Energieakkoord Holland Rijnland 2017-2025
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000
Partijen
1. Het college van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, vertegenwoordigd door haar gedeputeerde, de xxxx Xxx Xxxxx
2. Het college van Dijkgraaf en Hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Rijnland, vertegenwoordigd door haar hoogheemraad, xxxxxxx Xxxxxxx Xxxxxx
3. Het Dagelijks Bestuur van de Omgevingsdienst West-Holland, vertegenwoordigd door haar voorzitter, xxxxxxx Xxxxxx Xxxxxx-Xxxxxx
4. De colleges van B&W van de gemeenten:
Xxxxxx aan den Rijn, vertegenwoordigd door haar wethouder, de heer Xx xx Xxxxx Xxxxxxxx, vertegenwoordigd door haar wethouder, de xxxx Xxxxxx Xxxxxxxxx
Xxxx en Braassem, vertegenwoordigd door haar wethouder, xxxxxxx Xxxxxx Xxxxxx-Xxxxxx Xxxxxxx, vertegenwoordigd door haar wethouder, de xxxx Xxxxx Xxxxx
Leiden, vertegenwoordigd door haar wethouder, de xxxx Xxxx Xxxxxx Xxxxxxxxxx, vertegenwoordigd door haar wethouder, de heer Xxxx XxXxxxxx Xxxxx, vertegenwoordigd door haar wethouder, de xxxx Xxxx xx Xxxx
Nieuwkoop, vertegenwoordigd door haar wethouder, xxxxxxx Xxxxxxx Xxxxxxxxx Xxxxxxxxx, vertegenwoordigd door haar wethouder, xxxxxxx Xxxxx Xxxx Xxxx Xxxxxxxxxxxxxxx, vertegenwoordigd door haar wethouder, de xxxx Xxxxxxx Xxxxxx Oegstgeest, vertegenwoordigd door haar wethouder, de xxxx Xxx Xxxxxxx Xxxxxxxxx, vertegenwoordigd door haar wethouder, de xxxx Xxxx xxx Xxxxxx Xxxxxxxxxxx, vertegenwoordigd door haar wethouder, de xxxx Xxxx Xxxxxxxxxx Zoeterwoude, vertegenwoordigd door haar wethouder, de xxxx Xxxx xxx Xxxxx
5. Het Dagelijks Bestuur van Holland Rijnland, vertegenwoordigd door haar voorzitter, de xxxx Xxxxx Xxxxxxxxx
+LHUQD JHQRHPG µ3DUWLMHQ¶
Ambities en verwachtingen
Partijen hebben een gemeenschappelijke ambitie om in 2050 energieneutraal1 te zijn. Partijen verwachten dat zij door regionale inzet op energiebesparing, duurzame energieopwekking, het faciliteren van de warmtetransitie en innovatie, een belangrijke bijdrage leveren aan deze ambitie. Voor 2025 zijn de ambities zo veel mogelijk geconcretiseerd ten aanzien van besparing en opwekking van energie. Deze gezamenlijke ambitie is een aanvulling op de inzet van de individuele partijen. Met dit akkoord verbinden partijen zich jegens elkaar zich in te spannen om de in het akkoord neergelegde ambities en uitvoeringslijnen voor 2025 te realiseren.
1Met energieneutraal wordt in deze overeenkomst bedoeld dat het energieverbruik binnen de regio volledig wordt gedekt door energie uit duurzame energiebronnen of restbronnen, waarvan minstens 80% uit onze eigen regio komt. De resterende 20% wordt ingevuld door onder andere duurzame energiebronnen, restwarmte of geothermie in de nabijheid van onze regio.
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017
Samenwerkingsvorm
Voor het realiseren van deze ambitie is samenwerking tussen publieke en private partners essentieel. Partijen geven deze samenwerking vorm door kennis te delen, te versnellen en samen te werken aan innovatieve voorbeeldprojecten.
De partijen komen het volgende overeen:
1. Partijen onderschrijven de ambities en uitvoeringslijnen, zoals omschreven in het energieakkoord.
2. Partijen gaan een gezamenlijk proces in om per uitvoeringslijn de omschreven ambities voor 2025 te realiseren.
3. Partijen stellen capaciteit en middelen beschikbaar voor de energietransitie in de regio Holland Rijnland voor de periode 2017 en 2018, zoals omschreven in het energieakkoord.
