Contract
Addendum ‘Non-discriminatie en inclusie 2021-2022’ bij het sectorconvenant 2021 - 2022 afgesloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de Grafische sector
Tussen de VLAAMSE REGERING,
hierbij vertegenwoordigd door:
Xxxxxxx Xxxxx Xxxxxxx, De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw,
hierna de “Vlaamse Regering” genoemd,
en de SOCIALE PARTNERS VAN Grafische sector,
met als vertegenwoordigers voor de werkgevers:
- Xxxxxxx Xxxx Xxxxxxxxx, Voorzitter raad van bestuur GRAFOC vzw, vertegenwoordiger Vlaamse nieuwsmedia , HR Manager Printing Partners Beringen;
- De xxxx Xxxxx Xxxxx, Voorzitter raad van bestuur Xxxxxxxx xxx, CEO Graphius;
met als vertegenwoordigers voor de werknemers:
- De xxxx Xxx Xxxxxx, Ondervoorzitter GRAFOC vzw, Secretaris ACV, Bouw, Industrie & Energie;
- De xxxx Xxx Xxxxxxxx, Bestuurder GRAFOC vzw, Federaal Secretaris BBTK;
hierna “de sector” genoemd,
Wordt overeengekomen wat volgt:
Verbintenissen van de Vlaamse Regering
Artikel 1. De Vlaamse Regering verbindt er zich toe in het kader van voorliggende overeenkomst tijdens de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2022 een maximale toelage van 85.000,00 EUR uit te betalen aan Grafoc vzw (Grafisch Opleidingscentrum), Xxxxxxxxxxxxx 0, xx 0000 Xxxxxxx (ondernemingsnummer: 0852.063.044 - bankrekeningnummer: XX00 0000 0000 0000) ter financiering van acties ter bestrijding van discriminatie en bevordering van inclusie.
Artikel 2. De in deze overeenkomst opgenomen engagementen zijn inspanningsverbintenissen en resultaatsverbintenissen. Bij de afrekening wordt de verantwoording van de inspanningen én van de resultaten beoordeeld:
- 80% van de projectsubsidie wordt verbonden aan de inspanningen die geleverd worden door de sector;
- 20% van de projectsubsidie wordt verbonden aan de resultaatsverbintenissen die bij de acties worden vermeld: twintig percent van het in artikel 1 vermelde bedrag wordt uitbetaald in zoverre de resultaatsverbintenis per actie is behaald. Als een verbintenis niet wordt behaald, wordt de twintig percent a rato van het aantal behaalde resultaatsverbintenissen uitbetaald;
- De storting van de subsidie wordt geregeld via het Ministerieel Besluit houdende toekenning van een projectsubsidie aan Grafoc vzw ter uitvoering van het addendum “Non-discriminatie en inclusie 2021-2022” bij het sectorconvenant (2021-2022) afgesloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de Grafische sector.
Verbintenissen van de sector
Artikel 3. De Grafische sector verbindt zich ertoe om, vertrekkende van een sectorale visie op de werkcomponent van non-discriminatie en inclusie, de sectorale realiteit en de sectorspecifieke uitdagingen en prioriteiten acties op te zetten ter versterking van de werkcomponent van non- discriminatie en inclusie.
De acties geformuleerd in dit addendum hebben betrekking op:
- Sensibiliserende, informerende en ondersteunende acties met betrekking tot non- discriminatie en inclusie. De sector baseert zich voor het formuleren van deze acties op de omgevingsanalyse en visie die geformuleerd staat in het sectorconvenant 2021 – 2022.
- Opstart van een monitoringsproces:
o Uitvoering van een risicoanalyse als voorbereiding op de nulmeting;
o uitvoering van een sensibiliserende nulmeting;
o Interne sectorale dialoog over de risicoanalyse, de resultaten van de nulmeting, ontwerp van een (volwaardig, ondermeer en minimaal inhakend op de nulmeting) actieplan en voorbereiding van de uitrol van het actieplan.
