ALGEMENE VOORWAARDEN – VERSIE A – VERSIE 9 – 1 OKTOBER 2022
ALGEMENE VOORWAARDEN – VERSIE A – VERSIE 9 – 1 OKTOBER 2022
1. DEFINITIES
In de Raamovereenkomst hebben de onderstaande woorden en begrippen de volgende betekenis:
Algemene Voorwaarden deze algemene voorwaarden die deel uitmaken van de Raamovereenkomst.
Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2
artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2 van het Belgisch Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, voor het laatst gewijzigd door de wet van 5 juli 2022.
Audiovisueel Werk het in aanmerking komend Werk, dat wil zeggen een Europees audiovisueel Werk, dat voldoet aan de voorwaarden zoals bepaald in Artikel 194ter §1, 1ste lid, 4°, dat het voorwerp vormt van de Raamovereenkomst en waarvan de voornaamste kenmerken zijn opgenomen in Luik II van deze Raamovereenkomst. Er wordt uitdrukkelijk tussen de Partijen overeengekomen dat de Producent, onder zijn volledige verantwoordelijkheid, de mogelijkheid heeft om deze voornaamste kenmerken te wijzigen, zolang hij niets wijzigt aan de identificatie van het Werk.
Belgische uitgaven de productie- en exploitatie-uitgaven van het Werk die in België worden gedaan in de zin van Artikel 194ter, §1, 7°, i.e. de in België gedane uitgaven die betrekking hebben op de productie en exploitatie van het Werk (zowel rechtstreeks in de zin van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 8° of, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 1°als onrechtstreeks in de zin van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 9°, of, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 2°) en waaruit beroepsinkomsten voortvloeien welke, ten name van de begunstigde, belastbaar zijn in de personenbelasting, in de vennootschapsbelasting of in de belasting van niet-inwoners aan het gewone stelsel van aanslag, met uitzondering van uitgaven die in hoofde van de productievennootschap aangemerkt kunnen worden als niet als beroepskosten aftrekbare bedragen vermeld in artikel 206/1, tweede lid, 2° WIB 1992, alsmede van alle andere kosten die niet werden gedaan voor de productie of de exploitatie van het in aanmerking komend Werk.
Budget het globale budget van de uitgaven die nodig zijn om de productie van het Werk te waarborgen, zoals opgenomen als Bijlage I van Luik II bij de Raamovereenkomst.
Europese uitgaven de kwalificerende productie- en exploitatie-uitgaven in de Europese Economische Ruimte in de zin van Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 6°, i.e. de uitgaven die zijn verricht in de Europese Economische Ruimte met betrekking tot de productie en de exploitatie van het Werk, in de mate dat tenminste 70% van deze uitgaven, uitgaven zijn die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie.
Investeerder de Belgische vennootschap of de Belgische inrichting van een buitenlandse vennootschap, die voldoet aan de voorwaarden zoals gesteld in Artikel 194ter,
§1,1ste lid, 1°, die een Investering uitvoert onder de in de Raamovereenkomst bepaalde voorwaarden, uitgebreider omschreven in de preambule van Luik I en in de Bijlage III van Luik II van de Raamovereenkomst.
Investering het aandeel van de Investeerder dat de deelname aan de financiering van het Werk vormt, voor het definitief forfaitair totaalbedrag zoals nader bepaald in artikel 2.1 van Luik I van de Raamovereenkomst.
Podiumproductie het in aanmerking komend Werk, dat wil zeggen een nieuwe Europese podiumproductie, dat voldoet aan de voorwaarden zoals bepaald in Artikel 194ter/1, §2, dat het voorwerp vormt van de Raamovereenkomst en waarvan de voornaamste kenmerken zijn opgenomen in Luik II van deze Raamovereenkomst. Er wordt uitdrukkelijk tussen de Partijen overeengekomen dat de Producent, onder zijn volledige verantwoordelijkheid, de mogelijkheid heeft om deze voornaamste kenmerken te wijzigen, zolang hij niets wijzigt aan de identificatie van het Werk.
Premie de aan de Investeerder uitgekeerde som overeenkomstig artikel 2.5 van Luik I van de Raamovereenkomst.
Première de eerste voorstelling van de podiumproductie in België of in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte die ten laatste twee maanden na de eerste Try-Out plaatsvindt.
Producent de in aanmerking komende productievennootschap die het Werk produceert die aan de voorwaarden voldoet zoals gesteld in Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 2°, en Artikel 194ter/1 §1, uitgebreider omschreven in de preambule en in de Bijlage II van Luik II van de Raamovereenkomst.
Raamovereenkomst deze raamovereenkomst, bestaande uit Luik I, Luik II, de Algemene Voorwaarden alsook het geheel van hun Bijlagen die daar onlosmakelijk deel van uitmaken, waarbij het geheel samen een raamovereenkomst vormt in de betekenis van Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 5°.
Tax Shelter Attest het fiscaal attest, afgeleverd door de Federale Overheidsdienst Financiën en bedoeld in Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 10°, of een deel van dit fiscaal attest.
Tussenpersoon de naamloze vennootschap CASA KAFKA PICTURES, ingeschreven bij de KBO onder het ondernemingsnummer 0877.535.640, die op 10 februari 2015 de erkenning als in aanmerking komende tussenpersoon in het kader van de Tax Shelter-regeling “audiovisueel” en op 2 maart 2017 als in aanmerking komende tussenpersoon in het kader van de Tax Shelter-regeling “podiumkunsten” van de Minister van Financiën heeft gekregen, met zetel te 0000 Xxxxxxxxx, Xxxxx Xxxxxxxxxxx 2, en wier doel als volgt wordt omschreven: « De vennootschap heeft als hoofddoel, zowel in België als in het buitenland, voor eigen rekening of voor rekening van derden of in deelneming met derden, rechtstreeks of door tussenkomst van filialen, iedere theoretische of materiële verrichting uit te voeren in verband met het zoeken naar investeerders die bereid zijn om deel te nemen aan de financiering van de productie van audiovisuele werken, podium- of theaterwerken, nieuw of niet, zoals een theaterstuk, een musical, een ballet, een opera, een muzikale recital, een circus, een straatspektakel en/of een totaalspektakel. De vennootschap heeft eveneens als doel elke theoretische of materiële verrichting in verband met het zoeken naar investeerders die bereid zijn om deel te nemen aan de financiering van letterkundige werken, muziek, interactieve werken, modecollecties, beeldende kunsten, videospelen en alle andere evenementen en dragers van elke aard, met, onder andere, een culturele of sportieve draagwijdte in de brede zin, die beoogd kunnen worden door de wetgeving op de tax shelter of enige andere wetgeving ter fiscale ondersteuning aan ondernemingen en aan particulieren die in deze sectoren actief zijn. De vennootschap heeft eveneens als doel het beheer, het bestuur, het advies, de consultatie, de technische expertise, de bijstand, de vorming, de marketing, de vertegenwoordiging, het bemiddelaarschap en alle andere diensten in het algemeen op het gebied van de financiering van de productie van voormelde werken en evenementen. De vennootschap heeft eveneens als bijkomend doel, zowel in België als in het buitenland, voor eigen rekening of voor rekening van derden of in deelneming met derden, rechtstreeks of door tussenkomst van filialen, iedere theoretische of materiële verrichting inzake het ontwerp, de ontwikkeling, de creatie, de productie, de verwezenlijking, de exploitatie, de verdeling, de verkoop, de verhuur en alle andere diensten in het algemeen in verband met audiovisuele werken en in verband met de diversifiëring van afgeleide producten en diensten in de ruime zin van het woord verbonden aan de radio- en televisieprogramma’s van de RTBF. De vennootschap mag binnen de perken van haar maatschappelijk doel, in het algemeen, zowel rechtstreeks als onrechtstreeks, zowel in België als in het buitenland, alle industriële, commerciële, financiële, burgerlijke, roerende en onroerende verrichtingen uitvoeren die van aard zijn om haar onderneming rechtstreeks of onrechtstreeks uit te breiden of te promoten. Zij mag zich door middel van inbreng, overdracht, fusie, intekening, participatie, financiële tussenkomst of op iedere andere wijze interesseren in alle andere vennootschappen, ondernemingen, verenigingen of zaken die een met haar eigen doel identiek, gelijkaardig of aanverwant doel hebben of de verwezenlijking ervan in de hand kunnen werken of de commercialisatie van haar producten of diensten kunnen vergemakkelijken. Zij kan alle roerende en onroerende goederen verwerven, ook die welke geen enkel rechtstreeks of onrechtstreeks verband houden met het doel van de vennootschap. »
Try-Out een proefvoorstelling van de Podiumproductie bedoeld om de reactie van het publiek te peilen en eventueel alsnog wijzigingen in de Podiumproductie aan te brengen waarvoor de toegangsprijs die wordt aangerekend aan het publiek beduidend lager ligt dan de toegangsprijs voor de Première en de daaropvolgende voorstellingen.
Werk het Audiovisueel Werk of de Podiumproductie.
2. VOORWAARDEN BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN DE VRIJSTELLING
2.1. Tegen de voorwaarden en binnen de grenzen vastgelegd in Artikel 194ter geniet de Investeerder een voorlopige vrijstelling van zijn belastbare winst voor het belastbaar tijdperk waarin de Raamovereenkomst wordt getekend, ten belope van vierhonderd eenentwintig % (421%) van de sommen waartoe hij zich verbonden heeft te storten in uitvoering van de Raamovereenkomst, voor zover deze werkelijk door de Investeerder gestort zijn binnen de drie maanden na de ondertekening van de Raamovereenkomst.
2.2. Deze vrijstelling wordt hem, voor elk belastbaar tijdperk, verleend ten belope van een bedrag beperkt tot vijftig % (50%), met een maximum van, voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten laatste afsluit op 31 december 2022, twee miljoen euro (2.000.000 EUR), en, voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op 1 januari 2023, van één miljoen euro (1.000.000 EUR), van de belastbare gereserveerde winst van het belastbaar tijdperk, vastgesteld vóór de samenstelling van de vrijgestelde reserve zoals bedoeld in Artikel 194ter, §4, 1°.
2.3. Indien een belastbaar tijdperk geen of onvoldoende winst oplevert om de sommen ter uitvoering van de Raamovereenkomst te kunnen aanwenden, wordt de voor dat belastbaar tijdperk niet verleende vrijstelling achtereenvolgens overgedragen op de winst van de volgende belastbare tijdperken tot, ten laatste voor het aanslagjaar verbonden met het vierde belastbaar tijdperk dat volgt op het jaar van de ondertekening van de Raamovereenkomst en waarbij de vrijstelling per belastbaar tijdperk nooit hoger mag zijn dan de grenzen zoals bedoeld in artikel 2.2 supra.
De Investeerder die, tijdens een belastbaar tijdperk waarvoor het tarief van de vennootschapsbelasting bedoeld in het WIB 1992, artikel 215, eerste lid, 33 pct. bedraagt, sommen heeft gestort waarbij het belastbaar tijdperk onvoldoende winst kent om de vrijstelling bedoeld in Artikel 194ter, §2 uit te oefenen, en die daarom overeenkomstig Artikel 194ter, §3, tweede lid de niet verleende vrijstelling achtereenvolgens overdraagt naar de volgende belastbare tijdperken, kan bij de eerste overdracht van deze niet verleende vrijstelling een vermenigvuldigingscoëfficiënt toepassen van:
- 356/310 indien het tarief van de vennootschapsbelasting 29 pct. bedraagt voor het belastbaar tijdperk waarnaar het niet uitgeoefende deel van de vrijstelling wordt overgedragen;
- 421/310 indien het tarief van de vennootschapsbelasting 25 pct. bedraagt voor het belastbaar tijdperk waarnaar het niet uitgeoefende deel van de vrijstelling wordt overgedragen.
De Investeerder die, tijdens een belastbaar tijdperk waarvoor het tarief van de vennootschapsbelasting bedoeld in het WIB 1992, artikel 215, eerste lid, 29 pct. bedraagt, sommen heeft gestort waarbij het belastbaar tijdperk onvoldoende winst kent om de vrijstelling bedoeld in Artikel 194ter, §2 uit te oefenen, en die daarom overeenkomstig Artikel 194ter, §3, tweede lid de niet verleende vrijstelling achtereenvolgens overdraagt naar de volgende belastbare tijdperken, kan bij de eerste overdracht van deze niet verleende vrijstelling een vermenigvuldigingscoëfficiënt toepassen van 421/356 indien het tarief van de vennootschapsbelasting 25 pct. bedraagt voor het belastbaar tijdperk waarnaar het niet uitgeoefende deel van de vrijstelling wordt overgedragen.
Voor het belastbaar tijdperk waarvoor het tarief van de vennootschapsbelasting bedoeld in het WIB 1992, artikel 215, eerste lid, 25 pct. bedraagt, wordt het maximumbedrag bedoeld in Artikel 194ter, §3, eerste lid opgetrokken tot 2.000.000 EUR voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten laatste afsluit op 31 december 2022 en tot 1.000.000 EUR voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op 1 januari 2023.
