In deze voorwaarden wordt verstaan onder “Onderlinge”, “wij” en
In deze voorwaarden wordt verstaan onder “Onderlinge”, “wij” en
“ons”: De Onderlinge Steenwijker Brandassurantie Vereniging U.A.; de verzekeringsmaatschappij waarmee de verzekeringne- mer de verzekering heeft gesloten.
In deze voorwaarden wordt verstaan onder “verzekeringnemer”, “u” en “uw”: de verzekeringnemer, dat wil zeggen degene die met de Onderlinge de verzekering heeft gesloten en iedereen die rechten aan de verzekering kan ontlenen.
1 Omvang van de verzekering
Deze verzekering vergoedt schade aan de op de polis ver- melde roerende zaken – tot maximaal het verzekerd bedrag, voor zover een plotselinge, onvoorziene gebeurtenis deze schade veroorzaakt. In artikel 2 van deze voorwaarden wordt beschreven wat wij onder het begrip roerende zaken verstaan. In artikel 3 van deze voorwaarden worden de ver- zekerde schadeoorzaken genoemd en omschreven.
2 Omschrijving begrip roerende zaken
Met roerende zaken wordt bedoeld: de goederenvoorraad, inventaris en het huurders-/eigenaarsbelang, aanwezig in het gebouw dat op de polis vermeld staat.
Huurders-/eigenaarsbelang:
als u huurder van een gebouw, of eigenaar van een appar- tement(srecht) bent, geldt dat huurders-/eigenaarsbelang tot
€ 6.000,= verzekerd is, tenzij op de polis een hoger bedrag vermeld is. Met huurders-/eigenaarsbelang wordt bedoeld: Het belang dat u hebt voor zaken die voor uw rekening in/aan/bij het gebouw zijn aangebracht, voor zover onder- houd, herstel en vernieuwing ten laste van u komen. Hier- onder vallen bijvoorbeeld: parketvloeren, behang- en schil- derwerk, schuren, schuttingen, overkappingen, verbeterin- gen die u zelf of de vorige eigenaar in/aan/bij het gebouw heeft aangebracht.
3 Verzekerde schadeoorzaken
De hieronder vermelde schadeoorzaken vallen onder de dekking van uw verzekering. Voor een goed begrip is het van belang dat u weet wanneer wij een schadeoorzaak er- kennen als een gedekte gebeurtenis. Zie voor de definitie hiervan de schuin gedrukte tekst. Bij sommige van deze ge- beurtenissen geldt een beperking of een eigen risico. De beperkingen en eigen risico’s worden omschreven in de al- gemene voorwaarden voor bedrijven, in deze bijzondere voorwaarden en op de polis (eventueel door middel van een clausule).
A Brand en brandblussing:
met vlammen gepaard gaand vuur door verbranding, buiten een haardplaats, dat in staat is zich uit eigen kracht voort te planten. Deze dekking omvat ook: schade door naburige brand, door brandblussing, door vernieling bij brand op last van hogerhand, door reddingswerk en door diefstal of ver-
missing bij brand of reddingswerk.
Onder brand wordt niet verstaan: broeien, doorbranden van elektrische apparaten en motoren, oververhitten, doorbran- den, doorbreken van ovens en ketels.
B Ontploffing:
vernieling die het directe gevolg is van een plotselinge grootschalige uitzetting van gassen of dampen, al dan niet veroorzaakt door een chemische reactie (zoals explosieve ontbranding) van andere stoffen of doordat de wand van een vat onder druk het begeeft.
C Blikseminslag:
ontlading van atmosferische elektriciteit naar de aarde met zichtbare schade aan het aardoppervlak of aan zich daarop bevindende zaken.
D Inductie en overspanning:
door blikseminslag ontstane elektrische spanning die korte tijd hoger of lager is dan de grootste of kleinste waarde in normale bedrijfstoestand.
E Xxxxxx, schroeien, verkolen en smelten:
de plotseling ontstane gevolgen van aanraking met een brandend, gloeiend of ander hitte uitstralend voorwerp.
