Inhoudsopgave

De KNHS verwacht van alle leden en aangeslotenen dat zij dit reglement en andere reglementen, besluiten en gedragsregels die zien op het welzijn van het paard erkennen, aanvaarden en naleven. In andere reglementen staan eveneens bepalingen omtrent het welzijn van het paard, die moeten worden nageleefd.

Artikel 2 - Welzijn van het paard

De KNHS spoort iedereen, die betrokken is bij de paardensport, aan om te streven naar de hoogst mogelijke ontwikkelingsgraad op alle deskundigheidsterreinen, die van belang zijn voor de zorg voor en het levensonderhoud van het (wedstrijd)paard. Hierbij verwacht de KNHS dat een ieder erkent en aanvaardt dat het welzijn van het paard en fair play in alle fasen van het houden en trainen van het (wedstrijd)paard ten alle tijden voorop staan en prevaleren boven alle andere belangen, en nooit afhankelijk mogen zijn van wedstrijd-gerelateerde, prestatieve, commerciële invloeden en -overige- belangen. Dit gaat boven alle andere vereisten van welke belanghebbende dan ook. De KNHS hanteert de gedragsregels en richtsnoeren rondom het paardenwelzijn.

Artikel 3 - Gedragsregels, algemeen

1. Xxxxx verzorging van het paard

a. Stalling, voeding en training dienen te geschieden overeenkomstig de beginselen van goede verzorging en dienen het welzijn van het paard te bevorderen. Handelswijzen, die lichamelijk of geestelijk lijden kunnen veroorzaken, al dan niet in wedstrijdverband, zijn niet toegestaan.

b. De KNHS hanteert de vijf vrijheden, die ook terugkomen in de Gids voor Goede Praktijken van de Sectorraad Paarden en in het Keurmerk Paardenwelzijn. Hierbij dienen de basisbehoeften van het paard te worden gewaarborgd:

i. Ruwvoer is de basis van het rantsoen en er is onbeperkt drinkwater aanwezig;

ii. Binnen de huisvesting heeft het paard andere paarden om zich heen;

iii. Het paard krijgt elke dag genoeg (vrije) beweging.

c. De eigenaar neemt verantwoordelijkheid voor de gezondheid en veiligheid van het paard, en deze staat regelmatig en wanneer nodig onder veterinaire toezicht.

2. Happy athlete

a. De paardensport omvat het verzorgen, trainen, deelnemen aan wedstrijden en andere activiteiten, alles in de ruimste zin van het woord. Het begrip paardensport omvat ook recreatie.

b. We streven binnen de paardensport naar het paard als ‘Happy Athlete’. De ‘Happy Athlete’: Het paard is ontspannen, soepel, los en flexibel, maar ook zelfverzekerd,

oplettend en tevreden. Het paard en de ruiter begrijpen elkaar volledig. Er is harmonie.

Artikel 4 – Gedragsregels

1. Fitheid en goede voorbereiding

a. Paarden en ruiters zijn fit, gezond, goed voorbereid en zijn fysiek en mentaal in staat om het niveau aan te kunnen van wedstrijden, training en andere paardensportactiviteiten die zij ondernemen. Paarden moeten tussen de training en de wedstrijd voldoende tijd hebben om te rusten.

2. Trainingsmethoden

a. Paarden dienen getraind te worden op een wijze, die aansluit op hun fysieke mogelijkheden, gerelateerd aan de rijpheid voor het gevraagde niveau in de desbetreffende discipline of paardensportactiviteit. Zij mogen niet worden onderworpen aan trainingsmethoden, die ongeschikt zijn, angst veroorzaken of waarvoor zij niet zijn toegerust.

b. Mishandeling van een paard door verkeerde gebruikmaking van zowel natuurlijke als kunstmatige hulpmiddelen (zwepen, sporen , etc.) is niet toegestaan.

3. Omstandigheden

a. De omstandigheden en terreinen waarin paarden zich bevinden zijn optimaal en voldoende veilig om het welzijn van het paard te waarborgen.

b. Paarden worden uitsluitend getraind en nemen deel aan wedstrijden op geschikte en veilige terreinen. Alle hindernissen dienen te zijn ontworpen en te zijn onderhouden, met voldoende aandacht voor de veiligheid van het paard. Alle terreinoppervlakken waarop

paarden lopen, getraind worden of aan wedstrijden deelnemen, dienen zodanig van aard te zijn en zodanig te worden onderhouden, dat risicofactoren voor verwonding worden gereduceerd.

c. Wedstrijden en zware training mogen niet plaatsvinden in extreme weersomstandigheden indien het welzijn of de veiligheid van paarden in het geding is. Er moeten voorzieningen zijn voor het afkoelen van paarden, onmiddellijk nadat zij onder zeer warme omstandigheden aan een intensieve activiteit hebben deelgenomen. Neem het protocol extreme weersomstandigheden voor paarden in acht.

d. Stalling en verblijfplaatsen dienen veilig, hygiënisch, comfortabel en goed geventileerd te zijn en moeten voldoende ruimte bieden voor het paard, afhankelijk van type en karakter. Goed voedsel, schone ligplaatsen, vers drinkwater en voldoende spoelwater dienen voorhanden te zijn.

4. Hoefbeslag en harnachement

a. Hoefverzorging en hoefbeslag moeten van hoge kwaliteit zijn. Het harnachement moet een zodanige pasvorm hebben dat pijn of verwondingen worden voorkomen. Er is juist gebruik van harnachement en hulpmiddelen, waarbij een ongedwongen en ontspannen houding het doel is. Harnachement en hulpmiddelen stimuleren de natuurlijke beweging van het paard en werken deze niet tegen.

5. Vervoer en langdurig vervoer

a. Tijdens het vervoer dienen paarden voldoende te zijn beschermd tegen verwondingen en andere gezondheidsrisico’s. Transportmiddelen moeten veilig zijn, goed geventileerd, adequaat onderhouden, regelmatig gedesinfecteerd en bekwaam te worden bestuurd. Na wedstrijddeelname of andere paardensportactiviteiten moet een paard fit genoeg zijn om te reizen. Aanvullende rust dient te worden gegeven na vervoer.

b. Alle vervoer gedurende een langere periode (>4 uur) dient zorgvuldig te worden gepland, waarbij paarden regelmatige rustperioden krijgen. Water en voedsel moeten voldoende voorhanden zijn.