2.4. De definitieve vrijstelling is hoe dan ook beperkt tot tweehonderdendrie % (203 %) van de uiteindelijk verwachte fiscale waarde van het Tax Shelter Attest zoals aangegeven in artikel 3.2. van Luik II van de Raamovereenkomst. Het eventuele overschot van de bedragen die werden betaald en die als voorlopig vrijgestelde winst werden geboekt overeenkomstig Artikel 194ter, §2 en §3, of Artikel 194ter/1, §5 wordt beschouwd als winst van het belastbaar tijdperk tijdens hetwelk het Tax Shelter Attest werd afgeleverd.
3. VERKLARINGEN EN GARANTIES VAN DE INVESTEERDER
3.1. De Investeerder verklaart een binnenlandse vennootschap of een Belgische inrichting van een belastingplichtige bedoeld in artikel 227, 2° van het WIB van 1992 te zijn. Hij verklaart geen in aanmerking komende productievennootschap te zijn, noch een gelijkaardige productievennootschap die niet erkend is, noch een aan één van deze verbonden vennootschap in de zin van artikel 1:20 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen die deelneemt aan het desbetreffende in aanmerking komende Werk, noch een televisieomroep in de zin van Artikel 194ter. De Investeerder verklaart en waarborgt dat zijn doel het doel is zoals beschreven zal zijn in de Bijlage III van Luik II van de Raamovereenkomst.
3.2. De Investeerder verklaart kennis te hebben genomen van het feit dat hij de belastingvrijstelling niet kan genieten indien hij in gebreke blijft het bedrag zoals bedoeld in artikel 2.1 van Luik I van de Raamovereenkomst te storten binnen de drie maanden na de ondertekening van die Raamovereenkomst.
3.3. De Investeerder verklaart kennis te hebben genomen van de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2, van de Prospectus en de eventuele Supplementen hieraan zoals opgemaakt door de Tussenpersoon en goedgekeurd door de FSMA, en de door deze artikelen gestelde voorwaarden van voorlopige en definitieve vrijstelling. Meer bepaald:
- ten name van de Investeerder wordt de belastbare gereserveerde winst voorlopig vrijgesteld voor het belastbaar tijdperk waarin de Xxxxxxxxxxxxxxxx is getekend ten belope vierhonderd eenentwintig % (421%) van de sommen waartoe de Investeerder zich in de loop van het belastbaar tijdperk in uitvoering van de Raamovereenkomst verbonden heeft, voor zover deze werkelijk door de Investeerder gestort zijn binnen de drie maanden na de ondertekening van de Xxxxxxxxxxxxxxxx;
- per belastbaar tijdperk wordt deze voorlopige vrijstelling verleend ten belope van een bedrag beperkt tot 50 %, met een maximum van twee miljoen euro (2.000.000 EUR) voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten laatste afsluit op 31 december 2022 en met een maximum van één miljoen euro (1.000.000 EUR) voor een Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op 1 januari 2023, van de belastbare gereserveerde winst van het belastbaar tijdperk vastgesteld vóór de samenstelling van de vrijgestelde reserve bedoeld in Artikel 194ter, §4. Dit grensbedrag en dit maximum zijn van toepassing op het totaal van de vrijstellingen als bedoeld in de Artikelen 194ter en 194ter/1. Indien een belastbaar tijdperk geen of onvoldoende winst oplevert om de sommen ter uitvoering van de Raamovereenkomst te kunnen aanwenden, wordt de voor dat belastbaar tijdperk niet verleende vrijstelling overgedragen overeenkomstig artikel 2.3 supra;
- de vrijstelling wordt slechts definitief toegekend indien het Tax Shelter Attest daadwerkelijk wordt afgeleverd en dit uiterlijk op 31 december van het vierde jaar volgend op het jaar waarin de Xxxxxxxxxxxxxxxx werd getekend;
- de vrijstelling waarop aanspraak wordt gemaakt uit hoofde van ofwel de sommen die op grond van de Raamovereenkomst werkelijk betaald zijn ofwel de fiscale waarde van het Tax Shelter Attest, en van de in artikel 2.3 supra bedoelde overdracht, kan uiterlijk worden toegekend in het aanslagjaar verbonden met het vierde belastbaar tijdperk dat volgt op het jaar van de ondertekening van de Raamovereenkomst;
- de definitieve vrijstelling die is toegekend op basis van de gestorte sommen in uitvoering van de Raamovereenkomst en met het oog op het behalen van een Tax Shelter Attest wordt slechts toegekend indien de Investeerder bij de aangifte in de inkomstenbelastingen van het belastbaar tijdperk in de loop van hetwelk hij aanspraak heeft gemaakt op de definitieve vrijstelling, een kopie voegt van het Tax Shelter Attest dat hij ontvangen heeft en in de mate waarin per belastbaar tijdperk, de grenzen en maxima bedoeld in de Artikelen 194ter, §3 en 194ter/1, §5 nageleefd worden;
- in het geval dat wordt vastgesteld dat een van deze uitgiftevoorwaarden van het Tax Shelter Attest gedurende enig belastbaar tijdperk niet langer wordt nageleefd of ontbreekt, wordt de voorheen vrijgestelde winst aangemerkt als winst van dat belastbare tijdperk;
- in het geval dat de Investeerder op 31 december van het vierde jaar volgend op het jaar waarin de Xxxxxxxxxxxxxxxx wordt getekend, het Tax Shelter Attest niet heeft ontvangen, wordt de voorheen vrijgestelde winst aangemerkt als winst van het belastbare tijdperk tijdens hetwelk het Tax Shelter Attest rechtsgeldig kon worden afgeleverd;
- de definitieve vrijstelling is in ieder geval beperkt tot, tweehonderdendrie % (203 %) van de fiscale waarde van het Tax Shelter Attest. Het eventuele overschot van de sommen die zijn gestort en
die in aanmerking zijn genomen als tijdelijk vrijgestelde winst wordt beschouwd als winst van het belastbaar tijdperk tijdens hetwelk het Tax Shelter Attest is afgeleverd;
- het tarief van de vennootschapsbelasting dat van toepassing is op de in het Artikel 194ter, §7, tweede lid bedoelde voorheen vrijgestelde winst, op de in het Artikel 194ter, §7, derde lid bedoelde voorheen vrijgestelde winst en op het in het Artikel 194ter, §7, vierde lid vermelde overschot, bedraagt het in het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, artikel 215 bedoelde tarief van de vennootschapsbelasting dat geldt voor het aanslagjaar waarvoor de vrijstelling voor de eerste keer werd gevraagd;
- in de gevallen bedoeld in het Artikel 194ter, §7, tweede tot vierde lid zijn de nalatigheidinteresten verschuldigd op de overeenkomstig het Artikel 194ter, §7, vijfde lid verschuldigde belasting vanaf 30 juni van het jaar dat volgt op het aanslagjaar waarvoor de vrijstelling voor de eerste keer werd gevraagd;
- indien evenwel het totaal van de in België gedane uitgaven die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie zoals bedoeld in, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter §1, 1ste lid, 6°, en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 1°, minder is dan 70 % van de Belgische uitgaven, zal de fiscale waarde van het Tax Shelter Attest proportioneel worden verminderd a rato van het percentage van de in België gedane uitgaven die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie in verhouding tot de vereiste 70 %.
3.4. De Investeerder verklaart kennis te hebben genomen van zijn recht om aanspraak te maken op een eventuele aftrek als beroepskosten van de andere bedragen dan degene die in het kader van de Raamovereenkomst gestort zijn en die evenzeer betrekking hebben op de productie van een in aanmerking komend Werk en dit binnen de voorwaarden zoals bedoeld door artikelen 49 en volgende van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992.
In afwijking echter van de artikelen 23, 48, 49 en 61 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 zijn de kosten en verliezen evenals de minderwaarden, voorzieningen en afschrijvingen die betrekking hebben op de aankoop van het Tax Shelter Attest, noch aftrekbaar als beroepskost of -verlies noch vrijstelbaar.
3.5. De Investeerder gaat ten aanzien van de Producent en de Tussenpersoon de definitieve en onherroepelijke verbintenis aan om de verplichtingen die te zijnen laste vallen krachtens de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2 onvoorwaardelijk en op onafgebroken wijze te respecteren, meer bepaald:
- om de op grond van Artikel 194ter vrijgestelde winst te boeken op een afzonderlijke rekening van het passief van zijn balans tot op het moment waarop de Investeerder aanspraak maakt op de definitieve vrijstelling overeenkomstig de termijnen en voorwaarden zoals bedoeld in Artikel 194ter, §5;
- om de op grond van Artikel 194ter, §2 en/of Artikel 194ter/1, §5 vrijgestelde winst niet te gebruiken als grondslag voor de berekening van enige beloning of toekenning, tot op de datum waarop het Tax Shelter Attest wordt afgeleverd;
- om bij zijn aangifte op de inkomstenbelasting van het belastbaar tijdperk waarvoor hij aanspraak maakt op de definitieve vrijstelling een kopie te voegen van het Tax Shelter Attest dat afgeleverd werd in overeenstemming met Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 10;
- om het Tax Shelter Attest bij te houden overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 10°;
- dat hij geen rechten; rechtstreeks of onrechtstreeks, in het Werk bezit of in bezit heeft gehad.
3.6. De Investeerder erkent dat de Tussenpersoon handelt binnen de grenzen van de toepasselijke Tax Shelter-wetgeving en daarom zijn tussenkomst wat betreft de opvolging van de Investering beperkt tot de administratieve en technische opvolging. Deze door de Tussenpersoon beheerde administratieve en technische taken zijn in hoofdzaak de volgende: opmaken en ondertekenen van de Raamovereenkomsten, verificatie van de statuten van de Investeerders en de Producenten, verificatie van de Tax Shelter-erkenning van de Producenten, verificatie van het RSZ attest van de Producenten, tijdige aanmelding van de ondertekende Xxxxxxxxxxxxxxxxxx aan de FOD Financiën, toezicht op de ontvangst binnen de wettelijke termijnen van de door de Investeerders gestorte bedragen en de latere overdracht ervan aan de Producenten, betaling van de Premies na 18 maanden, opvolging van de Producenten zodat de Tax Shelter Attesten binnen de voorgeschreven wettelijke termijnen worden afgeleverd, opvolging van de aflevering van de definitieve Tax Shelter Attesten die de Producenten hebben ontvangen aan de Investeerders wanneer deze beschikbaar zijn en opvolging van de communicatie met de Investeerders. De Tussenpersoon komt niet tussen in de productie als zodanig (noch artistiek, noch creatief, noch
financieel). De productie, het gebruik van het Budget, de uitgaven en de samenstelling van het Tax Shelter- dossier zijn het exclusieve domein van de Producent. De Tussenpersoon neemt geen enkele verantwoordelijkheid voor de activiteiten van de Producent, hetgeen de Investeerder erkent.
3.7. De Investeerder erkent dat de deelname aan de financiering van de productie van een in aanmerking komend Werk met het oog op het verkrijgen van een belastingvoordeel een risicovolle investering is zonder garantie dat het verwachte belastingvoordeel daadwerkelijk zal worden verkregen. De Investeerder erkent tevens dat hem wordt aangeraden zijn specifieke situatie met zijn gebruikelijke belastingadviseur te bestuderen.
4. VERKLARINGEN, WAARBORGEN EN VERBINTENISSEN VAN DE PRODUCENT
4.1. De Producent verklaart en garandeert een in aanmerking komende productievennootschap te zijn, i.e. een binnenlandse vennootschap of een Belgische inrichting van een belastingplichtige bedoeld in artikel 227, 2° van het Wetboek Inkomstenbelasting 1992, en die als voornaamste doel en kernactiviteit de ontwikkeling en de productie van Audiovisuele Werken of de productie en de ontwikkeling van nieuwe Podiumproducties heeft, zoals blijkt uit zijn statuten waarvan een uittreksel het voorwerp is van de Bijlage II van Luik II.
Hij verklaart en garandeert geen vennootschap verbonden met een Belgische of buitenlandse televisieomroep te zijn, noch beschouwd te kunnen worden als een vennootschap verbonden met een Belgische of buitenlandse televisieomroep overeenkomstig Artikel 194ter, §1, alinea 1, 2°, alinea 2, gezien deze televisieomroep geen voordelen verkrijgt die rechtstreeks verbonden zijn met de productie of de exploitatie van het Werk.
Hij verklaart en garandeert door de Minister van Financiën te zijn erkend als in aanmerking komende productievennootschap op de datum zoals vermeld in Luik II en verbindt zich ertoe het nodige te doen om deze erkenning te behouden voor de volledige duur van de Raamovereenkomst.
Hij verklaart en garandeert geen achterstallen te hebben bij de Rijksdienst voor de sociale zekerheid op de datum waarop de Raamovereenkomst wordt gesloten.
4.2. a) Voor de Audiovisuele Werken verklaart en garandeert de Producent dat het Werk een in aanmerking komend Werk is in de betekenis van Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 4°, te weten:
(i) een Europees audiovisueel Werk zoals een fictiefilm, documentaire of animatiefilm, kortfilm , een fictie- of animatieserie, die worden geproduceerd met tussenkomst van een in aanmerking komende productievennootschap met een commercieel oogmerk andere dan voor reclamedoeleinden met als doel vertoond te worden aan een breed publiek, die door de bevoegde diensten van de betrokken gemeenschap zijn erkend als zijnde een Europese productie zoals bedoeld in de richtlijn "Audiovisuele mediadiensten" van 10 maart 2010 (210/13/EU); of
(ii) een internationale productie in de categorie fictiefilm, documentaire of animatiefilm bestemd om aan een breed publiek te worden vertoond, voor zover zij:
• ofwel vallen binnen het toepassingsgebied van de Richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2010 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn ”Audiovisuele mediadiensten”),
• ofwel vallen binnen het toepassingsgebied van een bilaterale overeenkomst inzake coproductie afgesloten door België met een andere Staat. Onder Staat, en dat geldt evenzeer voor België, wordt zowel het federale niveau als alle administratieve onderliggende niveaus bedoeld.
