consumentengeschillen)
REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ADVOCATUUR
(consumentengeschillen)
per 1 januari 2022
Inhoudsopgave
Afdeling 1: algemene bepalingen
Artikel 1 : Begripsomschrijving Artikel 2 : Toepasselijkheid
Artikel 3 : Samenstelling Commissie Artikel 4 : Taak Commissie
Artikel 5 : Wraking en verschoning Artikel 6 : Geheimhouding
Artikel 7 : Ontvankelijkheid
Artikel 8 : Bijstand of vertegenwoordiging
Afdeling 2: Bindend advies
Artikel 9 : Aanhangig maken Artikel 10: Klachtengeld
Artikel 11: Openstaande declaraties
Artikel 12: Fictieve intrekking en wisselbepaling
Artikel 13: Schrapping van het tableau, faillissement, surseance, schuldsaneringsregeling Artikel 14: Verweer en tegenvordering
Artikel 15: Mondelinge behandeling
Artikel 16: Inlichtingen, getuigen en deskundigen Artikel 17: Bindend advies
Artikel 18: Inhoud bindend advies Artikel 19: Verkeerde partij Artikel 20: Schikking
Artikel 21: Bestemming depot Artikel 22: Procedurekosten
Artikel 23: Rectificatie
Artikel 24: Vernietiging
Afdeling 3: Arbitrage
Artikel 25: Aanhangig maken Artikel 26: Arbitragekosten Artikel 27: Fictieve intrekking
Artikel 28: Schrapping van het tableau, faillissement, surseance, schuldsaneringsregeling Artikel 29: Verweer en tegenvordering
Artikel 30: Mondelinge behandeling
Artikel 31: Inlichtingen, getuigen en deskundigen Artikel 32: Arbitraal vonnis
Artikel 33: Verzending en depot vonnis Artikel 34: Rectificatie
Artikel 35: Arbitraal schikkingsvonnis Artikel 36: Kostenveroordeling
Afdeling 4: Slotbepalingen
Artikel 37: Publicatie
Artikel 38: Leemtes
Artikel 39: Uitsluiting aansprakelijkheid Artikel 40: Wijziging
AFDELING 1: ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 - Begripsomschrijving
In dit reglement wordt verstaan onder:
SGC : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken;
Commissie : de Geschillencommissie Advocatuur, ingesteld en in stand gehouden
door de SGC, overeenkomstig haar statuten;
kantoorklachten-
regeling : de schriftelijk aan de cliënt bekend gemaakte regeling die op het
kantoor van de advocaat geldt voor de behandeling van klachten van cliënten;
reglement : het onderhavige reglement Geschillencommissie Advocatuur; advocaat : de advocaat, daaronder begrepen de rechtspersoon waarin deze zijn
beroep uitoefent en het kantoor waarvan hij deel uitmaakt, op wiens verrichtingen dit reglement van toepassing is;
cliënt : de afnemer van de diensten van een advocaat;
consument : de cliënt, natuurlijke persoon die niet handelt in de uitoefening van
een beroep of bedrijf.
Artikel 2 - Toepasselijkheid
1. Dit reglement is van toepassing indien door partijen daarnaar bij schriftelijke overeenkomst is verwezen en het geschil betreft
a. de totstandkoming en/of de uitvoering van een overeenkomst van opdracht door de ad- vocaat;
b. een vordering tot vergoeding van schade die, beoordeeld naar het moment van indie- ning, het bedrag van EUR 25.000,-- (inclusief eventueel verschuldigde BTW) niet te bo- ven gaat of zal gaan dan wel uitdrukkelijk tot dat bedrag beperkt is waarbij schriftelijk afstand wordt gedaan van het meerdere;
c. de hoogte van een of meer door de advocaat aan de cliënt verzonden declaraties.
Indien de Commissie, als voorzien in lid 2, beslist bij wege van bindend advies is zij niet be- voegd uitspraak te doen over vorderingen tot vergoeding van rente.
2. Indien het geschil aanhangig wordt gemaakt door de cliënt, onverminderd het bepaalde in artikel 11 lid 1, beslist de Commissie, bij wege van bindend advies. In alle overige gevallen wordt het geschil beslecht door arbitrage. In geval van bindend advies is afdeling 2 van toe- passing, in geval van arbitrage afdeling 3.
3. Hetgeen in deze afdeling en in afdeling 4 is bepaald geldt zowel in geval van toepasselijkheid van afdeling 2 als in geval van toepasselijkheid van afdeling 3.
