SPLITSING.
Blad 1 van 30
1
SPLITSING.
(versie 02-06-2010)
58580
Heden, drie juni tweeduizend tien,
verscheen voor mij, Meester Xxxxxx Xxxxxxxx xxx Xxxxxx, notaris, gevestigd te Almere:
1. xxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxx geboren Xxxxxxxxxxxx, notarieel medewerkster, kantooradres X. Xxxxxxxx 0, Xxxxxx, geboren te Paramaribo op dertig november negentienhonderdnegenenzeventig, ten deze handelend als schriftelijk gevolmachtigde, blijkens een onderhandse akte van volmacht, die aan deze akte is gehecht, van het rechtspersoonlijkheid bezittend lichaam de GEMEENTE ALMERE, Xxxxxxxxxxxxx 0 xx Xxxxxx (Postbus 200, 1300 AE Almere),
hierna te noemen: de gemeente.
PREMISSE
De verschenen persoon, handelend als gemeld, neemt in aanmerking:
dat op na te melden registergoed een (bebouwings)plan is geprojecteerd, genaamd "IK BOUW IN MIJN TUIN",
hierna te noemen: het plan;
dat het plan ondermeer omvat drieëndertig (33) kavels, een groenvoorziening, twee (2) doorgaande paden en vijf (5) ontsluitingspaden; dat de groenvoorziening en de paden gemeenschappelijk eigendom zullen worden(zijn) van de kopers van bovenbedoelde kavels/eigenaren van na te melde appartementsrechten;
dat het kenmerkende van het plan is, dat het een groene uitstraling heeft en ook dient te behouden;
dat de gemeente daarvoor in het bij elke kavel/appartementsrecht behorende kavelpaspoort voorschriften en eisen heeft neergelegd met betrekking tot de te realiseren bebouwing;
dat deze voorschriften/eisen ondermeer omvatten
- het maximaal te bebouwen oppervlak;
- maximale hoogte van de bebouwing, en
- -indien van toepassing- verplichting de bebouwing te realiseren op de rooilijn;
dat, in verband met het onderhoud van de gemeenschappelijke zaken en het waarborgen van de groene uitstraling, na te melden registergoed zal worden gesplitst in appartementsrechten,
verklaart:
A. HET 'PERCEEL' EN DE DAARBIJ BEHORENDE GROND
De gemeente is eigenaar van:
twee percelen grond -hierna te noemen het ‘perceel’-, gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4F) te Almere Poort ,
kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W nummers 316 en 317, groot respectievelijk zeventien are en dertig centiare (17.30 are) en vierenvijftig are en vierentachtig centiare (54.84 are).
De gemeente heeft de eigendom de eigendom van voormeld registergoed verkregen door de inschrijving op het kantoor van de Dienst voor het kadaster en de openbare registers te Lelystad op zes augustus
Trip notarissen Almere 036-5336488
Onroerende Zaken Hyp4 : 58390/31 04-06-2010 09:00
negentienhonderd negenennegentig in deel 1696, nummer 43, van een afschrift van een leveringsakte, houdende kwijting voor de koopsom, op vijf augustus negentienhonderd negenennegentig verleden voor notaris Xx.
X.Xxxxxxxx te Almere,
tevens inhoudende afstand van ontbindingsrechten.
B. VOORGENOMEN SPLITSING IN APPARTEMENTSRECHTEN. SPLITSINGSTEKENING
De gemeente wenst over te gaan tot de splitsing van het 'perceel' met de daarbij behorende grond in appartementsrechten als bedoeld in artikel 5:106 van het Burgerlijk Wetboek, onder oprichting van een vereniging van eigenaars en vaststelling van een reglement als bedoeld in artikel 5:111 onder d van het Burgerlijk Wetboek.
TEKENING
Voormelde onroerende zaak is ten behoeve van de voorgenomen splitsing uitgelegd in een tekening van alle bouwlagen, bestaande uit twee bladen; de tekening is op vijf en twintig augustus tweeduizend negen onder nummer 20090824000302 op het kantoor van de Dienst voor het kadaster en de openbare registers in depot genomen.
De tekening is goedgekeurd door de Hypotheekbewaarder op vijf en twintig augustus tweeduizend negen
Op de tekening zijn de gedeelten van het complex die bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt duidelijk aangegeven en voorzien van een Arabisch cijfer; voorts is daarbij voor gemeld kadastraal perceel vastgesteld de complexaanduiding 320A.
C. SPLITSINGSVERGUNNING
Een vergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet is niet vereist.
D. OMSCHRIJVING APPARTEMENTSRECHTEN
Het 'perceel' met de daarbij behorende grond zal worden gesplitst in de volgende appartementsrechten:
1. het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO647 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 1;
2. het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO648 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 2;
3. het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO649 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 3;
4. het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO650 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 4;
5. het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO651 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 5;
6 het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO652 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 6;
7. het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO653 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 7;
8. het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO654 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 8;
9. het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO655 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 9;
10.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO656 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 10;
11.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO657 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 11;
12.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO658 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 12;
13.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO659 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 13;
4
14.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met
toebehoren, bekend als kavel HKO660 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 14;
15.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO661 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 15;
16.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO662 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 16;
17.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO663 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 17;
18.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO664 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 18;
19.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO665 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 19;
20.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO666 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 20;
21.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO667 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 21;
22.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO668 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 22;
5
23.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met
toebehoren, bekend als kavel HKO669 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 23;
24.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO670 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 24;
25.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO671 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 25
26.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO672 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 26;
27.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO673 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 27;
28.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO674 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 28;
29.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO675 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 29;
30.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO676 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 30;
31.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO677 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 31;
32.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO678 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 32;
33.het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van het privé-gedeelte, bestemd voor de bouw van een woning met toebehoren, bekend als kavel HKO679 in het complex "Ik bouw in mijn tuin", gelegen in het Homeruskwartier (gebied 4.F) te Almere, kadastraal bekend gemeente Almere, sectie W, complexaanduiding 320A, appartementsindex 33,
welke appartementsrechten, na splitsing als vorenbedoeld, alle zullen toebehoren aan de gemeente.
E. SPLITSING IN APPARTEMENTSRECHTEN, VASTSTELLING REGLEMENT EN OPRICHTING VERENIGING VAN EIGENAARS De gemeente:
- gaat hierbij over tot voormelde splitsing in appartementsrechten;
- brengt deze tot stand op de wijze als hiervoor vermeld;
- richt hierbij een vereniging van eigenaars als bedoeld in artikel 5:112, lid 1 onder e van het Burgerlijk Wetboek op; en
- stelt hierbij een reglement vast als bedoeld in artikel 5:111 onder d van het Burgerlijk Wetboek als volgt:
van toepassing zijn de bepalingen van na te melden reglement, welk reglement is afgeleid van het modelreglement bij splitsing in appartementsrechten 2006, zoals vastgesteld bij akte verleden op zeventien januari tweeduizend zes voor mr A.G. Xxxxxxx, notaris te Amsterdam, zodat het reglement thans als volgt komt te luiden:
REGLEMENT
A. DEFINITIES EN ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1
In het reglement wordt verstaan onder:
a. "akte": de akte van splitsing, met inbegrip van de tekening als bedoeld in artikel 5:109 tweede lid van het Burgerlijk Wetboek, van het reglement alsmede de eventuele wijzigingen en aanvullingen daarvan;
b. “beheerder”: een door de vergadering benoemd (rechts)persoon die nader te bepalen taken van het bestuur uitoefent, zoals het administratief/financieel beheer, het technisch beheer of het bouwkundig beheer;
c. "bestuur": het bestuur van de vereniging als bedoeld in artikel 5:131 van het Burgerlijk Wetboek, gevormd door één of meer bestuurders;
d. "boekjaar": het boekjaar van de vereniging;
e. "eigenaar": de gemeente tot een appartementsrecht als bedoeld in artikel 5:106 vijfde lid van het Burgerlijk Wetboek, waaronder begrepen een erfpachter, opstaller, vruchtgebruiker of gemeente krachtens een recht van gebruik en/of bewoning op een privé gedeelte respectievelijk appartementsrecht, tenzij uit de tekst of de strekking van het desbetreffende artikel anders blijkt;
f. "perceel": het perceel of de percelen dat/die in de splitsing is/zijn betrokken;
g. "gebruiker": degene die als huurder of anderszins, anders dan krachtens een beperkt recht, het gebruik van het privé gedeelte heeft als bedoeld in artikel 5:120 van het Burgerlijk Wetboek;
h. "gemeenschap": de in de splitsing betrokken goederen;
i. "gemeenschappelijke gedeelten": die gedeelten van het 'perceel' en/of de grond die blijkens de akte niet bestemd zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt;
j. "gemeenschappelijke zaken": alle zaken die bestemd zijn of worden om door alle eigenaars of een bepaalde groep van eigenaars gebruikt te worden voor zover niet vallende onder i;
k. "grond": (het recht op) de grond die in de splitsing is betrokken;
l. "huishoudelijk reglement": het huishoudelijk reglement als bedoeld in artikel 59 van het reglement;
m. "jaarrekening": de jaarrekening waarin is opgenomen een balans en een exploitatierekening met toelichting;
n. "jaarverslag": het verslag van het bestuur over de gang van zaken in de vereniging en het gevoerde beleid;
o. "privé gedeelte": het gedeelte of de gedeelten van het 'perceel' en/of de grond dat/die blijkens de akte bestemd is/zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt;
p. "reglement": het reglement van splitsing als bedoeld in de artikelen 5:111 en 5:112 van het Burgerlijk Wetboek, inhoudende onder meer de statuten van de vereniging en de rechten en plichten van de eigenaars;
r. "reservefonds": het reservefonds als bedoeld in artikel 5:126 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek;
s. "vereniging": de vereniging van eigenaars als bedoeld in artikel 5:112 eerste lid onder e en artikel 5:124 van het Burgerlijk Wetboek;
t. "vergadering": de vergadering van eigenaars als bedoeld in artikel 5:112 tweede lid onder d en artikel 5:125 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek;
u. "voorzitter": de voorzitter van de vergadering. Artikel 2
1. De eigenaars en de gebruikers moeten zich overeenkomstig de eisen van redelijkheid en billijkheid jegens elkander gedragen. Iedere eigenaar en gebruiker dient voorts de bepalingen van het reglement, het eventuele huishoudelijk reglement, de eventuele regels als bedoeld in artikel 5:128 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek, en overige tussen hen krachtens wet of gewoonte bestaande regels voor zover die op hem betrekking hebben, na te leven.
