandeelhouder, sponsor, adviseur, beheerder, werknemer, enz. is bij de club die een licentie aanvraagt.
Een lid dat, in ongeacht welke hoedanigheid, betrokken is in de toekenningsprocedure van de licentie, moet zich onthouden in geval van twijfel over zijn onafhankelijkheid t.o.v. een licentiekandidaat of bij risico op belangenvermenging.
2. Bevoegdheden
De Licentiecommissie heeft de volgende bevoegdheden:
- al dan niet toekennen van de Europese licenties en de licenties van het profvoetbal 1A en 1B, alsook de licentie van nationale amateurclub voor 1ste klasse amateurs en de licentie voor de Super League Vrouwenvoetbal en de licentie voor de elite-afdeling futsal;
- toezien op de naleving van de regels inzake Financial Fair Play België, alsmede het opleggen van de desbetreffende sancties;
- toezien op de naleving van de voorwaarden die aan de club werden opgelegd bij het toekennen van de licentie;
- controle op de uitvoering van de financiële verplichtingen (Art. P426);
- beslissen over de inbreuken betreffende de overdracht van patrimonium (Art. B2016) door clubs van het profvoetbal of van 1ste klasse amateurs of de clubs van de elite-afdeling futsal, en de clubs van die een licentie voor 1ste klasse amateurs hebben aangevraagd;
- de geschillen beslechten betreffende de toepassing van Art. P907.14: kwalificatie van tijdelijk getransfereerde spelers.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 45
HOOFDSTUK 7:
SPECIFIEKE INSTANTIES VOOR HET AMATEURVOETBAL
Voor ACFF: zie boek A: artikels A256 tot A267
Voor Voetbal Vlaanderen: zie boek V: artikels V256 tot V267
HOOFDSTUK 8:
SPECIFIEKE INSTANTIES VOOR HET PROFVOETBAL
zie boek P: artikels P271 tot P278
HOOFDSTUK 9:
SPECIFIEKE INSTANTIES VOOR HET FUTSAL
zie boek F
46 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
TITEL 3 DE CLUBS
HOOFDSTUK 1: TOETREDING ● STAMNUMMER ● BENAMING ●
CATEGORIEEN ● STATUTEN
Artikel B301 Toetreding tot de KBVB
1. Aanvraag
11. Procedure
De club die haar toetreding aanvraagt moet via haar entiteit aan de KBVB laten geworden:
a) één exemplaar van haar statuten en/of haar huishoudelijk reglement;
b) een lijst met de samenstelling van haar bestuur, dat minstens drie aangesloten personen moet tellen;
c) een provisie van 12,50 EUR, bestemd om de kosten van het onderzoek te dekken. Indien de toetreding geweigerd wordt, blijft deze provisie verworven voor de bond.
12. Voorwaarden om kunnen aanvaard te worden
121. In een gemeente mag slechts één club per schijf van 5.000 inwoners, al is ze onvolledig, worden aangenomen.
Het herenvoetbal en het vrouwenvoetbal worden hierbij als onafhankelijk beschouwd. Deze beperking is niet van toepassing op futsalclubs, minivoetbalclubs of clubs die uitsluitend in het recreatief voetbal inschrijven, of op de op 01.07.2018 bestaande clubs van het recreatief voetbal die later de overstap maken naar het competitief voetbal.
Het Uitvoerend Comité mag nochtans, na onderzoek en na raadpleging van het provinciaal comité, uitzonderingen toestaan.
122. Een club kan slechts toetreden indien zij zich verbindt tot deelname aan een officieel kampioenschap.
123. De club moet bovendien beschikken over:
1° een voldoende aantal spelers om minimum eén ploeg in lijn te brengen.
Voor de herenclubs in het competitief voetbal geldt een minimum van twee ploegen, waarvan minstens één jeugdploeg.
2° installaties die beantwoorden aan de reglementaire voorwaarden.
124. De clubs zijn verplicht elektronisch verbonden te zijn met de KBVB via E-Kickoff (extranet).
2. Aanvaarding
Het Uitvoerend Comité beslist over de toetreding van een club.
3. Gevolgen
31. Elke nieuwe club is een toetredingsrecht verschuldigd van 75,00 EUR. De provisie van 12,50 EUR geldt als eerste schijf.
32. De toetreding van een club bij de KBVB gebeurt door aansluiting en verleent stemrecht op de algemene vergadering evenals het recht tot deelname aan de officiële competities van die voetbaldisciplines waaraan ze deelneemt.
33. De toetreding van een club tot de KBVB houdt, voor de clubs uit de provincies Antwerpen, Limburg, Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen en voor de clubs uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest die wensen toe te treden, automatisch in dat de club ook lid wordt van Voetbal Vlaanderen, en vice versa.
34. De toetreding van een club tot de KBVB houdt, voor de clubs uit de provincies Waals-Brabant, Henegouwen, Luik, Luxemburg, Namen en voor de clubs uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest die wensen toe te treden, automatisch in dat de club ook lid wordt van de vzw “Association des Clubs Francophones de Football” (ACFF), en vice versa.
35. Een afzonderlijk register van de clubs die lid zijn van Voetbal Vlaanderen of de ACFF zal steeds beschikbaar zijn.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 47
Artikel B302 Stamnummer
1. Aan elke club wordt een stamnummer toegekend.
2. Dit stamnummer blijft eigendom van de bond.
3. Specifiek voor Voetbal Vlaanderen: zie Art. V302.
Artikel B303 Benaming ● Sociale zetel ● Exploitatiezetel ● Provinciale aanhorigheid ● Aanhorigheid tot een kampioenschap ● Voertaal
1. Benaming
11. De benaming van een club is de naam en/of de afkorting die deze club identificeert. Alle nieuwe benamingen en wijzigingen aan bestaande benamingen moeten minstens een geografische verwijzing bevatten naar de deelgemeente, gemeente of stad waar de exploitatiezetel van de club gelegen is.
12. Geen enkele club mag:
1° de benaming van een reeds bij de KBVB aangesloten club aannemen. Dit verbod slaat niet op algemeen gebruikte sportbenamingen als football club, sportkring, excelsior, daring, racing, sporting, enz., die deel uitmaken van de clubnaam;
2° een nijverheids- of handelsbenaming dragen indien ze actief is in het competitief voetbal; 3° een politieke, godsdienstige of racistische benaming voeren.
13. Clubs mogen van benaming veranderen, doch niet tijdens het kampioenschap waaraan zij deelnemen. Opdat een wijziging van benaming uitwerking zou hebben aan het begin van het nieuwe seizoen, moet de aanvraag hiertoe aan de KBVB betekend worden vóór 1 juni die aan het nieuw seizoen voorafgaat.
14. Indien een club haar benaming, om welke reden ook prijsgeeft, mag deze benaming niet opnieuw aangenomen worden door haarzelf of door een andere club, dan na verloop van vijf jaar, tenzij toelating van het Uitvoerend Comité.
2. Maatschappelijke zetel
Behoudens andersluidende bepaling in de statuten, is de maatschappelijke zetel van een club gevestigd ter woonplaats van de gerechtigde correspondent (Art. B313).
3. Exploitatiezetel
De exploitatiezetel van een club wordt vastgesteld op het adres waar de wedstrijden van de hoogst spelende eerste ploeg van de club gespeeld worden.
Op straffe van schrapping, mag deze exploitatiezetel niet meer dan 30 km (afstand in vogelvlucht tussen het middelpunt van beide speelvelden) verplaatst worden.
Daarenboven dient de ligging van de exploitatiezetel gedurende de twee voorgaande seizoenen ongewijzigd te zijn gebleven.