- Volgende principes worden als kader voor het monitoringproces door de overheid aangereikt.
1. We zetten de ingeslagen weg van zelfregulering door sectoren verder.
2. De zelfregulering verloopt bij voorkeur aan de hand van een door de overheid aangereikte methodiek. Die methodiek werd beschreven in het expertenrapport “het
terugdringen van arbeidsmarktdiscriminatie in de Vlaamse sectoren: academische
visie en instrumenten” (Xxxxx, X., Xxxxxxxx, X., Xxxxxx-Xxxx Xxxxxxxxx d.d. 31/10/2020).
3. De toepassing van de methodiek wordt opgevolgd door een intersectorale begeleidingsgroep ‘monitoring discriminatie’. De begeleidingsgroep voorziet tevens in begeleiding bij de methodiek, inspelend op vragen van sectoren.
4. De methodiek is sensibiliserend van aard. Er wordt geen koppeling gemaakt met handhaving. Het expertenrapport suggereert op p. 53 dat handhaving sensibilisering versterkt en kan aanvullen. Hier gaan we niet op in.
5. De methodiek neemt het sectorniveau als uitgangspunt. Resultaten worden enkel op geaggregeerd niveau verzameld, intern besproken en openbaar gemaakt. Resultaten op ondernemingsniveau worden geanonimiseerd weergegeven.
6. De methodiek bestaat uit 3 fasen: een nulmeting – een actiefase – een opvolgmeting. In het addendum ligt de klemtoon op de nulmeting.
7. De methodiek omvat 5 kwaliteitscriteria. Die kwaliteitscriteria worden geborgd vanuit de sector, de externe partner en de begeleidingsgroep ‘Monitoring discriminatie’.
8. De meting zelf verloopt bij voorkeur via een correspondentietest. De correspondentietest wordt idealiter voorafgegaan door een risicoanalyse. De risicoanalyse is een dynamisch instrument en kan verder aangevuld en verrijkt worden met informatie uit de correspondentietest.
9. Het menu dat in het expertenrapport wordt aangereikt voor de actiefase is een inspiratiemenu. De daarin voorgestelde acties zijn geen verplichting. Ze helpen de sectoren een breder zicht te krijgen op mogelijke, doelgerichte acties. Zo kan bijvoorbeeld een sector de keuze maken om, vanuit sensibiliserend en actiegericht oogpunt, een mysteryshopping te organiseren. Dit is geen verplichting. Zo kan een sector ervoor kiezen om de (meer gedetailleerde, op bedrijfsniveau verzamelde) informatie uit de nulmeting te gebruiken om een begeleiding op het niveau van een onderneming op te starten. In dat geval maakt de sector een afspraak over het gebruik van deze informatie. Ook dit is geen verplichting.
10. Enkele elementen worden nog, in de loop van het proces en in de looptijd van het addendum, in samenspraak met de sectoren nader bepaald en meegedeeld. Voor wat betreft het aantal in de nulmeting mee te nemen discriminatiegronden, of en met welke sectoren een clustering aangewezen is: hierover wordt op basis van informatie uit de risicoanalyses vanuit de begeleidingsgroep ‘monitoring discriminatie’ een advies geformuleerd.
Artikel 4. De sector verbindt er zich toe de subsidie enkel aan te wenden voor de loonkosten en werkingsmiddelen ter uitvoering van deze acties.
Artikel 5. Ter verantwoording en ter evaluatie van deze overeenkomst bezorgt de sector ten laatste op 31 januari 2023 een eindrapport aan het departement Werk en Sociale Economie. Het eindrapport omvat:
- de rapportering over de verschillende initiatieven ter realisering van dit addendum;
- de toetsing van het behalen van de resultaatsverbintenis(sen);
- de verantwoording van de aanwending van de ontvangen subsidiebedragen.
Het departement Werk en Sociale Economie bezorgt de richtlijnen inzake de rapportering tijdig aan de sector.