(iii) in beide gevallen zoals bedoeld in (i) en (ii) supra, dat het Werk door de bevoegde diensten van de betrokken gemeenschap werd erkend als Europees Werk, zoals blijkt uit de kopie van de erkenning genoemd in de Bijlage I van Luik II.
b) Voor de Podiumproducties verklaart en garandeert de Producent dat het Werk een nieuwe Podiumproductie is die erkend is door de betrokken Gemeenschap als Europese Podiumproductie in de zin van Artikel 194ter/1, §2, dat wil zeggen dat het Werk wordt:
(i) tot stand gebracht door een of meer producenten die in een of meer lidstaten van de Europese Economische Ruimte gevestigd zijn of gesuperviseerd en daadwerkelijk gecontroleerd door een of meer producenten die in een of meer van de lidstaten van de Europese Economische Ruimte gevestigd zijn;
(ii) erkend als nieuwe podiumproductie: een theater-, circus-, straattheater-, opera-, klassieke muziek-, dans- of muziektheaterproductie, met inbegrip van musical en ballet, alsook de productie van een totaalspektakel, waarbij het scenario, de theatertekst, de regie of de scenografie nieuw is, of die een
herinterpretatie betreft en waarvan het hoofddoel of een van de hoofddoelen niet het reclame maken voor of bevorderen van bepaalde andere goederen of diensten is. Onder totaalspektakel wordt begrepen de combinatie van diverse van hierboven vermelde podiumkunsten, eventueel op bijkomstige wijze aangevuld met choreografie, toneelspel, speciale effecten, pyrotechnische effecten en innoverende technologieën qua geluid, beeld en scenografie; en
(iii) erkend door de bevoegde diensten van de betrokken Gemeenschap als Europese Podiumproductie, zoals blijkt uit de kopie van de erkenning genoemd in de Bijlage I van Luik II.
4.3. De Producent verklaart en garandeert dat hij het geheel van de rechten heeft verworven die nodig zijn voor de productie en de ononderbroken, ongestoorde en optimale exploitatie van het Werk, door alle middelen, dragers en procedés.
De Producent verklaart en garandeert dat hij de nodige financiering heeft verzameld om het geheel van de definitieve productiekosten van het Werk te dekken en staat borg voor de goede afloop van het Werk overeenkomstig de gebruiken van het vak, zijnde, voor de Audiovisuele Werken, de levering van het geheel van het mastermateriaal nodig voor de exploitatie van het Werk, en, voor de Podiumproducties, de Première, overeenkomstig het goedgekeurde scenario en de hierboven opgenomen verklaringen en kenmerken alsook overeenkomstig de artistieke, technische en financiële elementen die als Luik II bij de Raamovereenkomst opgenomen zijn, met alle voor de exploitatie van het Werk eventueel nodige controlevisa.
De Producent garandeert aan de Investeerder dat hij enkel in zijn eigen naam en onder zijn eigen verantwoordelijkheid zal optreden ten opzichte van alle derden die betrokken zouden kunnen zijn bij de productie van het Werk.
4.4. De Investering is een forfaitair en definitief bedrag, zodanig dat, in geval van overschrijding van de kosten van het Werk ten opzichte van het Budget, de Producent aan de Investeerder garandeert dat alleen hij de taak zal hebben de nodige financiering te vinden om het overschot van de uitgaven te betalen. Daarentegen, indien de Producent, mits het respecteren van de artistieke en technische kenmerken van het Werk alsmede alle door de Xxxxxxxxxxxxxxxx beoogde verplichtingen, een besparing zou realiseren ten opzichte van het Budget, dan zou deze besparing door hem definitief verworven zijn.
4.5. De Producent verklaart en garandeert dat zowel het Werk dat hij te produceren heeft als haar productie, realisatie- en exploitatiemodaliteiten aan de voorschriften van de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2 zullen beantwoorden zodanig dat de Investeerder, voor zover hij de verplichtingen die hem toekomen vervult, van het vrijstellingsregime van de belastbare winsten dat door deze wettelijke bepaling is verleend, zal kunnen genieten.
4.6. De Producent garandeert dat het Werk niet strijdig is met de wetten of met het algemeen belang, dat het het eerbiedigen van de menselijke waardigheid niet schendt, en namelijk dat het geen aansporing tot discriminatie, haat of geweld bevat, in het bijzonder om redenen van ras, geslacht of nationaliteit.
4.7. De Producent verklaart kennis te hebben genomen van de omstandigheid dat de vrijstelling waarop aanspraak wordt gemaakt, ofwel voor de bedragen die werkelijk zijn betaald binnen de termijn van drie maanden vanaf de ondertekening van de Raamovereenkomst, ofwel voor de fiscale waarde van het Tax Shelter Attest en de overdracht zoals bedoeld in Artikel 194ter, §3, 2de lid, niet aan de Investeerder kan worden toegekend na het aanslagjaar dat verband houdt met het vierde belastbaar tijdperk dat volgt op het jaar van de ondertekening van de Raamovereenkomst.
4.8. De Producent verbindt er zich definitief en onherroepelijk toe ten aanzien van de Partijen en garandeert hen onvoorwaardelijk en zonder onderbreking:
a) om Belgische uitgaven te doen voor een minimumbedrag gelijk aan 90% van het bedrag van het Tax Shelter Attest zodat deze fiscale waarde kan worden bereikt. Deze Belgische uitgaven moeten worden gedaan binnen een periode van 18 maanden die ten vroegste aanvangt 6 maanden voor de datum van de ondertekening van de Raamovereenkomst en ten laatste loopt tot 18 maanden na de datum van ondertekening van de Raamovereenkomst, met uitzondering echter van animatiefilms, animatieseries bestemd voor televisie en Podiumwerken waarvoor de termijn van 18 maanden tot 24 maanden wordt verlengd. De Belgische uitgaven gedaan in de periode voorafgaand aan de datum van de ondertekening van de Raamovereenkomsten bedragen maximaal 50% van het totaal van de Belgische uitgaven. Voor de Podiumwerken moeten deze Belgische uitgaven gedaan worden uiterlijk één maand na de Première;
b) om Europese uitgaven te doen overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 6° en dat ten minste 70% van de kwalificerende productie- en exploitatie-uitgaven, in de Europese Economische Ruimte, uitgaven zijn die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie in de zin van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 8°, en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 1°;
c) dat ten minste 70% van het bedrag van de Belgische uitgaven, uitgaven betreffen die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie in de betekenis van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 8°, en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 1°;
d) om het totaal van de bedragen die definitief worden gestort door de in aanmerking komende Investeerders die deelnemen aan de financiering van het Werk te beperken tot ten hoogste vijftig % (50%) van het Budget;
e) om de som van alle fiscale waarden van de Tax Shelter Attesten te beperken tot een bedrag van maximaal 15.000.000 euro per Audiovisueel Werk en maximaal 2.500.000 euro per Podiumwerk;
f) om in de eindgeneriek van het Werk de steun te vermelden aangebracht door de Belgische wetgever inzake de Tax Shelter;
g) om erop toe te zien dat het Budget een duidelijke opsplitsing maakt tussen:
- het gedeelte dat ten laste wordt genomen door de Producent;
- het gedeelte dat gefinancierd wordt door elk van de in aanmerking komende Investeerders dat reeds is vastgelegd;
h) om het totaal van de bedragen, gestort door de Investeerder, binnen de termijn van drie maanden vanaf de ondertekening van de Raamovereenkomst, effectief aan te wenden als Investering tot de financiering van het Werk, overeenkomstig het Budget;
i) om ervoor te zorgen dat de vergoedingen, kosten en commissielonen, beoogd door Artikel 194ter, §1, tweede lid, betrekking hebben op werkelijke prestaties en dat het geheel daarvan niet meer dan 18% bedraagt van de Belgische uitgaven rechtstreeks verbonden met de productie en de exploitatie.
4.9. De Producent verbindt zich ertoe:
(i) om de Xxxxxxxxxxxxxxxx aan te melden bij de Federale Overheidsdienst Financiën binnen de maand volgend op haar ondertekening, en voor de voltooiing van het Werk, overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 5° of om hiertoe een lastgeving te verlenen aan de Tussenpersoon per afzonderlijke overeenkomst met dien verstande dat de naleving van de termijn waarbinnen de aanmelding moet gebeuren, uitsluitend de verantwoordelijkheid van de Producent is;
(ii) om aan de Tussenpersoon de voltooiing van het Werk te communiceren en dit uiterlijk 5 werkdagen voor de geplande datum van de voltooiing van het Werk;
(iii) om aan de Investeerder, via de Tussenpersoon, de Premie te betalen zoals bedoeld in artikel 2.5 van Luik I;
(iv) om aan de Investeerder een verzekering toe te kennen tegen het risico dat het Tax Shelter Attest, geheel of gedeeltelijk, niet wordt afgeleverd.
4.10. Het bedrag van de Premie gestort op de gerubriceerde bankrekening bepaald in het artikel 2.6 van Luik I kan op geen enkele manier deel uitmaken van het patrimonium van de Producent. De Producent erkent en garandeert tevens dat hij de Tax Shelter-fondsen in geen geval zal gebruiken voor andere doeleinden dan die welke in de Raamovereenkomst zijn voorzien.
4.11. De Producent verbindt er zich toe om, in geval van beslag op de gerubriceerde bankrekening, de bijzondere bestemming van deze rekening ter kennis van de beslaglegger te brengen.
4.12. De Producent verbindt zich ertoe het Tax Shelter Attest binnen een periode van 9 maanden na voltooiing van het in aanmerking komend Werk aan te vragen op basis van de aangemelde Raamovereenkomst en van de uitgaven die zijn gemaakt voor de financiering van de productie en de exploitatie van het Werk zoals nader bepaald in, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 6°, 7°, 8° en 9° en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 6° en 7° en Artikel 194ter/1, §3, 1° en 2°.
4.13. De Producent verbindt zich ertoe om aan de Federale Overheidsdienst Financiën, samen met de aanvraag van Tax Shelter Attest, de volgende stukken te bezorgen:
- een document waarin de betrokken gemeenschap bevestigt dat het Werk beantwoordt aan de definitie van een Werk in de betekenis van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 4° en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §2;
- een document waarin de betrokken gemeenschap bevestigt dat het Werk is voltooid of dat de Première heeft plaatsgevonden en dat de globale financiering van het Werk, uitgevoerd in overeenstemming met de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2, niet meer bedraagt dan vijftig % (50%) van het Budget en daadwerkelijk werd aangewend voor de uitvoering van dit Budget, overeenkomstig Artikel 194ter, §4, 3°.
In het geval de Producent verbonden is met een televisieomroep, overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 2°, 2de lid, verbindt de Producent zich ertoe om aan de Federale Overheidsdienst Financiën, samen met de aanvraag voor een Tax Shelter Attest, een document voor te leggen waarin de betrokken gemeenschap in eerste analyse inschat of de televisieomroep geen voordelen verkrijgt die rechtstreeks verbonden zijn met de productie of de exploitatie van het Werk.
4.14. De Producent verbindt zich ertoe om alle verplichtingen voortvloeiend uit de Raamovereenkomst (en in het bijzonder dit artikel) na te leven zodat de Federale Overheidsdienst Financiën een Tax Shelter Attest aflevert ten gunste van de Investeerder, ten vroegste drie maanden na de storting van de laatste Investering met betrekking tot het Werk en uiterlijk op 31 december van het vierde jaar volgend op de datum waarop de Raamovereenkomst wordt getekend. Hebben dezelfde Partijen meerdere raamovereenkomsten met betrekking tot hetzelfde Werk getekend, dan wordt het Tax Shelter Attest uiterlijk op 31 december van het vierde jaar dat volgt op de datum van ondertekening van de eerste van deze raamovereenkomsten afgeleverd.
4.15. De Producent verbindt zich ertoe om geen enkel recht of geen enkele zekerheid toe te kennen die de goede uitoefening van de rechten die aan de Investeerder krachtens de Xxxxxxxxxxxxxxxx worden toegekend zou doen mislukken of in het gedrang brengen.
4.16. De Producent verklaart en garandeert dat er aan de Investeerder geen enkel economisch of financieel voordeel wordt toegekend, met uitzondering van handelsgeschenken van geringe waarde in de zin van artikel 12, §1, 1ste lid, 2°, van het Wetboek van de Belasting over de toegevoegde waarde.
In het algemeen verbindt de Producent zich ertoe aan de Investeerder geen enkel recht op het Werk toe te kennen, rechtstreeks of onrechtstreeks.