Artikel 3 - Samenstelling Commissie
1. De Commissie bestaat uit:
(i) een of meer voorzitters die deel uitmaken van de rechterlijke macht met rechtspraak be- last
(ii) een of meer door de Consumentenbond voorgedragen leden
(iii) een of meer advocaten.
Benoeming van de leden geschiedt door de SGC.
Aan de Commissie wordt een (plaatsvervangend) secretaris toegevoegd, die de hoedanigheid van meester in de rechten heeft. Het secretariaat van de Commissie wordt verzorgd door de SGC.
2. Door de secretaris wordt in overleg met (een van) de voorzitter(s) beslist welke leden van de Commissie met de behandeling van een geschil worden belast.
3. In afwijking van het bepaalde in lid 2 kan aan de behandeling van een voorgelegd xxxxxxx xx- xxxx een voorzitter deelnemen indien:
a. er beslist moet worden over de bevoegdheid van de commissie; en/of
b. er beslist moet worden over de ontvankelijkheid van de consument in zijn klacht; en/of
c. er beslist moet worden in geschillen als bedoeld in artikel 2.1 waarin geen schriftelijk ver- weer wordt gevoerd; en/of
d. er beslist moet worden over de verrekening van het depotbedrag overeenkomstig het bin- dend advies conform artikel 21 lid 2; en/of
e. de klacht kennelijk ongegrond is.
4. Waar in het reglement vermeld staat dat de commissie beslist, omvat dat ook de beslissing door de voorzitter in de zin van lid 3.
Artikel 4 - Taak Commissie
De Commissie heeft tot taak geschillen tussen de cliënt en de advocaat te beslechten, voorzover deze betrekking hebben op de totstandkoming of de uitvoering van een door de cliënt aan de advocaat gegeven opdracht. Zij bevordert een schikking tussen partijen.
Artikel 5 - Wraking en verschoning
1. Elk van de leden van de commissie, die met de behandeling van het geschil belast zijn, kan door één of door beide partijen in het geschil worden gewraakt indien gerechtvaardigde twijfel bestaat aan zijn onpartijdigheid of onafhankelijkheid. Een wrakingsverzoek dient te worden ge- daan uiterlijk op de zitting waarop het geschil wordt behandeld. Om dezelfde redenen kan een aan de commissie toegevoegde secretaris worden gewraakt. Lid 1 en volgende van deze bepa- ling zijn in dit geval van overeenkomstige toepassing.
2. Een wrakingsverzoek dient schriftelijk en gemotiveerd ingediend te worden. Tijdens een zitting kan het verzoek ook mondeling worden gedaan, maar dient het verzoek vervolgens uiterlijk binnen een week na zitting schriftelijk en gemotiveerd te worden ingediend. De behandeling van het geschil zal worden aangehouden totdat op het verzoek door de wrakingscommissie is beslist.
3. Een tijdig wrakingsverzoek wordt voorgelegd aan de wrakingscommissie van de stichting. De wrakingskamer neemt het verzoek tot wraking zo spoedig mogelijk in behandeling. De proce- dure voor de behandeling van een wrakingsverzoek is vastgelegd in het reglement van de wra- kingscommissie van de stichting.
4. Op grond van feiten of omstandigheden als bedoeld in het eerste lid kan een lid van de com- missie zich ter zake van de behandeling van een geschil verschonen. Hij is verplicht dit te doen, indien de beide overige leden van de commissie, die aan de behandeling van het geschil zullen deelnemen, van oordeel zijn dat de bedoelde feiten of omstandigheden zich te zijnen aanzien voordoen.
5. In geval van terechte wraking of verschoning wordt het betrokken lid (of leden) vervangen door een ander lid (of leden) van de commissie.
6. Zodra partijen op de hoogte zijn gesteld van de beslissing van de wrakingscommissie, zal de behandeling van het geschil zo spoedig mogelijk worden voortgezet.
Artikel 6 - Geheimhouding
De leden van de Commissie en de (plaatsvervangend) secretaris zijn tot geheimhouding verplicht ten aanzien van alle de partijen betreffende gegevens die hen bij de behandeling van het geschil ter ken- nis zijn gekomen.
