Keurmerkreglement
Keurmerkreglement
Versie: 1 juli 2022
Inhoudsopgave
1. Begripsbepalingen
2. Doel van het reglement
3. Werkingssfeer van het reglement
4. Aanvraag keurmerk
5. Toelatingsvoorwaarden
6. Voorwaarden voor inspectie
7. Rechten voortvloeiende uit het inspectieresultaat
8. Inspectie-instelling
9. Het Register met ondernemingen die over het keurmerk beschikken
10. Keurmerklogo en Keurmerkuitingen
11. Entreebijdrage en/of jaarlijkse bijdrage
12. Doorhalen registratie of intrekken keurmerk
13. Klachten en/of Commissie van Beroep
14. Uitsluiting aansprakelijkheid
15. Geheimhouding
16. Meldingen
17. Betalingen en gevolgen niet tijdige betalingen
18. Geschillen
19. Inwerkingtreding
Artikel 1 Begripsbepalingen:
Stichting: De Stichting PayChecked in Transport gevestigd te Zoetermeer
Statuten: De statuten van de Stichting.
Bestuur: Het bestuur van de Stichting PayChecked in Transport.
Inspectie-instelling: Een geaccrediteerde inspectie-instelling waarmee de Stichting een overeenkomst heeft gesloten.
Register: Het register van geregistreerde ondernemingen die beschikken over het Keurmerk PayChecked in Transport uit hoofde van deze regeling PayChecked Register genaamd.
Inspectie: Onderzoek door een inspectie-instelling met als doel vast te stellen of een onderneming voldoet aan de eisen van het keurmerk PayChecked in Transport.
Inspectierapport: Een rapport waarin de inspectie-instelling gemotiveerd haar bevindingen weergeeft van de uitgevoerde inspectie.
CAO Beroepsgoederenvervoer: CAO Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van
mobiele kranen en de XXX Xxxxxxxxxxxxxxx Nederland.
Aangemelde onderneming: Een onderneming die kenbaar heeft gemaakt zich te willen laten
inspecteren op het keurmerk PayChecked in Transport, maar die nog niet de toelatingsinspectie heeft ondergaan.
Geregistreerde onderneming: Een onderneming die voldoet aan de eisen voor inschrijving in het
Register van de Stichting en daarmee beschikt over het keurmerk PayChecked in Transport.
Loonvalidatie: Het controleren van het loon op geldigheid of juistheid op basis van wettelijke regels en voorschriften en/of naleving van de geldende CAO Beroepsgoederenvervoer over de weg en voor mobiele kranen of de CAO Goederenvervoer Nederland.
Rode afwijking: Een afwijking van de eisen van het keurmerk van zodanige aard dat de onderneming niet in het Register kan worden opgenomen dan wel geregistreerd kan worden of blijven.
Oranje afwijking: Een afwijking van de eisen van het keurmerk die binnen 3 maanden dient te worden hersteld, maar waarmee de onderneming wel geregistreerd kan worden of blijven. Indien herstelmaatregelen worden doorgevoerd, dient de inspectie- instelling binnen maximaal 3 weken na het doorvoeren van de herstelmaatregelen de mate waarin herstel van de oranje afwijking(en) heeft plaatsgevonden te beoordelen. Indien het doorgevoerde herstel onvoldoende is dan wordt de oranje afwijking een rode afwijking
Herstelperiode rode afwijkingen: De onderneming wordt in de gelegenheid gesteld om binnen 3
weken alsnog herstelmaatregelen door te voeren. Indien dat gebeurt, dient de inspectie-instelling binnen maximaal 3 weken na het doorvoeren van de herstelmaatregelen de mate waarin herstel van de rode afwijking(en) heeft plaatsgevonden te beoordelen. Indien het doorgevoerde herstel onvoldoende is dan volgt schorsing uit het Register.
Keurmerk PayChecked in Transport: Het door de Stichting uit te geven keurmerk aan geregistreerde
ondernemingen.
Opschorten: Het tijdelijk uit het Register verwijderen van een onderneming.
Doorhalen: Het definitief uit het Register verwijderen van een onderneming.