4.17. Indien het niet naleven door de Producent van diens verplichtingen zoals deze uit de Raamovereenkomst voortvloeien, het verlies zou inhouden door de Investeerder krachtens zijn Investering in het kader van de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2 aangevraagde fiscale voordelen, verbindt de Producent zich ertoe aan de Investeerder een vergoeding te betalen die overeenstemt met het bedrag van de belastingen, de monetaire intresten alsook de belasting op de vergoeding. De Investeerder zal echter op voorhand het bewijs moeten leveren dat het verlies van de aangevraagde fiscale voordelen krachtens zijn investering in het kader van de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2, niet voortvloeit uit het feit dat hijzelf de verplichtingen die hem krachtens de Xxxxxxxxxxxxxxxx toekomen niet heeft nageleefd.
4.18. De Producent verbindt zich ertoe de wetgeving die betrekking heeft op het Tax Shelter stelsel na te leven en garandeert dat het aanbod van het Tax Shelter Attest is gedaan in overeenstemming met Artikel 194ter,§12 dat betrekking heeft op de openbare aanbieding van beleggingsinstrumenten en de toelating van beleggingsinstrumenten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt.
De Producent erkent kennis te hebben genomen van het Prospectus en haar eventuele Addenda die de Tussenpersoon heeft opgesteld en die de FSMA heeft goedgekeurd.
4.19. De Producent vrijwaart de Investeerder tegen alle verhaal dat of elke vordering die, op welke grond ook, zou kunnen worden ondernomen door de producenten of coproducenten, auteurs of rechthebbenden, uitgevers, regisseurs, artiesten, acteurs of uitvoerders en in het algemeen door elke persoon die rechtstreeks of onrechtstreeks deel heeft genomen aan de productie of realisatie van het Werk. Hij vrijwaart de Investeerder ook tegen elk verhaal dat of elke vordering die uitgaat van elke persoon die, hoewel hij niet aan de productie of realisatie van het Werk heeft deelgenomen, enig recht zou kunnen doen gelden.
4.20. De Producent erkent uitdrukkelijk dat de Tussenpersoon niet tussenkomt in de productie als zodanig (noch artistiek, noch creatief, noch financieel). De productie, het gebruik van het Budget, de uitgaven en de samenstelling van het Tax Shelter-dossier zijn het domein en de exclusieve verantwoordelijkheid van de Producent.
Het Budget alsook de eventuele wijzigingen daaraan, wordt opgemaakt onder de exclusieve verantwoordelijkheid van de Producent.
5. VERKLARINGEN, GARANTIES EN VERBINTENISSEN VAN DE TUSSENPERSOON
5.1. De Tussenpersoon verklaart en garandeert dat hij door de Minister van Financiën als in aanmerking komend Tussenpersoon is erkend op de datum zoals vermeld in bovenstaand artikel I DEFINITIES en verbindt zich ertoe om het nodige te doen om deze erkenning voor de volledige duur van de Raamovereenkomst te behouden.
5.2. De Tussenpersoon gaat ten aanzien van de Investeerder de verbintenis aan, in zijn hoedanigheid van Tax Shelter Tussenpersoon:
a) om de Xxxxxxxxxxxxxxxx bij de Federale Overheidsdienst Financiën aan te melden binnen de maand volgend op haar ondertekening, overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 5° en de lastgeving die haar werd verleend door de Producent per afzonderlijke overeenkomst;
b) om ervoor te zorgen dat het aanbod van het Tax Shelter Attest en de bemiddeling in Raamovereenkomsten worden uitgevoerd in overeenstemming met de wet van 11 juli 2018 op de aanbieding aan het publiek van beleggingsinstrumenten en de toelating van beleggingsinstrumenten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt en met Verordening 2017/1129 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2017 betreffende het prospectus dat moet worden gepubliceerd wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel op een gereglementeerde markt worden toegelaten en tot intrekking van richtlijn 2003/71/EG;
c) de Xxxxxxxxxxxxx zal niet aansprakelijk zijn voor het verzuim van de Producent om aan de Tussenpersoon de voltooiing van het Werk te communiceren, overeenkomstig artikel 4.9. hierboven.
5.3. Het bedrag van de Premie gestort op de gerubriceerde bankrekening bepaald in het artikel 2.6 van Luik I kan op geen enkele manier deel uitmaken van het patrimonium van de Tussenpersoon.
De niet vrijgegeven bedragen van de Investering worden gestort op een gerubriceerde bankrekening op naam van de Producent, die in geen geval integraal deel kan uitmaken van het vermogen van de Tussenpersoon.
5.4. De Tussenpersoon verbindt er zich toe om de gerubriceerde bankrekeningen niet te gebruiken tot zekerheid van een financieel engagement ten zijnen laste, van welke aard ook, die zich buiten het kader van de uitvoering van de Raamovereenkomst situeert.
5.5. De Tussenpersoon verbindt er zich toe om, ingeval van beslag op de gerubriceerde bankrekeningen, de bijzondere bestemming van deze rekeningen ter kennis van de beslaglegger te brengen.
5.6. De Tussenpersoon komt niet tussen in de productie als zodanig (noch artistiek, noch creatief, noch financieel) en neemt ter zake geen enkele verantwoordelijkheid. De productie, het gebruik van het Budget, de uitgaven en de samenstelling van het Tax Shelter-dossier zijn het domein en de exclusieve verantwoordelijkheid van de Producent.
5.7. De Tussenpersoon neemt geen andere verantwoordelijkheid op zich dan die welke in het Prospectus en de Raamovereenkomst zijn beschreven.
6. VERZEKERINGEN
De Producent zal een verzekering onderschrijven die de Investeerder dekt tegen het risico dat het Tax Shelter Attest, geheel of gedeeltelijk, niet wordt afgeleverd volgens de polis zoals bedoeld door het attest dat het voorwerp is van de Bijlage IV van Luik II. De kosten in verband met deze verzekering zijn ten laste van de Producent.
7. CONTROLE OP DE NALEVING VAN DE RAAMOVEREENKOMST
7.1. De Producent zal de boekhouding van de productie van het Werk voeren. Hij verbindt zich ertoe een analytische boekhouding te houden, die elke rubriek van het Budget vermeldt en waarbij alle bewijsstukken die deel uitmaken van deze boekhouding te allen tijde door de Investeerder geraadpleegd kunnen worden, en dit binnen een termijn van tien (10) werkdagen volgend op het verzoek van de Investeerder.
8. MEDEDELINGEN TUSSEN DE PARTIJEN
8.1. Alle mededelingen uit hoofde van of met betrekking tot de Raamovereenkomst zullen schriftelijk opgesteld worden en per e-mail verstuurd naar de adressen zoals vermeld in de Luiken I en II van de Raamovereenkomst of overhandigd tegen ontvangstbewijs.
8.2. De Producent en de Investeerder communiceren uitsluitend met elkaar via de Tussenpersoon. Daartoe verlenen ze aan de Tussenpersoon een lastgeving om de voor hen bestemde mededelingen in ontvangst te nemen.
8.3. Elke partij mag haar adreswijziging overeenkomstig dit artikel aan de andere Partijen bezorgen.
9. INWERKINGTREDING, DUUR EN ONTBINDING
9.1. Het geheel dat bestaat uit deze Algemene Voorwaarden, Luik I en Luik II vormt één enkele drieledige Raamovereenkomst, waarvan het bestaan afhankelijk is van de ondertekening van Luik I en Luik II en van de aanvaarding van de Algemene Voorwaarden.
De Raamovereenkomst wordt geacht te zijn ondertekend, en treedt in werking, op de dag van ondertekening van Luik II.
De Raamovereenkomst wordt opgesteld in één origineel exemplaar, bewaard door de Tussenpersoon. De Investeerder en de Producent verklaren hiervan een kopie te hebben ontvangen.
De Xxxxxxxxxxxxxxxx verstrijkt wanneer elke Partij al haar verplichtingen zal hebben vervuld.
9.2. De Xxxxxxxxxxxxxxxx zal van rechtswege ontbonden worden indien de Investeerder het aangewezen acht, tien (10) dagen na de verzending van een ingebrekestelling per aangetekende brief met ontvangstbewijs, gericht aan de Tussenpersoon en aan de Producent, en dewelke zonder gevolg is gebleven, indien deze laatste zou nalaten zijn verplichtingen zoals die voortvloeien uit de Raamovereenkomst te vervullen of in geval van onjuistheid van zijn verklaringen of waarborgen, gegeven krachtens de Xxxxxxxxxxxxxxxx, of in geval van definitieve onderbreking van de productie van het Werk of in geval van insolventie (staking van betaling, verlies van kredietwaardigheid, ernstige financiële moeilijkheden enzovoort), van verzoek tot gerechtelijke reorganisatie of van faillissementsprocedure van de Producent.
In deze verschillende gevallen zal de Producent ertoe gehouden zijn om onmiddellijk aan de Investeerder, op eerste verzoek, de totaliteit van het bedrag van zijn Investering terug te betalen, ongeacht eventuele schadevergoedingen.
9.3. Onverminderd de sanctie voorzien in artikel 2.3. van Luik I wordt de Raamovereenkomst van rechtswege ontbonden tien (10) dagen na de verzending van een ingebrekestelling per aangetekende brief met ontvangstbewijs, door de Tussenpersoon (in zijn naam en in naam van de Producent) verzonden naar de Investeerder, en dewelke zonder gevolg is gebleven, indien deze laatste zou nalaten zijn verplichtingen zoals die voortvloeien uit de Raamovereenkomst te vervullen; of in geval van onjuistheid van zijn verklaringen of waarborgen, gegeven krachtens de Xxxxxxxxxxxxxxxx; of in geval van insolventie (staking van betaling, verlies van kredietwaardigheid, ernstige financiële moeilijkheden enzovoort), van verzoek tot gerechtelijke reorganisatie of van faillissementsprocedure van de Investeerder.
In deze verschillende gevallen zullen de reeds door de Investeerder gestorte sommen in het kader van de Raamovereenkomst definitief verworven zijn door de Producent, ongeacht eventuele schadevergoedingen.
10. TITELS
De titels van de verschillende artikelen en paragrafen van de Raamovereenkomst werden voor de duidelijkheid ingevoegd en kunnen op geen enkele wijze worden beschouwd als zouden ze het toepassingsgebied of het doel van het specifieke artikel of de paragraaf waarnaar zij verwijzen op welke wijze ook definiëren, beperken of bepalen.
11. RECHTSAFSTAND
11.1. Geen der Partijen zal worden geacht afstand te hebben gedaan van een recht dat voortvloeit uit de Raamovereenkomst, uit een fout of uit een overtreding begaan door de andere Partijen, tenzij zij er schriftelijk en uitdrukkelijk afstand van heeft gedaan.
11.2. De afstand van verhaal of van om het even welk recht die door één der Partijen overeenkomstig de voorafgaande alinea gedaan zou zijn, impliceert geen afstand, vanwege die Partij, van om het even welk ander recht dat kan voortvloeien uit de Raamovereenkomst of uit een overtreding of een fout van de andere Partij, zelfs als dat recht of dat verhaal vergelijkbaar is met dat waarvan afstand werd gedaan.
12. GEDEELTELIJKE ONGELDIGHEID
Indien een van de bepalingen van de Raamovereenkomst nietig of onuitvoerbaar zou worden verklaard, zal die nietigheid of onuitvoerbaarheid de geldigheid van de andere bepalingen van de Raamovereenkomst niet aantasten. Indien de bepaling echter de aard of het evenwicht van de
Xxxxxxxxxxxxxxxx zou aantasten, zullen de Partijen ernaar streven om te goeder trouw een geldige of uitvoerbare vervangende bepaling te onderhandelen die een vergelijkbaar effect heeft.
13. EERDERE VERKLARINGEN EN OVEREENKOMSTEN
De Partijen komen overeen dat de Xxxxxxxxxxxxxxxx een volledige, getrouwe en uitvoerige weergave vormt van hun wederzijdse verbintenissen en zeggen alle voorgaande afspraken op; ze zien er formeel van af om zich te beroepen op enige gesprekken of onderhandeling die de ondertekening van de Raamovereenkomst zijn voorafgegaan. De Raamovereenkomst kan niet worden gewijzigd zonder schriftelijke en voorafgaandelijke toestemming van alle Partijen. In geval van tegenstrijdigheid tussen de bepalingen van deze Algemene Voorwaarden en die van de Luiken I en II, zullen deze laatste voorrang hebben.
14. ONOVERDRAAGBAARHEID
De Raamovereenkomst wordt intuitu personae in hoofde van de Partijen gesloten. Geen der Partijen zal bijgevolg aan welke derde ook alle of een deel van de rechten en plichten die uit de Raamovereenkomst voortvloeien, kunnen overdragen zonder het bijzonder, uitdrukkelijk, voorafgaand en schriftelijk akkoord van de andere Partijen.
15. AFWEZIGHEID VAN VENNOOTSCHAP TUSSEN DE PARTIJEN
De Raamovereenkomst zal in geen geval kunnen worden beschouwd als een vereniging of als een vennootschap tussen de Partijen, noch ten aanzien van derden, de aansprakelijkheid van elke Partij is beperkt tot de door haar in de Raamovereenkomst aangegane verbintenissen en geen van de Partijen kan aansprakelijk worden gesteld voor de door de andere ten opzichte van derden aangegane verbintenissen. Dit standpunt is van essentieel belang en is doorslaggevend voor de Raamovereenkomst, die zonder dit standpunt niet tot stand zou zijn gekomen.