4. Partijen stellen in september 2017 gezamenlijk per uitvoeringslijn een plan van aanpak op met daarin benoemd trekker, acties, beoogd resultaat, benodigde uren, middelen en tijdpad. De basis hiervoor zijn de in het Energieakkoord opgenomen inzet en middelen.
5. De partijen maken gedurende de looptijd van deze overeenkomst elke twee jaar nieuwe afspraken over de inzet van capaciteit en middelen.
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017
Nieuwe deelnemers
Nieuwe deelnemers zijn van harte welkom. Publieke en private partijen kunnen de doelstelling en ambitie van het convenant onderschrijven en zelf bepalen welke concrete acties zij zullen uitvoeren binnen de eigen organisatie en in samenwerking met andere deelnemers.
Ondergetekenden, getekend op 27 september 2017 in Alphen aan den Rijn
De partijen: | |||
Provincie Zuid-Holland | Naam: Handtekening: | Hillegom | Naam: Handtekening: |
Hoogheemraadschap van Rijnland | Naam: Handtekening: | Kaag en Braassem | Naam: Handtekening: |
Omgevingsdienst West-Holland | Naam: Handtekening: | Katwijk | Naam: Handtekening: |
Alphen aan den Rijn | Naam: Handtekening: | Leiden | Naam: Handtekening: |
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 0000
Xxxxxxxxxx | Naam: Handtekening: | Oegstgeest | Naam: Handtekening: |
Lisse | Naam: Handtekening: | Teylingen | Naam: Handtekening: |
Nieuwkoop | Naam: Handtekening: | Voorschoten | Naam: Handtekening: |
Noordwijk | Naam: Handtekening: | Zoeterwoude | Naam: Handtekening: |
Noordwijkerhout | Naam: Handtekening: | Holland Rijnland | Naam: Handtekening: |
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017
Energieakkoord Holland Rijnland 2017-2025
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017 1
1. Aanleiding
Nederland wil in 2050 haar CO2-uitstoot met 95% hebben teruggebracht. Dat is op 12 december 2015 in Parijs overeengekomen in het klimaatakkoord met 195 landen. In dit klimaatakkoord zijn doelen afgesproken, zoals het beperken van de opwarming van de aarde tot minder dan twee graden Celsius en het bereiken van een balans tussen de uitstoot en vastlegging van broeikasgassen. Daarvoor moeten we minder energie gebruiken en overstappen van fossiele brandstoffen naar duurzamere energieoplossingen. De Nationale Energieagenda van het Rijk, uitgebracht in december 2016 , geeft de energietransitie een extra impuls. Daarin staat onder meer dat Nederland in 2050 aardgasvrij moet zijn, enerzijds vanwege de klimaatdoelstellingen, maar ook om de afhankelijkheid van fossiele energie uit het buitenland terug te dringen en de productie van aardgas uit Groningen te reduceren tot nul. Gemeenten worden geacht de regie te pakken in het aardgasvrij maken van de bebouwde omgeving. Omdat grootschalige duurzame energieopwekking een flinke ruimtelijke impact heeft en de ontwikkelingen van warmtenetten om een centrale strategie en sturing vragen, is ook hier een regierol van lokale overheden noodzakelijk.
De gemeenten binnen Holland Rijnland werken allemaal aan de energietransitie. De één wellicht intensiever dan de ander, maar de ontwikkeling is in heel Holand Rijnland zichtbaar. Gezien de complexiteit en de overschrijding van gemeentegrenzen, is regionale samenwerking van groot belang om de doelstellingen te behalen. We verwachten daarbij veel van technologische innovatie, onder andere door het stimuleren van pilotprojecten. Maar uit onderzoek blijkt dat de opgave die voor ons ligt veel te groot is om hier op te wachten. Sinds vorig jaar is de regio al één van de landelijke koplopers in de analyse van de energietransitie. Het is nu tijd om samen door te pakken!
