Huishoudelijk Reglement StEM
Huishoudelijk Reglement StEM
.
Leeswijzer
Het huishoudelijke reglement is een uitwerking en/of concretisering van de statuten van de Stichting Exploitatie Max (StEM). Op hoofdlijnen wordt dezelfde indeling als die van de statuten gevolgd, waarbij de artikelen van het huishoudelijk reglement aanvullend zijn aan die van de statuten. De tekst van de statuten wordt niet herhaald in het huishoudelijk reglement.
Inhoud
4
4
Artikel 1: Criteria voor toelating 4
5
5
5
Artikel 4: Zelfgekozen gemachtigde 5
5
6
6
HUISHOUDELIJK REGLEMENT EN ANDERE REGLEMENTEN
6
Artikel 6: Leveringvoorwaarden 6
Aanmelding aspirant bewoners 7
Artikel 7: Aanmeldingsprocedure 7
Artikel 8: Individueel zorgplan 8
8
Artikel 11: Verantwoordelijkheid bewoner 8
Artikel 16: Het STEM lokaal. 9
9
Artikel 17 : Richtlijn ‘samenwonen’ 9
10
Artikel 18: Protocol ‘ernstige incidenten’ 10
SLOT BEPALINGEN (NOG IN TE VULLEN)
11
HUISREGELS GEBRUIK STEM LOKAAL (NOG IN TE VULLEN) FOUT! BLADWIJZER NIET
GEDEFINIEERD.
Geen nadere bepalingen.
Artikel 1: Criteria voor toelating
Bewoners zijn (jong) volwassen personen met een Autisme Spectrum Stoornis, die voldoen aan de volgende criteria:
1. Zijn/haar leeftijd is minimaal 18 jaar.
2. Hij/zij geeft aan zelfstandig te willen wonen en is in staat om, met begeleiding, zelfstandig te wonen.
3. Potentieel is de bewoner in staat om op basis van een goed gestructureerd (dag)programma, zijn leven zo zelfstandig mogelijk te leiden.
4. Er is geen sprake van bijkomende psychiatrische-, persoonlijkheids- en/of ernstige gedragsstoornissen, die deze zelfstandigheid kunnen ondermijnen.
5. De bewoner mag niet frequent of met enige regelmaat gedrag vertonen dat storend is voor zijn medebewoners of zijn sociale omgeving.
6. De bewoner tekent voor acceptatie van de begeleiding die samen met hem wordt afgesproken en staat open voor begeleiding binnen het kwantitatieve en kwalitatieve begeleidingskader.
7. De bewoner is in principe leerbaar en trainbaar op die aspecten die samenhangen met het zelfstandig wonen.
8. De bewoner heeft een substantiële dagbesteding in de vorm van een baan, studie, vrijwilligerswerk of betaalde dagbesteding.
9. De bewoner heeft een beschikking Beschermd Wonen met PGB van de gemeente Utrecht of beschikt anderszins over de vereiste financiële middelen om zelfstandig te kunnen wonen.
10. Inschrijving bij stichting de Grasboom is een voorwaarde voor toelating.
11. De bewoner neemt deel aan het bewonersoverleg en doet regelmatig mee met de geplande activiteiten.
Bewoners sluiten individueel een woonzorg overeenkomst met Stichting Exploitatie Max (StEM). Daarmee vallen zij onder de reguliere huurwetgeving en de algemeen geldende maatschappelijke normen en waarden voor wonen met dien verstande, dat niet alle reguliere huurderrechten voor hen gelden. De bewoning is niet overdraagbaar aan derden. Het toewijzing beleid van StEM is van toepassing.
Geen nadere bepalingen
1. Bewoners tekenen een woonzorgovereenkomst met StEM.
2. Bewoners conformeren zich aan de intentie van dit woonzorgproject, zoals vastgelegd in statuten en huishoudelijk reglement en de woonzorg-overeenkomst.
Artikel 4: Zelfgekozen gemachtigde
Bewoners kunnen zich laten vertegenwoordigen door een zelfgekozen gemachtigde die een wettelijke titel heeft. De volgende personen kunnen niet als gemachtigde optreden:
1. Medebewoners.
2. Begeleiders van de zorgaanbieder.
De machtigingen geschieden schriftelijk en worden aangeboden aan het secretariaat van StEM.
1. Het bestuur wordt gekozen zoals dat in de statuten is vastgelegd.
2. Bestuursleden zijn bevoegd zelf hun ontslag te nemen mits dit schriftelijk geschiedt met een opzeggingstermijn van tenminste twee maanden.