Artikel 7 - Ontvankelijkheid
1. De commissie verklaart de cliënt in zijn klacht ambtshalve niet ontvankelijk:
a. indien het een geschil betreft waarover de cliënt of de advocaat reeds bij de rechter een procedure aanhangig heeft gemaakt of waarin de rechter reeds een uitspraak over de inhoud heeft gedaan;
b. het bepaalde onder a is niet van toepassing op geschillen aanhangig gemaakt bij de Raad van Discipline.
2. De Commissie verklaart op verzoek van de advocaat - mits gedaan bij eerste gelegenheid - de cliënt in zijn klacht niet-ontvankelijk
a. indien hij zijn klacht niet eerst overeenkomstig de kantoorklachtenregeling bij de advo- caat heeft ingediend binnen drie maanden na het moment waarop de cliënt kennis nam of redelijkerwijs had kunnen nemen van het handelen of nalaten dat tot de klacht aan- leiding heeft gegeven;
b. indien na indiening van de klacht als bedoeld onder a nog geen vier weken zijn verstre- ken of indien voor de klacht binnen deze termijn tussen de advocaat en de cliënt een re- geling is overeengekomen die door de advocaat aan de cliënt schriftelijk is bevestigd;
c. indien na schriftelijke afhandeling van de klacht als bedoeld onder a meer dan twaalf maanden zijn verstreken.
3. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, aanhef en onder a, kan de Commissie besluiten het geschil toch in behandeling te nemen, indien de cliënt terzake van de niet-naleving van de voorwaarden naar het oordeel van de Commissie redelijkerwijs geen verwijt treft.
Artikel 8 - Bijstand of vertegenwoordiging
Partijen hebben het recht zich door een derde te laten bijstaan of vertegenwoordigen.
AFDELING 2: BINDEND ADVIES
Artikel 9 - Aanhangig maken
1. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 2 en 7 wordt een geschil aanhangig gemaakt door een daartoe strekkende schriftelijke mededeling aan de Commissie.
2. De in lid 1 bedoelde mededeling dient te bevatten de namen, adressen en eventuele telefoon- en telefaxnummers van beide partijen alsmede een korte omschrijving van het geschil en de vordering.
3. De Commissie stuurt de consument een vragenformulier dat deze ingevuld en ondertekend aan de Commissie dient te retourneren.
Artikel 10 - Klachtengeld
1. De consument die een geschil aanhangig maakt, is een door de SGC vastgesteld bedrag aan klachtengeld verschuldigd.
2. Het in lid 1 bedoelde bedrag wordt door de SGC niet terugbetaald.
Artikel 11 - Openstaande declaraties
1. Indien de consument de betaling van de dienst waarover het geschil gaat, geheel of gedeelte- lijk achterwege heeft gelaten, dient de consument het nog openstaande declaratiebedrag ex- clusief rente en kosten bij de SGC te deponeren. Indien de consument deponering achterwege laat, zet de commissie de procedure alleen voort met instemming van de advocaat. In geval van instemming beslist de commissie bij wege van arbitrage en zijn de bepalingen van afdeling 3 van toepassing.
2. Over het bedrag dat op grond van lid 1 bij de SGC in depot wordt gestort, wordt geen rente vergoed.
Artikel 12 - Fictieve intrekking
1. Indien de consument het vragenformulier als bedoeld in artikel 9 lid 3 niet binnen één maand na een daartoe strekkend verzoek retourneert, het klachtengeld betaalt als voorzien in artikel 10 lid 1 en/of het eventueel openstaande declaratiebedrag deponeert als voorzien in artikel 11, wordt hij geacht het geschil te hebben ingetrokken.
2. De Commissie kan de in het vorige lid bedoelde termijn van één maand bekorten of verlengen.
Artikel 13 - Schrapping van het tableau, faillissement, surseance, schuldsaneringsrege- ling
De Commissie zal een geschil niet behandelen of de behandeling staken, indien de advocaat ge- schrapt is van het tableau, aan hem surseance van betaling is verleend, de advocaat in staat van faillissement is geraakt of ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is verklaard.
Artikel 14 - Verweer en tegenvordering
1. De Commissie stelt de advocaat schriftelijk in kennis van het in behandeling nemen van het geschil en stelt hem gedurende één maand in de gelegenheid zijn standpunt over het geschil schriftelijk aan de Commissie kenbaar te maken. Bij die gelegenheid kan tevens - binnen de grenzen van artikel 2 en mits betrekking hebbende op het onbetaalde deel van de declaratie terzake van de opdracht die in het geding is - een tegenvordering worden ingesteld. De Com- missie kan de termijn van één maand bekorten of verlengen.