6. Gezondheidstoestand

a. Een paard dat beoordeeld wordt als niet “fit to compete”, mag nooit deelnemen aan een wedstrijd, of een wedstrijd voorzetten, dan wel op dezelfde dag andere sportactiviteiten ondernemen. In geval van twijfel dient het advies van een dierenarts te worden ingewonnen. Bij het vervolgens hervatten van wedstrijden, training en andere activiteiten dient de nodige zorg beoefent te worden.

7. Medicijngebruik

a. Verkeerd en/of verboden medicijngebruik kan een ernstige bedreiging zijn voor het welzijn van het paard en is niet toegestaan.

b. Na eventuele veterinaire behandeling moet het paard voldoende tijd hebben om volledig te herstellen voordat het weer aan wedstrijden of andere activiteiten deelneemt.

8. Drachtigheid/merries met veulens

a. Er gelden restricties voor drachtige merries en merries met veulens voor deelname aan wedstrijden.

b. Drachtige merries of merries met een veulen aan de voet dienen geen zware training te doorlopen en voldoende rust te krijgen.

9. Pensioen van het paard

a. Er dient naar beste kunnen op te worden toegezien, dat paarden op sympathieke en diervriendelijke wijze worden behandeld na beëindiging van hun (wedstrijd)carrière en de juiste aandacht krijgen.

ALGEMEEN

Artikel 5 - Algemene bepalingen

1. De KNHS is een bond voor paardensporters in Nederland en de paardensportbond in Nederland.

2. De KNHS is lid van de Fédération Equestre Internationale (FEI) en van NOC*NSF.

Artikel 6 - Categorieën leden

1. De KNHS kent leden, overeenkomstig het bepaalde in artikel 12 van de statuten.

2. In afzonderlijke reglementen of besluiten kan worden bepaald welke categorie van leden natuurlijke personen in welke discipline aan welke wedstrijd mag deelnemen, met dien verstande dat voor deelname aan internationale wedstrijden tevens de reglementen en besluiten van de XXX xxxxxx.

3. Verenigingsleden kunnen verenigingslid zijn van meer dan één lid-vereniging.

4. Leden-natuurlijke personen en niet-leden natuurlijke personen met een Nederlandse nationaliteit, die deel willen nemen aan nationale wedstrijden in het buitenland dienen overeenkomstig de FEI-regelgeving te beschikken over een (Riding) Permission of een Letter of no-objection. Op deze groep leden is artikel 12 van toepassing.

TOELATING VAN LEDEN

Artikel 7 - Toelating tot het lidmaatschap van een rechtspersoon

1. Een vereniging, organisator of overige rechtspersoon meldt zich voor het lidmaatschap van de KNHS aan door het indienen van een schriftelijk of elektronisch verzoek bij het KNHS-bestuur. Dit verzoek dient te zijn ondertekend door degenen die bevoegd zijn de rechtspersoon te vertegenwoordigen.

2. Naast het verzoek overlegt de rechtspersoon:

a. De statuten;

b. Een recent uittreksel Kamer van Koophandel;

c. De opgave van de namen en adressen van haar bestuursleden, indien deze niet uit het uittreksel Kamer van Koophandel blijken.

3. Het KNHS-bestuur kan om een Verklaring Omtrent het Gedrag verzoeken.

4. Het KNHS-bestuur kan tot niet-toelating besluiten indien:

a. De rechtspersoon de doelen van de KNHS niet in acht neemt of naar verwachting gaat nemen, waaronder het welzijn van het paard;

b. De statuten bepalingen bevatten die het KNHS-bestuur in strijd acht met de statuten, reglementen of belangen van de KNHS;

c. In de statuten bepalingen ontbreken die het KNHS-bestuur daarin noodzakelijk acht;

d. Het KNHS-bestuur zwaarwegende bezwaren heeft tegen een of meer bestuursleden van de rechtspersoon;

e. Het KNHS-bestuur andere zwaarwegende bezwaren heeft tegen het lidmaatschap van de rechtspersoon.

5. Bij niet-toelating wordt dit schriftelijk met redenen omkleed aan de rechtspersoon medegedeeld. In dit schrijven wordt vermeld de mogelijkheid van beroep bij de Commissie van Beroep, binnen vier weken na de kennisgeving van niet-toelating. Het beroep moet schriftelijk of elektronisch worden ingediend bij het KNHS-bestuur. De Commissie van Beroep beslist in laatste instantie of de rechtspersoon al dan niet wordt toegelaten.

6. Het KNHS-bestuur kan het besluit tot toelating delegeren aan de directeur.

7. Na toelating van de vereniging ressorteert de toegelaten vereniging onder de door het KNHS- bestuur aangewezen nationale vereniging of Regio. Een toegelaten menvereniging en zijn toegelaten leden ressorteren onder de door het KNHS-bestuur aangewezen mendistrict.

8. Organisatoren ressorteren onder het platform organisatoren.

9. Overige rechtspersonen ressorteren onder het platform overige rechtspersonen.

Artikel 8 - Toelating natuurlijke personen

1. Een lokale en een nationale vereniging melden hun verenigingsleden bij het KNHS-bestuur aan. Deze aanmelding geldt tevens voor de Regio of het mendistrict waaronder het aan te melden verenigingslid zal ressorteren.

2. Na toelating ressorteren de toegelaten vereniging en het toegelaten verenigingslid onder de door het KNHS-bestuur aangewezen nationale vereniging of Regio. Een toegelaten menvereniging en zijn toegelaten leden ressorteren onder de door het KNHS-bestuur aangewezen mendistrict.

3. Een natuurlijk persoon verkrijgt het individuele lidmaatschap op het moment dat het door de KNHS ter beschikking gestelde (digitale) formulier door het bestuur is ontvangen, tenzij het bestuur anders beslist.

