2022 afgesloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector Textielverzorging
Addendum ‘Duaal leren’ bij het sectorconvenant 2021
- 2022 afgesloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector Textielverzorging
Tussen de VLAAMSE REGERING,
hierbij vertegenwoordigd door:
- Xxxxxxx Xxxxx Xxxxxxx, De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw,
- De heer Xxx Xxxxx, De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand,
hierna de “Vlaamse Regering” genoemd,
en de SOCIALE PARTNERS VAN SECTOR TEXTIELVERZORGING,
met als vertegenwoordigers voor de werkgevers:
- Xxxxxxx Xxx Xxxxx Xxxxxxxxx, directeur FBT;
- De xxxx Xxxxxx Xxxxx, voorzitter FBT;
met als vertegenwoordigers voor de werknemers:
- Xxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxx, Federaal Secretaris Algemene Centrale ABVV;
- Xxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxx, Algemeen Secretaris ACV-CSC METEA en voorzitter Gemeenschappelijk Fonds;
- De xxxx Xxxx Xx Xxxxx, Nationaal sectoraal verantwoordelijke ACLVB;
hierna “de sector” genoemd,
Wordt overeengekomen wat volgt:
Verbintenissen van de Vlaamse Regering
Artikel 1. De Vlaamse Regering verbindt er zich toe in het kader van voorliggende overeenkomst tijdens de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2022 een maximale toelage van
49.000 EUR uit te betalen aan het Gemeenschappelijk Fonds van de Textielverzorging, Brussel- xxxxxxxxxx 000, xx 0000 Xxxxxx (ondernemingsnummer: 0419.457.890 -bankrekeningnummer: XX00 0000 0000 0000) ter financiering van acties ter versterking van de werkcomponent van duaal leren.
Artikel 2. De in dit addendum opgenomen engagementen zijn inspanningsverbintenissen en resultaatsverbintenissen. Bij de afrekening wordt de verantwoording van de inspanningen én van de resultaten beoordeeld:
- 80% is inspanningsfinanciering die wordt toegekend op basis van vooraf vastgelegde in- spanningsverbintenissen
- 20% is resultaatsfinanciering die wordt toegekend op basis van vooraf vastgelegde resul- taatsverbintenissen. 20 % van het in artikel 1 vermelde bedrag wordt uitbetaald in zoverre de resultaatsverbintenissen behaald zijn. Als een verbintenis niet wordt behaald, wordt de twintig procent a rato van het aantal behaalde resultaatsverbintenissen uitbetaald;
- De storting van de subsidie wordt geregeld via het Ministerieel Besluit houdende toeken- ning van een projectsubsidie aan het Gemeenschappelijk Fonds van de Textielverzorging ter uitvoering van het addendum “Duaal leren” bij het sectorconvenant (2021-2022) afge- sloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector Textielverzorging.
Verbintenissen van de sector
Artikel 3. De textielverzorgingssector verbindt zich ertoe om, vertrekkende van een sectorale visie op de werkcomponent van duaal leren, de sectorale realiteit en de sectorspecifieke uit- dagingen en prioriteiten een aantal doelgerichte acties op te zetten ter versterking van de werkcomponent van duaal leren.
De acties geformuleerd in dit addendum hebben betrekking op:
- de kwantiteit van leerwerkplekken voor het secundair onderwijs
- de kwaliteit van leerwerkplekken voor het secundair onderwijs
- het inzetten op het duaal leren in het hoger- en volwassenenonderwijs
Artikel 4. De sector verbindt er zich toe de subsidie uitsluitend aan te wenden ter uitvoering van deze acties.
Artikel 5. Ter verantwoording en ter evaluatie van deze overeenkomst bezorgt de sector ten laatste op 31 januari 2022 een voortgangsrapport en ten laatste op 31 januari 2023 een
eindrapport aan het departement Werk en Sociale Economie. Het voortgangs- en eindrapport omvatten:
- de rapportering over de verschillende initiatieven ter realisering van het actieplan;
- de toetsing van de realisaties van de resultaatsverbintenissen en de doelstellingen ver- meld in het addendum ‘duaal leren’;
- de verantwoording van de aanwending van de ontvangen subsidiebedragen (enkel voor het eindrapport).
Het departement Werk en Sociale Economie bezorgt de richtlijnen inzake de rapportering tijdig aan de sector.
Omgevingsanalyse
1. Sector in cijfers en trends
De sector textielverzorging streeft ernaar om mee te zorgen voor goede sociale verhoudingen binnen de bedrijven, mee te helpen aan een duurzaam personeelsbeleid en om ondernemingen te ondersteunen bij instroom, doorstroom en uitstroom van werknemers. Dit is belangrijk omdat de sector gekenmerkt wordt door een zeer grote vertegenwoordiging van KMO-bedrijven. Zelfs het aantal micro-ondernemingen met 1 tot 10 personeelsleden in de sector is aanzienlijk.
Tewerkstelling in de sector textielverzorging kent een lage in- en uitstapdrempel. Medewerkers beginnen er vaak als interim. Afhankelijk van de hoeveelheid werk, hun inzet en hun competenties kunnen ze doorgroeien naar een contract van onbepaalde duur. Voor de uitvoerende functies (het merendeel van de jobs in de textielverzorging) blijft het zoeken naar geschikte arbeidskrachten, zowel van Belgische origine als allochtone origine, een moeilijke onderneming. Zo moeten er vaak arbeiders aangetrokken worden zonder kennis en ervaring op basis van inzetbaarheid, motivatie en algemene competenties. Deze beginnende werknemers krijgen vaak een contract als interim of een IBO-contract. Ze bouwen hun competenties op en krijgen bij een gunstige evaluatie een vast contract. De sector vraagt om een meer gekwalificeerde instroom om niet steeds opnieuw te moeten investeren in opleidingen voor beginnende werkkrachten zonder voorkennis.