Artikel 2 Doel van het reglement
Dit reglement regelt de toetredingsvoorwaarden ter verkrijgen van het Keurmerk PayChecked in Transport, alsmede de rechten en plichten die aan het bezit ervan zijn verbonden. Het doel van het Register is om ondernemers in de logistieke keten inzicht te geven in welke ondernemingen zich periodiek laten controleren op de naleving van het keurmerk PayChecked in Transport.
Het doel van PayChecked is het beperken van risico’s, die voortvloeien uit de Ketenaansprakelijkheid voor het loon uit de Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS), voor opdrachtgevers die een vervoerovereenkomst over de weg zijn overeengekomen met een in Nederland gevestigde vervoerder.
De keurmerkorganisatie tracht dit doel te bereiken door:
• Ontwikkelen, beheren en publiceren van het certificatieschema
• Verzorgen publiciteit en promotie
• Opzetten en beheren online Register met uitgegeven keurmerken
• Het bieden van waarborgen inzake het kwaliteitssysteem
• Behandelen interpretatiegeschillen
• Publiceren en communiceren van interpretatiebesluiten
• Registreren van inspectie-instellingen die voldoen aan de eisen uit het reglement
• Het uniformeren en laten uitvoeren van inspecties door inspectie-instellingen
• Afhandeling van bezwaren en beroepen Artikel 3 Werkingssfeer van het reglement
1. Dit reglement is van toepassing op alle inspectie-instellingen die staan ingeschreven bij PayChecked in Transport en op alle aanvragers, aangemelde ondernemingen en gecertificeerde ondernemingen uit hoofde van dit reglement.
2. Op de overeenkomst tussen de gecertificeerde onderneming en de inspectie-instelling zijn de bepalingen van dit reglement onverkort van toepassing.
Artikel 4 Aanvraag keurmerk
1. De aanvragers van het keurmerk dienen een Nederlandse juridische entiteit te zijn die:
a. vallen onder de werkingssfeer van de CAO Beroepsgoederenvervoer over de weg en personeel in dienst hebben;
b. Medewerkers inlenen van een payroll/uitzend onderneming deze vallen onder de Cao voor uitzendkrachten; dan wel
c. Vervoersovereenkomsten en /of expeditie overeenkomsten hebben waarbij de vervoerder de
opdracht tot vervoer uitbesteedt aan een derde partij (ondervervoerder dan wel ZZP’er).
2. Voor de aanvraag dient gebruik gemaakt te worden van het door de keurmerkorganisatie beschikbaar gestelde aanmeldingsformulier en eventuele bijlage(n).
3. Een aanvraag voor het keurmerk wordt ingediend bij de keurmerkorganisatie. Bij de aanvraag dient te worden aangegeven met welke inspectie-instelling door de onderneming een inspectieovereenkomst is of wordt afgesloten, en of de aanvrager gebruik wenst te maken van begeleiding via TLN bij het behalen van het keurmerk.
4. De aanvraag bevat ten minste de volgende informatie:
a. Juridische naam onderneming
b. Adres onderneming
c. Registratienummer Kamer van Koophandel
d. Rechtsvorm
e. Naam contactpersoon
f. Functie contactpersoon
g. NIWO registratienummer
5. Het formulier dient te zijn gedateerd en ondertekend door de aanvrager en te worden voorzien van een recent (niet ouder dan 3 maanden) kopie uittreksel Kamer van Koophandel.
6. Door het indienen van de aanvraag verklaart de aanvrager bekend te zijn en in te stemmen met de inhoud van dit reglement inclusief de aanvullende documenten die van toepassing zijn op het keurmerk.
7. Indiener van de aanvraag dient ervoor zorg te dragen dat uiterlijk 6 maanden na de datum van de aanmelding een inspectie is ondergaan door een van de (door de Stichting PayChecked in Transport geaccrediteerde) inspectie-instellingen. Na deze datum vervalt de aanmelding en zal het bedrijf zich opnieuw bij de Stichting dienen aan te melden, tenzij binnen die 6 maanden termijn reeds een afspraak is gemaakt voor een inspectie.