4. Individuele leden ressorteren onder de KNHS-regio, waarin zij wonen.

5. Het KNHS-bestuur kan tot niet-toelating besluiten indien tegen de persoon zwaarwegende bezwaren bestaan, bijvoorbeeld doch niet uitsluitend:

a. Wanneer de persoon het welzijn van het paard niet in acht neemt of naar verwachting in gaat nemen;

b. Wanneer de persoon de door het KNHS-bestuur verzochte Verklaring Omtrent Gedrag niet kan overleggen;

c. De persoon niet van onbesproken gedrag is en/of zich smadelijk casu quo vijandig uit tegen organen, vrijwilligers, werknemers, en/of leden van de KNHS.

6. Bij niet-toelating wordt dit schriftelijk met redenen omkleed aan betrokkene medegedeeld. In dit schrijven wordt vermeld de mogelijkheid van beroep bij de Commissie van Beroep, binnen vier weken na de kennisgeving van niet-toelating. Het beroep moet schriftelijk en/of elektronisch worden ingediend bij het KNHS-bestuur. De Commissie van Beroep beslist in laatste instantie of de rechtspersoon al dan niet wordt toegelaten.

Artikel 9 - Algemene verplichtingen van de lidverenigingen, organisatoren en overige rechtspersonen

1. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 12 en artikel 15 van de statuten verplicht een lid- rechtspersoon zich voorts:

a. De statuten in overeenstemming te brengen en te houden met de statuten, reglementen en besluiten van de KNHS;

b. Altijd het welzijn van het paard voorop te stellen en in acht te nemen en dienovereenkomstig te handelen;

c. Desgevraagd op eerste verzoek volledige en juiste inlichtingen en opgaven te verstrekken en te zenden aan een orgaan van de bestuurlijke en/of rechtsprekende macht, dan wel aan een door dit orgaan aangewezen persoon;

d. Het KNHS-bestuur te allen tijde inzage te geven in of afschrift te geven van de boekhouding en de (leden)administratie met de daarbij behorende bescheiden en wel op die plaats waar het KNHS-bestuur dit aangeeft;

e. Leden natuurlijke personen die door de KNHS zijn geroyeerd of waarvan het lidmaatschap door de KNHS is opgezegd met onmiddellijke ingang het lidmaatschap van de vereniging op te zeggen, dan wel de (aansluitings)overeenkomst op te zeggen;

f. Toe te zien op de uitvoering van een door het Tuchtcollege, het Instituut Sportrechtspraak of de Raad van Appèl opgelegde straf en een door de Commissie van Beroep gedane uitspraak;

g. Van al haar verenigingsleden in het geval sprake is van een vereniging de gegevens bij te houden die door de KNHS worden verlangd;

h. Notulen van bestuursvergaderingen en indien sprake is van een vereniging, ledenvergaderingen te maken, alle binnenkomende correspondentie, alsmede afschriften van alle uitgaande correspondentie te bewaren en jaarverslagen en financiële jaarverslagen uit te brengen. Het financiële jaarverslag omvat de staat van baten en lasten, de balans, de begroting, en de toelichting op deze stukken, waaronder begrepen het verslag van de kascommissie;

i. De onder h. bedoelde stukken, alsmede de gehele administratie, ten behoeve van de KNHS gedurende ten minste zeven jaren te bewaren;

j. Leden van het KNHS-bestuur en de directeur, dan wel een daartoe door het KNHS- bestuur of de directeur aangewezen persoon, te allen tijde toegang te verlenen tot de algemene vergadering van de lidvereniging;

k. Voorafgaande goedkeuring van het KNHS-bestuur te vragen voor een wijziging van haar statuten en reglementen;

l. Om onder opgave van redenen schriftelijk mededeling te doen aan het KNHS-bestuur van een door de lidvereniging ten aanzien van het verenigingslid voorgenomen onmiddellijke opzegging van het lidmaatschap dan wel royement dan wel een maatregel waaronder een toegangsverbod, waarna in gezamenlijk overleg zal worden bezien of de onmiddellijke opzegging van het lidmaatschap of het royement gerechtvaardigd is en het KNHS-bestuur de opzegging dan wel dit voorgenomen royement overneemt;

m. Om onder opgave van redenen schriftelijk mededeling te doen aan het KNHS-bestuur van een door de organisator of overige rechtspersoon ten aanzien van een persoon genomen maatregel, waaronder het door de rechtspersoon onmiddellijk opzeggen van een aansluitingsovereenkomst of een toegangsverbod;

n. Om onder opgave van redenen schriftelijk binnen veertien dagen mededeling te doen aan het KNHS-bestuur en indien van toepassing aan het Regiobestuur en indien van toepassing aan het mendistrictbestuur van een door de lidvereniging ten aanzien van een verenigingslid uitgesproken royement of schorsing van vier weken of langer;

o. Om één of meer verenigingsleden, gekozen in een vertegenwoordigende nationale en/of regio- en/of mendistrict- niet te belemmeren in een selectie uit te komen en aan de training daarvoor deel te nemen.

Artikel 10 - Verplichtingen aan organisatoren en overige rechtspersonen

1. Aan organisatoren worden naast de verplichtingen die volgen uit de statuten en reglementen aanvullend de hiernavolgende eisen gesteld:

a. Aan de eisen te voldoen die door de Stichting Veilige Paardensport worden gesteld aan accommodatiehouders;

b. Voor het kunnen organiseren van wedstrijden, tijdig aan kunnen tonen volledig te voldoen aan de bij of krachtens het licentiereglement geldende eisen en verplichtingen, tenzij de organisator door het KNHS-bestuur hiervan is uitgesloten, dan wel aan de organisator dispensatie is verleend.