De sector heeft volgende specifieke kenmerken:
- Een vrouwelijke sector: 70 % van de arbeiders in de textielverzorging is vrouw
- Een vergrijzende sector: volgens de groepssectorfoto bedraagt het aantal 50 plussers in de
sector zo’n 44%, het vijfde hoogste cijfer in de reeks
- Een KMO sector: 55 % van de jobs in de textielverzorging is gesitueerd in kleine onderne- mingen met minder dan 50 werknemers
- Een diverse sector: uit de groepssectorfoto 40 % van alle loontrekkenden in de textielver- zorgingssector van buitenlandse herkomst zijn
- Een sector die veel beroep doet op uitzendkrachten
- Een sector met kansen voor iedereen: de sector van de textielverzorging is er een die alle kansen biedt aan de prioritaire kansengroepen van het Vlaamse arbeidsmarktbeleid
De sector textielverzorging heeft als derde sector in Vlaanderen met het Vlaams Partnerschap Duaal Leren een sectoraal partnerschap (SP) afgesloten op 29 november 2016. Dit bewijst dat de sector het duaal leren van meet af aan heeft beschouwd als een belangrijke factor om instroom van jongeren in de sector te verzekeren.
Voor de sector zijn momenteel volgende gegevens beschikbaar in het kader van duaal leren: Opleidingsmogelijkheden: standaardtrajecten duaal
✓ Medewerker textielverzorging duaal 2019-2020 (BuSO OV3, 2de graad)
✓ Operator strijkafdeling kleding, confectieartikelen en textielverzorging duaal (BuSO OV3, 2de graad)
✓ Textielverzorging duaal 2019-2020 (BuSO OV3, 3de graad)
✓ Procesoperator textielverzorging (ov) (Se-n-Se na OK3) Opleidingsmogelijkheden in Leren en Werken
✓ Moderealisatie en textielverzorging (Mod SO-(d)BSO, 2de graad)
✓ Textielverzorging (Mod SO – (d)BSO, 3de graad)
CLW’s en BuSO scholen die een opleiding aanboden/aanbieden
✓ Centrum Leren en Werken van het KTA Brugge, 0000 Xxxxxxxx (opleiding geschrapt)
✓ Centrum Leren en Werken stad Gent, 0000 Xxxx-Xxxxxxxxxx
✓ Centrum Leren en Werken Connect 0000 Xxxx-Xxxxxxx (opleiding geschrapt)
✓ BuSO Xx Xxxxxxxxxx 0000 Xxxxxx
Bedrijven
✓ Aantal erkende leerbedrijven: 9
Mentoren
✓ Aantal erkende mentoren: 25
Aantal afgesloten overeenkomsten duaal leren
Naast het duaal leren bestaan er ook opleidingsmogelijkheden in het stelsel leren en werken. Wij hebben alle overeenkomsten opgenomen in volgende tabel.
2016 – 2017 | 2017 – 2018 | 2019 – 2020 | 2020 – 2021 | |
Medewerker Tex- tielverzorging (Duaal) | 3 | |||
Operator Textiel- verzorging (Le- ren & Werken) | 1 |
2. Uitdagingen en opportuniteiten duaal leren
• Uitdagingen
Het duaal leren komt in de sector textielverzorging zeer moeilijk van de grond. De eerste en enige uitdaging is om Centra Leren en Werken en BuSO scholen te vinden waar een opleiding zou kunnen plaats vinden. In het voltijds dagonderwijs, het hoger- en het vol- wassenenonderwijs is er nog nooit een mogelijkheid geweest om een opleiding te organi- seren die toeleidt naar de sector. Wij zien ook geen opportuniteiten naar de toekomst toe om in deze categorieën onderwijs voet aan grond te krijgen. Absolute prioriteit is het vinden van centra Xxxxx en Werken en BuSO scholen.
Het stilvallen van het duaal leren in de periode van september 2018 tot juni 2020 betekent niet dat er geen acties zijn ondernomen rond het duaal leren. Vanuit het sectoraal part- nerschap en met de medewerking van de Federatie van de Belgische Textielverzorging (via het magazine en via nieuwsbrieven) werden bedrijven aangesproken. Omdat er vanuit het onderwijs geen interesse bleek (CLW Connect heeft de opleiding zelfs niet meer aangebo- den), werd dit initiatief voorlopig afgebroken. Een erkenning als duaal leerbedrijf of als mentor, zou de verwachting kunnen wekken dat er snel een duaal leertraject zou kunnen worden opgestart, wat niet het geval is en dus tot frustratie zou kunnen leiden.
• Opportuniteiten
Iedereen moet zijn best doen om de sector aantrekkelijker te maken, zeker voor jongere mensen. Leeftijd speelt geen rol, alleen de moed om een opgelegde taak tot een goed einde te brengen.
De opportuniteiten van het duaal leren zijn voor de hand liggend. Duaal leren is een per- fecte formule om de vraag van bedrijven en het aanbod van jong talent op de arbeidsmarkt bij elkaar te brengen.
Voor ondernemers is het een opportuniteit om toekomstige werknemers te laten kennis maken met hun onderneming en voldoende instroom van personeel te genereren, een im- puls om hun cultuur van leren op de werkvloer in te bedden. Voor de leerling is het een kans om de kneepjes van het vak in de praktijk te leren kennen. Het duaal leren zorgt voor een professionalisering van leerkrachten en trajectbegeleiders omdat zij meer voeling zul- len krijgen met de praktijk op de werkvloer en met de sector in zijn totaliteit. De wissel- werking tussen school en wasserij zorgt dus voor beter leren en beter opgeleide leerlingen.
