CETA (Comprehensive Economic and Trade Agreement)
CETA (Comprehensive Economic and Trade Agreement)
Algemeen
• CETA is een gemengd akkoord tussen EU en Canada. Het akkoord is op 30 oktober 2016 ondertekend door de Europese Unie, haar lidstaten en Canada.
• Het handelsgedeelte van CETA wordt voorlopig toegepast sinds 21 september 2017.
Geopolitiek belang van CETA
• EU en Canada onderschrijven het belang van een mondiaal multilateraal handelssysteem en zetten zich in voor behoud van dit systeem.
• CETA is een belangrijk signaal dat handelsverdragen, gebaseerd op wederzijds voordeel, nog mogelijk zijn in een handelsomgeving van toenemende spanningen, tariefoorlogen, protectionisme en unilateraal handelsoptreden. CETA is nauw verbonden met het politieke Strategic Partnership Agreement (SPA) tussen de EU en Canada: Nederland en Canada zijn op internationaal vlak zeer eensgezind. Veiligheid, diversiteit, internationale rechtsorde en democratie zijn gezamenlijke doelen.
• Canada is een belangrijke bondgenoot: een actieve speler op veel buitenlandpolitieke dossiers, een gelijkgezinde en natuurlijke partner bij het zoeken naar coalities voor internationale uitdagingen, lid van de G7 en de G20 en een belangrijke NAVO-partner.
Handel Nederland - Canada
• Nederland is een open economie en afhankelijk van internationale handel. Nederland is dan ook een van de grootste exporteurs van goederen en diensten. De vooraanstaande positie van Nederland in de wereldhandel is van groot belang voor onze welvaart. 34% van het Nederlands BBP is afkomstig uit export, dat is 250 miljard euro. Nederland heeft circa 1 miljoen directe banen te danken aan de wereldwijde export en circa 1,3 miljoen indirecte banen.
• Canada is de 26e grootste exportbestemming van Nederlandse goederen en de 12e grootste exportbestemming buiten de EU.
• Canada is het 37e land naar herkomst van importgoederen naar Nederland en 22e land van herkomst buiten de EU.
• De uitvoer van goederen naar Canada was in 2018 goed voor 3,9 miljard euro. De uitvoer van diensten bedroeg in hetzelfde jaar 2,8 miljard euro. De uitvoer van diensten naar Canada is in 2018 met 22,2% gestegen. De uitvoer naar Canada van goederen en diensten samen komt op 6,7 miljard euro.
• Uit Canada werd in 2018 voor 1,7 miljard euro aan goederen ingevoerd. Daarbij werd 1,8 miljard euro aan diensten ingevoerd. Opgeteld was de invoer van goederen en diensten 3,5 miljard euro.
• Het handelsoverschot met Canada bedroeg in 2018 3,2 miljard euro.
• Canada bevindt zich op een twaalfde plaats in het rijtje van directe investeerders in Nederland. Canadese bedrijven deden in 2017 voor meer dan 3,2 miljard euro aan investeringen in Nederland. Voor zover bekend zijn er 194 vestigingen van Canadese bedrijven in Nederland. Hiermee zijn 6.401 arbeidsplaatsen gemoeid. De meeste investeringen zijn gedaan in de ICT-sector, bedrijfsdiensten en industriële ontwerpen.
• Canada heeft de Investment Canada Act aangepast waardoor het voor Nederlandse bedrijven eenvoudiger wordt om in Canada te investeren.
CETA algemeen
• Met CETA krijgen Nederlandse bedrijven nieuwe of betere toegang tot een markt van 35 miljoen mensen.
• CETA schrapt 99% van alle tarieven op import vanuit de EU. Zo hoeft een Europese producent van fietsen wanneer deze naar Canada exporteert geen invoertarieven meer te betalen. Zonder CETA betaalde de exporteur 13% aan importtarieven.
• Door CETA wordt de markt voor overheidsaanbestedingen van Canadese overheden geopend voor Nederlandse bedrijven. CETA maakt het Canadese aanbestedingsproces ook transparanter. Openstelling van de Canadese markt voor overheidsaanbestedingen is van grote waarde gezien de omvang ervan rond de 30 miljard euro per jaar ligt.