2. Aan overige rechtspersonen kunnen nadere eisen worden gesteld door het KNHS-bestuur.

Artikel 11 - Algemene verplichtingen van leden-natuurlijke personen

1. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 12 en 15 van de Statuten verplichten natuurlijke personen, voor zover van toepassing, zich voorts:

a. Altijd het welzijn van het paard voorop te stellen en in acht te nemen;

b. Desgevraagd op eerste verzoek volledige en juiste inlichtingen en opgaven te verstrekken en toe te zenden aan een orgaan van de bestuurlijke en/of rechtsprekende macht, dan wel aan een door dit orgaan aangewezen commissie of persoon;

c. Om zich ter gelegenheid van een wedstrijd, zowel vóór, gedurende, als na de wedstrijd behoorlijk te gedragen en zo nodig bij te dragen aan en mede te helpen bij het handhaven van de orde;

d. Zich te houden aan de Gedragscode, zoals vastgesteld door de Ledenraad;

e. Zich te onthouden van deelname aan niet door, of onder auspiciën van, de KNHS georganiseerde wedstrijden en overige activiteiten indien:

i. De gezondheid, het welzijn en/of veiligheid van het paard en/of de ruiter in het geding is en/of

ii. Voldoende gerede twijfels bestaan over de gezondheid, het welzijn en/of de veiligheid van het paard en/of de ruiter, en/of

iii. De integriteit van de sport in het geding is of voldoende gerede twijfel bestaat dat de integriteit van de sport in gevaar kan komen.

2. Het KNHS-bestuur is bevoegd met betrekking tot het in lid 1 sub b. dispensatie te verlenen.

3. Leden onthouden zich tegenover andere leden van elke vorm van seksueel gedrag of seksuele toenadering, in verbale, non verbale of fysieke zin, opzettelijk of in indirecte zin, die door het andere lid, die het ondergaat, als ongewenst of gedwongen wordt ervaren.

Artikel 12 - (Riding) permission of Letter of no-objection

1. Leden-natuurlijke personen en niet-leden natuurlijke personen met een Nederlandse nationaliteit, die deel willen nemen aan nationale wedstrijden in het buitenland, dienen daartoe een schriftelijk of elektronisch verzoek in bij de KNHS tot het verkrijgen van een (Riding) permission of Letter of no-objection.

2. Een (Riding) permission of Letter of no-objection wordt niet verstrekt of kan worden ingetrokken indien:

a. De gezondheid, het welzijn en/of de veiligheid van het paard en/of de ruiter in het geding is, en/of

b. Voldoende gerede twijfels bestaan over de gezondheid, het welzijn en/of de veiligheid van het paard en/of de ruiter, en/of

c. De integriteit van de sport in het geding is of voldoende gerede twijfel bestaat dat de integriteit van de sport in gevaar kan komen.

3. Aan het verkrijgen van de (Riding) permission of Letter of no-objection kunnen aanvullende voorwaarden worden verbonden door de KNHS. Deze voorwaarden zijn te vinden op de KNHS- website onder de desbetreffende discipline.

4. Tegen het niet-verstrekken of het intrekken van de (Riding) permission of Letter of no-objection staat in eerste en laatste instantie beroep open bij de Raad van Appèl.

VERKIEZINGEN, ALGEMEEN

Artikel 13 - Verkiezingen en benoemingen

1. Alle verkiezingen en benoemingen voor een functie in de KNHS geschieden door kandidaatstelling en zo nodig stemming en herstemming. Indien meer dan één vacature dient te worden vervuld, geschiedt de kandidaatstelling voor iedere vacature afzonderlijk, voor zover in de statuten niet anders is bepaald.

2. Alle kandidaten, met uitzondering van kandidaten voor het Tuchtcollege, de Raad van Appèl en kandidaten uit de werkorganisatie voor de in lid 1 bedoelde functies dienen lid van de KNHS te zijn.

3. Iedere kandidaatstelling dient elektronisch of schriftelijk te geschieden en moet vergezeld gaan van een verklaring van de kandidaat, dat hij een eventuele verkiezing of benoeming zal aanvaarden.

4. Indien de statuten, het algemeen reglement en/of reglementen een benoeming via een voordracht voorschrijven wordt, nadat een kandidaat zich voor zijn benoeming heeft teruggetrokken, de kandidaatstelling en benoeming aangehouden totdat een nieuwe voordracht is opgesteld.

5. Het KNHS-bestuur en de lidverenigingen regelen de verkiezingen en benoemingen, die binnen hun vereniging nodig zijn.

6. Bij tussentijdse verkiezingen en benoemingen stelt het desbetreffende bestuur binnen zes weken na het ontstaan van de vacature(s) de datum voor het indienen van kandidaten vast.

7. De functie van bestuurslid van een regiobestuur of mendistrict is onverenigbaar met het zijn van een lid van de topsportcommissie en/of het zijn van onafhankelijk voorzitter van een forum.

8. Tenzij in de statuten, het Algemeen Reglement of een reglement dat door de Ledenraad is vastgesteld anders is bepaald of bij besluit anders wordt besloten, geschiedt de benoeming voor enige functie in een gremium binnen de KNHS voor de duur van drie jaar en kan de betrokkene in die functie aansluitend maximaal tweemaal voor eenzelfde periode worden herbenoemd. Een tussentijdse functiewijziging binnen eenzelfde gremium heeft geen invloed op de zittingsduur. Het bepaalde in dit lid is niet van toepassing op de leden van de Tuchtcommissie Instituut Sportrechtspraak en de Commissie van Beroep Instituut Sportrechtspraak.

KNHS-BESTUUR

Artikel 14 - Algemene bepalingen

1. Het KNHS-bestuur zal in aanvulling op het bepaalde in de statuten de voorschriften in dit reglement naleven bij de uitoefening van haar taak.

2. Het KNHS-bestuur neemt de algemene beginselen van ‘good governance’ als uitgangspunt voor het handelen.

3. Het KNHS-bestuur richt zich bij de vervulling van haar taak naar het belang van de KNHS en weegt daarbij ook de belangen af van de bij de KNHS betrokkenen.

4. KNHS-bestuursleden gaan zorgvuldig om met informatie waarover zij uit hoofde van hun functie beschikken en houden rekening met de privacy van personen.

5. De KNHS-bestuursleden gaan zorgvuldig om met al hetgeen vertrouwelijk tot hun komt. Deze verplichting geldt ook na afloop van de bestuurstermijn.