16. TOEPASSELIJK RECHT EN RECHTERLIJKE BEVOEGDHEID
De Raamovereenkomst zal uitsluitend overeenkomstig het Belgisch recht beheerst en geïnterpreteerd worden. Elk ontstaan of te ontstaan geschil tussen Partijen met betrekking tot de totstandkoming, de interpretatie, de uitvoering of de ontbinding van de Raamovereenkomst zal uitsluitend onder de bevoegdheid vallen van de Nederlandstalige Rechtbanken van Brussel, die het Belgisch recht toepassen.
ALGEMENE VOORWAARDEN – VERSIE B – VERSIE 9 – 1 OKTOBER 2022
1. DEFINITIES
In de Raamovereenkomst hebben de onderstaande woorden en begrippen de volgende betekenis:
Algemene Voorwaarden deze algemene voorwaarden die deel uitmaken van de Raamovereenkomst.
Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2
artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2 van het Belgisch Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, voor het laatst gewijzigd door de wet van 5 juli 2022.
Audiovisueel Werk het in aanmerking komend Werk, dat wil zeggen een Europees audiovisueel Werk, dat voldoet aan de voorwaarden zoals bepaald in Artikel 194ter §1, 1ste lid, 4°, dat het voorwerp vormt van de Raamovereenkomst en waarvan de voornaamste kenmerken zijn opgenomen in Luik II van deze Raamovereenkomst. Er wordt uitdrukkelijk tussen de Partijen overeengekomen dat de Producent, onder zijn volledige verantwoordelijkheid, de mogelijkheid heeft om deze voornaamste kenmerken te wijzigen, zolang hij niets wijzigt aan de identificatie van het Werk.
Belgische uitgaven de productie- en exploitatie-uitgaven van het Werk die in België worden gedaan in de zin van Artikel 194ter, §1, 7°, i.e. de in België gedane uitgaven die betrekking hebben op de productie en exploitatie van het Werk (zowel rechtstreeks in de zin van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 8° of, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 1°als onrechtstreeks in de zin van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 9°, of, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 2°) en waaruit beroepsinkomsten voortvloeien welke, ten name van de begunstigde, belastbaar zijn in de personenbelasting, in de vennootschapsbelasting of in de belasting van niet-inwoners aan het gewone stelsel van aanslag, met uitzondering van de uitgaven vermeld in artikel 57 van het WIB 1992 die niet verantwoord zijn door individuele fiches en een samenvattende opgave, van de kosten vermeld in artikel 53, 9° en 10° van het WIB 1992, van de in artikel 53, 24° van het WIB 1992 vermelde uitgaven of voordelen, alsmede van alle andere kosten die niet werden gedaan voor de productie of de exploitatie van het Werk.
Budget het globale budget van de uitgaven die nodig zijn om de productie van het Werk te waarborgen, zoals opgenomen als Bijlage I van Luik II bij de Raamovereenkomst.
Europese uitgaven de kwalificerende productie- en exploitatie-uitgaven in de Europese Economische Ruimte in de zin van Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 6°, i.e. de uitgaven die zijn verricht in de Europese Economische Ruimte met betrekking tot de productie en de exploitatie van het Werk, in de mate dat tenminste 70% van deze uitgaven, uitgaven zijn die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie.
Investeerder de Belgische vennootschap of de Belgische inrichting van een buitenlandse vennootschap, die voldoet aan de voorwaarden zoals gesteld in Artikel 194ter,
§1,1ste lid, 1°, die een Investering uitvoert onder de in de Raamovereenkomst bepaalde voorwaarden, uitgebreider omschreven in de preambule van Luik I en in de Bijlage III van Luik II van de Raamovereenkomst.
Investering het aandeel van de Investeerder dat de deelname aan de financiering van het Werk vormt, voor het definitief forfaitair totaalbedrag zoals nader bepaald in artikel 2.1 van Luik I van de Raamovereenkomst.
Podiumwerk het in aanmerking komend Werk, dat wil zeggen een nieuwe Europese podiumproductie, dat voldoet aan de voorwaarden zoals bepaald in Artikel 194ter/1, §2, dat het voorwerp vormt van de Raamovereenkomst en waarvan de voornaamste kenmerken zijn opgenomen in Luik II van deze Raamovereenkomst. Er wordt uitdrukkelijk tussen de Partijen overeengekomen dat de Producent, onder zijn volledige verantwoordelijkheid, de mogelijkheid heeft om deze voornaamste kenmerken te wijzigen, zolang hij niets wijzigt aan de identificatie van het Werk.
Premie de aan de Investeerder uitgekeerde som overeenkomstig artikel 2.5 van Luik I van de Raamovereenkomst.
Première de eerste voorstelling van het podiumwerk in België of in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte.
Producent de in aanmerking komende productievennootschap die het Werk produceert die aan de voorwaarden voldoet zoals gesteld in Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 2°, en Artikel 194ter/1, §1 uitgebreider omschreven in de preambule en in de Bijlage II van Luik II van de Raamovereenkomst.
Raamovereenkomst deze raamovereenkomst, bestaande uit Luik I, Luik II, de Algemene Voorwaarden alsook het geheel van hun Bijlagen die daar onlosmakelijk deel van uitmaken, waarbij het geheel samen een raamovereenkomst vormt in de betekenis van Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 5°.
Tax Shelter Attest het fiscaal attest, afgeleverd door de Federale Overheidsdienst Financiën en bedoeld in Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 10°, of een deel van dit fiscaal attest.
Tussenpersoon de naamloze vennootschap CASA KAFKA PICTURES, ingeschreven bij de KBO onder het ondernemingsnummer 0877.535.640, die op 10 februari 2015 de erkenning als in aanmerking komende tussenpersoon in het kader van de Tax Shelter-regeling “audiovisueel” en op 2 maart 2017 als in aanmerking komende tussenpersoon in het kader van de Tax Shelter-regeling “podiumkunsten” van de Minister van Financiën heeft gekregen, met zetel te 0000 Xxxxxxxxx, Xxxxx Xxxxxxxxxxx 2, en wier doel als volgt wordt omschreven: « De vennootschap heeft als hoofddoel, zowel in België als in het buitenland, voor eigen rekening of voor rekening van derden of in deelneming met derden, rechtstreeks of door tussenkomst van filialen, iedere theoretische of materiële verrichting uit te voeren in verband met het zoeken naar investeerders die bereid zijn om deel te nemen aan de financiering van de productie van audiovisuele werken, podium- of theaterwerken, nieuw of niet, zoals een theaterstuk, een musical, een ballet, een opera, een muzikale recital, een circus, een straatspektakel en/of een totaalspektakel. De vennootschap heeft eveneens als doel elke theoretische of materiële verrichting in verband met het zoeken naar investeerders die bereid zijn om deel te nemen aan de financiering van letterkundige werken, muziek, interactieve werken, modecollecties, beeldende kunsten, videospelen en alle andere evenementen en dragers van elke aard, met, onder andere, een culturele of sportieve draagwijdte in de brede zin, die beoogd kunnen worden door de wetgeving op de tax shelter of enige andere wetgeving ter fiscale ondersteuning aan ondernemingen en aan particulieren die in deze sectoren actief zijn. De vennootschap heeft eveneens als doel het beheer, het bestuur, het advies, de consultatie, de technische expertise, de bijstand, de vorming, de marketing, de vertegenwoordiging, het bemiddelaarschap en alle andere diensten in het algemeen op het gebied van de financiering van de productie van voormelde werken en evenementen. De vennootschap heeft eveneens als bijkomend doel, zowel in België als in het buitenland, voor eigen rekening of voor rekening van derden of in deelneming met derden, rechtstreeks of door tussenkomst van filialen, iedere theoretische of materiële verrichting inzake het ontwerp, de ontwikkeling, de creatie, de productie, de verwezenlijking, de exploitatie, de verdeling, de verkoop, de verhuur en alle andere diensten in het algemeen in verband met audiovisuele werken en in verband met de diversifiëring van afgeleide producten en diensten in de ruime zin van het woord verbonden aan de radio- en televisieprogramma’s van de RTBF. De vennootschap mag binnen de perken van haar maatschappelijk doel, in het algemeen, zowel rechtstreeks als onrechtstreeks, zowel in België als in het buitenland, alle industriële, commerciële, financiële, burgerlijke, roerende en onroerende verrichtingen uitvoeren die van aard zijn om haar onderneming rechtstreeks of onrechtstreeks uit te breiden of te promoten. Zij mag zich door middel van inbreng, overdracht, fusie, intekening, participatie, financiële tussenkomst of op iedere andere wijze interesseren in alle andere vennootschappen, ondernemingen, verenigingen of zaken die een met haar eigen doel identiek, gelijkaardig of aanverwant doel hebben of de verwezenlijking ervan in de hand kunnen werken of de commercialisatie van haar producten of diensten kunnen vergemakkelijken. Zij kan alle roerende en onroerende goederen verwerven, ook die welke geen enkel rechtstreeks of onrechtstreeks verband houden met het doel van de vennootschap. »
Werk het Audiovisueel Werk of het Podiumwerk.
2. VOORWAARDEN BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN DE VRIJSTELLING
2.1. Tegen de voorwaarden en binnen de grenzen vastgelegd in Artikel 194ter geniet de Investeerder een voorlopige vrijstelling van zijn belastbare winst voor het belastbaar tijdperk waarin de Raamovereenkomst wordt getekend, ten belope van vierhonderd eenentwintig % (421%) van de sommen waartoe hij zich verbonden heeft te storten in uitvoering van de Raamovereenkomst, voor zover deze werkelijk door de Investeerder gestort zijn binnen de drie maanden na de ondertekening van de Raamovereenkomst.
2.2. Deze vrijstelling wordt hem, voor elk belastbaar tijdperk, verleend ten belope van een bedrag beperkt tot vijftig % (50%), met een maximum van, voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten laatste afsluit op 31 december 2022, twee miljoen euro (2.000.000 EUR), en, voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op 1 januari 2023, van één miljoen euro (1.000.000 EUR),van de belastbare gereserveerde winst van het belastbaar tijdperk, vastgesteld vóór de samenstelling van de vrijgestelde reserve zoals bedoeld in Artikel 194ter, §4, 1°.
2.3. Indien een belastbaar tijdperk geen of onvoldoende winst oplevert om de sommen ter uitvoering van de Raamovereenkomst te kunnen aanwenden, wordt de voor dat belastbaar tijdperk niet verleende vrijstelling achtereenvolgens overgedragen op de winst van de volgende belastbare tijdperken tot, ten laatste voor het aanslagjaar verbonden met het vierde belastbaar tijdperk dat volgt op het jaar van de ondertekening van de Raamovereenkomst en waarbij de vrijstelling per belastbaar tijdperk nooit hoger mag zijn dan de grenzen zoals bedoeld in artikel 2.2 supra.
De Investeerder die, tijdens een belastbaar tijdperk waarvoor het tarief van de vennootschapsbelasting bedoeld in het WIB 1992, artikel 215, eerste lid, 33 pct. bedraagt, sommen heeft gestort waarbij het belastbaar tijdperk onvoldoende winst kent om de vrijstelling bedoeld in Artikel 194ter, §2 uit te oefenen, en die daarom overeenkomstig Artikel 194ter, §3, tweede lid de niet verleende vrijstelling achtereenvolgens overdraagt naar de volgende belastbare tijdperken, kan bij de eerste overdracht van deze niet verleende vrijstelling een vermenigvuldigingscoëfficiënt toepassen van:
- 356/310 indien het tarief van de vennootschapsbelasting 29 pct. bedraagt voor het belastbaar tijdperk waarnaar het niet uitgeoefende deel van de vrijstelling wordt overgedragen;
- 421/310 indien het tarief van de vennootschapsbelasting 25 pct. bedraagt voor het belastbaar tijdperk waarnaar het niet uitgeoefende deel van de vrijstelling wordt overgedragen.
De Investeerder die, tijdens een belastbaar tijdperk waarvoor het tarief van de vennootschapsbelasting bedoeld in het WIB 1992, artikel 215, eerste lid, 29 pct. bedraagt, sommen heeft gestort waarbij het belastbaar tijdperk onvoldoende winst kent om de vrijstelling bedoeld in Artikel 194ter, §2 uit te oefenen, en die daarom overeenkomstig Artikel 194ter, §3, tweede lid de niet verleende vrijstelling achtereenvolgens overdraagt naar de volgende belastbare tijdperken, kan bij de eerste overdracht van deze niet verleende vrijstelling een vermenigvuldigingscoëfficiënt toepassen van 421/356 indien het tarief van de vennootschapsbelasting 25 pct. bedraagt voor het belastbaar tijdperk waarnaar het niet uitgeoefende deel van de vrijstelling wordt overgedragen.
Voor het belastbaar tijdperk waarvoor het tarief van de vennootschapsbelasting bedoeld in het WIB 1992, artikel 215, eerste lid, 25 pct. bedraagt, wordt het maximumbedrag bedoeld in Artikel 194ter, §3, eerste lid opgetrokken tot 2.000.000 EUR voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten laatste afsluit op 31 december 2022 en tot 1.000.000 EUR voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op 1 januari 2023.