2. Een eigenaar of gebruiker mag geen onredelijke hinder aan de andere eigenaars en gebruikers toebrengen. Regels ter voorkoming van geluidshinder of andere vormen van hinder kunnen nader bij huishoudelijk reglement worden vastgesteld.
3. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht alle handelingen na te laten waardoor schade kan worden toegebracht aan de belangen van andere eigenaars en gebruikers, hypotheekhouders en andere beperkt gemeenten of aan de belangen van de vereniging. Hij is verplicht alles te doen wat dienstig kan zijn ter voorkoming van die schade en hij is verplicht voor zover dit redelijk is om maatregelen te dulden die de strekking hebben bedoelde schade te voorkomen, te beperken dan wel op te heffen.
4. Iedere eigenaar en gebruiker dient er voor in te staan dat zijn huisgenoten en zijn personeel de in de vorige leden van dit artikel bedoelde bepalingen en regels zullen naleven.
Artikel 3
Iedere eigenaar en gebruiker is aansprakelijk voor de door hem aan het 'perceel', de grond of de gemeenschappelijke zaken toegebrachte schade en voor onredelijke hinder voor zover deze schade of hinder aan hemzelf, aan zijn huisgenoten of zijn personeel kan worden toegerekend. Hij is
verplicht voor zover dit redelijk is maatregelen te nemen of te dulden die de strekking hebben bedoelde schade of hinder te voorkomen of te beperken. Artikel 4
Iedere eigenaar en gebruiker is te allen tijde bevoegd en verplicht tot het nemen van maatregelen, die strekken tot het afwenden van een voor de gemeenschappelijke gedeelten of de gemeenschappelijke zaken onmiddellijk dreigend gevaar. Hij is alsdan verplicht het bestuur onverwijld te waarschuwen.
Artikel 5
In het geval dat in een privé gedeelte belangrijke schade is ontstaan of dreigt te ontstaan of gevaar dreigt voor ernstige hinder van de andere eigenaars en gebruikers, is iedere eigenaar en gebruiker verplicht het bestuur onverwijld te waarschuwen en de nodige maatregelen te nemen. Artikel 6
Titel 4 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek is voor zover mogelijk van overeenkomstige toepassing op de eigenaars en de gebruikers, met dien verstande dat eventueel daarmee strijdige feitelijke situaties die zich ten tijde van de splitsing – of, indien dit later is, ten tijde van de oplevering van het 'perceel' – voordoen door de eigenaars en gebruikers dienen te worden geduld.
Artikel 7
Een krachtens (huishoudelijk) reglement of besluit van de vergadering toegestane inwendige of uitwendige wijziging van het 'perceel' mag eerst worden aangebracht nadat daarvoor de eventueel vereiste publiekrechtelijke vergunning of toestemming is verkregen. Evenzo mag een krachtens zodanig reglement of besluit toegestaan gebruik van gemeenschappelijke en/of privé gedeelten eerst worden uitgeoefend, en mag elke andere handeling met betrekking tot het 'perceel' en/of de grond eerst worden verricht, nadat daarvoor bedoelde vergunning of toestemming is verkregen. De rechten voortvloeiende uit een dergelijke publiekrechtelijke vergunning of toestemming mogen niet worden uitgeoefend als daardoor strijd ontstaat met het in de akte bepaalde.
B. AANDELEN DIE DOOR DE SPLITSING ONTSTAAN EN AANDELEN IN DE VERPLICHTING TOT HET BIJDRAGEN IN DE SCHULDEN EN KOSTEN DIE VOOR REKENING VAN DE GEZAMENLIJKE EIGENAARS ZIJN
Artikel 8
1. Iedere eigenaar is in de gemeenschap gerechtigd voor het een/drieëndertigste (1/33ste) gedeelte.
2. De eigenaars zijn voor de in het eerste lid bedoelde breukdelen gerechtigd tot de baten die aan de gezamenlijke eigenaars toekomen en zijn voor diezelfde breukdelen verplicht bij te dragen in de schulden en kosten die voor rekening van de gezamenlijke eigenaars zijn.
C. SCHULDEN EN KOSTEN DIE VOOR REKENING VAN DE GEZAMENLIJKE EIGENAARS ZIJN EN BATEN DIE AAN DE GEZAMENLIJKE EIGENAARS TOEKOMEN, RESERVEFONDS EN ONDERHOUDSPLAN
Artikel 9
1. Tot de schulden en kosten van de gezamenlijke eigenaars als bedoeld in artikel 5:112 eerste lid onder a van het Burgerlijk Wetboek worden gerekend:
a. die welke gemaakt zijn in verband met het onderhoud of het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten of van de gemeenschappelijke zaken of tot het behoud daarvan;
b. die welke verband houden met noodzakelijke herstelwerkzaamheden, vernieuwingen en vervangingen van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken, voor zover die ingevolge het reglement of een rechterlijke beslissing als bedoeld in artikel 5:121 van het Burgerlijk Wetboek niet ten laste komen van bepaalde eigenaars, en voor zover die niet vallen onder a;
c. de schulden en kosten van de vereniging;
d. het bedrag van de schadevergoeding door de gezamenlijke eigenaars als zodanig verschuldigd aan één van hen of aan een derde;
e. de gerechtelijke en buitengerechtelijke kosten verbonden aan het optreden als eiser of als verweerder door of namens de gezamenlijke eigenaars, onverminderd het bepaalde in artikel 13 derde lid;
f. de premies verschuldigd uit hoofde van de verzekeringen, die door het reglement zijn voorgeschreven of waartoe ingevolge artikel 15 door de vergadering is besloten;
g. de verschuldigde publiekrechtelijke lasten voor zover geen aanslag is opgelegd aan de afzonderlijke eigenaars;
h. alle overige schulden en kosten, gemaakt in het belang van de gezamenlijke eigenaars als zodanig, daaronder begrepen de schulden en kosten die voortvloeien uit besluiten van de vergadering.
2. Tot de baten die aan de gezamenlijke eigenaars toekomen behoren renten en andere opbrengsten van vermogen, andere aan de gezamenlijke eigenaars als zodanig toekomende baten, alsmede baten toekomende aan de vereniging, zoals de boeten bedoeld in artikel 39.
Artikel 10
1. Er moet een reservefonds worden gevormd ter voldoening van de kosten die zijn voorzien in het onderhoudsplan als bedoeld in het tweede lid en ter voldoening van niet-voorziene schulden en kosten. Aan het reservefonds zal geen andere bestemming worden gegeven tenzij krachtens besluit van de vergadering met overeenkomstige toepassing van het bepaalde in artikel 49 vierde en vijfde lid, dan wel na opheffing van de splitsing.
2. Het bestuur is verplicht een onderhoudsplan op te (laten) maken, waarin zijn opgenomen de onderhouds- en herstelwerkzaamheden en de vernieuwingen die op meer jaren betrekking hebben, met een schatting van de daaraan verbonden kosten en een gelijkmatige toerekening van die kosten aan de onderscheiden jaren. Dit meerjarenonderhoudsplan dient te worden opgemaakt voor een door de vergadering vast te stellen periode van ten minste vijf jaren. Is die periode langer dan vijf jaren dan moet het plan elke vijf jaar worden herzien.
3. Het onderhoudsplan als bedoeld in het tweede lid wordt vastgesteld door de vergadering. In het kader van dit meerjarenonderhoudsplan kunnen binnen het reservefonds bestemmingsreserves worden gevormd.
4. Over gelden van het reservefonds kan slechts door de voorzitter van de vergadering en één van de eigenaars, die daartoe door de vergadering zal worden aangewezen, en na machtiging daartoe van de vergadering, worden beschikt.