6. Naast de in de statuten genoemde onverenigbaarheden geldt voorts dat niet voor benoeming tot lid van het KNHS-bestuur in aanmerking komen personen:

a. Die bloed- en aanverwant zijn in de eerste graad, gehuwd zijn met of een gemeenschappelijke huishouding voeren met een (ander) lid binnen het KNHS-bestuur;

b. Die (neven)functies of (neven)werkzaamheden vervullen die tot een ongewenste verstrengeling met de belangen van de KNHS dan wel kan leiden tot de schijn van een ongewenste belangenverstrengeling.

7. KNHS-bestuurder(s) maken melding van alle nevenfuncties. Indien het KNHS-bestuurslid voorziet dat een nevenfunctie of het uitoefenen van nevenwerkzaamheden invloed heeft of kan

gaan hebben op zijn positie als KNHS-bestuurslid, dan xxxxx het KNHS-bestuurslid dit xxxxxxxx aan voorzitter van het KNHS-bestuur.

8. Indien een KNHS-bestuurslid voorziet dat (de schijn van) een onverenigbaarheid of een tegenstrijdig belang optreedt of kan gaan optreden, meldt dit KNHS-bestuurslid dit terstond aan de voorzitter van het KNHS-bestuur.

9. Indien sprake is van een incidentele onverenigbaarheid of tegenstrijdigheid en bezwaren daarvan kunnen worden opgelost door een tijdelijke voorziening, dan werkt het KNHS- bestuurslid aan die voorziening mee.

10. Indien sprake is van een meer dan incidentele onverenigbaarheid of tegenstrijdigheid, dan zorgt het KNHS-bestuurslid terstond voor opheffing van de onverenigbare of tegenstrijdige belangen, bijvoorbeeld door af te zien van een (neven)functie.

11. Geschenken en giften welke een waarde vertegenwoordigen van meer dan 50 euro die een KNHS-bestuurslid uit hoofde van zijn functie ontvangt, worden gemeld aan het KNHS-bestuur.

12. Uitgaven van een KNHS-bestuurslid worden vergoed indien de hoogte en de onderbouwing middels facturen, bonnetjes, e.d. ervan kunnen worden aangetoond en vallen binnen het vooraf door het KNHS-bestuur bepaalde kader. Declaraties moeten sober, doelmatig en transparant zijn.

13. Een KNHS-bestuurslid declareert geen kosten die al door een andere partij zijn vergoed.

14. Een KNHS-bestuurslid die uit hoofde van zijn functie naar het buitenland reist, meldt dit in de bestuursvergadering. Hij verschaft informatie over het doel van de reis en onderbouwt waarom deze reis noodzakelijk is en de eventueel te maken kosten evenredig zijn om het doel te bereiken.

15. Het meereizen van de partner van het betrokken KNHS-bestuurslid op kosten van de KNHS is niet toegestaan.

Artikel 15 - Vergaderingen KNHS-bestuur

1. Het KNHS-bestuur vergadert zo dikwijls als de voorzitter of ten minste drie KNHS- bestuursleden dit wensen.

2. De voorzitter bepaalt tijd en plaats van de KNHS-bestuursvergaderingen.

3. In een vergadering van het KNHS-bestuur kunnen geen rechtsgeldige besluiten worden genomen indien niet ten minste de helft van het aantal in functie zijnde leden van het KNHS- bestuur aanwezig is. Het onderwerp wordt alsdan geagendeerd voor de volgende vergadering, waarin wel een besluit kan worden genomen ongeacht het aantal aanwezige KNHS- bestuursleden.

4. Over onderwerpen, die niet zijn geagendeerd, kan geen besluit worden genomen, tenzij een meerderheid van ten minste twee derden van het aantal leden van het KNHS-bestuur anders beslist.

5. Ieder KNHS-bestuurslid heeft één stem.

Artikel 16 - Taken leden KNHS-bestuur

1. Bij het bestuur berusten alle taken en bevoegdheden die krachtens de wet en de statuten, van de vereniging aan het bestuur worden opgedragen.

2. Het KNHS-bestuur is belast met het besturen van de KNHS. Dit betekent met inachtneming van de statuten onder meer dat het bestuur verantwoordelijk is voor het opstellen en realiseren van de doelstellingen, de strategie, het beleid en de resultaatontwikkeling van de KNHS.

3. Onverminderd het bepaalde in de statuten is het bestuur verantwoordelijk voor:

a. De naleving van wet- en regelgeving;

b. Het ontwikkelen en realiseren van het externe en interne beleid van de KNHS;

c. Het beheersen van de risico's verbonden aan de activiteiten van de KNHS;

d. De voorzieningen voor het beheersen van het functioneren van de organisatie d.m.v. een adequaat risicobeheersing- en controlesysteem en

e. De financiering van de KNHS.

4. De leden van het KNHS-bestuur zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het bestuur van de KNHS.

5. Onverminderd de collectieve verantwoordelijkheid van het bestuur is een lid van het bestuur aanspreekbaar op de aan dit lid toegewezen aandachtsgebieden.

6. Het KNHS-bestuur is belast met het besturen van de KNHS en vertegenwoordigt de KNHS zowel nationaal als internationaal.

7. Het KNHS-bestuur beslist bij competentiegeschillen, tussen organen van de KNHS en tussen directie en organen van de KNHS.

8. De voorzitter is belast met de algemene leiding en wordt bij afwezigheid vervangen door de, door het KNHS-bestuur aangewezen, vice-voorzitter.

LEDENRAAD

Artikel 17 - Ledenraad

1. De paragraaf ‘Xxxxxxxxx’ stelt nadere voorschriften, die de Ledenraad bij de uitoefening van haar taak dient na te leven, ter aanvulling op het bepaalde in de statuten.

2. De Ledenraad staat het KNHS-bestuur met raad ter zijde en is de communicatieve schakel tussen de leden en het KNHS-bestuur.

3. De Ledenraad draagt (mede) zorg voor het bevorderen en structureren van ledeninvloed en ledenbetrokkenheid.

4. De ledenraadsleden kennen hun taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden, en gedragen zich naar beste vermogen. De leden van de Ledenraad richten zich bij hun functioneren op de doelen van de KNHS. Zij zullen openlijk geen standpunten uitdragen die strijdig zijn met de belangen van de KNHS.