Voor de sector van de textielverzorging kan duaal leren een oplossing vormen voor een voortdurend probleem. Zoals reeds aangegeven, moet de sector afrekenen met een sterke vergrijzing en een zwakke instroom van jongeren. Het duaal leren kan voor bepaalde be- drijven uit de sector een extra mogelijkheid zijn om het tij te keren, op voorwaarde dat het op de juiste manier wordt aangepakt en tot een zichtbare win-win leidt voor bedrijf, school en leerling.
We streven in onze sector naar een gezonde mix van jongere en oudere mensen, maar het is (en wordt) heel moeilijk om jongere mensen in onze sector te krijgen: het is niet ‘sexy’ en het werk is zwaar.
Sectoraal actieplan: visie en acties
1. Kwantiteit van werkplekken in het deeltijds secundair onderwijs | Bezoeken Centra Leren en Werken en BuSO scholen om ze te (her)ac- tiveren in 2021 Actie 1: Zorgen voor correcte en relevante informatie via de website xxx.xxxxx0xxxxxxx.xx Actie 2: Bezoeken CLW’s en BuSO Actie 3: Niet-erkende ondernemingen informeren Actie 4: Op het getouw zetten van ontmoetingsdagen met de ver- schillende onderwijsnetten In beeld brengen van de sector Actie 5: Uitschrijven van een actieplan om scholen en leerlingen te bereiken |
2. Kwaliteit van werk- plekken in het deel- tijds secundair on- derwijs | Erkennen van leerwerkplekken • Actie 1: (Her)erkenning van ondernemingen Begeleiden van mentoren • Actie 1: Mentoropleiding updaten en stimuleren Opvolgen en begeleiden van erkende leerwerkplekken • Actie 1: Begeleiding en motivatie werkplekken Inzetten op samenwerking/kennisdeling tussen onderwijs- en werk- partners • Actie 1: Infomoment scholen |
3. Hoger en volwasse- nen-onderwijs | Onmoetingsdagen met onderwijsnetten Actie 1: zie actie 4 bij 1. Kwantiteit van werkplekken in het deeltijds secundair onderwijs |
1. Acties met betrekking tot de kwantiteit van werkplekken in het deel- tijds secundair onderwijs
Visie
In deze context wijzen wij er nogmaals graag op dat de sector textielverzorging als derde sector in Vlaanderen met het Vlaams Partnerschap Duaal Leren een sectoraal partnerschap (SP) afsloot op 29 november 2016. Het sectoraal partnerschap textielverzorging neemt volgende bevoegdheden op:
• De erkenning of opheffing van erkenning van een onderneming;
• De uitsluiting van een onderneming;
• De controle op de uitvoering van de overeenkomst tot uitvoering van een alternerende opleiding wat betreft de opleiding op de werkplek;
• Het nemen van acties om de ondernemingen te informeren over het duaal leren in Vlaan- deren;
• Het ondersteunen en mobiliseren van ondernemingen met het oog op een versterking zo- wel kwalitatief als kwantitatief van het aanbod aan werkplekken.
Verder bepaalt het sectoraal partnerschap textielverzorging de norm om als mentor erkend te worden en het maximaal aantal leerlingen dat een mentor mag begeleiden (2).
Die opleidingen moeten uitmonden in een win-win situatie, zowel voor de jongere als voor de onderneming; een vlotte doorstroming van deeltijds onderwijs naar de arbeidsmarkt; een gedegen werkervaring voor elke jongere met kans op duurzame tewerkstelling.
In het sectorconvenant 2018-2019 schreven wij reeds: “De grote uitdaging zal niet liggen bij het vinden van kwalitatieve leerplekken, maar bij het aantrekken van leerlingen. Jongeren hebben over het algemeen geen of een verkeerd beeld over werken in een wasserij. De oorzaak hiervan kan tweeërlei zijn: een imagoprobleem van de sector zelf of het feit dat die opleiding niet “cool” ge- vonden wordt. Jongeren weten niet welk scala aan vaardigheden en kennis aangeboden wordt (en noodzakelijk is) op gebied van bijvoorbeeld machinetechniek, chemie en logistiek.”
Helaas zijn deze woorden in 2020 waarheid geworden en hebben wij de twee CLW’s verloren bij gebrek aan leerlingen. Enkel CLW Gent en de BuSO school “De Leerexpert” in Deurne blijven nog actief, hoewel wij door de huidige crisis nog geen zicht hebben op het aantal leerlingen.
Het is dus dringend nodig om opnieuw CLW’s/BuSO scholen te overtuigen om de opleiding aan te beiden en te bekijken op welke manier er best publiciteit gemaakt wordt voor deze opleidingen. TFTC engageert zich nu reeds om deel te nemen aan opendeurdagen van Centra Leren en Wer- ken/BuSO scholen om aan belangstellende ouders en leerlingen concrete informatie te geven over het werken in de sector.
Tijdens de afgelopen jaren werden verschillende leerbedrijven uit de sector textielverzorging er- kend door het sectoraal partnerschap. Op één onderneming na, konden deze ondernemingen geen opleidingstraject opstarten en in de meeste gevallen was er helemaal geen vervolg na de erkenning, want geen leerlingen in het systeem. De sector wil ervoor zorgen dat de erkende ondernemingen geïnteresseerd blijven in het duaal leren en bereid blijven mee opleidingen te organiseren. Dit veronderstelt een aangepaste communicatie en benadering, waarbij correcte informatie over de ontwikkelingen, het signaleren van eventuele opportuniteiten en het bewaken van een overeen- stemming over de doelstellingen van het systeem, centraal staan. Een en ander veronderstelt re- gelmatige, persoonlijke contacten in de vorm van bedrijfsbezoeken.
