Prestatie- overeenkomst 2020 gemeenten en WPDA
Prestatie- overeenkomst 2020 gemeenten en WPDA
18 december 2019
Inhoud
2. Het gebruik van de prestatieovereenkomst 2
5.5. Kwaliteit van de dienstverlening en cliëntenparticipatie 8
De gemeenten Aa en Hunze, Assen en Tynaarlo zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Participatiewet, de wet sociale werkvoorziening en een aantal andere wetten en regelingen binnen het sociaal domein. Het is belangrijk dat de gemeenteraden op die gebieden hun kaderstellende en controlerende rol kunnen uitvoeren. Dat doen zij op verschillende manieren:
1. door het opstellen van een beleidskader waarin uitgangspunten, kaders en doelstellingen van het participatiebeleid zijn geformuleerd;
2. door het geven van een visie op de begroting en jaarrekening van de Gemeenschappelijke Regeling Werkplein Drentsche Aa (WPDA) en door de verantwoordingsdocumenten in de P&C-cyclus.
De beleidskaders zijn onlangs geactualiseerd en vastgesteld in de drie gemeenteraden. Deze kaders gelden voor de periode van vier jaar en hebben een globaal karakter. Afgesproken is dat deze jaarlijks worden geconcretiseerd in resultaten die WPDA moet behalen. Dat doen we door middel van deze prestatieovereenkomst. Deze overeenkomst wordt afgesloten door de colleges van de drie gemeenten met het Algemeen Bestuur van de GR WPDA. Overigens realiseren we ons dat het niet altijd eenvoudig is om op basis van een aantal vooraf geformuleerde indicatoren een oordeel te geven over de kwaliteit van de uitvoering. We vragen daarom vanaf nu aan WPDA de inhoudelijke en financiële resultaten te verklaren. Hiermee bedoelen we dat de uitkomsten op de vooraf afgesproken indicatoren worden toegelicht in perspectief van de ontwikkelingen die zich in de afgelopen jaren hebben voorgedaan. Deze uitkomsten worden waar mogelijk afgezet tegen benchmarkgegevens.
2. Het gebruik van de prestatieovereenkomst
Op basis van deze prestatieovereenkomst legt het algemeen bestuur van WPDA verantwoording af over de behaalde resultaten en plaatst zij deze resultaten in perspectief. De geformuleerde resultaten en de financiële stand van zaken worden aan de colleges gepresenteerd in de vorm van een bestuursrapportage die elke vier maanden wordt opgesteld. De verschijningsdata van deze rapportages sluiten zoveel mogelijk aan bij de P&C-cyclus van de drie gemeenten. Hierover worden separaat afspraken gemaakt. Op basis van de uitkomsten van de tweede bestuursrapportage en een (kwantitatieve) analyse van het cliëntenbestand worden de resultaten voor het volgende jaar bepaald en vastgelegd in de prestatieovereenkomst voor het jaar daarna. In de analyse van het cliëntenbestand wordt in ieder geval zichtbaar gemaakt hoe de verdeling over de “routes”1 zich heeft ontwikkeld en hoe de samenstelling van de doelgroepen binnen de routes zich heeft ontwikkeld.
Tussentijds wordt de voortgang van de prestaties besproken binnen het Dagelijks Bestuur van WPDA en (ter voorbereiding daarop) met de accounthouders en financieel adviseurs van de drie gemeenten in een beleidscoördinatieoverleg. Hierin is met name aandacht voor eventuele afwijkingen van de geformuleerde resultaten.