Artikel 5 Toelatingsvoorwaarden
1. De keurmerkorganisatie kan aanvullende vragen stellen alvorens de aanvraag in behandeling te nemen.
2. De keurmerkorganisatie kan een aanvraag afwijzen in geval:
a. Er onduidelijkheid is over eigendomsverhoudingen met betrekking tot de aanvragende onderneming dan wel opgetuigde constructies waarbij de aanvragende onderneming is of lijkt te zijn betrokken.
b. Op voorhand duidelijk is dat er een situatie zoals bedoeld in artikel 12 doorhalen registratie of intrekken keurmerk.
c. Bij de onderneming tijdens een eerdere inspectie non-conformiteit(en) zijn vastgesteld en aantoonbaar herstel van de geconstateerde non-conformiteit(en) nog niet heeft plaatsgevonden.
3. De keurmerkorganisatie is niet verplicht een aanvraag in behandeling te nemen.
Artikel 6 Voorwaarden voor inspectie
1. Een inspectie is slechts mogelijk nadat de onderneming is aangemeld bij de keurmerkorganisatie, de keurmerkorganisatie de aanvraag heeft gehonoreerd en de inspectie-instelling hierover is geïnformeerd.
2. De onderneming dient de inspectie-instelling alle medewerking te verlenen alsmede alle informatie te
verstrekken (en mee te geven) welke noodzakelijk is voor de uitvoering van een inspectie.
3. De keurmerkorganisatie is gerechtigd de inspectie rapporten bij de inspectie-instellingen op te vragen.
4. De keurmerkorganisatie ontvangt het inspectieresultaat van de inspectie-instelling conform een vastgesteld format.
5. De kosten van een inspectie door een inspectie-instelling zijn voor rekening van de onderneming, ook indien de keurmerkorganisatie de inspectie-instelling opdracht geeft tot een tussentijdse gerichte inspectie.
6. Bij een fusie tussen een niet gecertificeerde onderneming en een gecertificeerde onderneming, dan wel een overname van een overname van een niet gecertificeerde onderneming, dient de gecertificeerde onderneming direct een nieuwe inspectie te laten uitvoeren.
7. Verandering van rechtsvorm van een gecertificeerde onderneming kan aanleiding geven tot het uitvoeren van een tussentijdse inspectie.
8. De onderneming is zelf verantwoordelijk voor een tijdige planning en uitvoering van een inspectie door een inspectie-instelling. De keurmerkorganisatie bewaakt de termijnen wanneer een volgende inspectie plaats dient te vinden. Deze dient minimaal eens per twee jaar plaats te vinden.
9. De onderneming dient alle onderdelen, vennootschappen, entiteiten waaruit zij bestaat en als zijnde keurmerkhouder mee naar buiten treedt, te laten inspecteren op het keurmerk.
10. Gecertificeerde en nog niet-gecertificeerde ondernemingen kunnen wisselen van inspectie-instelling. Indien hiervan sprake is gelden de volgende bepalingen:
a. Bij wisseling of opvolging van inspectie-instelling dient de onderneming zich opnieuw aan te melden
bij de Stichting. De bepalingen van artikel 5 zijn daarbij van toepassing.
b. Bij onenigheid over het inspectieresultaat is minimaal de bezwaarprocedure is afgehandeld;
c. Een inspectie mag pas plaatsvinden nadat de nieuwe inspectie-instelling van de keurmerkorganisatie de laatste twee inspectierapporten heeft ontvangen (indien er reeds twee of meer inspecties hebben plaatsgevonden);
d. De eerste inspectie door de nieuwe inspectie-instelling is een volledige inspectie.
e. De onderneming dient de keurmerkorganisatie op de hoogte te brengen van een wisseling van inspectie-instelling uiterlijk een maand voordat de inspectie gepland staat.
11. De inspectie-instelling is verplicht medewerking te verlenen ingeval een onderneming overstapt naar een andere inspectie-instelling.
12. Indien de onderneming, niet zijnde een gecertificeerde onderneming, een inspectieovereenkomst aangaat met een andere inspectie-instelling dan degene waarmee in het verleden een inspectieovereenkomst was aangegaan, en de periode tussen de twee inspectieovereenkomsten is langer dan anderhalf jaar, dan is dit artikel niet van toepassing.