2. Regionale aanpak energietransitie
Vanwege deze ontwikkelingen is het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland sinds januari 2016 voor de gelijknamige regio actief met de energietransitie. Binnen de regio Holland Rijnland hebben meerdere gemeenten hun ambities en doelstellingen rondom energie uitgesproken, meestal als onderdeel van een bredere Duurzaamheidsagenda. De veertien aangesloten gemeenten voeren lokaal al diverse projecten uit. Voor veel van die projecten ligt de kracht in de lokale aanpak. Voor een aantal ontwikkelingen is echter een regionale aanpak noodzakelijk of efficiënter. De inpassing van energieopwekking in ons landschap vraagt om een regionale visie. Alleen dan houden we ons landschap mooi en open. Door activiteiten regionaal te organiseren, kunnen we schaalvoordelen behalen, trajecten versnellen en meer impact realiseren. Dit bereiken de veertien gemeenten alleen in samenwerking met de provincie Zuid-Holland, de omgevingsdiensten en het Hoogheemraadschap van Rijnland. Samen werken wij daarom aan een regionaal uitvoeringsprogramma dat de energietransitie op regionaal niveau in Holland Rijnland moet versnellen. Wij geloven dat door de gezamenlijke aanpak van verschillende onderwerpen ook de eigen gemeentelijke ambities en doelstellingen efficiënter worden behaald.
De energievoorziening voor zowel elektriciteit als warmte zal, in tegenstelling tot nu, lokaal worden en dat heeft consequenties voor bijvoorbeeld ruimtelijke ordening en ruimtelijke kwaliteit. De opwekking van duurzame energie vraagt meer ruimte voor wind- en zonnevelden, biomassateelt, biogas
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017 2
en geothermie, elk met hun eigen ruimtebehoefte. De energieopgave is grensoverschrijdend, zowel ruimtelijk als ten aanzien van bestaande structuren en processen. Om de kracht van het landschap in onze regio te behouden en te versterken, is regionale samenwerking rondom energieopwekking simpelweg noodzakelijk. Ook de ontwikkeling van een nieuwe energie-infrastructuur moet op regionale schaal worden aangepakt om optimale synergie te bereiken en desinvesteringen te voorkomen. De deelnemers aan dit akkoord zien de regio als vanzelfsprekend schaalniveau om dit vraagstuk aan te pakken.
De regio Holland Rijnland staat bekend als koploper in de energietransitie. Dit is vanwege de manier waarop wij de opgave en de ruimtelijke consequenties van de energietransitie in beeld brengen. Dit startte met een analyse voor de tien Hart van Holland-gemeenten. De analyse was het resultaat van een uitgebreid proces met deelnemers vanuit de provincie, ministeries, netbeheerders, energieleveranciers, bewoners en regioambtenaren. Dit onderzoek hebben wij uitgebreid en opgeschaald naar de veertien Holland Rijnland-gemeenten. Door het gelopen proces, de analyse en de regionale opschaling vervullen wij een voorbeeldfunctie YRRU DQGHUMeHt ditUreHgiJonLaleRu¶itvVoe ringsprogramma is nu de ambitie om ook bij de uitvoering deze koploperspositie vast te houden.
Hoogheemraadschap van Rijnland
Het Hoogheemraadschap van Rijnland zet in op energiebesparing en duurzame energieopwekking. Deze collegeperiode onderzoekt het Hoogheemraadschap of en hoe Rijnland energieneutraal kan worden. Het is daarbij essentieel om tempo te maken in de uitvoering van maatregelen die haalbaar zijn op basis van positieve businesscases. Naast het benutten van biogas, zet Rijnland daarbij vooral in op energiebesparende maatregelen op
GH $IYDOZDWHU]XLYHULQJVLQVWDOODWLHV $:=,¶V HQ KHW SODDWVHQ YDQ ]RQQHSDQH
Provincie Zuid-Holland
De provincie Zuid-Holland heeft GLW MDDU GH SURYLQFLDOH (QHUJLHDJHQGD -µHo:llaDnWd iWs d eDenQerGgiHetrUanVsi¶tie ééRnSJHVWH van haar economische speerpunten. Er staat een warmteleiding gepland door het oostland (van Rijnmond naar Leiden) om restwarmte uit het
havengebied en aardwarmte uit de regio beschikbaar te maken, onder andere voor de regio Holland Rijnland. Andere doelen zijn de verbetering van energie-efficiency van bedrijven en CO2-reductie. Daarnaast zoekt de provincie Zuid-Holland naar een nieuwe manier om te beoordelen waar in het landschap ruimte is voor de opwekking van duurzame energie. De provincie wil graag komen tot nadere (uitvoerings-)afspraken met de regionale partners en vraagt ook Holland Rijnland hieraan bij te dragen. Juist voor ontwikkelingen met een ruimtelijk aspect, is de rol van de regio belangrijk voor de provincie. Met deze aanpak streeft de provincie naar een CO2-neutrale Zuidhollandse bebouwde omgeving in 2035.