2. Het in lid 1 bedoelde standpunt wordt door de Commissie in afschrift aan de consument toege- zonden. Xxxxxxx van een tegenvordering stelt de Commissie de betrokken partij gedurende één maand in staat daarop schriftelijk te reageren. De Commissie kan deze termijn bekorten of ver- lengen.
Artikel 15 - Mondelinge behandeling
1. De commissie heeft de mogelijkheid om op verzoek van een van de partijen of aan de hand van een eerste beoordeling, een nadere (mondelinge) toelichting te vragen aan een van partij-
en. Een verzoek van partijen dient uiterlijk binnen een week, na de beëindiging van het schrif- telijke deel van de procedure, ontvangen te zijn.
2. Indien de commissie een mondelinge toelichting wenselijk acht, worden beide partijen opgeroe- pen teneinde mondeling te worden gehoord. De commissie stelt plaats, dag en uur vast en stelt partijen daarvan op de hoogte.
3. Indien artikel 3 lid 3 van toepassing is, wordt het geschil zonder het horen van partijen beslist, tenzij de voorzitter anders nodig acht.
4. De Commissie kan partijen op hun verzoek toestaan getuigen of deskundigen mee te nemen en door haar te doen horen. De namen en adressen dienen uiterlijk één week voor de zitting van de Commissie aan haar te zijn opgegeven.
Artikel 16 - Inlichtingen, getuigen en deskundigen
De Commissie kan indien zij dat noodzakelijk acht zelf inlichtingen inwinnen, onder meer door het horen van getuigen of deskundigen, door het instellen van een onderzoek of door het doen instellen van een onderzoek door een of meer door haar aan te wijzen deskundigen. De Commissie geeft daarvan kennis aan partijen. Partijen kunnen bij het horen van getuigen of deskundigen desgewenst aanwezig zijn. De Commissie verstrekt een afschrift van het deskundigenrapport aan partijen, die daarop binnen twee weken schriftelijk bij de Commissie kunnen reageren. De Commissie kan de ter- mijn van twee weken bekorten of verlengen.
Artikel 17 - Bindend advies
1. De Commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst, waarbij zij als maatstaf voor het handelen van de advocaat hanteert dat deze heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en redelijk handelende advocaat. De Commissie beslist met meerderheid van stemmen. Het bindend ad- vies wordt door de voorzitter ondertekend en schriftelijk aan partijen medegedeeld.
2. Het bindend advies bevat, naast de beslissing, in elk geval:
a. de namen van de leden van de Commissie;
b. de namen en woon-, c.q. vestigingsplaatsen van partijen;
c. de dagtekening van het bindend advies;
d. de motivering van de gegeven beslissing.
Artikel 18 - Inhoud Bindend Advies
1. De Commissie beslist over haar bevoegdheid, de ontvankelijkheid van partijen en het geheel of gedeeltelijk (on)gegrond zijn van de klacht.
2. De Commissie kan voorts de volgende beslissingen nemen:
− een door een van partijen te betalen (schade)vergoeding tot een bedrag van maximaal EUR 25.000,-- (inclusief eventueel verschuldigde BTW) vaststellen;
− een betalingsverplichting vaststellen;
− aan de advocaat en/of aan de consument nakoming opleggen van de overeenkomst;
− de overeenkomst ontbinden of de partij-ontbinding bevestigen;
alsmede iedere andere beslissing, die zij redelijk en billijk acht ter beëindiging van het geschil.
Artikel 19 - Verkeerde partij
Indien tijdens de behandeling van een geschil blijkt dat het geschil niet jegens de juiste partij aan- hangig is gemaakt, verklaart de Commissie de klacht ongegrond en wordt tevens een termijn be- paald, waarbinnen het geschil door de betrokkene opnieuw aanhangig kan worden gemaakt, zonder dat deze opnieuw klachtengeld verschuldigd is.
Artikel 20 - Schikking
Indien de partijen bij de mondelinge behandeling tot een schikking komen, kan de Commissie de inhoud daarvan in de vorm van een bindend advies vastleggen.
Artikel 21 - Bestemming depot
1. In het bindend advies bepaalt de Commissie mede de bestemming van een ingevolge artikel 11 bij haar in depot gestort bedrag.