De sector zal prioriteit leggen bij prospecties in regio’s waar ook vanuit het onderwijs stappen worden gezet om het duaal leren een kans te geven. De sector heeft de voorbije jaren een reserve opgebouwd van een tiental ondernemingen die open staan voor het aanbieden van een werkplek. De sector spoort deze ondernemingen aan om hun erkenning te behouden en indien nodig te
hernieuwen. De sector wil ook proberen om nog extra ondernemingen op de kar te laten springen zodat er meer erkende werkplekken kunnen aangeboden worden, verspreid over Vlaanderen. Dit wil de sector doen door informatie te geven via de eigen website en door communicatie via ge- richte mailings. De sector wil ook inzetten op het ontwikkelen van een goed uitgewerkte folder omdat zij ervan uitgaat dat dit een meerwaarde kan zijn voor de ondernemingen in hun sector. Bij vragen van trajectbegeleiders of scholen, probeert de sector een ondersteunende rol te spelen in de zoektocht naar een geschikte werkplek.
Acties
1. KWANTITEIT van werkplekken in het deeltijds secundair onderwijs verhogen.
Actie 1: Duaal leren promoten via de website xxx.xxxxx0xxxxxxx.xx Waar duaal leren in de kijker wordt gezet | |
Omschrijving | TFTC is verantwoordelijk voor de inhoud van deze website in zijn communicatie naar de buitenwereld. Via de website informeert TFTC een zo groot mogelijke doelgroep over de opleidings- en te- werkstellingsmogelijkheden in de sector. De website wordt regel- matig geactualiseerd. Alle bedrijven die dat willen en alle oplei- dingsverstrekkers worden bovendien op de hoogte gebracht van nieuwigheden en/of veranderingen en/of opleidingsaanbod via de elektronische nieuwsbrief ‘The Training Guide’. Hier vind je ook de actuele opleidingskalender ten behoeve van werkgevers en werknemers, evenals actuele beroepenfilmpjes en promotiefilmpjes. |
Timing | 2021: de website zal worden uitgebreid met Europese Erasmus+ project Educate! dat tot doel heeft om tegen eind 2021 een digitaal leerplatform op te zetten voor de sector van de textielverzorging onder de titel “E-Washboard”. Leerkrachten en leerlingen zullen ook hier hun kennis kunnen toetsen. 2022: de verdere uitbouw van de website, waarbij wij het digitaal leerplatform als ‘kapstok’ kunnen gebruiken om goede praktijk- voorbeelden te plaatsen. Het is inderdaad de bedoeling van het platform om wasserijmedewerkers en leerlingen de kans te geven om zelf video’s te maken van hetgeen zij in de praktijk van een wasserij doen, welke taken zij uitvoeren en op welke manier zij dat doen. |
Betrokken partners | Ook de Belgische Federatie van de Textielverzorging zorgt voor in- put. |
Inspanningsverbintenissen | TFTC vindt het een vanzelfsprekendheid om de belangrijke website steeds up-to-date te houden. |
Actie 2: Bezoeken CLW’s en BuSO in functie van meer programmatie | |
Omschrijving | Persoonlijke contacten blijven wellicht de beste manier om scholen ervan te overtuigen om met de sector ‘in zee te gaan’. Tijdens deze bezoeken kunnen wij aan de scholen/centra ook een zeer duidelijk beeld geven over de sector, de mensen die er in werken en de |
vereisten waaraan zij moeten voldoen. Daarnaast blijven wij ook onze bedrijven bezoeken. Wij zullen steeds aan de werkgevers vra- gen om tijdens het bezoek van leerlingen ook tijd te maken voor toelichting bij de concrete aanwervingsprocedure. Werkgevers ge- ven concrete tips voor de leerlingen bij het solliciteren. Verder wil- len we door het binnenkijken in een bedrijf de jongeren helpen om een gefundeerde keuze te maken, wat hun beroepskeuze, beroeps- domein en werkgever betreft. | |
Betrokken partners | Onderwijsnetten |
Timing | Jaar 2021: 6 CLW’s of BuSO scholen Jaar 2022: 8 CLW’s of BuSO scholen |
Inspanningsverbintenissen | Dit aantal bezoeken willen wij graag respecteren voor de komende twee jaren. |
Actie 3: Niet-erkende ondernemingen informeren | |
Omschrijving | Hoewel wij in de sector reeds 9 erkende bedrijven hebben, is de regionale verspreiding nog niet optimaal. Vooral in Limburg en Vlaams-Brabant zitten nog zwarte vlekken. Er zal geprospecteerd worden in zowel nieuwe bedrijven als bedrijven die in het verleden werden geprospecteerd en toen nog te weinig informatie kregen over het systeem van het duaal leren. De klemtoon zal dus nog meer gelegd worden op duidelijke informatie. De prospecties wor- den opgevolgd door het sectoraal partnerschap. |
Timing: | Wij zouden zowel in 2021 als in 2022 in de provincies waar weinig of geen erkende leerbedrijven zijn minimum 3 prospecties willen uitvoeren. |
Betrokken partners: | Geen |
Inspanningsverbintenissen | Effectieve, goed gedocumenteerde plaatsbezoeken. Systematische rapportering aan het sectoraal partnerschap om de leden mee te betrekken. |
Actie 4: Op het getouw zetten van ontmoetingsdagen met de verschillende onderwijsnetten | |
Omschrijving | Het is op vraag van het sectoraal partnerschap zelf dat de afge- vaardigden van de netten zich hebben geëngageerd om jaarlijks een ontmoetingsdag te organiseren binnen hun eigen net met scholen die ergens interesse zouden kunnen hebben om een oplei- ding textielverzorging in te richten. In tweede instantie zal de sector hier ook de bedrijven bij betrek- ken en zo op lokaal vlak bedrijven en scholen samen te brengen. |