VNG
De VNG ondersteunt gemeenten bij de energietransitie. Het Programma Energie leidde tot de totstandkoming van een actief en enthousiast netwerk van Nederlandse gemeenten.
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017 3
Nationaal Energieakkoord en nationale Energieagenda
In Europees verband is afgesproken dat Nederland in 2020 ten opzichte van 1990, 20% meer energie bespaart , 14% meer hernieuwbare grondstoffen gebruikt en 20% minder CO2 uitstoot . Deze ambitieuze doelstellingen moeten wij met z¶n allen in Nederland realiseren. In 2013 sloot het kabinet een energieakkoord met onder meer werkgevers, vakbonden, milieuorganisaties, UvW en de VNG. Hierin staan afspraken met doelen tot 2023. Het aandeel hernieuwbare energie in de totale nationale energieopwekking moet 16% zijn in 2023. Het akkoord levert 15.000 extra banen op en een lastenverlichting YDQ ¼ H etPMLiniOsteMrieRvHanQE conomische Zaken organiseerde daarvoor in 2016 een energiedialoog om de transitie aan te jagen. Op basis hiervan is eind 2016 een nationale energieagenda opgesteld.
In de Energieagenda geeft het Rijk aan hoe in Nederland in 2050 nauwelijks nog CO2 wordt uitgestoten. In de energietransitie stuurt het kabinet aan op een reductie van de uitstoot van broeikasgassen (CO2). Daarbij is het belangrijk dat de investeringen die de komende jaren in Nederland worden gedaan, passen bij een CO2-arme energievoorziening. Op deze manier wil het Rijk de economische kansen benutten die de energietransitie met zich meebrengt. Het kabinet zet in op vermindering van de energievraag door middel van energiebesparing en reductie van aardgasgebruik door stimulering van duurzaam opgewekte elektriciteit en duurzame warmte. Een van de uitspraken in de energieagenda is dat er in nieuwbouwwijken geen nieuwe gasnetten meer worden aangelegd en dat de aansluitplicht op een gasinfrastructuur wordt vervangen door een algemeen warmterecht. De regie op deze ontwikkelingen legt het Rijk bij de gemeenten.
De vraag is nu hoe het nieuwe kabinet dit thema gaat oppakken. IPO, VNG en Unie van Waterschappen zonden op 29 maart 2017 de informateur hun JH]DPHQOLMNH LQYHVWHULQJVDJHQGD µ1DDU HHQ GXXU]DDP 1HGHUODQrGsc¶ha pp en0dHe W GH LQYH
overgang naar een energieneutraal en klimaatbestendig Nederland versnellen.
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017 4
3. Ambitie 2050
Onze regionale ambitie is om in 2050 een energieneutrale regio te zijn en daarmee bij te dragen aan de nationale en internationale doelstellingen op het gebied van klimaat en energie. De definitie van energieneutraal die wij hierbij hanteren is: het energieverbruik binnen de regio wordt volledig gedekt door energie uit duurzame energiebronnen of restbronnen, waarvan minstens 80% uit onze eigen regio komt. De resterende 20% wordt ingevuld door onder andere restwarmte of geothermie uit de nabijheid van onze regio. Daarnaast zetten we in op 30% energiebesparing (10 PJ) ten opzichte van ons huidige energiegebruik. Daarmee stoot de regio in 2050 nauwelijks meer CO2 uit voor de energievoorziening. In 2050 gebruiken we geen aardgas meer in de gebouwde omgeving. Wij onderschrijven hiermee de landelijke en provinciale ambities gericht op energiebesparing en opwekking van hernieuwbare energie.
Als regio lopen we nu voorop in de analysefase van de energietransitie. Als we hiermee doorpakken, kunnen wij onze doelstellingen halen en als kennisregio een voorbeeld blijven voor Nederland ten aanzien van de regionale energiestrategie en de realisatie van duurzaamheidsdoelstellingen. Hierbij houden we aandacht voor de impact op de unieke landschappelijke kwaliteiten. De energietransitie zien wij daarbij juist als een kans voor versterking van landschap en imago. Neem als voorbeeld de inpassing van een parkeergarage en de kustversterking in de Katwijkse duinen. Als onderdeel van de resterende 20% rekenen wij ook de warmte die via de leiding over oost wordt aangevoerd.