D. JAARLIJKSE BEGROTING, JAARREKENING EN BIJDRAGEN
Artikel 11
1. Voor de aanvang van elk boekjaar legt het bestuur aan de vergadering over een begroting voor dat boekjaar, in welke begroting de volgende posten duidelijk moeten zijn onderscheiden:
a. de schulden en kosten als bedoeld in artikel 9 eerste lid;
b. de aan het desbetreffende boekjaar toe te rekenen bedragen uit hoofde van het onderhoudsplan als bedoeld in artikel 10 tweede en derde lid;
c. toevoegingen aan het reservefonds; en
d. de baten bedoeld in artikel 9 tweede lid.
2. De begroting wordt vastgesteld door de vergadering. Bij het vaststellen van de begroting bepaalt de vergadering tevens het bedrag dat bij wijze van voorschotbijdragen door de eigenaars verschuldigd is, alsmede het aandeel van iedere eigenaar daarin, vastgesteld met inachtneming van de verhouding als is bepaald in artikel 8 tweede lid.
3. De eigenaars zijn verplicht met ingang van de eerste maand van het desbetreffende boekjaar maandelijks bij vooruitbetaling één/twaalfde van het bedoelde aandeel aan de vereniging te voldoen, tenzij de vergadering anders besluit. De betaling van de verschuldigde voorschotbijdrage kan niet worden verrekend of opgeschort in verband met een (vermeende) vordering op de vereniging of de gezamenlijke eigenaars.
Zolang door de vergadering niet de voorschotbijdrage voor een boekjaar is vastgesteld, moeten de eigenaars de laatstelijk vastgestelde voorschotbijdragen voldoen. Deze voorschotbijdragen worden verrekend met de door de vergadering krachtens het tweede lid van dit artikel vastgestelde voorschotbijdragen. Een overschot zal aan de eigenaars worden gerestitueerd, een tekort dient binnen één maand te worden aangezuiverd.
Artikel 12
1. Na afloop van elk boekjaar maakt het bestuur de jaarrekening en het jaarverslag op. Uit de tot de jaarrekening behorende balans moet de grootte van het reservefonds blijken. De tot de jaarrekening behorende exploitatierekening vormt de rekening als bedoeld in artikel 5:112 eerste lid onder b van het Burgerlijk Wetboek en omvat de baten en lasten over het boekjaar, onderverdeeld in de posten genoemd in artikel 11 eerste lid.
2. In de jaarvergadering bedoeld in artikel 43 tweede lid legt het bestuur de jaarrekening ter vaststelling over aan de vergadering. De jaarrekening wordt ondertekend door de bestuurders en de commissarissen. Ontbreekt een raad van commissarissen en wordt omtrent de getrouwheid van de stukken aan de vergadering niet een verklaring overgelegd afkomstig van een accountant bedoeld in artikel 2:393 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek, dan brengt de kascommissie bedoeld in artikel 56 tweede lid ter vergadering verslag van haar bevindingen omtrent de jaarrekening uit.
3. Bij het vaststellen van de jaarrekening bepaalt de vergadering tevens de definitieve bijdragen van de eigenaars, met inachtneming van de verhouding als is bepaald in artikel 8 tweede lid.
4. Bij de toepassing van het in het derde lid bepaalde treden de definitieve bijdragen in de plaats van de in artikel 11 tweede lid bedoelde voorschotbijdragen. Indien deze voorschotbijdragen de definitieve bijdragen te boven gaan, zal het verschil aan de eigenaars worden terugbetaald, tenzij de vergadering anders besluit. Indien de definitieve bijdragen de voorschotbijdragen te boven aan, moeten de eigenaars het tekort binnen een maand na de vaststelling van de exploitatierekening aanzuiveren, tenzij de vergadering anders besluit.
Artikel 13
1. Indien een eigenaar het ingevolge artikel 11 en/of artikel 12 door hem aan de vereniging verschuldigde bedrag niet binnen een maand nadat het bedrag opeisbaar is geworden aan de vereniging heeft voldaan, is hij zonder dat enige ingebrekestelling is vereist in verzuim en is hij over dat bedrag, van de datum van opeisbaarheid af, een rente verschuldigd, berekend op basis van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 van het Burgerlijk Wetboek, met een minimum van tien euro (€10,-) of zoveel meer als de vergadering telkenjare mocht vaststellen. Het bestuur is bevoegd dit bedrag te matigen.
Artikel 39 is niet van toepassing.
2. Indien een eigenaar het bedrag van zijn definitieve bijdrage niet binnen zes maanden na verloop van de termijn als bedoeld in artikel 12 vierde lid heeft voldaan, wordt zijn schuld omgeslagen over de andere eigenaars in de onderlinge verhouding als is bepaald in artikel 8 tweede lid, ongeacht de maatregelen die jegens de nalatige eigenaar kunnen worden genomen en onverminderd recht van verhaal van de andere eigenaars op eerstgenoemde.
3. Een eigenaar is verplicht alle door de vereniging gemaakte kosten, die van rechtskundige bijstand daaronder begrepen, voor het verhalen van het door die eigenaar aan de vereniging verschuldigde, zowel in als buiten rechte, aan de vereniging te vergoeden.
Artikel 14
1. Voor het geval een appartementsrecht aan meer eigenaars gezamenlijk toebehoort, zijn die eigenaars hoofdelijk aansprakelijk voor de verplichtingen die uit de gerechtigdheid tot dat appartementsrecht voortvloeien.
2. Indien een recht van erfpacht, vruchtgebruik, of van gebruik en/of bewoning op een privé gedeelte respectievelijk appartementsrecht is gevestigd, treedt de beperkt gemeente in de plaats van de eigenaar ten aanzien van de aansprakelijkheid voor de gezamenlijke schulden en kosten, tenzij bij de akte van vestiging van het recht anders is bepaald.
E. VERZEKERINGEN
Artikel 15
Voor het complex wordt door het bestuur GÉÉN opstalverzekering afgesloten. Iedere appartementseigenaar dient zelf voor zijn appartementsrecht een opstalverzekering af te sluiten. Door het bestuur zal voor de gemeenschappelijke zaken en gemeenschappelijke gedeelten wel een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering worden afgesloten.
F. GEBRUIK, BEHEER EN ONDERHOUD VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEDEELTEN EN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ZAKEN
Artikel 16
1. De vereniging voert het beheer over - en draagt de zorg voor het onderhoud van - de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken.
2. Bij huishoudelijk reglement kan het gebruik, het beheer en het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken nader worden geregeld.
Artikel 17
1. Tot de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken worden onder meer gerekend, voor zover aanwezig:
a. de grond, de groenvoorziening(en), de doorgaande en de ontsluitingspaden.
b. de overige collectieve voorzieningen.
2. Tot de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken worden niet gerekend:
a. de leidingen voor:
- de afvoer van hemelwater, gootwater en fecaliën, voor zover uitsluitend dienstbaar aan één privé gedeelte;
b. al die zaken die bestemd zijn om uitsluitend te worden gebruikt door de eigenaar of gebruiker van – of uitsluitend dienstbaar zijn aan – één privé gedeelte, voor zover niet anders in het reglement vermeld of met inachtneming van het bepaalde in artikel 18 als zodanig gekwalificeerd.
3. De in het tweede lid bedoelde zaken maken deel uit van het desbetreffende privé gedeelte.
4. Op nieuwe gemeenschappelijke gedeelten en zaken, zoals nieuwe gemeenschappelijke installaties, is het voorgaande van toepassing, met ingang van de dag van aanbrenging daarvan.
Artikel 18
Indien er twijfel bestaat of een gedeelte van het 'perceel' of de grond dan wel een zaak al dan niet tot de gemeenschappelijke gedeelten en/of de gemeenschappelijke zaken behoort, wordt hierover beslist door de vergadering.
Artikel 19
1. Iedere eigenaar en gebruiker heeft het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken volgens de bestemming daarvan.
Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht de nodige zorgvuldigheid in acht te nemen met betrekking tot de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken, ook wanneer die zich in zijn privé gedeelte bevinden. Hij mag geen inbreuk maken op het recht van medegebruik van de andere eigenaars en gebruikers.
2. In afwijking van het in de eerste zin van het eerste lid bepaalde kan in het reglement worden bepaald dat aan de eigenaar van één of meer appartementsrechten niet het gebruik van een bepaald gemeenschappelijk gedeelte of een bepaalde gemeenschappelijke zaak toekomt. In dat geval behoeft de desbetreffende eigenaar niet bij te dragen in de schulden en kosten die betrekking hebben op dat gemeenschappelijke gedeelte of die gemeenschappelijke zaak.
Artikel 20
1. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht zich te onthouden van luidruchtigheid, het onnodig verblijf in de gemeenschappelijke gedeelten, voor zover deze niet voor het verblijf voor korte of lange tijd bestemd zijn, en het plaatsen van voertuigen of andere voorwerpen op plaatsen die hiervoor niet zijn bestemd.
2. De vergadering kan tot de in het eerste lid genoemde handelingen toestemming verlenen.
3. Uit het oogpunt van veiligheid is het niet toegestaan om op enigerlei wijze de doorgang door de gemeenschappelijke ruimten, in het bijzonder vluchtwegen, door het plaatsen van voorwerpen of andere obstakels (voertuigen, vuilniszakken en al of niet verplaatsbare bloembakken daaronder begrepen) te belemmeren.