4. Provinciale aanhorigheid
Zie Art. B1503.
5. Voertaal
De clubs moeten aan de Secretaris-generaal laten weten in welke landstaal (Art. B8) de voor hen bestemde briefwisseling moet opgesteld worden. Ze mogen echter slechts één enkele taal kiezen.
48 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
Artikel B304 Statuut van clubs ● Vermoeden van aanhorigheid
1. Statuut van een club:
11. Het statuut van een club bepaalt haar reglementaire toestand met betrekking tot haar rechten en verplichtingen ten overstaan van de bond, de andere clubs en zijn aangeslotenen.
12. De clubs hebben het volgende statuut:
- club van het profvoetbal:
- uitkomend in competitie voor het profvoetbal 1A
- uitkomend in competitie voor het profvoetbal 1B
- club van het amateurvoetbal:
- uitkomend in 1ste klasse amateurs
- uitkomend in 2de of 3de klasse amateurs ACFF/Voetbal Vlaanderen
- uitkomend in vrouwenafdelingen
- uitkomend in provinciale afdelingen
- uitkomend in het futsal
- uitkomend in het recreatief voetbal
- uitkomend in het minivoetbal
2. Verplichtingen
Elke club is verplicht alle wettelijke en reglementaire voorschriften eigen aan haar statuut of haar activiteiten na te leven.
Artikel B305 Secties in een club
1. Elke club mag herenploegen of vrouwenploegen in lijn brengen mits voldaan wordt aan de voorwaarden bepaald in Art. B301.121.
2. De clubs mogen in hun schoot secties spelend in andere disciplines bezitten of oprichten mits voldaan wordt aan de reglementen ter zake.
3. Vrouwensectie of herensectie van een club die autonoom wordt
Mits de toelating van haar club kan een vrouwensectie een autonome club worden. Haar speelsters worden van rechtswege aan de nieuw opgerichte club toegewezen, die zowel in de kampioenschappen als in de bekercompetities de plaats inneemt van de verdwenen vrouwensectie.
Mits de toelating van haar club kan een herensectie een autonome club worden. Haar spelers worden van rechtswege aan de nieuw opgerichte club toegewezen, die zowel in de kampioenschappen als in de bekercompetities de plaats inneemt van de verdwenen herensectie.
4. Vrouwensectie van een club die vrouwensectie wordt van een andere club of met de bestaande vrouwensectie fuseert
Mits de toelating van de beide clubs en mits de aanvraag gebeurt vóór 15 april kan een vrouwensectie van een club naar een andere club worden overgeheveld. Haar speelsters worden in dat geval van rechtswege aan de andere club toegewezen.
Onder voorbehoud van andersluidende bepalingen in het bondsreglement, mogen de plaatsen van de ploegen van de verdwenen vrouwensectie zowel in de kampioenschappen als in de bekercompetities door de nieuwe club ingenomen worden.
Mits de toelating van de beide clubs en mits de aanvraag gebeurt vóór 15 april kan een herensectie van een club naar een andere club worden overgeheveld. Haar spelers worden in dat geval van rechtswege aan de andere club toegewezen.
Onder voorbehoud van andersluidende bepalingen in het bondsreglement, mogen de plaatsen van de ploegen van de verdwenen herensectie zowel in de kampioenschappen als in de bekercompetities door de nieuwe club ingenomen worden.
5. Autonome vrouwenclub die verdwijnt ingevolge fusie met één of meerdere herenclubs en vice versa
De vrouwensectie van de herenclub, resultante van de fusie, treedt, zowel voor de kampioenschappen als voor de bekercompetities, in de plaats van de gefusioneerde vrouwenclub.
De herensectie van de vrouwenclub, resultante van de fusie, treedt, zowel voor de kampioenschappen als voor de bekercompetities, in de plaats van de gefusioneerde herenclub.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 49
Artikel B306 De bond en de statuten van de clubs
1. De statuten van elke club moeten verplichtend:
11. de rechtspersoonlijkheid van de club vermelden. Bij gebrek aan rechtspersoonlijkheid, moet er uitdrukkelijk vermeld worden dat de club een feitelijke vereniging is (F.V.).
12. de ledencategorieën aanduiden die stemgerechtigd zijn in de algemene vergadering van de club. Bij ontstentenis wordt dit stemrecht toegekend aan elk lid dat de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt;
13. de volgende clausules bevatten onder de titel "Hoedanigheid van lid van de KBVB":
De vereniging verbindt er zich toe:
- de statuten, reglementen, richtlijnen en beslissingen van de KBVB, van de FIFA en de UEFA na te leven. Elke bepaling van onderhavige statuten die strijdig zou zijn met het reglement van de KBVB, van de FIFA en de UEFA wordt beschouwd als nietig en van generlei waarde wat hen betreft. De vereniging verbindt er zich bovendien toe de principes van loyaliteit, integriteit en van sportieve geest als uitdrukking van de fair-play na te leven";
- elk geschil met betrekking tot de FIFA-statuten, -reglementen en -richtlijnen aan de arbitrage-instanties die in haar schoot zijn opgericht, voor te leggen;
- elk beroep tegen een definitieve en dwingende beslissing van de FIFA aan de arbitrage van de TAS (Tribunal Arbitral du Sport) in Lausanne (Zwitserland) voor te leggen;
- alle geschillen nopens het beheer van de club, die binnen de club ontstaan en die onder de toepassing van onderhavig reglement vallen, te laten beslechten, na uitputting van de voorgeschreven statutaire procedure een scheidsrechterscollege, samengesteld uit drie leden van een Arbitragecommissie (Art. B250 of Art. B251),
14. een bepaling inzake doping bevatten:
- voor ACFF: Art. A306
- voor Voetbal Vlaanderen: Art. V306
2. De statuten van een club en de wijzigingen ervan moeten door haar algemene vergadering goedgekeurd worden, die ook de opdracht heeft om de beslissingsorganen van de club te verkiezen.
3. De statuten en de wijzigingen ervan worden aan de bond voorgelegd ter controle van hun overeenstemming met het bondsreglement ten laatste binnen de maand volgend op hun goedkeuring door de algemene vergadering van de club.
Te dien einde, melden de clubs waarvan de gepubliceerde statuten op de website van het Belgisch Staatsblad beschikbaar zijn, de publicatiedatum en het ondernemingsnummer van de betrokken rechtspersoon aan de KBVB.
De andere clubs maken een kopie over van de statuten en van de wijzigingen.
4. Zonder afbreuk te doen aan de regels betreffende een overdracht van patrimonium (Art. B2016), moet de club de KBVB over elke wijziging van rechtspersoonlijkheid informeren door hem binnen de maand de nieuwe statuten op te sturen.
5. Aan de clubs die de bovengenoemde verplichtingen niet naleven, worden volgende administratieve sancties opgelegd, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen inzake de schrapping van een club (Art. B1921) indien de maatregel zonder verder gevolg blijft:
- afschaffing van de terugbetaling van de scheidsrechterskosten (Art. B1918) binnen de maand volgend op de zonder gevolg gebleven ingebrekestelling;
- boete van 500,00 EUR indien de ingebrekestelling zonder gevolg is gebleven binnen de drie maanden volgend op de verzending daarvan.
Artikel B307 Neutraliteit en niet-discriminatie: bijzondere verbintenis
1. De clubs verbinden er zich toe neutraal te blijven op politiek, filosofisch en godsdienstig vlak.
2. Elke discriminatie van een land, een persoon of een groep personen op basis van zogenaamd ras, gender, huidskleur, afkomst, etnische afstamming, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, sociale positie, geboorte, vermogen, leeftijd, het geloof, levensbeschouwing, politieke overtuiging of syndicale overtuiging, taal of om elke andere reden is streng verboden, op straffe van schorsing of schrapping.