4. Ambitie 2025
De ambitie voor 2050 is de stip aan de horizon. Om de ambitie te kunnen vertalen in concrete acties, geven we hieronder aan hoever we in 2025 willen zijn met besparing en duurzame opwekking van energie. In de tabellen wordt het aantal Petajoule (PJ) 2 weergegeven die we de komende jaren gebruiken en willen opwekken.
De ambities voor 2025 zijn:
x 2,5 PJ minder energieverbruik ten opzichte van 2014
Door stevig in te zetten op energiebesparing verwachten wij geen groei van het energieverbuik maar een gestage terugloop. Hoe minder energie we verbruiken, des te minder we met zijn allen hoeven op te wekken. Middelen om te besparen zijn: isolatie, hoog rendementsglas, toepassing van warmtepompen en warmtewisselaars (lucht, water bodem), warmteterugwinning en riothermie.
2 Petajoule (PJ) is een eenheid om de hoeveelheid opgewekte energie weer te geven. 1 PJ = 1015 J. 1 PJ komt ongeveer overeen met het gebruik van 15.0000 huishoudens.
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017 5
x 2,5 PJ duurzaam opgewekt door zonnepanelen op daken (0,7 PJ), zonnevelden (1 PJ) en wind (0,8 PJ)
Het opwekken van energie door zonnepanelen op daken is technisch en financieel haalbaar en heeft veel draagvlak in de regio. Hier willen we dan ook snel op inzetten. Zonnevelden en windturbines hebben een grote potentie, maar ook een groot effect op het landschap. Dit vraagt om een zorgvuldige afweging van belangen en een goede ruimtelijke inpassing.
x Stimuleren andere vormen van duurzaam opgewekte energie, zoals biomassa en geothermie
Energieopwekking door de inzet van biomassa heeft een groot effect op het landschap, in relatie tot de opbrengst. De potentie voor geothermie in onze regio is relatief klein en de proefboeringen zijn op dit moment nog onzeker en duur. Deze vormen van duurzame energie en warmte stimuleren we en de ontwikkelingen houden we nauwlettend in de gaten. Daarnaast stimuleren we innovatieve vormen van duurzame energieopwekking, waar mogelijk.
x Stevig inzetten op de warmtetransitie
In onze regio is de behoefte aan warmte groot, terwijl we vooral potentie zien in duurzame energieopwekking. Het omzetten van energie in warmte is niet efficiënt. Deze mismatch willen we zo veel mogelijk opheffen door in te zetten op de warmtetransitie. Hierbij koppelen we warmtevragers aan warmtegevers.
Energiebesparing
2014 2021 2025 2029 2033 2037 2041 2045 2049
40
30
20
10
0
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017 6
1,5
Zon op daken
1
0,5
0
2017 2021 2025 2029 2033 2037 2041 2045 2049
3
2,5
2
1,5
1
0,5
0
12
10
8
6
4
2
Geothermie
2017 2021 2025 2029 2033 2037 2041 2045 0000
Xxxxxxxxxxx
1,2
1
0,8
0,6
0,4
0,2
0
10
8
6
4
2
Biomassa
2017 2021 2025 2029 2033 2037 2041 2045 2049
Wind
0
2017 2021 2025 2029 2033 2037 2041 2045 2049
0
2017 2021 2025 2029 2033 2037 2041 2045 2049
5. Potentie in onze regio
De regio Holland Rijnland heeft een oppervlakte van 542 km2 en telt 225.145 huishoudens. In 2014 was het energieverbruik in de regio 34,6 PJ. In opdracht van de regio voerde bureau Posad een onderzoek uit. De centrale vraag in dat onderzoek is wat er moet gebeuren om in 2050 energieneutraal te zijn. Uit het onderzoek blijkt dat er in 2050 zonder ingrijpen regionaal 36,6 PJ aan energie wordt verbruikt. Het potentieel voor energiebesparing tot
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017 7
2050 wordt geschat op 9,8 PJ. Om in 2050 energieneutraal te zijn, moeten we dus nog 26,8 PJ aan energie duurzaam opwekken. Als we maximaal inzetten op duurzame energieopwekking in de vorm van wind, zon, geothermie en biomassa, dan is het mogelijk om in 2050 23,8 PJ op te wekken. Hierbij is al rekening gehouden met besparing, harde ruimtelijke restricties en doorontwikkeling van innovatieve toepassingen. Maar zelfs volledige inzet op besparing en opwekking is nog onvoldoende om als regio volledig zelfstandig energieneutraal te worden. Gelukkig zijn we als regio onderdeel van een groter geheel, en kunnen we mogelijk gebruikmaken van restwarmte uit het Rotterdamse havengebied. Momenteel wordt een businesscase nader uitgewerkt om deze restwarmte via een warmteleiding naar Leiden te brengen waar het in eerste instantie het bestaande stadswarmtenet gaat voeden. De inzet van deze warmteleiding is niet verwerkt in het onderzoek van Posad. Ook warmte- en koudewinning uit het oppervlaktewater is niet meegenomen in de studie van Posad en heeft mogelijk ook grote potentie. Aanspraak maken op duurzame energie van zee of surplussen uit andere UHJLR¶V ëOelL, aManNgeWzi enQoLp nHaWtio naUalHniveau ook bovenregionale energiebehoeften moeten worden opgelost, zoals voor mobiliteit en grote industriële complexen.