3. De samenstelling van het bestuur is als bijlage bij het huishoudelijk reglement opgenomen.
In verband met de kleinschaligheid van het project zijn er slechts relatief beperkte bestuursmutaties mogelijk. Om de continuïteit te kunnen waarborgen zijn de volgende afspraken vastgelegd:
1. Het aantal aftredende leden mag niet groter zijn dan 50% van de totale bezetting.
2. De voorzitter en de secretaris kunnen niet gelijktijdig aftreden.
3. In het belang van StEM kan het bestuur afwijken van de regelgeving rondom aftreden en herkiesbaarheid.
Geen nadere bepalingen
Geen nadere bepalingen
Huishoudelijk Reglement en andere reglementen Zorgaanbieder
Artikel 6: Leveringsvoorwaarden
De zorgaanbieder en de betrokken begeleiders conformeren zich aan de algemene leveringsvoorwaarden, zoals die in dit huishoudelijk reglement beschreven zijn voor de bewoners van StEM. Daartoe is een passage opgenomen in het raamcontract met de zorgaanbieder Xxxxxx en een beschrijving hiervan in de Algemene leveringsvoorwaarden. Eventuele wijzigingen in het huishoudelijk reglement worden vooraf met de zorgaanbieder afgestemd.
Aanmelding aspirant bewoners Artikel 7: Aanmeldingsprocedure Aanmeldingsprocedure:
1. Een aspirant bewoner dient zich in te schrijven bij de stichting De Grasboom. De
wachtlijstcommissie van de Grasboom zal de inschrijving toetsen op bewonersprofiel en contra-indicaties en vervolgens informeren of wonen met begeleiding bij de Grasboom mogelijk is, waarna inschrijving op de wachtlijst volgt.
2. De aspirant bewoner kan aangeven welk woonproject de voorkeur heeft en kan daar desgewenst gaan kennismaken.
3. De aspirant bewoner die op de wachtlijst staat, ontvangt regelmatig berichten over vrijkomende woningen bij de Grasboom en kan op al die woningen reageren.
4. Zodra een appartement op StEM beschikbaar komt, plaatst de wachtlijst contactpersoon een advertentie op de website van de Grasboom. Aspirant bewoners krijgen twee weken de tijd om zich via de website in te schrijven voor de woning.
5. De contactpersoon van StEM ontvangt van de Grasboom een overzicht van de aanmeldingen. Intakeprocedure:
1. De contactpersoon selecteert de eerste drie aspirant bewoners met de meeste wachtlijstpunten (afhankelijk van duur en status) en nodigt hen samen met de ouders uit voor een kennismakingsgesprek op StEM. Aan dit gesprek nemen een persoonlijk begeleider, een bestuurslid en een lid van de zorgcommissie deel.
2. Daarna volgt een intake-gesprek op StEM met een gedragskundige en een persoonlijk begeleider van de zorgverlener. In dit gesprek wordt beoordeeld of de benodigde zorg geboden kan worden binnen de kaders van StEM en of de aspirant bewoner past binnen het StEM woonproject. Vervolgens brengt de persoonlijk begeleider een huisbezoek bij de aspirant bewoner en spreekt met diens ouders.
3. Bestuur, zorgcommissie en zorgverlener delen hun bevindingen en bekijken samen of de aspirant bewoner aangenomen kan worden, inzake het kunnen bieden van de benodigde zorg conform het op te stellen individuele zorgplan.
4. Vervolgens brengen een lid van de zorgcommissie en een lid van het bestuur een huisbezoek aan de aspirant bewoner en diens ouders. Hierbij wordt onder meer besproken de mogelijkheden van de ouders om actief te zijn binnen StEM.
5. Het bestuur is verantwoordelijk voor de eindbeslissing en baseert die op het uitgebrachte adviezen en de overige toelatingscriteria. Bij die beslissing wordt rekening gehouden met de bereidheid en de feitelijke mogelijkheid van de ouders om actief te zijn binnen StEM. Het bestuur informeert de aspirant-bewoner en diens ouders over haar beslissing.
6. Toewijzing van een appartement vindt niet eerder plaats dan nadat duidelijk is dat er een toereikend PGB is of wordt toegekend en duidelijk is geworden dat er voldoende inkomen is om het huurgedeelte te kunnen betalen.
7. De persoonlijk begeleider maakt in overleg met de nieuwe bewoner voor de eerste zes weken een basisplan waarin de vorm van kennismaking en de frequentie van de contactmomenten worden vastgelegd en afspraken gemaakt met de bewoner en diens ouders over het houden van gesprekken. Na die eerste 6 weken wordt er een zorgplan opgesteld mede op basis van de wensen van de nieuwe bewoner.