• CETA opent de Canadese markt voor Nederlandse financiële- en maritieme dienstverleners.
• Het verdrag bevat ook afspraken over intellectueel eigendom. Innovaties en copyrights krijgen in Canada eenzelfde bescherming als in de EU.
CETA en landbouw
• CETA bevat een voor Nederland evenwichtig pakket tussen offensieve en defensieve belangen. Canada heeft meer markttoegang gekregen voor varkens- en rundvleesproducten en de EU voor zuivelproducten.
• Bij het uitonderhandelen van CETA is rekening gehouden met gevoelige sectoren. Voor Nederland gevoelige landbouwsectoren zoals eieren, eierproducten en pluimveevlees zijn onder CETA uitgesloten van tariefverlaging.
• Beperkte tariefquota voor rundvlees en varkensvlees worden stapsgewijs ingevoerd over een periode van zes jaar.
• De Nederlandse varkenssector kan beperkt nadeel ondervinden als de import van varkensvlees uit Canada stijgt. Voor varkensvlees wordt momenteel nog weinig gebruik gemaakt van de in CETA vastgelegde importquota vanuit Canada in de EU. Dit quotum is alleen voor hormoonvrij varkensvlees. De import van varkensvlees door Nederland vanuit Canada is ook sinds de voorlopige toepassing van CETA zeer gering. Geïmporteerde hoeveelheden varkensvlees voor de gehele EU besloeg tussen de 0,2% en 1,5% van het beschikbare quotum. Het additionele tariefquotum voor Canada voor varkensvlees is gelijk aan 0,4% van de totale EU-consumptie van varkensvlees. Canada verhoogt de quota voor kaas geïmporteerd uit de EU met 15%; dat staat gelijk aan 2500 ton kaas extra per jaar. Voor kaas die geïmporteerd wordt onder deze quota geldt een tarief van minder dan 1%. Terwijl voor geïmporteerde kaas in Canada normaal een tarief van 245% geldt.
• In de Kamerbrief van 15 februari 2017 (Kamerstukken II, vergaderjaar 2016–2017, 31 985, nr. 47) wordt uitvoerig beschreven wat de verwachte gevolgen van CETA zijn en mogelijke mitigerende maatregelen.
Kringlooplandbouw en handelsakkoorden
•
•
Ongeveer driekwart van de toegevoegde waarde van de Nederlandse land- en tuinbouw komt tot stand via de export.
Landbouwmarkten zijn internationaal en kringloopsystemen kunnen zich over nationale grenzen heen uitstrekken. Het principe
van kringlooplandbouw druist dan ook niet in tegen handelsverdragen waarin afspraken worden gemaakt over landbouwproducten.
• Handelsakkoorden zorgen in algemene zin voor nieuwe afzetmarkten en voor betere toegang tot bestaande markten. Dit is ook belangrijk in het kader van de zogenaamde vierkantsverwaarding en het op internationaal niveau sluiten van kringlopen.
• Mede via handelsakkoorden kunnen bijvoorbeeld delen van dieren op de meest gunstige markt verwaard worden en kunnen reststromen worden geminimaliseerd.
• Circulariteit en duurzaamheid van landbouw en delen van kennis daarover is van groot belang. Het gaat om vraagstukken zoals efficiënter omgaan met onze grondstoffen t.b.v. productie, klimaatvraagstukken én voldoende voedselproductie. Handel is daarvoor essentieel.
CETA en voedselveiligheid
• Alle naar de EU geëxporteerde producten moeten voor toelating op de interne EU-markt voldoen aan Europese standaarden, zoals eisen op het gebied van plant- en diergezondheid, voedselveiligheid en etikettering. Dit geldt ook voor Canadese producten. CETA wijzigt deze situatie niet.
• Onder CETA werken de EU en Canada samen om sanitaire en fytosanitaire afspraken te versterken (dier- en plantgezondheid en voedselkwaliteit).
• CETA verandert niets aan de EU-geldende regelgeving over de toelating van genetisch gemodificeerde organismes op de EU-markt.