50 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
De clubs zien er ook op toe een zelfde verbintenis in hun huishoudelijk reglement op te nemen ten aanzien van hun leden.
3. Onder voorbehoud van de algemene rechtsprincipes, van de bepalingen van openbare orde en van de nationale, regionale en communautaire wetgeving ter zake, dient ook rekening te worden gehouden met het reglement van de FIFA inzake racisme (zie xxx.xxxx.xxx).
Artikel B308 Inmenging in andere clubs
1. Geen enkele club mag direct of indirect:
- in het bezit zijn van titels, aandelen of sociale aandelen van een andere club,
- lid zijn van een andere club,
- deelnemen aan het bestuur en/of de sportieve activiteiten van een andere club
die deelneemt aan eenzelfde officieel kampioenschap gespeeld onder de auspiciën van de KBVB.
2. Niemand mag tezelfdertijd rechtstreeks betrokken zijn in de controle, het bestuur en/of sportieve activiteiten van meer dan één club die aan eenzelfde competitie deelneemt.
21. Een fysieke persoon of een juridische entiteit, in rechte of in feite, wordt vermoed de controle te hebben over een club:
- indien hij er over de meerderheid der stemmen beschikt van de aandeelhouders,
- indien hij recht heeft om er de meerderheid van de leden van een orgaan te benoemen of te ontslaan,
- indien hij, als aandeelhouder, er krachtens een sociaal pact, alleen de meerderheid van het stemrecht van de aandeelhouders controleert.
22. Een fysieke persoon of een juridische entiteit, in rechte of in feite, is betrokken in het bestuur van een club wanneer hij deel uitmaakt van haar beheers- of beslissingsorgaan.
3. Elke overtreding of tekortkoming zal gelijkgesteld worden met een daad van competitievervalsing (Titel 20, hoofdstuk 2).
4. De afdelingen 1A en 1B van het profvoetbal richten zoals voorzien in bovenstaand punt 1 “eenzelfde officieel kampioenschap” in en zoals voorzien in bovenstaand punt 2 “eenzelfde competitie”.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 51
HOOFDSTUK 2: LEIDING EN BEHEER VAN DE CLUBS
Artikel B311 De verantwoordelijke bestuursleden: aantal – voorwaarden – procedure
1. Aantal
11. Minimum:
- vijf bestuurders voor de clubs van het profvoetbal;
- drie bestuurders voor de clubs van het amateurvoetbal,
gekozen onder de leden (natuurlijke of rechtspersonen) van het bestuursorgaan van de club, zijn verantwoordelijk t.o.v. de bond.
12. Van zodra een club om een of andere reden niet langer beschikt over het voorziene minimaal aantal verantwoordelijke bestuurders, wordt haar een periode van één maand verleend om haar situatie te regulariseren.
121. Indien de betrokken club zich niet in regel stelt binnen de maand, wordt haar de terugbetaling van de scheidsrechterskosten (Art. B1918) ontnomen tot de dag van de regularisatie.
122. Indien de club zich niet in regel stelt binnen de drie maanden na de betekening van de inbreuk door de KBVB, kan het Uitvoerend Comité elke andere passende sanctie nemen, die kan gaan tot een voorstel tot schrapping van de club (Art. B1921).
2. Xxxxxxxxxxx
00. De verantwoordelijke bestuursleden van een club, hetzij de natuurlijke personen hetzij de vertegenwoordigers van de rechtspersonen, moeten over hun burgerlijke en politieke rechten beschikken en minstens 18 jaar oud zijn. Zij moeten toegewezen zijn aan de club waar zij hun functies uitoefenen.
Clubs van onderwijsinstellingen mogen minderjarige bestuursleden hebben, mits nochtans de leiding van de club door een persoon die minstens 18 jaar oud is wordt waargenomen.
22. Teneinde de geloofwaardigheid van de competities te garanderen, mogen de verantwoordelijke bestuursleden, op straffe van schrapping, geen financiële belangen hebben in, noch op enigerlei wijze betrokken zijn bij het bestuur en/of het dagelijks beheer van een maatschappij die als sociaal hoofd- of nevendoel het wedden op sportactiviteiten heeft.
3. Procedure
31. De gerechtigde correspondent van de club van toewijzing stuurt de vervolledigde en ondertekende speciale kaart onder omslag naar de KBVB.
32. Het luik bestemd voor de houder van de kaart wordt hem aangetekend teruggestuurd op kosten van de club van toewijzing.
Artikel B312 De verantwoordelijke bestuursleden: verantwoordelijkheid
1. Door het ondertekenen van de speciale kaart van bestuurslid erkennen deze leden ertoe gehouden te zijn de verplichtingen na te leven van de club tegenover de KBVB, tegenover een andere door de FIFA erkende nationale bond, tegenover één van hun clubs of tegenover één van hun aangeslotenen, met inbegrip van de verplichtingen die aangegaan werden voor zij in functie traden.
Zij zijn echter niet gehouden tot die verplichtingen wanneer zij kunnen aantonen dat ze werden aangegaan door een ander bestuurslid of andere bestuursleden met miskenning van de toepasselijke verenigings- of vennootschapsregels.
2. Aansprakelijkheid:
- Profvoetbal: Art. P312
- ACFF: Art. A312
- Voetbal Vlaanderen: Art. V312
3. Vrijstelling van deze verantwoordelijkheid wordt bekomen in de volgende gevallen:
52 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
31. Een verantwoordelijk bestuurslid dat in deze hoedanigheid op eigen initiatief of ingevolge zijn uitsluiting uit het bestuursorgaan van de club, ontslag neemt, moet deze beslissing per aangetekende brief aan de KBVB betekenen.
Deze licht hiervan via E-Kickoff of per aangetekende brief de club van toewijzing in.
Dit lid is niet meer aansprakelijk voor de bestaande bondsschulden (Art. B33), behalve wanneer binnen de veertien dagen volgend op de betekening door de KBVB, de club bij deze laatste via E-Kickoff of per aangetekend schrijven een gemotiveerd voorbehoud maakt ten aanzien van het ontslagnemende lid.
Elke betwisting door het verantwoordelijk bestuurslid over het voorbehoud gemaakt door de club maakt het voorwerp uit van arbitrage (Art. B1761).
32. Een verantwoordelijk bestuurslid is niet meer aansprakelijk voor de bondsschulden (Art. B33) voor een achteraf in zijn club vastgesteld deficit van xxxxx zijn desaffectatie of zijn ontslag in de hoedanigheid van aangeslotene bij de KBVB regelmatig werd geboekt.
33. Een verantwoordelijk bestuurslid, dat een administratieve transfer bekomt naar een andere club, blijft verantwoordelijk voor de bondsschulden aangegaan vóór de boeking van de transfer indien de club via E-Kickoff of per aangetekend schrijven aan de KBVB binnen een termijn van 14 dagen volgend op de betekening door laatstgenoemde gemotiveerd voorbehoud maakt.
Elke betwisting door het verantwoordelijk bestuurslid over het voorbehoud gemaakt door de club maakt het voorwerp uit van arbitrage (Art. B1761).
4. De verantwoordelijke bestuursleden worden geacht te hebben voldaan aan al hun verplichtingen uit hoofde van dit artikel voor zover de club het maximumbedrag per club consigneert op een rekening bij de KBVB of garandeert door een borgstelling van een door de KBVB erkende bankinstelling, waarbij de intresten toekomen aan de consignerende partij.