WPDA is een uitvoeringsorganisatie van de drie gemeenten. De gemeenten stellen vast binnen welke kaders WPDA het werk moet uitvoeren en welke doelen zij daarmee moet behalen. De doelen en de maatschappelijke opgaven van gemeenten en WPDA zijn uiteraard dezelfde. Om ervoor te zorgen dat gemeenten en WPDA verantwoordelijkheid kunnen nemen en een goede invulling kunnen geven aan hun eigen rol is partnerschap van belang. Dat betekent onder andere dat:
• WPDA kennis en ervaring over wet- en regelgeving, over de aard en samenstelling van de verschillende doelgroepen en over de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt deelt met ambtenaren en bestuurders van gemeenten voor wie dit van belang is en hen over de inhoudelijke en financiële consequenties adviseert;
1 Er wordt onderscheid gemaakt in de routes werknemer, vrijwilliger, onderwijs en ondernemer.
• De gemeenten vroegtijdig met WPDA in gesprek gaan om ontwikkelingen in landelijk en gemeentelijk beleid te bespreken en gezamenlijk (nieuw) beleid te ontwikkelen;
• WPDA een bijdrage levert aan de (keten)samenwerking binnen het sociaal domein.
WPDA voert voor de gemeenten Aa en Hunze, Assen en Tynaarlo de Participatiewet en de Wet sociale werkvoorziening uit en levert een bijdrage aan de sluitende aanpak voor jongeren, het Wmo-beleid en de bestrijding van armoede en schulden. Zij doet dat conform de kaders die gemeenten hebben
geformuleerd in “Werk, inkomen en meedoen”. Die kaders vormen een integraal onderdeel van de opdracht. Hieronder staat per thema op welke terreinen de WPDA uitvoeringsverantwoordelijkheid draagt, op welke terreinen zij een bijdrage levert aan het werk van anderen en met welke partijen samenwerking plaatsvindt.
werken | meedoen | inkomen | |
• Het vaststellen van het perspectief (de “route”) • Het ondersteunen van personen uit de P-wet naar en binnen betaald werk (inclusief personen met een arbeidsbeperking en statushouders) • Het bieden van werkgeversdienstverlening • Het bieden van werk aan personen uit de Wsw • Het bieden van werk aan personen met een indicatie beschut werk • De regie op het traject naar werk, inclusief regie op ondersteunende zorg & hulpverlening | • Het vaststellen van het perspectief (de “route”) • Het in beeld brengen van de stand van zaken van alle bijstandsgerechtigden op het gebied van werk en meedoen; • Stimuleren van bijstandsgerechtigden om maatschappelijk actief te worden (en verwijzen naar partijen die vrijwilligerswerk of zorg bieden) | • Het tijdig en juist verstrekken van een bijstandsuitkering • Het tijdig en juist verstrekken van minimaregelingen • Het onderzoeken van en ondersteunen bij financiële knelpunten bij overgang van uitkering naar werk • Financiële stabiliteit van personen uit de P-wet (coaching) | |
Bijdragen aan | • De sluitende aanpak van jongeren door middel van route arbeid en route dagbesteding • De doorstroming van ontwikkelingsgerichte dagbesteding naar betaald werk • De bestrijding van laaggeletterdheid | • Activiteiten en ondersteuningsplannen op het gebied van meedoen en hulpverlening (ter ondersteuning van afspraken in sociale teams en ten behoeve van één toegang voor de inwoners) • De bestrijding van laaggeletterdheid | • Financiële mogelijkheden om mee te doen |
Samenwerken met | • Partijen in de arbeidsmarktregio (overheden, sociale partners, UWV, RMC, onderwijsinstellingen) en werkgevers in de regio om optimale matching tot stand te brengen • Aanbieders van dagbesteding | • Sociale teams/buurtteams van de afzonderlijke gemeenten • Aanbieders van dagbesteding | • Sociale teams/buurtteams van afzonderlijke gemeenten en GKB |
5. Doelen en resultaten
Van WPDA wordt verwacht dat zij gemeentelijke doelen realiseert op het gebied van werk, inkomen en meedoen en dat zij daarin een samenwerkingspartner is voor gemeenten, werkgevers, scholen, UWV, sociale partners en andere maatschappelijke organisaties. Zij doet dat in ieder geval binnen Werk in Zicht.
In de kadernota zijn de globale doelen geformuleerd. Die worden hieronder nog eens herhaald. In de blauwe blokken zijn de concrete prestaties voor het jaar 2020 geformuleerd.
