Regio Deal Twente II (tranche 4)
Regio Deal Twente II (tranche 4)
Bruto Twents Geluk in de groene, technologische topregio Twente
Partijen:
1. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de heer Xxxx xx Xxxxx, hierna te noemen: BZK;
2. De minister van Economische Zaken en Klimaat, xxxxxxx Xxxxx Xxxxxxxxxxx, hierna te noemen: EZK;
3. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, xxxxxxx Xxxxxx xxx Xxxxxx, hierna te noemen: SZW;
4. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de xxxx Xxxxxxx Xxxxxxxxx, hierna te noemen: OCW;
5. De minister voor Langdurige Zorg en Sport, xxxxxxx Xxxxx Xxxxxx, hierna te noemen: VWS.
Partijen genoemd onder 1 tot en met 5 ieder handelend in hun hoedanigheid van bestuursorgaan en hierna samen te noemen: het Rijk;
6. Stichting Twente Board, waarin de veertien Twentse gemeenten, ondernemersorganisaties en onderwijsinstellingen zich formeel hebben verenigd, te dezen vertegenwoordigd door xxxxxxx Xxx Xxxxxxxxx (voorzitter), hierna te noemen: Twente Board;
7. Gedeputeerde staten van de provincie Overijssel, te dezen vertegenwoordigd door de xxxx Xxxxxxx Xxxxxxx (Commissaris van de Koning), hierna te noemen: Provincie Overijssel.
Partijen genoemd onder 6 en 7 ieder handelend in hun hoedanigheid van bestuursorgaan en hierna samen te noemen: Regio;
Alle Partijen hierna allen tezamen te noemen: Partijen.
Betrokken organisaties
Bij de totstandkoming van de aanvraag en het convenant zijn vele regionale organisaties betrokken in nauwe samenwerking met de ondertekenende partijen. Via de Twente Board geven de 14 Twentse gemeenten, Stichting Ondernemend Twente, Universiteit Twente, Saxion Hogeschool, ROC van Twente hun commitment aan de Regio Deal Twente II en de daarin gestelde opgaven, aanpak en doelen. Daarnaast worden de Stichting Novel-T, Oost NL, VNO-NCW Twente, Waterschap Vechtstromen, EUREGIO en IHK Nord Westfalen betrokken bij de uitvoering. Deze partijen hebben ook meegewerkt aan de meerjarige investeringsagenda Agenda voor Twente 2023
–2027, een belangrijke pijler onder de Regio Deal Twente II. Voor een aantal partners geldt speciale betrokkenheid in relatie tot de regionale cofinanciering.
Twentse Koers
Twentse Koers is een strategische samenwerking tussen de veertien Twentse gemeenten, zorgverzekeraar en zorgkantoor Menzis, Samen Twente (GGD) en provincie Overijssel, samen met ruim 300 regionale partners zoals zorgaanbieders, huisartsen, welzijnsorganisaties en schuldhulpverlenersorganisaties, gericht op het bieden van een integraal, passend en houdbaar aanbod van zorg en ondersteuning in Twente, met als doel het vergroten van de gezondheid, de kwaliteit van leven en het welzijn van inwoners in Twente. Twentse Xxxxx beslist als eigenstandig samenwerkingsverband met eigen bestuur over de inzet van haar regionale bijdrage, maar committeert zich aan de voorgenomen omvang van de regionale bijdrage bij het sluiten van het convenant (steunverklaring in de bijlage).
Arbeidsmarktregio Twente
Twente is één van de 35 arbeidsmarktregio’s in Nederland, waar de veertien gemeenten en het UWV samenwerken aan dienstverlening gericht op werkgevers en werkzoekenden, vanuit het zogeheten werkgeversservicepunt, met de centrumgemeente Enschede als eerste aanspreekpunt. De Arbeidsmarktregio Twente beslist als eigenstandig samenwerkingsverband met eigen bestuur
over de inzet van haar regionale bijdrage, maar committeert zich aan de voorgenomen omvang van de regionale bijdrage bij het sluiten van het convenant (steunverklaring in bijlage).
Begripsbepaling:
In dit convenant wordt verstaan onder:
• Regio Deal: convenant dat door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, eventueel een andere minister/staatssecretaris en één of meer regiopartners is gesloten om de kwaliteit van leven, wonen en werken van inwoners en ondernemers in een regio te verbeteren;
• Regio Envelop: het bedrag van €900 miljoen dat beschikbaar is gesteld in het coalitieakkoord 'Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst' van het kabinet Xxxxx XX om in de periode van 2022 - 2025 nieuwe Regio Deals af te sluiten;
• Regiokassier: publieke regiopartner, zijnde een provincie, gemeente of openbaar lichaam als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen, die ten behoeve van de uitvoering van de Regio Deal de taak van kassier vervult of zal vervullen;
• Regionale private financiering: voor de uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal beschikbaar gestelde financiële bijdragen of bijdragen in natura van een private regiopartner;
• Regionale publieke financiering: voor de uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal beschikbaar gestelde financiële bijdragen of bijdragen in natura van een publieke regiopartner, niet zijnde een specifieke uitkering, opdracht of subsidie van het Rijk;
• Bijdrage in natura: een bijdrage van eigen arbeid, het verlenen van een dienst en het inbrengen of ter beschikking stellen van (on)roerende goederen zonder dat daar een (evenredige) tegenprestatie tegenover staat;
• Regeling Specifieke uitkering vierde tranche Regio Deals: betreft de specifieke uitkering waarin
de juridische- en financiële kaders en verplichtingen voor het toekennen van de rijksmiddelen uit de Regio Envelop aan een regiokassier door het Rijk staan;
• Agenda voor Twente: de bestaande regionale investeringsagenda die de inhoudelijke basis vormt onder de Regio Deal Twente II;
• Bruto Twents Geluk: regionale vertaling van het begrip brede welvaart, waarvoor de regio jaarlijks een onderzoek uitvoert;
• Regio Deal Twente II: in het convenant wordt hiermee bedoeld de tweede Regio Deal die wordt gesloten tussen Rijk en regio voor de periode 2023 – 2028.
Algemene overwegingen
1. Krachtige regio’s dragen bij aan een veerkrachtige samenleving. In Nederland staan we met elkaar voor grote opgaven. Opgaven, die in elke regio anders tot uiting komen. Elke regio is immers uniek, heeft een eigen verhaal, identiteit en kansen. Het is belangrijk om oog te hebben voor de specifieke opgaven en ontwikkelmogelijkheden per gebied en om de ontwikkeling van stad en landelijk gebied in samenhang te beschouwen.
2. Het gaat om regionale opgaven en kansen die de draagkracht van individuele overheidslagen overstijgen en waar interbestuurlijk samenspel en samenwerking met kennisinstituten, maatschappelijke organisaties en/of bedrijfsleven nodig is om de opgaven effectief op te pakken.
3. In Regio Deals werken regionale partijen en Rijk samen als partners om de kwaliteit van leven, wonen en werken van inwoners en ondernemers (met andere woorden, de brede welvaart) te vergroten. De kracht van de regio is hierbij het uitgangspunt. Het kabinet stelt voor deze Regio Deals middelen beschikbaar uit de zogenoemde Regio Envelop, waaruit de Regio Deals vanuit het Rijk worden gefinancierd. Ook vanuit de regio zelf wordt gezorgd voor financiering. Ter onderstreping van hun partnerschap hebben Rijk en Regio als vertrekpunt dat de rijksbijdrage gepaard gaat met minimaal eenzelfde bijdrage aan regionale (publieke en/of private) financiering.