Artikel B313 De gerechtigde correspondent ● Andere gemandateerde personen
1. Iedere club moet, onder de haar toegewezen aangeslotenen, een correspondent aanstellen die de enige gerechtigde is om alle briefwisseling met de bond te voeren.
Zijn aanstelling alsook de definitieve stopzetting van zijn functies moeten aan de KBVB worden betekend, gezamenlijk door de voorzitter en één verantwoordelijk bestuurslid van de club.
2. De handtekening van de gerechtigde correspondent, eigenhandig, met naamstempel of via Kickoff verbindt de club. Alleen de door hem ondertekende stukken worden ten aanzien van de bond als geldig beschouwd.
Ondertekent hij onder een andere benaming dan deze van gerechtigd correspondent, dan moet deze titel gevolgd worden door de letters G.C.
3. Wanneer hij geen verantwoordelijk bestuurslid (Art. B311) is mag hij in geen geval, onder zijn handtekening alleen, wijzigingen in de lijst van de verantwoordelijke bestuursleden ten overstaan van de bond betekenen. Deze wijzigingen moeten medeondertekend worden door minstens één verantwoordelijk bestuurslid.
4. Voor de transacties die hij via E-Kickoff selecteert, kan de gerechtigde correspondent ondertekeningsvolmacht geven aan één of meerdere medewerkers die houder zijn van de digipass. Deze kunnen echter geen procedurehandelingen (titel 17) stellen.
5. In geval van behoorlijk gemotiveerd belet, kan de briefwisseling bij uitzondering als geldig aanvaard worden, indien zij gezamenlijk ondertekend is door de voorzitter en één verantwoordelijk bestuurslid (Art. B311) van de club. Indien de gerechtigde correspondent eveneens de functie van voorzitter waarneemt, of indien er geen voorzitter is, kan de aanduiding van een andere gerechtigde correspondent eveneens aan de KBVB betekend worden d.m.v. een schrijven, ondertekend door de absolute meerderheid van de verantwoordelijke bestuursleden.
Diezelfde personen kunnen eveneens een gerechtigde correspondent ad interim aanstellen.
6. Desgevallend wordt de gerechtigde correspondent vervangen door de persoon (personen) aangeduid om de club wettelijk te vertegenwoordigen (curator, vereffenaar, enz.) of de persoon (personen) behoorlijk door hem (hen) gemandateerd. Hun handtekening verbindt de club tegenover de KBVB, tegenover een andere door de FIFA erkende nationale bond, tegenover een van hun clubs of een van hun aangeslotenen.
7. Elke club verbindt zich geldig o.m. inzake transfers jegens elke rechtspersoon of natuurlijke persoon door de handtekening van één of meerdere personen die, ofwel krachtens de statuten of het huishoudelijk reglement, ofwel krachtens een daartoe opgestelde bijzondere bepaling, behoorlijk gemandateerd zijn. Bij ontstentenis van een dergelijke statutaire of bijzondere bepaling, verbindt alleen de handtekening van de gerechtigde correspondent de club.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 53
Artikel B315 Verslagen
De clubs zijn ertoe gehouden de officiële verslagen van de vergaderingen van hun verantwoordelijk bestuur te bewaren. Alleen deze zijn ontvankelijk als middel om te bewijzen dat een beslissing getroffen werd.
Artikel B316 Beslechting van geschillen
1. Betreffende het beheer van de club
Geschillen betreffende het beheer van de club worden beslecht via arbitrage (Art. B1761). Op initiatief van de meest gerede partij wordt het geschil bij de bond aanhangig gemaakt, bij wijze van klacht.
De KBVB laat de partijen hiertoe een arbitrageovereenkomst ondertekenen. Indien een partij weigert de overeenkomst te ondertekenen mag het geschil voorgelegd worden aan de gewone rechtbanken.
2. Andere geschillen
Door hun aansluiting bij de KBVB aanvaarden de effectieve leden van de KBVB, de clubs en de toetredende leden elk geschil betreffende hun rechten die voor arbitrage vatbaar zijn conform Art. 1676 e.v. Ger.W. te laten beslechten door een scheidsrechterscollege volgens de modaliteiten door huidig reglement voorzien (Art. B1761) en conform de bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek inzake Arbitrage (Art. 1676 Ger.W.).
In dat opzicht geldt huidige bepaling van het reglement voor de clubs en de toetredende leden als een arbitraal beding, dit onverminderd de toepassing van artikel 13 van de wet op de arbeidsovereenkomsten.
54 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
HOOFDSTUK 3: ONTSLAG
Artikel B321 Ontslag uit de bond
1. Het ontslag is de handeling waardoor een club, via E-Kickoff of per aangetekend schrijven, aan de bond haar wil betekent om zich terug te trekken.
Het ontslag kan betekend worden op gelijk welk ogenblik van het seizoen, maar wordt pas op de volgende 1 juli van kracht. Intussen wordt de club beschouwd als zijnde in aanleg van ontslag.
2. Een bericht, met verzoek tot ontslag, wordt gepubliceerd in de bondsbladen, samen met de lijst van de verantwoordelijke bestuursleden (Art. B311).
Op straffe van verval moeten de aanvragen tot betaling van verschuldigde sommen ingediend worden binnen de veertien dagen na de publicatie van het verzoek tot ontslag.
3. Het ontslag kan slechts aanvaard worden indien de club alle schulden vereffend heeft die zij verschuldigd is aan de KBVB, aan een andere nationale door de FIFA erkende bond, aan een van hun clubs of een van hun aangeslotenen (Art. B33).
4. Na aanvaarding door het Uitvoerend Comité, wordt het ontslag binnen de maand gepubliceerd in de bondsbladen.
5. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van Art. B312 i.v.m. de financiële verantwoordelijkheid van de bestuursleden, verliezen de toegewezen leden hun hoedanigheid van aangeslotene. Ze mogen een aansluitingsformulier ondertekenen voor een andere club:
- bij verzoek tot ontslag met onmiddellijke ingang: vanaf de publicatie van het bericht, waarvan sprake onder punt 2 hierboven;
- bij verzoek tot ontslag van een club die te kennen geeft de lopende competitie af te werken: vanaf 1 juni, volgend op de publicatie van het bericht, waarvan sprake onder punt 2 hierboven.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 55
HOOFDSTUK 4: FUSIES ● SAMENWERKINGSVERBANDEN ●
INACTIVITEIT
Artikel B326 Fusie van clubs ● Fusie van secties van clubs
1. Definitie - Beperking voor de fusie
11. De fusie is de handeling waardoor twee of meerdere clubs beslissen om, conform de hierna volgende regels, hun patrimonium, met het geheel van hun rechten en verplichtingen, samen te brengen en aldus één enkele club te vormen.
Op juridisch vlak moeten de clubs al de wettelijke bepalingen naleven die opgelegd zijn bij ontbinding en fusie.
12. De fusie kan enkel worden aanvaard indien het gaat om clubs waarvan de exploitatiezetels (Art. B303) niet meer dan 30 km van mekaar zijn verwijderd (afstand in vogelvlucht tussen het middelpunt van het speelveld van de exploitatiezetels van de fusionerende clubs).
Daarenboven dient de ligging van de exploitatiezetels gedurende de twee voorgaande seizoenen ongewijzigd te zijn gebleven.
13. De nieuwe club kiest vrij haar benaming en het stamnummer van één van de samensmeltende clubs. De andere benamingen en stamnummers worden beschouwd als opgegeven.