F Luchtvaartuigen:
- een lucht- of ruimtevaartuig dat vertrekt, vliegt, landt of valt en daarbij iets treft
- een aan het lucht- of ruimtevaartuig verbonden, daarvan losgeraakt, daaruit gevallen projectiel, ontploffingsmiddel of ander voorwerp.
- een ander voorwerp dat zelf getroffen is door een hiervoor genoemd onderwerp.
G Storm:
wind met een snelheid van tenminste veertien meter per se- conde (windkracht 7). Met schade door storm wordt gelijk- gesteld:
- schade als gevolg van neerstortende bomen of takken of andere voorwerpen ten gevolge van storm; (schade aan de boom valt niet onder de dekking.)
- schade door vernieling op last van hogerhand wegens de toestand van het door de storm beschadigde gebouw;
- schade door regen, sneeuw, hagel of smeltwater als direct gevolg van stormschade. Hieronder valt ook overbelasting van daken of wanden als gevolg van opgewaaide sneeuw, uitgezonderd schade door binnendringend sneeuw- of smeltwater.
Bij stormschaden geldt een eigen risico van 2 promille van het verzekerd bedrag met een minimum van € 150,= en een maximum van € 300,= per polis.
H Neerslag:
onvoorzien binnen gedrongen regen, sneeuw, hagel of smeltwater (neerslag van tenminste 40 mm in 24 uur, 53 mm in 48 uur of 67 mm in 71 uur, op en/of nabij de locatie waar de schade is ontstaan).
Uitgesloten is schade veroorzaakt door neerslag die het ge-
bouw is binnen gedrongen door openstaande ramen, deu-
ren, luiken, luchtroosters of ten gevolge van vochtdoorlating van muren en vloeren. Ook schade die is ontstaan door ge- leidelijke inwerking van vocht of door bevriezing van platte daken is uitgesloten.
I Sneeuwdruk en hagelstenen:
de druk die sneeuw en/of ijs uitoefenen op de buitenkant van het gebouw en het inslaan van hagelstenen.
J Kapot vriezen van leidingen, installaties en apparaten:
het kapot vriezen van leidingen en daarop permanent aan- gesloten installaties binnen het gebouw.
Als de kosten voor het herstel van de leidingen en installa- ties ( inclusief het benodigd hak- en breekwerk en herstel daarvan) deel uitmaken van het huurders-/eigenaarsbelang, dekt de verzekering tot 10% van het verzekerd bedrag ook deze kosten, voor zover niet gedekt onder een andere ver- zekering.
Indien nodig moeten de gebruikelijke maatregelen tegen ka- pot vriezen genomen zijn (zoals het aftappen en afsluiten van installaties en kranen, het in bedrijf houden van de cen- trale verwarming en dergelijke). Deze dekking geldt niet voor leegstaande gebouwen en gebouwen die verbouwd worden.
K Water en/of stoom:
onvoorzien, plotseling uitstromend en/of overlopend water en/of stoom uit:
- gesprongen leidingen van een waterleiding of een centrale verwarmingsinstallatie, rioolputten of afvoerleidingen als gevolg van breuk, vorst, verstopping of van een plotseling onvoorzien optredend defect.
- sanitair;
- machines en apparaten die op hiervoor genoemde leidin- gen zijn aangesloten, eveneens als gevolg van de hier voor genoemde oorzaken;
- de afvoerslang van de (afwas)machine doordat deze plot- seling uit zijn afvoerpijp is geschoten;
- een airconditioning- of sprinklerinstallatie;
- een aquarium (bij schade door breuk van het aquarium is tevens de schade aan het aquarium zelf en de inhoud daarvan gedekt tot max. € 5.000,= per schadegeval tenzij anders vermeld op de polis);
- een waterbed, als zich daarin een defect heeft voorge- daan.
Als de kosten voor het herstel van de leidingen en installa- ties ( inclusief het benodigd hak- en breekwerk en herstel daarvan) deel uitmaken van het huurders-/eigenaarsbelang, dekt de verzekering tot 10% van het verzekerd bedrag ook deze kosten, voor zover niet gedekt onder een andere ver- zekering.