Artikel 21
1. Iedere op-, aan-, onder- of bijbouw zonder voorafgaande toestemming van de vergadering is verboden. De in de vorige zin bedoelde zin toestemming is niet vereist indien de op-, aan-, onder of bijbouw voldoet aan de voorschriften en eisen als vermeld in het bij het betreffende
privégedeelte(kavel) behorende kavelpaspoort, welke kavelpaspoorten aan deze akte zijn gehecht.
Dit geldt ook als een eigenaar een recht van erfpacht of van opstal wenst te vestigen.
2. De eigenaars en gebruikers mogen zonder toestemming van de vergadering geen veranderingen aanbrengen in de gemeenschappelijke gedeelten of aan de gemeenschappelijke zaken.
Artikel 22
Aan een gegeven toestemming of ontheffing kunnen voorwaarden worden verbonden. Toestemmingen en ontheffingen kunnen worden gewijzigd en worden ingetrokken.
De in de artikelen 20 en 21 bedoelde toestemmingen of ontheffingen mogen niet op onredelijke gronden worden gewijzigd of worden ingetrokken.
G. GEBRUIK, BEHEER EN ONDERHOUD VAN DE PRIVÉ GEDEELTEN
Artikel 23
1. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht het privé gedeelte te gebruiken voor bebouwing overeenkomstig de voorschriften en eisen als vermeld in het bij het betreffende privégedeelte behorende kavelpaspoort. De gerealiseerde opstal(len) dienen te worden gebruikt als woning. Het niet bebouwde deel van het privégedeelte dient te worden ingericht als (sier)tuin.
2. Bij huishoudelijk reglement kan het gebruik, het beheer en het onderhoud van de privé gedeelten nader worden geregeld.
Artikel 24
Opslag van andere dan voor normaal huishoudelijk gebruik bestemde (brand)gevaarlijke, ontplofbare dan wel verontreinigende stoffen en/of materialen is uitsluitend geoorloofd na verkregen schriftelijke toestemming van het bestuur. Het bestuur kan deze toestemming slechts verlenen zover deze opslag geschiedt in speciaal daartoe ingerichte opslagkluizen
Artikel 25
1. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht zijn privé gedeelte behoorlijk te onderhouden.
2. Indien voor het verrichten van een handeling met betrekking tot een ander privé gedeelte of met betrekking tot de gemeenschappelijke gedeelten of de gemeenschappelijke zaken, de toegang tot of het gebruik van een privé gedeelte naar het oordeel van het bestuur noodzakelijk is, is iedere desbetreffende eigenaar en gebruiker verplicht hiertoe zijn toestemming en medewerking te verlenen. Eventuele schade die hieruit voortvloeit, wordt door de eigenaar van het andere appartementsrecht respectievelijk de vereniging vergoed.
Artikel 26
Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht de gemeenschappelijke technische installaties en de bijbehorende leidingen en andere gemeenschappelijke zaken als bedoeld in artikel 17 eerste lid te gedogen.
Artikel 27
1. Alle privé gedeelten, met uitzondering van de zich daarin bevindende gemeenschappelijke gedeelten en/of gemeenschappelijke zaken, zijn voor rekening en risico van de betrokken eigenaar.
2. Alle zich in de privé gedeelten bevindende gemeenschappelijke gedeelten en/of gemeenschappelijke zaken zijn voor rekening en risico van de eigenaars gezamenlijk, onverminderd hun verhaal op degene die voor de schade aansprakelijk is.
Artikel 28
1. Iedere eigenaar en gebruiker die recht heeft op het gebruik van een privé gedeelte voor zover bestemd tot tuin, is verplicht deze voor zijn rekening als tuin aan te leggen en te onderhouden met inachtneming van de besluiten van de vergadering en van het bepaalde in het huishoudelijk reglement. Hieronder is begrepen het onderhoud, het herstel, de vernieuwing en de vervanging van erfafscheidingen, bergruimten en schuren.
2. Het is verboden om
- niet laagblijvende planten binnen vijftig centimeter (50 centimeter) van de erfgrens te planten, en
- hoge/snelgroeiende bomen niet dichter dan één meter (1m) van de erfgrens te laten groeien,
- de hagen hoger dan een meter tachtig centimeter te laten groeien.
3. Het is niet geoorloofd zonder toestemming van de vergadering opgaand hout in de tuin te hebben, waardoor het uitzicht van de andere eigenaars of gebruikers en het ontvangen van licht en lucht door de ramen en openingen van het 'perceel' zouden worden belemmerd. Evenmin is het geoorloofd zonder deze toestemming op de grens van het privégedeelte:
- als (erf)afscheiding houten schuttingen/hekwerken en/of stenen muren;
- op de (erf)afscheidingen hagen met een grotere hoogte dan een meter tachtig centimeter, en
- auto's, caravans, carports, boten, trailers, tenten en dergelijke in de tuin
te plaatsen,
welke bepaling er op gericht is het het karakter en uitstraling van het complex(woonbuurt) in stand te houden.
Artikel 29
Aan een gegeven toestemming kunnen voorwaarden worden verbonden. Toestemmingen kunnen worden gewijzigd en worden ingetrokken.
De in de artikelen 23, 24 en 29 bedoelde toestemmingen mogen niet op onredelijke gronden worden gewijzigd of worden ingetrokken.
Artikel 30
Het in de artikelen 23 tot en met 28 bepaalde kan bij huishoudelijk reglement nader worden geregeld.
H. HET DOOR EEN EIGENAAR ZELF IN GEBRUIK NEMEN VAN ZIJN PRIVÉ GEDEELTE
Artikel 31
1. Iedere eigenaar en gebruiker heeft het recht op uitsluitend gebruik van zijn privé gedeelte.
2. Een eigenaar behoeft geen toestemming om met zijn huisgenoten zijn privé gedeelte in gebruik te nemen, of om een tot dusver niet tot zijn huisgenoten behorend persoon bij zich te doen inwonen.
3. Ten aanzien van het in gebruik geven van een privé gedeelte aan een gebruiker is het in de artikelen 32 tot en met 35 bepaalde van toepassing.
I. HET IN GEBRUIK GEVEN DOOR EEN EIGENAAR VAN ZIJN PRIVÉ GEDEELTE AAN EEN GEBRUIKER
Artikel 32
1. Een eigenaar kan de aan zijn appartementsrecht verbonden gebruiksrechten door een ander laten uitoefenen, mits hij er voor zorgdraagt dat die ander het gebruik slechts verkrijgt na ondertekening van en afgifte aan het bestuur van een in tweevoud opgemaakte en gedagtekende verklaring dat hij de bepalingen van het reglement en het
eventuele huishoudelijk reglement, alsmede eventuele regels als bedoeld in artikel 5:128 eerste lid van het Burgerlijk Wetboek, voor zover die op een gebruiker betrekking hebben, zal naleven.
Een eigenaar wordt geacht aan het in dit lid gestelde te hebben voldaan indien het in de vorige zin van dit lid bepaalde is opgenomen in de overeenkomst waarbij het privé gedeelte met inbegrip van het medegebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en/of gemeenschappelijke zaken aan een ander wordt verhuurd of op andere wijze in gebruik wordt gegeven en een kopie of een uittreksel van deze overeenkomst in tweevoud aan het bestuur is ter hand gesteld en deze kopie of dit uittreksel door het bestuur voor akkoord is ondertekend.
2. Van de in het eerste lid bedoelde verklaring respectievelijk kopie of uittreksel van de overeenkomst behoudt zowel de gebruiker als het bestuur een exemplaar.
3. De in het eerste lid bedoelde verklaring wordt geacht ook betrekking te hebben op besluiten en bepalingen die eerst na die verklaring worden genomen respectievelijk vastgesteld, tenzij een beroep op die besluiten en bepalingen jegens de gebruiker in strijd zou zijn met de redelijkheid en billijkheid. Artikel 5:128 tweede lid van het Burgerlijk Wetboek is van toepassing.
4. Het bepaalde in de voorgaande leden van dit artikel is niet van toepassing op gebruikers ten tijde van de totstandkoming van de splitsing, tenzij de kantonrechter op de voet van artikel 5:128 tweede lid van het Burgerlijk Wetboek anders beslist.
5. Het bestuur zal de gebruiker van iedere aanvulling of verandering van het reglement of het eventuele huishoudelijk reglement, alsmede van eventuele regels als bedoeld in artikel 5:128 van het Burgerlijk Wetboek, op de hoogte stellen.
6. Niettegenstaande de ingebruikgeving van een privé gedeelte aan een ander, blijft de eigenaar aansprakelijk voor de verplichtingen die uit het reglement voortvloeien en voor de gedragingen van de gebruiker van zijn privé gedeelte. De eigenaar en de gebruiker kunnen gezamenlijk schriftelijk aan het bestuur mededelen dat de door de eigenaar verschuldigde definitieve en voorschotbijdragen door de gebruiker zullen worden voldaan, onverminderd de verplichtingen van de eigenaar tot betaling.