4. De middelen uit de Regio Envelop dienen verder als vliegwiel voor extra investeringen in de regionale ontwikkeling zodat uiteindelijk vanuit de regio nog meer financiering wordt ingezet voor de aanpak van de regionale opgaven.
5. Deze integrale en gezamenlijke aanpak met bijbehorende financiering van zowel Rijk als regio is het onderscheidende karakter van de Regio Deals ten opzichte van reguliere beleidsinstrumenten.
6. Met de Regio Deal gaan Rijk en Regio een duurzaam partnerschap aan om de opgave die in de regio speelt gezamenlijk aan te pakken. Het ondertekenen van de Regio Deal is daarbij niet het eind, maar slechts het begin van de samenwerking.
7. De bijdragen uit de Regio Envelop zijn bedoeld als een tijdelijke impuls voor regionale ontwikkeling met een duurzaam effect, waarbij structurele exploitatiekosten van lange termijn investeringen geborgd moeten zijn.
8. Regio Deals gaan om meer dan alleen de gecoördineerde inzet van financiële middelen. Zij kenmerken zich ook door een sterke, continue inzet van alle betrokkenen, creëren nieuwe samenwerkingsvormen en niet-financiële ondersteuning om de, in de regionale opgave gestelde, ambities en doelen te bereiken. De Regio Deals hebben een lerend en adaptief karakter.
9. De in de Regio Deal gemaakte wederzijdse afspraken over ambitie, doelen, beoogde resultaten, inzet en aanpak zijn in gezamenlijk overleg en met onderlinge overeenstemming tussen Rijk en Regio tot stand gekomen.
10. De middelen uit de Regio Envelop voor de Regio Deals vierde tranche worden door BZK beschikbaar gesteld als een specifieke uitkering op grond van de Regeling specifieke uitkering Regio Deals vierde tranche.
Deel 1 Aanleiding en inhoud Regio Deal
Specifieke overwegingen
Twente is een regio bestaande uit veertien gemeenten met 634.000 inwoners (peildatum december 2021). De regio kent een unieke balans tussen een dynamisch stedelijk gebied en een kwalitatief hoogwaardig landelijk gebied. Twente heeft een sterk technisch profiel en vanuit haar DNA een sterke maakindustrie en een groeiende Hightech & Smart Material-sector (HTSM). Vanuit dit techniekprofiel dragen bedrijven en kennis- en onderwijsinstellingen in de regio bij aan de maatschappelijke uitdagingen waar Nederland voor staat. Ze zijn daarmee belangrijk voor het (toekomstig) verdienvermogen van Nederland. Twente is daarnaast een ondernemende regio, waar veel startups ambitie hebben om door te groeien en waar mkb (familie)bedrijven de motor van de economie vormen. De regio is qua omvang en door een sterke samenwerkingsdichtheid een ideale proeftuin om te experimenteren met als doel schaalbare oplossingen te kunnen ontwikkelen. Daarnaast is Twente gelegen aan de grens met Duitsland wat volop kansen biedt, maar ook specifieke uitdagingen kent, bijvoorbeeld door grensbelemmeringen op gebied van arbeidsmarkt, mobiliteit en zorg.
In november 2022 hebben alle partners verenigd in Twente Board de nieuwe regionale investeringsagenda goedgekeurd (Agenda voor Twente 2023 – 2027). De 14 Twentse gemeenten hebben hiermee langjarig middelen beschikbaar gesteld, waarvan een deel wordt ingezet als regionale bijdrage voor de Regio Deal Twente II. Deze Agenda voor Twente zet vol in op het versterken van de brede welvaart. Regionaal is dat vertaald naar het Bruto Twents Geluk, een belangrijke onderlegger voor de Regio Deal Twente II.
Urgentie
Uit de nulmeting van het Bruto Twents Geluk, uitgevoerd in juni 2022 onder inwoners, blijkt dat Twente een gelukkige regio is, maar dat veel indicatoren van brede welvaart een daling laten zien. Vooral in de stedelijke kernen Almelo, Enschede en Hengelo staat de brede welvaart onder druk, bijvoorbeeld zichtbaar op het gebied van:
• Arbeidsmarktparticipatie – de beroepsbevolking daalt, vergrijzing neemt toe en netto arbeidsparticipatie in Twente ligt iets onder landelijk gemiddelde, in Almelo zelfs 3% lager en Enschede 4%.
• Inkomensniveau – het gemiddeld inkomensniveau in Twente ligt 6% lager dan in de rest van Nederland, in Hengelo is dat 7% lager, in Almelo bijna 12% en in Enschede bijna 17%.
• Gezondheidsverschillen – de ervaren gezondheid in de stedelijke kernen is ongeveer 3% lager dan het gemiddelde in Twente.
Vanuit deze analyse staan drie opgaven centraal in de Regio Deal Twente II, die aansluiten op programma’s beschreven in de Agenda voor Twente.
Opgave 1: Druk op het regionale bedrijfsleven
Een sterk Twents bedrijfsleven is de basis voor brede welvaart, een goede inkomenspositie van inwoners en baanzekerheid. Met ruim 58.000 bedrijven is het Twentse ondernemerslandschap gefragmenteerd. De regio heeft veel mkb en weinig grote bedrijven die het voortouw nemen, waardoor de afstand tussen koplopers en het peloton groter wordt. Opgaven zoals de krapte op de arbeidsmarkt, besparen van energie, verduurzamen van de bedrijfsvoering en digitalisering zijn complex. Dit vraagt dat het brede mkb vanuit de eigen behoefte (beter) gebruik kan maken van de instrumenten, kennis en kunde die in de regio aanwezig zijn en/of in samenwerking met collega-ondernemers kan worden ontwikkeld. Daarbij liggen er kansen voor het regionale bedrijfsleven in de grensoverschrijdende samenwerking met Nedersaksen en Noordrijn-Westfalen, bijvoorbeeld op het gebied van digitaliseren en de circulaire economie.
Opgave 2: Al het beschikbare talent is nodig
Er is sprake van een afname van ruim 6,2% in het aantal jongeren in Twente vanaf 2022 tot 2035. 20% van de beroepsbevolking verdwijnt de komende 7 jaar als gevolg van vergrijzing en onvoldoende instroom. In veel sectoren in Twente is een toenemend tekort aan personeel, met name in de groepen ongeschoolden en ho-geschoolden. Er is een licht overschot aan mbo’ers, maar in deze groep is sprake van een kwalitatieve mismatch. Ondanks de vele vacatures, zijn er veel mensen die (deels) niet werken. In Twente zijn dat ca. 47.000 personen (bron: Regio in Beeld, UWV). Het is een opgave om dit beschikbaar potentieel zo goed mogelijk in te zetten, vanuit de behoefte die bedrijven hebben. Een urgent probleem voor Twente is het tekort aan technisch geschoolde mensen op alle niveaus. Er zijn 3.200 openstaande vacatures in de techniek (bron: arbeidsmarktmonitor Twente, 2e kwartaal 2022) en voor technisch geschoold personeel neemt deze krapte verder toe (bron: Eindrapport ‘Arbeidsmarktkrapte technici’, ROA/SEO en ‘Aanvalsplan techniek’). Het aandeel instroom van het primair en voortgezet onderwijs naar technische opleidingen neemt echter al jaren af. Van de havo en vwo-leerlingen kiest een aanzienlijk deel van de Natuur-profielleerlingen niet voor de bèta-techniek (bron: Nationale Techniekpactmonitor, 2022). Dit vraagt om het vroegtijdig interesseren van kinderen voor techniek en technologie in het primair- en voortgezet onderwijs en op latere keuzemomenten in hun opleiding en werkzame leven.