Timing | In 2021 én 2022 liefst één ontmoetingsdag met leerkrachten/direc- ties per onderwijsnet met de bedoeling om toch één nieuwe school te kunnen vinden die bereid is om de opleiding in te richten. |
Betrokken partners | Verantwoordelijken onderwijsnetten, directies, leerkrachten… |
Inspanningsverbintenissen | In 2021 én 2022 liefst één ontmoetingsdag met leerkrachten/direc- ties per onderwijsnet |
2. In beeld brengen van de sector
Actie 1: Uitschrijven van een actieplan om scholen en leerlingen te bereiken. | |
Omschrijving | De sector heeft een verouderd (of zelfs geen) imago. Hoe komt dit, want de sector wordt toch sinds de recente coronacrisis be- schouwd als een essentiële sector voor de veiligheid en de volks- gezondheid? Er moet echter wel iets fundamenteels veranderen, willen we de komende jaren niet met een groter probleem gecon- fronteerd worden. Een beter imago begint bij de eigen medewer- kers. Werkgevers zullen dus het belang van ‘trots zijn op je eigen werk’ moeten benadrukken. Tevens moeten werkgevers de eigen werknemers in staat stellen zich te kunnen ontwikkelen, zodat zij positiever over hun werk zullen praten. Uiteindelijk wordt het ei- gen werk alleen maar leuker als je ook positieve reacties ontvangt. Wij moeten – gezien de leeftijdspiramide van onze sector – drin- gend op zoek gaan naar jonge mensen, van wie de vertegenwoor- diging in de sector op dit ogenblik nog geen 10% bedraagt. Omdat wij voor september 2021 geen nieuwe Centra Leren en Wer- ken en geen nieuwe BuSO scholen moeten verwachten die een op- leiding textielverzorging aanbieden, zal TFTC samen met de hele sector werk maken van een promotieplan dat in 2022 volledig kan uitgerold worden. |
Timing | In 2021 de ontwikkeling van een goed uitgewerkte promotiecam- pagne voor scholen, leerlingen en ondernemingen in de sector van de textielverzorging om door middel van succesverhalen van xxx- xxxxx en zaakvoerders, getuigenissen van jongeren en zaakvoer- ders, sociale media, influencers het beeld van de sector bij te scha- ven en ‘sexy’ te maken. Zie ook bij inspanningsverbintenissen. |
Betrokken partners | Iedereen hierboven vernoemd |
Inspanningsverbintenissen | Een communicatie- en promotieplan opstellen. Het uitwerken van een degelijk plan vraagt heel wat tijd en in- spanning. Er zal samengewerkt moeten worden met een extern bureau dat ervaring heeft met het opstellen van ‘reclamecampag- nes’, want daar gaat het toch eigenlijk over. Met die samenwerking voor ogen moet een brochure/folder/infofiche klaar zijn tegen xxxx 0000, xxxxxx wij de campagne volop kunnen inzetten in 2022. Hierbij denken wij al aan het regionaal samenbrengen van scholen, deelname aan open-deur-dagen, deelname aan regionale ontmoe- tingsdagen tussen scholen en bedrijven enz… Ook de door jonge- ren veel gebruikte digitale media (Messenger, Instagram, Snap- shot…) zullen onderzocht worden op hun mogelijkheden. |
2. Acties met betrekking tot de kwaliteit van werkplekken in het deel- tijds secundair onderwijs
Visie
De sector doet al het mogelijke om werkplekken te creëren en te laten erkennen. De erkende werkplekken worden opgevolgd door plaatsbezoek en ook vanop afstand. Jammer genoeg waren er de voorbije jaren geen lopende stages, door een tekort aan leerlingen, waardoor de bestaande werkplekken wat op hun honger bleven zitten.
De sociale partners zullen de kwaliteit en professionaliteit van het werkplekleren bevorderen door de mentoren te ondersteunen. Er worden hierrond geen nieuwe tools uitgewerkt, het bestaande begeleidingsaanbod zoals die voor de opmaak van competentiegerichte opleidingsprogramma’s, het matchen van vraag en aanbod, de competentie-evaluatietools en de ondersteuning van be- drijfsinterne trainers en mentoren, staat op punt en het is kwestie van dit aanbod efficiënt en breder in te zetten, gericht op de specifieke situatie van mentoren in het duaal leren.
De sector heeft een sectorspecifieke mentoropleiding op punt staan. Iedere nieuwe (en bestaande) mentor is verplicht om deze tweedaagse opleiding te volgen om zijn/haar erkenning als mentor te behalen en/of te behouden. De sector wil ook een opvolgdag organiseren voor bestaande men- toren zodat o.a. de praktijkvoorbeelden gedeeld kunnen worden en de mentoren een opfrissing krijgen van de inhoud van mentorschap. De sector tracht een infomoment te organiseren in 2021 voor de scholen rond de opleidingen textiel duaal.
Het gegeven dat er tot heden weinig of geen effectieve opleidingen in het stelsel van duaal leren hebben plaats gevonden, en dus een gebrek aan goede voorbeelden, heeft er mee voor gezorgd het duaal leren onbekend blijft. Het duaal leren heeft nog geen plaats in het beeld van de sector, van de opleidingsmogelijkheden of van de dienstverlening van TFTC. Duaal leren is nog vaag in de sector en dat is niet bevorderlijk voor een positieve beeldvorming. Dat willen wij veranderen door het duaal leren te promoten in alle geledingen van de sector textielverzorging.