Visie op het vlak van non-discriminatie en inclusie
De grafische sector heeft een groot aantal oudere werknemers waardoor de uitstroom van 55- plussers met 36,1% bijzonder hoog zal liggen in 2025. Er wordt ingeschat dat de tewerkstelling in de sector nog verder zal krimpen met 4,1% tegen 2025. De instroom (vervangingsvraag) zal gaan over het vervangen van deze groep uittreders en wordt geschat op +8,2%.
33,26% van al de PC130 arbeiders in de sector is ouder dan 50 jaar en slechts 4,77% is jonger dan 25 jaar. (bron RSZ).
De grafische sector heeft al een hele weg afgelegd in kader van de diversiteit in de sector. De tewerkstelling van 50 plussers is toegenomen van 32,2% in 2016 naar 36,3% in 2019 (Bron: De Vlaamse Arbeidsmarkt in sectoraal perspectief 2017 WSE en groepssectorfoto 2020 WSE).
De grafische sector blijft een sector met voornamelijk een mannelijke tewerkstelling maar ook hier is een toename van het aandeel vrouwelijke werknemers. Het aandeel vrouwelijke werknemers is ligt gestegen van 25% in 2016 naar 25,7% in 2019 (Bron: De Vlaamse Arbeidsmarkt in sectoraal perspectief 2017 WSE en groepssectorfoto 2020 WSE).
De grafische sector kent voornamelijk een werknemerspopulatie van Belgische nationaliteit. Maar ook hier zijn grote stappen gezet naar een meer diverse werknemers populatie. In 2015 behoorden nog 8,7% van de werknemers tot de groep die in aanmerking komt op basis van herkomst. In 2019 is dit gestegen naar 17,6% (Bron WSE, herkomstmonitor 2015 en groepssectorfoto 2020 WSE).
De sociale partners van de grafische sector schatten in dat discriminatie in de sector voorkomt als randfenomeen en dat de meeste werkgevers en werknemers professioneel omgaan met
mensen met verschillende achtergrond, gender, leeftijd, …
In contacten met werknemers, werkgevers en werkzoekenden maakt GRAFOC geen onderscheid op basis van sekse, vermeend ras, kleur, afkomst, nationaliteit of etnische origine, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, leeftijd, geloofs- of filosofische overtuiging, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, handicap of lichamelijk kenmerk van de werkzoekenden.
GRAFOC zal de non-discriminatiecode blijven verspreiden in de sector via o.a. bedrijfsbezoeken, opnemen op de website, …. Werkgevers en werknemers die vragen hebben over discriminatie zullen ondersteund worden en geïnformeerd over mogelijke kanalen waar discriminatie kan
gemeld worden (o.a. Unia, vakbonden, werkgeversfederatie, …).
GRAFOC zal actief actie ondernemen om non-discriminatie in de bedrijven zichtbaarder te maken zodat voor alle mensen de drempel verlaagd wordt om te solliciteren in deze bedrijven. GRAFOC zal actief actie ondernemen om bedrijven bij te staan in een divers personeelsbeleid.
GRAFOC begeleidt werkzoekenden vanuit de VDAB opleidingen drukvoorbereiding, drukken en drukafwerken tijdens hun stage (naar werk). 59% van de werkzoekende cursisten in de lineaire opleiding drukken en afwerken (knelpuntberoepen) behoorden in 2019 tot één of meerdere kansengroepen. 77% van de werkzoekende cursisten in bedrijfsleren (een opleidingsproject in bedrijven ism VDAB) behoorden in 2019 tot één of meerdere kansengroepen. 100% van de werkzoekenden van Grafisch Xxxxxx (een opleidingsproject ism het cc van VDAB Turnhout) behoorden tot één of meerdere kansengroepen (Bron: Eindverslag convenant 2018-2019).