Uitgesloten is schade:
- door water die uit vul- en tuinslangen loopt, al dan niet aangesloten op een installatie.
- die voortkomt uit geleidelijke vochtdoorlating van tegel-
werk of een andere vloer- of wandafwerking die waterdicht behoort te zijn, inclusief de (kit)voegen.
- door water aan zich in kelders en souterrains bevindende verzekerde zaken, die niet door middel van stellingen of dergelijke tenminste 15 cm. van de vloer zijn geplaatst.
L Olie:
onvoorzien uitstromende olie uit een met olie gevulde elek- trische radiator of uit een op een schoorsteen aangesloten verwarmingsinstallatie.
M Xxxx, rook en roet:
door een kachel of haard, die is aangesloten op een schoor- steen, uitgestoten walm, rook en roet, of die is vrijgekomen bij het onverwacht droog koken en verkolen van voedsel.
Het gaat hier om onverwachte, plotselinge gebeurtenissen. Bij een mogelijke schadevergoeding houden wij rekening met eventuele al bestaande vervuiling door normaal gebruik.
N Diefstal:
(poging tot) diefstal, gewelddadige beroving en afpersing en daarmee gepaard gaande vernieling en beschadiging. Deze dekking geldt uitsluitend als er duidelijke sporen van braak aan de buitenkant van het gebouw zijn of aan het bij verze- kerde in gebruik zijnde gedeelte van het gebouw als in het gebouw meerdere bedrijven, instellingen e.d. gevestigd zijn. Er ontstaat recht op schadevergoeding als gestolen zaken niet binnen één maand na melding bij de politie worden te- rug gevonden en nadat u uw eigendomsrechten daarop schriftelijk aan ons heeft overgedragen.
O Vandalisme:
opzettelijke beschadiging, gepleegd door iemand die on- rechtmatig het gebouw is binnen gedrongen. Voor aan- en bijgebouwen, welke niet binnendoor vanuit het hoofdgebouw bereikbaar zijn, evenals bergruimten, geldt deze dekking uitsluitend als er duidelijke sporen van braak zijn.
P Relletjes en ongeregeldheden bij stakingen:
de gevolgen van incidentele collectieve geweldmanifestaties of ongeregeldheden bij werkstakingen.
Q Aanrijding en aanvaring:
de gevolgen van aanrijding van voertuigen of aanvaring van vaartuigen. Óók afvallende en uitvloeiende lading, ongeacht of dit afvallen of uitvloeien een gevolg is van een aanrijding of een aanvaring. Voor deze schadeoorzaken geldt de voorwaarde dat het gebouw ook getroffen moet zijn en schade oploopt.
R Omvallen of neerstorten:
als het gebouw, waarin de roerende zaken zich bevinden, getroffen wordt door een onvoorzien omgevallen kraan, hei- stelling, boom(-tak), zonwering, antenne of lichtreclame en daardoor ook schade oploopt, wordt schade aan de roeren- de zaken vergoed. Met uitzondering van schade aan de ge- noemde voorwerpen zelf en schade veroorzaakt tijdens werkzaamheden daaraan.
S Scherven:
door scherven van gebroken ruiten, spiegels en ingelijste
objecten veroorzaakte schade, met uitsluiting van schade
aan het glas zelf.
T Bederfschade:
- bederf van de inhoud van een koelinstallatie doordat de in- stallatie plotseling en/of onverwacht uitvalt door een onvoor- zien defect of door een stroomstoring langer dan 6 uur. De maximale vergoeding hiervoor bedraagt € 1.500,= per scha- degeval. Uitgesloten blijft de schade aan de apparatuur zelf.
- bederf door een plotselinge en onverwachte uitval van de watervoorziening langer dan 6 uur. Uitgesloten blijft de schade aan apparatuur, zoals pompen en filters.
4 Schade als gevolg van eigen gebrek
Als door een in artikel 3 genoemde oorzaak schade is ont- staan door de aard of een gebrek van een verzekerde zaak, valt dit onder de dekking van de verzekering. De schade aan de verzekerde zaak wordt niet vergoed. (Bijvoorbeeld bij elektrische toestellen en voorwerpen die zelf warmte ontwikkelen of kunnen ontwikkelen.)