Acties
1. Erkennen van leerwerkplekken
Actie 1: (Her)erkenning van ondernemingen | |
Omschrijving | Deze kwaliteitsactie begint bij het correct informeren van bedrij- ven rond de (her)erkenning van de werkplek en de erkenning van mentoren. We hebben vastgesteld dat er ondernemingen zijn die autonoom hun erkenning in orde brengen, maar dat is niet altijd het geval, zeker niet als het gaat om de kleinere bedrijven, waarvan er in onze sector nog heel veel zijn. Daarom zoeken we naar for- mules om de bedrijven te helpen bij het administratieve werk door bepaalde zaken over te nemen. Een en ander wordt verder op het sectoraal partnerschap afgestemd. De kwaliteit van de leerwerkplekken wordt door ons bepaald aan de hand van volgende factoren: onze kennis van en ervaring met de onderneming, de financiële gezondheid van de onderneming, het engagement dat de onderneming al getoond heeft op gebied |
van opleidingen, de bereidheid van de directie en de mentoren om actief een rol te spelen in de begeleiding van jongeren. Verder zullen wij ook nagaan in hoeverre de accommodatie zelf voldoet aan de vereisten om op een degelijke manier jongeren te ontvangen en of de onderneming mee is met innovaties. Als wij in het kader van het sectorconvenant 2021-2022 ook een non-discri- minatie overeenkomst hebben, staat niets nog in de weg om de kwaliteit bij de start te waarborgen. | |
Timing | In 2021 de ontwikkeling van een goed uitgewerkte informatiefolder voor ondernemingen in de sector van de textielverzorging over het duaal leren en het belang ervan voor de sector. Bij positieve reac- ties er mee voor zorgen dat de onderneming erkend wordt als leer- werkplek. In 2022 verdere inspanningen op dit vlak. |
Betrokken partners | De sector textielverzorging (wellicht) Een extern communicatiebureau Ondernemingen |
Inspanningsverbintenissen | Van zodra een onderneming aangeeft erkend te willen worden als werkplek, zal de sector al het nodige doen om dit in orde te bren- gen (en te houden). |
2. Begeleiden van mentoren
Actie 1: Mentoropleiding updaten en stimuleren | |
Omschrijving | De sector staat in voor het organiseren van de verplichte mentor- opleiding en een extra opvolgdag. Samen met onze externe part- ner IN2LEARNING die de kwalificatie heeft om erkende mentoren af te leveren, werd in 2019 reeds een update gedaan van de oplei- ding, waarin het duaal leren een voorname plaats kreeg. In 2021 gaan wij samen met deze partner de hele opleiding nog eens onder de loep nemen om waar nodig bij te schaven. Wij gaan deze ver- nieuwde versie ook laten evalueren door reeds bestaande mento- ren door hen die opleiding opnieuw te laten volgen. Ook voor de opvolgdag (zie hieronder) wordt het programma nog herbekeken en waar nodig aangepast. Bedrijven uit de sector zijn ook nog te weinig op de hoogte van de zogeheten ‘mentorkorting’ voor erkende mentoren. Ook hierop zal gealludeerd worden in de informatiefolder die wij hierboven in actie 6 beschreven hebben. |
Timing | In 2021 minstens 1 opvolgdag organiseren voor de erkende mento- ren. In 2021 en 2022 de mentoropleiding minimaal 1 keer per jaar inplannen om nog meer mentoren aan te trekken. Kwaliteit van de mentor bepaalt immers voor een groot deel het al dan niet slagen van een stage/opleiding en wij willen – zoals al eerder aangehaald – gemotiveerde jonge mensen aan het werk krijgen in de sector. |
Betrokken partners | Opleidingsverstrekker In2Learning (dat een specifieke, sectorge- richte mentoropleiding heeft gemaakt), ondernemingen. |
Inspanningsverbintenissen | De sector engageert zich om haar bestand van erkende mentoren nauwkeurig in het oog te houden om op die manier te weten te komen of de tot nu toe erkende bedrijven ook nog steeds beschik- ken over een erkende mentor. Zou dit niet het geval zijn omwille van het feit dat een mentor de onderneming bijvoorbeeld verlaten heeft, met pensioen gegaan is enz… dan zal de onderneming in kwestie hiervan zo snel mogelijk op de hoogte gebracht worden en zal er ook meteen gevraagd worden of er nieuwe – geschikte – kandidaten binnen de onderneming zijn die de sectorgerichte mentoropleiding willen/kunnen volgen. |
3. Opvolgen en begeleiden van erkende leerwerkplekken
Actie 1: Begeleiding en motivatie werkplekken | |
Omschrijving | De sector is ervan overtuigd dat ondernemingen uit de sector vol ongeduld aan het wachten zijn op jonge mensen die ‘de stiel’ wil- len leren, wegens een veel te kleine instroom van jonge mensen in de sector en een grote uitstroom van ouderen. Door het gebrek aan leerlingen waren er geen lopende dossiers en bleven erkende werkplekken op hun honger zitten. De sector zal de erkende werk- plekken van nabij opvolgen en begeleiden zodat het opleidingstra- ject van een leerling positief (met indiensttreding) kan afgesloten worden. In het sectoraal partnerschap textielverzorging werd van bij het begin afgesproken dat de sectorconsulent per werkjaar één bezoek zou brengen aan een erkend opleidingsbedrijf. Dat is ook gebeurd, maar op het ogenblik van dit schrijven kan dit niet, omdat het ook geen zin heeft bedrijven die zonder leerlingen zitten te gaan be- zoeken en te motiveren. Het zou bij de directie/zaakvoerder ook verkeerd overkomen om nu zaken te gaan beloven die wij mis- schien niet (hopelijk wel…) in de praktijk kunnen brengen. |
