Aanvullend reglement
Aanvullend reglement
Aanvullend reglement 1
WIA-excedentpensioen geldend vanaf 1 januari 2023
Op grond van het Reglement, hebben de Werkgever en de bij hem in dienst zijnde Deelnemers in gezamenlijk overleg de mogelijkheid om, naast de Verplichte pensioenregeling van het Fonds, de in het Reglement (WIA-excedentpensioen) omschreven collectieve aanvullende regeling te verzekeren bij het Fonds.
In aanvulling op dan wel in afwijking van het Reglement geldt dit Aanvullend reglement.
1. In dit Aanvullend reglement zijn de definities van het Reglement van toepassing, tenzij anders vermeld in lid 2 van dit artikel.
2. In aanvulling op dan wel in afwijking van het Reglement worden in dit Aanvullend reglement aangemerkt als:
a. Aanvullende pensioengrondslag:
Het Pensioengevend salaris verminderd met het Maximum WIA-loon;
b. Aanvullende regeling:
De in dit Aanvullend reglement beschreven pensioenregeling betreffende de verzekering van een WIA-excedentpensioen;
c. Arbeids(on)geschikt(heid):
De arbeids(on)geschiktheid als bedoeld onder f en m;
d. Deelnemer:
Degene die als Werknemer deelnemer is aan de pensioenregeling van het Fonds, die (vrijwillig) verzekerd is voor de WIA en die een Aanvullende pensioengrondslag heeft;
e. Gedeeltelijk arbeidsgeschikt
Gedeeltelijk arbeidsgeschikt is hij die als rechtstreeks en objectief medisch vast te stellen gevolg van ziekte, gebrek, zwangerschap of bevalling slechts in staat is met arbeid ten hoogste 65% te verdienen van het maat-maninkomen per uur, doch die niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is. De mate van arbeidsgeschiktheid wordt vastgesteld door het UWV;
f. Maatmaninkomen:
Hetgeen gezonde personen met soortgelijke opleiding en ervaring, ter plaatse waar hij arbeid verricht of het laatst heeft verricht, of in de omgeving daarvan met arbeid gewoonlijk verdienen;
g. Maximum WIA-loon:
Het tot een jaarbedrag herleide maximum uitkeringsdagloon per 1 januari van enig jaar ingevolge de WIA;
h. Pensioengerechtigde:
De (Gewezen) Deelnemer van wie het WIA-excedentpensioen is ingegaan;
i. Pensioengevend salaris:
Het salaris als omschreven in het Reglement waarbij voor de deeltijdwerker het pensioengevend salaris dat behoort bij het overeengekomen aantal arbeidsuren per week wordt aangehouden;
j. Reglement:
Het Pensioenreglement van het Fonds zoals laatstelijk gewijzigd per 1 januari 2023;
k. Uitvoeringsovereenkomst:
De schriftelijke vastlegging tussen de Werkgever en het Fonds van de onderbrenging van de Aanvullende regeling;
l. Volledig en duurzaam arbeidsongeschikt:
Volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is hij die als rechtstreeks en objectief medisch vast te stellen gevolg van ziekte, gebrek, zwangerschap of bevalling duurzaam slechts in staat is om met arbeid ten hoogste 20% te verdienen van het maatmaninkomen per uur. Onder duurzaam wordt verstaan een medisch en arbeidskundig stabiele of verslechterende situatie. Onder duurzaam wordt mede verstaan een medisch en arbeidskundige situatie waarbij op lange termijn een geringe kans op herstel bestaat. Het UWV stelt vast of een werknemer volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is;
m. Wachttijd:
De wachttijd als bedoeld in artikel 23 van de WIA;
o. Werkgever:
De Werkgever die een Uitvoeringsovereenkomst betreffende WIA-excedentpensioen met het Fonds heeft gesloten;
p. Werknemer:
De persoon die een rechtsgeldige arbeidsovereenkomst heeft met de Werkgever;
q. WIA:
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen;
r. WIA-excedentpensioen:
Een tijdelijke uitkering, die in geval van Arbeidsongeschiktheid van de Deelnemer aan de Deelnemer wordt uitgekeerd. De uitkering is een arbeidsongeschiktheidspensioen in de zin van artikel 1 van de Pensioenwet.