1. De uitstroom (vanuit de uitkering) naar betaald werk blijft op peil
Het is de bedoeling dat cliënten die naar werk kunnen en perspectief op werk hebben aan het werk komen. Voor alle mensen met perspectief op werk, zet WPDA hierop in. We willen dat zoveel mogelijk mensen deelnemen aan het arbeidsproces zodat zij (financieel) zelfstandig kunnen zijn en zodat problemen op verschillende leefgebieden worden voorkomen. We streven er verder naar dat de uitstroom zoveel mogelijk duurzaam is.
Overwegingen
• Het CPB verwacht per saldo een geringe afname van het aantal bijstandsgerechtigden. Er is sprake van een daling van de werkloosheid en een toename van de instroom door beleidseffecten (statushouders en arbeidsbeperkten);
• UWV voorspelt dat de groei op de arbeidsmarkt in onze regio ten einde komt.
• UWV signaleert een mismatch op de arbeidsmarkt tussen vraag en aanbod;
• In 2018 zijn 795 personen (geheel of gedeeltelijk) uit de bijstand gestroomd naar betaald werk, ondernemerschap of onderwijs. In 2019 verwachten wij dat 700 personen (geheel of gedeeltelijk) uit de bijstand stromen en betaald aan het werk gaan (in loondienst of als ondernemer) of starten met een vorm van regulier onderwijs;
• Medio 2019 zijn er 1.500 cliënten waarvan de inschatting is dat zij uiteindelijk naar werk kunnen (personen in route werknemer, onderwijs en ondernemer, exclusief Wsw);
• Ondanks een doelgroep met toenemende problematiek, streven we ernaar de uitstroom in 2020 op het niveau van 2019 te houden.
• Het streven is dat mensen die aan het werk gaan, aan het werk blijven. We kunnen dit niet goed meten. We gebruiken daarom de beste indicator die voor ons beschikbaar is: de mate waarin mensen na uitstroom opnieuw een beroep doen op de bijstand (“herinstroom”) in de bijstand (uit de benchmark Werk & Inkomen). Landelijk is dat bij 20% van de uitstroom het geval.
Resultaat
• In 2020 stromen 700 personen geheel of gedeeltelijk uit de bijstand naar betaald werk, ondernemerschap of onderwijs;
• Inzicht in de herinstroom (ten opzichte van andere gemeenten in Divosa-benchmark) in %.
Definities
• Uitstroom naar werk is: betaald aan het werk met een arbeidsovereenkomst (parttime of fulltime) of inkomsten uit zelfstandigheid.
• De herinstroom is hernieuwde instroom binnen een jaar na uitstroom (in % van de uitstroom)
2. De arbeidsparticipatie van mensen uit het doelgroepenregister neemt toe
Eind 2019 zijn er 450 personen binnen WPDA die zijn opgenomen in het doelgroepenregister. De komende jaren neemt dat aantal toe. Het is de bedoeling dat deze mensen zoveel mogelijk een betaalde baan krijgen. Op dit moment hebben 140 mensen een betaalde (afspraak)baan. Dat is 31% van de totale groep.
Overwegingen
• WPDA werkt samen met de ketenpartners aan de sluitende aanpak voor jongeren in een kwetsbare positie. Dit is de grootste groep in het doelgroepenregister. Jongeren worden vanaf hun 16e jaar gevolgd en begeleid. Ook niet-uitkeringsgerechtigden (NUG) behoren tot deze doelgroep;
• Niet iedereen uit het doelgroepenregister is aan het werk. Dat heeft verschillende oorzaken: sommigen worden nu voorbereid op werk, sommigen zijn vanwege persoonlijke omstandigheden (tijdelijk) niet beschikbaar voor werk en voor sommigen passen hun mogelijkheden niet bij het werk dat momenteel op de arbeidsmarkt beschikbaar is;
• De dienstverlening voor werkgevers is verbeterd, de kwaliteit van de begeleiding is verhoogd en het draagvlak voor het in dienst nemen van deze groep is groter geworden. Tegelijkertijd ervaren werkgevers het nog steeds als risico om deze groep in dienst te nemen en langdurig in dienst te houden. Het behouden van de bestaande arbeidsparticipatie vraagt dus al om een forse inspanning;
• We verwachten (zoals elk jaar) een toename van het aantal personen in het doelgroepenregister. We gaan uit van een groei van 75 personen tot in totaal 525 personen.