Artikel 33
1. Het bestuur kan te allen tijde verlangen dat de gebruiker zich jegens de vereniging als borg verbindt voor de eigenaar, en wel voor de betaling van hetgeen laatstgenoemde ingevolge het reglement aan de vereniging schuldig is of zal worden.
2. Voormelde borgtocht zal zich slechts uitstrekken tot verplichtingen van de betrokken eigenaar die opeisbaar worden na het tijdstip waarop per aangetekende brief door het bestuur aan de gebruiker is medegedeeld dat de vereniging van de in het vorige lid bedoelde bevoegdheid gebruik wenst te maken. Bovendien zal de gebruiker uit hoofde van de hier bedoelde borgtocht per maand nimmer meer verschuldigd zijn dan een bedrag, overeenkomende met de geschatte maandelijkse huurwaarde van het desbetreffende privé gedeelte.
Artikel 34
1. Een eigenaar is verplicht er voor zorg te dragen, dat zijn privé gedeelte niet betrokken wordt door iemand die de in artikel 32 bedoelde verklaring niet getekend heeft.
2. De gebruiker die zonder de in artikel 32 bedoelde verklaring getekend te hebben of zonder de in artikel 33 bedoelde verplichting te zijn nagekomen een privé gedeelte betrokken heeft dan wel in gebruik houdt, kan door het bestuur hieruit op kosten van de eigenaar worden verwijderd en hem kan het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken worden ontzegd.
3. Indien iemand zonder enige titel een privé gedeelte betrokken heeft, neemt het bestuur tijdig alle noodzakelijke maatregelen die kunnen leiden tot ontruiming van het privé gedeelte. Ook de eigenaar is verplicht tot het nemen van maatregelen tot ontruiming.
Het bestuur gaat niet tot ontruiming over dan nadat het de betrokkene tot ontruiming heeft aangemaand.
Aan de betrokkene kan in ieder geval het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken worden ontzegd.
Artikel 35
De artikelen 33 tot en met 35 zijn van overeenkomstige toepassing op de gebruiker die zijn rechten ontleent aan een andere gebruiker.
J. ONTZEGGING VAN HET GEBRUIK VAN EEN PRIVÉ GEDEELTE
Artikel 36
1. Aan de eigenaar die zelf het recht van gebruik uitoefent en die:
a. de bepalingen van het reglement, het huishoudelijk reglement, de eventuele regels bedoeld in artikel 5:128 van het Burgerlijk Wetboek of besluiten van de vergadering niet nakomt of overtreedt;
b. zich schuldig maakt aan onbehoorlijk gedrag jegens andere eigenaars en/of gebruikers;
c. door zijn aanwezigheid in het 'perceel' aanleiding geeft tot ernstige verstoring van de rust in het 'perceel';
d. zijn financiële verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt;
kan door de vergadering een waarschuwing worden gegeven dat, indien hij ondanks deze waarschuwing een of meer van de genoemde gedragingen verricht of voortzet, de vergadering kan overgaan tot de in het volgende lid bedoelde maatregel.
2. Worden een of meer van de in het vorige lid bedoelde gedragingen nogmaals gepleegd of worden deze voortgezet, dan kan de vergadering besluiten tot ontzegging van het gebruik van het privé gedeelte dat aan de eigenaar toekomt alsmede van het gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken.
3. De vergadering besluit niet tot het geven van een waarschuwing of besluit niet tot ontzegging van het gebruik dan na verhoor of behoorlijke oproeping van de eigenaar. De oproeping geschiedt tegelijkertijd met de bijeenroeping van de vergadering, en wel bij aangetekende brief met vermelding van de gerezen bezwaren. De eigenaar kan zich ter vergadering doen vertegenwoordigen of doen bijstaan door een raadsman.
4. De in dit artikel bedoelde besluiten moeten worden genomen met overeenkomstige toepassing van artikel 49 vijfde en zesde lid.
5. De in dit artikel bedoelde besluiten worden door het bestuur bij aangetekende brief ter kennis van de belanghebbende en van de op zijn appartementsrecht ingeschreven hypotheekhouders gebracht. De besluiten zullen de gronden vermelden die tot de maatregel hebben geleid.
6. Een besluit tot ontzegging van het hierboven bedoelde gebruik zal niet eerder ten uitvoer mogen worden gelegd dan na verloop van een maand
na verzending van de kennisgeving als in het vijfde lid bedoeld. Beroep op de rechter ingevolge artikel 5:130 van het Burgerlijk Wetboek schorst de tenuitvoerlegging van het genomen besluit, tenzij de rechter anders bepaalt.
7. Indien een eigenaar zijn privé gedeelte in gebruik heeft gegeven, is het in de vorige leden bepaalde op de gebruiker van toepassing wanneer deze een gedraging verricht als vermeld in het eerste lid, of indien hij niet voldoet aan de financiële verplichtingen voortvloeiende uit de door hem gestelde borgtocht.
K. OVERDRACHT VAN EEN APPARTEMENTSRECHT
Artikel 37
1. Een appartementsrecht kan worden overgedragen. Onder overdracht valt ook toedeling, alsmede vestiging van de beperkte rechten van vruchtgebruik, van gebruik en/of bewoning en van erfpacht of van opstal. Het bestuur is verplicht aan de met de overdracht belaste notaris een aan de akte te hechten verklaring af te geven, welke verklaring een opgave inhoudt van hetgeen de betrokken eigenaar op de dag van de overdracht aan de vereniging schuldig is. De verkrijger is jegens de vereniging niet verder aansprakelijk dan tot het bedrag dat uit de opgave blijkt. De verklaring houdt tevens in een opgave van de omvang van het reservefonds en het aandeel daarin van de eigenaar.
2. Ingeval van vestiging van erfpacht, worden de krachtens de wet, de akte en een eventueel huishoudelijk reglement aan de eigenaar toekomende bevoegdheden uitgeoefend door de erfpachter, en zullen de voor rekening van de eigenaar komende verplichtingen voor diens rekening komen, tenzij in de akte van vestiging anders is bepaald.
3. Na overdracht als bedoeld in het eerste lid van dit artikel moet de nieuwe eigenaar of beperkt gemeente daarvan onverwijld schriftelijk mededeling doen aan het bestuur. Ingeval van vestiging van een beperkt recht als in het eerste lid bedoeld, houdt de mededeling tevens in aan wie het stemrecht toekomt.
4. Onverminderd het in het eerste lid bepaalde zijn voor de terzake het overgedragen appartementsrecht verschuldigde voorschotbijdragen en definitieve bijdragen die voorafgaande aan de overdracht in het lopende of in het voorafgaande boekjaar opeisbaar zijn geworden of zullen worden, de oude en de nieuwe eigenaar hoofdelijk aansprakelijk.
5. Onverminderd het in het eerste lid bepaalde is uitsluitend de oude eigenaar aansprakelijk voor de extra voorschotbijdragen als bedoeld in artikel 49 zevende lid, en de definitieve bijdragen die verschuldigd zijn als gevolg van besluiten van de vergadering als bedoeld in artikel 49 vijfde lid, die tot stand gekomen zijn in het tijdvak gedurende hetwelk hij eigenaar was. Hetzelfde geldt voor bijzondere bijdragen verschuldigd terzake andere rechtsfeiten die in voormeld tijdvak hebben plaatsgehad.
6. Het bestuur draagt zorg dat alle daarvoor in aanmerking komende overeenkomsten op naam van de nieuwe eigenaar gesteld worden.
7. Het bestuur is bevoegd voor de nakoming van de in het eerste, vierde en vijfde lid bedoelde verplichtingen voldoende zekerheid in de vorm van een depot onder de notaris te verlangen.
8. Indien de vereniging terzake de eigendomsovergang een financiële bijdrage verschuldigd is aan de beheerder, komt deze ten laste van de oude eigenaar.
9. De eventuele informatiekosten en toetredingskosten, die slechts mogen dienen ter dekking van de gemaakte kosten, komen ten laste van de nieuwe eigenaar.
L. OVERTREDINGEN
Artikel 38
1. Bij overtreding of niet-nakoming van een der bepalingen van de wet, van het reglement, van het huishoudelijk reglement of van een besluit van de vergadering door een eigenaar of door een gebruiker, zal het bestuur de betrokkene een schriftelijke waarschuwing doen toekomen per aangetekende brief en hem wijzen op de overtreding of niet-nakoming.
2. Indien de betrokkene binnen een maand geen gevolg geeft aan de waarschuwing kan het bestuur hem een eenmalige of dagboete opleggen van ten hoogste een bedrag dat door de vergadering voor zodanige overtredingen of niet-nakoming is bepaald voor elke overtreding of niet-nakoming, onverminderd de gehoudenheid van de betrokkene tot schadevergoeding, zo daartoe termen aanwezig zijn, en onverminderd de andere maatregelen, welke de vergadering kan nemen krachtens de wet of het reglement.
3. De te verbeuren boeten komen ten bate van de vereniging.
4. Indien het bedrag van de boete niet tijdig wordt voldaan is artikel 13 eerste lid van toepassing.
M. OPRICHTING VAN DE VERENIGING EN VASTSTELLING VAN DE STATUTEN VAN DE VERENIGING
I. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 39
1. Bij deze wordt opgericht een vereniging van eigenaars als bedoeld in artikel 5:112 eerste lid onder e van het Burgerlijk Wetboek, welke is genaamd: VERENIGING VAN EIGENAARS "IK BOUW IN MIJN TUIN" en is gevestigd te Almere.