5. De ledenraadsleden gedragen zich verantwoordelijk en gaan vertrouwelijk om met informatie inclusief mondelinge en elektronische beraadslagingen van de ledenraad, waarvan zij redelijkerwijs kunnen begrijpen dat de informatie een vertrouwelijk karakter heeft. Leden en oud-leden van de Ledenraad zullen vertrouwelijke informatie niet buiten de Ledenraad brengen of openbaar maken aan het publiek of op andere wijze ter beschikking van derden stellen.

6. Ledenraadsleden gedragen zich zorgvuldig. De leden van de Ledenraad maken geen misbruik van hun positie en/of bevoegdheid als lid van de Ledenraad.

7. De ledenraadsleden voorkomen iedere (schijn van) belangenverstrengeling. Indien de Xxxxxxxxx een besluit moet nemen over een onderwerp waarbij een lid van de Xxxxxxxxx een direct persoonlijk (economisch) belang zou kunnen hebben dan onthoudt dit lid zich van de beraadslagingen en de besluitvorming over dit onderwerp.

8. Voor zover de statuten niet een grotere meerderheid voorschrijven, worden alle besluiten van de Ledenraad met gewone meerderheid genomen. Onder meerderheid wordt verstaan meer dan de helft van de door stemgerechtigden geldig uitgebrachte stemmen, zo nodig door afronding naar boven.

9. Staken de stemmen, dan is het voorstel verworpen.

10. Bij een schriftelijke stemming in de Ledenraad benoemt degene die de Ledenraad voorzit een stembureau van drie leden van de Ledenraad. Het stembureau onderzoekt de geldigheid van de uitgebrachte stemmen, berekent de uitslag en doet daarvan mededeling.

11. Ongeldige uitgebrachte stemmen zijn stemmen uitgebracht door een geschorste stemgerechtigde en wanneer schriftelijk is gestemd voorts: blanco stemmen en stemmen die een andere aanduiding bevatten dan voor de desbetreffende stemming noodzakelijk is.

Artikel 18 - Regio’s

1. Een regio is een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid voor een bepaald geografisch gebied die lid is van de KNHS.

2. De regio maakt binnen de kaders van het door het KNHS-bestuur opgestelde meerjarenbeleidplan een werk- en beleidsplan voor de desbetreffende regio.

3. Een regio heeft onder meer tot taak:

a. Het bevorderen van paardenwelzijn;

b. Bestuurlijke beheerstaken;

c. Educatieve taken: het stimuleren en organiseren van educatie in brede zin op regionaal en lokaal niveau en het stimuleren van participatie op nationaal niveau;

d. Het stimuleren van talentontwikkeling;

e. Het stimuleren en faciliteren van het deelnemen aan wedstrijden;

f. Het stimuleren van de recreatieve ruitersportbeoefening waaronder het aanleggen, (doen) onderhouden, verbeteren en koppelen van ruiter- en menpaden;

g. Het vaststellen van de regiowedstrijdkalender;

h. Het organiseren van regiokampioenschappen;

i. Het verbinden van en stimuleren van de samenwerking tussen verenigingen en maneges in de regio;

j. Het stimuleren van andere activiteiten in de regio, die de leden binden;

k. Het onderhouden van een netwerk met regionale stakeholders om zo de sport te promoten en de belangen zo goed mogelijk te behartigen;

l. Het verkrijgen van voldoende financiële middelen, waaronder het verkrijgen van subsidies;

m. Activiteiten om leden te behouden en te werven;

n. Het geven van voorlichting, onder meer op het gebied van paardenwelzijn;

o. Het uitvoeren van andere door het KNHS-bestuur en/of Ledenraad opgedragen taken;

p. Het stimuleren van de recreatieve ruitersportbeoefening waar mogelijk te combineren met de basiswedstrijdsport.

FORA

Artikel 19 - Fora

1. De KNHS heeft een sportforum voor iedere discipline, die door de Ledenraad op voordracht van het KNHS-bestuur is ingesteld.

2. Een sportforum heeft tot taak de desbetreffende discipline te versterken en de sportbeoefening, te versterken en te bevorderen.

3. Het sportforum adviseert het KNHS-bestuur en de werkorganisatie over die zaken die de desbetreffende discipline aangaan.

4. Indien het sportforum een disciplinereglement kent, komt aan het forum een versterkt adviesrecht toe inzake dit disciplinereglement. Het KNHS-bestuur toetst de adviezen marginaal en kan adviezen terzijde schuiven indien zwaarwegende omstandigheden zich hiertegen verzetten, waaronder strijdigheid met statuten, reglementen, besluiten, beleidsplannen/begroting en doch niet uitsluitend het welzijn van het paard. Het KNHS-bestuur motiveert het besluit en hanteert de regel, pas toe of leg uit. Indien het KNHS-bestuur voornemens is het advies niet over te nemen, treedt (een afvaardiging van) het KNHS-bestuur in overleg met (een delegatie van) het sportforum.

5. Een forum bestaat uit ten minste vijf leden en maximaal 13 leden. Forumleden dienen te voldoen aan de profielschets. De profielschets wordt gecommuniceerd op de website van de betrokken discipline. Het recreatieforum bestaat uit maximaal 15 leden.

6. Een sportforum zorgt bij de samenstelling van het forum dat sprake is van een voldoende regionale spreiding, de verschillende expertises voldoende verankerd zijn en de leden van voldoende kwaliteit beschikken om de discipline te kunnen versterken/te bevorderen. Fora die regionaal zijn ingebed bestaan uit leden die door en uit de regio worden aangedragen, zodat de regionale spreiding voldoende is geborgd.

7. Leden van het forum dragen er zorg voor dat er een goede relatie bestaat met de achterban. Leden van het forum nemen actief deel aan de forumbijeenkomsten en nemen actief deel aan subwerkgroepen.

8. Indien een lid van een forum disfunctioneert, bijvoorbeeld niet (langer) voldoet aan de profielschets, dan wel niet gedragen wordt door de meerderheid van het forum, treedt het forum in overleg met het orgaan of het gremium dat het forumlid heeft aangedragen.

