UW BRIEF VAN UW REF.
UW BRIEF VAN UW REF.
ONZE REF. DH-AU/2018/5
DATUM 20/12/2018
BIJLAGE(N) CONTACT
TEL. 02/000.00.00
FAX 02/000 00 00
Directoraat-generaal Gezondheidszorg Dienst Dringende hulpverlening
t.a.v. de verantwoordelijken van de ambulancediensten die hun medewerking verlenen aan de dringende geneeskundige hulpverlening
BETREFT HERVORMING VAN DE DRINGENDE GENEESKUNDIGE HULPVERLENING:
Geachte mevrouw, geachte heer,
In het kader van de hervorming van de dringende geneeskundige hulpverlening (DGH) definieerde minister van Volksgezondheid Xxxxxx Xx Xxxxx meerdere trajecten.
Een eerste traject omvat de wijziging van het subsidiëringsmechanisme in het kader van het waarborgen van de leefbaarheid van de DGH op lange termijn.
Het tweede traject heeft tot doel de ziekenwagenfactuur duidelijker te maken voor de patiënt door de invoering van een forfaitaire vergoeding voor een tussenkomst DGH en de inhoud van de factuur te verduidelijken en vereenvoudigen.
Een derde traject omvat de kwaliteitsborging van de DGH dienstverlening. Hiertoe wordt onder meer het project Ambureg geïmplementeerd dat de modernisering van de registratie van de ziekenwagenrit- en patiëntgegevens omvat.
In juli brachten wij u op de hoogte over uw subsidie voor 2018 en gaven wij u de krijtlijnen mee voor de financiering vanaf 2019. Op 21/12/2018 werden de nodige besluiten in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd en bevinden de trajecten zich in een implementatiestadium.
Met deze brief wensen wij u te informeren omtrent de concrete modaliteiten van de verschillende aspecten van bovenstaande hervorming die in werking treden op 1 januari 2019.
Subsidiëring
De subsidie die vanaf 1 januari 2019 van kracht is, bestaat uit een deel activering, een deel permanentie en, in sommige door de reglementering bepaalde gevallen, een deel compensatie1.
De subsidie wordt gefinancierd uit een gemeenschappelijke enveloppe die jaarlijks door het parlement via de algemene uitgavenbegroting van de Belgische staat wordt goedgekeurd.
Het totale subsidiebedrag voor 2019 is bepaald op 70.487.000 €.
Berekening van het activeringsdeel2
Het deel activering wordt als volgt berekend voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 2019 :
Totaal aantal interventies van de ambulancedienst in 2018 vermenigvuldigd met het bedrag dat wordt bepaald door het gemiddelde aantal kilometers van de dienst in 2018 volgens de onderstaande tabel :
Gemiddelde < 10 km | 5 € |
Gemiddelde ≥ 10 en < 20 km | 45 € |
Gemiddelde ≥ 20 en < 30 km | 85 € |
Gemiddelde ≥ 30 en < 40 km | 125 € |
Gemiddelde ≥ 40 km | 165 € |
Gemiddelde aantal kilometers van de dienst = totaal aantal gereden kilometers in 2018 gedeeld door het totaal aantal interventies in 2018.
Voorbeeld:
o Een ambulancedienst A heeft in 2018 1500 interventies uitgevoerd met een gemiddelde aantal kilometers van 15,6 km. Deze dienst heeft recht op een activeringssubsidie van 1500 interventies vermenigvuldigd met 45 € = 67.500 €.
o Een ambulancedienst B heeft in 2018 1000 interventies uitgevoerd met een gemiddelde aantal kilometers van 42 km. Deze dienst heeft recht op een activeringssubsidie van 1000 interventies vermenigvuldigd met 165 € = 165.000 €
1 Koninklijk besluit van 6 december 2018 tot vaststelling van de modaliteiten en de voorwaarden voor de toekenning van de toelage bedoeld in artikel 3ter van de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening
2 Ministerieel besluit van 7 december 2018 tot vaststelling van de modaliteiten voor de toekenning van het bedrag van de toelage toegekend in geval van interventie van een permanentie van een ambulancedienst, op aanvraag van de aangestelde van het eenvormig oproepstelsel, conform artikel 5 van de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening.
Merk op dat als de dienst het voorgaande jaar geen interventies heeft uitgevoerd, er geen activeringsdeel is. Ook de stopzetting van de dringende geneeskundige hulpverlening van een ambulancedienst geeft geen recht op een activeringssubsidie voor het volgende jaar.