Resultaat
• Eind 2020 hebben 190 van de 525 personen uit het doelgroepenregister een betaalde (afspraak)baan. Dat betekent dat de arbeidsparticipatie van deze groep stijgt van 31% naar 36%.
Definities
• Een betaalde baan is het hebben van een arbeidsovereenkomst (parttime of fulltime).
3. Werk bieden aan personen in de Wsw en aan personen in de Participatiewet die zijn aangewezen op een beschutte werkomgeving
Er is nu nog een groep van 657 medewerkers die onder de Wsw valt. Zij hebben allemaal een arbeidsovereenkomst en zijn aan het werk bij reguliere werkgevers en/of via iWerk. Het werken in een zo regulier mogelijke omgeving heeft de voorkeur omdat dat bijdraagt aan het realiseren van een inclusieve arbeidsmarkt. Voor personen in de Participatiewet met een indicatie beschut werk heeft de gemeente de opdracht om een bepaald aantal beschutte werkplekken te bieden. Dat aantal kan lager zijn als de omvang van de doelgroep kleiner is dan die taakstelling.
Overwegingen
• Op dit moment zijn er 250 van de 657 personen in de Wsw werkzaam bij reguliere bedrijven (via detachering of begeleid werken);
• Door de vergrijzing van de doelgroep zal een deel van Wsw-medewerkers hun (vaak veeleisender) werk in een reguliere werkomgeving niet vol kunnen houden en een beroep moeten doen op werk op locaties van iWerk;
• Tegelijkertijd zijn er nog mensen die nu op de locaties van iWerk werken, die met ondersteuning de stap naar detachering kunnen maken;
• De afname van het aantal detacheringen in de Wsw kunnen we door vergrijzing het komend jaar nog compenseren met een toename van het naar “buiten” plaatsen van personen die nu op locaties van iWerk werken. Per saldo blijft het aantal dat werkzaam is bij reguliere bedrijven gelijk.
• Omdat de werkzaamheden van de BOR binnen iWerk overgaan naar de gemeenten en de medewerkers worden gedetacheerd naar de gemeente, leidt dit ertoe dat deze groep van 130 personen formeel wordt beschouwd als gedetacheerd bij een regulier bedrijf.
• Het Rijk heeft een budget beschikbaar gesteld voor de realisatie van nieuw beschut werk voor mensen in de Participatiewet. Ook is hiervoor een taakstelling vastgelegd: voor de drie gemeenten gaat het om 60 plekken (Aa en Xxxxx 0, Xxxxx 43 en Tynaarlo 11).
Resultaat
• In 2020 zijn minimaal 380 personen in de Wsw werkzaam bij reguliere bedrijven, waarvan 130 als gevolg van de detachering van medewerkers in de BOR;
• Eind 2020 zijn er 60 banen gerealiseerd voor mensen met een indicatie beschut werk (mits er voldoende mensen met een indicatie zijn die in staat zijn om te werken)
Definities
• Reguliere bedrijven zijn alle werkgevers anders dan iWerk
• Eén nieuw beschutte werkplek is een arbeidscontract van 31 uur
4. Statushouders gaan sneller en vaker aan het werk
Een groot deel van de statushouders doet langdurig een beroep op een uitkering. Het duurt vaak lang voordat zij aan het werk zijn. Uit landelijke cijfers blijkt bijvoorbeeld dat na drie jaar slechts 18% van deze groep een baan heeft. Het is de bedoeling dat bijstandsgerechtigde statushouders die kunnen werken zo snel mogelijk na de start van hun inburgering een baan vinden en aan het werk blijven.
