NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
VR 2019 0103 DOC.0284/1
DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN
NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
Betreft: Overeenkomst tussen het Vlaams Gewest en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten: uitbouw gemeentelijk ondersteuningsplatform Vervoerregiowerking
1. INHOUDELIJK
In het kader van de uitrol van de basisbereikbaarheid werd een overeenkomst opgemaakt tussen het Vlaams Gewest (departement Mobiliteit en Openbare werken) en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten. Deze overeenkomst maakt de uitbouw van een ondersteuningsplatform mogelijk in het kader van de Vervoerregiowerking.
Het Vlaamse mobiliteitsbeleid introduceert de vervoerregiowerking als nieuwe vorm van interbestuurlijk overleg tussen de relevante (overheids)mobiliteitspartners. Binnen de vervoerregio’s, bestaande uit meerdere gemeenten en entiteiten van het beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken, wordt de afstemming op de regionale vervoersvraag bewaakt, op basis van de reële en potentiële vervoersstromen.
De vervoerregio staat in voor de bottom-up bewaking, sturing en evaluatie van de basisbereikbaarheid van de regio. De vervoerregio geniet grote(re) vrijheid om de basisbereikbaarheid te regisseren. De vervoerregioraad is het overlegorgaan binnen de vervoerregio.
De Vlaamse Regering besliste op 20 juli 2018 over de indeling van de Vlaamse gemeenten in 15 vervoerregio’s. De Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, werd gelast de vervoerregioraden op te starten in de 15 afgebakende regio’s en de vervoerregiowerking als vernieuwende vorm van interbestuurlijke dialoog verder uit te rollen.
De ambitie ligt hoog en de wil bestaat bij lokale besturen om deze ambitie ook te realiseren in partnerschap. Toch zal hierbij extra versterking noodzakelijk zijn om deze competenties bij de lokale besturen te ontwikkelen en vanuit het theoretische en beleidsmatige concept een daadkrachtig werkend regionaal mobiliteitsbeleid te ontwikkelen.
Deze samenwerking heeft als doel de gemeenten te ondersteunen bij de uitbouw van de vervoerregiowerking. Dit door het realiseren van een netwerkorganisatie over de lokale besturen heen vanuit een communicatieve en wervende aanpak, door het verzamelen en uitwisselen van kennis, praktijkervaringen, visies en voorbeeldprojecten betreffende de rol van en aanpak van
gemeenten in de vervoerregio’s. Uitgangspunt is de nood van mandatarissen en medewerkers die actief zijn op lokaal niveau om bij deze nieuwe verantwoordelijkheid snel en agile te kunnen leren en handelen.
Werken op vervoerregioniveau is immers anders dan op gemeenteniveau. Soms is het belang op het ene niveau niet volledig gelijklopend met dat op het andere niveau. Op basis van de juiste informatie moeten er oplossingen komen die de belangen van beide niveaus zo veel mogelijk met elkaar verzoenen. Bovendien liggen oplossingen voor mobiliteitsproblemen vaak buiten de eigen gemeentegrenzen. Ook grootstedelijke problematieken hebben een gezamenlijke regionale aanpak nodig, met begrip voor wat langs verschillende kanten.
De VVSG zal in het kader van deze overeenkomst een intern platform opzetten voor de lokale mandatarissen en ambtenaren zodat informatie, vragen, nieuwe inzichten en goede praktijken zo snel mogelijk kan doorstromen binnen haar eigen netwerk en in relatie met ons departement. Voor dit platform zal de VVSG 2 personeelsleden aantrekken, een coördinator en een beleidsmedewerker. De werking loopt tot eind 2021, kan eventueel verlengd worden, maar ook vroeger worden stopgezet.
Op voorstel van de inspecteur van Financiën wordt beroep gedaan op de rechtsfiguur van de niet- geïnstitutionaliseerde horizontale samenwerking, zoals beschreven in artikel 31 van de Wet overheidsopdrachten van 17 juni 2016. Dit impliceert dat er niet meer gesproken wordt over een subsidie, maar over een overeenkomst tegen terugbetaling waarbij de begunstigde die terugbetaling kan bekomen voor zover die daarvoor een kostenonderbouwing bezorgt.
2. WEERSLAG VAN HET VOORSTEL OP DE BEGROTING VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP
Er wordt een bedrag van 600.000 euro ingeschreven in de begroting, zijnde een terugbetaling van maximum 200.000 euro per jaar gedurende 3 jaar. Volgende basisallocatie wordt hiervoor gebruikt: MB0-1MEF2EA-WT, basisbereikbaarheid, 1ME023.
Het advies van de Inspectie van Financiën werd ontvangen op 7 januari 2019. Dit was ongunstig voor de hem bezorgde overeenkomst onder de vorm van een subsidie-overeenkomst. “Voor zover het voorstel van IF inzake niet-geïnstitutionaliseerde horizontale samenwerking zou worden gevolgd en de overeenkomst in die zin wordt herwerkt kan wel een gunstig advies gegeven worden aan voorliggend initiatief.”
Aan deze voorwaarde is voldaan.
Het begrotingsakkoord werd verleend op 21 februari 2019.
3. WEERSLAG VAN HET VOORSTEL OP DE LOKALE BESTUREN
Deze overeenkomst heeft als doel de gemeenten te ondersteunen bij de uitbouw van de vervoerregiowerking. Uitgangspunt is de nood van mandatarissen en medewerkers die actief zijn op lokaal niveau om bij deze nieuwe verantwoordelijkheid snel en agile te kunnen leren en handelen.
4. WEERSLAG VAN HET VOORSTEL OP HET PERSONEELSBESTAND EN DE PERSONEELSBUDGETTEN
Er is geen weerslag op het personeelsbestand.
5. VOORSTEL VAN BESLISSING
De Vlaamse Regering beslist:
1° haar goedkeuring te hechten aan de overeenkomst met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten om een ondersteuningsplatform Vervoerregiowerking op te richten, in het kader van de uitrol van de basisbereikbaarheid.
2° de Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn te gelasten voornoemde overeenkomst te ondertekenen.
De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn,
Xxx XXXXX
Bijlagen:
- de goed te keuren overeenkomst met de VVSG
- het advies van de Inspectie van Financiën
- het begrotingsakkoord