2. Bij geschillen over verrekening van het depotbedrag overeenkomstig het bindend advies, be- slist de Commissie op verzoek van de meest gerede partij.
3. Indien de Commissie zich niet bevoegd verklaart of degene die het geschil aanhangig maakt niet-ontvankelijk verklaart, wordt het in depot gestorte bedrag aan de consument terugbetaald.
Artikel 22 - Procedurekosten
1. De in het ongelijk gestelde partij wordt veroordeeld om aan de wederpartij te voldoen het in artikel 10 bedoelde klachtengeld. Voorts kan zij, in bijzondere gevallen, worden veroordeeld om aan de wederpartij te voldoen de door de Commissie begrote kosten van juridische bijstand tot een maximum van vijfmaal het klachtengeld. Indien partijen ieder voor een deel in het ongelijk zijn gesteld, kan de Commissie de hiervoor bedoelde kosten verdelen.
2. Wordt de advocaat in het ongelijk gesteld, dan wordt deze veroordeeld tot voldoening aan de SGC van een door de SGC vastgesteld bedrag als bijdrage in de behandelingskosten. Deze bij-
drage kan op een lager bedrag worden gesteld indien de advocaat gedeeltelijk in het ongelijk wordt gesteld.
3. Bij een tussen partijen getroffen schikking na verzending van de oproep om mondeling te wor- den gehoord, is de advocaat aan de SGC de behandelingskosten verschuldigd. Het door de consument betaalde klachtengeld behoeft door de advocaat aan deze niet te worden vergoed.
4. Bepalend voor de hoogte van de in dit artikel bedoelde behandelingskosten is het bedrag dat door de SGC is vastgesteld voor het jaar waarin de Commissie de klacht geheel of gedeeltelijk gegrond verklaart. De Commissie kan de behandelingskosten matigen met maximaal 50 % bij een gedeeltelijk gegronde klacht.
Artikel 23 - Rectificatie
1. De voorzitter van de Commissie kan uit eigen beweging of op een binnen twee weken na de verzenddatum van het bindend advies door een partij schriftelijk gedaan verzoek een kennelij- ke reken- of schrijffout in het bindend advies herstellen, dan wel - indien de gegevens ge- noemd in artikel 17 lid 2 onder a tot en met c onjuist zijn vermeld - tot verbetering van die ge- gevens overgaan.
2. Een verzoek als bedoeld in het eerste lid wordt in afschrift aan de wederpartij gezonden en schort de mogelijkheid van tenuitvoerlegging van het bindend advies op, totdat op het verzoek is beslist.
3. De wederpartij wordt twee weken in de gelegenheid gesteld op het verzoek als bedoeld in het eerste lid te reageren.
4. Herstel of verbetering geschiedt middels schriftelijke mededeling aan partijen.
Artikel 24 - Vernietiging
Vernietiging van het bindend advies van de Commissie kan uitsluitend plaatsvinden door het ter toet- sing voor te leggen aan de gewone rechter binnen drie maanden na de verzending van de uitspraak aan partijen. De rechter zal het bindend advies vernietigen, indien het in verband met de inhoud of wijze van totstandkoming in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijk- heid onaanvaardbaar zou zijn om de andere partij aan het bindend advies te houden. Door niet bin- nen voornoemde termijn de uitspraak aan de gewone rechter ter toetsing voor te leggen, wordt de uitspraak onaantastbaar.
AFDELING 3: ARBITRAGE
Artikel 25 - Aanhangig maken
1. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 2 en 7 wordt een geschil aanhangig gemaakt door een daartoe strekkende schriftelijke mededeling aan de Commissie.
2. De in lid 1 bedoelde mededeling dient te bevatten de namen, adressen en eventuele telefoon- en telefaxnummers van beide partijen alsmede een korte omschrijving van het geschil en de vordering.
3. Indien het geschil de hoogte van een declaratie van de advocaat betreft, dient kopie van die declaratie tegelijk met de in lid 1 bedoelde mededeling aan de Commissie te worden toege- stuurd.
4. De Commissie kan aan de cliënt, zowel wanneer deze het geschil aanhangig heeft gemaakt als wanneer hij de verweerder is, een vragenformulier toezenden, dat deze ingevuld en onderte- kend aan de Commissie dient te retourneren.
Artikel 26 - Arbitragekosten
1. Degene die een geschil aanhangig maakt, is aan de SGC een door de SGC vastgesteld bedrag aan arbitragekosten voor de behandeling van het geschil verschuldigd.