Overwegingen
• Op dit moment ontvangen 400 statushouders een uitkering van WPDA;
• Dit betreft in totaal 280 bijstandsuitkeringen (soms hebben meerdere personen één uitkering)
• De huidige inburgeringswet werkt belemmerend voor het (snel) vinden van werk voor deze groep. Dat komt onder andere omdat inburgeringstrajecten en ondersteuning naar werk niet geïntegreerd zijn en inburgeraars niet worden gestimuleerd om taal op een zo hoog mogelijk niveau te leren. De nieuwe inburgeringswet moet deze knelpunten oplossen. Dat gebeurt onder andere door de verantwoordelijkheid voor de uitvoering per 2021 in zijn geheel bij gemeenten neer te leggen.
• In 2020 willen we vooruitlopend op de nieuwe wet starten met het formuleren van doelstellingen op het gebied van werk voor bestaande en nieuw in te stromen statushouders. We doen dit ook om te beoordelen of dit reële doelen zijn.
Resultaat
• 40 van de 400 bijstandsgerechtigde statushouders gaan geheel of gedeeltelijk aan het werk.
Definities
• Onder werk verstaan wij het hebben van een arbeidsovereenkomst (parttime of fulltime) of inkomen uit zelfstandigheid.
1. Inwoners zonder perspectief op betaald werk doen (zo zelfstandig mogelijk) mee
Ongeveer de helft van de doelgroep van mensen in de Participatiewet bestaat uit mensen van wie is vastgesteld dat er geen reëel perspectief op werk bestaat. Het is de bedoeling dat deze mensen op andere manieren maatschappelijk meedoen. WPDA is niet verantwoordelijk voor het bieden van ondersteuning bij het meedoen. Die ligt bij welzijnsorganisaties, sociale teams en/of organisaties voor dagbesteding.
WPDA is wel verantwoordelijk voor het stimuleren van maatschappelijke deelname en het verwijzen naar en samenwerken met maatschappelijke organisaties. Ook is WPDA ervoor verantwoordelijk dat van alle personen met een uitkering inzichtelijk is óf zij maatschappelijk actief zijn. Daarbij brengt zij in beeld of deze groep deelneemt in de vorm van (a) vrijwilligerswerk, (b) mantelzorg, (c) dagbesteding, (d) opname in een instelling, (e) ambulante hulpverlening, (f) sociale activering, (g) gedeeltelijk betaald werk of een combinatie van deze vormen van meedoen.
Overwegingen
• Bij de analyse van het cliëntenbestand bleek dat van ruim 400 personen in de route “vrijwilliger”
geen maatschappelijke activiteit geregistreerd stond;
• De gemeenten vinden het van belang dat er periodiek contact is met alle bijstandsgerechtigden. Hierover wordt tot op heden niet gerapporteerd;
Resultaat
• Eind 2020 is van alle bijstandsgerechtigden in de route vrijwilliger in beeld of zij maatschappelijk actief zijn en welke activiteit zij uitvoeren;
Definities
• in beeld: op basis van direct contact (met de bijstandsgerechtigde) of indirect contact (met een begeleider) is vastgelegd óf iemand actief is en zo ja welke activiteit hij of zij uitvoert;
1. Xxxxxx mogelijk inwoners zijn financieel redzaam. Wie dat niet is, ondersteunen we
Het is de bedoeling dat inwoners van de gemeenten geen financiële belemmeringen hebben om stappen te maken richting meedoen of werk. Om dit te helpen realiseren verstrekt WPDA tijdig de juiste uitkering. Daarnaast wijst WPDA inwoners op landelijke en lokale regelingen voor inkomen en meedoen en helpt zij waar nodig bij het verkrijgen daarvan.
Overwegingen
• We weten dat financiële problemen leiden tot stress, waardoor de kansen op werk kleiner worden;
• We weten dat er groepen zijn die onvoldoende beroep doen op (met name landelijke) regelingen en toeslagen en daardoor onnodig lagere inkomsten hebben. In 2019 hebben we op basis daarvan 275 personen een aanbod gedaan met hen in beeld te brengen of zij regelingen onbenut laten (met gebruik van de “voorzieningenwijzer”). Van hen heeft 60% van dat aanbod gebruik gemaakt. Het grootste deel daarvan bleek recht te hebben op extra inkomsten.