2. De vereniging heeft ten doel het beheer van de gemeenschappelijke zaken (groen), het behartigen van gemeenschappelijke belangen van de eigenaars, alsmede het waarborgen van het groene en kleinschalige karakter van de woonbuurt.
3. Ter bereiking van haar doel kan de vereniging een appartementsrecht of een ander registergoed in eigendom verkrijgen en dit hypothecair verbinden tot zekerheid voor (een) door haar aan te gane geldlening(en). De vereniging is bevoegd tot overdracht dan wel tot ingebruikgeving aan de eigenaars of aan derden van dat appartementsrecht/registergoed.
4. De vereniging kan vergunningen die betrekking hebben op het 'perceel' en de grond, alsmede de exploitatie daarvan, aanvragen en op naam houden.
Artikel 40
1. De middelen van de vereniging worden gevormd door de bijdragen van de eigenaars verschuldigd krachtens het reglement, alsmede door andere baten.
2. Het bestuur is verplicht de kasmiddelen van de vereniging te plaatsen bij een bank op een rekening ten name van de vereniging.
3. De gelden van het reservefonds worden gedeponeerd op een afzonderlijke bankrekening ten name van de vereniging.
4. De vergadering kan besluiten tot belegging van de gelden van het reservefonds, welke belegging dient te geschieden met inachtneming van algemeen aanvaarde bedrijfseconomische eisen op beleggingsgebied als rentabiliteit, solvabiliteit, risicospreiding en afstemming op het doel van het reservefonds.
Artikel 41
Het boekjaar is het kalenderjaar. II. DE VERGADERING
Artikel 42
1. De vergaderingen worden gehouden op een door het bestuur vast te stellen plaats in de gemeente waar de grond is gelegen, bij voorkeur in de nabijheid van het 'perceel'.
2. Jaarlijks wordt, binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, een vergadering gehouden, de jaarvergadering. In deze vergadering legt het bestuur, in overeenstemming met het bepaalde in artikel 12 tweede lid, de jaarrekening ter vaststelling aan de vergadering over. Tevens brengt het bestuur in deze vergadering zijn jaarverslag uit.
3. Vergaderingen worden voorts gehouden zo dikwijls het bestuur, de raad van commissarissen of de voorzitter xxxxx nodig acht, alsmede indien een aantal eigenaars dat tenminste tien procent van het aantal stemmen kan uitbrengen zulks schriftelijk verzoekt aan het bestuur.
4. Indien een door eigenaars verlangde vergadering niet door het bestuur wordt bijeengeroepen op een zodanige termijn, dat de verlangde vergadering binnen drie weken na ontvangst van het verzoek wordt gehouden, zijn de verzoekers bevoegd zelf een vergadering bijeen te roepen met inachtneming van dit reglement.
5. De vergadering benoemt al dan niet uit de eigenaars de voorzitter. Voor de eerste maal kan de benoeming van de voorzitter bij de akte geschieden.
Tenzij bij de benoeming anders is bepaald wordt de voorzitter voor onbepaalde tijd benoemd. Hij kan te allen tijde door de vergadering worden ontslagen.
6. De voorzitter is belast met de leiding van de vergadering; bij zijn afwezigheid voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
7. Indien het bestuur uit meer dan één persoon bestaat, kunnen de functies van voorzitter van het bestuur en voorzitter van de vergadering in één persoon verenigd zijn. In dat geval zullen alle bepalingen in dit reglement of een eventueel huishoudelijk reglement welke een machtiging van het bestuur door de voorzitter voorschrijven voor niet geschreven worden gehouden.
8. De oproeping ter vergadering vindt schriftelijk plaats met een termijn van tenminste vijftien dagen - de dag van oproeping en van vergadering daaronder niet gerekend - en wordt verzonden naar de werkelijke of, in overeenstemming met artikel 1:15 van het Burgerlijk Wetboek, de gekozen woonplaats van de eigenaars; zij bevat de opgave van de onderwerpen van de agenda alsmede de plaats en het tijdstip van de vergadering. Elke eigenaar is tot uiterlijk zeven dagen voor de vergadering en mits bij schriftelijke kennisgeving aan het bestuur - dan wel per fax of e-mail - bevoegd onderwerpen op de agenda te laten plaatsen. Het bestuur is alsdan verplicht onverwijld de overige eigenaars hiervan in kennis te stellen.
9. Alle ter vergadering aanwezige stemgemeenten zijn verplicht een presentielijst te tekenen. Deze presentielijst is bepalend voor het quorum. De gevolmachtigde tekent de presentielijst namens de volmachtgever.
Artikel 43
1. Van het verhandelde in de vergadering worden, tenzij hiervan een notarieel proces-verbaal wordt opgemaakt, onderhandse notulen gehouden, welke moeten worden ondertekend door de voorzitter en het bestuur en welke worden vastgesteld in dezelfde of de eerstvolgende vergadering.
2. Het bestuur zendt per post, per fax of per e-mail aan iedere eigenaar binnen twee weken na de vergadering de notulen of het ontwerp daarvan toe.
3. Iedere eigenaar is gerechtigd tot inzage van de notulen. Artikel 44
1. Stemgerechtigd zijn de eigenaars. Bij erfpacht, vruchtgebruik of recht van gebruik en/of bewoning komt het stemrecht toe aan de beperkt gemeente, tenzij bij de vestiging van het recht anders is bepaald. Bij het recht van opstal blijft het stemrecht bij de eigenaar, tenzij bij de vestiging van dat recht anders is bepaald.
2. a. Het totaal aantal stemmen bedraagt drieëndertig (33). Iedere eigenaar kan één (1) stem uitbrengen.
b. In afwijking van het bepaalde in lid a is voorzolang één eigenaar meer dan de helft van het maximaal aantal stemmen kan uitbrengen, die eigenaar slechts bevoegd tot het uitbrengen van het aantal stemmen gelijk aan het aantal stemmen hetwelk door de overige eigenaar(s) zou kunnen worden uitgebracht, ook al is/zijn laatstbedoelde eigenaar(s) niet ter vergadering aanwezig casu quo vertegenwoordigd.
3. Een stemgemeente kan zijn stemrecht niet uitoefenen bij het nemen van besluiten waarbij aan hem, zijn echtgenoot, geregistreerd partner of bloedverwanten in de rechte lijn, of aan vennootschappen waarin hij, zijn echtgenoot, geregistreerd partner of bloedverwanten in de rechte lijn direct of indirect een meerderheidsbelang hebben, anders dan in hun hoedanigheid van eigenaar, rechten worden toegekend of verplichtingen worden kwijtgescholden.
Artikel 45
1. Indien een appartementsrecht aan meer eigenaars toekomt zullen dezen hun stemrecht in de vergadering slechts kunnen uitoefenen door middel van één hunner of van een derde, daartoe schriftelijk aangewezen.
2. Indien zij over hun vertegenwoordiging ter vergadering niet tot overeenstemming kunnen komen, is de meest gerede hunner bevoegd de kantonrechter te verzoeken een derde aan te wijzen als vertegenwoordiger.
Artikel 46
Iedere eigenaar is bevoegd, hetzij in persoon, hetzij bij een schriftelijk gevolmachtigde die al dan niet lid van de vereniging is, de vergadering bij te wonen, daarin het woord te voeren en het stemrecht uit te oefenen, wat dit laatste betreft met inachtneming van het bepaalde in artikel 44 derde lid en artikel 45 eerste lid. Een bestuurder kan niet als gevolmachtigde optreden. Iedere eigenaar en gevolmachtigde is bevoegd zich te doen vergezellen van een jurist of een accountant die ter vergadering het woord mag voeren.
Artikel 47
1. Alle besluiten waarvoor in dit reglement of krachtens de wet geen afwijkende regeling is voorgeschreven worden genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
Onder volstrekte meerderheid van stemmen wordt hier verstaan: meer dan de helft van de ter vergadering uitgebrachte stemmen; blanco stemmen, ongeldige stemmen en (verklaringen van) stemonthouding worden niet tot de uitgebrachte stemmen gerekend.
2. Bij staking van stemmen over zaken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Indien bij stemming over personen geen hunner de volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen verkrijgt, wordt herstemd tussen de twee personen die de meeste stemmen op zich verenigd hebben.
Indien meer dan twee personen de meeste stemmen verkregen hebben, wordt door loting uitgemaakt welke twee van hen voor herstemming in aanmerking komen.
Indien het grootste aantal stemmen slechts door één persoon is verkregen, zal worden herstemd tussen die persoon en een persoon die een aantal stemmen verkregen heeft welk het dichtst bij het grootste aantal stemmen ligt, en indien meer personen in dit laatste geval verkeren, zal door het lot worden beslist wie van hen voor herstemming in aanmerking komt. Bij deze tweede stemming is alsdan gekozen hij die de meeste stemmen op zich verenigd heeft, terwijl ingeval bij deze tweede stemming de stemmen staken het lot beslist.