Artikel 2 Algemeen
1. In dit Aanvullend reglement gelden de bepalingen van het Reglement, tenzij in dit Aanvullend reglement nadrukkelijk anders is bepaald. Voor situaties waarin dit Aanvullend reglement niet voorziet, is derhalve het bepaalde in het Reglement van toepassing.
2. Eventuele verhoging en verlaging van de in dit Aanvullend reglement verzekerde pensioenen vindt
plaats conform het Reglement.
3. Tijdens ouderschapsverlof blijft de dekking en financiering ongewijzigd in stand. Het Fonds is geen bijdrage verschuldigd volgens dit Aanvullend reglement.
Artikel 3 Aanvang en einde van de deelname
1. De deelname aan deze Aanvullende regeling vangt aan indien en zodra het Pensioengevend salaris van de Werknemer hoger is dan het Maximum WIA-loon doch niet eerder dan de dag dat de tussen Werkgever en Fonds gesloten Uitvoeringsovereenkomst in werking is getreden.
2. De deelname eindigt op het vroegste van de volgende tijdstippen:
a. de dag voorafgaande aan het einde van de arbeidsovereenkomst tussen Werkgever en Deelnemer;
b. de dag dat de Deelnemer geen Aanvullende pensioengrondslag meer heeft;
c. de dag direct voorafgaande aan de maand waarin de Deelnemer recht krijgt op een AOW- uitkering;
d. de Pensioeningangsdatum van dat deel van het ingegane ouderdomspensioen;
e. zodra de Uitvoeringsovereenkomst eindigt;
f. op een door het Fonds te bepalen tijdstip indien de premie niet tijdig is voldaan.
Artikel 4 Vaststelling Aanvullende pensioengrondslag
De Aanvullende pensioengrondslag van de Deelnemer wordt vastgesteld op de datum van opname in deze WIA-excedentpensioenregeling en op basis van het Pensioengevend salaris bedoeld in de Verplichte pensioenregeling dat geldt op de datum van opname in deze WIA-excedentpensioenregeling. De Aanvullende pensioengrondslag van de Deelnemer wordt vervolgens zolang de deelneming voortduurt, herzien per:
a. 1 januari van elk jaar;
b. de datum waarop aan de Werknemer een variabel salarisbestanddeel wordt uitgekeerd, maar alleen voor zover dit het variabel salarisbestanddeel betreft;
c. de datum waarop de Deelnemer een nieuwe functie aanvaardt.
Het bepaalde onder b) geldt alleen als het variabele salarisbestanddeel behoort tot het Pensioengevend salaris. Als de Deelnemer pensioen opbouwt over een Incidenteel variabel salarisbestanddeel, dan wordt het variabel salarisbestanddeel geacht te zijn uitgekeerd per 1 januari van het jaar volgend op het uitkeren.
Artikel 5 Recht op WIA-excedentpensioen
1. De Deelnemer of Gewezen Deelnemer die Arbeidsongeschikt wordt heeft recht op een WIA- excedentpensioen mits hij op de eerste dag van de Wachttijd Deelnemer in de Aanvullende regeling was. Een eventuele beëindiging van de deelneming na de eerste dag van de Wachttijd verhindert de toekenning van WIA-excedentpensioen dus niet.
2. Aan de Deelnemer of Gewezen Deelnemer die na het einde van de Wachttijd door het UWV minder
dan 35% arbeidsongeschikt wordt verklaard, maar binnen vier weken alsnog meer dan 35% arbeidsongeschikt wordt verklaard, wordt, met ingang van de dag waarop hij alsnog meer dan 35% arbeidsongeschikt wordt verklaard, alsnog een WIA-excedentpensioen toegekend.
3. Er bestaat geen recht op WIA-excedentpensioen voor de Deelnemer of Gewezen Deelnemer die
zich bij de aanvang van de deelneming in de Wachttijd bevond. Deze uitsluiting is niet meer van toepassing vanaf het moment dat de Deelnemer of Gewezen Deelnemer zijn Wachttijd zodanige tijd heeft onderbroken dat door het UWV hernieuwde ongeschiktheid tot werken in de vorm van een nieuwe (eerste) ziektedag wordt vastgesteld.