2. Het in lid 1 bedoelde bedrag wordt door de SGC niet terugbetaald.
Artikel 27 - Fictieve intrekking
1. Indien degene die het geschil aanhangig heeft gemaakt niet binnen één maand na een daartoe strekkend verzoek het vragenformulier, voorzover aan hem toegezonden, retourneert als voor- zien in artikel 25 lid 4 en de arbitragekosten als bedoeld in artikel 26 betaalt, wordt hij geacht het geschil te hebben ingetrokken.
2. De Commissie kan de termijn van één maand bekorten of verlengen.
Artikel 28 - Schrapping van het tableau, faillissement, surseance, schuldsaneringsrege- ling
De Commissie zal een geschil niet behandelen of de behandeling staken, indien de advocaat ge- schrapt is van het tableau, aan hem surseance van betaling is verleend, de advocaat in staat van faillissement is geraakt of ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is verklaard.
Artikel 29 - Verweer en tegenvordering
1. De Commissie stelt degeen tegen wie het geschil aanhangig is gemaakt schriftelijk in kennis daarvan en stelt hem gedurende één maand in staat zijn standpunt over het geschil schriftelijk aan de Commissie kenbaar te maken. Bij die gelegenheid kan tevens - binnen de grenzen van artikel 2 - een tegenvordering worden ingesteld. De Commissie kan de termijn van één maand bekorten of verlengen.
2. Het in lid 1 bedoelde standpunt wordt door de Commissie in afschrift aan de andere partij toe- gezonden. Xxxxxxx van een tegenvordering stelt de Commissie de betrokken partij gedurende één maand in staat daarop schriftelijk te reageren. De Commissie kan deze termijn bekorten of verlengen.
Artikel 30 - Mondelinge behandeling
1. De commissie heeft de mogelijkheid om op verzoek van een van de partijen of aan de hand van een eerste beoordeling, een nadere (mondelinge) toelichting te vragen aan een van partij- en. Een verzoek van partijen dient uiterlijk binnen een week, na de beëindiging van het schrif- telijke deel van de procedure, ontvangen te zijn.
2. Indien de commissie een mondelinge toelichting wenselijk acht, worden beide partijen opgeroe- pen teneinde mondeling te worden gehoord. De commissie stelt plaats, dag en uur vast en stelt partijen daarvan op de hoogte.
3. Indien artikel 3 lid 3 van toepassing is, wordt het geschil zonder het horen van partijen beslist, tenzij de voorzitter anders nodig acht.
4. De Commissie kan partijen op hun verzoek toestaan getuigen of deskundigen mee te nemen en door haar te doen horen. De namen en adressen dienen uiterlijk één week voor de zitting van de Commissie aan haar te zijn opgegeven.
Artikel 31 - Inlichtingen, getuigen en deskundigen
De Commissie kan indien zij dat noodzakelijk acht zelf inlichtingen inwinnen, onder meer door het horen van getuigen of deskundigen, door het instellen van een onderzoek of door het doen instellen van een onderzoek door een of meer door haar aan te wijzen deskundigen. De Commissie geeft daarvan kennis aan partijen. Partijen kunnen bij het horen van getuigen of deskundigen desgewenst aanwezig zijn. De Commissie verstrekt een afschrift van het deskundigenrapport aan partijen, die daarop binnen twee weken schriftelijk bij de Commissie kunnen reageren. De Commissie kan de ter- mijn van twee weken bekorten of verlengen.
Artikel 32 - Arbitraal vonnis
1. De Commissie beslist als goede personen naar billijkheid met inachtneming van de tussen par- tijen gesloten overeenkomst, waarbij zij als maatstaf voor het handelen van de advocaat han- teert dat deze heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en rede- lijk handelende advocaat. De Commissie kan onder meer de declaratie(s) van een advocaat naar redelijkheid en billijkheid verminderen bij tekortkomingen in de dienstverlening. De Com- missie beslist bij meerderheid van stemmen. Het vonnis wordt op schrift gesteld en door de ar- biter of arbiters ondertekend.
2. Weigert één van de arbiters te ondertekenen, dan wordt daarvan door de andere arbiters on- der het door hen ondertekende vonnis melding gemaakt. Deze melding wordt door hen onder- tekend. Een overeenkomstige melding vindt plaats, indien een arbiter niet in staat is te onder- tekenen en niet verwacht kan worden dat het beletsel daartoe binnen korte tijd zal zijn opge- heven.