2. Procedure
21. Op het vlak van het bondsreglement, is alleen de algemene vergadering van elk van de fusionerende clubs, in afzonderlijke vergadering bijeengeroepen met het fusieontwerp op de agenda, bevoegd om te beslissen over de fusie. Navolgende formaliteiten moeten op straffe van nietigheid worden nageleefd:
1° minstens 2/3 der stemgerechtigde leden moeten in persoon of behoorlijk vertegenwoordigd met geschreven volmacht door een ander lid aanwezig zijn. Wordt dit aantal bij een eerste bijeenroeping niet bereikt, dan zal binnen de twee maanden een tweede algemene vergadering, met dezelfde agenda, worden gehouden en geldig beslissen, welk ook het aantal der aanwezigen of behoorlijk vertegenwoordigde stemgerechtigden is.
Een stemgerechtigd lid kan enkel vertegenwoordigd worden door een ander lid. Geen enkel lid mag evenwel over meer dan twee stemmen beschikken.
2° minstens 4/5 der aanwezige of behoorlijk vertegenwoordigde stemgerechtigden moet zich uitspreken voor de fusie.
3° de afzonderlijke processen-verbaal van de algemene vergadering van ieder der fusionerende clubs, dienen binnen de veertien dagen na de beslissing via E-Kickoff of aangetekend toegezonden te worden aan de KBVB.
Deze processen-verbaal moeten het totaal aantal stemgerechtigde leden van iedere club, het aantal aanwezige leden en de volledige uitslag van de stemming vermelden.
22. Het toezenden van de processen-verbaal aan de KBVB wordt gelijkgesteld met een aanvraag tot toetreding. Op straffe van weigering dient de nieuwe club daarenboven, binnen de veertien dagen na deze toezending, te voldoen aan de punten a) en b) van Art. B301.11.
23. Om invloed te hebben op het daaropvolgende seizoen, moet de fusie van clubs aan de KBVB betekend worden uiterlijk op 15 april (Art. B21).
Op bondsvlak, heeft de fusie uitwerking op 1 mei volgend op de beslissing van de respectieve algemene vergaderingen. Voor wat betreft de sportieve competities echter, heeft de fusie pas uitwerking vanaf 1 juli daaropvolgend.
24. Een aanvraag die betekend wordt na 15 april kan door het Uitvoerend Comité worden aanvaard, op de uitdrukkelijke voorwaarde dat het gevolg hiervan geen aanpassing van reeksen van de eerste ploegen met zich meebrengt.
Het onderzoek, dat administratief wordt gevoerd, brengt in dat geval de volgende retributie met zich mee:
- 500,00 EUR wanneer minstens één van de beide clubs uitkomt in het profvoetbal;
- 400,00 EUR wanneer minstens één van de beide clubs uitkomt in de hogere afdelingen van het amateurvoetbal;
- 300,00 EUR wanneer de clubs uitkomen in de provinciale afdelingen van het competitief voetbal;
- 100,00 EUR wanneer de clubs uitkomen in de vrouwenafdelingen van het competitief voetbal;
- 50,00 EUR wanneer de clubs uitkomen in het minivoetbal of het recreatief voetbal.
56 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
Deze retributie wordt ingeschreven op de rekening-courant van de nieuwe club of, indien de fusie niet wordt aanvaard, voor een proportioneel deel op de rekening-courant van elk van de aanvragende clubs.
3. Gevolgen
31. Alle toegewezen aangeslotenen van fuserende clubs worden van rechtswege toegewezen aan de fusieclub. Aangeslotenen die tijdelijk voor één van de fuserende clubs gekwalificeerd zijn, blijven gekwalificeerd voor de fusieclub tot het verstrijken van hun transfer.
32. De nieuwe club mag, naar eigen keuze, per entiteit, de plaats innemen van één der eerste ploegen van de fusionerende clubs in de kampioenschappen of in de nationale of provinciale bekers.
33. Bij fusie van twee herenclubs, kan de A-ploeg van de nieuwe club uitkomen in de hoogste afdeling waartoe één van de eerste ploegen van beide clubs behoorde, terwijl een B-ploeg, rekening houdende met de bepalingen van Art. B1512, kan uitkomen in de laagste afdeling of de afdeling waartoe een eerste ploeg van de tweede club behoorde.
34. Alle vrouwenploegen van de fuserende clubs mogen evenwel hun plaats in hun respectieve afdeling van het kampioenschap behouden mits toepassing van de voorschriften van Art. V1588/A1588. Indien twee eerste vrouwenploegen hierdoor in dezelfde afdeling zouden moeten uitkomen, zal één van beide verplicht worden een afdeling te dalen tenzij zij beide in de laagste afdeling aantreden.
4. Fusie van secties van clubs
Art. B305.
Artikel B327 Samenwerkingsverband voor jeugdploegen
1. Bepalingen geldig voor alle jeugdploegen
11. Definitie
Het samenwerkingsverband voor jeugdploegen is de handeling waarbij twee of meerdere clubs beslissen om in het komende seizoen gezamenlijk aan jeugdwerking tot en met U21 te doen.
12. Procedure
121. De clubs die een samenwerkingsverband voor jeugdploegen wensen te ondertekenen dienen dit, op een geëigend formulier en voorzien van de handtekeningen van de gerechtigde correspondenten van de deelnemende clubs, te betekenen aan alle betrokken provinciale secretariaten en dit, op straffe van verval, uiterlijk op 15 mei (Art. B21) die het nieuwe seizoen voorafgaat:
- voor de ACFF-clubs: uiterlijk op 15 mei;
- voor de clubs van Voetbal Vlaanderen: uiterlijk op 15 juni. Het aantal clubs dat een samenwerkingsverband mag sluiten is:
- maximum acht, indien het om verschillende gemeenten gaat;
- onbeperkt indien het om clubs van één en dezelfde gemeente gaat.
Deze beslissing dient, door elke club afzonderlijk, genotuleerd te worden in het register der verslagen (Art. B315).
122. Enkel de provinciale comités zijn gemachtigd de verschillende samenwerkingsverbanden voor jeugdploegen toe te staan en te valideren.
Indien hierbij clubs uit verschillende provincies zijn betrokken, moeten alle betrokken provinciale comités hun akkoord geven, zo niet wordt de vraag niet aanvaard.
123. In geval van weigering hebben de betrokken clubs, binnen een termijn van zeven dagen (Art. B21) die aanvangt op de eerste dag die volgt op de datum van de publicatie van de weigering, de mogelijkheid aan hun provinciaal comité te vragen gehoord te worden.
De definitieve beslissingen van de provinciale comités zijn zonder verhaal.
124. In geval van aanvaarding, krijgen de betrokken clubs een bevestiging van deze samenwerkingsovereenkomst waarvan melding wordt gemaakt in de bondsbladen.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 57
13. Gevolgen
131. Alle jeugdspelers, toegewezen aan één van de clubs van het samenwerkingsverband, blijven toegewezen aan deze club, met alle reglementaire gevolgen van dien (betaling lidgeld, ...), en blijven geacht te zijn opgeleid door deze club.
132. De clubs die deelnemen aan een samenwerkingsverband dienen elk afzonderlijk, onder hun clubbenaming, de ploegen in te schrijven die zij wensen te laten deelnemen aan de officiële competities.
Elke club dient afzonderlijk te voldoen aan de verplichtingen i.v.m. het aantal in te schrijven ploegen.
133. Alle jeugdspelers toegewezen aan één van de clubs van het samenwerkingsverband mogen, voor zover zij voldoen aan de reglementaire kwalificatievereisten (titel 10), opgesteld worden in een jeugdploeg die door een club van dit samenwerkingsverband in lijn wordt gebracht.
134. Alle trainers van de deelnemende clubs mogen deze functie eveneens uitoefenen bij een andere club van het samenwerkingsverband.