3. Met een besluit van de vergadering staat gelijk een voorstel, waarmee alle eigenaars schriftelijk hun instemming hebben betuigd, fax en e-mail daaronder begrepen.
Artikel 48
Besluiten zijn vernietigbaar overeenkomstig het daaromtrent bepaalde in de artikelen 2:15 en 5:130 van het Burgerlijk Wetboek. De bevoegdheid om vernietiging van een besluit te verzoeken vervalt door verloop van een maand, welke termijn begint met de aanvang van de dag volgende op de dag waarop de belanghebbende van het besluit kennis heeft genomen of daarvan kennis heeft kunnen nemen.
Het vorenstaande is niet van toepassing op een besluit tot wijziging van de akte als bedoeld in artikel 57.
Artikel 49
1. De vergadering beslist over het beheer van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken, voor zover de beslissing hierover niet aan het bestuur toekomt.
De vergadering stelt het in het vijfde lid bedoelde bedrag vast met inachtneming van de daar genoemde wijze van besluitvorming.
2. De beslissing over het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken berust bij het bestuur, onverminderd het bepaalde in artikel 53 tweede lid.
Het bestuur kan geen onderhoudswerkzaamheden opdragen die niet op de vastgestelde begroting voorkomen, tenzij het daartoe vooraf door de vergadering is gemachtigd.
3. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht zijn medewerking te verlenen aan de uitvoering van de besluiten van de vergadering, voor zover dit redelijkerwijze van hem verlangd kan worden.
Lijdt hij als gevolg hiervan schade dan wordt deze hem door de vereniging vergoed.
4. Besluiten door de vergadering tot:
a. het doen van buiten het in artikel 9 eerste lid sub a en b bedoelde onderhoud vallende uitgaven;
b. het doen van uitgaven ten laste van het reservefonds;
c. het aangaan van verplichtingen met een financieel belang die een totaal door de vergadering vast te stellen bedrag te boven gaan;
kunnen slechts worden genomen met een meerderheid van tenminste twee/derde van het aantal stemmen, uitgebracht in een vergadering waarin een aantal eigenaars tegenwoordig of vertegenwoordigd is, dat tenminste twee/derde van het totaal aantal stemmen kan uitbrengen. De laatste zinsnede van artikel 47 eerste lid is van overeenkomstige toepassing.
In een vergadering, waarin minder dan twee/derde van het hiervoor bedoelde maximum aantal stemmen kan worden uitgebracht, kan geen geldig besluit worden genomen.
5. In het in de laatste zin van het vorige lid bedoelde geval zal een nieuwe vergadering worden uitgeschreven, te houden niet vroeger dan twee en niet later dan zes weken na de eerste.
In de oproeping tot deze vergadering zal mededeling worden gedaan dat de komende vergadering een tweede vergadering is als bedoeld in dit artikel. In deze vergadering zal over de aanhangige onderwerpen een besluit met twee/derde meerderheid kunnen worden genomen ongeacht het aantal stemmen dat ter vergadering kan worden uitgebracht.
6. Indien door de vergadering overeenkomstig het in het vierde of het vijfde lid bepaalde tot het doen van een uitgave wordt besloten, wordt tevens de extra (voorschot)bijdrage bepaald, welke door het bestuur te dier zake van de eigenaars kan worden gevorderd. De uitvoering van zodanige besluiten kan eerst geschieden wanneer de voor de uitvoering benodigde gelden in de kas van de vereniging gereserveerd zijn.
7. Het in het vierde en vijfde lid bepaalde geldt eveneens voor besluiten tot verbouwing of voor besluiten tot het aanbrengen van nieuwe installaties of tot het wegbreken van bestaande installaties, voor zover deze niet als een uitvloeisel van het onderhoud zijn te beschouwen.
8. Bij deze besluiten dient tevens te worden vastgesteld welke eigenaars in welke verhouding moeten bijdragen in de kosten. Deze verhouding kan afwijken van het bepaalde in artikel 8 tweede lid. Een afwijkende kostenverdeling dient te worden opgenomen in het huishoudelijk reglement.
III. HET BESTUUR
Artikel 50
1. Het bestuur wordt gevormd door een oneven aantal van één of meer bestuurders. Met inachtneming hiervan bepaalt de vergadering het aantal bestuurders.
Indien het bestuur uit meer bestuurders bestaat benoemt het uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester.
Voor de eerste maal kan de benoeming van het bestuur bij de akte geschieden.
Bij gebreke van benoeming van een eerste bestuur geldt/gelden degene(n) die tot splitsing overgaat/overgaan als bestuurder(s).
2. Het bestuur dient naam en adresgegevens van de bestuurders te laten registreren in de kadastrale registers.
3. De bestuurders worden door de vergadering voor onbepaalde tijd benoemd en zij kunnen te allen tijde door de vergadering worden geschorst en ontslagen.
Bij belet of ontstentenis van een bestuurder kan de vergadering in diens vervanging voorzien.
4. Het bestuur is belast met het bestuur van de vereniging, met inachtneming van het bepaalde in het reglement. Onder dit bestuur is begrepen het beheer van de middelen van de vereniging, met inachtneming van het bepaalde in artikel 40. De vergadering kan nadere regels met betrekking tot dit beheer vaststellen.
5. Het bestuur behoeft de machtiging van de vergadering voor het instellen van en berusten in rechtsvorderingen of verzoekschriftprocedures, het aangaan van vaststellingsovereenkomsten, alsmede voor het verrichten van rechtshandelingen en het geven van kwijtingen een belang van een nader door de vergadering vast te stellen bedrag te boven gaande.
Het bestuur behoeft geen machtiging om in een geding verweer te voeren, voor het nemen van conservatoire maatregelen en voor het voeren van incassoprocedures.
6. Voorzover het nemen van spoedeisende maatregelen noodzakelijk is, is het bestuur hiertoe zonder opdracht van de vergadering bevoegd, met dien verstande dat het voor het aangaan van verbintenissen een belang van een nader door de vergadering vast te stellen bedrag te boven gaande de machtiging nodig heeft van de voorzitter.
7. Het bestuur vergadert tenminste vier maal per jaar en voorts zo dikwijls een bestuurder dat wenst.
8. Indien het bestuur uit meer bestuurders bestaat geldt het volgende:
a. de oproepingstermijn voor een bestuursvergadering bedraagt tenminste vijf dagen;
b. in de bestuursvergaderingen komt aan elke bestuurder één stem toe;
c. het bestuur kan slechts geldige besluiten nemen met volstrekte meerderheid van stemmen in een vergadering waarin de meerderheid van de bestuurders aanwezig of schriftelijk vertegenwoordigd is; de tweede zin van artikel 47 eerste lid is van toepassing;
d. in afwijking in zoverre van het onder c. bepaalde is de aanwezigheid van alle bestuurders vereist als de oproeping voor de vergadering niet of op te korte termijn heeft plaatsgevonden;
e. het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten, mits alle bestuurders schriftelijk, per fax of e-mail, instemmen met het besluit.
9. Een bestuurder kan zijn stemrecht niet uitoefenen bij het nemen van besluiten waarbij aan hem, zijn echtgenoot, geregistreerd partner of bloedverwanten in de rechte lijn, anders dan in hun hoedanigheid van eigenaar, of aan vennootschappen waarin hij, zijn echtgenoot, geregistreerd partner of bloedverwanten in de rechte lijn direct of indirect een meerderheidsbelang hebben, rechten worden toegekend of verplichtingen worden kwijtgescholden.
10.Van het in de bestuursvergadering behandelde worden notulen gemaakt. Artikel 51
1. Het bestuur legt een register aan van eigenaars en gebruikers.
2. In alle gevallen waarin een eigenaar voor de oproeping van de overige eigenaars en overige stemgemeenten in een juridische procedure de namen en adressen van de overige eigenaars en stemgemeenten verzoekt, worden hem deze door het bestuur kosteloos en onverwijld ter beschikking gesteld.
3. Na kennisgeving als bedoeld in artikel 37 derde lid en na ontvangst van de verklaring als bedoeld in artikel 32 eerste lid wordt het register door het bestuur bijgewerkt.
4. Het bestuur is verplicht zo spoedig mogelijk een opgave te doen indien een notaris daartoe op grond van artikel 5: 122 vijfde lid van het Burgerlijk Wetboek een verzoek indient.
Artikel 52
De boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging moeten tot de opheffing van de splitsing worden bewaard door het bestuur. Artikel 53
1. De vergadering kan besluiten de administratie – waaronder dient te worden verstaan het ontvangen en (doen) incasseren van alle betalingen en het doen van alle uitgaven, het voeren van de boekhouding in de meest uitgebreide zin en het verstrekken van de nodige specificaties en opgaven aan eigenaars, notarissen en het bestuur – op te dragen aan
een door haar aan te wijzen beheerder en onder de voorwaarden als door haar met die beheerder zullen worden overeengekomen.
2. De vergadering kan besluiten het technisch en/of bouwkundig beheer op te dragen aan een door haar aan te wijzen technisch en/of bouwkundig beheerder en onder de voorwaarden als door haar met die beheerder zullen worden overeengekomen.