Timing | Timing is zoals hierboven gezegd totaal afhankelijk van het feit of wij al dan niet scholen en leerlingen kunnen overtuigen om voor een job in de wasserijen, droogkuiszaken… te kiezen. |
Betrokken partners | Ondernemingen uit de sector |
Inspanningsverbintenissen | Xxx xxxxx een leerling begint aan de opleiding ‘medewerker tex- tielverzorger’, zal de sector er alles aan doen om zowel de leer- ling(en), de school of het CLW en de geïnteresseerde bedrijven te (blijven) motiveren. De erkende leerwerkplek zal zowel van nabij (persoonlijk bedrijfsbezoek) als vanop afstand (telefoon, e-mail) opgevolgd en begeleid worden. |
4. Inzetten op samenwerking/kennisdeling tussen onderwijs- en werkpartners
Actie 1: Infomoment voor scholen | |
Omschrijving | De sector zal trachten een infomoment te organiseren in 2021 voor de scholen/CLW’s rond de opleidingen textiel duaal. In principe hadden wij reeds een afspraak voor 2020 met de koepels van het Gemeenschapsonderwijs en het Katholiek Onderwijs om zo’n info- dag voor geïnteresseerde scholen te organiseren. Helaas strooide de alom gekende crisis roet in het eten. Wij hebben inmiddels de officieuze bevestiging gekregen van beide koepels dat – indien de situatie het toelaat – dit initiatief in 2021 terug op het getouw gezet kan worden. |
Timing | Ontwikkelen van een goed uitgewerkte folder voor scholen en een eerste infomoment in 2021. Verdere uitrol in 2022. |
Betrokken partners | Scholenkoepels, Centra voor Leren en Werken, Sectoraal Partner- schap Textielverzorging. |
Inspanningsverbintenissen | Zodra mensen uit de bedrijfswereld, scholen, scholenkoepels elkaar opnieuw in “real life” mogen en kunnen ontmoeten, wil de sector de draad terug oppikken om een eerste infomoment te organise- ren. Xxxxxx moest dit door de alom gekende crisis uitgesteld wor- den. |
3. Acties naar het hoger en volwassenenonderwijs
Visie
Helaas is er noch in het hoger-, noch in het volwassenenonderwijs enig spoor te bekennen van een opleiding die toeleidt naar de sector textielverzorging. De sector zelf ziet op korte en mid- dellange termijn ook hier geen opportuniteiten of zelfs mogelijkheden zitten. Wij hebben verder ook geen opleidingstrajecten voor hoger- of volwassenenonderwijs.
Gezien de massa werk die TFTC te wachten staat voor het terug op gang brengen van het deeltijds beroepssecundair onderwijs en het Buitengewoon Secundair Onderwijs wordt een mo- gelijke samenwerking met het volwassenenonderwijs nu als verkenning bekeken. Zoals hieron- der vermeld in actie 10 zullen wij ter gelegenheid van ontmoetingsdagen met de onderwijsnetten ook het volwassenenonderwijs uitnodigen en bekijken of er enige interesse is. Indien positief, is de sector zeker bereid om ook naar dit soort onderwijs initiatieven te nemen.
Het volwassenenonderwijs wordt nu toch vooral gekenmerkt door opleidingen die meer passen in de ‘vrijetijd’ of in de ‘hobby’sfeer. Indien professionalisering hier een plaats krijgt, is de sector vragende partij, maar dat wij in deze fase van het terug op gang brengen van het duaal leren in de sector van de textielverzorging de kat uit de boom kijken en niet (kunnen) ingaan op mogelijke opportuniteiten van het volwassenenonderwijs is gewoon een kwestie van prioritei- ten stellen.
Er is wel een degelijk alternatief op komst (zie het sectorconvenant 2021-2022) namelijk het E- learning platform ‘E-washboard’ waar de sector bij monde van FBT en TFTC een zeer voorname rol in speelt en waar volwassenen, al dan niet actief in de sector:
1. Hun kennis kunnen polsen
2. Leren of een job in de sector op hun maat is
Acties
Actie 10: Op het getouw zetten van ontmoetingsdagen met de verschillende onderwijsnetten… ook voor het volwassenenonderwijs | |
Omschrijving | Het is op vraag van het sectoraal partnerschap zelf dat de afge- vaardigden van de netten zich hebben geëngageerd om jaarlijks een ontmoetingsdag te organiseren binnen hun eigen net met scholen die ergens interesse zouden kunnen hebben om een oplei- ding textielverzorging in te richten. TFTC volgt de Vlaamse beleidsvoorbereiding op, werkt mee aan onderzoek en bevragingen, en kijkt uit naar de bevindingen van de proeftuinen. Omdat er een BK ontwikkeld is, zal er ter gelegenheid van zo’n ontmoetingsdag ook contact gezocht worden met het volwasse- nenonderwijs. |
Timing | In 2021 én 2022 liefst één ontmoetingsdag met leerkrachten/direc- ties per onderwijsnet met de bedoeling om toch één nieuwe school te kunnen vinden die bereid is om de opleiding in te richten. |
Betrokken partners | Verantwoordelijken onderwijsnetten, directies, leerkrachten… |
Inspanningsverbintenissen | In 2021 én 2022 liefst één ontmoetingsdag met leerkrachten/direc- ties per onderwijsnet |
Rode draden
Intersectorale samen- werking | Deelname Klankbordgroep sectoren georganiseerd door DWSE. Voor het overige kunnen wij enkel maar uitkijken naar samen- werking met andere sectoren (vooral uit de textielpijler) als er terug scholen zijn met een opleiding naar de textielverzorging. |