5 Roerende zaken buiten het gebouw
In sommige gevallen zijn de verzekerde zaken ook buiten het gebouw dat op de polis vermeld staat verzekerd. Indien niet elders verzekerd, wordt als verzekerd beschouwd:
- Zaken die zich bevinden in een garage(box), bijgebouw, kelderbox of dergelijke berging, behorende bij het ge- bouw, dan wel in een gemeenschappelijke ruimte in het gebouw. Schade door (poging tot) inbraak of vandalisme is alleen gedekt na inbraak met duidelijke sporen van braak aan de buitenkant van het gebouw.
- Zaken die zich bevinden op het direct daaraan grenzende terrein van het gebouw, of in automaten, vitrines en eilan- detalages zijn verzekerd tegen de in artikel 3 vermelde schadeoorzaken, met uitzondering van storm, diefstal, vandalisme, relletjes, neerslag of andere weersinvloeden.
- Zaken die nagelvast aan de buitenkant van het gebouw zijn aangebracht (antennes, zonweringen, uithangborden, rolluiken, lichtreclames en soortgelijke zaken) zijn verze- kerd tegen de in artikel 3 vermelde schadeoorzaken, met uitzondering van diefstal, vandalisme, relletjes, neerslag of andere weersinvloeden. Schade door storm wordt ver- goed op basis van dagwaarde. Schade aan lichtreclames door brand of ontploffing wordt alleen vergoed als de brand of ontploffing buiten de lichtreclame is ontstaan.
- Zaken die zich tijdelijk (niet langer dan twee maanden) in of bij een ander gebouw of bijgebouw binnen Europa be- vinden en waarvan het de bedoeling is dat deze in of bij het op de polis vermelde gebouw terugkeren, tot maxi- maal 10% van het verzekerd bedrag, tenzij deze roerende zaken elders verzekerd zijn. Buiten gebouwen zijn de za- ken alleen verzekerd tegen brand, ontploffing, bliksemin- slag. Als de periode van twee maanden wordt overschre- den, moet de Onderlinge hierover geïnformeerd worden,
zoals dit in artikel 7.2 van de algemene voorwaarden voor
bedrijven vermeld is.
- Tijdens verhuizing, zowel op het oorspronkelijke als het nieuwe adres voor ten hoogste één maand.
- Tijdens verhuizing of vervoer, veroorzaakt door:
- een ongeval dat het vervoermiddel is overkomen;
- het breken van hijsgerei;
- het uit de strop schieten.
Deze dekking geldt niet als de schade verhaald kan wor- den bij de (aansprakelijkheidsverzekeraar van de) verhui- zer.
6 Aanvullende dekking overige zaken
Als onderstaande zaken zich in het gebouw of bijgebouw bevinden en niet onder de dekking van een andere verzeke- ring vallen, worden deze ook als verzekerd beschouwd. De vergoeding bedraagt per schadegeval maximaal 10% van het verzekerd bedrag voor alle zaken samen, tenzij anders op de polis vermeld.
- Waardepapieren
vergoeding wordt verleend als en voor zover de betrokken bancaire instelling geen of gedeeltelijk schade vergoedt. De maximale vergoeding bedraagt € 1.000,= per schade- geval.
- Eigendommen van derden:
de in het gebouw aanwezige eigendommen van derden die u beroepsmatig onder u hebt. Uitsluitend als deze za- ken van soortgelijke aard zijn als de verzekerde zaken, de schade voor uw rekening komt en het een gedekte ge- beurtenis betreft.
- Eigendommen van firmanten, personeel en directie: bovengenoemde eigendommen dienen in het gebouw aanwezig te zijn en voor privédoeleinden te worden ge- bruikt. Deze dekking geldt uitsluitend als de schade voor uw rekening komt en het een gedekte gebeurtenis betreft. Er is geen dekking voor: motorrijtuigen, aanhangwagens, caravans, vaartuigen en onderdelen daarvan, levende ha- ve, geld en geldswaardig papier.