Energiegebruik Potentie opwekking duurzame energie
Dat we nog een flinke weg hebben af te leggen, blijkt wanneer we kijken hoeveel duurzame energie we momenteel in onze regio opwekken, dat is naar schatting nog geen 0,8 PJ. Voor een energieneutrale regio moeten we dus bijna 30 keer zo veel opwekken. Een flinke opgave.
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017 8
6. Strategie en uitvoeringsprogramma
Onze strategie is een aanpak waarbij de veertien gemeenten in Holland Rijnland, de provincie Zuid-Holland, het Hoogheemraadschap van Rijnland en de Omgevingsdienst West-Holland samen al lerend van elkaar en elkaar ondersteunend een regionaal uitvoeringsprogramma opzetten en uitvoeren. Daarbij
zoeken wij waar mogelijk ook de samenwerking met partners als netbeheerders, energiebedrijven, bedrijfsleven HQ RPULQJHQGH UHJLR¶V
Kernwoorden in onze aanpak zijn:
x het versnellen van de energietransitie door het gezamenlijk uitwerken van een aantal uitvoeringslijnen. Alleen op deze wijze halen we de ambities in 2025 en 2050. Onderdeel hiervan is het faciliteren en stimuleren van lopende initiatieven en het initiëren en uitvoeren van e-consiche pilotprojecten;
x het maken van een schaalsprong voor de energietransitie door een regionale uitwerking van uitvoeringslijnen. Op deze wijze kunnen we het beste kennis delen. Daarnaast overstijgen veel opgaven de lokale schaal en dienen deze regionaal te worden opgepakt;
x kennisdeling en leren van elkaars successen op het thema energie met partners, zowel binnen als buiten de regio, als basis voor een goede energietransitie;
Inhoudelijk kent het uitvoeringsprogramma de volgende onderdelen:
1. Energiebesparing
2. Hernieuwbare energie
3. Innovatie en vernieuwing
4. Onderzoek, kennis en ondersteuning.
Binnen het programma bepalen de partners in overleg hun prioriteiten en accenten. Voor de pilotprojecten (kaders) wordt uiterlijk september 2017 een plan van aanpak opgesteld, waarin inzicht wordt gegeven in de opgave, de actiehouder en de benodigde middelen.
A. Energiebesparing
Inzet: gezamenlijk zo veel mogelijk besparen op het energieverbruik binnen de regio. De afzonderlijke partners hebben ieder een eigen rol binnen hun werkgebied. Op een aantal onderwerpen zien wij voordelen in een regionale aanpak. De regionale uitvoeringslijn hierin is:
1. Energiebesparing ±ambitie in 2025 van 2,5 PJ besparing
Energiebesparing in de bebouwde omgeving en nieuwbouw stimuleren. Tegelijkertijd zichtbaar maken wat overheden zelf aan energiebesparing realiseren als µYRRUEHHOGL. EJeHn e eRrstYe,HbeUlaKngHrijLkeGst¶ap daarin is het in kaart brengen van het huidige verbruik, de
Energieakkoord Xxxxxxx Xxxxxxxx 0000-0000 ±27 september 2017 9