9. De onafhankelijke voorzitter van een sportforum wordt door het sportforum voor benoeming door het KNHS-bestuur voorgedragen. Deze voordracht dient voorafgaand aan de benoeming aan het KNHS-bestuur te worden voorgelegd, dat met de voordracht al dan niet kan instemmen. In het geval, dat het KNHS-bestuur niet instemt met de voordracht, dient een nieuwe voordracht plaats te vinden. Indien een sportforum om welke reden dan ook geen voordracht doet, benoemt het KNHS-bestuur een voorzitter.

10. De leden van het recreatiesportforum zijn een aantal portefeuillehouders in de besturen van de regioverenigingen of daartoe door het regiobestuur gemandateerde personen. In het recreatiesportforum hebben tevens maximaal vier portefeuillehouders recreatiesport van de regionale mendistrictverenigingen of daartoe door het mendistrictbestuur gemandateerde personen zitting.

11. Indien sprake is van een nationale vereniging bij de betreffende discipline bestaat het forum uit leden, die op voorstel van het bestuur van de desbetreffende nationale vereniging worden benoemd door de algemene ledenvergadering van de nationale vereniging. Een lid van een forum, waarbij sprake is van een nationale vereniging, kan eveneens bestuurslid zijn van de nationale vereniging.

12. Een forumlid kan slechts in één forum zitting hebben.

13. Het menforum bestaat uit twee door de algemene ledenvergaderingen van de mendistrictverenigingen benoemde personen, die worden voorgedragen door het mendistrictbestuur.

14. Ieder KNHS-bestuurslid kan de vergaderingen van het sportforum bijwonen, daarin het woord voeren, maar neemt niet deel aan de besluitvorming.

15. Een door de directeur aangewezen medewerker van de KNHS vormt de verbinding met de werkorganisatie en staat het forum bij. De medewerker draagt zorg voor het secretariaat en ondersteuning van het sportforum en het ontsluiten van informatie.

16. In het geval er binnen een sportforum discipline-overstijgende onderwerpen aan de orde komen, worden deze gecoördineerd door de manager wedstrijdsport of een door de directeur aan te wijzen persoon. Discipline-overstijgende onderwerpen worden indien nodig, aan de andere relevante sportfora voorgelegd.

17. Ieder sportforum vaardigt een lid van het sportforum af naar de Ledenraad. Het sportforum kan na een meerderheidsbesluit van het forum, ook een ander dan een forumlid afvaardigen, die het forum in de Ledenraad vertegenwoordigt.

18. In het geval sprake is van een nationale vereniging voor de desbetreffende discipline, dan vaardigt het bestuur van de nationale vereniging iemand af die het sportforum in de Ledenraad vertegenwoordigt. Dit kan maar hoeft geen bestuurder van de nationale vereniging te zijn.

19. De stemgerechtigde afgevaardigde heeft -met inachtneming van de statutair vastgestelde zittingsduur- namens het sportforum zitting in de Ledenraad van de KNHS.

PLATFORM

Artikel 20 - Platform overige rechtspersonen

1. Een platform vormt een functioneel onderdeel van de KNHS en komt geen rechtspersoonlijkheid toe.

2. Het platform stelt zich ten doel de leden die onder het platform vallen te verenigen en hun belangen te behartigen en te bevorderen, in de ruimste zin van het woord.

3. Het platform tracht deze doelen te bereiken door: discussie-, studie- en voorlichtingsbijeenkomsten te organiseren op landelijk niveau en kennis uit te wisselen en hun deskundigheid en vaardigheden te ontwikkelen, ten behoeve van de KNHS.

4. Het platform rechtspersonen:

a. De bij het platform ingedeelde rechtspersonen verkiezen op voordracht van het KNHS- bestuur en in overleg met de FNRS een afgevaardigde van het platform.

5. Het platform organisatoren:

a. Tijdens een voor organisatoren georganiseerde bijeenkomst wordt de afgevaardigde van het platform organisatoren door en uit de bij het platform ingedeelde organisatoren verkozen op voordracht van het KNHS-bestuur.

6. Het platform jeugd:

a. Het platform stelt zich ten doel jeugd tot en met 25 jaar te verenigingen en hun belangen te behartigen en te bevorderen, in de ruimste zin van het woord.

b. Het platform jeugd kent een platformraad dat door en uit de leden van de ”young leaders”, door het KNHS-bestuur wordt samengesteld.

c. Het lidmaatschap van de platformraad eindigt op het moment dat de leeftijd van 26 jaar is bereikt.

d. De platformraad wijst op voordracht van het KNHS-bestuur, een afgevaardigde aan die het platform jeugd in de Ledenraad van de KNHS vertegenwoordigt.

7. De stemgerechtigde afgevaardigde heeft -met inachtneming van de statutair vastgestelde zittingsduur- namens het platform zitting in de Ledenraad van de KNHS.

8. De oproep vindt plaats door middel van een bekendmaking in de vorm van een (digitale) publicatie door de KNHS.

MENDISTRICTEN

Artikel 21 - Mendistricten

1. Een mendistrict is een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid die lid is van de KNHS. Een mendistrict behartigt de belangen van de leden van het mendistrict met de daaronder

ressorterende menverenigingen en leden van de menafdeling van lokale verenigingen, die de mensport in wedstrijdverband beoefenen;

2. Een mendistrict maakt binnen de kaders van het door het KNHS-bestuur opgestelde meerjarenbeleidplan een werk- en beleidsplan voor het desbetreffende district;