4. Er bestaat geen recht op WIA-excedentpensioen voor de Deelnemer of Gewezen Deelnemer die
bij aanvang van de deelneming al een WIA-uitkering ontvangt. Ook een vermeerdering van de Arbeidsongeschiktheid leidt niet tot een WIA-excedentpensioen. Deze uitsluiting is niet meer van toepassing vanaf het moment dat de WIA-uit-kering ten minste vier weken is ingetrokken omdat de Deelnemer of Gewezen Deelnemer minder dan 35% arbeidsongeschikt is geworden.
Artikel 6 Hoogte WIA-excedentpensioen
1. De hoogte van het WIA-excedentpensioen wordt vastgesteld aan de hand van het door het UWV voor de Deelnemer vastgestelde arbeids(on)geschiktheidspercentage volgens de volgende tabel:
Arbeidsongeschiktheidspercentage | Uitkeringspercentage WIA-excedentpensioen |
0 tot 35% | 0% |
35 tot 45% | 40% |
45 tot 55% | 50% |
55 tot 65% | 60% |
65 tot 80% | 72,5% |
80 tot 100% | 100% |
2. Het WIA-excedentpensioen bedraagt 70/75/80% van de laatstelijk vastgestelde Aanvullende pensioengrondslag voorafgaand aan de aanvang van de Eerste ziektedag verhoogd met de loonindex tot de ingangsdatum van het WIA-excedentpensioen maal het uitkeringspercentage bij de arbeidsongeschiktheidsklasse waarin betrokkene is ingedeeld.
3. Indien een verandering (zowel een verhoging als een verlaging) optreedt in de mate van
arbeids(on)geschiktheid van een Pensioengerechtigde die van zodanige aard is dat één van de andere hierboven vermelde uitkeringspercentages van toepassing wordt, vindt aanpassing van de uitkering aan het nieuwe uitkeringspercentage plaats vanaf de datum waarop het nieuwe arbeids- ongeschiktheidspercentage van kracht is geworden.
4. Als het arbeidsongeschiktheidspercentage lager wordt dan 35% dan eindigt het WIA- excedentpensioen per einde van de maand waarin de WIA-uitkering eindigt. Als echter het UWV de WIA-uitkering binnen vier weken weer toekent aan de voorheen Pensioengerechtigde, dan wordt het WIA-excedentpensioen ook weer toegekend vanaf dezelfde datum aan de hand van het dan geldende arbeidsongeschiktheidspercentage.
Artikel 7 Ingang en einde van het WIA-excedentpensioen
1. Het WIA-excedentpensioen gaat in op dezelfde dag als waarop de WIA-uitkering van de Deelnemer of Gewezen Deelnemer ingaat. De Wachttijd dient derhalve eerst doorlopen te zijn alvorens aanspraak gemaakt kan worden op uitkering van het WIA-excedentpensioen.
2. Toekenning van WIA-excedentpensioen geschiedt door het Fonds op schriftelijke aanvraag door of
vanwege de Deelnemer of Gewezen Deelnemer onder de bijvoeging van de door het Fonds nodig geoordeelde stukken, onverminderd het in artikel 9 bepaalde. Het Fonds is bevoegd een WIA- excedentpensioen eigener beweging toe te kennen, indien de aanvraag om WIA-excedentpensioen achterwege is gebleven.
3. Het jaarlijks WIA-excedentpensioen wordt uitgekeerd in maandelijkse termijnen, voor het eerst aan
het ein-de van de kalendermaand, waarin het is ingegaan. Elke maandelijkse termijn bedraagt 1/12 van het jaarlijkse WIA-excedentpensioen, dat in een veelvoud van 12 cent naar boven zal worden afgerond.