Omdat er voor 2018 nog geen gegevens bekend zijn via de Amburegregistratie wordt er voor midden februari 2019 een rapport worden gevraagd aan elke dienst met onder meer het aantal interventies waarvoor men gealarmeerd werd door een noodcentrale 112 en het aantal verreden kilometers in opdracht van een noodcentrale 112. De ingezamelde gegevens zullen worden gecontroleerd. Het beschikken over deze gegevens van elke dienst is noodzakelijk om de subsidie voor 2019 voor elke ambulancedienst afzonderlijk te kunnen berekenen.
Zodra de Ambureg-gegevens beschikbaar zijn, zal deze berekening per permanentie kunnen worden uitgevoerd en niet meer per ambulancedienst op basis van de geregistreerde gegevens.
Berekening van het permanentiedeel3
Zodra het deel activering van de subsidie voor alle diensten is berekend, wordt het saldo van de beschikbare enveloppe toegewezen voor de berekening van het deel permanentie.
Elke permanentie is opgenomen in de bijlage 2 van de overeenkomsten tussen de ambulancediensten en de FOD Volksgezondheid. In november werden alle ambulancediensten aangeschreven om gegevens in te vullen met betrekking tot de permanenties waartoe ze zich wensen te engageren via een te ondertekenen “Overeenkomst ambulancedienst”. De ondertekende overeenkomsten moeten ons overgemaakt worden uiterlijk op 15 februari 2019. Het beschikken over alle ondertekende overeenkomsten is noodzakelijk om de subsidie voor 2019 voor elke ambulancedienst afzonderlijk te kunnen berekenen.
Afhankelijk van de typologie van de permanenties, d.w.z. de gepresteerde uren en dagen en de aanwezigheid van een permanentie op de ambulancedienst zelf, worden voor elke permanentie punten toegekend.
De details inzake de toekenning van de punten zijn in de volgende tabel opgenomen:
3 Ministerieel besluit van 7 december 2018 tot vaststelling van de modaliteiten voor de toekenning van het bedrag van de toelage toegekend in geval van interventie van een permanentie van een ambulancedienst, op aanvraag van de aangestelde van het eenvormig oproepstelsel, conform artikel 5 van de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening
Berekening van de punten per uur | ||||||
Punt per uur | 1 | |||||
Ratio punt voor een wachtdienst op de ambulancedienst zelf | 5 | |||||
Ratio punt voor een nachtdienst | 1,5 | |||||
Ratio punt voor een wachtdienst op zaterdag | 1,5 | |||||
Ratio punt voor een wachtdienst op zondag | 2 | |||||
Ratio punt voor een wachtdienst op een feestdag | 2 | |||||
Uren | Wachtdienst op de ambulancedienst zelf /Wachtdienst die niet op de ambulancedienst zelf is | Punten werkdag | Punten zaterdag | Punten zondag & feestdag | Totaal punten week | Totaal punten jaar |
6/20u (14u) | Wachtdienst die niet op de ambulancedienst zelf is | 14 | 21 | 28 | 119 | 6342 |
Wachtdienst op de ambulancedienst zelf | 70 | 105 | 140 | 595 | 31710 | |
20/6u (10u) | Wachtdienst die niet op de ambulancedienst zelf is | 15 | 15 | 20 | 110 | 5785 |
Wachtdienst op de ambulancedienst zelf | 75 | 75 | 100 | 550 | 28925 | |
Totaal 24u | Wachtdienst die niet op de ambulancedienst zelf is | 29 | 36 | 48 | 229 | 12127 |
Wachtdienst op de ambulancedienst zelf | 145 | 180 | 240 | 1145 | 60635 |
Aan de hand van de ingezamelde informatie zal het totale aantal punten kunnen worden berekend die aan alle permanenties van alle ambulancediensten worden toegekend, zodat de waarde van het punt als volgt kan worden berekend:
Saldo van de enveloppe voor de ambulancediensten gedeeld door het totaal aantal punten
= waarde van het punt voor het jaar 2019.
Om de permanentiesubsidie van elke ambulancedienst te kennen, volstaat het vervolgens om de waarde van het punt te vermenigvuldigen met het aantal punten die aan de ambulancedienst worden toegekend op basis van de contractuele verbintenis die in bijlage
2 van de overeenkomsten voor elke permanentie is vastgelegd.
Voorbeeld:
o Ambulancedienst A beschikt over een permanentie die 7 dagen op 7 en 24 uur op 24 actief is met een wachtdienst op de ambulancedienst zelf. Het totaal aantal toegekende punten bedraagt 60.635.