Opgave 3: Toegankelijkheid zorg staat onder druk
De toegankelijkheid en houdbaarheid van de zorg staat onder druk door de vergrijzing en tekorten aan zorgpersoneel. In de landelijke programma’s en akkoorden: WOZO-programma (Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen) en Integraal Zorgakkoord (IZA) is dit een belangrijk thema. In Twente zijn er ruim 130.000 65-plussers (bron: Regiobeeld zorg en ondersteuning voor Twentse ouderen, 2021). Dit aantal gaat groeien naar ruim 155.000 ouderen in 2030. Het aandeel 65- plussers t.o.v. 20 tot 65-jarigen is naar schatting 42% in 2030 in Twente, ten opzichte van 40% in Nederland. Voor plattelandsgemeenten is dit aandeel veelal meer dan 50%. Inwoners worden ouder en ervaren daardoor meer chronische ziekten. Er zijn (chronische) aandoeningen die in Twente bovengemiddeld veel voorkomen, zoals diabetes type 2, hart- en vaatziekten en aandoeningen van houding en beweging, waaronder artrose (bron: Regio analyse NZA). Daarnaast is er in Twente grote vraag naar (wijk)verpleegkundigen, verzorgenden, huishoudelijke hulpen, (huis)artsen en psychologen. Van de 55.400 personen die in Twente werken in de sector zorg en welzijn, gaat binnen 10 jaar 25% met pensioen. Het aantal mantelzorgers gaat naar verwachting ook dalen. Hierdoor nemen de werkdruk en de wachtlijsten verder toe. De financiële, personele en maatschappelijke houdbaarheid van het zorgstelsel in Twente staan daarmee onder druk. Inzet op gezondheid, bestaanszekerheid, preventie (zelf, thuis en/of digitaal waar het kan), verbeteren van samenwerking in de zorgketen en toepassen van nieuwe technologieën zijn daarom nodig.
Waarom is er een rol voor het Rijk?
De beschreven opgaven gaan het investeringsvermogen van de regio te boven en vragen inhoudelijk samenwerking met het Rijk. Twente heeft zich meermaals bewezen als pilotregio en proeftuin om nieuwe oplossingen te ontwikkelen, de waarde van nieuwe samenwerkingsverbanden aan te tonen en innovaties in de praktijk toe te passen. De regio beschikt over veel veerkracht en
zelfoplossend vermogen om de beschreven opgaves aan te pakken, maar heeft het Rijk daarbij hard nodig. Het brede bedrijfsleven toekomstbestendig, weerbaar en wendbaar houden, kan niet met alleen regionale investeringen en vraagt een aanpak waarbij meerdere Rijksinstrumenten gecombineerd worden. De opgave om meer technici op te leiden is zowel een landelijke als een regionale opgave, zoals wordt onderkend door het Nederlands bedrijfsleven en het Rijk. Het benutten van al het beschikbare talent vraagt een samenwerking tussen bestaande structuren in de regio en beleidsruimte vanuit het Rijk voor maatwerk. Het oplossen van de druk op het zorgsysteem is landelijk, waarbij een goed samenwerkende regio zoals Twente kan dienen om oplossingen die werken aan te tonen en schaalbaar te maken. In alle drie opgaven zijn investeringen in regionale structuren en samenwerking nodig voor een effectieve en duurzame aanpak. De Regio Deal maakt het mogelijk deze ambitie (versneld) te realiseren, meer impact te maken voor de regio en Nederland en meer bij te dragen aan de brede welvaart, het Bruto Twents Geluk. De Regio Deal legt verbinding met (omliggende) regio’s in Nederland en met Duitsland. Met name voor grensoverschrijdende samenwerking is het schaalniveau van het Rijk noodzakelijk om samen met de juiste Duitse partners tot succes te komen. In de samenwerking met Duitsland – in specifiek de deelstaten Nedersaksen en Noordrijn-Westfalen – helpt het om betrokkenheid vanuit het Rijk te hebben. Door verbindingen te leggen met Rijksbeleid en -programma’s worden de beschreven opgaven integraal aangepakt, kunnen bestaande contacten worden verstevigd en kunnen beschikbare financieringsstromen worden gecombineerd.
De Regio Deal Twente II heeft betrekking op zowel het stedelijk als het landelijk gebied van Twente, waarbij verschillen tussen het stedelijk en landelijk gebied in de opgaven en aanpak worden meegenomen in de uitvoering.
Aansluiting bij nationale beleidsdoelen of programma’s
De Regio Deal Twente II draagt bij aan diverse opgaven uit het Coalitieakkoord 'Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst' en een aantal nationale beleidsdoelstellingen. In bijlage 1 staat een aantal daarvan genoemd. Deze zijn geen onderdeel van het convenant, maar kunnen onderdeel van het gesprek zijn tussen Rijk en Regio gedurende de uitvoering van de Regio Deal Twente II.
Komen het volgende overeen:
1. Ambitie, doel, aanpak en beoogde resultaten Regio Deal Twente II
Partijen streven ernaar dat Twente een toonaangevende groene, technologische topregio is waar het goed wonen, leven en werken is. De brede welvaart in Twente, het Bruto Twents Geluk, is het kompas waar de regio in de breedte op stuurt. Partijen streven naar:
• Een toekomstbestendig, concurrerend en wendbaar (mkb) bedrijfsleven, als basis voor brede welvaart, met focus op digitalisering en verduurzaming;
• Een toekomstbestendige en inclusieve arbeidsmarkt, waar vraag en aanbod goed op elkaar aansluiten en (ongekend) talent zich blijft ontwikkelen, met focus op de tekortsectoren techniek en zorg;
• Het versterken van de gezondheid, het welzijn en de zelfredzaamheid van de Twentse inwoners, door een betaalbare, toegankelijke, kwalitatief hoogwaardige en toekomstbestendige gezondheidszorg, gericht op een integrale aanpak rond de inwoner die zorgbehoefte heeft, met focus op ouderenzorg en chronische ziektebeelden.
Partijen hebben tot doel om:
• Het (mkb) bedrijfsleven te ondersteunen op het gebied van verduurzamen van bedrijfslocaties, digitaliseren en verduurzamen van hun bedrijfsvoering en aanjagen van circulaire waardeketens, met bijkomend effecten dat door digitalisering en automatisering de arbeidsproductiviteit stijgt en dat door meer circulariteit wordt bijgedragen aan de uitdagingen op het gebied van klimaat, energie en natuur;
• Het vroeg interesseren van kinderen in wetenschap en techniek om zo de instroom van het aantal studenten naar technische (vervolg)opleidingen te vergroten en al het beschikbare talent in de regio zo goed mogelijk benutten en ontwikkelen, ten behoeve van de tekortsectoren techniek en zorg;
• De samenwerking binnen en met de zorgketen te verbeteren, gezondheid van inwoners te vergroten en ziekte, ziektelast en zorgkosten terug te dringen, door vanuit het concept Positieve Gezondheid in te zetten op zowel primaire als secundaire preventie, domein- overstijgende (data-gestuurde) samenwerking, vroeg-signalering/diagnostiek, het toepassen van zorginnovaties bij mensen thuis en het bijscholen van zorg- en welzijnsprofessionals.