4. Het WIA-excedentpensioen eindigt:
a. per einde van de maand bij het overlijden van de Pensioengerechtigde;
b. per einde van de maand bij daling van het arbeidsongeschiktheidspercentage tot onder de 35%. Als echter het UWV de WIA-uitkering binnen vier weken weer toekent aan de voorheen
Pensioengerechtigde, dan wordt het WIA-excedentpensioen ook weer toegekend vanaf dezelfde datum aan de hand van het dan geldende arbeidsongeschiktheidspercentage;
c. voor WIA-excedentpensioenen die zijn ingegaan vóór 1 januari 2014:
op de laatste dag van de maand voorafgaande aan de maand waarin de Pensioengerechtigde 65 jaar wordt;
d. voor WIA-excedentpensioenen die zijn ingegaan in 2014, maar uiterlijk op 31 december 2018:
op de laatste dag van de maand voorafgaande aan de maand waarin de Pensioengerechtigde de op de ingangsdatum van het WIA-excedentpensioen voor hem geldende aow-datum bereikt;
e. voor WIA-excedentpensioen die zijn ingegaan in 2019:
op de laatste dag van de maand voorafgaande aan de maand waarin de Pensioengerechtigde de voor hem geldende aow-datum bereikt, maar uiterlijk op de dag dat de Pensioengerechtigde 71 jaar en 6 maanden wordt;
f. voor WIA-excedentpensioenen die zijn ingegaan in 2020, 2021 of 2022:
op de laatste dag van de maand voorafgaande aan de maand waarin de Pensioengerechtigde de voor hem geldende aow-datum bereikt, maar uiterlijk op de dag dat de Pensioengerechtigde 69 jaar en 6 maanden wordt;
g. voor WIA-excedentpensioenen die zijn ingegaan in 2023 of later:
op de laatste dag van de maand voorafgaande aan de maand waarin de Pensioengerechtigde de voor hem geldende aow-datum bereikt, maar uiterlijk op de dag dat de Pensioengerechtigde 70 jaar wordt;
h. indien de betrokken Deelnemer of Pensioengerechtigde niet voldoet aan de op hem rustende
verplichtingen ingevolge het bepaalde in artikel 9.
Bovengenoemde opsomming geldt naast de voorwaarde van het recht hebben op een WIA-uitkering.
Artikel 8 Verzekering van de pensioenen
Ter dekking van het in dit Aanvullend reglement in het uitzicht gestelde WIA-excedentpensioen sluit de Werkgever een Uitvoeringsovereenkomst met het Fonds.
Artikel 9 Verplichtingen van de Deelnemer en Pensioengerechtigde
1. De Deelnemer/Pensioengerechtigde is verplicht om desgevraagd zich te onderwerpen aan een medisch onderzoek en/of het Fonds te machtigen informatie op te vragen bij de huisarts en/of behandelende geneesheren en/ of uitvoeringsorganen van de sociale verzekeringswetten.
2. De Deelnemer/Pensioengerechtigde is verplicht alles na te laten wat zijn/haar revalideren kan
belemmeren of verhinderen en te doen hetgeen deze kan bevorderen.
3. De Deelnemer/Pensioengerechtigde die niet meer onder geneeskundige behandeling staat is verplicht zich op verzoek van het Fonds opnieuw onder zodanige behandeling te stellen.
4. Aan de op basis van dit Aanvullende reglement verzekerde pensioen liggen mede ten grondslag de door of namens de Werkgever en de Deelnemer/Pensioengerechtigde verstrekte schriftelijke inlichtingen.
5. De Deelnemer/Pensioengerechtigde is verplicht aan het Fonds tijdig alle inlichtingen te verstrekken, alsmede de bescheiden te overleggen, waarvan de verstrekking respectievelijk overlegging door het Fonds nodig geacht wordt om tot een beoordeling van het recht op uitkering te komen en overigens voor een goede uitvoering van de Uitvoeringsovereenkomst.
6. Indien blijkt dat als gevolg van het verstrekken van onjuiste gegevens aan het Fonds, bij het
verzekeren van de aanvullende pensioentoezeggingen van een onjuiste leeftijd van de Deelnemer of onjuiste salarisbestanddelen is uitgegaan, waardoor een te lage premie werd overeengekomen, wordt de uitkering uit hoofde van dit Aanvullende reglement herberekend op basis van de juiste gegevens. Daarbij wordt rekening gehouden met de betaalde en nog te betalen premies. Is als gevolg van een onjuiste opgave te veel premie betaald, dan wordt het te veel betaalde, na aftrek van administratiekosten aan de Werkgever terugbetaald.