13. Bij wisseling of opvolging van inspectie-instelling dient de onderneming zich opnieuw aan te melden bij de Stichting.
Artikel 7 Rechten voortvloeiende uit het inspectieresultaat
Een onderneming waarbij tijdens een inspectie geen rode afwijkingen zijn geconstateerd, komt in aanmerking voor het keurmerk PayChecked in Transport en wordt opgenomen in het Register.
Een onderneming dient de oranje afwijkingen te herstellen conform de hersteltermijn die in de registratienormen PayChecked in Transport zijn vastgesteld. De hersteltermijn blijkt uit het inspectierapport en uit het inspectieresultaat.
Artikel 8 Inspectie-instelling
De keurmerkorganisatie kan inspectie-instellingen registreren en daarmee toelaten tot het uitvoeren van inspecties voor het keurmerk PayChecked in Transport indien de inspectie-instelling voldoet aan de volgende eisen:
1. De inspectie-instelling is geaccrediteerd op basis van de eisen in de NEN-EN-ISO/IEC 17020 of 17021.
2. De auditors die voor de inspectie-instelling de audits uitvoeren dienen aantoonbaar over kennis van de CAO Beroepsgoederenvervoer te beschikken.
3. De inspectie-instelling moet verslag uitbrengen van de audit in de Nederlandse taal en volgens een format dat wordt vastgesteld door het bestuur van de keurmerkorganisatie.
De keurmerkorganisatie kan indien zij het nodig acht, voor een goede uitvoering van de regeling, aanvullende bepalingen opnemen. De aanvullende bepalingen (laatst aangepast per 1 augustus 2021 en opvraagbaar bij het secretariaat) mogen niet strijdig zijn met dit reglement.
Artikel 9 Het Register met ondernemingen die over het keurmerk beschikken
1. Ingevolge haar statuten houdt de Keurmerkorganisatie een register van ondernemingen die over het keurmerk beschikken.
2. Een onderneming komt in aanmerking voor registratie indien de onderneming zich tijdig heeft aangemeld, zich houdt aan de eisen zoals vastgelegd in artikel 6 van dit reglement en er tijdens een inspectie geen rode afwijkingen zijn geconstateerd.
3. Registratie kan worden geweigerd bij een situatie zoals bedoeld in artikel 12.
4. De keurmerkorganisatie heeft het recht om in het kader van de registratie volledige dossiers op te vragen dan wel aanvullende vragen te stellen over het inspectieresultaat. Registratie zal eerst plaatsvinden of worden gecontinueerd nadat de aanvullende vragen afdoende zijn beantwoord en opgevraagde documenten volledig zijn nageleefd.
5. De keurmerkorganisatie kan ter verificatie van ontvangen signalen de betrokken inspectie-instelling opdracht geven tot het uitvoeren van een extra tussentijdse (deel)inspectie en/of aanvullend onderzoek of een derde instantie opdracht geven een (deel)inspectie bij een onderneming uit te voeren.
6. De keurmerkorganisatie heeft het recht om bij inspecties generiek dan wel voor specifieke ondernemingen zaken te laten onderzoeken door de inspectie-instellingen aanvullend op de eisen conform de registratienormen voor zover deze zaken betrekking hebben op het keurmerk/de registratienormen. De kosten hiervan zijn voor rekening van de onderneming, tenzij het bestuur anders besluit.
7. De keurmerkorganisatie heeft het recht om in het geval van een gegrond vermoeden (klacht) een inspectie instelling aan te wijzen die een loonvalidatie bij de geregistreerde onderneming dient uit te voeren. De onderneming is verplicht hieraan mee te werken. De kosten hiervan zijn voor rekening van de onderneming, tenzij het bestuur anders besluit.
8. Hangende een bezwaarprocedure bij de inspectie-instelling en/of een beroepsprocedure bij de onafhankelijke Commissie van Beroep is registratie niet mogelijk.