Indien bij instroomprojecten een werkgever vraagt om een bepaalde doelgroep uit te sluiten uit een selectie – wat de afgelopen 12 jaar nog niet het geval was – zal GRAFOC niet op deze vraag ingaan. Indien deze vraag toch wordt gesteld zal GRAFOC de meerwaarde van de werkzoekende benadrukken en de werkgever van deze meerwaarde overtuigen. Wanneer de werkgever halsstarrig bij zijn standpunt blijft dat er in het bedrijf geen ruimte is voor werkzoekenden uit de kansengroepen zal GRAFOC VDAB hiervan op de hoogte brengen en de werkzoekende informatie bezorgen van unia (xxxxx://xxx.xxxxxxx.xxxx.xx/xx/xxxx-xxx). In voorkomende gevallen zal GRAFOC eveneens melding doen bij unia.
Indien een werknemer of werkzoekende aan GRAFOC meldt dat hij/zij slachtoffer is van enige vorm van discriminatie zal GRAFOC in overleg met de betrokkene contact opnemen met de werkgever om een bemiddelende rol te spelen. Indien deze eerste aanpak niet werkt zal GRAFOC de vakbond van de werknemer of werkzoekenden, indien dit het geval is, contacteren. Wanneer de werkgever halsstarrig bij zijn standpunt blijft zal GRAFOC VDAB en/of unia hier van op de hoogte brengen.
De Printmedia industrie is een KMO sector met specifieke kenmerken en noden. Zware investeringen in up-to-date hightech apparatuur eisen voor een groot stuk dat nieuwe medewerkers zo snel mogelijk inzetbaar moeten zijn.
Ontgroening en vergrijzing zorgen ervoor dat deze werknemers niet altijd direct beschikbaar zijn. In hun zoektocht naar nieuwe medewerkers wordt er vaak te weinig stilgestaan bij het aspect diversiteit in het personeelsbeleid, of is er een te eenzijdig beeld wat betreft dit begrip.
Het HR-beleid in een kleine onderneming is geen evidentie. In dit type bedrijven zal de zaakvoerder het HR beleid op zich nemen naast diverse andere taken zoals verkoop, administratie, ondersteunende taken in de productie, …. Om deze bedrijven te ondersteunen staat GRAFOC bedrijven bij die op zoek zijn naar nieuwe instroom door op zoek te gaan naar werkzoekenden die over de juiste competenties en attitudes beschikken (en in de woonomgeving van het bedrijf).
De taalbarrière bij anderstaligen blijft groot. Het is een meerwaarde dat het taalniveau (gesproken) Nederlands van anderstaligen op een voldoende niveau staat voordat ze aan een opleiding starten. Op deze manier verhoogt de slaagkans om een opleiding met succes af te werken, het is een meerwaarde voor de werkzoekende (verbetering van tewerkstelling en eigenwaarde), de industrie (vlottere opstart van nieuwkomers) en de zittende werknemers (binnen een productieomgeving verhoogt dit de werkbaarheid).
GRAFOC zal voor anderstalige nieuwkomers die een printmedia opleiding volgen promotie voeren bij werkgevers en werkzoekenden voor het aanbod Nederlands op de werkvloer.