• Wanneer mensen recht hebben op een gemeentelijke uitkering, moet die uitkering de juiste zijn en op tijd worden uitbetaald;
Resultaat
• 300 personen krijgen een aanbod om de voorzieningenwijzer in te vullen;
• Het lukt om 180 van hen (60%) te stimuleren om hier gebruik van te maken;
• Het aantal juiste beslissingen met betrekking tot de uitkeringsverstrekking is > 99%.
Inzicht
• Mensen die dat nodig hebben ontvangen ondersteuning op financieel gebied. WPDA geeft inzicht in de omvang en de aard van de ondersteuning en het aantal personen dat is doorverwezen naar specialistische ondersteuning;
• WPDA geeft een overzicht van de verstrekte gemeentelijke minimaregelingen;
Definities
Ondersteuning is de inzet van een coach (gesprek, de inzet van de voorzieningenwijzer en het ondersteunen bij de aanvraag of mutatie van toeslagen en regelingen).
WPDA levert op een aantal beleidsterreinen een bijdrage aan het resultaat. Waar hierover concrete afspraken worden gemaakt, worden deze (na overeenstemming tussen gemeente(n) en WPDA) toegevoegd aan deze prestatieovereenkomst. Naar verwachting gebeurt dat in ieder geval op het gebied van laaggeletterdheid. Op dit moment is er een globale afspraak dat werkcoaches en medewerkers van WPDA zijn geschoold in het herkennen van laaggeletterdheid en dat bij het signaleren daarvan een verwijzing naar taalhuizen plaatsvindt. Nieuwe keuzes op dit (of andere thema’s) kunnen tot aanpassingen aan deze afspraken leiden.
Overwegingen
• Laaggeletterdheid vormt een belemmering voor mensen om een betaalde baan te vinden of op andere manieren deel te nemen aan de samenleving;
• De kans op laaggeletterdheid is het grootst bij mensen die een beroep doen op een bijstandsuitkering. De WPDA is daarmee dé vindplaats voor deze doelgroep. Het signaleren en verwijzen van deze doelgroep is in ontwikkeling. De aard van de problematiek brengt met zich mee dat mensen dit niet (willen) onderkennen of oplossen.
Resultaat
• Alle personen die een beroep doen op een bijstandsuitkering worden beoordeeld op laaggeletterdheid. WPDA geeft inzicht in de aanpak en bevindingen van deze beoordeling (screening);
• Waar nodig worden mensen (warm) verwezen naar Taalhuizen. Er wordt een overzicht gegeven van het aantal personen dat is verwezen naar de Taalhuizen.
5.5. Kwaliteit van de dienstverlening en cliëntenparticipatie
Het is de bedoeling dat inwoners van de drie gemeenten mee kunnen praten en denken over de dienstverlening van WPDA. Het is ook de bedoeling dat de kwaliteit van de dienstverlening op orde is.
Overwegingen
• WPDA is vrij in de wijze waarop zij cliëntenparticipatie vormgeeft en de klanttevredenheid stimuleert en vaststelt. WPDA benadert regelmatig degenen aan wie zij dienstverlening bieden en vraagt om feedback en tips om de werkwijze te optimaliseren;
• Het aantal ingediende klachten en bezwaren en het deel daarvan dat gegrond wordt verklaard is een indicator van klanttevredenheid en kwaliteit van de dienstverlening;
• WPDA heeft een Plan Do Check Act cyclus ten aanzien van kwaliteit van dienstverlening en cliëntenparticipatie;
Resultaat
• Een kwalitatief inzicht (beschrijving) van de wijze waarop inwoners zijn betrokken bij en bevraagd over de (kwaliteit van) de dienstverlening;
• Een overzicht en analyse van de ingediende klachten en bezwaren en het aantal dat daarvan gegrond is verklaard plus de verbetermaatregelen die n.a.v. hiervan zijn doorgevoerd.