9. Voor de registratie van de onderneming is de juridische naam en het registratienummer Kamer van Koophandel bepalend. In het Register worden in ieder geval de volgende gegevens opgenomen:
a. Juridische naam onderneming;
b. Registratienummer Kamer van Koophandel;
c. NIWO registratienummer;
10. Daarnaast legt de keurmerkorganisatie voor intern gebruik onder meer vast:
a. Naam contactpersoon;
b. Naam inspectie-instelling;
c. Datum inspectie;
d. Periode volgende inspectie.
11. Elke onderneming wordt bij registratie in het Register ingeschreven onder een uniek registratienummer.
12. Onderdelen van een onderneming die niet zijn opgenomen in het Register mogen niet als gecertificeerd naar buiten treden.
13. Iedere in het Register opgenomen onderneming is gehouden om wijzigingen in de onder lid 9 en lid 10 beschreven gegevens per omgaande schriftelijk of elektronisch door te geven aan de keurmerkorganisatie.
14. Het Register is voor wat betreft de gegevens genoemd onder lid 9 openbaar en wordt via het internet toegankelijk gemaakt.
Artikel 10 Keurmerklogo en Keurmerkuitingen
Een onderneming die is opgenomen in het Register als gecertificeerde onderneming heeft recht op:
a. Een verklaring van registratie, welke te downloaden is via de website van de keurmerkorganisatie.
b. Het gebruik van het keurmerklogo voor gecertificeerde ondernemingen conform het reglement keurmerklogo.
Artikel 11 Entreebijdrage en/of jaarlijkse bijdrage
1. Een onderneming is bij aanmelding een eenmalig entreebedrag verschuldigd aan de Keurmerkorganisatie. Daarnaast zijn geregistreerde ondernemingen een jaarlijkse bijdrage verschuldigd aan de Keurmerkorganisatie. De hoogte van het entreebedrag zal gelijk zijn aan de bijdrage voor geregistreerde ondernemingen. De hoogte van de jaarlijkse bijdrage zal worden bepaald door het bestuur. Indien een onderneming zich na 30 september aanmeldt, zal de entreebijdrage pas in het daarop volgende kalenderjaar zijn verschuldigd. Indien de onderneming in datzelfde jaar in het register wordt opgenomen, zal de eerste jaarbijdrage als geregistreerde onderneming pas zijn verschuldigd in het kalenderjaar volgend op het jaar waarin de entreebijdrage is geheven.
2. In geval van een in artikel 12 bedoelde doorhaling blijft de betrokken onderneming de op het lopende jaar betrekking hebbende bijdrage onverkort verschuldigd.
Artikel 12 Opschorten of doorhalen registratie; intrekken keurmerk
1. Indien door de inspectie-instelling een of meer major non-conformiteiten zijn vastgesteld, schort de keurmerkorganisatie de vermelding van de onderneming in het register op gedurende de tijd die de onderneming heeft om de non-conformiteit(en) te corrigeren.
2. Doorhaling van de registratie van een onderneming in het Register vindt plaats wanneer:
a. De onderneming de rode afwijkingen die zijn vastgesteld door de inspectie-instelling niet gedurende de herstelperiode heeft hersteld;
b. Wanneer niet tijdig een nieuwe inspectie is uitgevoerd, dan wel de keurmerkorganisatie niet tijdig is geïnformeerd over de resultaten van de inspectie;
c. De onderneming niet voldoet aan haar financiële verplichtingen jegens de keurmerkorganisatie;
d. De onderneming niet voldoet aan de verplichtingen uit artikel 6 of artikel 9 lid 5 of 6;
e. Op schriftelijk verzoek van de onderneming;
f. Indien de geregistreerde onderneming binnen 30 werkdagen geen medewerking verleent aan de loonvalidatie (zoals benoemd in artikel 9, lid 7) zal de onderneming doorgehaald worden.
3. De keurmerkorganisatie kan de registratie van een onderneming in het Register doorhalen wanneer in een rechterlijke uitspraak is vastgesteld dat:
a. De onderneming de van toepassing zijnde CAO Beroepsgoederenvervoer niet heeft nageleefd en zij nalaat binnen de gestelde termijn de fouten te herstellen en/of nabetalingen aan de werknemers te doen;
b. De onderneming medewerking weigert aan onderzoek naar de naleving van de CAO Beroepsgoederenvervoer door daartoe bevoegde instanties.