Artikel 8: Individueel zorgplan
Voor elke bewoner is of wordt een individueel zorgplan opgesteld op basis waarvan het benodigde PGB zal worden aangevraagd of indien nodig gewijzigd. Het zorgplan wordt minimaal één keer per jaar samen met de bewoner geëvalueerd. In overleg met de bewoner wordt bepaald wie bij de evaluatie aanwezig is. De persoonlijk begeleider nodigt de ouders eens per jaar uit voor een gesprek samen met de bewoner over het zorgplan. De werkdoelen worden in elk persoonlijk begeleiding gesprek besproken.
Van elke bewoner wordt een persoonlijk dossier bijgehouden met alle relevante gegevens inzake het zelfstandig wonen met begeleiding op maat. Het persoonlijk dossier is alleen beschikbaar voor de bewoner zelf, zijn directe begeleiders en alleen met toestemming van de bewoner voor derden.
De begeleiders hebben een opleiding op minimaal HBO of Post HBO Autisme gekoppeld aan een ruime werkervaring met personen met ASS en/of met aanvullende scholing op het gebied van autisme, hulpvraag en begeleiding. De begeleiders worden voortdurend bijgeschoold en ondersteund door GGZ-specialisten op het gebied van begeleiding van mensen met ASS.
Artikel 11: Verantwoordelijkheid bewoner
Er is sprake van een expliciete scheiding van wonen en zorg: de zorgaanbieder is verantwoordelijk voor het bieden van de zorg, zoals overeengekomen in het zorgplan, de bewoner is verantwoordelijk voor alle zaken, die het wonen aangaan, zoals de bekostiging van huur, verzekering, energie, levensonderhoud en recreatie.
De bewoner dient ingeschreven te staan bij Woningnet om te zijner tijd in aanmerking te kunnen komen voor een sociale huurwoning op moment dat hij/zij de woonzorgvoorziening verlaat. Een bewijs van inschrijving hiervan moet worden overgelegd bij het secretariaat van StEM.
Bewoners zijn zelf verantwoordelijk voor het inrichten en onderhouden van hun eigen woning. Verder gelden er drie expliciete afspraken:
1. Als er iemand blijft slapen, dient de bewoner dit vooraf bij de begeleiding te melden in verband met de veiligheid.
2. Het is niet toegestaan, dat bewoners derden in hun woning laten overnachten, als zij zelf niet aanwezig zijn.
3. Als bewoners niet in hun eigen woning overnachten, melden ze dit vooraf bij de begeleiding.
Iedere bewoner is zelf verantwoordelijk voor het (jaarlijks) aanvragen van een huurtoeslag voor zijn woning, tenzij hierover iets anders is vastgelegd in het zorgplan. Wel kunnen de aanvraagformulieren in overleg met de persoonlijk begeleider worden ingevuld.
Iedere bewoner is verplicht tot en tevens zelf verantwoordelijk voor het afsluiten van de benodigde verzekeringen om zelfstandig te kunnen wonen. De bewoner sluit daartoe in ieder geval een verzekering van zijn wettelijke aansprakelijk af en houdt die WA-verzekering in stand door tijdig de premie te betalen.
Het houden van huisdieren in de eigen woning is toegestaan op basis van duidelijke afspraken die in het zorgplan zijn vastgelegd.
Het StEM lokaal is overdag, buiten koffie- en vergadermomenten, voor gebruik door medewerkers van Lister beschikbaar. Daarnaast hebben ze de beschikking over het StEM kantoor.
Het StEM lokaal fungeert tevens als ontmoetingsplaats voor de bewoners. Bovendien wordt aan de bewoners de mogelijkheid geboden om tegen betaling deel te nemen aan een gezamenlijke warme maaltijd.
Het StEM lokaal is toegankelijk voor de bewoners gedurende de dagelijkse in overleg met de aanwezige begeleiding.
In overleg met de bewoners en de begeleiding zijn er huisregels gemaakt voor het gebruik van het StEM lokaal. In ieder geval blijven meubilair en inhoud van het StEM lokaal eigendom van StEM en mogen alleen volgens de huisregels worden gebruikt.
Artikel 17 : Richtlijn ‘samenwonen’
Het bepaalde in artikel 13 van het Reglement StEM wonen is van overeenkomstige toepassing. Dat artikel 13 luidt als volgt:
1. Samenwonen wordt gezien als een belangrijke stap in de ontwikkeling van een bewoner. Samenwoning met een andere persoon in de woonruimte op StEM is echter niet toegestaan. Als een bewoner wil gaan samenwonen moet hij woonruimte buiten StEM zoeken. Als een bewoner toch met een andere persoon in de woonruimte op StEM gaat samenwonen, wordt dat aangemerkt als een opzegging van zijn woonzorgovereenkomst met StEM. StEM kan de woonzorgovereenkomst in dat geval overeenkomst artikel 12, lid 2 van dit reglement opzeggen met een opzegtermijn van drie maanden.