Hormoonvrij rundvlees
• Canadese producenten die vlees naar de EU willen exporteren, moeten voldoen aan verschillende regels omtrent traceerbaarheid van ractopamine, groeihormonen, en andere verboden residuen. Daarnaast moeten ze voldoen aan regels omtrent slachtprocessen (waaronder met betrekking tot dierenwelzijn, diergezondheid, en voedselveiligheid).
• 36 Canadese vleesproducenten voldoen momenteel aan de Europese standaarden van hormoonvrij rundvlees. Deze producenten zijn gecertificeerd en mogen hun producten naar de EU exporteren.
• Canadese producenten die hormoonvrij rundvlees naar de EU willen exporteren moeten daarnaast onder meer aan de volgende regels voldoen:
▪ Producenten die voornemens zijn vlees onder deze categorie te exporteren worden door de Canadian Food Inspection Agency (CFIA) geïnspecteerd (‘pre-inspection’);
▪ Ze zijn verplicht een register van de dieren op de boerderij vanaf de geboorte voor minstens drie jaar bij te houden;
▪ Voedingssupplementen mogen geen substanties bevatten die niet aan de EU-standaarden voldoen.
• Canada heeft tien jaar geleden een specifieke categorie van vlees (‘hormoonvrij vlees bestemd voor EU handel’) ingesteld. Alleen de hiertoe in Canada gecertificeerde producenten mogen rundvlees onder deze categorie uitvoeren naar de EU. Canadese toezichthoudende autoriteiten voeren controles uit om te verzekeren dat er geen groeihormonen gebruikt worden. Deze autoriteiten worden op hun beurt weer ge-audit door de EU.
• Bij invoer van deze producten in de EU kunnen deze alsnog worden gecontroleerd door de in de EU bevoegde autoriteiten.
CETA en duurzaamheid
• CETA is een akkoord met een gelijkgezinde partner op het gebied van duurzaamheid en mensenrechten.
• Canada en de EU spreken af dat CETA niet ten koste gaat van andere belangen zoals internationale klimaatafspraken, het beschermen van sociale rechten, dierenwelzijn en milieu. Canada en de EU herbevestigen hun verplichtingen onder internationale klimaat- en milieuverdragen waarbij zij partij zijn.
• CETA voorziet in de oprichting van een Comité voor handel en duurzame ontwikkeling dat toeziet op de uitvoering van de verplichtingen van de hoofdstukken over milieu en arbeid. Het maatschappelijk middenveld is betrokken via nationale adviesgroepen.
• Bepalingen in de duurzaamheidshoofdstukken van CETA zijn juridisch bindend voor Canada en de EU.
• CETA zal niet leiden tot het verlagen van standaarden. Onder CETA houdt de EU in de toekomst beleidsruimte om beschermingsniveaus voor mens, plant, dier en milieu te kunnen borgen en verbeteren.
• Sinds de voorlopige toepassing van CETA wordt tussen Canada en de EU gesproken over de bevordering van dierenwelzijn. Op 19 september 2018 is in het eerste landbouwcomité gesproken over de samenwerking op het gebied van dierenwelzijn. Op 14 december 2018 zijn de gesprekken voortgezet in het Regulatory Cooperation Forum. Daarbij is afgesproken om lange afstand transport van dieren als eerste onderwerp voor dierenwelzijn op te pakken. Verder is in het CETA-Comité voor sanitaire en phytosanitaire (sps) maatregelen informatie uitgewisseld over sps-regelgeving en de uitvoering daarvan, het systeem van export-certificaten en audits van inspectiesystemen voor vlees- en visproducten. Verslagen van alle comités worden gepubliceerd. (xxxx://xxxxx.xx.xxxxxx.xx/ doclib/press/index.cfm?id=1811).
CETA en arbeidsrechten
• Canada en de EU spreken af om hoge niveaus van arbeidsbescherming in hun wet- en regelgeving en beleid op te nemen.
• Zij bevestigen hun verplichtingen onder de International Labour Organisation en zetten zich in om eventueel ontbrekende fundamentele ILO-conventies alsnog te ratificeren. Canada heeft inmiddels alle acht fundamentele ILO-conventies geratificeerd.