IV. COMMISSIES
Artikel 54
1. De vergadering is bevoegd commissies in te stellen, onder vaststelling van hun taakomschrijving.
2. De vergadering benoemt jaarlijks een kascommissie, bestaande uit tenminste twee leden. Het lidmaatschap van de commissie is niet verenigbaar met de functie van bestuurder en die van voorzitter van de vergadering.
De leden van de kascommissie onderzoeken de jaarrekening en brengen aan de vergadering verslag van hun bevindingen uit. Het bestuur is verplicht de commissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, en haar de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging voor raadpleging ter beschikking te stellen.
N. HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Artikel 55
1. De vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststellen ter regeling van de volgende onderwerpen:
a. het gebruik, het beheer en het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken;
b. het gebruik, het beheer en het onderhoud van privé gedeelten;
c. de orde van de vergadering;
d. de instructie aan het bestuur;
e. de werkwijze, de taak en de bevoegdheid van de raad van commissarissen en commissies;
f. het behandelen van klachten;
g. regels ter voorkoming van onredelijke hinder;
h. een afwijkende kostenverdeling als bedoeld in artikel 49 negende lid;
i. al hetgeen overigens naar het oordeel van de vergadering regeling behoeft, alles voor zover dit niet reeds in het reglement is geregeld.
2. De regels als bedoeld in artikel 5:128 van het Burgerlijk Wetboek moeten in het huishoudelijk reglement worden opgenomen en daarvan deel uitmaken.
3. Bepalingen in het huishoudelijk reglement die in strijd zijn met de wet of het reglement worden voor niet geschreven gehouden.
4. Het huishoudelijk reglement kan door de vergadering slechts worden vastgesteld, gewijzigd en aangevuld bij een besluit genomen met een meerderheid als bedoeld in artikel 49 vierde lid.
Kan op grond van het in de vorige zin bepaalde geen geldig besluit worden genomen, dan zal een nieuwe vergadering worden uitgeschreven. Artikel 49 vijfde lid is van overeenkomstige toepassing.
5. Het in het vorige lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot verlening van ontheffing van het in het huishoudelijk reglement bepaalde.
6. Het bestuur is verplicht het huishoudelijk reglement en de wijzigingen daarvan te publiceren in de openbare registers.
O. WIJZIGING VAN DE AKTE
Artikel 56
1. Wijziging van de akte kan uitsluitend geschieden met medewerking van alle eigenaars. Indien een of meer eigenaars niet wensen mee te werken aan een beoogde wijziging, kan hun medewerking worden vervangen door een rechterlijke machtiging op de wijze en onder de voorwaarden als is vermeld in artikel 5:140 van het Burgerlijk Wetboek.
2. In afwijking van het in het eerste lid bepaalde kan een wijziging van de akte ook plaats vinden door het bestuur, mits dit geschiedt krachtens een vergaderingsbesluit dat is genomen met een meerderheid van tenminste vier/vijfde van het totaal aantal stemmen dat door de eigenaars kan worden uitgebracht.
3. In de oproeping tot de in het tweede lid bedoelde vergadering moet worden vermeld dat tijdens die vergadering een wijziging van de akte zal worden voorgesteld, terwijl de tekst en/of de tekening van de voorgestelde wijziging bij de oproeping dient te worden gevoegd.
4. Het bepaalde in het derde lid van artikel 47 is op zo’n besluit niet van toepassing.
5. Een eigenaar die niet voor een besluit tot wijziging van de akte heeft gestemd kan overeenkomstig het bepaalde in artikel 5:140a van het Burgerlijk Wetboek vernietiging van het besluit bij de rechter vorderen.
6. De bevoegdheid om vernietiging te vorderen verjaart door verloop van drie maanden, welke termijn begint met de aanvang van de dag, volgende op die waarop het besluit door de vergadering is genomen.
7. Een wijziging van de akte behoeft de toestemming van hen die een beperkt recht op een appartementsrecht hebben, van hen die daarop beslag hebben gelegd (tenzij het uitsluitend een wijziging van het reglement betreft), alsmede, indien een recht van erfpacht of van opstal in de splitsing is betrokken, van de grondeigenaar. Ook is toestemming nodig van de gemeenten tot een erfdienstbaarheid, indien hun recht door de wijziging wordt verkort.
8. Een wijziging van de akte kan uitsluitend geschieden bij een daartoe opgemaakte notariële akte. Indien de wijziging is gebaseerd op een vergaderingsbesluit als bedoeld in het tweede lid, kan de notariële akte niet worden gepasseerd voordat vaststaat dat dit besluit niet door de rechter kan worden vernietigd.
P. VERBOD TOT ONDERSPITSING/OPHEFFING VAN DE SPLITSING EN ONTBINDING VAN DE VERENIGING
Artikel 57
1. Het is een eigenaar niet toegestaan zijn appartementsrecht onder te splitsen.
2. Opheffing van de splitsing door de eigenaars en ontbinding van de vereniging kan uitsluitend geschieden bij notariële akte met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 5:139 en volgende van het Burgerlijk Wetboek.
Q. GESCHILLENBESLECHTING
Artikel 58
Geschillen tussen een of meer eigenaars onderling of tussen een of meer eigenaars en de vereniging kunnen krachtens gezamenlijke keuze van de betrokkenen bij het geschil aan een of meer deskundigen worden voorgelegd ter beslechting bij wege van arbitrage of bindend advies dan wel tot bemiddeling door mediation.
R. SLOTBEPALING
Artikel 59
Al het vorenstaande geldt voor zover bij de akte niet anders is bepaald.
S. OVERGANGSBEPALINGEN
A. In aanvulling op het bepaalde in artikel 42 lid 2 wordt de eerste vergadering gehouden voor de oplevering van de algemene gedeelten en zaken. Tijd en plaats zullen worden vastgesteld door de gemeente.
B. In afwijking van artikel 42 lid 5 wordt voor een periode vanaf heden tot en met de eerste vergadering tot voorzitter benoemd de gemeente. In de eerste vergadering wordt, al dan niet uit de eigenaars, een voorzitter benoemd.
C. In afwijking van artikel 50 lid 1 wordt voor een periode vanaf heden tot en met de eerste vergadering tot bestuurder benoemd de gemeente. In de eerste vergadering wordt, al dan niet uit de eigenaars, een of meerdere bestuurders benoemd.
Waarvan akte,
in minuut verleden te Almere, ten tijde in het hoofd van deze akte vermeld. Na zakelijke opgave van- en toelichting op de inhoud van deze akte aan de mij bekende verschenen personen hebben dezen eenparig verklaard van de inhoud van deze akte kennis te hebben genomen en met beperkte voorlezing daarvan in te stemmen;
na beperkte voorlezing is deze akte ondertekend door de verschenen personen en mij, notaris, om dertien uur vijftien minuten.
Volgt ondertekening.
VOOR AFSCHRIFT:
X.X. xxx Xxxxxx
Ondergetekende, Meester Xxxxxx Xxxxxxxx xxx Xxxxxx, notaris, gevestigd te Almere, verklaart dat de krachtens artikel 33 lid 1 van de Huisvestingswet vereiste vergunning tot de onderhavige splitsing in appartementsrechten niet vereist is en dat het adres van de vereniging van eigenaars is: VERENIGING VAN EIGENAARS "IK BOUW IN MIJN TUIN" en is gevestigd te Almere.
X.X. xxx Xxxxxx
Ondergetekende, Meester Xxxxxx Xxxxxxxx xxx Xxxxxx, notaris, gevestigd te Almere, verklaart dat dit afschrift samen met de tekening die in bewaring is genomen met depotnummer 20090824000302 inhoudelijk een volledige en juiste weergave is van de inhoud van het stuk waarvan het een afschrift is.
Ondergetekende, hoofdbewaarder van het kadaster en de openbare registers verklaart, dat voor de bovengenoemde in de splitsing te betrekken rechten de hiervoor gereserveerde complexaanduiding is: Almere W 320 A
Dat deze tekening in elektronische vorm in bewaring is genomen onder depotnummer: 20090824000302
d.d. 25-08-2009
Een elektronisch document met voornoemde inhoud was gewaarmerkt met een digitale handtekening, die blijkens bijbehorend certificaat van DigiNotar Qualified CA met nummer 59A9BD67EEA6F4A71313A224680294E7 toebehoort aan Leusen xxx Xxxxxx Xxxxxxxx.
De hoofdbewaarder Xx. X. Xxxxxxx
Blad 30 van 30
Verklaring:
Het voorgaande stuk is ingeschreven ten kantore van de Dienst voor het Kadaster en de Openbare Registers op
04-06-2010 om 09:00 in register Onroerende Zaken Hyp4 in deel 58390 nummer 31.
Een elektronisch document met voornoemde inhoud was gewaarmerkt met een digitale handtekening, die blijkens bijbehorend certificaat van DigiNotar Qualified CA met nummer D85F673ED6A9960660361AD6A2AB0EA7 toebehoort aan Leusen xxx Xxxxxx Xxxxxxxx.
Werd aangevuld met depotnummer(s) 20090824000302. Naam bewaarder: Xx. X. Xxxxxxx.
Onroerende Zaken Hyp4 : 58390/31 04-06-2010 09:00