2. Tijdens die periode van drie maanden wordt de bewoner ondersteund in de voorbereiding van het buiten StEM gaan wonen.
3. Deze regels over samenwoning gelden zowel voor samenwoning met een andere bewoner binnen StEM als voor samenwoning met een persoon van buiten StEM.
Artikel 18: Protocol ‘ernstige incidenten’
In dit protocol is de aanpak vastgesteld die door het bestuur van StEM wordt gehanteerd in geval van ernstige incidenten binnen StEM waarbij bewoners als (mede)veroorzakers zijn betrokken.
In deze wordt onder ‘ernstige incidenten’ verstaan: voorvallen die de basisveiligheid van bewoners
en/of begeleiders in gevaar brengen, dan wel de persoonlijke integriteit van bewoners en/of
begeleiders fundamenteel aantasten. Of een voorval als ‘ernstig incident’ wordt aangemerkt is ter beoordeling van het bestuur op basis van de bij het bestuur bekende informatie, zoals aangifte bij politie en/of getuigenverklaringen.
Bij een ‘ernstig incident’ wordt door het bestuur de volgende werkwijze gehanteerd:
• Het bestuur beoordeelt of er sprake is van een onherstelbare situatie, dan wel van een structureel probleem waarbij de kans op herhaling aanwezig is. Hiertoe zal het bestuur advies vragen aan het begeleidingsteam, c.q. de aan het project verbonden psycholoog.
• Tevens zal het bestuur betrokken veroorzaker en diens gemachtigde in StEM raadplegen om inzicht te krijgen in de maatregelen, die genomen zijn / worden om de ‘schade’ te herstellen en om herhaling te voorkomen.
• In geval het bestuur van mening is dat er sprake is van een potentieel herstelbare situatie en er bovendien maatregelen zijn / worden getroffen om herhaling te voorkomen, zal het
bestuur een ‘herkansingsperiode’ voorstellen. De lengte van die periode zal sterk afhankelijk zijn van de omstandigheden van het ‘ernstige incident’ en van de specifieke plannen, die gemaakt zijn om herhaling te voorkomen.
• Voorwaarde in geval van een ‘herkansingsperiode’ is de ondertekening van document door betrokken veroorzaker en diens gemachtigde in StEM, waarin op voorhand wordt aangegeven mee te zullen werken aan een eventuele opzegging van bewoning, waarbij geen formeel beroep zal worden gedaan op de huurbeschermingswet.
• Indien het bestuur van mening is dat aan de voorwaarden om een ‘herkansingsperiode’ voor te stellen, niet is voldaan, zal het bestuur de procedure voor opzegging van of ontzetting van de StEM woning in gang zetten.
1. Als een bewoner van StEM vertrekt kan het bestuur, na het advies van de begeleiding te hebben ingewonnen, besluiten dat aan de voormalige bewoner ten hoogste drie maanden begeleiding wordt verleend door de PB-ers van StEM om de overgang naar een eventuele nieuwe vorm van begeleiding of zorg of naar zelfstandig wonen aansluitend op het wonen op StEM te ondersteunen. In bijzondere gevallen, als zich naar het oordeel van het bestuur ingrijpende, onvoorziene omstandigheden hebben voorgedaan, kan het bestuur besluiten de begeleiding in de overgangssituatie eenmaal met ten hoogste drie maanden te verlengen.
2. Bij het einde van de woonzorgovereenkomst eindigt ook de verantwoordelijkheid van StEM voor de zorgverlening en begeleiding van de voormalige bewoner. Deze ambulante nazorg wordt verleend om de overgang naar een andere vorm van zorg of begeleiding of naar zelfstandigheid te ondersteunen.
3. De nazorg omvat alleen begeleidingsgesprekken en geen woonbegeleiding (wekken e.d.) of andere vormen van zorg. De voormalige bewoner geeft zelf aan welke hulpvragen hij of zij nog heeft met betrekking tot de overgang van StEM naar de nieuwe situatie. Er worden tijdens de nazorg geen nieuwe doelen of problemen opgepakt.
4. De ondersteuning bij de overgang bestaat uit ten hoogste een uur gesprek met een PB-er per week.
5. Als de voormalige bewoner een afspraak afzegt of niet verschijnt, wordt er voor die week geen nieuwe afspraak gemaakt.
6. Ter voorkoming van onduidelijkheden voor alle betrokkenen vinden de begeleidingsgesprekken niet plaats op StEM maar elders in de gemeente Utrecht op een door de begeleiding met de voormalige bewoner af te spreken plaats.
7. Tijdens de nazorgperiode heeft de voormalige bewoner geen toegang tot het StEM-lokaal en de andere faciliteiten op de StEM-etage in MAX.