Met een programmatische aanpak op basis van integraliteit en gelijkwaardigheid werken publieke en private partners samen de programmalijnen en doelen verder uit. Elke opgave heeft daarbij een specifieke aanpak. De kracht van triple-helix samenwerking verenigd in Twente Board en grensoverschrijdende samenwerking met Duitsland staan centraal in de aanpak. Per opgave zet de Regio in op twee programmalijnen.
Opgave 1: Druk op het regionale bedrijfsleven
1.1 Verduurzamen en ontwikkelen van bedrijfslocatie:
a. Bedrijfslocaties worden ingezet als proeftuinen voor verduurzaming, met focus op het verduurzamen van de energievoorziening. Hierbij worden de kansen benut door aan te sluiten bij de transities die nodig zijn in relatie tot het landelijk gebied, biodiversiteit, circulariteit en klimaatadaptie. Keuzecriteria voor bedrijfslocaties waar fysieke investeringen plaats gaan vinden zijn: locaties met strategische waarde voor de regio, bedrijfslocaties met een hoog energieverbruik (door een of meerdere grootverbruikers), bedrijfslocaties waar nu knelpunten zijn om bedrijven aan te sluiten op het energienet en/of waar directe kansen liggen voor verduurzaming vanwege geplande private of publieke investeringen. Aanvragen op basis van deze criteria zijn vooraf afgewogen en afgestemd in regionaal overheidsverband in samenspraak met ondernemers. De gemeenten waar de bedrijfslocaties liggen investeren gelijkwaardig aan de beschikbare Rijksmiddelen in gebouwen en/of de openbare ruimte. Hiermee beoogt de Regio Deal bedrijfslocaties en clusters van bedrijven voor te bereiden op (aanstaand) rijksbeleid op het terrein van verduurzamen van bedrijfslocaties in de Regio. De Regio Deal versterkt en hangt samen met de ruimtelijke arrangementen, die in begin 2024 met het Rijk worden afgesproken binnen het programma NOVEX (ruimtelijke puzzel).
b. Er wordt gewerkt aan het vormgeven van duurzame collectieven in lijn met de bestaande aanpak Smart Energy Hubs. Hierin zetten bedrijven zich gezamenlijk in om verduurzaming te versnellen door ervaringen te delen en energieverbruik en –opwek te balanceren.
c. Toepasbaar en schaalbaar maken van innovaties en technologie op het gebied van energieopslag en waterstof, die ontwikkeld zijn binnen het bestaande grensoverschrijdend energiecluster.
1.2 Een toekomstbestendig (mkb) bedrijfsleven:
a. Vanuit de behoeften op het gebied van verduurzaming en digitalisering van de bedrijfsvoering, die worden opgehaald bij bedrijven, wordt (aangepast) aanbod ontwikkeld, bestaande initiatieven beter ontsloten en/of opgeschaald. In de aanpak wordt rekening gehouden met de grote diversiteit aan bedrijven in de regio, doordat wordt gekozen voor een brede scope. Daarom ligt hoge prioriteit op het ophalen van een (gecombineerde) vraagarticulatie vanuit bedrijven en het geleiden van deze vraag naar bestaand (aangepast) aanbod in de regio.
b. Het opschalen van bestaand aanbod dat bewezen effectief is naar het brede mkb. Hierbij worden de kansen benut vanuit de bestaande grensoverschrijdende samenwerkingsverbanden op het gebied van digitalisering en circulaire economie.
Opgave 2: Al het beschikbare talent is nodig
2.1 Het beïnvloeden van school-, profiel- en studiekeuzes richting techniek en technologie: Vanuit het bedrijfsleven, onderwijsketen, bibliotheken, broedplaatsen, maakplaatsen en culturele instellingen inzetten op talentontwikkeling gericht op wetenschap en techniek, gericht op leerlingen in het Primair Onderwijs (PO) en Voortgezet Onderwijs (VO) en bij keuzemomenten van deze leerlingen. Hierbij wordt programmatisch voortgebouwd op effectief gebleken initiatieven in de regio. Daarbij wordt aangesloten op het landelijk Aanvalsplan Techniek en geleerd van de aanpak in Duitsland, waar een hoger percentage instroom in techniek zichtbaar is. Daarnaast wordt aansluiting gezocht bij activiteiten die zijn ontwikkeld binnen programmalijn 1.2 “een toekomstbestendig (mkb) bedrijfsleven”.
2.2 Het benutten van ongekend talent: Xxxxxx mogelijk ongekend talent inzetten. De aanpak richt zich op twee doelgroepen, namelijk mensen die deeltijd werken en statushouders. Focus is om dit potentieel in te zetten in de tekortsectoren zorg en techniek. Vanuit de aanpak in het bestaande actieplan ‘Dichterbij dan je denkt’ wordt focus gelegd op mensen die in deeltijd werken en nieuwkomers, primair die sinds 1 januari 2022 hun verblijfsvergunning hebben gekregen en secundair voor de groep statushouders van voor deze datum, die kan worden ingezet in het arbeidsproces. Er is gekozen voor deze twee doelgroepen, omdat zij een aanzienlijk deel van de groep ongekend talent vormen en daarbij is er al veel beleid in uitvoering voor de andere doelgroepen, zoals mensen in de bijstand en werkzoekenden. Vanuit de behoefte van werkgevers en de persoonlijke situatie van mensen wordt gekeken hoe meer van dit beschikbaar potentieel kan worden ingezet in het arbeidsproces. In de uitvoering wordt gekeken naar de door het Rijk voorgenomen hervorming van de arbeidsmarkt, waarvoor tijdens de looptijd van de Regio Deal Twente II regionaal een meerjarenplan wordt opgesteld. Inzet op basisvaardigheden en werkcoaches ligt voor de hand.
Opgave 3: Toegankelijkheid zorg staat onder druk
3.1 Zorg voor ouderen gericht op langer thuis wonen: Binnen een aantal pilotgemeenten wordt ingezet op het versterken van domein-overstijgende samenwerking gericht op ouderen. De domein-overstijgende samenwerking wordt zichtbaar door een innovatie aanpak op het snijvlak van gezondheid, zorg, wonen en welzijn, in lijn met uitgangspunten van Twentse Koers. Focus ligt op het versterken van de gezondheid, zelfredzaamheid, zingeving en eigen regie van de inwoners (>65 jaar) in de context van hun lokale gemeenschap. Er wordt ingezet op het versterken van de eigen kracht van ouderen en hun netwerk en het zo laagdrempelig bereikbaar en toegankelijk maken van ondersteuning en voorzieningen, rekening houdend met de ontwikkelingen in het landelijk gebied en mogelijke effecten hierop. In een dialoog tussen ouderen en professionals wordt ingezet op preventie, het versterken van gezondheid van oudere inwoners, goede ketensamenwerking, vroeg-signalering en het aanbieden van alternatieve en voorliggende vormen van zorg en ondersteuning waardoor het beroep op de formele zorg verminderd. Daarin wordt ook gekeken welke preventieve rol cultuurparticipatie kan spelen. Onderdeel is dat er wordt geëxperimenteerd met toepassen van technologie in de woning en de wijk binnen proeftuinen, met actieve betrokkenheid van inwoners van conceptontwikkeling tot ingebruikname. Zorginnovaties krijgen zo de kans om hun toegevoegde waarde te laten zien en om nieuwe woonconcepten te ontwikkelen. Daarnaast leren zorg- en welzijnsprofessionals om te gaan met innovaties en leren ouderen hoe ze eigen regie kunnen voeren over en tijdig kunnen inspelen op hun gezondheid en zelfredzaamheid. Vanuit de opgedane ervaringen wordt ingezet op brede uitrol in Twente en leren we actief van en werken we samen met de aanpak in de ouderenzorg in Duitsland en andere regio’s in Nederland.