Als de waarde van het punt 1,1 € is, geeft dit een permanentiesubsidie van 60.635 punten vermenigvuldigd met 1,1 € = 66.698,5 €
o Ambulancedienst B beschikt over een permanentie die 5 dagen op 7 van maandag tot vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur actief is met een wachtdienst die niet op de ambulancedienst zelf is. Het totaal aantal toegekende punten bedraagt 2259.
Als de waarde van het punt 1,1 € is, geeft dit een permanentiesubsidie van 2.259 punten vermenigvuldigd met 1,1 € = 2.484,9 €.
Merk op dat, indien een permanentie haar activiteit in de loop van het jaar begint, de subsidie niet kan worden toegekend. Evenzo vereist de puntenberekening dat de diensten hun verbintenissen door middel van overeenkomsten hebben geformaliseerd. Het ontbreken van conforme overeenkomsten zal het de facto onmogelijk maken om het deel activering en dus ook de subsidie voor de genoemde dienst te berekenen.
Berekening van het compensatiedeel
Voor de jaren 2019, 2020 en 2021 is voorzien in een compensatiebedrag. Dit compensatiebedrag wordt als volgt berekend:
De gemiddelde inkomsten per rit in 2017 worden berekend door optelling van de ontvangen subsidie voor het jaar 2017 en de inkomsten uit de facturatie van de interventies in 2017 gedeeld door het aantal interventies in 2017.
De gemiddelde inkomsten per rit in 2019 worden berekend door optelling van de ontvangen subsidie voor het jaar 2019 gedeeld door het aantal in 2018 uitgevoerde interventies en het forfaitaire bedrag per interventie in 2019.
De twee bedragen worden vergeleken. Als blijkt dat de gemiddelde inkomsten per interventie in 2019 lager zijn dan in 2017, dan wordt het verkregen verschil vermenigvuldigd met het aantal uitgevoerde interventies in 2018. Dit bedrag vormt het deel compensatie van de subsidie.
Voorbeeld:
o Ambulancedienst A heeft gemiddelde inkomsten per interventie van 120 € in 2017.
De gemiddelde inkomsten per rit in 2019 zijn 110 €, de dienst heeft 1500 interventies in 2018 uitgevoerd. Het compensatiebedrag is dus 120 € verminderd met 110 € = 10€ vermenigvuldigd met 1500 interventies = 15.000 €.
o Ambulancedienst B heeft gemiddelde inkomsten per interventie van 120 € in 2017.
De gemiddelde inkomsten per rit in 2019 zijn 130 €. Aangezien de gemiddelde inkomsten per rit in 2019 hoger zijn, is er geen compensatie.
De subsidie die aan de ambulancedienst wordt toegekend, is de som van de delen activering, permanentie en, indien nodig, van het deel compensatie.
Voorbeeld:
Als we de voorbeelden van de ambulancediensten A en B nemen, krijgen we de volgende samenvattende tabel:
Activerings- deel | Permanentie- deel | Compensatie- deel | Subsidie 2019 | |
Ambulancedienst A | 67.500 € | 66.698,5 € | 15.000 € | 149.198,5 € |
Ambulancedienst B | 165.000 € | 2484,9 € | 0 € | 167.484,9 € |
We wijzen erop dat de correcte en snelle berekening afhangt van de snelheid en nauwkeurigheid van de gegevens die aan de FOD Volksgezondheid worden bezorgd.
Reglementair hebben de diensten tot eind maart om deze op te leveren.
Zodra echter alle diensten de gegevens hebben overgemaakt, kunnen wij binnen de 3 weken de exacte bedragen van de toelage per dienst berekenen en bekend maken.
Amburegregistratie
Op 1 januari 2019 zal het elektronisch registratiesysteem van interventie- en patiëntgegevens Ambureg in werking treden. Er is een overgangsbepaling voorzien die de diensten de tijd geeft om zich aan te passen aan het nieuwe systeem. Uiterlijk bij de aanvang van het 3de trimester van 2019 (vanaf 1 juli 2019) zullen de diensten definitief dienen over te schakelen naar het Amburegsysteem.
De verplichting tot registratie omvat alle ziekenwageninterventies die uw dienst uitvoert in opdracht van de noodcentrale 112. Er wordt een registratie gevraagd voor elke interventie, ook voor de interventies zonder patiëntcontact. De PIT-teams blijven voor al hun interventies de huidige PIT-registratie uitvoeren.
Zolang uw dienst niet overgeschakeld is naar de elektronische registratie, kunt u de huidige papieren formulieren blijven gebruiken bij de gegevensregistratie. Na de overschakeling kan u, in overleg met het ziekenhuis, eventueel nog (zeer) tijdelijk een papieren registratie blijven behouden naast de elektronische registratie maar er bestaat geen verplichting om een dubbele registratie (papier en elektronisch) aan te houden.