Acties
Sensibiliserende, informerende en ondersteunende acties ter bestrijding van discriminatie en ter bevordering van inclusie
Actie 1: Promotie en verspreiding (inter)sectorale handleiding Non- Discriminatiecode | |
Omschrijving | De sociale partners van de grafische sector schatten in dat discriminatie in de sector voorkomt als randfenomeen en dat de meeste werkgevers en werknemers professioneel omgaan met mensen met verschillende achtergrond, gender, leeftijd, … Een (inter)sectorale non-discriminatiecode kan bijdragen tot het meer zichtbaar maken van een divers personeelsbeleid van een bedrijf. In het sectorconvenant 2018 - 2019 en het addendum 2020 hebben een aantal sectoren intersectoraal het project “Intersectorale handleiding Non-Discriminatiecode” uitgewerkt. GRAFOC zal in de convenantsperiode 2021 - 2022 navraag doen hoe we deze informatie digitaal en in print kunnen verspreiden in de grafische sector via o.a. e-GRAFOC om o.a. het bereik van de brochure van de intersectorale campagne te vergroten. Indien GRAFOC geen gebruik kan/mag maken van de intersectorale non-discriminatiecode of de bijhorende kosten te hoog zijn zal GRAFOC de eigen non-discriminatiecode blijven promoten. GRAFOC zal op zijn website een meer prominente plek geven aan diversiteit. Er wordt een extra pagina aangemaakt waar ruimte is voor de non-discriminatie code, getuigenissen van bedrijven, …. GRAFOC zal dit via diverse kanalen zoals nieuwsbrieven, gedrukte communicatie, aanvraagdossiers voor opleidingssubsidies, … communiceren met de bedrijven. |
Timing | Deze actie loopt in 2021 en 2022. |
Betrokken partners | Sectoren die reeds beschikken over de non-discriminatiecode (bijvoorbeeld Woodwize). |
Resultaatsverbintenis | GRAFOC zal in het addendum 2021 - 2022 navraag doen hoe we deze informatie digitaal en in print kunnen verspreiden in de grafische sector via o.a. e-GRAFOC om o.a. het bereik van de brochure van de intersectorale campagne te vergroten. Indien GRAFOC geen gebruik kan/mag maken van de intersectorale non-discriminatiecode of de bijhorende kosten te hoog zijn zal GRAFOC de eigen non-discriminatiecode blijven promoten. GRAFOC zal op zijn website een meer prominente plek geven aan diversiteit. Er wordt een extra pagina aangemaakt waar ruimte is voor de non-discriminatie code, getuigenissen van bedrijven, … . |
GRAFOC zal dit via diverse kanalen zoals nieuwsbrieven, gedrukte communicatie, aanvraagdossiers voor opleidingssubsidies, … communiceren met de bedrijven. |
Actie 2: Kennisoverdracht tussen verschillende generaties | |
Omschrijving | Oudere werknemers beschikken dikwijls over een hoop kennis en vaardigheden die nergens gedocumenteerd is. Werkgevers moeten er zich van bewust zijn dat deze kennis tijdig moet overgedragen worden op andere werknemers om deze informatie niet verloren te laten gaan. Aan de hand van o.a. bedrijfsbezoeken zal GRAFOC werkgevers er attent op maken dat kennis (o.a. typo drukken) van ervaren (oudere) werknemers tijdig moet overgedragen worden op andere (jongere) werknemers. GRAFOC zal promotie voeren voor de ESF projecten inclusief ondernemen. GRAFOC zal werkgevers informeren dat een opleiding mentor/coach kan bijdragen tot het goed overbrengen van informatie tussen een mentor en een collega. |
Timing | Deze actie loopt in 2021 en 2022. |
Betrokken partners | Individuele werknemers en werkgevers. |
Inspanningsverbintenis | Aan de hand van o.a. bedrijfsbezoeken zal GRAFOC werkgevers er attent op maken dat kennis (o.a. typo drukken) van ervaren (oudere) werknemers tijdig moet overgedragen worden op andere (jongere) werknemers. GRAFOC zal promotie voeren voor de ESF projecten inclusief ondernemen. GRAFOC zal werkgevers informeren dat een opleiding mentor/coach kan bijdragen tot het goed overbrengen van informatie tussen een mentor en een collega. |
Actie 3: Nederlands op de werkvloer | |
Omschrijving | Om de kans op werk van anderstalige nieuwkomers te vergroten is het belangrijk dat de cursisten een voldoende basiskennis hebben van de (gesproken) Nederlandse taal alvorens ze aan een printmedia opleiding beginnen bij VDAB. Om de kans op tewerkstelling van mensen uit de kansengroepen te vergroten zien de sociale partners van de grafische sector het als een meerwaarde om Nederlands op de werkvloer (o.a. via VDAB) aan te bieden. |