3.2 Preventie en aanpak chronische ziektebeelden: Een holistische aanpak rond inwoners met chronische ziektebeelden welke bovengemiddeld veel voorkomen in Twente en bij inwoners met een lagere sociaaleconomische status. Hierbij staan de (thuis)situatie en behoeften van de inwoners centraal en worden verschillende leefstijl interventies bekeken. Dit vraagt een structurele intensivering van de domein-overstijgende netwerken rond wonen, werken, zorg en welzijn. Er wordt ingezet op een duurzame data-infrastructuur, die samenwerking met en rondom de patiënt in de zorgketen beter mogelijk maakt. Hiermee wordt zoveel mogelijk ingezet op “zelf als het kan, digitaal waar het kan”. De aanpak wordt experimenteel beproefd
voor enkele chronische aandoeningen, zoals bijvoorbeeld de houding- en beweegzorg, in innovatielabs en implementatieomgevingen waar innovaties sneller kunnen worden ontwikkeld, toegepast en gevalideerd in co-creatie met inwoners, bedrijven, zorg- en kennisinstellingen.
Ook wordt ingezet op adequate scholing van zorg- en welzijnsprofessionals ten behoeve van de implementatie van innovaties en opschaling in de praktijk. Er zal een verkenning naar nieuwe financieringsmodellen worden uitgevoerd. Door middel van pilotprojecten worden concrete nieuwe innovaties ontwikkeld voor preventie en de aanpak van de chronische ziektebeelden. De bestaande grensoverschrijdende samenwerking tussen de Universiteit Twente, Universiteit van Münster, Universitätsklinikum Münster en Medisch Spectrum Twente biedt kansen in de uitvoering. Daarnaast ontstaan economische kansen voor het bedrijfsleven en verbinden we de zorgclusters tussen Twente en de grensregio Münster. De uitdagingen waar Nederland en Duitsland in de gezondheidszorg voor staan stoppen niet aan de grens, de burger heeft (EU) recht op zorg over grenzen heen wat onderdeel kan zijn voor de aanpak.
Op termijn moet de ontwikkelde aanpak geborgd worden in regionale structuren en programma’s waar ondernemers, onderwijs en overheid samenwerken. Dit is een belangrijk criterium bij het nader uitwerken van programma’s naar projecten.
Grensoverschrijdende samenwerking
In de beschreven aanpak worden de kansen van de bestaande grensoverschrijdende samenwerkingsverbanden ingezet, om zo de kansen van de 360 graden regio maximaal te benutten, onderlinge relaties worden versterkt en inhoudelijke clusters worden verbonden. Basis daarvoor vormt het sinds 2021 bestaande Memorandum of Understanding (MoU) die Twente Board heeft samen met Oost NL en IHK Nord Westfalen. Dit MoU wordt ondersteund door een aantal ondersteunende partners te weten gemeente Enschede, Stadt Münster, EUREGIO, Handswerkkammer Münster, WTC Twente en Münsterland e.V. Op 23 mei 2023 is deze MoU verrijkt met een strategie- en uitvoeringsdocument met focus op de onderwerpen digitalisering, medische technologie, energie (batterijen/waterstof) en circulaire economie. Deze onderwerpen sluiten goed aan bij de ambities en aanpak beschreven in de Regio Deal Twente II.
Artikel 4 – Beoogde resultaten
Partijen beogen met de Regio Deal Twente II het doel te verwezenlijken door de volgende resultaten te behalen per programma:
Opgave 1: Druk op het regionale bedrijfsleven
1.1 Verduurzamen en ontwikkelen van bedrijfslocaties
• Het streven is om op minimaal 4 bedrijventerreinen/werklocaties fysieke investeringen te doen voor het verduurzamen van de energievoorziening door samenwerkende bedrijven, met als doel op de langere termijn zo veel mogelijk zelfvoorzienend in energie te worden op deze locaties;
• Het opzetten van een regionale structuur voor het ondersteunen van collectieven aan bedrijven die concreet aan de slag willen met verduurzamen van de energievoorziening;
• Een samenwerkingsstructuur opzetten tussen overheden en bedrijfsleven gericht op (aanstaand) Rijksbeleid voor het verduurzamen van de fysieke energie-infrastructuur en openbare ruimte op regionale bedrijfslocaties.
1.2 Een toekomstbestendig (mkb) bedrijfsleven
• Het opzetten van een regionale structuur gericht op het mkb bedrijfsleven voor een betere vraagarticulatie, bundeling van behoeften en geleiden naar bestaande initiatieven op gebied van digitalisering en verduurzamen van de bedrijfsvoering;
• Het streven is minimaal 300 mkb organisaties zijn concreet aan de slag met digitalisering en/of verduurzaming van hun bedrijfsvoering middels nieuw of bestaand aanbod;
• Het streven is minimaal 2 circulaire (bij voorkeur grensoverschrijdende) waardeketens op te zetten.
Opgave 2: Al het beschikbare talent is nodig
2.1 Het beïnvloeden van school-, profiel- en studiekeuzes richting techniek en technologie
• Verhoging van het aantal scholen voor primair en voortgezet onderwijs dat een (structurele) samenwerking met bedrijven heeft;
• Verhoging van het aantal leerlingen in het primair en voortgezet onderwijs met een positieve beeld- en attitudevorming t.a.v. wetenschap en technologie;
• Verhoging van het aantal leerlingen dat kiest voor een techniekprofiel op het VO;
• Indicatie van verhoging instroom naar technische vervolgstudies op alle niveaus;
• Voormeting met het W&T kompas, een gerichte aanpak, en vervolgens weer een nameting (dit kan per school, maar ook bijvoorbeeld aanpak per bestuur, of aantal scholen per bestuur of in de stad) – kwantitatief en eventueel ook kwalitatief;
• Verhoging aantal mentoren/ vakdocenten die bekwaam zijn in het begeleiden van leerlingen bij het maken van passende (studie)loopbaankeuzes;
• In beeld brengen van aanpak gehanteerd in Duitsland en kansen die dat brengt in Nederland.
2.2 Het benutten van ongekend talent:
• Zichtbaar hogere benutting van het beschikbare arbeidspotentieel binnen de sectoren zorg en techniek en daarmee kwalitatief hogere arbeidsmarktparticipatie binnen de genoemde doelgroepen;
• Indicatie van het vergroten van arbeidsmarktparticipatie en een sterkere inkomenspositie van beoogde doelgroepen;
• In beeld brengen van de aanpak gehanteerd in Duitsland en kansen die dat brengt in Nederland.
Opgave 3: Toegankelijkheid zorg staat onder druk
Voor beide programma’s geldt dat in de hele regio een structurele samenwerking tussen relevante zorg- en welzijnspartijen zichtbaar is, gericht op preventie, langer thuis wonen en gezondheid.
Deze samenwerking is waar relevant domein-overstijgend en gericht op duurzame inbedding voor de lange termijn.