• Canada en de EU handhaven geldende werknemersrechten en erkennen dat het ongepast is om bestaande beschermingsniveaus op het gebied van arbeidswetgeving en standaarden te verlagen om handel of investeringen aan te moedigen.
• Canada en de EU zullen de arbeidswetgeving en arbeidsstandaarden effectief handhaven.
CETA en investeringsbescherming
• Het CETA verdrag bevat naast een handelsdeel ook een deel over investeringsbescherming, waarin materiële standaarden voor gevestigde investeringen en afspraken over de behandeling van investeringen zijn opgenomen.
• Hierbij gaat het om basisregels voor de behandeling van buitenlandse investeerders en hun investeringen, zoals die ook in het Nederlandse recht zijn vastgelegd.
• CETA beperkt de beleidsvrijheid van (lokale) overheden geenszins. In tegendeel, de verdragstekst herbevestigt en expliciteert het recht van overheden om nieuwe wet- en regelgeving aan te nemen (het ‘right to regulate’) in het publiek belang.
• CETA bevestigt het recht van overheden om wet- en regelgeving vast te stellen ter verwezenlijking van legitieme beleidsdoelstellingen zoals de bescherming van de volksgezondheid, de veiligheid, het milieu, of de openbare zeden. Dit is een niet-limitatieve lijst.
• Daarbij wordt verduidelijkt dat het feit dat een overheid maatregelen vaststelt die een negatieve uitwerking hebben op een investering of ingrijpen in de verwachtingen van een investeerder op zich geen schending vormt van verplichtingen.
• CETA moderniseert daarnaast de investeringsbescherming door het oude Investeerder-Staat- geschillenbeslechtingsmechanisme (ISDS) te vervangen door het Investment Court System (ICS).
• Het ICS betreft een permanent hof (vergelijkbaar met internationale gerechtshoven) dat bestaat uit een tribunaal in eerste aanleg en tribunaal voor hoger beroep. In het ICS zullen geschillen worden behandeld door onafhankelijke rechters. De rechters moeten zich aan strenge gedragsregels houden.
• Brievenbusmaatschappijen worden onder CETA uitgesloten van bescherming. De verdragstekst verzekert dat alleen investeerders met substantiële bedrijfsactiviteiten in Canada en de EU gebruik kunnen maken van het investeringsbeschermingshoofdstuk in CETA.
• Hoorzittingen zullen onder ICS openstaan voor het publiek, processtukken zullen worden gepubliceerd, en niet-investerende natuurlijke personen, wanneer zij belanghebbende zijn, zullen zich in een zaak voegen als amicus curiae. Als amicus curiae kunnen zij als derde partij bewijs en argumenten indienen in een geschil tussen een investeerder en een staat.
Toegang NGO’s, burgers tot ICS
• Een terugkerend onderwerp in de discussie over CETA is de toegang van niet direct-belanghebbenden, zoals NGO’s en vakbonden tot investeringsgeschillenbeslechtingprocedures.
• Investeringsverdragen zijn vooral instrumenten die private investeringen bevorderen in landen met een minder robuust governance systeem. Private investeringen gelden als een belangrijk instrument voor het behalen van de sustainable development goals (SDG’s) die niet enkel met ontwikkelingsgeld kunnen worden gerealiseerd. Het gaat vaak om grote en langlopende investeringen in de infrastructuur van deze landen; daar zijn private investeringen voor nodig. Als investeerders in deze landen geen onafhankelijke bescherming krijgen tegen onrechtmatig overheidsoptreden, stijgt het risico en daarmee de prijs. De aanleg van noodzakelijke infrastructuur wordt duurder of komt in geheel niet tot stand.
• Daarom worden in investeringsverdragen afspraken gemaakt over de materiele rechten van investeerders jegens het land waarin zij hun investering doen. Geschillenbeslechting in investeringsverdragen staat daarom ook alleen open voor de direct belanghebbenden: de investeerder en de overheid.
• Dat wil niet zeggen dat overheden en investeerders niet aangesproken kunnen worden door derden als zij de wet schenden.