135. Alle aangeslotenen, toegewezen aan één van de deelnemende clubs mogen, voor zover zij voldoen aan de reglementaire vereisten, optreden als terreinafgevaardigde, bezoekende afgevaardigde, geneesheer of verzorger voor een andere club van het samenwerkingsverband.
136. Alle goedgekeurde terreinen van de clubs van het samenwerkingsverband mogen gebruikt worden door alle ploegen van dit verband. De keuze van het terrein dient bij de inschrijving vermeld en mag, behoudens overmacht, niet gewijzigd worden in de loop van het seizoen.
2. Speciale bepalingen: samenwerkingsverband tussen gelabelliseerde ACFF-jeugdploegen: Art. A327.
Artikel B328 Inactiviteit van een club of een sectie
1. Een club is in de betrokken entiteit:
- volledig inactief:
indien zij voor geen enkel van de voorziene kampioenschappen is ingeschreven, of indien ze zich in de toestand van volledige schorsing van de sportactiviteit bevindt (Art. B1922);
- in hoofdorde inactief:
indien zij alleen voor de reserven en/of jeugdcategorieën is ingeschreven;
- gedeeltelijk inactief:
indien zij niet ingeschreven is of algemeen forfait heeft gegeven voor een bepaalde jeugdcategorie.
2. De volledige inactiviteit van een club mag niet langer duren dan één seizoen. Indien ze ook na die termijn blijft bestaan, wordt de club ambtshalve als ontslagnemend beschouwd in de betrokken entiteit.
3. De vrouwensectie van een club blijft bij inactiviteit van de herensectie of vice versa, voor de toepassing van onderhavig artikel, als autonome club voortbestaan met behoud van de benaming en het stamnummer van de club.
4. Het ontslag heeft ambtshalve de volledige inactiviteit van de club tot gevolg, tenzij deze, in geval van verzoek tot ontslag, haar wil te kennen geeft de lopende competitie af te werken.
58 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
HOOFDSTUK 5: SPORTIEVE VERPLICHTINGEN VAN DE CLUBS
Artikel B331 Rekrutering van scheidsrechters
1. Aantal
11. Uitgezonderd in het minivoetbal, moet elke club vanaf het derde seizoen na haar aansluiting tussen de aan haar toegewezen leden:
- minstens één actieve scheidsrechter tellen per volledige of onvolledige schijf van drie ploegen, opgesteld in de kampioenschappen waarvoor de aanduiding van scheidsrechters voorzien is, zonder rekening te houden met de mannelijke eerste B-ploeg en/of de G-ploegen, en
- bijkomend één actieve scheidsrechter tellen per mannelijke eerste B-ploeg.
12. Wanneer een aangeslotene scheidsrechter wordt terwijl hij tijdelijk voor een club gekwalificeerd is, wordt hij als scheidsrechter ingeschreven op het actief van de club van toewijzing.
13. Een scheidsrechter, die door zijn club gedesaffecteerd werd en aan een andere club toegewezen is, wordt op het actief van deze laatste opgenomen vanaf de datum van zijn nieuwe toewijzing.
14. Een scheidsrechter, die een definitieve transfer bekomt of een heraansluiting na persoonlijk ontslag, wordt op het actief van de nieuwe club opgenomen op het einde van het derde daaropvolgende seizoen.
15. De leden van de Bureaus Arbitrage blijven, zolang zij hun functie vervullen, gelijkgesteld met de actieve scheidsrechters, op voorwaarde dat zij op het ogenblik van hun benoeming tot het kader van de actieve scheidsrechters behoorden.
2. Xxxxx
00. Voor iedere tekortkoming aan het voormelde principe, wordt de club voor elke speeldag waarop officiële wedstrijden plaatsvinden met aanduiding, beboet met 15,20 EUR. per ontbrekende scheidsrechter.
Deze boete wordt, voor wat betreft de clubs van het recreatief voetbal, pas toegepast vanaf het seizoen 2020-2021.
22. De opbrengst van de opgelegde boetes wordt als volgt verdeeld:
- de helft wordt gestort in de fondsen voor de rekrutering en de vorming van scheidsrechters van Voetbal Vlaanderen, de ACFF en de KBVB (Pro League) naar rato van de bij Voetbal Vlaanderen, de ACFF en de KBVB (Pro League) geïnde boetes;
- de andere helft wordt na afloop van het seizoen gestort op de rekening-courant van de clubs pro rato van hun aantal ingeschreven scheidsrechters bovenop het in bovenstaand punt 11 vermelde principe.
3. Het verlies van de hoedanigheid van actief scheidsrechter wordt door de KBVB betekend aan de betrokkene en aan de belanghebbende club(s).
Artikel B332 Diensten van trainers
Profvoetbal: P332 ACFF: A332
Voetbal Vlaanderen: V332
Artikel B333 Aansluiting en aangifte van de minderjarigen in de schoot van de academies
Zie Art. 19 bis FIFA: Regulations on the Status and Transfer of Players (xxx.xxxx.xxx).
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 59
Artikel B334 Aanvraag van de spelerslicentie in het amateurvoetbal voor de betaalde sportbeoefenaar die geen onderdaan is van een land van de E.E.R.
1. De spelerslicentie voor de betaalde sportbeoefenaar die geen onderdaan is van een land van de Europese Economische Ruimte (E.E.R.) wordt verkregen bij de KBVB door het inzenden van het daartoe bestemde document, vergezeld van een pasfoto, met de identiteit van de speler op de keerzijde.
Daarenboven moet worden toegevoegd hetzij een kopie van de arbeidskaart hetzij de officiële mededeling, waardoor de bevoegde overheid aankondigt dat een arbeidsvergunning is toegestaan. In dit laatste geval, dient kopie van de arbeidskaart binnen de maand, volgend op de aflevering van de spelerslicentie, te worden overgemaakt aan de KBVB.
2. Een licentieaanvraag per fax of E-Kickoff wordt als geldig beschouwd, indien ze de eerstvolgende werkdag per aangetekende postzending, vergezeld van een foto, bevestigd wordt.
3. Een speler wordt beschouwd titularis te zijn van een spelerslicentie vanaf de datum van de aanvraag aan de KBVB voor zover hij in de voorwaarden is om deze licentie te verkrijgen.
4. Indien de speler niet wordt beschouwd als zijnde opgeleid door een Belgische club, wordt deze situatie aangeduid door middel van een bepaalde code op zijn licentie.
Artikel B335 Afdelingen profvoetbal 1A en 1B: indiening van de “Squad size limit” lijst
Zie Art. P335
Artikel B336 Het verkrijgen van jeugdlicenties/jeugdlabel voor de jeugdopleiding
Profvoetbal: P336 ACFF: A336
Voetbal Vlaanderen: V336
60 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
HOOFDSTUK 6: FINANCIELE EN BOEKHOUDKUNDIGE VERPLICHTINGEN VAN DE CLUBS
Artikel B341 Rekening-courant
1. Elke club is, per entiteit waarvan ze deel uitmaakt, houder van een rekening-courant bij de Algemene Boekhouding. Maandelijks wordt haar via E-Kickoff een rekeninguittreksel toegestuurd.
2. Elk debetsaldo moet binnen de veertien dagen die volgen op de verzending van het rekeninguittreksel aangezuiverd zijn; elk creditsaldo wordt binnen dezelfde termijn terugbetaald.
Bij laattijdige vereffening van het debetsaldo wordt aan de in gebreke blijvende schuldenaar een intrest opgelegd gelijk aan de wettelijke rentevoet in burgerlijke zaken, verhoogd met 4%, berekend prorata temporis op het aantal dagen vertraging.
