SCHENKINGSOVEREENKOMST

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

TUSSEN :

De Stad Brussel, vertegenwoordigd door haar College van Burgemeester en Schepenen, waarvan de kantoren gevestigd zijn in het Stadhuis van Brussel, Grote Markt te 0000 Xxxxxxx, in wiens naam optreden xxxxxxx Xxxxxxxx XXXXX, schepen bevoegd voor Cultuur, en de xxxx Xxx XXXXXXX, Stadssecretaris, overeenkomstig beraadslaging van de Gemeenteraad van …

Hierna genoemd "de Stad Brussel". EN :

De Belgische Staat, vertegenwoordigd door de Kamer van volksvertegenwoordigers, Paleis der Natie, Natieplein 2 te 0000 Xxxxxxx, die overeenkomstig artikel 9.1 van zijn Reglement de nodige bevoegdheden opdraagt aan het Bureau, vertegenwoordigd door de xxxx Xxxx XXXXXXX, directeur-generaal van de Quaestuurdiensten.

Hierna genoemd “de Kamer".

WORDT HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN :

1. De Kamer verklaart een onherroepelijke en definitieve schenking te doen van het volgende kunstwerk en de eigendom ervan voor vrij en onbezwaard over te dragen aan het museum, dat die schenking aanvaardt :

Naam van de kunstenaar : Xxxxxxxx XXXXXXXXX (1819-1916).

Onderwerp : "Zicht van het Paleis van de Hertogen van Brabant (vanop het Balieplein) en baliën van het Hof in 1649” (olie op doek).

Gemaakt in : 1889. Afmetingen : 330 x 275 cm.

Geschiedenis van het kunstwerk :

Dit schilderij sierde een zaal van de Kamer (wellicht een oude koffiekamer van de leden). De Kamer had in 1960 al eens getracht dit schilderij, dat nagenoeg een duplicaat is van een ander schilderij van dezelfde kunstenaar dat in de Kamer tentoongesteld wordt, en dat bovendien erg beschadigd is, uit te lenen of te schenken aan het Museum van de Stad Brussel, maar dat is uiteindelijk niet doorgegaan.

Het doek werd daarop van zijn spieraam gehaald, (slecht) opgerold en opgeborgen in een opslagplaats van het Paleis der Natie.

2. De Stad Brussel aanvaardt het kunstwerk in de staat waarin het zich bevindt op het ogenblik van de ondertekening van de onderhavige overeenkomst en die goed bekend is bij de partijen.

3. De Stad Brussel zal op eigen kosten zorgen voor het ophalen en het vervoer van het kunstwerk.

4. De Stad Brussel verbindt zich ertoe het kunstwerk in de best mogelijke omstandigheden te conserveren. De Stad Brussel kan beslissen het kunstwerk op eigen kosten te restaureren en in te lijsten.

5. De Kamer behoudt het recht om het onder punt 1 vermelde kunstwerk ter plaatse te bezichtigen.

Dit bezichtigingsrecht zal aan de door de Kamer aangewezen personen toegekend worden door middel van een voorafgaande en uitdrukkelijke schriftelijke machtiging van de Kamer, die zich ertoe verbindt een dergelijke machtiging te verlenen telkens als het geval zich voordoet.

6. De Kamer heeft de mogelijkheid aan de Stad Brussel te vragen haar het werk uit te lenen volgens de nader tussen de partijen overeen te komen bepalingen.

7. Als het kunstwerk tentoongesteld of uitgeleend wordt, verbindt de Stad Brussel zich ertoe de schenker te vermelden op het bijschrift van het werk.

8. De Stad Brussel heeft het recht het geschonken kunstwerk onder zijn uitsluitende verantwoordelijkheid te exploiteren, hoofdzakelijk voor onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, maar ook voor commerciële doeleinden, op voorwaarde dat het de oorsprong van het kunstwerk vermeldt. De Stad Brussel verkrijgt het exclusieve recht om het kunstwerk te publiceren of te laten publiceren. De auteursrechten en de intellectuele eigendomsrechten zullen toegepast worden overeenkomstig de geldende wetgeving, en het copyright zal toegepast worden overeenkomstig de door de Stad Brussel vastgestelde regels.

9. Het hierboven vermelde kunstwerk kan aan onderzoekers gegeven worden of uitgeleend worden aan organisatoren van tentoonstellingen onder de in het reglement van de Musea van de Stad Brussel bepaalde voorwaarden, en dit vanaf de datum van ondertekening van de onderhavige overeenkomst.

10. Alle conflicten en geschillen die kunnen voortvloeien uit het bestaan, de interpretatie of de toepassing van deze conventie vallen onder de exclusieve bevoegdheid van de rechtbanken van Brussel.

Opgemaakt in twee originele exemplaren, waarbij elke partij erkent er één te hebben ontvangen, te Brussel, op ……………

De Stad Brussel, vertegenwoordigd door haar College van Burgemeester en Schepenen, in naam waarvan Xxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxx, Schepen bevoegd voor Cultuur, en de xxxx Xxx Xxxxxxx, Stadssecretaris, handelen, in uitvoering van de beslissing van de Gemeenteraad van …. die niet het onderwerp is geweest van een algemene toezichtmaatregel.

Xxxxxxxx XXXXX

Xxx XXXXXXX

Het Bureau van

de Kamer van volksvertegenwoordigers, vertegenwoordigd door

de directeur-generaal van de Quaestuurdiensten,

Xxxx XXXXXXX