3.1 Zorg voor ouderen gericht op langer thuis wonen:
Het streven is om minimaal 5 pilotgemeenten te ondersteunen bij zorg voor ouderen gericht op langer thuis wonen. In de gekozen pilotwijken en -dorpen:
• Is de ervaren gezondheid van de ouderen gelijk gebleven/versterkt, meetbaar via de volwassenen- en ouderen monitor GGD Twente en Senioren op Eigen Kracht onderzoek;
• Is er stabilisatie/daling van het aantal ouderen dat een beroep doet op acute zorg;
• Ontwikkelen van scholingsmodules gericht op zorg- en welzijnsprofessionals en informatiemodules gericht op de inwoners en hun naasten;
• Plan van aanpak en benodigde (rand)voorwaarden voor een brede uitrol ontwikkelde aanpak in Twente;
3.2 Preventie en aanpak chronische ziektebeelden:
• Het streven is minimaal 1 duurzaam innovatielab en 2 duurzame implementatieomgevingen voor innovaties ten behoeve van de preventie en aanpak van chronische ziektes waar inwoners, bedrijven, regionale zorg- en kennisinstellingen samenwerken;
• Een regionale data infrastructuur die innovaties op het gebied van preventie en aanpak chronische ziektebeelden bevordert en waar verschillende lijnen uit de zorg op zijn aangesloten;
• Ontwikkelen van scholingsmodules gericht op zorg- en welzijnsprofessionals en informatiemodules gericht op de patiënt/inwoners;
Deel 2 Uitvoering & rapportage
-9-
• Het streven is minimaal 3 pilotprojecten voor verschillende chronische ziektebeelden resulterend in een aannemelijke indicatie van voordelen voor de patiënt en belasting voor de zorg (kosten en bemensing).
2. Inzet middelen Regio Envelop voor uitvoering Regio Deal Twente II
1. Partijen beogen een gecoördineerde beleidsmatige inzet van hun gezamenlijke financiële middelen op basis van de afspraken in deze Regio Deal Twente II. De Regio geeft met die middelen uitvoering aan de Regio Deal Twente II zoals het initiëren en/of realiseren van programma’s en projecten en andere uitvoeringsactiviteiten in het kader van de ambitie, het doel, de beoogde resultaten en de aanpak van de Regio Deal Twente II zoals bedoeld in artikelen 1 tot en met 4. Op deze wijze zetten Partijen zich in om de regionale opgaven van de Regio aan te pakken.
2. BZK reserveert maximaal € 25 mln. inclusief eventueel verschuldigde BTW vanuit de Regio
Envelop als rijksbijdrage voor uitvoeringsactiviteiten als bedoeld in het eerste lid, volgens de in de onderstaande tabel opgenomen onderverdeling. Maximaal 3% van de totaal ontvangen rijksbijdrage mag aan uitvoeringskosten oftewel VAT-kosten (Voorbereiding, Administratie en Toezicht) worden besteed. Van dit percentage kan onder omstandigheden worden afgeweken. De Regio reserveert minimaal een bedrag van in totaal € 25 mln. aan regionale financiering voor uitvoeringsactiviteiten als bedoeld in het eerste lid volgens de in de onderstaande tabel opgenomen onderverdeling:
Programma | Maximale rijksbijdrage1) | Regionale financiering | Totaalbedrag |
Verduurzamen en ontwikkelen bedrijfslocaties | € 8,9 mln. | € 10,9 mln. | € 19,8 mln. |
Een toekomstbestendig (mkb) bedrijfsleven | € 2,7 mln. | € 3,3 mln. | € 6,0 mln. |
Beïnvloeden school-, profiel- en studiekeuzes richting techniek | € 2,7 mln. | € 2,0 mln. | € 4,7 mln. |
Het benutten van ongekend talent | € 2,5 mln. | € 0,8 mln. | € 3,3 mln. |
Zorg voor ouderen gericht op langer thuis wonen | € 3,9 mln. | € 3,2 mln. | € 7,1 mln. |
Preventie en aanpak chronische ziektebeelden | € 3,6 mln. | € 4,1 mln. | € 7,7 mln. |
Uitvoeringskosten (VAT) | € 0,7 mln. | € 0,7 mln. | € 1,4 mln. |
Bijdragen totaal maximaal | € 25,0 mln. | € 25,0 mln. | € 50,0 mln. |
1) Dit bedrag is inclusief eventueel verschuldigde BTW.
3. De regionale financiering is als volgt opgebouwd:
Publieke financiering | Private financiering | Totaalbedrag | |
Financiële bijdrage | € 19,2 mln. | € -- mln. | € 19,2 mln. |
Bijdrage in natura | € 2,4 mln. | € 3,4 mln. | € 5,8 mln. |
Bijdragen totaal maximaal | € 21,6 mln. | € 3,4 mln. | € 25 mln. |
Naast deze regionale financiering die wordt verantwoord vanuit de specifieke uitkering van het Rijk, heeft de regio de ambitie om een additionele private bijdrage van minimaal €30 miljoen extra te realiseren binnen de genoemde programma’s. Deze investeringen zijn zichtbaar in de regionale beschikkingen die worden uitgegeven aan projectaanvragers en de voortgang van realisatie in de jaarlijkse publieke voortgangsrapportage die de regio publiceert.
4. De verdeling opgenomen in de tabel in het tweede lid geldt als uitgangspunt. Partijen zijn zich ervan bewust dat gedurende de looptijd van de Regio Deal Twente II omstandigheden en/of prioriteiten kunnen wijzigen. Partijen kunnen, na bespreking in het Rijk-Regio-overleg zoals
bedoeld in artikel 7, eerste lid, een gewijzigde verdeling afspreken. Op deze wijziging van Regio Deal Twente II is artikel 12 van toepassing.
Partijen spreken af dat in het kader van de uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal Twente II de provincie Overijssel de rol zal vervullen van regiokassier. De regiokassier draagt zorg voor het nakomen van de financiële kaders, zoals verwoord in de Regeling specifieke uitkering Regio Deals vierde tranche.
3. Governance uitvoering Regio Deal Twente II
Artikel 7 - Rijk–Regio-overleg
1. Periodiek treden Partijen in overleg over de onderlinge samenwerking in het kader van de Regio Deal Twente II en met andere publieke en/of private samenwerkingspartners. Dit Rijk- Regio-overleg zorgt voor de coördinatie van de inzet van Partijen in het kader van de uitvoering van Regio Deal Twente II, de daarbij behorende uitwisseling van informatie en voor het bespreken van de voortgang, inclusief de in artikel 8 bedoelde monitoring.
2. Het Rijk-Regio-overleg vergadert tenminste eenmaal per jaar, uiterlijk in de maand september, ten behoeve van de bespreking van de in artikel 8, tweede lid, bedoelde jaarlijkse voortgangsrapportage Regio Deal Twente II.
3. Het Rijk-Regio-overleg formuleert en bewaakt de kaders waarbinnen de uitvoering van de Regio Deal Twente II plaatsvindt.
4. Het in het eerste lid bedoelde Rijk-Regio-overleg bestaat uit de volgende vertegenwoordigers:
a. vanuit de ministeries van het Rijk:
i Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties; ii Economische Zaken en Klimaat;
iii Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen; iv Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
v Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
b. vanuit de Regio:
i. Twente Board, te weten de voorzitter en minimaal één vertegenwoordiger per triple-helix partner, te weten ondernemers, onderwijs en regionale overheid;
ii Provincie Overijssel.