3. Een mendistrict heeft onder meer tot taak:

a. Bestuurlijke beheerstaken;

b. Educatieve taken: het stimuleren en organiseren van educatie in brede zin op regionaal en lokaal niveau en het stimuleren van participatie op nationaal niveau;

c. Het stimuleren van talentontwikkeling en het faciliteren van het deelnemen aan wedstrijden;

d. Het stimuleren van de recreatieve mensportbeoefening waaronder het aanleggen, (doen) onderhouden, verbeteren en koppelen van ruiter- en menpaden;

e. Het verkrijgen van subsidies;

f. Activiteiten om leden te houden en te werven;

g. Het geven van voorlichting;

h. Het vaststellen van de wedstrijdkalender van het mendistrict;

i. Het -voor zover van toepassing- organiseren van mendistrictkampioenschappen;

j. Het doen beoefenen en het bevorderen van de groei en de kwaliteit van de mensport;

k. Het behartigen van de sportieve, prestatieve en recreatieve belangen van de mensport in de meest brede zin;

l. Het in opdracht van het KNHS-bestuur implementeren van nationaal beleid en het mede stimuleren van nieuwe ontwikkelingen;

m. Het uitvoeren van andere door het KNHS-bestuur en Ledenraad opgedragen taken, waaronder een effectieve uitrol van beleid en projecten naar verenigingen en andere stakeholders;

n. Het samenbundelen, coördineren, adviseren en activeren van leden, die de mensport beoefenen;

o. Het opbouwen van een relatie met alle relevante stakeholders in het werkgebied van de mendistrictvereniging om zo de mensport te promoten en de belangen zo goed mogelijk te behartigen;

p. Het -waar van toepassing in samenwerking met andere mendistrictverenigingen- voeren van overleg met andere stakeholders;

q. Het uitvoeren van andere door het KNHS-bestuur opgedragen taken;

r. Het stimuleren van de recreatieve mensportbeoefening waar mogelijk te combineren met de basiswedstrijdsport.

NATIONALE VERENIGINGEN

Artikel 22 - Nationale verenigingen

1. De KNHS kent nationale verenigingen als lid als bedoeld in artikel 7 van de statuten.

2. Een bestuur van een nationale vereniging:

a. Maakt binnen de kaders van het door het KNHS-bestuur opgestelde meerjarenbeleidplan een werk- en beleidsplan voor de desbetreffende discipline;

b. Adviseert het forum over voorstellen van hun vereniging die de KNHS als geheel betreffen;

c. Voert, voor zover van toepassing, voor de eigen discipline overleg over de concourskalender en over beleidszaken;

d. Initieert regionale en landelijke activiteiten en uitrol van beleid;

e. Volgt en formuleert adviezen met betrekking tot actuele ontwikkelingen op nationaal en internationaal gebied van de hippische sport;

f. Ondersteunt startmogelijkheden, aangepast aan de behoefte van deelnemers in binnen- en buitenland.

OVERIG

Artikel 23 - Topsportcommissies

1. Een topsportcommissie adviseert de technisch directeur en heeft tot taak:

a. Het ontwikkelen, onderhouden, vermeerderen, verdiepen en uitdragen van de technische kennis van de desbetreffende discipline in de ruimste zin van het woord;

b. Het actueel en praktijkgericht doen houden van de reglementering door het adviseren en doen van voorstellen aan het sportforum;

c. Het opstellen van regels en adviezen voor topsportspecifieke competities en projecten;

d. Het geven van advies aan het KNHS-bestuur inzake toewijzing van Nederlandse Kampioenschappen in de desbetreffende discipline;

e. Het volgen van, inspelen op en formuleren van adviezen met betrekking tot actuele ontwikkelingen op nationaal en internationaal gebied van de sport;

f. Het opstellen van sporttechnische voorwaarden om tot een goede wedstrijdkalender te komen;

g. Het adviseren inzake afstemming van de reglementering van de KNHS op de reglementering van de FEI;

h. Het uitvoeren van alle andere taken, die redelijkerwijs gerekend kunnen worden tot het aandachtsgebied van de topsportcommissie.

Artikel 24 - Bondsatletencommissie

1. Deze bepaling vervangt het reglement Bondsatletencommissie.

2. De KNHS kent een bondsatletencommissie, bestaande uit minimaal drie personen en maximaal negen personen uit de diverse FEI-disciplines.

3. De bondsatletencommissie vertegenwoordigt binnen de KNHS de topsporters (ruiters, voltigeurs, menners) in de nationale seniorenkaders en degenen die daar de voorafgaande twaalf maanden deel van uitmaakten.

4. De bondsatletencommissie voert namens de topsporters/kaderleden (ruiters, voltigeurs, menners) overleg met de afdeling Topsport en Technisch Directeur over het topsportbeleid in algemene zin en de belangen van de topsporters in het bijzonder.

5. De bondsatletencommissie heeft als centrale doelstelling het adviseren t.a.v. het topsportbeleid van de KNHS vanuit het gezichtspunt en de belangen van de topsporters. Daartoe heeft zij de inspanningsverplichting te onderzoeken wat de wensen en standpunten zijn van de kaderleden/topsporters die zij vertegenwoordigt.

Artikel 25 - Selectie Adviescommissie

1. De Ledenraad vertegenwoordigt alle leden van de KNHS en is zo samengesteld dat de Ledenraad voldoende representatief is en beschikt over de benodigde kwaliteiten, competenties en expertise.

2. Bij de werving en selectie van ledenraadsleden kan worden gewerkt met een vooraf opgestelde profielschets, waarin de vereiste kwaliteiten van het lid of de leden worden beschreven.

3. De benoeming van een nieuw ledenraadslid geschiedt met inachtneming van de statuten als volgt:

a. De Ledenraad stelt een selectie adviescommissie in;

b. De selectie adviescommissie staat de regio, het platform of het forum dat een vertegenwoordiging in de Ledenraad heeft, met advies terzijde en geeft advies over de voorgestelde kandidaat of over de kandidaten. Het advies van de selectiecommissie is niet bindend.

4. Indien er meer dan één voordracht is, geschiedt de benoeming uit die voordrachten.

Artikel 26 - Schadevergoeding

Indien een uitspraak van het Tuchtcollege, het Instituut Sportrechtspraak, de Raad van Appèl of de Commissie van Beroep tot gevolg heeft dat de beslissing van het KNHS-bestuur, van de Ledenraad van de KNHS of van een orgaan, dan wel één van haar officials geheel of ten dele wordt gewijzigd of vernietigd, kan daaraan door de betrokkenen noch door derden enig recht op schadevergoeding jegens de KNHS worden ontleend.

Document Metadata

Table of Contents

Inhoudsopgave

Document Metadata