Om te kunnen registreren, dient uw ambulancedienst te beschikken over een eHealth- Amburegcertificaat, dat aangevraagd kan worden door de persoon die door uw dienst aangeduid werd als Amburegcertificaatbeheerder. Deze persoon kan via zijn/haar eID-kaart op de website van het eHealth-platform een Amburegcertificaat aanvragen via de volgende link: xxxxx://xxx.xxxxxxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxx/xx/xxxxxxx-xxxxxxx-xxxxxxxxxxxx. U wordt gevraagd om voor 1 januari 2019 een productiecertificaat aan te vragen.Als bijlage kunt u
een handleiding terugvinden van hoe een productiecertificaat aangevraagd kan worden. In geval van problemen bij de procedure, kunt u hiervan melding maken via het emailadres xxxxxxx@xxxxxxx.xxxx.xx met in de titel ‘PRODUCTIE’ en het RIZIV-nummer van uw ambulancedienst.
Voor de aanschaf van een registratiemodule, kunt u zich tot een softwareleverancier wenden. U kunt er ook voor kiezen zelf een registratiemodule te ontwikkelen. Methoden om de registratie en consultatie te ontwikkelen, zoals beschreven in de “kookboeken”, kunnen worden geraadpleegd via de volgende link :
xxxxx://xxx.xxxxxxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxx/xx/xxxxxxx-xxxxxxxxx-xxxxxxx- service-registry-emsr-ambureg-webservice alsook het startpakket van het eHealth- platform : xxxxx://xxx.xxxxxxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxx/xx/xxxxxxx-xxxx .
In geval van registratieproblemen kunt u zich richten tot uw leverancier. Als u de registratiemodule zelf ontwikkeld heeft, kunt u een email sturen naar REG- xxxxxx@xxxxxx.xxxx.xx.
Het feit dat de FOD VVVL voor de Amburegregistratie in het nieuwe registratiebesluit als verwerkingsverantwoordelijke wordt aangeduid, ontslaat de ambulancedienst niet van een verplichting om een functionaris voor de gegevensbescherming aan te duiden en om de rechten van de personen waarvan de ambulancedienst persoonsgegevens verwerkt te waarborgen, onder meer de informatieverplichtingen en het consultatierecht. De Amburegregistraties zijn gedurende 7 jaar consulteerbaar via de consultatiemethode door een gezondheidszorgbeoefenaar die aangeduid wordt door de wettelijke vertegenwoordiger.
Facturatie
Voor de ritten die vanaf 1 januari 2019 plaatsvinden zal een systeem van forfaitaire vergoeding ‘tussenkomst dringende geneeskundige hulpverlening’ van toepassing zijn tegen een eenheidstarief van € 60,00 per patiënt waarmee er een patiëntcontact is geweest naar aanleiding van een interventie in opdracht van de noodcentrale 112, ook als de patiënt niet vervoerd wordt. Elke patiënt of elke vertegenwoordiger van een patiënt die wordt gefactureerd, moet een afzonderlijke factuur krijgen.
Het model van de factuur alsook de algemene facturatievoorwaarden kunnen worden geraadpleegd in het KB van 28 november 2018 betreffende de facturatie naar aanleiding van een tussenkomst dringende geneeskundige hulpverlening door een ambulancedienst. Als overgangsmaatregel wordt aanvaard dat tot 3 maanden na de inwerkingtreding van dit facturatiebesluit het bestaand facturatiemodel wordt gebruikt. Dit met het oog op eventuele softwareaanpassingen. Echter, dient het forfaitaire eenheidstarief vanaf 1/1/2019 toegepast te worden.
De RIZIV-tegemoetkoming voor de patiënt wordt afgeschaft. U dient dus voor de ritten vanaf 1 januari 2019 binnen dit kader geen informatie of document aan de patiënt of aan zijn wettelijke vertegenwoordiger over te maken.
Onze administratie is zich ervan bewust dat bovenstaande vernieuwingen als onderdeel van de hervorming dringende geneeskundige hulpverlening op vrij korte termijn heel wat veranderingen met zich meebrengen voor uw dienst. We zijn er evenwel van overtuigd dat op deze manier de dringende geneeskundige hulpverlening wordt voorbereid op de toekomst en een zeer snel wijzigende globale context, en dat hiermee de fundamenten gelegd worden voor een duurzame dienstverlening aan de burger.
Uiteraard blijven wij ter beschikking voor al uw verdere vragen. Hoogachtend,
Xxxxx Xxxxx, directeur-generaal