5. Het Rijk-Regio-overleg voorziet in zijn eigen werkwijze. Voor de uitvoering van de Regio Deal Twente II maakt het Rijk-Regio-overleg hiertoe nadere werkafspraken en legt deze vast. Onder meer wordt in deze werkafspraken vastgelegd op welke wijze de Partijen verantwoording afleggen aan hun volksvertegenwoordigers en achterbannen.
4. Monitoring, evaluatie en communicatie Regio Deal Twente II
Artikel 8 – Monitoring en evaluatie
1. Monitoring van de uitvoering van de Regio Deal Twente II als geheel vindt plaats op twee niveaus:
• op het niveau van de concrete initiatieven en projecten;
• op het niveau van de in artikel 3 genoemde beoogde resultaten en beleidsindicatoren.
2. Op basis van deze monitoring voert Twente Board een nulmeting uit, uiterlijk in het voorjaar van 2024, en stelt Twente Board éénmaal per jaar een voortgangsrapportage op over het daarvoor voorafgaande jaar. Hierin wordt melding gemaakt van:
• de voortgang van de uitvoering van de Regio Deal Twente II aan de hand van de in artikel 3 genoemde programma’s;
• de behaalde resultaten aan de hand van de in artikel 4 genoemde beoogde resultaten;
• de voortgang van de uitvoering van de Regio Deal Twente II aan de hand van de meerjarige projectenplanning;
• de geleerde lessen met betrekking tot de aannames en randvoorwaarden, zoals geformuleerd in artikel 3.
3. De jaarlijkse voortgangsrapportage wordt (in concept) voor 15 juli van ieder jaar overgelegd aan het Rijk-Regio-overleg.
4. De Regio kan met de jaarlijkse voortgangsrapportage de betrokken partners van ondernemers (Ondernemend Twente), onderwijs (Universiteit Twente, Saxion Hogeschool, ROC van Twente, PO/VO-besturen) en overheid (veertien Twentse gemeenten en provincie Overijssel) informeren. BZK gebruikt de jaarlijkse voortgangsrapportage als input voor de periodieke voortgangsrapportage van alle Regio Deals voor de Tweede Kamer van de Staten-Generaal.
5. De Twente Board evalueert de uitvoering en werking van de Regio Deal Twente II binnen twee maanden na afronding van deze Regio Deal Twente II en maakt daarvan een eindevaluatie op conform de in het tweede lid genoemde onderdelen. Twente Board legt de eindevaluatie uiterlijk 30 juni 2028 voor aan het Rijk-Regio-overleg.
6. BZK draagt zorg voor onderzoek, monitoring en evaluatie betreffende het geheel van de Regio Deals (o.m. de resultaten en effecten van de Deals voor brede welvaart). De Regio verleent haar medewerking hieraan.
7. Ten behoeve van de uitwisseling van kennis en ervaring van de uitvoering van de Regio Deals op regionaal en op rijksniveau, wordt door het programmateam Regio Deals BZK een Community of Practice opgericht. De Regio neemt hieraan deel.
1. Partijen communiceren eensluidend over de Regio Deal Twente II. Hiertoe wordt gewerkt met een kernboodschap. De kernboodschap is: ‘Met de Regio Deal Twente II wordt een stevige impuls gegeven aan de realisatie van de ambitie van Twente Board om de brede welvaart in Twente te vergroten, ons Bruto Twents Geluk. Daartoe investeren we in een toekomstbestendig bedrijfsleven, talent op alle niveaus en het toegankelijk houden van de zorg.’
2. De communicatie over de Regio Deal Twente II verloopt primair door de Regio, via Twente Board. Het Rijk draagt de kernboodschap ook uit via zijn eigen kanalen.
3. Er wordt een gezamenlijk communicatieplan besproken en nader afgesproken door het in artikel 7 bedoelde Rijk-Regio-overleg.
4. De Regio zal bij projecten die deel uitmaken van de uitvoering van de Regio Deal Twente II vragen om in de communicatie over die projecten kenbaar te maken dat het project mede mogelijk is gemaakt in het kader van de Regio Deal Twente II. Hiervoor worden in het Rijk- Regio-overleg nadere werkafspraken gemaakt.
5. Slotbepalingen
Artikel 10 - Uitvoering in overeenstemming met Unierecht
De afspraken van deze Regio Deal Twente II en/of de daaruit voortvloeiende maatregelen worden in overeenstemming met het recht van de Europese Unie uitgevoerd en uitgewerkt in het bijzonder voor zover de afspraken vallen onder de werking van de Europese regels met betrekking tot aanbesteding, mededinging, staatssteun en technische normen en voorschriften.
Artikel 11 - Gegevensuitwisseling
1. De in het kader van (de uitvoering van) deze Regio Deal Twente II uitgewisselde dan wel uit te wisselen informatie is in beginsel openbaar. Indien een Partij verzoekt om geheimhouding zullen de overige Partijen deze informatie in beginsel geheimhouden en deze geheel noch gedeeltelijk aan enige derde bekendmaken, behoudens voor zover een verplichting tot openbaarmaking voortvloeit uit de wet, een rechterlijke uitspraak of deze Regio Deal Twente II.
2. Partijen dragen er zorg voor dat concurrentiegevoelige en/of privacygevoelige informatie uitsluitend wordt gedeeld voor zover dit in overeenstemming is met de relevante internationale, Europese en nationale wettelijke kaders. Zij kunnen hiertoe nadere afspraken vastleggen.
1. Elke Partij kan schriftelijk verzoeken de Regio Deal Twente II te wijzigen. De wijziging behoeft de instemming van alle Partijen, conform het gestelde in lid 2 tot en met 4 van dit artikel.
2. Partijen treden in overleg binnen 6 weken nadat een Partij het verzoek tot wijziging schriftelijk kenbaar heeft gemaakt aan het programmateam Regio Deals BZK. Het programmateam Regio Deals BZK informeert de overige Partijen over de voorgestelde wijziging en draagt zorg voor agendering van het wijzigingsverzoek in het Rijk-Regio overleg. Wanneer vertegenwoordigers van Partijen niet kunnen deelnemen aan het Rijk-Regio overleg, kunnen zij hun instemming kenbaar maken via een e-mail.
3. Nadat alle Partijen aan het programmateam Regio Deals BZK kenbaar hebben gemaakt in te stemmen met het verzoek tot wijziging wordt dit vastgelegd in het verslag van het Rijk-regio overleg. Het wijzigingsvoorstel wordt verwerkt in een addendum, die door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties wordt ondertekend. Het addendum, het verslag van het Rijk-Regio overleg en de verklaringen tot instemming worden als bijlage aan deze Regio Deal gehecht.
4. Het addendum wordt gepubliceerd in de Staatscourant.
1. Elke Partij kan de Regio Deal Twente II met inachtneming van een opzegtermijn van 3 maanden schriftelijk opzeggen, indien een zodanige verandering van omstandigheden is opgetreden dat deze Regio Deal billijkheidshalve op korte termijn behoort te eindigen. De opzegging moet de verandering in omstandigheden vermelden.
2. Wanneer een Partij deze Regio Deal Twente II opzegt, blijft de Regio Deal Twente II voor de overige Partijen in stand voor zover de inhoud en de strekking ervan zich daartegen niet verzetten.
3. Xxxxxxx van beëindiging van de Regio Deal Twente II krachtens opzegging is geen van de Partijen jegens een andere Partij schadeplichtig.