7 Uitsluitingen
In artikel 9 van onze algemene voorwaarden voor bedrijven staan de van toepassing zijnde uitsluitingen vermeld. Tenzij de volgende zaken op de polis vermeld staan, zijn ook uit- gesloten:
- Motorijtuigen
- Caravans en bijbehorende onderdelen en accessoires.
- (Lucht)vaartuigen en aanhangwagens, inclusief bijbeho- rende onderdelen en accessoires.
8 (Beperkte) dekking bij leegstand en buiten gebruik zijn Als het gebouw waarin de verzekerde zaken zich bevinden leeg staat en/of buiten gebruik is, moet dit bij ons gemeld worden. (Onder leegstand verstaan wij ook als het gebouw (deels) wordt bewoond door krakers.) De dekking is dan be-
perkt tot de in artikel 3 A t/m G genoemde schadeoorzaken.
Als een zelfstandig deel van het gebouw leeg staat en/of buiten gebruik is, geldt deze uitsluiting voor het leegstaan- de/buiten gebruik zijnde gedeelte.
9 (Beperkte) dekking tijdens verbouwing
Als het gebouw, waarin de verzekerde zaken zich bevinden, wordt verbouwd, moet dit bij ons gemeld worden. Bij schade door in artikel 3 G t/m T genoemde oorzaken, tijdens de verbouwing, moet aangetoond kunnen worden dat de scha- de niets te maken heeft met de bouwwerkzaamheden zelf, het nog niet voltooid zijn ervan, of dat er onvoldoende maat- regelen ter voorkoming van schade rond de werkzaamhe- den zijn genomen. Als het gebouw, waarin de verzekerde zaken zich bevinden, tijdelijk buiten gebruik is en/of leeg staat, is diefstal en vandalisme alleen gedekt als het ge- bouw voldoende afgesloten en glasdicht is en er duidelijke sporen van braak zijn. De dekking tijdens verbouwing geldt niet als de schade verhaald kan worden bij degene die het gebouw verbouwt.
10 Extra vergoedingen in geval van schade
Onderstaande zaken vergoedt de Onderlinge boven het verzekerd bedrag als deze het noodzakelijk gevolg zijn van een gedekte gebeurtenis en niet onder de dekking van een andere verzekering vallen.
A Bereddings-/salvagekosten;
de kosten die gemaakt worden ter voorkoming en verminde- ring van schade zijn meeverzekerd tot 10% van het verze- kerd bedrag.
B Expertisekosten;
het salaris en de kosten van de expert(s) die gemaakt wor- den voor het vaststellen van de schade zijn meeverzekerd. Het salaris en de kosten van de eventueel door u benoemde expert (zie artikel 11) vergoeden wij slechts voor zover dit salaris en deze kosten redelijk zijn. Wij vergoeden geen ex- pertisekosten als de expert zich niet heeft geconformeerd aan de `Gedragscode schade-expertiseorganisaties`.
C Opruimingskosten:
de kosten van afbraak, wegruimen en afvoeren van zaken zijn meeverzekerd tot 10% van het verzekerd bedrag.
D Tuin:
de herstelkosten van de tuin of het balkon van het gebouw waarin de verzekerde zaken zich bevinden, en de daarin aanwezige beplanting, na beschadiging daarvan, veroor- zaakt door een gedekte gebeurtenis. Hiervan uitgezonderd is schade door storm, tenzij de schade is veroorzaakt door voorwerpen, die van buiten de tuin door de storm worden meegevoerd), andere weersinvloeden, diefstal en vandalis- me.
Deze dekking geldt alleen als de kosten voor rekening van verzekeringnemer komen en niet onder de dekking van een andere verzekering vallen.
De maximale vergoeding per schadegeval bedraagt
€ 5.000,=.
E Transport en opslag;
de noodzakelijke kosten van opslag van de roerende zaken in een tijdelijke opslagplaats én de kosten van transport naar en van deze opslagplaats als het gebouw door een ge- dekte gebeurtenis onbruikbaar is geworden zijn meeverze- kerd. De kosten van opslag worden hoogstens twaalf maan- den vergoed.