GRAFOC zal aanvullende opleidingen Nederlands voor anderstalige nieuwkomers, in een PC130 functie, via het volwassenenonderwijs mee financieren. | |
Timing | Deze actie loopt in 2021 en 2022. |
Betrokken partners | VDAB, centra voor NT2, CVO’s. |
Inspanningsverbintenis | GRAFOC zal aanvullende opleidingen Nederlands voor anderstalige nieuwkomers, in een PC130 functie, via het volwassenenonderwijs mee financieren. GRAFOC zal voor alle anderstalige werkzoekenden die een grafische opleiding volgen en instromen in een PC130 beroep (waar we van op de hoogte zijn) Nederlands voor anderstaligen aanbieden. Dit aanbod zal aan de anderstalige werkzoekenden en de werkgevers gecommuniceerd worden. |
Uitvoering risicoanalyse als voorbereiding op de nulmeting
Actie: Uitvoering van een risicoanalyse als aanloop naar de nulmeting | |
Omschrijving | Uitvoering van een bredere, diepere omgevingsanalyse om: 1) een bredere context te schetsen, 2) achterliggende mechanismen te verkennen, 3) de nulmeting (zijnde de correspondentietest) voor te bereiden en aan te vullen en 4) een goede vertaalslag te kunnen maken naar doelgerichte acties inspelend op de sector. De sector baseert zich hiervoor op de methodiek zoals aangereikt in het expertenrapport “het terugdringen van arbeidsmarkt- discriminatie in de Vlaamse sectoren: academische visie en instrumenten (Xxxxx, X., Xxxxxxxx, X., Xxxxxxxxx, P.P)” opgesteld op 30/10/2020 (zie p. 37 tem 43). De risicoanalyse wordt als aanloop en ter voorbereiding van de nulmeting doorgelopen. De sector kan hiervoor bronnen en een vragenschema raadplegen zoals meegegeven in het expertenrapport. De sector zal hierin begeleid worden vanuit de begeleidingsgroep ‘monitoring discriminatie’. |
Timing | Deze actie loopt in 2021. |
Betrokken partners | Departement WSE, collega sectoren, sociale partners, werkgevers, intersectorale adviseur en begeleidingsgroep ‘monitoring discriminatie’. |
Inspanningsverbintenis | De sector onderneemt een nulmeting. De sector volgt de methodiek, kwaliteitscriteria en afspraken uit de begeleidingsgroep op. |
Uitvoering nulmeting
Actie: Uitvoering van een sensibiliserende nulmeting | |
Omschrijving | Uitvoering van een sensibiliserende nulmeting aan de hand van een correspondentietest. Voor de uitvoering van de correspondentietest baseert de sector zich op de methodiek zoals beschreven in het rapport “het terugdringen van arbeidsmarkt-discriminatie in de Vlaamse sectoren: academische visie en instrumenten (Xxxxx, X., Xxxxxxxx, X., Xxxxxxxxx, P.P.) ” opgesteld op 30/10/2020, zie p. 23 tem 36. De sector volgt daarbij de kwaliteitscriteria, zoals beschreven op p. 19 – 21). De kwaliteitscriteria worden geborgd vanuit de sector, de externe partner en de begeleidingsgroep ‘monitoring discriminatie’. De sector zal voor de uitvoering beroep doen op een externe dienstverlener. De uitvoering gebeurt in afstemming met een begeleidingsgroep die het ganse monitoringsproces zal begeleiden. Voorafgaand aan de start van de nulmeting, zal de begeleidingsgroep een advies verlenen met betrekking tot de te testen discriminatiegronden en of en met welke sectoren een clustering aangewezen kan zijn. De sector maakt voor de aanstelling van een externe dienstverlener gebruik van de raamovereenkomst die door de overheid geboden wordt. Na de uitvoering van de correspondentietest, kan/zal de sector de risicoanalyse verder aanvullen. De risicoanalyse is een dynamisch instrument. en kan verder aangevuld en verrijkt worden met informatie uit de nulmeting (zie p. 40, 7.3.2). Dit laat tevens toe dat een bredere context voor de nulmeting geschetst kan worden. |
Timing | Deze actie loopt in 2022. |
Betrokken partners | Departement WSE, collega sectoren, sociale partners, werkgevers, intersectorale adviseur en begeleidingsgroep ‘monitoring discriminatie’. |
Inspanningsverbintenis | De sector onderneemt een nulmeting. De sector volgt de methodiek, kwaliteitscriteria en afspraken uit de begeleidingsgroep op. |
Interne sectorale dialoog over de risicoanalyse resultaten nulmeting, ontwerp van een (meer volwaardig) actieplan en aanloop uitrol actieplan