7. Onjuiste of onvolledige gegevens welke van dien aard zijn dat het Fonds de deelneming ten aanzien
van de betrokken deelnemer niet op de afgesloten of op afwijkende voorwaarden zou hebben aanvaard waren de juiste gegevens op het tijdstip van aanvang van de deelneming het Fonds bekend geweest, kan de deelneming voor de betrokken Deelnemer van de aanvang af ongeldig maken.
8. De Deelnemer/Pensioengerechtigde is verplicht een wijziging in de voor de verzekering van de
pensioenaanspraken uit hoofde van dit Aanvullend reglement van belang zijnde gegevens onverwijld schriftelijk aan het Fonds mede te delen. Wijzigingen treden eerst in werking nadat het Fonds deze heeft geaccepteerd.
Artikel 10 Uitsluitingen
1. Het Fonds kan een uitkering van WIA-excedentpensioen geheel of gedeeltelijk en tijdelijk of blijvend weigeren indien de Deelnemer binnen een halfjaar na aanvang van de deelneming zijn werkzaamheden geheel of gedeeltelijk staakt wegens ziekte en de gezondheidstoestand van de Deelnemer dit ten tijde van aanvang van de deelneming kennelijk mocht doen verwachten. De
hiervoor bedoelde periode van een halfjaar wordt verminderd met de periode waarover de Deelnemer direct voorafgaand aan de deelneming in het Fonds bij een andere pensioenuitvoerder op een vergelijkbaar niveau dekking had voor hetzelfde risico.
2. Er bestaat geen recht op uitkering of verhoging van een reeds bestaande uitkering van WIA- excedentpensioen voor Arbeids(on)geschiktheid direct of indirect veroorzaakt, bevorderd of verergerd door
- opzet of grove schuld van de Deelnemer; onder opzet van de Deelnemer wordt mede verstaan poging tot zelfdoding;
- deelname van de Deelnemer aan enige niet-Nederlandse gewapende dienst;
- gewapende conflict, burgeroorlog, opstand, binnenlandse onlusten, oproer of muiterij, tenzij de Deelnemer bewijst dat de arbeidsongeschiktheid hierdoor noch direct, noch indirect is ontstaan, bevorderd of verergerd. De zes genoemde vormen van molest, alsmede de definities daarvan vormen een onderdeel van de tekst die door het Verbond van Verzekeraars in Nederland is gedeponeerd
op 2 november 1981 ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te ’s- Gravenhage onder nummer 136/1981;
- atoomkernreacties of radioactiviteit, tenzij toegepast bij medische behandeling van de Deelnemer;
- terrorismerisico.
3. Onder terrorismerisico wordt verstaan: (handelingen of gedragingen ter voorbereiding van) terrorisme, kwaadwillige besmetting of preventieve maatregelen. Deze omschrijvingen zijn ontleend aan het clausuleblad terrorismedekking bij de NHT en zijn in bijlage I bij dit reglement opgenomen.
4. Bij verhoging van het voor de Deelnemer verzekerde WIA-excedentpensioen als gevolg van
verhoging van het Pensioengevend salaris met meer dan 20% of meer dan € 10.000,- ten opzichte van het laatstelijk voor de Deelnemer vastgestelde Pensioengevend salaris, bestaat bij intreden van de Arbeidsongeschiktheid in de eerste drie jaren na de verhoging, geen recht op uitkering van het WIA-excedentpensioen dat voortvloeit uit het meerdere van de salarisstijging, tenzij de Deelnemer ten genoegen van het Fonds aantoont dat de arbeidsongeschiktheid het gevolg is van een niet
op de ingangsdatum van de verhoging bestaande ziekte, kwaal of gebrek. Een verhoging van het Pensioengevend salaris die plaats vindt in de Wachttijd wordt niet mee in aanmerking genomen, tenzij deze verhoging voortvloeit uit een salarisverhoging overeenkomstig de algemene loonronden in de CAO van de Metalektro tot maximaal 3% per jaar. Bij een gedeeltelijk arbeidsgeschikte Deelnemer geldt de bepaling in de vorige volzin naar de mate van Arbeids(on)geschiktheid.
5. Voor de Deelnemer waarvoor bij het Fonds reeds een WIA-excedentpensioen is of was verzekerd
onder verzwarende omstandigheden zoals uitsluitingen of verhoging van verschuldigde premies, blijven deze verzwarende omstandigheden van toepassing ook indien de Deelnemer wordt aangemeld voor de verzekering van WIA-excedentpensioen conform dit Aanvullend reglement c.q. een bestaande verzekering verhoogt.