Acties als gevolg van de impact van co- rona (relance toets) | Het einde van de coronacrisis is op dit ogenblik nog lang niet in zicht. De sociale partners zijn onzeker over het vormingsbeleid op korte termijn. Diezelfde onzekerheid is er ook in vrijwel alle ondernemingen uit de sector en remt momenteel de initiatieven die wij zouden willen nemen. De sectorale dienstverlening staat onder druk door de verminderde sectorale inkomsten (17% over de eerste twee kwartalen van 2020) en de focus van de meeste bedrijfsleiders ligt nu bij het aanpakken van dagdagelijkse pro- blemen en de strijd om te overleven in deze coronacrisis. In het licht van de huidige crisis weten wij ook niet of zaakvoer- ders op korte termijn hun bedrijven (eenmaal ze terug draaien op voldoende capaciteit) zullen openstellen voor leerwerkplek- ken en niet eerder al hun energie zullen steken in het behoud van hun huidig werknemersaantal. De sector zal dus naast de inspanningen om nieuwe scholen te vinden (bijna) parallel be- drijven terug moeten ‘warm maken’ om leerlingen een gedegen en goed voorbereide kans te geven. |
Acties die bijdragen tot het optimaliseren/ ver- nieuwen van de wer- king | - De prospecties en de mentoropleidingen zijn twee opdrachten die vanuit de sector reeds sinds de oprichting van het sectoraal partnerschap in 2016 worden opgenomen. Ze zijn dus niet nieuw. Maar dit neemt niet weg dat we ook de organisatie van de prospecties en de mentoropleidingen voortdurend evalueren. - Het uitschrijven van een actieplan om scholen en leerlingen te bereiken via een uitgewerkte brochure, good practices van be- drijven, succesverhalen van jongeren, getuigenissen, sociale me- dia, influencers enz…. |
Resultaatsverbintenissen
Resultaatsverbintenis | 2021 | 2022 |
Aantal plaatsbezoeken (per jaar) in het kader van erkenning en opvolging van leerwerkplek- ken | Minstens 9 bij erkende bedrijven. | Minstens 9 bij erkende bedrijven. |
Aantal telefonische contacten (per jaar) in het kader van erkenning en opvolging van leer- werkplekken | Minstens 2 | Minstens 2 |
Aantal op te volgen mentoren | 25 (<45) |
Ook ‘virtuele’ bezoeken kunnen in rekening gebracht worden. Dit zijn online vergaderingen van een 2-tal uur. Deze virtuele bezoeken tellen voor 1/4de werkdag (twee virtuele bezoeken staan dus gelijk aan 1 plaatsbezoek). Tijdens periodes waarin het omwille van wettelijke restricties op het vlak van de pandemie covid-19 crisis niet mogelijk is om fysiek langs te gaan op de werkplek, staat een virtueel bezoek gelijk aan een plaatsbezoek (telt dus 1/2de werkdag).
Budgetcategorieën
Budgetcategorie 1
Geen categorie : < 100 werkdagen
Budgetcategorie 2
Inschaling categorie:
Geen categorie : < 45 mentoren
Algemene bepalingen inzake financiering, beëindiging, wijziging, evaluatie, controle en toezicht van de overeenkomst
Financiering
Twintig procent van het in artikel 1 vermelde bedrag wordt uitbetaald in zoverre de resultaats- verbintenissen zijn behaald. Als een resultaatsverbintenis niet wordt behaald, wordt de twintig procent a rato van het aantal behaalde resultaatsindicatoren uitbetaald.
Beëindiging
Het addendum wordt afgesloten voor een periode van 2 jaar. Het addendum kan niet stilzwij- gend worden verlengd.
Het addendum eindigt hetzij bij het verstrijken van de looptijd, hetzij bij onderlinge overeen- komst tussen de partijen, hetzij door opzegging. De partijen kunnen op elk moment het ad- dendum opzeggen, mits ze een opzegtermijn van 6 maanden in acht nemen. De kennisgeving van de opzegging gebeurt per aangetekende brief. De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de eerste werkdag na de kennisgeving. Het addendum kan door de Vlaamse Regering worden beëindigd zonder inachtname van een opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding als het algemeen belang dat in buitengewone omstandig- heden vereist. Als bij de evaluatie door het departement Werk en Sociale Economie wordt vastgesteld dat de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties op ernstige wijze tekortschieten in de verwezenlijking van de beoogde doelstellingen, kan de Vlaamse Regering het addendum eenzijdig beëindigen zonder opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding.
Evaluatie
Het departement Werk en Sociale Economie voorziet richtlijnen voor de inhoudelijke en finan- ciële rapportage. Bij de opvolgingsmomenten en evaluaties wordt nagegaan of de aangegane verbintenissen ook effectief zijn bereikt.
Controle en toezicht
De sociaalrechtelijke inspecteurs van het departement Werk en Sociale Economie zijn belast met het toezicht op de naleving van de bepalingen van deze overeenkomst.
Opgemaakt in drie originele exemplaren waarvan elke partij een exemplaar ontvangt te Brussel op
Namens de Vlaamse Regering,
De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw,
Xxxxx XXXXXXX
De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand,
Xxx XXXXX
Namens de sociale partners van de sector Textielverzoring, met als vertegenwoordigers voor de werkgevers:
Xxxxxxx Xxx XXXXX XXXXXXXXX, Directeur FBT
De Xxxx Xxxxxx XXXXX, Voorzitter FBT
en met als vertegenwoordigers voor de werknemers:
Xxxxxxx Xxxxxxxx XXXXX, Xxxxxxxx secretaris Algemene Centrale ABVV
Xxxxxxx Xxxxxxxx XXXXXXX, Algemeen Secretaris ACV METEA, Voorzitter Gemeenschappelijk Fonds
De xxxx Xxxx XX XXXXX,
Nationaal sectoraal verantwoordelijke ACLVB