Actie: Bespreking resultaten nulmeting en overleg binnen de sector met oog op ontwerp van een (meer volwaardig) actieplan | |
Omschrijving | De sector zal de resultaten van de risicoanalyse en nulmeting bespreken met de sectorale sociale partners. De sector vertaalt deze resultaten naar passende en doelgerichte acties. Deze acties worden voorgesteld in een ontwerp van volwaardig actieplan. De sector zorgt voor een transparante rapportering over de methodologie en resultaten. De rapportering bevat enkel gegevens op geaggregeerd niveau. Dit wil zeggen dat de gegevens van de ondernemingen geanonimiseerd werden. De sector adviseert de Vlaamse overheid om voldoende middelen ter beschikking te stellen van de sector om kwalitatieve acties uit te rollen om de tewerkstelling van kansengroepen te vergroten. De sector dient een rapportering van de resultaten van de nulmeting en een ontwerp van actieplan bij het Departement WSE in. De sector zorgt ook voor een publieke rapportering. De sector stemt een (gezamenlijke) communicatie-werkwijze af met de begeleidingsgroep. |
Timing | Deze actie loopt in 2022. |
Betrokken partners | Individuele bedrijven sociale partners, begeleidingsgroep ‘monitoring discriminatie’, Departement WSE. |
Inspanningsverbintenis | De sector zorgt voor een transparante rapportering over de methodiek en resultaten. De sector dient een rapportering van de nulmeting (risicoanalyse en correspondentietest) en ontwerp van actieplan bij het Departement WSE in. |
Rode draden
Intersectorale toets | In de partnerschappen is het de bedoeling om complementair te werken en elkaar maximaal te versterken met respect voor ieders competenties en eigenheid. De deelname van kansengroepen aan de arbeidsmarkt (intersectoraal) kan een stuk beter. GRAFOC zal actief bijdragen aan de werking van de intersectorale adviseur. |
Relancetoets | Tijdens corona is de tijdelijke werkloosheid in de sector enorm gestegen, VDAB kon geen werkzoekenden opleiden, de productie viel dikwijls terug op 10%, … . Al deze anomalieën hebben ervoor gezorgd dat er geen nieuwe instroom kon verwezenlijkt worden. Het divers profiel van werkzoekenden kon zodoende niet of minder vlot toegeleid worden naar de sector. Een aantal bedrijven die omwille van hun producten niet of minder werden getroffen door de corona problematiek hadden wel openstaande vacatures. GRAFOC zal in samenwerking met VDAB blijven inzetten op het toeleiden van werkzoekenden naar openstaande vacatures via het project opleiding op de werkvloer (op voorwaarde dat de opleidingen coronaproof kunnen doorgaan). De sociale partners van de grafische sector zullen een opleidingsaanbod uitwerken voor de werknemers zodat ze tijdens tijdelijke werkloosheid opleiding kunnen volgen om sterker te staan in hun job. In het opleidingsaanbod zullen ook softskill opleidingen zoals o.a. mentoren opleiding, communicatie met collega’s en leidinggevenden, … . |
Partnerschappen op het snijvlak leren, werken en innoveren als middel om de complexe en maatschappelijke uitdagingen aan te gaan | In de partnerschappen is het de bedoeling om complementair te werken en elkaar maximaal te versterken met respect voor ieders competenties en eigenheid. GRAFOC zal actief bijdragen aan de werking van de intersectorale adviseur. GRAFOC zal tijdens infosessie van tewerkstellingscellen ontslagen werknemers bevragen die de sector willen verlaten en deze werknemers in contact brengen met andere sectorfondsen. GRAFOC is voorstander om kennis in de sector te houden. Indien werknemers de sector willen verlaten primeert een nieuwe tewerkstelling van de ontslagen werknemer. |
Competentie- en loopbaangericht werken | De sector wil zittende werknemers de mogelijkheid geven om langer aan de slag te blijven. Deze ervaren werknemers beschikken over een grote kennis van hun job en de sector. Het verhogen van de werkbaarheid biedt mogelijkheden om werknemers langer aan de slag te houden. GRAFOC wil ook meewerken aan loopbaanbegeleiding/loopbaan coaching van werknemers uit de grafische sector. |
Algemene bepalingen inzake financiering, beëindiging, wijziging, evaluatie, controle en toezicht van de overeenkomst
Beëindiging
Het addendum ‘non-discriminatie en inclusie 2021-2022’ wordt afgesloten voor een periode van 2 jaar en kan niet stilzwijgend worden verlengd.