3. Indien de rekening niet aangezuiverd is binnen een termijn van drie maand, wordt de schuldenaar voorgesteld tot schorsing van de sportactiviteit (Art. B1922).
Artikel B342 Boekhouding ● Toezicht door de bond
1. Iedere club is verplicht een boekhouding te voeren.
Deze boekhouding dient gedurende zeven jaar bewaard te worden.
2. Clubs, opgericht als handelsvennootschap, mogen het beheer van hun voetbalafdeling toevertrouwen aan een afzonderlijk organisme. Dit organisme behoudt dezelfde naam, hetzelfde stamnummer en blijft aangesloten bij de KBVB, zonder het voordeel te verliezen van de vroegere toestand van de club.
3. De KBVB mag inzage nemen van de boekhouding van de clubs.
4. Een club die haar financiële verplichtingen niet naleeft kan gesanctioneerd worden (Art. B1922).
Artikel B343 De fundamentele verplichtingen van de clubs
1. Elke club is, niet alleen als entiteit maar ook in hoofde van haar verantwoordelijke bestuursleden, verantwoordelijk tegenover de bond en zijn verschillende geledingen.
2. Naast de retributies, belastingen en boetes die zij betalen voor de administratieve of andere diensten en voor inbreuken op de reglementsbepalingen, zijn de clubs verplicht tot de betaling van één, meerdere of alle van de navolgende lasten:
- een toetredingsrecht (Art. B301);
- een vaste jaarlijkse bondsbijdrage voor clubs en geconventioneerde groeperingen (Art. B344);
- een individuele bondsbijdrage per toegewezen aangeslotene voor de effectieve clubs (Art. B345);
- een bondsheffing op inkomgelden (Art. B1481 tot B1485).
3. Deze betalingen zijn ten gunste van de KBVB wat betreft:
31. alle clubs en spelers uitkomende in de kampioenschappen van seniores van het profvoetbal;
32. alle clubs en spelers die geen lid zijn van Voetbal Vlaanderen of ACFF.
4. De andere betalingen zijn ten gunste van de ACFF of Voetbal Vlaanderen naargelang het lidmaatschap van de clubs.
Artikel B344 De vaste jaarlijkse bondsbijdrage voor clubs en geconventioneerde groeperingen
1. Alle leden betalen elk seizoen een vaste bondsbijdrage, jaarlijks indexeerbaar (Art.B31). Deze bedraagt:
- 44,70 EUR voor de effectieve of toetredende leden;
- 134,20 EUR voor de geconventioneerde leden, alsmede premies te betalen door hun clubs wanneer ze wedstrijden organiseren.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 61
2. De vaste bijdrage wordt op het debet van de rekening van het lid geboekt en vermeld op het rekeninguittreksel van de maand september.
3. Een club, die na 1 januari aanvaard wordt, is bovenvermelde bijdrage pas verschuldigd vanaf het volgende seizoen.
Artikel B345 De individuele bondsbijdragen
1. Effectieve leden (clubs): De individuele bondsbijdragen, bestaande uit een basisbijdrage en een aanvullende bijdrage voor de verzekering, per toegewezen aangeslotene, jaarlijks indexeerbaar (Art. B31) bedragen:
11. De basisbijdrage (hierop wordt 21% BTW geheven)
Veldvoetbal | Futsal | Minivoetbal | |||
Competitief | Recreatief | Competitief | Recreatief | ||
voor de toegewezen aangeslotene, jonger dan 10 jaar op 1 januari welke het seizoen voorafgaat, en voor alle G-voetballers | 3,60 EUR | 3,60 EUR | 3,60 EUR | 3,60 EUR | 3,60 EUR |
voor de toegewezen aangeslotene, ouder dan 10 jaar en jonger dan 16 jaar op 1 januari welke het seizoen voorafgaat | 6,00 EUR | 6,00 EUR | 5,60 EUR | 5,60 EUR | 5,60 EUR |
voor de toegewezen aangeslotene, ouder dan 16 jaar en jonger dan 35 jaar op 1 januari welke het seizoen voorafgaat | 8,40 EUR | 8,40 EUR | 7,20 EUR | 7,20 EUR | 7,20 EUR |
voor de toegewezen aangeslotene, ouder dan 35 jaar op 1 januari welke het seizoen voorafgaat en de individuele recreatieve voetballer | 4,80 EUR | 4,80 EUR | 4,80 EUR | 4,80 EUR | 4,80 EUR |
voor de toegewezen aangeslotene die het statuut van speler onder contract heeft. | 35,80 EUR | nvt | nvt | nvt | nvt |
12. De aanvullende bijdrage voor de verzekering (hierop wordt geen BTW geheven)
Veldvoetbal | Futsal | Minivoetbal | |||
Competitief | Recreatief | Competitief | Recreatief | ||
voor de toegewezen aangeslotene, jonger dan 10 jaar op 1 januari welke het seizoen voorafgaat, en voor alle G-voetballers | 3,60 EUR | 3,60 EUR | 3,60 EUR | 3,60 EUR | 2,90 EUR |
voor de toegewezen aangeslotene, ouder dan 10 jaar en jonger dan 16 jaar op 1 januari welke het seizoen voorafgaat | 5,10 EUR | 5,10 EUR | 5,10 EUR | 5,10 EUR | 2,90 EUR |
voor de toegewezen aangeslotene, ouder dan 16 jaar en jonger dan 35 jaar op 1 januari welke het seizoen voorafgaat | 10,70 EUR | 10,70 EUR | 10,70 EUR | 5,10 EUR (**) | 6,40 EUR |
voor de toegewezen aangeslotene, ouder dan 35 jaar op 1 januari welke het seizoen voorafgaat | 10,70 EUR | 10,70 EUR | 10,750 EUR | 5,10 EUR (**) | 6,40 EUR |
(**) Voorlopig tarief, dat ook zal gehanteerd worden indien in de provincies West-Vlaanderen, Antwerpen of Vlaams Brabant een futsalcompetitie zal worden ingericht
13. Deze bijdragen zijn verschuldigd voor elk tijdelijk gekwalificeerd of definitief toegewezen aangesloten lid op 31 maart van het lopende seizoen.
Een club die aanvaard wordt na 1 januari, dient pas vanaf de daaropvolgende 1 juli de bijdragen te betalen.
14. De individuele bijdragen worden maandelijks van september tot en met juni geboekt op het debet van de rekening-courant van de club.
62 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
De maandelijkse stortingen gebeuren à rato van één tiende van het aantal toegewezen aangeslotenen op 1 juli die voorafgaat. Het slotsaldo wordt berekend op het aantal aangeslotenen op 31 maart van het lopende seizoen.
15. De clubs moeten bovendien de volgende jaarlijks indexeerbare (Art. B31) bijdrage betalen voor hun trainers (Art. B601):
- 149,10 EUR voor een bezoldigde trainer;
- 29,80 EUR voor een al dan niet vergoede trainer, die een seniorploeg van het competitieve voetbal traint;
- 18,50 EUR voor een jeugdtrainer, die niet-toegewezen aangeslotene is. Deze bijdrage wordt geboekt op de rekening-courant van de club.
2. Geconventioneerde leden: 89,50 EUR per club zonder stamnummer ten laste van de groeperingen.
Deze bijdrage vervalt indien er voor de kampioenschapswedstrijden van de groepering geen scheidsrechters worden aangeduid.