Artikel 11 Financiering
1. De financiering van de in dit Aanvullende Reglement omschreven pensioenen vindt plaats tegen jaarpremies. De jaarpremie van de Deelnemer wordt vastgesteld op basis van hetgeen in de Uitvoeringsovereenkomst hieromtrent is bepaald. De premie wordt door de Werkgever aan het Fonds voldaan.
2. Van de premie kan een tussen de Deelnemer en de Werkgever overeengekomen deel ten laste van de
Deelnemer als eigen bijdrage voor de aanvullende regeling voor het WIA-excedentpensioen komen. Bij deeltijdarbeid wordt de eigen bijdrage berekend rekening houdende met de deeltijdfactor.
3. De eigen bijdrage wordt in gelijke delen ingehouden op het periodieke salaris van de Deelnemer.
Artikel 12 Premievrijstelling bij
Arbeidsongeschiktheid
Ingeval van Arbeidsongeschiktheid is over het deel dat de Deelnemer Arbeidsongeschikt is, naar rato van het uitkeringspercentage zoals vermeld in artikel 6 lid 1, geen premie verschuldigd.
Artikel 13 Wijzigingsbevoegdheid
van de Werkgever
1. De Werkgever behoudt zich het recht voor de pensioenovereenkomst met betrekking tot WIA- excedentpensioen zoals beschreven in dit Aanvullend reglement zonder instemming van de Deelnemer te wijzigen of te beëindigen. Wijzigingen kunnen slechts gelden ten aanzien van de hoogte van de dekking (70%, 75% of 80%) zoals bedoeld in artikel 6 lid 2 en ten aanzien van de eigen bijdrage van de Deelnemer zoals bedoeld in artikel 11 lid 2.
2. De Werkgever kan slechts van de bevoegdheid op grond van lid 1 gebruik maken in geval van een
ingrijpende wijziging van omstandigheden, zoals:
a. de sociale verzekeringswetgeving, de fiscale wetgeving of de pensioenwetgeving, worden zodanig ingrijpend en anders dan incidenteel of tijdelijk gewijzigd, dat de opzet van de pensioenovereenkomst teniet wordt gedaan dan wel ernstig wordt aangetast;
b. de Werkgever na een afwijzende beschikking op een daartoe door de Werkgever ingediend
dispensatie-verzoek verplicht wordt zich voor de Deelnemer aan te sluiten bij een ander bedrijfstakpensioenfonds of een beroepspensioenregeling, dan wel indien de rechten voortvloeiend uit de deelneming aan genoemde regelingen zodanig worden uitgebreid of verhoogd dat daardoor wijziging of beëindiging van de pensioenregeling naar het oordeel van de Werkgever verantwoord is;
c. de financiële positie van de Werkgever de uitgaven terzake van de Aanvullende
pensioenregeling niet meer toelaat.
3. Indien de Werkgever voornemens is tot uitoefening van de bevoegdheid op grond van het in lid 1 van dit artikel bedoelde voorbehoud over te gaan, zullen de Deelnemers alsmede het Fonds hiervan onverwijld schriftelijk in kennis worden gesteld.
Artikel 14 Derdenverhaal
Het Fonds kan bepalen, dat een recht op WIA-excedentpensioen vervalt indien de Arbeids(on) geschiktheid, op grond waarvan het recht op WIA-excedentpensioen ontstaat, is veroorzaakt door een derde op een zodanige wijze, dat de Deelnemer een recht op schadevergoeding kan doen gelden tegenover deze derde. In dat geval zullen aan de betreffende Deelnemer voorschotten op de van de
derde te ontvangen schadevergoeding worden verstrekt, overeenkomende met de uitkeringen van het WIA-excedentpensioen waarop de Deelnemer krachtens deze WIA-excedentpensioen regeling recht zou hebben, mits de Deelnemer al zijn rechten die hij ter zake van de Arbeidsongeschiktheid tegen de derde heeft aan het Fonds cedeert, tot het beloop van de te ontvangen voorschotten, en verder alles doet dat nodig is tot het behoud van zijn rechten tegenover de derde, daaronder begrepen het verstrekken van inlichtingen aan het Fonds en het verlenen van medewerking in en buiten rechte bij het verhalen van zijn schade op de derde.