Het addendum ‘non-discriminatie en inclusie 2021-2022’ eindigt hetzij bij het verstrijken van de looptijd, hetzij bij onderlinge overeenkomst tussen de partijen, hetzij door opzegging. De partijen kunnen op elk moment het sectorconvenant ‘non-discriminatie en inclusie 2021-2022’ opzeggen, mits ze een opzegtermijn van 6 maanden in acht nemen. De kennisgeving van de opzegging gebeurt per aangetekende brief. De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de eerste werkdag na de kennisgeving. Het addendum ‘non-discriminatie en inclusie 2021-2022’ kan door de Vlaamse Regering worden beëindigd zonder inachtname van een opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding als het algemeen belang dat in buitengewone omstandigheden vereist. Als bij de evaluatie door het departement Werk en Sociale Economie wordt vastgesteld dat de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties op ernstige wijze tekortschieten in de verwezenlijking van de beoogde doelstellingen, kan de Vlaamse Regering het addendum ‘non-discriminatie en inclusie 2021-2022’ eenzijdig beëindigen zonder opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding.
Wijzigbaarheid
De Vlaamse Regering bepaalt na voorafgaand overleg tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners in het Vlaams Economisch Sociaal Overlegcomité, de wijze waarop bijsturingen of wijzigingen van het actieplan of van de verbintenissen in het addendum ‘non-discriminatie en inclusie 2021-2022’ tijdens de looptijd worden doorgevoerd.
Evaluatie
Het departement Werk en Sociale Economie voorziet een sjabloon voor de inhoudelijke en financiële rapportage. Bij de opvolgingsmomenten en evaluaties wordt nagegaan of de aangegane verbintenissen ook effectief zijn bereikt.
Controle en toezicht
De sociaalrechtelijke inspecteurs van de administratie zijn belast met het toezicht op de naleving van de bepalingen van het decreet op de sectorconvenants en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan in het geval van een vastgestelde inbreuk het addendum ‘non- discriminatie en inclusie 2021-2022’ opschorten.
Opgemaakt in drie originele exemplaren waarvan elke partij een exemplaar ontvangt te Brussel op
Namens de Vlaamse Regering,
De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw,
Xxxxx XXXXXXX
Namens de sociale partners van de Grafische sector, met als vertegenwoordigers voor de werkgevers:
Xxxxxxx Xxxx XXXXXXXXX, voorzitter raad van bestuur GRAFOC vzw, vertegenwoordiger Vlaamse nieuwsmedia,
HR Manager Printing Partners Beringen
De xxxx Xxxxx XXXXX, Voorzitter raad van bestuur Febelgra vzw
CEO Graphius
met als vertegenwoordigers voor de werknemers:
De xxxx Xxx XXXXXX, Ondervoorzitter GRAFOC vzw
Secretaris ACV, Bouw, Industrie & Energie
De xxxx Xxx XXXXXXXX, Bestuurder GRAFOC vzw Federaal Secretaris BBTK