3. Het arbitraal vonnis bevat, naast de beslissing, in elk geval:
a. de namen en woonplaatsen van de arbiter of arbiters;
b. de namen en woon-, vestigings- of gewone verblijfplaatsen van partijen;
c. de dagtekening van de uitspraak;
d. de plaats van de uitspraak;
e. de gronden voor de in het vonnis gegeven beslissing.
Artikel 33 - Verzending en depot vonnis
De SGC draagt er zorg voor dat ten spoedigste
a. een afschrift van xxx xxxxxx, getekend door een arbiter, gewaarmerkt door de (plaatsvervan- gend) secretaris van de Commissie, aan de partijen aangetekend wordt toegezonden;
b. het origineel van een geheel of gedeeltelijk eindvonnis wordt gedeponeerd ter griffie van de rechtbank binnen het arrondissement waar de plaats van de arbitrage is gelegen.
Artikel 34 - Rectificatie
1. Een partij kan tot 3 maanden na de dag waarop het vonnis ter griffie van de rechtbank is ge- deponeerd, de Commissie schriftelijk verzoeken, een kennelijke fout in het vonnis te herstellen.
2. Indien de gegevens, genoemd in artikel 31 lid 3 onjuist zijn vermeld of geheel of gedeeltelijk in het vonnis ontbreken, kan een partij, tot 3 maanden na de dag waarop het vonnis ter griffie van de rechtbank is gedeponeerd, de Commissie schriftelijk de verbetering van die gegevens verzoeken.
3. Het in de leden 1 en 2 bedoelde verzoek wordt door de Commissie schriftelijk aan de weder- partij gezonden.
4. De Commissie kan, tot 3 maanden na de dag waarop het vonnis ter griffie van de rechtbank is gedeponeerd, ook uit eigen beweging tot het herstel, als bedoeld in het lid 1, of de verbete- ring, als bedoeld in lid 2 overgaan.
5. Gaat de Commissie tot het herstel of de verbetering over, dan wordt deze door de Commissie op het origineel en op de afschriften van het vonnis aangebracht en ondertekend, dan wel in een apart door de Commissie ondertekend stuk vermeld, welk stuk geacht wordt deel uit te maken van het vonnis. Artikel 31 lid 1, voorlaatste en laatste volzin, 2 en 3 en artikel 32 lid 1 zijn van overeenkomstige toepassing.
6. Wijst de Commissie het verzoek tot herstel of de verbetering af, dan deelt zij zulks schriftelijk aan de partijen mee.
Artikel 35 - Arbitraal schikkingsvonnis
1. Indien de partijen bij de mondelinge behandeling tot een vergelijk komen, kan de Commissie op hun gezamenlijk verzoek de inhoud daarvan in een vonnis vastleggen.
2. Het in lid 1 bedoelde vonnis geldt als een arbitraal vonnis waarop de artikelen van deze afde- ling van toepassing zijn met dien verstande dat:
a. het vonnis, in afwijking van het bepaalde in artikel 31 lid 3 onder e niet de gronden waarop het berust, behoeft te bevatten en
b. het vonnis door partijen wordt medeondertekend.
Artikel 36 - Kostenveroordeling
De in het ongelijk gestelde partij wordt veroordeeld om aan de wederpartij te voldoen de in artikel 26 bedoelde arbitragekosten.
AFDELING 4: SLOTBEPALINGEN
Artikel 37 - Publicatie
De uitspraak van de Commissie wordt toegezonden aan de deken van de orde van advocaten in het arrondissement waartoe de betrokken advocaat behoort en kan zonder vermelding van de namen en woon- c.q. vestigingsplaatsen van partijen op een door de SGC te bepalen wijze worden gepubli- ceerd.
Artikel 38 - Leemtes
In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de Commissie, met inachtneming van eisen van redelijkheid en billijkheid.
Artikel 39 - Uitsluiting aansprakelijkheid
De SGC, de leden van de Commissie en de (plaatsvervangend) secretaris zijn niet aansprakelijk voor enig handelen of nalaten met betrekking tot een geschil waarop het reglement Geschillencommissie Advocatuur van toepassing is.
Artikel 40 - Wijziging
Dit reglement kan worden gewijzigd door een besluit van de SGC. In geval van wijziging geldt de tekst die van kracht is op het moment dat het geschil aanhangig wordt gemaakt.