Artikel 14 - Toetreding nieuwe partijen
1. In overeenstemming met alle Partijen kunnen anderen tijdens de looptijd van de Regio Deal Twente II als nieuwe partijen toetreden tot de Regio Deal Twente II. Een toetredende partij dient de verplichtingen die voor haar uit het convenant voortvloeien te aanvaarden.
2. Het schriftelijke verzoek tot toetreding met daarbij de concrete bijdrage aan de Regio Deal Twente II wordt gericht aan het programmateam Regio Deals BZK. Het programmateam informeert Partijen en vraagt hen om instemming.
3. Zodra alle Partijen aan het programmateam Regio Deals BZK schriftelijk kenbaar hebben gemaakt in te stemmen met het verzoek tot toetreding, ontvangt de toetredende partij de status van Partij van de Regio Deal Xxxxxx XX en gelden voor die partij de voor haar uit de deal voortvloeiende rechten en verplichtingen.
4. Het verzoek tot toetreding en de verklaringen tot instemming worden als bijlagen aan de Regio Deal Twente II gehecht.
De Regio Deal Twente II is niet in rechte afdwingbaar. Partijen kunnen op tekortkomingen in de nakoming van de Regio Deal Twente II of van afspraken die daarmee samenhangen, bij de bevoegde rechter geen beroep doen.
De Regio Deal Twente II kan worden ondertekend door Partijen in verschillende exemplaren, die samengevoegd hetzelfde rechtsgevolg hebben alsof deze Regio Deal is ondertekend door alle Partijen in één exemplaar.
Deze Regio Deal kan worden aangehaald als Regio Deal Twente II.
Artikel 18 – Inwerkingtreding en looptijd
De Regio Deal Twente II treedt in werking met ingang van de dag na ondertekening door alle Partijen en eindigt op 30 april 2028.
1. De Regio Deal Twente II zal net als andere Regio Deals openbaar worden gemaakt door publicatie in de Staatscourant, waardoor anderen kennis kunnen nemen van de Regio Deals.
2. BZK rapporteert over de Regio Portefeuille, alsmede de hieruit voortvloeiende Regio Deals naar de Tweede Kamer van de Staten-Generaal.
Artikel 20 - Strijd met Regeling Specifieke uitkering vierde tranche Regio Deals
Enige bepaling in deze Regio Deal die in strijd is met de Regeling Specifieke uitkering vierde tranche Regio Deals (zoals deze luidt op het moment dat de strijdigheid zich voordoet of alsdan in bestuursrechtelijke zin is vastgesteld) moet als niet-bindend worden beschouwd en zal, voor zover nodig, verwijderd en vervangen dienen te worden door een bepaling die bindend en rechtsgeldig is en die de inhoud van de niet-geldige bepaling zoveel mogelijk benadert. Het overige deel van de Regio Deal blijft in een dergelijke situatie ongewijzigd.
Indien een bepaling van de Regio Deal in enige mate als nietig, vernietigbaar, ongeldig, onwettig of anderszins als niet-bindend moet worden beschouwd, wordt die bepaling, voor zover nodig, uit de Regio Deal verwijderd en vervangen door een bepaling die wel bindend en rechtsgeldig is en die de inhoud van de niet-geldige bepaling zoveel mogelijk benadert. Het overige deel van de Regio Deal blijft in een dergelijke situatie ongewijzigd.
Artikel 22 - Publiekrechtelijke medewerking en toepasselijk recht
1. De in het kader van Regio Deal door Partijen te verlenen (publiekrechtelijke) medewerking laat de publiekrechtelijke positie en bevoegdheden van Partijen onverlet.
2. Op deze Regio Deal is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend,
BIJLAGE 1
Aansluiting bij nationale beleidsdoelen of programma’s
De Regio Deal Xxxxxx XX draagt bij aan diverse opgaven uit het Coalitieakkoord 'Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst' en een aantal nationale beleidsdoelstellingen, te weten:
• Programma regio’s aan de Grens: programma dat inzet op het versterken van grensregio’s door interbestuurlijk te werken aan de (gebieds-)opgaven in deze regio’s en door het versterken van de grensoverschrijdende samenwerking met onze buurlanden om grensbelemmeringen te verminderen. (alle opgaven).
• Nationaal Groeifonds: betrekken van toegekende/nog toe te kennen programma’s die investeren in innovaties en nieuwe economische activiteiten voor het toekomstig verdienvermogen van Nederland incl. human capital programma (alle opgaven).
• Topsectorenbeleid: investeren in innovaties en wetenschappelijk onderzoek om economische kansen te benutten en maatschappelijke uitdagingen op te lossen, met name de topsectoren Energie, Health Holland en Dutch Digital Delta (vooral opgave 1 en 3)
• NOVEX: programma dat regie legt op de ruimtelijke puzzel in samenwerking met provincies, gemeenten en waterschappen (vooral opgave 1).
• Nationaal Klimaatakkoord en Nationaal Klimaat Platform: versnellen naar een economie en samenleving zonder uitstoot van broeikasgassen (vooral opgave 1).
• Nationaal programma circulaire economie 2023 – 2030: maatregelen die leiden tot het zuiniger omgaan met grondstoffen en hergebruiken van afval (vooral opgave 1).
• Smart Industry programma: transformatie/digitalisering maakindustrie (vooral opgave 1)
• Actieplan Groene en Digitale banen en Aanvalsplan techniek: maatregelen om krapte op de arbeidsmarkt aan te pakken, o.a. in sectoren met banen van belang voor de klimaat- en digitale transitie (vooral opgave 1 en 2)
• Beleid Leven-Lang-Ontwikkelen: om mensen goed inzetbaar te laten blijven op de arbeidsmarkt met o.a. de regelingen SLIM, STAP-budget en Nederland leert door en koppeling naar de toegekende groeifondsaanvragen LLO Katalysator, LLO-opschaling pps in het beroepsonderwijs en LLO laaggeletterdheid/laagopgeleiden (vooral opgave 2)
• Techniekpact/Platform Talent voor Technologie: stimuleren techniekonderwijs (vooral opgave 2)
• Actieplan Dichterbij dan je denkt: om krapte op de arbeidsmarkt aan te pakken (vooral opgave 2)
• Plan van aanpak Statushouders aan het werk met daarbinnen het project 'In de Zorg – Uit de Zorgen’ (vooral opgave 2 en 3)
• Integraal Zorgakkoord: gericht om de zorg voor de toekomst goed, toegankelijk en betaalbaar te houden (vooral opgave 3)
• Programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (vooral opgave 3)
• IMDI-programma: ontwikkeling en toepassing van medische technologie die het toenemend tekort aan zorgpersoneel aanpakt en de toegankelijkheid van zorg in de eigen leefomgeving waarborgt (vooral opgave 3)
• Gezond en Actief Leven Akkoord: gemeenten, GGD-en, zorgverzekeraars en VWS zetten gezamenlijk in op een gezond en actief leven met een stevige sociale basis (vooral opgave 3)
• Nationaal Programma Landelijk Gebied: een programma waarbij de opgaven in het landelijk gebied gericht op het behalen doelen voor natuur, stikstof, water en klimaat integraal worden uitgewerkt in provinciale gebiedsprogramma’s. Deze gaan impact hebben op de leefomgeving, het voorzieningenniveau en het sociaaleconomisch perspectief, met name voor gemeenten in het landelijk gebied (vooral opgave 1 en 3)
Regio Deal Twente II
Plaats:
Datum:
De minister van Binnenlandse Zaken & Koninkrijksrelaties Xxxx xx Xxxxx