11 Vaststelling van de schade
De door een gedekte gebeurtenis veroorzaakte schade wordt, mede aan de hand van de door u verstrekte gege- vens en inlichtingen, door ons vastgesteld (eventueel in overleg met u). Het is mogelijk dat de Onderlinge hierbij een expert inschakelt. Als u het niet met de vaststelling eens bent, kunt u een contra-expert inschakelen. De door u en ons gekozen experts benoemen dan vooraf een onpartijdige derde expert. Deze experts dienen zich geconformeerd te hebben aan de “Gedragscode schade-expertiseorganisa- ties”. Als onze expert en de contra-expert het niet eens wor- den over het schadebedrag, stelt de derde expert de om- vang van de schade voor u en voor ons bindend vast binnen de grenzen van de beide eerdere taxaties. Als u niet binnen tien dagen, nadat u de vaststelling heeft ontvangen, een ex- pert heeft aangesteld, zal alleen door onze expert de scha- de bindend worden vastgesteld. (Zie voor de vergoeding van de expertisekosten artikel 10.B)
12 Schadevaststelling
Inventaris en huurdersbelang:
als herstel naar ons oordeel mogelijk is, wordt de schade vastgesteld op basis van de herstelkosten en de eventuele waardevermindering die door de gebeurtenis is veroorzaakt en door reparatie niet volledig is opgeheven. Er wordt nooit meer vergoed dan de nieuwwaarde. Als herstel niet mogelijk is, wordt de schade vastgesteld op basis van de huidige nieuwwaarde. Onderstaande zaken worden echter op basis van dagwaarde vastgesteld:
- waarvan de dagwaarde minder bedraagt dan 40% van de nieuwwaarde;
- die niet meer gebruikt worden voor het doel waarvoor zij bestemd waren.
- die u bezit of gebruikt op basis van een overeenkomst, zoals gehuurde apparaten.
- (schotel)antennes, zonweringen, rolluiken, gazonmaaiers, vlaggenstokken en terreinafscheidingen.
Goederen:
de schade wordt vastgesteld op basis van vervangings- waarde.
Zaken die in het bedrijf zijn vervaardigd:
de schade wordt vastgesteld op basis van fabricagekosten. Kunst, antiek en verzamelingen:
bij zaken met een antiquarische of zeldzaamheidswaarde
wordt de schade vastgesteld op basis van de waarde die
vermeld is op de polis. Als de waarde niet vermeld is op de polis, wordt de schade vastgesteld op basis van de waarde, vastgesteld door een deskundige, die deze zaken zouden hebben opgebracht bij een verkoop of veiling.
13 Schadevergoeding
Wij vergoeden uitsluitend tot maximaal het verzekerd be- drag de schade zoals hierboven vastgesteld als u binnen 12 maanden overgaat tot voortzetting van het bedrijf en tot op- nieuw aanschaffen of herstel. Anders vergoeden wij de dagwaarde, tenzij:
- de herstelkosten lager zijn dan de dagwaarde van de ver- zekerde zaken. Dan vergoeden wij de herstelkosten;
- de inkoopwaarde lager is dan de dagwaarde van de ver- zekerde zaken. Dan vergoeden wij de inkoopwaarde;
- de fabricagekosten lager zijn dan de dagwaarde van de verzekerde zaken. Dan vergoeden wij de fabricagekosten.
Wanneer door overmacht de termijn van 12 maanden niet kan worden gehaald, vergoeden wij na daadwerkelijke voortzetting van het bedrijf en heraanschaf alsnog het ver- schil tussen de waarde op basis van de vaststelling in artikel 11 en de vergoeding die wij al hadden gedaan.
14 Onderverzekering
Als het verzekerd bedrag lager is dan de werkelijke nieuw- waarde van de roerende zaken, wordt de schade in evenre- digheid vergoed, tenzij anders op de polis vermeld.
15 Betaling van de schadevergoeding
De Onderlinge streeft ernaar de schade zo snel mogelijk te vergoeden aan de hand van een herstel-/aankoopfactuur of rapportage van een expert.