2.4. De definitieve vrijstelling is hoe dan ook beperkt tot tweehonderdendrie % (203 %) van de uiteindelijk verwachte fiscale waarde van het Tax Shelter Attest zoals aangegeven in artikel 3.2. van Luik II van de Raamovereenkomst. Het eventuele overschot van de bedragen die werden betaald en die als voorlopig vrijgestelde winst werden geboekt overeenkomstig Artikel 194ter, §2 en §3, of Artikel 194ter/1, §5 wordt beschouwd als winst van het belastbaar tijdperk tijdens hetwelk het Tax Shelter Attest werd afgeleverd.
3. VERKLARINGEN EN GARANTIES VAN DE INVESTEERDER
3.1. De Investeerder verklaart een binnenlandse vennootschap of een Belgische inrichting van een belastingplichtige bedoeld in artikel 227, 2° van het WIB van 1992 te zijn. Hij verklaart geen in aanmerking komende productievennootschap te zijn, noch een gelijkaardige productievennootschap die niet erkend is, noch een aan één van deze verbonden vennootschap in de zin van artikel 1:20 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen die deelneemt aan het desbetreffende in aanmerking komende Werk, noch een televisieomroep in de zin van Artikel 194ter. De Investeerder verklaart en waarborgt dat zijn doel het doel is zoals beschreven zal zijn in de Bijlage III van Luik II van de Raamovereenkomst.
3.2. De Investeerder verklaart kennis te hebben genomen van het feit dat hij de belastingvrijstelling niet kan genieten indien hij in gebreke blijft het bedrag zoals bedoeld in artikel 2.1 van Luik I van de Raamovereenkomst te storten binnen de drie maanden na de ondertekening van die Raamovereenkomst.
3.3. De Investeerder verklaart kennis te hebben genomen van de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2, van de Prospectus en de eventuele Supplementen hieraan zoals opgemaakt door de Tussenpersoon en goedgekeurd door de FSMA, en de door deze artikelen gestelde voorwaarden van voorlopige en definitieve vrijstelling. Meer bepaald:
- ten name van de Investeerder wordt de belastbare gereserveerde winst voorlopig vrijgesteld voor het belastbaar tijdperk waarin de Raamovereenkomst is getekend ten belope van vierhonderd eenentwintig % (421%) van de sommen waartoe de Investeerder zich in de loop van het belastbaar tijdperk in uitvoering van de Raamovereenkomst verbonden heeft, voor zover deze werkelijk door de Investeerder gestort zijn binnen de drie maanden na de ondertekening van de Raamovereenkomst;
- per belastbaar tijdperk wordt deze voorlopige vrijstelling verleend ten belope van een bedrag beperkt tot 50 %, met een maximum van twee miljoen euro (2.000.000 EUR) voor de Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten laatste afsluit op 31 december 2022 en met een maximum van één miljoen euro (1.000.000 EUR) voor een Investering verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op 1 januari 2023, van de belastbare gereserveerde winst van het belastbaar tijdperk vastgesteld vóór de samenstelling van de vrijgestelde reserve bedoeld in Artikel 194ter, §4. Dit grensbedrag en dit maximum zijn van toepassing op het totaal van de vrijstellingen als bedoeld in de Artikelen 194ter en 194ter/1. Indien een belastbaar tijdperk geen of onvoldoende winst oplevert om de sommen ter uitvoering van de Raamovereenkomst te kunnen aanwenden, wordt de voor dat belastbaar tijdperk niet verleende vrijstelling overgedragen overeenkomstig artikel 2.3 supra;
- de vrijstelling wordt slechts definitief toegekend indien het Tax Shelter Attest daadwerkelijk wordt afgeleverd en dit uiterlijk op 31 december van het vierde jaar volgend op het jaar waarin de Xxxxxxxxxxxxxxxx werd getekend;
- de vrijstelling waarop aanspraak wordt gemaakt uit hoofde van ofwel de sommen die op grond van de Raamovereenkomst werkelijk betaald zijn ofwel de fiscale waarde van het Tax Shelter Attest, en van de in artikel 2.3 supra bedoelde overdracht, kan uiterlijk worden toegekend in het aanslagjaar verbonden met het vierde belastbaar tijdperk dat volgt op het jaar van de ondertekening van de Raamovereenkomst;
- de definitieve vrijstelling die is toegekend op basis van de gestorte sommen in uitvoering van de Raamovereenkomst en met het oog op het behalen van een Tax Shelter Attest wordt slechts toegekend indien de Investeerder bij de aangifte in de inkomstenbelastingen van het belastbaar tijdperk in de loop van hetwelk hij aanspraak heeft gemaakt op de definitieve vrijstelling, een kopie voegt van het Tax Shelter Attest dat hij ontvangen heeft en in de mate waarin per belastbaar tijdperk, de grenzen en maxima bedoeld in de Artikelen 194ter, §3 en 194ter/1, §5 nageleefd worden;
- in het geval dat wordt vastgesteld dat een van deze uitgiftevoorwaarden van het Tax Shelter Attest gedurende enig belastbaar tijdperk niet langer wordt nageleefd of ontbreekt, wordt de voorheen vrijgestelde winst aangemerkt als winst van dat belastbare tijdperk;
- in het geval dat de Investeerder op 31 december van het vierde jaar volgend op het jaar waarin de Xxxxxxxxxxxxxxxx wordt getekend het Tax Shelter Attest niet heeft ontvangen, wordt de voorheen vrijgestelde winst aangemerkt als winst van het belastbare tijdperk tijdens hetwelk het Tax Shelter Attest rechtsgeldig kon worden afgeleverd;
- de definitieve vrijstelling is in ieder geval beperkt tot tweehonderdendrie % (203 %) van de fiscale waarde van het Tax Shelter Attest. Het eventuele overschot van de sommen die zijn gestort en die in aanmerking zijn genomen als tijdelijk vrijgestelde winst wordt beschouwd als winst van het belastbaar tijdperk tijdens hetwelk het Tax Shelter Attest is afgeleverd;
- het tarief van de vennootschapsbelasting dat van toepassing is op de in het Artikel 194ter, §7, tweede lid bedoelde voorheen vrijgestelde winst, op de in het Artikel 194ter, §7, derde lid bedoelde voorheen vrijgestelde winst en op het in het Artikel 194ter, §7, vierde lid vermelde overschot, bedraagt het in het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, artikel 215 bedoelde tarief van de vennootschapsbelasting dat geldt voor het aanslagjaar waarvoor de vrijstelling voor de eerste keer werd gevraagd;
- in de gevallen bedoeld in het Artikel 194ter, §7, tweede tot vierde lid zijn de nalatigheidinteresten verschuldigd op de overeenkomstig het Artikel 194ter, §7, vijfde lid verschuldigde belasting vanaf 30 juni van het jaar dat volgt op het aanslagjaar waarvoor de vrijstelling voor de eerste keer werd gevraagd;
- indien evenwel het totaal van de in België gedane uitgaven die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie zoals bedoeld in, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter §1, 1ste lid, 6°, en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 1°, minder is dan 70 % van de Belgische uitgaven, zal de fiscale waarde van het Tax Shelter Attest proportioneel worden verminderd a rato van het percentage van de in België gedane uitgaven die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie in verhouding tot de vereiste 70 %.
3.4. De Investeerder verklaart kennis te hebben genomen van zijn recht om aanspraak te maken op een eventuele aftrek als beroepskosten van de andere bedragen dan degene die in het kader van de Raamovereenkomst gestort zijn en die evenzeer betrekking hebben op de productie van een in aanmerking komend Werk en dit binnen de voorwaarden zoals bedoeld door artikelen 49 en volgende van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992.
In afwijking echter van de artikelen 23, 48, 49 en 61 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 zijn de kosten en verliezen evenals de minderwaarden, voorzieningen en afschrijvingen die betrekking hebben op de aankoop van het Tax Shelter Attest, noch aftrekbaar als beroepskost of -verlies noch vrijstelbaar.
3.5. De Investeerder gaat ten aanzien van de Producent en de Tussenpersoon de definitieve en onherroepelijke verbintenis aan om de verplichtingen die te zijnen laste vallen krachtens de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2 onvoorwaardelijk en op onafgebroken wijze te respecteren, meer bepaald:
- om de op grond van Artikel 194ter vrijgestelde winst te boeken op een afzonderlijke rekening van het passief van zijn balans tot op het moment waarop de Investeerder aanspraak maakt op de definitieve vrijstelling overeenkomstig de termijnen en voorwaarden zoals bedoeld in Artikel 194ter, §5;
- om de op grond van Artikel 194ter, §2 en/of Artikel 194ter/1, §5 vrijgestelde winst niet te gebruiken als grondslag voor de berekening van enige beloning of toekenning, tot op de datum waarop het Tax Shelter Attest wordt afgeleverd;
- om bij zijn aangifte op de inkomstenbelasting van het belastbaar tijdperk waarvoor hij aanspraak maakt op de definitieve vrijstelling een kopie te voegen van het Tax Shelter Attest dat afgeleverd werd in overeenstemming met Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 10;
- om het Tax Shelter Attest bij te houden overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 10°;
- dat hij geen rechten; rechtstreeks of onrechtstreeks, in het Werk bezit of in bezit heeft gehad.
3.6. De Investeerder erkent dat de Tussenpersoon handelt binnen de grenzen van de toepasselijke Tax Shelter-wetgeving en daarom zijn tussenkomst wat betreft de opvolging van de Investering beperkt tot de administratieve en technische opvolging. Deze door de Tussenpersoon beheerde administratieve en technische taken zijn in hoofdzaak de volgende: opmaken en ondertekenen van de Raamovereenkomsten, verificatie van de statuten van de Investeerders en de Producenten, verificatie van de Tax Shelter- erkenning van de Producenten, verificatie van het RSZ attest van de Producenten, tijdige aanmelding van de ondertekende Xxxxxxxxxxxxxxxxxx aan de FOD Financiën, toezicht op de ontvangst binnen de wettelijke termijnen van de door de Investeerders gestorte bedragen en de latere overdracht ervan aan de Producenten, betaling van de Premies na 18 maanden, opvolging van de Producenten zodat de Tax Shelter Attesten binnen de voorgeschreven wettelijke termijnen worden afgeleverd, opvolging van de aflevering van de definitieve Tax Shelter Attesten die de Producenten hebben ontvangen aan de Investeerders wanneer deze beschikbaar zijn en opvolging van de communicatie met de Investeerders. De Tussenpersoon komt niet tussen in de productie als zodanig (noch artistiek, noch creatief, noch financieel). De productie, het gebruik van het Budget, de uitgaven en de samenstelling van het Tax Shelter- dossier zijn het exclusieve domein van de Producent. De Tussenpersoon neemt geen enkele verantwoordelijkheid voor de activiteiten van de Producent, hetgeen de Investeerder erkent.
3.7. De Investeerder erkent dat de deelname aan de financiering van de productie van een in aanmerking komend Werk met het oog op het verkrijgen van een belastingvoordeel een risicovolle investering is zonder garantie dat het verwachte belastingvoordeel daadwerkelijk zal worden verkregen. De Investeerder erkent tevens dat hem wordt aangeraden zijn specifieke situatie met zijn gebruikelijke belastingadviseur te bestuderen.
4. VERKLARINGEN, WAARBORGEN EN VERBINTENISSEN VAN DE PRODUCENT
4.1. De Producent verklaart en garandeert een in aanmerking komende productievennootschap te zijn, i.e. een binnenlandse vennootschap of een Belgische inrichting van een belastingplichtige bedoeld in artikel 227, 2° van het Wetboek Inkomstenbelasting 1992, en die als voornaamste doel de ontwikkeling en de productie van Audiovisuele Werken of de productie en de ontwikkeling van nieuwe Podiumwerken heeft, zoals blijkt uit zijn statuten waarvan een uittreksel het voorwerp is van de Bijlage II van Luik II.
Hij verklaart en garandeert geen vennootschap verbonden met een Belgische of buitenlandse televisieomroep te zijn, noch beschouwd te kunnen worden als een vennootschap verbonden met een Belgische of buitenlandse televisieomroep overeenkomstig Artikel 194ter, §1, alinea 1, 2°, alinea 2, gezien deze televisieomroep geen voordelen verkrijgt die rechtstreeks verbonden zijn met de productie of de exploitatie van het Werk.
Hij verklaart en garandeert door de Minister van Financiën te zijn erkend als in aanmerking komende productievennootschap op de datum zoals vermeld in Luik II en verbindt zich ertoe het nodige te doen om deze erkenning te behouden voor de volledige duur van de Raamovereenkomst.
Hij verklaart en garandeert geen achterstallen te hebben bij de Rijksdienst voor de sociale zekerheid op de datum waarop de Raamovereenkomst wordt gesloten.
4.2. a) Voor de Audiovisuele Werken verklaart en garandeert de Producent dat het Werk een in aanmerking komend Werk is in de betekenis van Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 4°, te weten:
(i) een Europees audiovisueel Werk zoals een fictiefilm, een documentaire of een animatiefilm bestemd om in de bioscoop te worden vertoond, een kortfilm met uitzondering van korte reclamefilms, een lange fictiefilm voor televisie, in voorkomend geval opgedeeld in afleveringen, een fictie- of animatieserie, kinder- en jeugdreeksen, zijnde fictiereeksen met een educatieve, culturele en informatieve inhoud voor een doelgroep van 0 tot 16-jarigen of een documentaire voor televisie; of
(ii) een internationale productie in de categorie fictiefilm, documentaire of animatiefilm bestemd om in de bioscoop te worden vertoond, voor zover zij ofwel vallen binnen het toepassingsgebied van de Richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2010 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (Richtlijn « Audiovisuele mediadiensten »), ofwel vallen binnen het toepassingsgebied van een bilaterale overeenkomst inzake coproductie afgesloten door België met een andere Staat. Onder Staat, en dat geldt evenzeer voor België, wordt zowel het federale niveau als alle administratieve onderliggende niveaus bedoeld.