3. Toetredende leden: De toetredende leden zijn vrijgesteld van de betaling van deze bijdrage voor hun aangeslotenen.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 63
HOOFDSTUK 7: BETREKKINGEN TUSSEN DE CLUBS EN DE HEN TOEGEWEZEN AANGESLOTENEN
Artikel B351 Disciplinaire macht van de clubs
1. Wanneer een toegewezen aangeslotene zijn verplichtingen tegenover zijn club of één van de andere haar toegewezen aangeslotenen niet naleeft, kan de club tegen de betrokkene de sancties nemen die zij passend acht, of een reclamatie of klacht indienen.
2. Indien een sanctie uitgesproken wordt tegen een speler, worden de gevolgen wat betreft de uitvoering van het contract geregeld conform de bepalingen die betrekkingen tussen de partijen regelen.
Bij gebreke aan dergelijke bepalingen wordt de club niet ontslagen van haar verplichtingen zoals die uit het contract voortvloeien.
3. De sancties, uitgesproken door de club tegen haar toegewezen aangeslotenen, moeten op straffe van nietigheid aan deze laatsten onder aangetekende brief betekend worden. Dit dient, op straffe van verval, te gebeuren binnen de zeven dagen met ingang van de eerste werkdag die volgt op de uitspraak (Art. B21).
Deze betekening moet vermelden:
1° de datum waarop de sanctie werd genomen;
2° de datum waarop de ten laste gelegde feiten of tekortkomingen zich voordeden en de samenvatting ervan; 3° de opgelegde sanctie;
4° de mogelijkheid tot het indienen van verhaal in de vorm en termijnen bepaald in het bondsreglement. Op bondsvlak zijn dergelijke door de club uitgesproken sancties geen beslissingen in eerste aanleg.
4. Een club kan geen sancties opleggen:
- aan één van haar toegewezen aangeslotenen wegens de weigering tot spelen onder het toezicht van de KBVB, behalve wanneer de speler contractueel aan deze club verbonden is;
- aan de aangeslotenen die haar waren toegewezen, wegens feiten die zich voordeden na hun definitieve transfer, hun desaffectatie of hun ontslag.
Artikel B352 Mogelijke sancties van een club ten opzichte van de haar toegewezen aangeslotenen
1. Een club kan volgende sancties nemen ten opzichte van de haar toegewezen aangeslotenen:
- boetes;
- schorsingen;
- voorstelling tot schrapping (Art. B1926).
2. Boetes
21. De club kan aan de haar toegewezen aangeslotenen de boetes opleggen die bepaald zijn in haar huishoudelijk reglement en, indien het gaat om een speler onder contract, in het contract dat de betrekkingen tussen partijen regelt.
Die boetes moeten op straffe van verval binnen de maand, te rekenen vanaf de datum van de betekening aan de betrokkene, worden opgeëist.
22. Wanneer een speler bezwaar indient tegen een boete voor een inbreuk op het spelerscontract, blijven de beperkingen voorzien ofwel in het contract ofwel in het bondsreglement geldig.
3. Schorsing
31. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van Art. B351.4. kan een club, als tuchtmaatregel, voor een bepaalde of onbepaalde tijd afzien beroep te doen op de diensten van één van haar toegewezen aangeslotenen.
De betrokken aangeslotene wordt dan beschouwd als geschorst door de club waaraan hij is toegewezen.
64 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
32. Uitbreiding van de schorsing
Indien de overtreder tegelijkertijd gekwalificeerd is voor een club van een andere entiteit wordt het verzoek waarbij een club tot uitbreiding van de sanctie verzoekt, ter beoordeling voorgelegd aan een Kamer van het Beroepscomité.
De uitbreiding wordt administratief beslist.
Artikel B353 Daden die de eer aantasten
1. De clubs zijn verplicht elke aangeslotene voor te stellen tot schrapping, zodra deze veroordeeld werd bij een in kracht van gewijsde getreden beslissing, tot één van de volgende straffen:
- een criminele straf van meer dan 5 jaar;
- een niet voorwaardelijke gevangenisstraf van minstens zes maanden.
De clubs die nalaten de voorschriften van dit artikel na te leven, worden gestraft met een geldboete van 50,00 tot 500,00 EUR.
In geval van inbreuk is de Geschillencommissie voor het Profvoetbal, het Sportcomité of het Provinciaal Comité bevoegd, naargelang de afdeling waarin de club uitkomt.
2. Het Uitvoerend Comité spreekt de schrapping uit, doch kan deze opheffen, wegens omstandigheden die het soeverein beoordeelt, vóór het verstrijken van de minimale termijn voorzien door het bondsreglement.
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 65
66 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
TITEL 4
DE CLUBLICENTIES EN -LABELS
HOOFDSTUK 1: DE LICENTIES VOOR HET PROFVOETBAL 1A EN 1B
Zie boek P: artikels P401 tot P429
HOOFDSTUK 2: DE LICENTIES VOOR VROUWENPLOEGEN
Zie boeken A en V: zie artikels A431 tot A448 of artikels V431 tot V448
HOOFDSTUK 3: DE JEUGDLICENTIES VOETBAL VLAANDEREN VOOR INTERPROVINCIAAL EN PROVINCIAAL VOETBAL
Zie boek V: artikels V451 tot V455
HOOFDSTUK 4: HET JEUGDLABEL ACFF
Zie boek A: artikels A456 tot A461
HOOFDSTUK 5: DE LICENTIE VAN NATIONALE AMATEURCLUB
Zie boeken A en V: artikels A466 tot A474 of V466 tot V474
HOOFDSTUK 6: FINANCIAL FAIR PLAY BELGIË
Zie boek P: artikels P481 tot P488
Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB 67
68 Boek B behandelt materies die gemeenschappelijk zijn voor KBVB, profvoetbal, ACFF en Voetbal Vlaanderen. Elke verwijzing naar de KBVB
TITEL 5
DE AANGESLOTENEN
HOOFDSTUK 1: HOEDANIGHEID VAN AANGESLOTENE ●
VERBINTENISSEN
Artikel B501 De aansluiting en toewijzing ● Heraansluiting
1. De aansluiting bij de KBVB van een natuurlijk persoon is enkel een administratieve identificatieformaliteit. Ze schept geen contractuele bindingen met de KBVB, noch desgevallend met Voetbal Vlaanderen en ACFF. Zij verleent geen stemrecht op de algemene vergadering.
2. De KBVB beslist soeverein over de aanvaarding of de weigering tot aansluiting.
3. Er bestaan twee categorieën van aangeslotenen:
- de toegewezen aangeslotene: de natuurlijke persoon van wie de aansluiting voorgesteld wordt door een club, en
- de niet-toegewezen aangeslotene: de natuurlijke persoon, die niet wenst toegewezen te worden aan een club, en hetzij
- trainer is;
- geneesheer of zorgenverstrekker is;
- een persoon is die in een officiële bondsinstantie wil zetelen.
Elke toegewezen aangeslotene, die niet-toegewezen aangeslotene wordt, of vice versa, moet het daartoe bestemde aansluitingsdocument ondertekenen.
4. De aangeslotene die toegewezen is aan een club, die tot Voetbal Vlaanderen behoort, is automatisch ook lid van Voetbal Vlaanderen (VV).
5. De aangeslotene die toegewezen is aan een club, die tot de ACFF behoort, is automatisch ook lid van de Association des Clubs de Football Francophones (ACFF).
6. Een afzonderlijk register van de leden die lid zijn van Voetbal Vlaanderen en de ACFF zal steeds beschikbaar zijn.
7. Eenzelfde persoon kan slechts éénmaal aangesloten zijn bij de KBVB. Per entiteit kan hij maar aan één club toegewezen worden.
8. Elke toewijzing vereist de ondertekening en de inzending van een daartoe bestemd document.
Artikel B502 Aanvang en geldigheidsduur van de aansluiting