4. De keurmerkorganisatie kan de registratie van een onderneming in het Register doorhalen wanneer aan de onderneming door de inspectie SZW, Belastingdienst, en/of FICO-ECD een bestuurlijke boete is opgelegd die in kracht van gewijsde is gegaan.
Artikel 13 Klachten en/of Commissie van Beroep
Zie Reglement Klachten en Reglement Beroepsprocedure. Artikel 14 Uitsluiting aansprakelijkheid
De keurmerkorganisatie aanvaardt geen aansprakelijkheid jegens aanvragers, gecertificeerde/aangemelde ondernemingen, inspectie-instellingen en derden voor enige schade die voortvloeit uit of verband houdt met de uitvoering van dit reglement.
Artikel 15 Geheimhouding
Alle bij uitvoering van dit reglement betrokken personen en organisaties zijn bij de uitvoering van de bepalingen van dit reglement verplicht tot strikte geheimhouding van alle gegevens die vertrouwelijk worden verstrekt of waarvan zij redelijkerwijs kunnen aannamen dat deze van vertrouwelijke aard zijn. De bestuurders van de keurmerkorganisatie of leden van de andere organen van de keurmerkorganisatie zijn tot deze zelfde geheimhouding verplicht, indien en voor zover zij kennis nemen van gegevens van vertrouwelijke aard.
Artikel 16 Meldingen
1. Het staat de Stichting vrij om op basis van de openbare registratie in het Register, dan wel het overzicht van aangemelde ondernemingen, informatie te verstrekken aan derden.
2. Het staat de Stichting vrij om op basis van een protocol informatie over doorgehaalde ondernemingen dan wel van ondernemingen die niet door een initiële inspectie komen, door te geven aan overheidsinstanties.
Artikel 17 Betalingen en gevolgen niet tijdige betalingen
1. De onderneming is gehouden om een haar door de Stichting toegezonden nota binnen 30 dagen na verzending van de nota te voldoen. Na verloop van die termijn wordt de onderneming zonder voorafgaande ingebrekestelling een rente verschuldigd over het openstaande bedrag van 1% per kalendermaand, een gedeelte van de maand wordt voor een volle maand gerekend.
2. Alle kosten van inning, waaronder begrepen de volledige kosten van rechtsbijstand, zowel in als buiten rechte komen geheel voor rekening van de onderneming. De vergoeding terzake van buitengerechtelijke kosten wordt vastgesteld op 20% van de verschuldigde hoofdsom met een minimum van € 150: deze vergoeding zal steeds, zodra rechtsbijstand door de Stichting is ingeroepen respectievelijk de vordering door de Stichting ter incasso uit handen is gegeven, zonder enig nader bewijs in rekening worden gebracht den door de onderneming verschuldigd zijn.
Artikel 18 Geschillen
1. Geschillen verband houdende met de inspectie en/of verband houdende met de registratie in het Register van de keurmerkorganisatie worden beslecht conform het Reglement Beroepsprocedure. Dit betekent dat het bezwaren tegen een besluit van de inspectie-instelling, zullen worden afgehandeld door de betreffende inspectie-instelling. Beroep tegen een besluit op bezwaar zal worden behandeld door het Commissie van Beroep van de keurmerkorganisatie.
2. De keurmerkorganisatie is echter gerechtigd om een geschil betreffende inning van de door de onderneming verschuldigde financiële bijdrage aan de bevoegde burgerlijke rechter voor te leggen. Alsdan is de rechtbank van het arrondissement waarin de stichting is gevestigd bevoegd, ook wanneer de onderneming verkiest in het kader van dezelfde procedure een geschil als bedoeld in lid 1 van dit artikel aan de orde te stellen.
3. Het door de keurmerkorganisatie opgestelde Reglement Beroepsprocedure maakt integraal onderdeel uit van dit reglement.
Artikel 19 Inwerkingtreding
1. Het bestuur van de keurmerkorganisatie is bevoegd dit reglement te wijzigen.
2. Dit reglement treedt in werking na vaststelling door het bestuur van de Stichting.