(iii) in beide gevallen zoals bedoeld in (i) en (ii) supra, dat het Werk door de bevoegde diensten van de betrokken gemeenschap werd erkend als Europees Werk, zoals blijkt uit de kopie van de erkenning genoemd in de Bijlage I van Luik II.
b) Voor de Podiumwerken verklaart en garandeert de Producent dat het Werk een nieuwe podiumproductie is die erkend is door de betrokken Gemeenschap als Europees Podiumwerk in de zin van Artikel 194ter/1,
§2, dat wil zeggen dat het Werk wordt:
(i) tot stand gebracht door een of meer producenten die in een of meer lidstaten van de Europese Economische Ruimte gevestigd zijn of gesuperviseerd en daadwerkelijk gecontroleerd door een of meer producenten die in een of meer van de lidstaten van de Europese Economische Ruimte gevestigd zijn;
(ii) erkend als nieuwe podiumproductie: een theater-, circus-, straattheater-, opera-, klassieke muziek-, dans- of muziektheaterproductie, met inbegrip van musical en ballet, alsook de productie van een totaalspektakel, waarbij het scenario, de theatertekst, de regie of de scenografie nieuw is, of die een herinterpretatie betreft. Onder totaalspektakel wordt begrepen de combinatie van diverse van hierboven vermelde podiumkunsten, eventueel op bijkomstige wijze aangevuld met choreografie, toneelspel, speciale effecten, pyrotechnische effecten en innoverende technologieën qua geluid, beeld en scenografie; en
(iii) erkend door de bevoegde diensten van de betrokken Gemeenschap als Europees Podiumwerk, zoals blijkt uit de kopie van de erkenning genoemd in de Bijlage I van Luik II.
4.3. De Producent verklaart en garandeert dat hij het geheel van de rechten heeft verworven die nodig zijn voor de productie en de ononderbroken, ongestoorde en optimale exploitatie van het Werk, door alle middelen, dragers en procedés.
De Producent verklaart en garandeert dat hij de nodige financiering heeft verzameld om het geheel van de definitieve productiekosten van het Werk te dekken en staat borg voor de goede afloop van het Werk
overeenkomstig de gebruiken van het vak, zijnde, voor de Audiovisuele Werken, de levering van het geheel van het mastermateriaal nodig voor de exploitatie van het Werk, en, voor de Podiumwerken, de Première, overeenkomstig het goedgekeurde scenario en de hierboven opgenomen verklaringen en kenmerken alsook overeenkomstig de artistieke, technische en financiële elementen die als Luik II bij de Raamovereenkomst opgenomen zijn, met alle voor de exploitatie van het Werk eventueel nodige controlevisa.
De Producent garandeert aan de Investeerder dat hij enkel in zijn eigen naam en onder zijn eigen verantwoordelijkheid zal optreden ten opzichte van alle derden die betrokken zouden kunnen zijn bij de productie van het Werk.
4.4. De Investering is een forfaitair en definitief bedrag, zodanig dat, in geval van overschrijding van de kosten van het Werk ten opzichte van het Budget, de Producent aan de Investeerder garandeert dat alleen hij de taak zal hebben de nodige financiering te vinden om het overschot van de uitgaven te betalen. Daarentegen, indien de Producent, mits het respecteren van de artistieke en technische kenmerken van het Werk alsmede alle door de Xxxxxxxxxxxxxxxx beoogde verplichtingen, een besparing zou realiseren ten opzichte van het Budget, dan zou deze besparing door hem definitief verworven zijn.
4.5. De Producent verklaart en garandeert dat zowel het Werk dat hij te produceren heeft als haar productie, realisatie- en exploitatiemodaliteiten aan de voorschriften van de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2 zullen beantwoorden zodanig dat de Investeerder, voor zover hij de verplichtingen die hem toekomen vervult, van het vrijstellingsregime van de belastbare winsten dat door deze wettelijke bepaling is verleend, zal kunnen genieten.
4.6. De Producent garandeert dat het Werk niet strijdig is met de wetten of met het algemeen belang, dat het het eerbiedigen van de menselijke waardigheid niet schendt, en namelijk dat het geen aansporing tot discriminatie, haat of geweld bevat, in het bijzonder om redenen van ras, geslacht of nationaliteit.
4.7. De Producent verklaart kennis te hebben genomen van de omstandigheid dat de vrijstelling waarop aanspraak wordt gemaakt, ofwel voor de bedragen die werkelijk zijn betaald binnen de termijn van drie maanden vanaf de ondertekening van de Raamovereenkomst, ofwel voor de fiscale waarde van het Tax Shelter Attest en de overdracht zoals bedoeld in Artikel 194ter, §3, 2de lid, niet aan de Investeerder kan worden toegekend na het aanslagjaar dat verband houdt met het vierde belastbaar tijdperk dat volgt op het jaar van de ondertekening van de Raamovereenkomst.
4.8. De Producent verbindt er zich definitief en onherroepelijk toe ten aanzien van de Partijen en garandeert hen onvoorwaardelijk en zonder onderbreking:
a) om Belgische uitgaven te doen voor een minimumbedrag gelijk aan 90% van het bedrag van het Tax Shelter Attest zodat deze fiscale waarde kan worden bereikt. Deze Belgische uitgaven moeten worden gedaan binnen een periode van 18 maanden die ten vroegste aanvangt 6 maanden voor de datum van de ondertekening van de Raamovereenkomst en ten laatste loopt tot 18 maanden na de datum van ondertekening van de Raamovereenkomst, met uitzondering echter van animatiefilms, animatieseries bestemd voor televisie en Podiumwerken waarvoor de termijn van 18 maanden tot 24 maanden wordt verlengd. De Belgische uitgaven gedaan in de periode voorafgaand aan de datum van de ondertekening van de Raamovereenkomst bedragen maximaal 50% van het totaal van de Belgische uitgaven. Voor de Podiumwerken moeten deze Belgische uitgaven gedaan worden uiterlijk één maand na de Première;
b) om Europese uitgaven te doen overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 6° en dat ten minste 70% van de kwalificerende productie- en exploitatie-uitgaven, in de Europese Economische Ruimte, uitgaven zijn die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie in de zin van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 8°, en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 1°;
c) dat ten minste 70% van het bedrag van de Belgische uitgaven, uitgaven betreffen die rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie in de betekenis van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 8°, en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 1°;
d) om het totaal van de bedragen die definitief worden gestort door de in aanmerking komende Investeerders die deelnemen aan de financiering van het Werk te beperken tot ten hoogste vijftig % (50%) van het Budget;
e) om de som van alle fiscale waarden van de Tax Shelter Attesten te beperken tot een bedrag van maximaal 15.000.000 euro per Audiovisueel Werk en maximaal 2.500.000 euro per Podiumwerk;
f) om in de eindgeneriek van het Werk de steun te vermelden aangebracht door de Belgische wetgever inzake de Tax Shelter;
g) om erop toe te zien dat het Budget een duidelijke opsplitsing maakt tussen:
- het gedeelte dat ten laste wordt genomen door de Producent;
- het gedeelte dat gefinancierd wordt door elk van de in aanmerking komende Investeerders dat reeds is vastgelegd;
h) om het totaal van de bedragen, gestort door de Investeerder, binnen de termijn van drie maanden vanaf de ondertekening van de Raamovereenkomst, effectief aan te wenden als Investering tot de financiering van het Werk, overeenkomstig het Budget;
i) om ervoor te zorgen dat de vergoedingen betaald of toegekend aan executive producers, co-producers, associate of andere producers die niet in, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 8° en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §3, 1°, worden bedoeld, alsmede de algemene kosten en commissielonen van de productie ten bate van de Producent, betrekking hebben op werkelijke prestaties en niet meer bedragen dan 18% van de Belgische uitgaven zodat zij aangemerkt worden als uitgaven die niet rechtstreeks verbonden zijn met de productie en de exploitatie van het Werk.
4.9. De Producent verbindt zich ertoe:
(i) om de Raamovereenkomst aan te melden bij de Federale Overheidsdienst Financiën binnen de maand volgend op haar ondertekening, overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 5° of om hiertoe een lastgeving te verlenen aan de Tussenpersoon per afzonderlijke overeenkomst;
(ii) om aan de Investeerder, via de Tussenpersoon, de Premie te betalen zoals bedoeld in artikel 2.5 van Luik I;
(iii) om aan de Investeerder een verzekering toe te kennen tegen het risico dat het Tax Shelter Attest, geheel of gedeeltelijk, niet wordt afgeleverd.
4.10. Het bedrag van de Premie gestort op de gerubriceerde bankrekening bepaald in het artikel 2.6 van Luik I kan op geen enkele manier deel uitmaken van het patrimonium van de Producent. De Producent erkent en garandeert tevens dat hij de Tax Shelter-fondsen in geen geval zal gebruiken voor andere doeleinden dan die welke in de Raamovereenkomst zijn voorzien.
4.11. De Producent verbindt er zich toe om, in geval van beslag op de gerubriceerde bankrekening, de bijzondere bestemming van deze rekening ter kennis van de beslaglegger te brengen.
4.12. De Producent verbindt zich ertoe het Tax Shelter Attest aan te vragen op basis van de aangemelde Raamovereenkomst en van de uitgaven die zijn gemaakt voor de financiering van de productie en de exploitatie van het Werk zoals nader bepaald in, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 6°, 7°, 8° en 9° en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 6° en 7° en Artikel 194ter/1, §3, 1° en 2°.
4.13. De Producent verbindt zich ertoe om aan de Federale Overheidsdienst Financiën, samen met de aanvraag van Tax Shelter Attest, de volgende stukken te bezorgen:
- een document waarin de betrokken gemeenschap bevestigt dat het Werk beantwoordt aan de definitie van een Werk in de betekenis van, voor de Audiovisuele Werken, Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 4° en, voor de Podiumwerken, Artikel 194ter/1, §2;
- een document waarin de betrokken gemeenschap bevestigt dat het Werk is voltooid of dat de Première heeft plaatsgevonden en dat de globale financiering van het Werk, uitgevoerd in overeenstemming met de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2, niet meer bedraagt dan vijftig % (50%) van het Budget en daadwerkelijk werd aangewend voor de uitvoering van dit Budget, overeenkomstig Artikel 194ter, §4, 3°.
In het geval de Producent verbonden is met een televisieomroep, overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 2°, 2de lid, verbindt de Producent zich ertoe om aan de Federale Overheidsdienst Financiën, samen met de aanvraag voor een Tax Shelter Attest, een document voor te leggen waarin de betrokken gemeenschap in eerste analyse inschat of de televisieomroep geen voordelen verkrijgt die rechtstreeks verbonden zijn met de productie of de exploitatie van het Werk.
4.14. De Producent verbindt zich ertoe om alle verplichtingen voortvloeiend uit de Raamovereenkomst (en in het bijzonder dit artikel) na te leven zodat de Federale Overheidsdienst Financiën een Tax Shelter Attest aflevert ten gunste van de Investeerder, ten vroegste drie maanden na de storting van de laatste Investering met betrekking tot het Werk en uiterlijk op 31 december van het vierde jaar volgend op de datum waarop de Raamovereenkomst wordt getekend. Hebben dezelfde Partijen meerdere raamovereenkomsten met betrekking tot hetzelfde Werk getekend, dan wordt het Tax Shelter Attest
uiterlijk op 31 december van het vierde jaar dat volgt op de datum van ondertekening van de eerste van deze raamovereenkomsten afgeleverd.
4.15. De Producent verbindt zich ertoe om geen enkel recht of geen enkele zekerheid toe te kennen die de goede uitoefening van de rechten die aan de Investeerder krachtens de Xxxxxxxxxxxxxxxx worden toegekend zou doen mislukken of in het gedrang brengen.
4.16. De Producent verklaart en garandeert dat er aan de Investeerder geen enkel economisch of financieel voordeel wordt toegekend, met uitzondering van handelsgeschenken van geringe waarde in de zin van artikel 12, §1, 1ste lid, 2°, van het Wetboek van de Belasting over de toegevoegde waarde.
In het algemeen verbindt de Producent zich ertoe aan de Investeerder geen enkel recht op het Werk toe te kennen, rechtstreeks of onrechtstreeks.
4.17. Indien het niet naleven door de Producent van diens verplichtingen zoals deze uit de Raamovereenkomst voortvloeien, het verlies zou inhouden door de Investeerder krachtens zijn Investering in het kader van de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2 aangevraagde fiscale voordelen, verbindt de Producent zich ertoe aan de Investeerder een vergoeding te betalen die overeenstemt met het bedrag van de belastingen, de monetaire intresten alsook de belasting op de vergoeding. De Investeerder zal echter op voorhand het bewijs moeten leveren dat het verlies van de aangevraagde fiscale voordelen krachtens zijn investering in het kader van de Artikelen 194ter, 194ter/1 en 194ter/2, niet voortvloeit uit het feit dat hijzelf de verplichtingen die hem krachtens de Xxxxxxxxxxxxxxxx toekomen niet heeft nageleefd.