• Als de wet in het betreffende land niet voldoet aan internationale minimumeisen of als de overheid de wet niet handhaaft, betekent dat niet dat Nederlandse bedrijven die in deze landen opereren niet gehouden zijn aan bepaalde wetten en normen. Omkoping door Nederlandse bedrijven in het buitenland is strafbaar voor de Nederlandse wet. Daarnaast verwacht de regering dat Nederlandse bedrijven de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen en de VN-richtlijnen voor mensenrechten en bedrijven toepassen. Als bedrijven de richtlijnen niet toepassen dan kan het Nationaal Contactpunt voor OESO-richtlijnen een rol spelen in het bieden van herstel aan getroffenen.
CETA en het Gemengd Comité (governance)
• Om uitvoering te geven aan en om toe te zien op de juiste uitvoering van de afspraken in CETA, voorziet het verdrag in de oprichting van een Gemengd Comité. In dit overkoepelende Gemengd Comité hebben vertegenwoordigers van de EU en Canada zitting. Het Gemengd Comité is verantwoordelijk voor vragen betreffende handel en investeringen en voor de uitvoering en toepassing van de overeenkomst.
• Het Gemengd Comité heeft verschillende taken:
o Toezicht op ingestelde gespecialiseerde comités en andere organen;
o Initiëren van (niet-bindende) bilaterale dialogen tussen partijen;
o Bevoegd om enkele (technische) protocollen en bijlagen te wijzigen (bijv. toevoegen van een nieuwe geografische aanduiding aan de lijst op bijlage 20-A);
o Interpretaties aannemen van de overeenkomst, die bindend zijn voor de investeringsgerechten onder CETA.
• In bepaalde gespecialiseerde comités, zoals het SPS-comité en het diensten- en investeringencomité, nemen ook EU-lidstaten deel in zoverre het de bevoegdheden van de lidstaten betreft.
• Besluitvorming vergt unanimiteit tussen Canada en de EU. Voor uitvoeringsbesluiten die rechtsgevolgen met zich mee brengen, stelt de EU vooraf haar positie voor het Gemengd Comité via de Raad vast.
• Het Gemengd Comité kan de bepalingen van CETA zelf niet aanpassen en kan ook geen besluiten nemen die leiden tot een aanpassing van Europese regelgeving.
Importtolerantie en maximale residu limieten
• In het CETA SPS-Comité is in februari 2019 gesproken over maximale residu limieten (MRL’s) voor het op de markt brengen van agrarische producten in de EU. Het CETA-comité heeft echter geen juridische bevoegdheid of praktische mogelijkheid om besluiten te nemen over verhoging van MRL’s.
• Xxxxxxxx residu limieten worden gereguleerd onder Verordening 396/2005, waarover besluitvorming plaatsvindt volgens de gewone wetgevingsprocedure van de EU. Onder Verordening 396/2005 kan ieder derde land een MRL (“importtolerantie”) aanvragen voor residuen van in de EU verboden pesticiden in geïmporteerde landbouwproducten. Deze importtolerantie wordt toegekend als uit onderzoek blijkt dat dit veilig is voor de consument.
• Op basis van Verordening 396/2005 heeft de Commissie een voorstel voor een uitvoeringsverordening, een gedelegeerde bevoegdheid, ingediend met een importtolerantie voor residuen van een aantal stoffen, inclusief één neonicotinoïde (clothianidine). Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft namens Nederland ingestemd met het voorstel, de Raad is unaniem akkoord gegaan. Het voorstel was gebaseerd op (negen) in 2018 gepubliceerde risicobeoordelingen van de European Food Safety Authority (EFSA), die heeft aangegeven dat de nu voorgestelde MRL’s geen reden geven voor zorg voor de voedselveiligheid. Ook de Nederlandse deskundigen kunnen zich vinden in deze conclusies van EFSA.
• Dit heeft overigens tot op heden niet geleid tot een versoepeling van de bedoelde MRL voor clothianidine. Het Europees Parlement heeft zich tegen het voorstel uitgesproken. De Commissie beziet nu het vervolg.