Artikel 15 Overige bepalingen
1. Op dit Aanvullend reglement zijn de bepalingen van de Pensioenwet van toepassing.
2. Zodra de Werknemer een loon heeft boven het Maximum WIA-loon en zijn Werkgever heeft een Uitvoeringsovereenkomst gesloten met het Fonds, start de deelname van deze Werknemer aan deze Aanvullende regeling. Als de Werknemer pas op een later moment alsnog wenst deel te nemen aan dit Aanvullende reglement, dan stelt het Fonds aanvullende eisen voor de deelname. In dat geval is acceptatie afhankelijk van een door de Werknemer in te vullen gezondheidsverklaring en/of medische keuring van de Werknemer. Het Fonds kan op basis van de uitkomst van de gezondheidsverklaring en/ of medische keuring de deelname aan de Aanvullende regeling weigeren of de deelname toestaan tegen een verhoogde premie en/of een van de regeling afwijkende dekking.
3. Indien de in lid 2 bedoelde gezondheidsverklaring daartoe aanleiding geeft, kan een geneeskundig
onderzoek plaatsvinden. Op grond van de bedoelde medische gegevens brengt de medisch adviseur advies uit aan het Fonds omtrent de acceptatie van de betrokken Deelnemer. De kosten van een dergelijk onderzoek komen voor rekening van het Fonds.
4. Het Fonds is alsdan bevoegd op medische gronden:
a. een verhoging van het premietarief en/of een wijziging in de duur van de risicodekking aan de acceptatie te verbinden;
b. de Deelnemer onder beperkende voorwaarden te accepteren;
c. de Werknemer van deelname aan de Aanvullende pensioenregeling uit te sluiten of een verhoging of verandering van de verzekering te weigeren.
5. Het Fonds is bevoegd de Aanvullende pensioenregeling ten aanzien van de Deelnemer te doen vervallen indien blijkt dat aan het Fonds of de keurende geneeskundige onjuiste opgaven of mededelingen zijn gedaan omtrent onderwerpen die voor de beoordeling van het risico van de verzekering van belang waren. Alsdan eindigt ook de verplichting tot betaling van de premie.
Artikel 16 Inwerkingtreding
Dit Aanvullend reglement is in werking getreden op 1 januari 2008 en is laatstelijk gewijzigd met ingang van 1 januari 2023. Op degenen die op 31 december 2014 Gewezen Deelnemer zijn (en al dan niet een WIA-excedentpensioen ontvangen) blijft evenwel het Aanvullend reglement van toepassing zoals dat gold op 31 december 2014.
Bijlage I bedoeld in artikel 10,
lid 3 van het Aanvullend reglement
Terrorisme:
Gewelddadige handelingen en/of gedragingen – begaan buiten het kader van een van de zes in artikel 3:38 van de Wet op het financieel toezicht genoemde vormen van molest – in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aanslagen als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, en/of schade aan zaken ontstaat dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk is dat deze aanslag of reeks – al dan niet in enig organisatorisch verband – is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
Kwaadwillige besmetting:
Het – buiten het kader van een van de zes in artikel 3:38 van de Wet op het financieel toezicht genoemde vormen van molest – (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen die als gevolg van hun (in) directe fysische, biologische, radioactieve of chemische inwerking letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, bij mensen of dieren kunnen veroorzaken en/
of schade aan zaken kunnen toebrengen dan wel anderszins economische belangen kunnen aantasten, waarbij aannemelijk is dat het (doen) verspreiden – al dan niet in enig organisatorisch verband – is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/ of ideologische doelen te verwezenlijken.
Preventieve maatregelen:
Van overheidswege en/of door verzekerden en/of derden getroffen maatregelen om het onmiddellijk dreigend gevaar van terrorisme en/of kwaadwillige besmetting af te wenden of – indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt – de gevolgen daarvan te beperken.
Mail of bel gerust. Wij helpen u graag: PME pensioenfonds
via het contactformulier op xxx.xxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxx 088 - 0000 000