4.18. De Producent verbindt zich ertoe de wetgeving die betrekking heeft op het Tax Shelter stelsel na te leven en garandeert dat het aanbod van het Tax Shelter Attest is gedaan in overeenstemming met Artikel 194ter,§12 dat betrekking heeft op de openbare aanbieding van beleggingsinstrumenten en de toelating van beleggingsinstrumenten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt.
De Producent erkent kennis te hebben genomen van het Prospectus en haar eventuele Addenda die de Tussenpersoon heeft opgesteld en die de FSMA heeft goedgekeurd.
4.19. De Producent vrijwaart de Investeerder tegen alle verhaal dat of elke vordering die, op welke grond ook, zou kunnen worden ondernomen door de producenten of coproducenten, auteurs of rechthebbenden, uitgevers, regisseurs, artiesten, acteurs of uitvoerders en in het algemeen door elke persoon die rechtstreeks of onrechtstreeks deel heeft genomen aan de productie of realisatie van het Werk. Hij vrijwaart de Investeerder ook tegen elk verhaal dat of elke vordering die uitgaat van elke persoon die, hoewel hij niet aan de productie of realisatie van het Werk heeft deelgenomen, enig recht zou kunnen doen gelden.
4.20 De Producent erkent uitdrukkelijk dat de Tussenpersoon niet tussenkomt in de productie als zodanig (noch artistiek, noch creatief, noch financieel). De productie, het gebruik van het Budget, de uitgaven en de samenstelling van het Tax Shelter-dossier zijn het domein en de exclusieve verantwoordelijkheid van de Producent.
Het Budget alsook de eventuele wijzigingen daaraan, wordt opgemaakt onder de exclusieve verantwoordelijkheid van de Producent.
5. VERKLARINGEN, GARANTIES EN VERBINTENISSEN VAN DE TUSSENPERSOON
5.1. De Tussenpersoon verklaart en garandeert dat hij door de Minister van Financiën als in aanmerking komend Tussenpersoon is erkend op de datum zoals vermeld in bovenstaand artikel I DEFINITIES en verbindt zich ertoe om het nodige te doen om deze erkenning voor de volledige duur van de Raamovereenkomst te behouden.
5.2. De Tussenpersoon gaat ten aanzien van de Investeerder de verbintenis aan, in zijn hoedanigheid van Tax Shelter Tussenpersoon:
a) om de Xxxxxxxxxxxxxxxx bij de Federale Overheidsdienst Financiën aan te melden binnen de maand volgend op haar ondertekening, overeenkomstig Artikel 194ter, §1, 1ste lid, 5° en de lastgeving die haar werd verleend door de Producent per afzonderlijke overeenkomst;
b) om ervoor te zorgen dat het aanbod van het Tax Shelter Attest en de bemiddeling in Raamovereenkomsten worden uitgevoerd in overeenstemming met de wet van 11 juli 2018 op de aanbieding aan het publiek van beleggingsinstrumenten en de toelating van beleggingsinstrumenten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt en met Verordening 2017/1129 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2017 betreffende het prospectus dat moet worden gepubliceerd wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel op een gereglementeerde markt worden toegelaten en tot intrekking van richtlijn 2003/71/EG.
5.3. Het bedrag van de Premie gestort op de gerubriceerde bankrekening bepaald in het artikel 2.6 van Luik I kan op geen enkele manier deel uitmaken van het patrimonium van de Tussenpersoon.
De niet vrijgegeven bedragen van de Investering worden gestort op een gerubriceerde bankrekening op naam van de Producent, die in geen geval integraal deel kan uitmaken van het vermogen van de Tussenpersoon.
5.4. De Tussenpersoon verbindt er zich toe om de gerubriceerde bankrekeningen niet te gebruiken tot zekerheid van een financieel engagement ten zijnen laste, van welke aard ook, die zich buiten het kader van de uitvoering van de Raamovereenkomst situeert.
5.5. De Tussenpersoon verbindt er zich toe om, ingeval van beslag op de gerubriceerde bankrekeningen, de bijzondere bestemming van deze rekeningen ter kennis van de beslaglegger te brengen.
5.6. De Tussenpersoon komt niet tussen in de productie als zodanig (noch artistiek, noch creatief, noch financieel) en neemt ter zake geen enkele verantwoordelijkheid. De productie, het gebruik van het Budget, de uitgaven en de samenstelling van het Tax Shelter-dossier zijn het domein en de exclusieve verantwoordelijkheid van de Producent.
5.7. De Tussenpersoon neemt geen andere verantwoordelijkheid op zich dan die welke in het Prospectus en de Raamovereenkomst zijn beschreven.
6. VERZEKERINGEN
De Producent zal een verzekering onderschrijven die de Investeerder dekt tegen het risico dat het Tax Shelter Attest, geheel of gedeeltelijk, niet wordt afgeleverd volgens de polis zoals bedoeld door het attest dat het voorwerp is van de Bijlage IV van Luik II. De kosten in verband met deze verzekering zijn ten laste van de Producent.
7. CONTROLE OP DE NALEVING VAN DE RAAMOVEREENKOMST
7.1. De Producent zal de boekhouding van de productie van het Werk voeren. Hij verbindt zich ertoe een analytische boekhouding te houden, die elke rubriek van het Budget vermeldt en waarbij alle bewijsstukken die deel uitmaken van deze boekhouding te allen tijde door de Investeerder geraadpleegd kunnen worden, en dit binnen een termijn van tien (10) werkdagen volgend op het verzoek van de Investeerder.
8. MEDEDELINGEN TUSSEN DE PARTIJEN
8.1. Alle mededelingen uit hoofde van of met betrekking tot de Raamovereenkomst zullen schriftelijk opgesteld worden en per e-mail verstuurd naar de adressen zoals vermeld in de Luiken I en II van de Raamovereenkomst of overhandigd tegen ontvangstbewijs.
8.2. De Producent en de Investeerder communiceren uitsluitend met elkaar via de Tussenpersoon. Daartoe verlenen ze aan de Tussenpersoon een lastgeving om de voor hen bestemde mededelingen in ontvangst te nemen.
8.3. Elke partij mag haar adreswijziging overeenkomstig dit artikel aan de andere Partijen bezorgen.
9. INWERKINGTREDING, DUUR EN ONTBINDING
9.1. Het geheel dat bestaat uit deze Algemene Voorwaarden, Luik I en Luik II vormt één enkele drieledige Raamovereenkomst, waarvan het bestaan afhankelijk is van de ondertekening van Luik I en Luik II en van de aanvaarding van de Algemene Voorwaarden.
De Raamovereenkomst wordt geacht te zijn ondertekend, en treedt in werking, op de dag van ondertekening van Luik II.
De Raamovereenkomst wordt opgesteld in één origineel exemplaar, bewaard door de Tussenpersoon. De Investeerder en de Producent verklaren hiervan een kopie te hebben ontvangen.
De Xxxxxxxxxxxxxxxx verstrijkt wanneer elke Partij al haar verplichtingen zal hebben vervuld.
9.2. De Xxxxxxxxxxxxxxxx zal van rechtswege ontbonden worden indien de Investeerder het aangewezen acht, tien (10) dagen na de verzending van een ingebrekestelling per aangetekende brief met ontvangstbewijs, gericht aan de Tussenpersoon en aan de Producent, en dewelke zonder gevolg is gebleven, indien deze laatste zou nalaten zijn verplichtingen zoals die voortvloeien uit de Raamovereenkomst te vervullen of in geval van onjuistheid van zijn verklaringen of waarborgen, gegeven
krachtens de Xxxxxxxxxxxxxxxx, of in geval van definitieve onderbreking van de productie van het Werk of in geval van insolventie (staking van betaling, verlies van kredietwaardigheid, ernstige financiële moeilijkheden enzovoort), van verzoek tot gerechtelijke reorganisatie of van faillissementsprocedure van de Producent.
In deze verschillende gevallen zal de Producent ertoe gehouden zijn om onmiddellijk aan de Investeerder, op eerste verzoek, de totaliteit van het bedrag van zijn Investering terug te betalen, ongeacht eventuele schadevergoedingen.
9.3. Onverminderd de sanctie voorzien in artikel 2.3. van Luik I wordt de Raamovereenkomst van rechtswege ontbonden tien (10) dagen na de verzending van een ingebrekestelling per aangetekende brief met ontvangstbewijs, door de Tussenpersoon (in zijn naam en in naam van de Producent) verzonden naar de Investeerder, en dewelke zonder gevolg is gebleven, indien deze laatste zou nalaten zijn verplichtingen zoals die voortvloeien uit de Raamovereenkomst te vervullen; of in geval van onjuistheid van zijn verklaringen of waarborgen, gegeven krachtens de Xxxxxxxxxxxxxxxx; of in geval van insolventie (staking van betaling, verlies van kredietwaardigheid, ernstige financiële moeilijkheden enzovoort), van verzoek tot gerechtelijke reorganisatie of van faillissementsprocedure van de Investeerder.
In deze verschillende gevallen zullen de reeds door de Investeerder gestorte sommen in het kader van de Raamovereenkomst definitief verworven zijn door de Producent, ongeacht eventuele schadevergoedingen.
10. TITELS
De titels van de verschillende artikelen en paragrafen van de Raamovereenkomst werden voor de duidelijkheid ingevoegd en kunnen op geen enkele wijze worden beschouwd als zouden ze het toepassingsgebied of het doel van het specifieke artikel of de paragraaf waarnaar zij verwijzen op welke wijze ook definiëren, beperken of bepalen.
11. RECHTSAFSTAND
11.1. Geen der Partijen zal worden geacht afstand te hebben gedaan van een recht dat voortvloeit uit de Raamovereenkomst, uit een fout of uit een overtreding begaan door de andere Partijen, tenzij zij er schriftelijk en uitdrukkelijk afstand van heeft gedaan.
11.2. De afstand van verhaal of van om het even welk recht die door één der Partijen overeenkomstig de voorafgaande alinea gedaan zou zijn, impliceert geen afstand, vanwege die Partij, van om het even welk ander recht dat kan voortvloeien uit de Raamovereenkomst of uit een overtreding of een fout van de andere Partij, zelfs als dat recht of dat verhaal vergelijkbaar is met dat waarvan afstand werd gedaan.
12. GEDEELTELIJKE ONGELDIGHEID
Indien een van de bepalingen van de Raamovereenkomst nietig of onuitvoerbaar zou worden verklaard, zal die nietigheid of onuitvoerbaarheid de geldigheid van de andere bepalingen van de Raamovereenkomst niet aantasten. Indien de bepaling echter de aard of het evenwicht van de Raamovereenkomst zou aantasten, zullen de Partijen ernaar streven om te goeder trouw een geldige of uitvoerbare vervangende bepaling te onderhandelen die een vergelijkbaar effect heeft.
13. EERDERE VERKLARINGEN EN OVEREENKOMSTEN
De Partijen komen overeen dat de Xxxxxxxxxxxxxxxx een volledige, getrouwe en uitvoerige weergave vormt van hun wederzijdse verbintenissen en zeggen alle voorgaande afspraken op; ze zien er formeel van af om zich te beroepen op enige gesprekken of onderhandeling die de ondertekening van de Raamovereenkomst zijn voorafgegaan. De Raamovereenkomst kan niet worden gewijzigd zonder schriftelijke en voorafgaandelijke toestemming van alle Partijen. In geval van tegenstrijdigheid tussen de bepalingen van deze Algemene Voorwaarden en die van de Luiken I en II, zullen deze laatste voorrang hebben.
14. ONOVERDRAAGBAARHEID
De Raamovereenkomst wordt intuitu personae in hoofde van de Partijen gesloten. Geen der Partijen zal bijgevolg aan welke derde ook alle of een deel van de rechten en plichten die uit de Raamovereenkomst voortvloeien, kunnen overdragen zonder het bijzonder, uitdrukkelijk, voorafgaand en schriftelijk akkoord van de andere Partijen.
15. AFWEZIGHEID VAN VENNOOTSCHAP TUSSEN DE PARTIJEN
De Raamovereenkomst zal in geen geval kunnen worden beschouwd als een vereniging of als een vennootschap tussen de Partijen, noch ten aanzien van derden, de aansprakelijkheid van elke Partij is beperkt tot de door haar in de Raamovereenkomst aangegane verbintenissen en geen van de Partijen kan aansprakelijk worden gesteld voor de door de andere ten opzichte van derden aangegane verbintenissen. Dit standpunt is van essentieel belang en is doorslaggevend voor de Raamovereenkomst, die zonder dit standpunt niet tot stand zou zijn gekomen.
16. TOEPASSELIJK RECHT EN RECHTERLIJKE BEVOEGDHEID
De Raamovereenkomst zal uitsluitend overeenkomstig het Belgisch recht beheerst en geïnterpreteerd worden. Elk ontstaan of te ontstaan geschil tussen Partijen met betrekking tot de totstandkoming, de interpretatie, de uitvoering of de ontbinding van de Raamovereenkomst zal uitsluitend onder de bevoegdheid vallen van de Nederlandstalige Rechtbanken van Brussel, het Belgisch recht toepassen.